Het jaarverslag 2016 biedt een overzicht van de belangrijkste aspecten van het voorbije werkjaar binnen het OCMW.

Transcriptie

1 Voorwoord - p. 1 VOORWOORD Het jaarverslag 2016 biedt een overzicht van de belangrijkste aspecten van het voorbije werkjaar binnen het OCMW. Het overzicht is onderverdeeld in 6 hoofdstukken: 1. de sociale dienstverlening, waarbij zowel de financiële, de maatschappelijke als juridische dienstverlening nader worden toegelicht 2. de ouderenzorg- en dienstencentra, waarbij een aantal statistische gegevens en tendensen wordt weergegeven binnen de woonzorgcentra, de assistentiewoningen, centra voor kortverblijf en de lokale dienstencentra 3. de thuiszorg 4. de belangrijkste investeringen 5. het personeel 6. het bestuur, waarbij de samenstelling van de verschillende overleg- en bestuursorganen wordt weergegeven. De indeling ouderenvoorzieningen thuiszorg is enigszins kunstmatig. Zo omvat het Centrum ouderenzorg en thuiszorg Het Gulle Heem het woonzorgcentrum Het Gulle Heem, het centrum voor kortverblijf De Tussentijd, de assistentiewoningen Het Kader, de assistentiewoningen Tilia en het lokaal dienstencentrum Het Knooppunt. Het Centrum zorgt voor de nodige ondersteuning van de aanleunwoningen en maakt de maaltijden van de dienst thuisbezorgde maaltijden klaar en bezorgt de maaltijden vanuit de keuken van het woonzorgcentrum. Het ouderenzorg- en dienstencentrum Elckerlyc omvat het woonzorgcentrum Elckerlyc, een centrum voor kortverblijf, de assistentiewoningen Ter Meersch en het lokaal dienstencentrum. Een bespreking van de financiële aspecten wordt opgenomen in het verslag bij de jaarrekening 2016, dat opgemaakt wordt door de financieel beheerder van het OCMW. Stefaan Oosthuyse Secretaris Frank Acke Voorzitter

2 Inhoudstafel - p. 2 INHOUDSTAFEL VOORWOORD 1 INHOUDSTAFEL 2 SOCIALE DIENST 4 1. Financiële dienstverlening Vooraf Het recht op maatschappelijke integratie of leefloon Andere financiële steun Steun aan vreemdelingen Ten laste name ouderen Niet-financiële dienstverlening Informatie, advies en doorverwijzing Advies voor zelfstandigen Budgetbegeleiding Recht op energie Trajectbegeleiding Wonen Individuele gezinsbegeleiding Buurtwerk Materiële opvang De Woonclub Huisvesting Katrol Wevelgem, Gullegem, Moorsele Voedselbedeling Juridische dienstverlening Dienst rechtshulp Schuldbemiddeling 32 OUDERENZORG- EN DIENSTENCENTRA Centrum voor ouderenzorg Elckerlyc Woonzorgcentrum Elckerlyc Centrum voor kortverblijf Elckerlyc Lokaal dienstencentrum Elckerlyc Assistentiewoningen Ter Meersch Centrum voor ouderenzorg en thuiszorg Het Gulle Heem Woonzorgcentrum Het Gulle Heem Kortverblijf in het woonzorgcentrum Het Gulle Heem Lokaal dienstencentrum Het Knooppunt Aanleunwoningen Assistentiewoningen Het Kader Assistentiewoningen Tilia 62

3 Inhoudstafel - p. 3 THUISZORG Bejaardenwoningen/ woningen met woonondersteuning Poetsdienst Aanvullende dienst thuiszorg Woonzorgproject MO 2 zuurstof voor Moorsele Klusjesdienst Thuisbezorgde maaltijden Hulpoproepsystemen Zorgbemiddeling en zorgcoördinatie Zorgverzekering Thuiszorg Informatie Punt Lokaal steunpunt thuiszorg 76 INVESTERINGEN 77 PERSONEEL Aantal personeelsleden Aantal personeelsleden Aantal voltijdse equivalenten Aantal personeelsleden en voltijdse equivalenten per activiteitencentrum Deeltijdse en voltijdse tewerkstelling In het OCMW Per activiteitencentrum Leeftijd en geslacht Anciënniteit Gemiddelde geldelijke anciënniteit Gemiddelde geldelijke anciënniteit per dienst en per statuut Statuut Jobstudenten 85 HET BESTUUR 87

