Handleiding om rapporten en printers in te stellen

Transcriptie

1 Handleiding om rapporten en printers in te stellen (versie april-2012, auteur JL/PtK, revisie PtK) Het instellen en gebruik van rapporten Om te kunnen printen vanuit OmniHisScipio is het nodig om: 1. een printer aan te wijzen 2. een rapport te kiezen Om te voorkomen dat deze handelingen telkens bij elke printopdracht gedaan moeten worden kunnen er per werkplek per rapport instellingen worden aangemaakt. Snel aan de slag 1. Ga naar het journaal en print een recept uit. Verschijnt er eerst een scherm waarin de printer kan worden gekozen? Zie hieronder punt D. Wordt het recept daarna eerst op het scherm geprint? Zie punt B hieronder. Is de lay-out van het recept in orde, ga naar punt 2. Zijn de marges niet akkoord en/of staat er ten onrechte (g)een kop op het recept, zie de handleiding punt E1. 2. Ga naar de tekstverwerker en print een brief met een vaste lay-out. Verschijnt er eerst een scherm waarin de printer kan worden gekozen? Zie hieronder punt D. Wordt de brief direct uitgeprint, terwijl het de bedoeling is dat deze eerst op het scherm verschijnt? Zie punt B hieronder. Is het lettertype van de brief in orde, ga naar punt 3. Is het lettertype niet in orde, of dienen de marges aangepast te worden? Zie punt E4 hieronder. 3. Gebruikt u een LabelWriter? Zo ja, ga naar punt E2. 4. Wilt u nota s printen voor particulieren of keurende instanties? Zo ja, ga naar punt E3. Inhoudsopgave A. Printbestemming algemeen... 2 C. Geen Printer en Pagina-opmaak vastleggen per rapporttype... 3 D. Wel Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport... 3 E. Marges van rapporten instellen... 4 E.1. Marges van recepten instellen... 5 E.2 Marges van labelwriter-label instellen... 6 E.3 Marges van declaraties instellen... 7 E.4 Marges van Brief Tekstverwerker, vaste lay-out instellen... 8 F. Voorkeursrapport instellen... 9 G. Lay-out rapporten aanpassen /16

2 H. Veel voorkomende print-problemen Foutmelding op de PrintManager Het recept bevat geen gegevens...14 Er worden alleen grijze strepen op een recept afgedrukt (en helemaal niets op brieven) LabelWriter: De label-tekst wordt over 2 etiketten verspreid of past niet geheel op 1 etiket LabelWriter: In plaats van 1 etiket worden er honderden afgedrukt en/of de printopdracht / Scipio loopt vast De handelingen moeten per werkplek worden uitgevoerd, omdat de printers en dus ook de printerdrivers per werkplek kunnen verschillen. Zorg allereerst dat uw computer over de nieuwste printerdrivers beschikt: Voor Windows vindt u de laatste printerdrivers op de website van de printer-fabrikant. Installeer deze software of laat uw systeembeheerder dit doen. Wanneer er in het verleden al instellingen zijn gedaan wordt aanbevolen om alle oude rapporten te wissen en wel op de volgende manier: 1. Sluit OmniHisScipio af. 2. Open de werkplekmap. 3. Open de map LocalPrefs. 4. Gooi de map ReportsFolder en, indien aanwezig, het bestand Reports.lbs in de prullenmand. 5. Start nu OmniHisScipio opnieuw op. 6. Stel de rapporten opnieuw in volgens onderstaande gebruiksaanwijzing. 7. Herhaal dit op elke werkplek. A. Printbestemming algemeen Dit is een algemene instelling, die aan Omnis vertelt naar welke bestemming het rapport moet worden gezonden, bijvoorbeeld naar het screen (het scherm), de preview (een soort voorbeschouwing, ziet eruit als het scherm, maar heeft pagina-opmaak-elementen), de printer, het clipboard etc. Om de printbestemming in te stellen, handelt u als volgt: 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 2. Selecteer met een muisklik de optie Print bestemming Het scherm Report Destination verschijnt. 2/16

