Handleiding aanwervingspremie

Transcriptie

1 Handleiding aanwervingspremie AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 1

2 Inhoudsopgave 1. Voorwoord 3 2. Beleidscontext 3 3. Doelstelling Situering van de maatregel Operationele doelstelling 5 4. Wettelijk kader Vlaams Europees 5 5. Modaliteiten van de subsidiemaatregel Wie kan gebruik maken van de subsidie? Waarvoor kan steun gevraagd worden? Kennismanager organisatie en groei Kennismanager internationaal ondernemen Hoeveel steun kan een onderneming krijgen? Aanvraagprocedure Uitbetaling Aanvullende voorwaarden Controle Terugvordering 13 AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 2

3 1. Voorwoord Deze handleiding is bestemd voor kmo s die een aanwervingspremie willen aanvragen. Het systeem van de aanwervingspremie beoogt de interne versterking van kmo s te bevorderen door het voorzien van een financiële tussenkomst bij de aanwerving van een kennismanager. Er zijn ondersteuningsmogelijkheden voor bedrijven die via de aanwerving van een specifiek strategisch profiel willen (door)groeien, internationaliseren en zich willen professionaliseren op deze domeinen. 2. Beleidscontext Het versterken van het strategisch denken op niveau van de bedrijfsvoering van onze kmo s blijft één van de grote uitdagingen van het Vlaams economisch beleid. Het economisch beleid stelt zich onder andere als doelstelling om ondernemers en ondernemingen aan te moedigen strategisch te denken en te handelen in al hun levensfases. Hiertoe bestaan vandaag al verschillende instrumenten waarbij externe dienstverleners de kmo kunnen bijstaan in de strategievorming. Het meest bekende voorbeeld is de kmo-portefeuille, maar ook het flankerend beleid gericht op (pre)starters, gazellebedrijven, opvolging en overname van bedrijven kan hierbij gerekend worden. Tot dusver werd vanuit het economisch beleid nog geen instrumentarium aangeboden om het strategisch denken van kmo s te stimuleren vanuit een interne capaciteitsversterking van deze kmo s op specifieke thema s. Door, na beperktere proefprojecten, ook deze interne capaciteitsversterking breder uit te bouwen, wil het economisch beleid haar instrumentarium vervolledigen. Deze maatregel kadert ook in de elementen van een competitiviteits- en tewerkstellingspact dat besproken werd op de Vlaamse Regering om haar inbreng hierin te bepalen. Meer bepaald staat in de nota bij de loonkostverlagende maatregelen: Aanwervingspremies voor strategische functies. Om de transformatie van kmo s te ondersteunen heeft het Agentschap Ondernemen de voorbije jaren ervaringen opgedaan met het verstrekken van aanwervingspremies voor export- en kennismanagers in kmo s. De ondernemingen bekomen een premie van 50% van het brutoloon, beperkt tot euro voor één jaar. In totaal werden 110 kmo s ondersteund. Deze maatregel kan breder ingezet worden en het budget versterkt. 3. Doelstelling 3.1. Situering van de maatregel Kmo s zijn en blijven de motor van de Vlaamse economie. Het is dan ook van strategisch belang om de concurrentiepositie van de Vlaamse kmo telkens opnieuw te consolideren en te versterken. Deze maatregel beoogt dit door een opstap te bieden aan bedrijven die via de aanwerving van een specifiek strategisch profiel willen (door)groeien, internationaliseren en zich willen professionaliseren op deze domeinen. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 3