4 Sociale dienst - p. 4 SOCIALE DIENST Contactpersonen Het team van de algemene sociale dienst is te bereiken in het administratief centrum van het OCMW, Deken Jonckheerestraat 9, 8560 Wevelgem, tel. 056/ Openingsuren: iedere werkdag is de sociale dienst telefonisch te bereiken of na afspraak. Wie voor het eerst beroep wenst te doen op de sociale dienst, kan dit zonder afspraak elke dag tussen 9 u en u, of op afspraak. Er wordt ook zitdag gehouden in de deelgemeenten Moorsele en Gullegem. Te Moorsele is de sociale dienst te bereiken elke vrijdagvoormiddag van 9 tot uur in het gemeentehuis, Sint-Maartensplein 1, tel. 056/ Te Gullegem wordt elke woensdagvoormiddag van 9 tot uur zitdag gehouden in het gemeentehuis, Peperstraat 10, tel. 056/ In OpStap, Lauwestraat 56 te Wevelgem zijn de gezinsbegeleidster, de arbeidstrajectbegeleiders en de begeleiders van het lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers te bereiken. De buurtwerker heeft zijn kantoor op het Wallaysplein 3 te Wevelgem. Het OCMW en Kompas vzw richtten in april 2015 ambulante drughulp op. De drughulpverlener houdt zitdag in Opstap, Lauwestraat 56 te Wevelgem, elke woensdag van 10 tot uur op afspraak. Het OCMW werkt sinds samen met Dyzo, een gespecialiseerde dienst die advies geeft aan zelfstandigen in moeilijkheden. Deze dienst houdt op elke 4 e maandag van de maand van u tot u zitdag in het administratief centrum van het OCMW. Sinds 21 maart 2016 heeft de Woonclub wekelijks zitdag op maandag van 14 u tot u in het administratief centrum. De Woonclub helpt bij het zoeken naar een woning op de private huurmarkt, begeleiden om uithuiszettingen te voorkomen, helpen bij administratie bij het huren van een woning.

5 Sociale dienst - p FINANCIELE DIENSTVERLENING VOORAF Maandelijks komt het bijzonder comité voor de sociale dienst samen. Dit bijzonder comité neemt alle beslissingen rond individuele dossiers van de sociale dienst, thuiszorg, woonzorgcentra en assistentiewoningen. Voor de sociale dienst betreffen het beslissingen rond het recht op maatschappelijke integratie onder de vorm van een leefloon, opleiding of tewerkstelling, rond aanvullende financiële steun, rond het equivalent leefloon, ten laste name medische kosten voor vreemdelingen, toewijzing van doorgangswoningen en sociale huurwoningen, de Vlaamse Energielening,... Aantal beroepen bij de Arbeidsrechtbank tegen beslissingen: Iedereen kan in beroep gaan bij de Arbeidsrechtbank tegen een beslissing van het bijzonder comité inzake individuele dienstverlening. Het aantal beroepen dat ingediend werd: : : : 1 Aantal intakes: In 2016 waren er 405 intakes waarvan 162 een effectief dossier geworden zijn. Dit is een stijging met respectievelijk 6,5 % en 8,7 %. De overige intakes betroffen hulpvragen die ofwel via een beperkt aantal contacten beantwoord werden, ofwel waarbij de hulpvrager snel na het eerste contact afhaakte HET RECHT OP MAATSCHAPPELIJKE INTEGRATIE OF LEEFLOON Het recht op maatschappelijke integratie De wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie. Het recht op maatschappelijke integratie kan bestaan uit een tewerkstelling en/of leefloon, dat al dan niet gepaard gaat met een integratiecontract. Enkel indien de leefloongerechtigde om gezondheids- of billijkheidsredenen niet in staat is om te werken, kan het leefloon langdurig worden toegekend Wie heeft recht op maatschappelijke integratie? 1. nationaliteit: Belg, staatloze, erkende vluchteling, onderdaan van een andere lidstaat van de Europese Unie, vreemdeling ingeschreven in het bevolkingsregister 2. leeftijd: minstens 18 jaar oud zijn ofwel minder dan 18 jaar oud zijn en hetzij ontvoogd zijn door huwelijk hetzij kinderen ten laste hebben hetzij zwanger zijn 3. verblijfplaats: gewoonlijk en permanent in België