3 4. Selecteer met een muisklik de bestemming waarnaar rapporten in principe moeten worden gezonden. 5. Klik op [OK] om de instelling op te slaan. B. Printbestemming in Scipio vastleggen 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 2. Selecteer het menu-item Werkplek instellingen. 3. Klik op de tab Printers en rapporten. 4. Klik op de wijzigknop. 5. Selecteer in het menu Standaard Print-bestemming de bestemming van uw keuze. 6. Zet eventueel een vink bij Print recept direct naar printer, zodat de recepten niet eerst op het scherm worden getoond. 7. Klik op de [OK]-knop door middel van het groene vinkje. 8. Herstart Scipio om de wijziging door te voeren. NB: Als gekozen wordt voor Preview ziet het rapport eruit zoals het uit de printer zal komen. Bedenk wel, dat wanneer u als bestemming Printer kiest, u pas kunt zien wat het resultaat is, wanneer er iets uit de printer komt. Bij een bestemming als Scherm of Preview, is het resultaat eerst op het scherm te zien, waarna het vervolgens van daaruit naar de printer gestuurd kan worden. Dit kost meer tijd, maar in sommige gevallen, minder papier. C. Geen Printer en Pagina-opmaak vastleggen per rapporttype Het is mogelijk om ervoor te kiezen om niet op voorhand vast te leggen op welke printer een rapport uitgeprint dient te worden. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn als er met verschillende printers of lades gewerkt wordt en/of de printerdriver de lades niet goed aanstuurt. U stelt dit als volgt in: 1. Klik in de linker knoppenbalk op de knop 2. Zet een vink bij Ik wil geen Printer en Pagina-opmaak instellen. 3. Klik op het groene vinkje om de wijziging op te slaan. NB: Wanneer gekozen wordt voor deze optie verschijnt voor het printen van elk rapport de PageSetup. In dit scherm kan eventueel gekozen worden voor een andere printer, een bepaalde lade en/of een bepaald formaat papier. Deze optie dient dus gekozen te worden als een rapport niet telkens op dezelfde printer uitgeprint dient te worden. D. Wel Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport Het is belangrijk dat bij deze keuze voor alle rapporten de printer en pagina-opmaak wordt vastgelegd, ook al gebruikt u voor alle rapporten dezelfde printer en printerlade. Let op! Per werkplek worden deze instellingen bewaard in een aparte map, in de map LocalPrefs, een map die naast de Scipio-library staat. In deze map staat een submap met de naam ReportsFolder. Wanneer de instellingen voor alle werkplekken dezelfde zijn, kunt u de map ReportsFolder op e e n werkplek instellen en vervolgens kopie ren naar de andere werkplekken. Let er wel op dat de map dan de op die werkplek 3/16

4 aanwezige map overschrijft! 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 2. Selecteer het menu-item Werkplek instellingen. 3. Klik op de tab Printers en rapporten. Standaard komt u terecht op het tabblad Printer kiezen en vastleggen per rapporttype. 4. Zorg dat er géén vink staat bij Ik wil geen 'Printer en Pagina-opmaak' instellen. 5. Klik op de Wijzig-knop 6. Selecteer het rapporttype AlgemeenLandscape en klik op de knop [Leg printer en paginaopmaak vast voor AlgemeenLandscape]. Gebruik de knop [Wis en Maak AlgemeenLandscape opnieuw aan] als u later wijzigingen moet aanbrengen. Dit geldt ook voor de andere RapportTypes. 7. Het scherm Pagina-instelling verschijnt. Dit is voor elk besturingssysteem en elke printer anders. Probeer in te stellen dat u dit rapport in de breedte wilt printen (= dwars/landschap). 8. Klik op de [OK]-knop door middel van het groene vinkje. 9. Herhaal bovengenoemde stappen voor alle rapporttypes, waarbij u bij stap 7 de juiste orie ntatie kiest. Zorg dat bij AlgemeenPortrait, Brieven en Declaraties de oriëntatie op Portret staat. Zorg dat bij recepten als papierformaat voor A6 wordt gekozen. Zorg dat bij Labels uw labelprinter (bijv. dymolabel) wordt gekozen en kies in Scipio als papierformaat het shipping label of een ander formaat shipping label (ook al gebruikt u adresetiketten). In de printerdriver-instellingen van het besturingssysteem hoeft u niets te veranderen. Selecteer dwars/landschap als oriëntatie. Heeft u geen labelprinter, kies dan uw standaardprinter. 10. Klik op de [OK]-knop als alle rapporten zijn ingesteld. NB: Bij elke van de getoonde rapporten zal standaard de hier vastgelegde printer worden gekozen. E. Marges van rapporten instellen 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 4/16