4 Daarnaast past het binnen het relancebeleid dat wordt afgesproken met de federale overheid om initiatieven te ontwikkelen die een daling van de loonkost voor de ondernemingen tot gevolg hebben. Specifiek gericht op profielen die de groei en internationalisering van de ondernemingen ondersteunen wordt deze daling van de loonkost hier in de praktijk gebracht. Vermits deze maatregel rechtstreeks inzet op bovenvermelde aspecten, draagt zij bij tot het versterken van het ondernemerschap in Vlaanderen. Organisatie en groei: Snelgroeiende ondernemingen worden met specifieke problemen geconfronteerd die eigen zijn aan hun snelle groei. Er is dan ook behoefte aan een beleid op maat dat gericht is op deze bedrijven. Dat specifieke beleid heeft in de Vlaamse context de naam Gazellesprong gekregen. De Gazellesprong biedt een intensieve coaching aan beloftevolle, ambitieuze ondernemers. Het beleid richt zich op 'high potential'-groeiers en op gemiddelde groeiondernemingen. De interne capaciteitsversterking die beoogd wordt met voorliggende maatregel zal inspelen op dezelfde noden die gedetecteerd worden bij groeibedrijven en zal zich dus complementair en aanvullend opstellen aan het gazellebeleid dat recent ingevoerd werd. Via het Nieuw Industrieel Beleid ( NIB ) 1 wordt er veel aandacht besteed aan de transformatie van industriële bedrijven om hun competitiviteit in het internationale weefsel te versterken. Deze nieuwe maatregel wil ook aansluiten bij deze beleidslijn. Internationalisering: zodra bedrijven ertoe besluiten te exporteren en buitenlandse markten te betreden, ondervinden ze de internationale concurrentie. Ze worden geconfronteerd met een fors breder concurrentieveld, internationale professionele spelers die beschikken over een uitgekiende strategie, dito marketingplannen en instrumenten. Bij gebrek daaraan worden ze al snel opgezadeld met een concurrentienadeel. Om zich afdoende te wapenen is het dus van essentieel belang dat bedrijven zich beraden over hun strategie en een strategisch plan opstellen. De praktijk leert echter dat de bedrijfsleiding voornamelijk bezig is met het werk van alledag en er doorgaans weinig tijd en energie wordt gestopt in langetermijnplanning. Een probaat middel om uit die negatieve spiraal te geraken bestaat erin te investeren in een ervaren kennismanager internationaal ondernemen. Zijn of haar voornaamste taak bestaat erin een onderbouwde bedrijfsstrategie te ontwikkelen waarin communicatie, internationale marketing en planning hun juiste plaats vinden. Maar onderkapitalisatie verhindert maar al te vaak de logische uitbouw van die kenniscel. De zaakvoerder neemt dan de internationale handel voor zijn rekening. Deze situatie betekent dat heel wat potentieel inzake groei en internationalisering niet wordt gerealiseerd. Door het toekennen van een aanwervingspremie biedt de Vlaamse overheid een financiële hefboom aan kmo s om zich strategisch te versterken om de uitdagingen van morgen weer aan te kunnen. Bovendien ondersteunt zij op deze wijze de Vlaamse kmo s verder bij het uittekenen van een duurzame, internationaal georiënteerde groei. 1 Meer informatie hierover is te vinden op AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 4