6 Sociale dienst - p inkomsten: onvoldoende inkomsten en niet in staat er zelf te verwerven 5. werkbereid zijn 6. andere uitkeringen: bereid zijn rechten op andere sociale uitkeringen te laten gelden indien het mogelijk is (bv. werkloosheidsuitkering, pensioen, studietoelage, ) Hoeveel bedraagt het leefloon? Het leefloon bedraagt sinds per maand: - voor een samenwonende: 578,27 - voor een alleenstaande: 867,40 - voor een persoon met gezinslast: 1.156, Aantal gerechtigden op maatschappelijke integratie (RMI-gerechtigden) De volgende grafiek geeft de evolutie weer van het aantal RMI-gerechtigden in de gemeente Wevelgem tussen 2012 en aantal gerechtigden

7 Sociale dienst - p Leeftijd RMI-gerechtigden Leeftijd j % % % j % % % j % % % j 16 9 % 14 7 % 16 9 % j % 16 9 % 16 9 % 66 j en meer 3 2 % 1 1 % 1 1 % Jaar Totaal Geslacht van de RMI-gerechtigden Mannen Vrouwen Gezinssituatie van de RMI-gerechtigden Type gezin Samenwonenden 20,1 % 21,5 % 22 % Alleenstaanden 49,7 % 47,9 % 49 % Personen met gezinslast 30,2 % 30,6 % 29 % Enkele vaststellingen uit voorgaande tabellen In 2016 stellen we een daling vast van het aantal RMI-gerechtigden met 6%. Deze daling is tegengesteld aan de cijfers die de POD Maatschappelijke Integratie vaststelt voor de eerste 8 maanden van 2016 (België + 9,5% - Vlaanderen: + 12,9%). De uitgaven zijn licht gestegen met een bedrag van (totale uitgave: ). 41 % van de RMI-gerechtigden is jonger dan 26 jaar. Vaak gaat het om jongeren die een gebrekkige opleiding genoten, in combinatie met een persoonlijke problematiek en een zwak sociaal netwerk. Door deze cumulatie van problemen hebben ze meestal op deze jonge leeftijd nog niet de gepaste attitudes en vaardigheden om zelfstandig hun plaats te vinden in het arbeidscircuit. Deze mensen worden hierin geholpen door de dienst trajectbegeleiding (zie pag. 20). Een tweede belangrijke groep jongeren met leefloon zijn de studenten, die zonder het vangnet van de ouders de studies probeert af te werken Recht op maatschappelijke integratie gekoppeld aan een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie (GPMI)

8 Sociale dienst - p. 8 In 2016 waren er 91 personen met wie een GPMI afgesloten werd. Hiervan waren er 42 jongeren onder de 25 jaar. Voor deze 42 jongeren liepen volgende GPMI s: - voor 1 persoon: GPMI vorming - voor 17 personen: GPMI studies met een voltijds leerplan - voor 17 personen: GPMI opleiding, rechtstreeks leidend naar tewerkstelling - voor 29 personen: andere vorm van GPMI: het gaat hier over GPMI s waarbij afspraken rond activering niet centraal staan, maar waar wel een traject uitgetekend wordt rond verbeteren van de persoonlijke situatie in de brede zin (bv. woonsituatie, budgetbegeleiding, algemene begeleiding, verslavingsproblemen, gezondheidsproblemen, enz.). Een aantal personen doorliep verschillende GPMI s waardoor ze dubbel geteld worden. Sinds november 2016 wordt aan elke toekenning van het recht op maatschappelijke integratie binnen de drie maanden een GPMI gekoppeld, waarin de wederzijdse verwachtingen en afspraken geformaliseerd worden voor de rechthebbende en het OCMW ANDERE FINANCIELE STEUN Naast het recht op maatschappelijke dienstverlening kent het OCMW ook andere financiële hulp toe. Dit gebeurt voornamelijk in situaties waarbij uit het dossier blijkt dat een menswaardig bestaan onmogelijk is met het beperkte inkomen. Een financiële steun kan een maandelijkse verhoging zijn van het inkomen (steunbarema) of een specifieke steun in functie van een welbepaalde kost die zich voordoet (bv. medicatiekosten, huurwaarborg,...). Deze financiële steun dient als aanvulling op het leefloon, maar ook op alle andere mogelijke vormen van inkomen. Elke aanvraag tot het bekomen van aanvullende financiële steun wordt individueel behandeld. Het is bijgevolg niet op dezelfde manier wettelijk afdwingbaar als het leefloon Steunbarema. Vanuit de vaststelling dat de bedragen van het leefloon en enkele andere uitkeringen ontoereikend zijn om een menswaardig bestaan te leiden, kan het inkomen verhoogd worden met een maandelijkse steun, het steunbarema. Dit steunbarema kan toegepast worden voor inkomens lager dan een vastgelegde inkomensgrens. Vanaf bedraagt het basissteunbarema per maand: Categorie 1 - echtparen met of zonder kinderlast - alleenstaanden met kinderlast Categorie 2 - alleenstaanden zonder kinderlast Categorie 3 - samenwonenden Categorie 4 - alleenstaanden met onderhoudsplicht en regelmatig bezoekrecht de helft van het maandelijks bedrag steunbarema persoon met gezinslast Dit basissteunbarema wordt verhoogd met een deel van de huur en met een vast bedrag vanaf het 3 de gezinslid.