5 2. Selecteer het menu-item Werkplek instellingen. Het scherm Instellingen per werkplek verschijnt. 3. Klik op de tab Printers en rapporten. 4. Klik vervolgens op de tab Beheer eigen opmaak rapporten. 5. Het volgende scherm verschijnt: Zorg dat er een vinkje staat bij Maak eigen opmaak, door alleen parameters... en klik eventueel op het groene vinkje om de wijziging op te slaan. 6. Klik nu op de knop [Open scherm voor het beheer van de Eigen Opmaak...] 7. Het volgende scherm verschijnt: E.1. Marges van recepten instellen 1. Klik op de tab Recept. In eerste instantie worden de standaardinstellingen getoond. De marges kunnen eenvoudig worden aangepast. Er kan tevens gekozen worden voor een ander lettertype, font-grootte en de aanwezigheid van een Kop op het recept. Indien u wijzigingen in de standaardinstellingen aanbrengt, dient u de nieuwe instellingen op te slaan en te testen. Volg daarvoor onderstaande stappen 2 t/m 6. Indien het A6-receptpapier in het midden van de printerlade ligt en met de standaardinstellingen slechts voor de helft wordt afgedrukt, dient u de Linker-marge in te stellen op en deze 5/16

6 instellingen vervolgens op te slaan. 2. Klik op de knop [Bewaar deze parameter-instelling]. 3. Er verschijnt een dialoogvenster waarin een naam voor dit rapport kan worden ingevuld: NB: De naam van het rapport is vrij en het rapport is op elk ander werkstation te kiezen. 4. Klik op de OK-knop door middel van het groene vinkje 5. Wanneer het scherm wordt gesloten verschijnt de volgende waarschuwing: Klik op [OK] om het dialoogvenster te sluiten. Dit onderdeel wordt beschreven in sectie F. 6. Klik op de knop [Print voorbeeld] om het resultaat te controleren. 7. Pas zonodig nog enkele marges aan en herhaal hierbij de stappen 2 t/m 6. E.2 Marges van labelwriter-label instellen 1. Klik op de tab LabelWriter-label. 2. Het volgende scherm verschijnt: In eerste instantie worden de standaardinstellingen getoond. De marges kunnen eenvoudig worden aangepast. Er kan tevens gekozen worden voor een ander lettertype en/of font-grootte. Indien u wijzigingen in de standaardinstellingen aanbrengt, dient u de nieuwe instellingen op te slaan en te testen. Volg daarvoor onderstaande stappen 3 t/m 7. 6/16

7 3. Klik op de knop [Bewaar deze parameter-instelling]. 4. Er verschijnt een dialoogvenster waarin een naam voor dit rapport kan worden ingevuld: NB: De naam van het rapport is vrij en het rapport is op elk ander werkstation te kiezen. 5. Klik op de OK-knop door middel van het groene vinkje 6. Wanneer het scherm wordt gesloten verschijnt de volgende waarschuwing: Klik op [OK] om het dialoogvenster te sluiten. Dit onderdeel wordt beschreven in sectie F. 7. Klik op de knop [Print voorbeeld] om het resultaat te controleren. 8. Pas zonodig nog enkele marges aan en herhaal hierbij de stappen 3 t/m 7. Indien de labeltekst niet geheel op het label past, is het in de meeste gevallen een kwestie van het aanpassen van de bovenmarge. Let er op dat u het juiste papierformaat (shipping-label) gekozen heeft in het onderdeel Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport. NB: Dit gaat alleen om de marges voor labels die door een LabelWriter worden gebruikt. Raadpleeg voor het instellen en printen van etiketten (A4) de Handleiding instellen etiketten. E.3 Marges van declaraties instellen 1. Klik op de tab Declaratie. 2. Het volgende scherm verschijnt: 7/16 In eerste instantie worden de standaardinstellingen getoond. De marges kunnen eenvoudig worden aangepast. Er kan tevens gekozen worden voor een ander lettertype en/of font-grootte. Indien u wijzigingen in de standaardinstellingen aanbrengt, dient u de nieuwe instellingen op te slaan en te testen. Volg daarvoor onderstaande stappen 5 t/m 9.