5 3.2. Operationele doelstelling De hoofdbedoeling van deze maatregel is om kmo s een opstap te bieden om een gespecialiseerd profiel aan te werven en zich op deze manier strategisch te versterken in het kader van een duurzame, internationaal georiënteerde groei. De taak van de aan te werven verantwoordelijke bestaat erin de kwaliteiten en competenties van de onderneming verder te versterken en strategisch bij te dragen tot de verdere groei en ontwikkeling van de onderneming. Louter uitvoerende functies die tot de dagelijkse exploitatie van een onderneming behoren niet tot de specifieke taakstelling in een dergelijk strategisch profiel. De functie die een dergelijk profiel uitoefent mag tevens niet in het verlengde liggen van de activiteiten van de bedrijfsleider. Dit veronderstelt een specifiek profiel: de nieuwe medewerker moet een goede opleiding genoten hebben en/of de nodige ervaring kunnen voorleggen. De maatregel focust hierbij op twee strategische profielen, namelijk de aanwerving van een kennismanager Internationaal ondernemen en de aanwerving van een kennismanager organisatie en groei. Deze maatregel wil een impuls geven aan 500 kmo s voor de aanwerving van strategische functies die de groei en/of internationalisering ondersteunen. Het streefdoel is tegen einde 2015 deze 500 bedrijven bereikt te hebben. 4. Wettelijk kader De juridische grondslag voor deze subsidiemaatregel bestaat uit volgende bepalingen: 4.1. Vlaams Art. 41, 4, c) van het decreet van 21 december 2001 houdende de bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002, dat bepaalt dat het Hermesfonds alle uitgaven voor zijn rekening neemt die voortvloeien uit elke andere uitgave die kadert in het sociaal, economisch en regionaal beleid van de Vlaamse Regering. Art. 60, vierde lid, van het decreet van 13 juli 2012 houdende de tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2012, waarin wordt bepaald dat de minister, bevoegd voor de Economie, een delegatie heeft om uitgaven kleiner of gelijk aan euro die passen in het sociaal, economisch en regionaal beleid van de Vlaamse regering, aan te gaan Europees De steun die in het kader van deze subsidiemaatregel wordt gegeven wordt beschouwd als deminimissteun, zoals bepaald in verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352), en alle latere wijzigingen van die verordening. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 5

6 De de-minimis regeling biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot per 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk te weten dat alle overheidssteun die onder de-minimis valt meetelt om te bepalen of de limiet van per 3 jaar al dan niet overschreden wordt. Indien de onderneming een verbonden onderneming is 2, gelden deze de minimis -drempels voor het groepsniveau van de verbonden ondernemingen. 5. Modaliteiten van de subsidiemaatregel Er wordt een aanwervingspremie toegekend voor kleine en middelgrote ondernemingen ter compensatie van de loonkost met betrekking tot de aanwerving van een groei- of exportmanager Wie kan gebruik maken van de subsidie? Kleine en middelgrote ondernemingen uit de privésector, met een uitbatingszetel in het Vlaams Gewest met een aanvaarde hoofdactiviteit en groeiambitie. Een onderneming wordt gedefinieerd als: De natuurlijke personen die koopman zijn of een zelfstandig beroep uitoefenen, handelsvennootschappen met rechtspersoonlijkheid van privaat recht, burgerlijke vennootschappen met handelsvorm van privaat recht, en buitenlandse ondernemingen met een gelijkaardig statuut, die beschikken over een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest. De grootte van de onderneming wordt bepaald aan de hand van de Europese kmo- definitie zoals vermeld in bijlage I van de algemene groepsvrijstellingsverordening 3. Kleine ondernemingen: ondernemingen die cumulatief aan al de volgende voorwaarden voldoen: a) minder dan 50 werkzame personen tewerkstellen; b) een jaaromzet of een jaarlijks balanstotaal hebben van maximaal 10 miljoen euro; c) beantwoorden aan het zelfstandigheidscriterium Middelgrote ondernemingen: ondernemingen die cumulatief aan al de volgende voorwaarden voldoen: a) minder dan 250 werkzame personen tewerkstellen; 2 Verbonden ondernemingen worden gedefinieerd in bijlage I van de verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 9 augustus 2008, L 214), en latere wijzigingen 3 bijlage I van de verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 9 augustus 2008, L 214), en latere wijzigingen AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 6