9 Sociale dienst - p Aantal dossiers waarbij het steunbarema toegekend werd aantal dossiers Gezinssituatie van diegenen die het steunbarema ontvingen. Type gezin Samenwonenden 20 % 10 % 11 % Gezinnen % Alleenstaanden 80 % 90 % 78 % Energietoelage Verwarmingstoelage. De verwarmingstoelage is een financiële tegemoetkoming die door het OCMW zelf kan toegekend worden. Iedere aanvraag wordt individueel behandeld. Gezinnen die aan de voorwaarden voldoen kunnen volgende tussenkomst krijgen: liter stookolie per jaar kg kolen per jaar kwh gas per jaar elektriciteit per jaar Gezinnen die deze verwarmingstoelage ontvangen, kunnen maandelijks 25 extra ontvangen voor energiekosten op voorwaarde dat zij een energiescan laten uitvoeren in hun woning. Tijdens zo n energiescan, uitgevoerd door de Energiesnoeiers Zuid-West-Vlaanderen, worden heel wat verbruikstips gegeven en enkele kleine energiemaatregelen geïnstalleerd. Hierdoor kunnen gezinnen zich bewuster worden van hun verbruiksgedrag, wat kan leiden tot een daling van de energiefactuur. Volgende tabel geeft een overzicht van het aantal gezinnen dat een verwarmingstoelage ontving en het totaal bedrag dat uitgegeven werd aan deze steun.

10 Sociale dienst - p Aantal gezinnen Totaal bedrag , , , Stookolietoelage. De federale overheid voerde in 2004 maatregelen in waardoor bepaalde categorieën van personen een stookoliepremie kunnen aanvragen via het OCMW. De toepassingsregels werden sinds de invoering een aantal keren aangepast en bijgestuurd. Het bedrag van de toelage blijft op vandaag afhankelijk van de gefactureerde prijs per liter en schommelt tussen de 14 cent en 20 cent per liter. De toelage is begrensd tot 210 en maximaal liter per kalenderjaar en per gezin. Enkel de volgende brandstoffen komen in aanmerking: huisbrandolie (of mazout) aan de pomp en in bulk voor het vullen van de brandstoftank aan huis, verwarmingspetroleum en bulkpropaangas. Geleverd in grote hoeveelheid (in een tank en niet in flessen). Volgende tabel geeft een overzicht van het aantal gezinnen dat een stookoliepremie ontving en het totaal bedrag van de toegekende steun. Deze bedragen worden door de POD Maatschappelijke integratie integraal aan het OCMW terugbetaald Aantal gezinnen Totaal bedrag , , , Schooltoelage. Heel wat mensen met schoolgaande kinderen hebben het vooral in september moeilijk om rond te komen wegens schoolkosten die vooral in die maand erg hoog kunnen oplopen. Deze kosten kunnen vaak niet opgevangen worden door de schoolpremie die sinds 2006 uitbetaald wordt als éénmalige aanvulling op de kinderbijslag. De schooltoelage bestaat uit 3 onderdelen: - toekenning van een basisschooltoelage: - 75 per kind in het lager onderwijs per kind in het middelbaar onderwijs - de basisschooltoelage voor het middelbaar onderwijs wordt aangevuld met een tussenkomst van 50 % in schoolabonnement en schoolrekeningen (exclusief maaltijden) na voorlegging van de factuur door de cliënt, met een maximum van 250 per schooljaar. Van deze uit te betalen supplementen wordt de eventueel toegekende studietoelage in het lopende of het volgende schooljaar afgetrokken. - voor zowel kleuter-, lager en middelbaar onderwijs, na individuele raadsbeslissing: - toekenning van een maandelijkse tussenkomst in schoolmaaltijden voor kansarme kinderen die thuis geen of onvoldoende maaltijden krijgen - toekenning van een eenmalige tussenkomst in speciale activiteiten zoals bosklassen. Jaar Aantal gezinnen Aantal kinderen Uitbetaald bedrag , , ,62