8 3. Wanneer er geen vinkje wordt geplaatst bij Gebruik briefhoofd blijft de linker bovenhoek van de declaratie leeg. Dit is de instelling als er gebruik wordt gemaakt van voorbedrukt rekeningpapier. a) Wanneer er gekozen wordt voor Kop op grond van praktijkgegevens wordt er een tekstueel briefhoofd gegenereerd op grond van de gegevens zoals deze bij de praktijkinstellingen staan vermeld. b) Wanneer er gekozen wordt voor een grafisch briefhoofd wordt er gebruik gemaakt van het briefhoofd dat bij de Algemene instellingen onder het tabblad Financiën is opgeslagen. (zie aldaar). 4. In verband met de verschillende soorten venster-enveloppen kunnen de marges voor het adres afzonderlijk worden aangepast. 5. Klik op de knop [Bewaar deze parameter-instelling]. 6. Er verschijnt een dialoogvenster waarin een naam voor dit rapport kan worden ingevuld: NB: De naam van het rapport is vrij en het rapport is op elk ander werkstation te kiezen. 7. Klik op de OK-knop door middel van het groene vinkje 8. Wanneer het scherm wordt gesloten verschijnt de volgende waarschuwing: Klik op [OK] om het dialoogvenster te sluiten. Dit onderdeel wordt beschreven in sectie F. 9. Klik op de knop [Print voorbeeld] om het resultaat te controleren. 10. Pas zonodig nog enkele marges aan en herhaal hierbij de stappen 2 t/m 9. E.4 Marges van Brief Tekstverwerker, vaste lay-out instellen In OmniHisScipio is het mogelijk om de brieven die uit de tekstverwerker komen geheel naar eigen inzicht aan te maken/in te stellen. Er wordt dan gebruik gemaakt van een Eigen Lay-out. Het instellen van dergelijke brieven kan geschieden via Archief --> Beheer --> BriefSjablonen. Zie het helpscherm aldaar. Het is ook mogelijk om verwijsbrieven te schrijven met behulp van standaardknoppen. Zie hiervoor het helpscherm verwijsbrief met vaste lay-out. De standaard opmaak van deze brief wordt geregeld in dit onderdeel. 1. Klik op de tab Brief Tekstverwerker, vaste layout. 2. Het volgende scherm verschijnt: 8/16

9 In eerste instantie worden de standaardinstellingen getoond. De marges kunnen eenvoudig worden aangepast. Er kan tevens gekozen worden voor een ander lettertype en/of font-grootte. U kunt hier ook de paginering aan- of uitzetten. Indien u wijzigingen in de standaardinstellingen aanbrengt, dient u de nieuwe instellingen op te slaan en te testen. Volg daarvoor onderstaande stappen 5 t/m Klik op de knop [Bewaar deze parameter-instelling]. 4. Er verschijnt een dialoogvenster waarin een naam voor dit rapport kan worden ingevuld: NB: De naam van het rapport is vrij en het rapport is op elk ander werkstation te kiezen. 5. Klik op de OK-knop door middel van het groene vinkje 6. Wanneer het scherm wordt gesloten verschijnt de volgende waarschuwing: Klik op [OK] om het dialoogvenster te sluiten. Dit onderdeel wordt beschreven in sectie F. 7. Klik op de knop [Print voorbeeld] om het resultaat te controleren. 8. Pas zonodig nog enkele marges aan en herhaal hierbij de stappen 3 t/m 7. F. Voorkeursrapport instellen Het is mogelijk om per rapport een voorkeursrapport in te stellen. Wanneer vanuit OmniHisScipio een printopdracht wordt gegeven, wordt in dit geval direct gekozen voor het voorkeursrapport. Als dit niet is 9/16

10 ingesteld, dient bij het printen telkens voor een rapport gekozen te worden! 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 2. Selecteer het menu-item Werkplek instellingen. Het scherm Instellingen per werkplek verschijnt. 3. Klik op de tab Printers en rapporten. 4. Klik vervolgens op de tab Welke rapport-opmaak gebruiken. 5. Het volgende scherm verschijnt: 6. Klik op de Wijzig-knop in de linker knoppenbalk. 7. Selecteer per rapport een voorkeursrapport: 8. Sla de wijzigingen op door middel van een klik op het groene vinkje. G. Lay-out rapporten aanpassen. Het is mogelijk om binnen OmniHisScipio zelfstandig aanpassingen te maken aan de gebruikte rapporten. Dit kan nodig zijn bij heel specifieke lay-out wensen. Denk hierbij aan het verschuiven van velden etc. 1. Klik op Archief bovenin de menubalk van Scipio. 2. Selecteer het menu-item Werkplek instellingen. Het scherm Instellingen per werkplek verschijnt. 3. Klik op de tab Printers en rapporten. 4. Klik vervolgens op de tab Beheer eigen opmaak rapporten. 5. Het volgende scherm verschijnt: 10/16