7 b) een jaaromzet hebben van maximaal 50 miljoen euro, of een jaarlijks balanstotaal van maximaal 43 miljoen euro; c) beantwoorden aan het zelfstandigheidscriterium d) geen kleine onderneming zijn; De grootte wordt vastgesteld op basis van een verklaring op erewoord van de onderneming en op basis van de onderstaande bepalingen: De gegevens voor de berekening van de jaaromzet, het balanstotaal en het aantal werkzame personen worden vastgesteld op basis van de laatste jaarrekening die bij de Nationale Bank van België is neergelegd voor de indieningsdatum van de steunaanvraag, en die beschikbaar is via een centrale databank. Om de omzet te berekenen, wordt een boekjaar van meer of minder dan twaalf maanden herberekend tot een periode van twaalf maanden. Voor ondernemingen die geen jaarrekening moeten opmaken, worden de gegevens voor de berekening van de jaaromzet vastgesteld op basis van de laatste aangifte bij de directe belastingen voor de indieningsdatum van de steunaanvraag. De gegevens voor de berekening van het aantal werkzame personen worden in dat geval vastgesteld aan de hand van het aantal werknemers die in de onderneming waren tewerkgesteld gedurende de laatste vier kwartalen die de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid kan attesteren voor de indieningsdatum van de steunaanvraag. Bij recent opgerichte ondernemingen, waarvan de eerste jaarrekening nog niet is neergelegd en de eerste fiscale aangifte nog niet is gebeurd, worden de gegevens vastgesteld op basis van een financieel plan van het eerste productiejaar. Uitsluitend ondernemingen uit de privésector komen in aanmerking. Er kan geen steun verleend worden aan ondernemingen als een administratieve overheid als vermeld in artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State of een buitenlandse vergelijkbare administratieve overheid, over een dominerende invloed beschikt. Er is een vermoeden van dominerende invloed als de onderneming voor 25% of meer van het kapitaal of de stemrechten rechtstreeks of onrechtstreeks in handen is van de administratieve overheid. Dat vermoeden kan worden weerlegd als de onderneming kan aantonen dat de administratieve overheid, vermeld in het eerste lid, in werkelijkheid geen dominerende invloed uitoefent op het beleid van de onderneming. Uitsluitend ondernemingen met een aanvaardbare hoofdactiviteit 4 komen in aanmerking. De hoofdactiviteit van de onderneming is de activiteit die als dusdanig is opgenomen in de Kruispuntbank van Ondernemingen en die het grootste gedeelte van de omzet vertegenwoordigt. Uitsluitend ondernemingen met voldoende aantoonbare groeiambitie komen in aanmerking. Bedrijven die groeiambitie hebben tonen aan dat één van onderstaande groeiscenario s mogelijk is: 4 Zie voor de lijst met aanvaardbare NACE-codes: AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 7

8 Het bedrijf heeft 10 of meer werknemers 5 (voltijdse equivalenten) en heeft op basis van haar verstrekte info/plannen het ingeschatte potentieel om de tewerkstelling of omzet over de volgende drie jaren te doen groeien met jaarlijks 20%. Bedrijven die doorgemaakte groei willen consolideren kenden dergelijke groei in de voorbije drie jaar; Een bestaand bedrijf dat nog geen 10 werknemers (voltijdse equivalenten) heeft, doch op basis van door haar verstrekte info en plannen het ingeschatte potentieel heeft om over de volgende drie jaren de tewerkstelling te doen toenemen met minstens 7 voltijdse werknemers of een jaarlijkse stijging van de omzet met 1 miljoen euro. Bedrijven die doorgemaakte groei willen consolideren kenden dergelijke groei in de voorbije drie jaar; Startende ondernemingen zonder tewerkstelling met het ingeschatte potentieel om ten minste 10 werknemers (voltijdse equivalenten) in dienst te hebben binnen de drie jaren ofwel het potentieel hebben om een omzet te realiseren van 1,25 miljoen euro binnen de drie jaren vanaf de start van de omzet. Er wordt geen steun verleend aan ondernemingen die niet voldoen aan de regelgeving die van toepassing is in het Vlaamse Gewest. De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd Waarvoor kan steun gevraagd worden? De aanwervingspremie bestaat uit een tussenkomt in de loonkost van de nieuw aan te werven kennismanager. De loonkost wordt gedefinieerd als het directe bruto jaarsalaris of lonen van de aangeworven kennismanager. Vakantiegeld, eindejaarspremie, de wettelijk verplichte werkgeversbijdragen, bijdrage werkgever maaltijdcheques en bijdragen voor groepsverzekering, extra legaal pensioen en/of andere extralegale voordelen zijn expliciet uitgesloten Kennismanager organisatie en groei De hoofdopdracht van de kennismanager organisatie en groei, afgekort groeimanager, bestaat erin de gehele organisatie of een specifiek deel van de organisatie verder uit te bouwen en de structuren aan te passen aan de groei van de onderneming. De algemene kennismanager organisatie en groei is verantwoordelijk voor de doorlichting van de bedrijfsstructuur en doet voorstellen voor verbetering van deze structuur in het licht van de effectieve groei en de groeimogelijkheden van het bedrijf. Een specifieke kennismanager organisatie en groei legt zich toe op de eerste uitbouw en professionalisering van de bedrijfsvoering op een specifiek strategisch luik van de bedrijfsvoering. 5 Zoals opgenomen in de laatst neergelegde jaarrekening AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 8