11 Sociale dienst - p Toelage sociale, culturele en sportieve participatie. Sinds 2003 vaardigt de federale overheid jaarlijks een KB uit dat de toekenning regelt van een subsidie aan de OCMW s, teneinde de sociale en culturele participatie en ontplooiing van hun cliënten te bevorderen. Het KB van 9 juli 2010 voert een bijkomende toelage ten gunste van kansarme kinderen in. Het is een toelage om de maatschappelijke integratie van kansarme minderjarige kinderen te bevorderen. De maximale subsidie voor 2016 was De bijkomende toelage ten gunste van kansarme kinderen bedroeg In 2016 werd aan 195 personen een socio-culturele steun toegekend. Deze steun wordt volledig betoelaagd door de federale overheid Overzicht van andere steunvormen. Hierna wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste financiële tussenkomsten. Telkens worden het aantal geholpen gezinnen en de totale financiële steun aangeduid Tussenkomst in kosten van medische verzorging. Aantal gezinnen Totaal bedrag , , , Tussenkomst in farmaceutische kosten. Aantal gezinnen Totaal bedrag , , , Tussenkomst bank- en huurwaarborg. Aantal gezinnen Totaal bedrag , Tussenkomst eersteleeftijdsmelk. Aantal gezinnen Totaal bedrag , , ,72

12 Sociale dienst - p Voorschotten sociale uitkeringen. Een bijkomende vorm van financiële hulp is het geven van voorschotten op sociale uitkeringen, waarvan de uitbetaling als gevolg van allerlei omstandigheden vertraging oploopt. Het gaat om voorschotten op o.m. lonen, pensioenen, ziekte- en invaliditeitsuitkering, kinderbijslag en geboortepremie, werkloosheidsuitkeringen, tegemoetkoming gehandicapten. Deze voorschotten worden integraal terugbetaald via de instellingen die de sociale uitkering uitbetalen Installatiepremie daklozen. Daklozen met een laag inkomen die een woning betrekken, hebben eenmalig recht op een premie van het OCMW om de kost van hun installatie te dragen. Onder dakloze moet worden verstaan de persoon die niet over een eigen woongelegenheid beschikt, die niet de middelen heeft om daar op eigen krachten voor te zorgen en daardoor geen verblijfplaats heeft, of tijdelijk in een tehuis verblijft in afwachting dat hem een eigen woongelegenheid ter beschikking wordt gesteld. In 2016 werd aan 21 personen de installatiepremie toegekend. Het bedrag is afhankelijk van het statuut en de situatie van de cliënt en is in deze situaties het bedrag leefloon met gezinslast (zelfs al is men alleenstaande of gaat men samenwonen) Aantal personen STEUN AAN VREEMDELINGEN Onderstaande tabel geeft het aantal personen weer met financiële hulp. Aantal personen met financiële hulp Personen met illegaal verblijf Niet-LOI-bewoners equivalent leefloon of medische kosten LOI-bewoners medische kosten Totaal aantal bewoners LOIwoningen