11 Zorg dat er géén vinkje staat bij Maak eigen opmaak, door alleen parameters... en klik eventueel op het groene vinkje om de wijziging op te slaan. 6. Klik nu op de knop [Open scherm voor het beheer van de Eigen Opmaak...]. 7. Het volgende scherm verschijnt: 8. Klik op het menu Kies een rapport en selecteer het rapport dat u wilt bewerken: 9. Wanneer gekozen wordt voor Algemeen Recept verschijnt het volgende scherm: 10. De door u toegepaste wijzigingen worden pas doorgevoerd na het klikken op de knop [Pas Toe]. 11. Klik vervolgens op de knop [Print Recept] om het resultaat te testen. 11/16

12 12. Sla het eindresultaat op via de knop [Bewaar als] en geef het rapport een naam. 13. Klik op de OK-knop door middel van het groene vinkje 14. Wanneer het scherm wordt gesloten verschijnt de volgende waarschuwing: Klik op [OK] om het dialoogvenster te sluiten en volg de stappen uit sectie F. 15. Het rapport-ontwerp wordt op uw computer (uw huidige werkplek) opgeslagen in de map /Programma's/OmniHisWerkplek/LocalPrefs/ReportsFolder/ bij een Mac. C:\Scipio\OmniHisWerkplek\LocalPrefs\ReportsFolder\ bij Windows. 16. Via de knop [Bewaar dit rapport in de database] kan het rapport-ontwerp in de database worden opgeslagen en daarmee weer opgehaald worden op een andere werkplek. 17. Om het bewaarde rapport-ontwerp op een andere werkplek te gebruiken, gaat u als volgt te werk: a) Herhaal de bovenstaande stappen 1 t/m 7 en kies eventueel het betreffende Rapport-type. b) Klik op de knop [Haal rapport op uit de database] c) Het volgende scherm verschijnt: 12/16

13 d) Selecteer het gewenste rapport en klik daarna op het groene vinkje. e) Het volgende dialoogvenster verschijnt: Klik op Yes om dit rapport automatisch als voorkeursrapport in te stellen. Klik op No om een keuze uit een lijst te kunnen maken. H. Veel voorkomende print-problemen Foutmelding op de PrintManager U krijgt een foutmelding waarin de term PrtMng of printmanager in voorkomt. De oorzaak ligt in dit geval niet in Scipio maar in de printer-connectie van uw besturingssysteem: De verbinding met uw netwerk-printer is verbroken. Vraag uw systeembeheerder om de connectie met de netwerk-printer te herstellen. Uw netwerk-printer is vervangen maar u heeft de nieuwe printer nog niet gekoppeld met Scipio. De RapportTypes zijn in Scipio nog verbonden met de oude, niet meer aanwezige, printer. Ga naar sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport en gebruik de knop [Wis en Maak RapportType opnieuw aan] om de relevante RapportTypes opnieuw met de (nieuwe) netwerk-printer te koppelen. De printer-driver (aansturingsprogramma) is beschadigd of dubbel aanwezig. 1. Verwijder de betreffende printerdriver(s) of laat uw systeembeheerder dat doen en installeer de meest recente printerdriver opnieuw. 2. Verwijder de betreffende printer(s) in de Systeemvoorkeuren/Configuratie-instellingen van uw besturingssysteem en voeg deze daarna weer toe. Laat dit bij voorkeur door uw systeembeheerder doen. a) Selecteer het menu Apple-->Systeemvoorkeuren...-->Hardware-->Afdrukken en scannen. 13/16