9 Groeiende ondernemingen hebben nood aan interne afspraken, standaardisatie van hun werking, het opzetten van interne (rapportage)structuren, etc. Daarbij kan gedacht worden aan onder meer het opzetten van een intern kennisbeheerssysteem, het opzetten van een HR-beleid, een geschikte ITomgeving creëren en in stand houden, het innovatiebeleid van de onderneming vorm geven, de marketing van de onderneming leiden, distributiekanalen uitbouwen, het financieel huishouden organiseren en financiering aantrekken. De aan te werven kennismanager versterkt dan het management van de onderneming op een verder uit te bouwen strategisch domein binnen de onderneming. De aan te werven kennismanager beschikt over de juiste kennis en heeft voldoende ervaring in het domein waarin hij aangeworven wordt Kennismanager internationaal ondernemen De hoofdopdracht van een kennismanager internationaal ondernemen, afgekort exportmanager is onder andere het uitbouwen of wijzigen van de bestaande exportstructuur van de onderneming, het binnenhalen en versterken van de kennis van (nieuwe) exportmarkten, het opstellen van strategische marketingstrategieën en plannen, het maken van een SWOT-analyse, het bepalen van de exportstrategie op (middel)lange termijn van de onderneming. Zowel ondernemingen die voor het eerst exporteren als ondernemingen die ervaring hebben met export, maar op een duurzame manier nieuwe markten zullen aanboren, kunnen gebruik maken van deze maatregel. Nieuw aan te boren markten moeten in voldoende mate nieuwe uitdagingen stellen aan de onderneming. De exportmanager heeft ervaring in business ontwikkeling en het uitbouwen van de export naar nieuwe markten Hoeveel steun kan een onderneming krijgen? De premie bedraagt 50% van de loonkost gedurende maximum 1 jaar en kan niet hoger zijn dan euro per aanwerving. De steunintensiteit is het steunbedrag, uitgedrukt als een brutopercentage van de in aanmerking komende kosten van de aanwerving, voor aftrek van belastingen of andere heffingen. De kennismanager moet minstens 6 maanden tewerkgesteld zijn om steun te kunnen genieten. In geval van deeltijdse tewerkstelling zal de subsidie pro rata berekend worden. Er kan per aanwerving maximaal één aanwervingspremie gevraagd worden. Voor de aanwervingspremie werd een budget van euro voorzien tot eind Gezien er gewerkt wordt met een gesloten enveloppe kunnen ondernemingen steun aanvragen tot uitputting van het budget. De steun wordt toegekend in volgorde van ontvangst van de elektronische steunaanvraag AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 9