13 Sociale dienst - p aantal personen met financiële hulp personen met illegaal verblijf niet-loi-bewoners equivalent leefloon of medische kosten LOI-bewoners medische kosten Het totaal aantal financiële tussenkomsten door het OCMW in (dringende) medische kosten aan vreemdelingen of in equivalent leefloon is doorheen de jaren sterk gedaald. Enkele evoluties voor 2016: Sinds 1 juni 2013 startte de POD maatschappelijke integratie met een reorganisatie van de verbintenissen tot ten laste name medische kosten en controle/betaling van facturen medische kosten. Hierdoor wordt de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit de centrale organisatie voor de administratie medische kosten, in plaats van het OCMW. Bedoeling is dat deze reorganisatie op termijn de administratieve belasting beperkt voor alle medische facturen gelinkt aan het OCMW. Tot nog toe betreft het de facturen voor medische kosten gefactureerd door een ziekenhuis voor behoeftige personen die niet over een ziektekostenverzekering beschikken en ook niet kunnen worden aangesloten bij een mutualiteit. Deze wijziging heeft een invloed op de bovenstaande cijfers die enkel refereren naar effectieve tussenkomsten van het OCMW. Door een aanpassing van de wet op het Recht op Maatschappelijke Integratie zijn sinds december 2016 personen met het subsidiair beschermingsstatuut gerechtigd op een leefloon in plaats van een equivalent leefloon. Vanaf 2017 zal deze verschuiving ook in de jaarcijfers opgenomen worden. In 2016 werd voor een totaal bedrag van ,09 financiële steun aan vreemdelingen uitgekeerd (hierin zijn inbegrepen: maandelijks equivalent leefloon, loon art.60 7, gewaarborgde gezinsbijslag, farmaceutische kosten, dokterskosten en ziekenhuisrekeningen). Dit bedrag is opnieuw sterk gedaald, met ongeveer De oorzaak is een daling van de loonkost art voor deze doelgroep. Alle andere kostentypes zijn immers gestegen. Het uitgegeven bedrag wordt grotendeels terugbetaald door de federale overheid. De volgende tabel geeft het uitgegeven bedrag per jaar weer. Jaar Financiële steun vreemdelingen

14 Sociale dienst - p , , , , , , , , , , , , , , , TEN LASTE NAME OUDEREN Een specifieke financiële steunverlening betreft de tegemoetkoming aan ouderen die in een woonzorgcentrum verblijven en die onvoldoende inkomsten hebben om de volledige verblijfskosten te betalen. In zo n geval kan het OCMW de verblijfskosten geheel of gedeeltelijk ten laste nemen. Het OCMW Wevelgem is enkel bevoegd om tussen te komen voor ouderen die vóór hun opname in het bevolkingsregister van de gemeente Wevelgem waren ingeschreven. Er wordt telkens nagegaan over welke onroerende goederen en over welke financiële middelen de oudere beschikt. Een goedkeuring door de Raad houdt in dat de dagprijs (of een gedeelte ervan) van het woonzorgcentrum betaald wordt door het OCMW. Alle inkomsten van de oudere worden aan het OCMW afgedragen, met uitzondering van zakgeld. Iedere resident, ten laste van een OCMW, heeft recht op een maandelijks uitbetaald zakgeld waarover hij vrij kan beschikken om in zijn persoonlijke behoeften te voorzien. Zo kunnen kosten voor medicatie niet aangerekend worden op het zakgeld. Het zakgeld bedraagt momenteel 1.119,06 per jaar en is gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Volgende tabel geeft een evolutie van het aantal ouderen dat ten laste is van het OCMW Wevelgem. Het betreft zowel ouderen die in woonzorgcentra van het OCMW verblijven als ouderen die in andere woonzorgcentra wonen. Jaar OCMW-woonzorgcentra Andere woonzorgcentra Elckerlyc Het Gulle Heem Totaal In het kader van de financiële tegemoetkoming vanwege het OCMW in de verblijfskosten van ouderen in een woonzorgcentrum, is het OCMW wettelijk verplicht om na te gaan in welke mate er een gehele

15 Sociale dienst - p. 15 of gedeeltelijke terugvordering kan gebeuren van de onderhoudsplichtigen van de oudere die ten laste werd genomen. De onderhoudsplichtigen kunnen maximaal verantwoordelijk gesteld worden voor hun 'kindsdeel'. Het wettelijk vrijgesteld bedrag is sinds : , ,32 per persoon ten laste (netto belastbaar inkomen). In 2016 waren er twee bewoners van de OCMW-woonzorgcentra voor wie de onderhoudsplichtigen meebetaalden in de verblijfskosten. Van de ouderen die in andere woonzorgcentra verblijven en ten laste zijn van het OCMW Wevelgem werd voor 1 persoon de onderhoudsplicht toegepast. Hoeveel het OCMW bijdraagt in de verblijfskosten van bewoners in het woonzorgcentrum wordt duidelijk in onderstaande tabel. Jaar Bedrag dat het OCMW bijdraagt Bedrag dat het OCMW ontvangt via via onderhoudsplicht pensioen OCMWwoonzorgcentra Andere woonzorgcentra , ,04 351, , , , , , , ,56 Netto-kost voor het OCMW 8.155, , ,06 Het negatieve bedrag van ,06 heeft te maken met terugbetalingen die gebeurden voor vorige jaren.