14 b) U krijgt het volgende scherm te zien: Verwijder eerst de printer(s) d.m.v. de min-knop en voeg dezelfde printer(s) daarna weer toe d.m.v. de plus-knop. c) Ga naar sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport en gebruik de knop [Wis en Maak RapportType opnieuw aan] om de relevante RapportTypes opnieuw met de (nieuwe) netwerk-printer te koppelen. a) Ga via de Windows Start-knop naar het onderdeel Apparaten en printers. b) Selecteer de betreffende printer en druk op uw rechter muisknop. c) Selecteer het menu-item Apparaat verwijderen. d) Voeg dezelfde printer weer toe d.m.v. de knop [Een printer toevoegen] bovenin het venster. e) Ga naar sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport en gebruik de knop [Wis en Maak RapportType opnieuw aan] om de relevante RapportTypes opnieuw met de (nieuwe) netwerk-printer te koppelen. Het recept bevat geen gegevens U krijgt bij de printopdracht van het recept de melding dat het recept geen gegevens bevat. De oorzaak hiervan ligt in een beschadigd of afwezig layout-bestand voor de recepten. Om dit layoutbestand opnieuw aan te laten maken door Scipio gaat u als volgt te werk: 1. Sluit Scipio af. 2. Navigeer naar de map ReportsFolder in de OmniHisWerkplek map. /Programma's/OmniHisWerkplek/LocalPrefs/ReportsFolder/ bij een Mac. C:\Scipio\OmniHisWerkplek\LocalPrefs\ReportsFolder\ bij Windows. 3. Verwijder alle bestanden die een naam hebben die begint met rfake uit de map ReportsFolder. 4. Start Scipio. 5. Ga naar sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport en gebruik de knop [Wis en Maak RapportType opnieuw aan] om de relevante RapportTypes opnieuw met de (netwerk-)printer te koppelen. 6. Ga naar sectie E.1. Marges van recepten instellen en controleer of de marges, lettertype, fontgrootte en Kop goed staan ingesteld en pas deze zo nodig aan. 7. Ga naar sectie F. Voorkeursrapport instellen en controleer of voor de recepten het juiste 14/16

15 voorkeursrapport is ingesteld. Het kan soms voorkomen dat een niet meer bestaand voorkeursrapport staat ingesteld. Ook dit kan foutmeldingen veroorzaken. 8. Sluit Scipio af. Er wordt nu een zestal nieuwe standaard rapport-ontwerpen aangemaakt in de map ReportsFolder, allen beginnend met de naam rfake, te weten: rfakealgemeenlandscape rfakealgemeenportrait rfakebrieven rfakedeclaraties rfakelabels rfakerecepten 9. Start Scipio weer op. 10. Print een recept uit. Er worden alleen grijze strepen op een recept afgedrukt (en helemaal niets op brieven) De oorzaak hiervan is een gekozen lettertype dat disabled of niet aanwezig is. Installatie van een nieuwe versie van uw besturingssysteem kan dit soms veroorzaken. De snelste oplossing is om naar sectie E. Marges van rapporten instellen te gaan en voor Recept, LabelWriter-label, Declaratie en Brief één van de systeem-lettertypes in te stellen. Voor de Mac is dat bijvoorbeeld het Lettertype Helvetica. Voor Windows is dit o.a. het lettertype Arial. Zaak is wel dat uw systeembeheerder er voor zorgt dat de noodzakelijke lettertypes weer enabled of geïnstalleerd worden. Zorg dat het juiste voorkeursrapport staat ingesteld. Zie hiervoor sectie F. Voorkeursrapport instellen. LabelWriter: De label-tekst wordt over 2 etiketten verspreid of past niet geheel op 1 etiket Oorzaak: De marges en/of het papierformaat staat niet goed ingesteld. Oplossing: Varieer de bovenmarge tussen en Raadpleeg hiervoor sectie E.2 Marges van labelwriter-label instellen. Stel het juiste papierformaat in, te weten het shipping label of een ander formaat shipping label (ook al gebruikt u adresetiketten). Raadpleeg hiervoor sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport 15/16

16 LabelWriter: In plaats van 1 etiket worden er honderden afgedrukt en/of de printopdracht / Scipio loopt vast. Oorzaak: Het papierformaat staat niet goed ingesteld. Oplossing: Stel het juiste papierformaat in, te weten het shipping label of een ander formaat shipping label (ook al gebruikt u adresetiketten). Raadpleeg hiervoor sectie D. Printer en pagina-opmaak vastleggen per rapport 16/16