10 voor zover deze volledig is. Als het saldo niet voldoende is om de volgende subsidieaanvraag volledig te subsidiëren, dan wordt de subsidie beperkt tot het nog beschikbare saldo Aanvraagprocedure De subsidie wordt aangevraagd op basis van een aanvraagformulier zoals gepubliceerd op de website. De indiening gebeurt elektronisch via Een ontvankelijke subsidieaanvraag bestaat uit volgende documenten: - een volledig en naar waarheid ingevuld aanvraagformulier in Excel formaat - een gescand exemplaar van de gedateerde en ondertekende verklaring op erewoord - de functiebeschrijving van de aan te werven kennismanager - een gedetailleerde taakomschrijving van de aan te werven kennismanager - situatie as is en to be waaruit de SMART bepaalde doelstellingen voor de kennismanager blijken - een organigram met aanduiding van de aan te werven persoon. Indien een aanwervingspremie voor een groeimanager wordt aangevraagd toont de onderneming in de aanvraag aan dat zij dat specifieke profiel nodig heeft om de groeidoelstelling te realiseren of de al gerealiseerde groei duurzaam te behouden. De onderneming kan dit aantonen door het voorleggen van een bestaande groeistrategie waarin de nood aan een dergelijke aanwerving blijkt. Deze groeistrategie kan de opportuniteitsanalyse zijn zoals ontwikkeld in het kader van de gazellesprong, maar mag ook een andere degelijk uitgewerkte groeistrategie zijn of een analyse op basis van tools die de Vlaamse overheid aanbiedt (bijv. Leeuw van de export, ) De aanvraag beschrijft de typische activiteiten die de kennismanager zal ondernemen tijdens de subsidieperiode. De aanvraag duidt hierbij de situatie van het bedrijf op het ogenblik dat de kennismanager in dienst komt en de doelen die het bedrijf zich stelt en die de kennismanager moet realiseren. Indien een aanwervingspremie voor een exportmanager wordt aangevraagd toont de onderneming in de aanvraag aan dat zij dat specifieke profiel nodig heeft om de groeidoelstelling te realiseren. De aanvraag beschrijft de belangrijkste activiteiten die de exportmanager zal ondernemen tijdens de subsidieperiode. De aanvraag duidt hierbij de situatie van het bedrijf op het ogenblik dat de exportmanager in dienst komt en de doelen die het bedrijf zich stelt en die de exportmanager moet realiseren. Deze doelen worden SMART geformuleerd. Eens de aanvragen bij het Agentschap Ondernemen zijn ingediend zullen ze beoordeeld worden door een toetsingscommissie. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 10

11 De toetsingscommissie vergadert maandelijks en is samengesteld uit leden van het Agentschap Ondernemen, het Vlaamse Agentschap voor Internationaal Ondernemen (FIT), de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) en de Innovatiecentra. Op basis van het advies van de toetsingscommissie zal de administrateur-generaal van het Agentschap Ondernemen de subsidie al dan niet toekennen. De administrateur-generaal kan slechts in degelijk gemotiveerde gevallen afwijken van het advies van de toetsingscommissie. De toetsingscommissie kan een indiener van een aanvraag vragen de aanvraag te vervolledigen of te herwerken. De toetsingscommissie brengt dan pas een definitief advies uit aan de administrateur-generaal van het Agentschap Ondernemen op basis van het aangepaste aanvraagformulier, op de eerstvolgende toetsingscommissie die dan plaatsvindt. Het aangepaste aanvraagformulier krijgt bij indiening dan een nieuw volgnummer om de volgorde van ontvangst van de elektronische steunaanvraag te bepalen. In principe zal er elke maand een toetsingscommissie plaatsvinden. De data van de vergaderingen worden meegedeeld via de website. Toetsingscommissies zullen georganiseerd worden tot zolang er budget beschikbaar is om nieuwe subsidies toe te kennen Uitbetaling De uitbetaling gebeurt in twee schijven: bij de aanwerving van de kennismanager en bij de afronding van de subsidiabele periode. De uitbetaling gebeurt op basis van gemotiveerde uitbetalingsaanvragen. De aanvragen tot uitbetaling worden elektronisch verstuurd aan of schriftelijk ingediend op het volgende adres: Agentschap Ondernemen, Dienst kmo-portefeuille, Koning Albert IIlaan 35, bus 12, 1030 Brussel. De eerste schijf van 50 % kan worden aangevraagd door de onderneming van zodra de kennismanager is aangeworven. Bij het aanvragen van de eerste schijf worden volgende documenten voorgelegd: - Cv en sollicitatiebrief aangeworven kennismanager - Ondertekende arbeidsovereenkomst - Rapport van het planningsgesprek met SMART geformuleerde doelstellingen Het saldo kan worden opgevraagd door de onderneming van zodra het eerste werkjaar verstreken is en ten laatste binnen één jaar en zes maanden na de aanwerving. Bij het aanvragen van het saldo worden volgende documenten voorgelegd: - managementrapportering die door de aangeworven kennismanager werd opgesteld en waarin de werkzaamheden en realisaties van het afgelopen jaar zijn opgenomen; - verslag van het evaluatiegesprek van de aangeworven kennismanager met zijn hiërarchisch leidinggevende. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 11