16 Sociale dienst - p NIET-FINANCIELE DIENSTVERLENING INFORMATIE, ADVIES EN DOORVERWIJZING In de sociale dienst kan een cliënt steeds terecht bij een maatschappelijk werker voor advies en informatie. Algemene sociale, psychologische en ook administratieve ondersteuning is vaak een onontbeerlijke stap naar zelfredzaamheid. Indien het OCMW niet in staat is om doeltreffend hulp te bieden, wordt de cliënt toegeleid naar een meer gespecialiseerde dienst ADVIES VOOR ZELFSTANDIGEN Het OCMW werkt sinds samen met Dyzo (vroeger vzw Efrem), een gespecialiseerde begeleidingsdienst die zich toelegt op het adviseren en begeleiden van actieve ondernemers die met situaties en vragen geconfronteerd worden waarop ze zelf geen uitweg of antwoord vinden, gefailleerden en allen die nog problematiek ondervinden omwille van een vroegere zelfstandige activiteit. Elke maand houdt de vzw Dyzo een zitdag in het OCMW. In 2016 werden 19 dossiers van zelfstandigen in moeilijkheden door Dyzo vzw begeleid. Dat zijn er evenveel als in Onderstaande grafiek geeft het aantal begeleide dossiers weer: aantal dossiers BUDGETBEGELEIDING Het OCMW Wevelgem is een erkende dienst schuldbemiddeling. De sociale dienst biedt hulp bij het beheer van inkomsten en uitgaven. Dit kan onder diverse vormen van hulpverlening nl. budgetbegeleiding en budgetbeheer. Budgetbegeleiding houdt in dat een maatschappelijk werker de cliënt bijstaat en adviseert inzake het beheer van zijn budget. De maatschappelijk werker geeft tips en leert de cliënt hoe hij zijn budget beter kan beheersen en aanwenden. De cliënt blijft tijdens de budgetbegeleiding zelf de beslissingen nemen i.v.m. zijn maandelijkse betalingen en/of de besteding van zijn leefgeld. De cliënt kan steeds beslissen de budgetbegeleiding stop te zetten.

17 Sociale dienst - p. 17 Budgetbeheer gaat verder dan budgetbegeleiding en kan, mits akkoord van de cliënt, worden opgestart in volgende gevallen: bij onmogelijkheid om budgetbegeleiding op te starten; wanneer ingeschat wordt dat budgetbegeleiding de cliënt onvoldoende zal helpen; wanneer een eerder opgestarte budgetbegeleiding onvoldoende doeltreffend werkt. Bij budgetbeheer neemt de maatschappelijk werker het beheer van de financiële middelen van de cliënt over. Dit betekent dat de maatschappelijk werker de financiële beslissingen neemt, deze beslissingen met de cliënt bespreekt. De cliënt kan steeds beslissen het budgetbeheer stop te zetten. Aantal dossiers schuld- en budgethulpverlening: Aantal dossiers De personen die financieel begeleid worden door de sociale dienst zijn zowel mensen met een inkomen uit arbeid als mensen die recht hebben op één of andere uitkering. Sommige personen die in budgetbegeleiding of budgetbeheer zijn bij de sociale dienst, hebben bovendien te kampen met één of meerdere lopende schulden. Voor deze mensen is er niet alleen budgethulpverlening nodig maar ook schuldhulpverlening. Hieronder wordt een overzicht gegeven van het aantal dossiers budgethulpverlening zonder schuldbemiddeling en het aantal dossiers budgethulpverlening waar ook een schuldenproblematiek aan gekoppeld is. Bij mensen met een onbeheersbare schuldenlast kan, mits akkoord van de cliënt, worden overgegaan tot een collectieve schuldenregeling (onder toezicht van de arbeidsrechtbank). Aantal dossiers budgethulpverlening Budgetbegeleiding zonder schuldbemiddeling Budgetbeheer zonder schuldbemiddeling Aantal dossiers schuldhulpverlening Schuldbemiddeling Budgetbegeleiding met schuldbemiddeling 10 / 36 Budgetbeheer met schuldbemiddeling Collectieve schuldenregeling met OCMW Wevelgem als schuldbemiddelaar Budgetbeheer met externe collectieve schuldenregeling RECHT OP ENERGIE Budgetmeters. Sinds is de energiemarkt voor levering van gas en elektriciteit in Vlaanderen vrij. Iedere verbruiker krijgt sindsdien energie geleverd door een commerciële leverancier. In een decreet van heeft de Vlaamse Regering een sociaal vangnet voorzien. De sociale openbaredienstverplichtingen moeten worden uitgevoerd door de netbeheerder. Voor Wevelgem is de netbeheerder voor elektriciteit Infrax, de netbeheerder voor gas is Eandis. Klanten die hun rekeningen niet stipt betalen, kunnen door de commerciële leveranciers gedropt worden - de energielevering wordt stopgezet. Indien de klant geen contract kan of mag afsluiten met een andere commerciële leverancier, moet de netbeheerder energie leveren, weliswaar aan een hoger tarief dan wat de commerciële leveranciers aanrekenen.