12 - Verantwoordingsstukken van het effectief uitbetaalde loon aan de kennismanager (loonfiches). De betalingen gebeuren op het door de onderneming opgegeven rekeningnummer in SEPA-formaat. Indien de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd voordat er zes maanden zijn verstreken sinds de aanwerving (om welke reden dan ook) kan er geen steun worden verkregen. Dit betekent dat het Agentschap Ondernemen de reeds uitbetaalde steun kan terugvorderen. Indien het arbeidscontract met de kennismanager wordt beëindigd (om welke reden dan ook) voordat er een jaar is verstreken sinds de aanwerving, maar waarbij de kennismanager op het ogenblik van de beëindiging minstens zes maanden in dienst is, dient de aanvraag van de uitbetaling van het saldo binnen de drie maanden na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst te gebeuren. Het saldo zal dan, naargelang de duur van de tewerkstellingsperiode, pro rata worden berekend en uitbetaald Aanvullende voorwaarden Een aanwervingspremie wordt enkel toegestaan indien de nieuw aangeworven kennismanager voorheen nog niet tewerk gesteld was bij de kmo of een partner of verbonden onderneming van de kmo. Een verandering van taakomschrijving van een bestaande medewerker/interim medewerker is uitgesloten. De kennismanager dient aangeworven te worden met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur. Een aanwervingspremie wordt aangevraagd vooraleer de kennismanager aangeworven wordt. De aanwervingsdatum is de datum zoals opgenomen in de dimona-aangifte. De steun vervalt volledig als de onderneming overgaat tot aanwerving vooraleer de aanvraag werd ingediend. Het is toegelaten om de subsidie van de aanwervingspremie te combineren met andere tewerkstellingssubsidies. De onderneming deelt elke wijziging ten opzichte van haar initiële aanvraag schriftelijk mee aan het Agentschap Ondernemen Controle Het Agentschap Ondernemen kan vanaf het ogenblik dat de subsidieaanvraag wordt ingediend controleren of de voorwaarden voor de subsidieverlening worden nageleefd door de onderneming. Die controle kan het volgende tot gevolg hebben: de gevraagde subsidie wordt niet toegekend; de toegekende subsidie wordt teruggevorderd. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 12

13 5.8. Terugvordering De subsidie wordt teruggevorderd binnen vijf jaar na de datum van de subsidieaanvraag, met behoud van de toepassing van de bepalingen in de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof, het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof en de wet van 7 juni 1994 tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen te doen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen van elke aard, die geheel of gedeeltelijk ten laste zijn van de Staat, als de onderneming: de wettelijke informatie- en raadplegingsprocedures niet naleeft bij collectief ontslag; de voorwaarden vermeld in deze handleiding niet naleeft. In geval van terugvordering wordt de Europese referentierentevoet voor terugvordering van onrechtmatig verleende staatssteun toegepast. AGENTSCHAPONDERNEMEN.be Handleiding aanwervingspremie 13