18 Sociale dienst - p. 18 Voor elektriciteit bestaat de mogelijkheid om de stroom te beperken en om te werken met een budgetmeter. De klant kan prepaid elektriciteit gebruiken, tot het bedrag is opgebruikt. Dan dient de budgetmeterkaart opnieuw opgeladen te worden. Wanneer het bedrag is opgebruikt, valt de levering automatisch terug op 10 Ampère. Sinds de herfst 2009 is Eandis gestart met het plaatsen van budgetmeters voor de levering van gas. Naast het oplaadpunt voor elektriciteit beschikt het OCMW sindsdien ook over een oplaadpunt voor de budgetmeter gas. In 2016 zijn er op het grondgebied Wevelgem 288 budgetmeters actief (169 voor elektriciteit en 119 voor gas). Jaar Aantal opladingen Totaal bedrag voor elektriciteit , , , ,92 Jaar Aantal opladingen Totaal bedrag voor gas , , , ,00 Zowel Eandis als Infrax betalen een vergoeding aan het OCMW voor de dienstverlening ivm het opladen van de kaart voor budgetmeters. Ze betalen een vergoeding per oplading, een jaarlijks forfaitair bedrag voor het ter beschikking stellen van een lokaal en een vergoeding per persoon die minstens 12 keer per jaar de budgetkaart komt opladen. Eandis betaalt daarnaast ook een vergoeding per betaling via de betaalterminal. In 2016 ontving het OCMW van Eandis ,20 en van Infrax 8.274, Lokale adviescommissie. Iedereen heeft, volgens het decreet van 20 december 1996, recht op een minimale levering van elektriciteit, gas en water en dat zonder onderbreking. Elektriciteit, gas en water mogen alleen nog in hoogst uitzonderlijke gevallen worden afgesloten. Vóór de leverancier de energietoevoer afsluit, moet hij eerst advies vragen aan de lokale adviescommissie. In elke gemeente is een Lokale Adviescommissie opgericht, waarbij het OCMW het voorzitterschap opneemt. Commerciële leveranciers kunnen geen aanvraag indienen bij de commissie, enkel de netbeheerders die sociale leverancier zijn, kunnen een vraag tot schorsing van energie stellen aan de commissie. Voor elektriciteit is dit Infrax, voor gas is dit Eandis, voor water De Watergroep. Jaar Aantal dossiers voor Infrax Aantal dossiers voor Eandis Aantal dossiers voor De Watergroep Totaal aantal dossiers In 2016 kwam de lokale adviescommissie 11 keer samen, waarbij in totaal 286 dossiers werden behandeld. Van deze 11 commissies waren er 9 met Eandis/Infrax (gas en elektriciteit) en 2 voor De

19 Sociale dienst - p. 19 Watergroep (water). Sinds 2013 worden cliënten die uitgenodigd worden naar de Lokale adviescommissie en niet reageren, thuis opgezocht. In 2016 werden 60 huisbezoeken afgelegd De Energiesnoeiers. De Vlaamse overheid heeft de distributienetbeheerders (zoals Infrax en Eandis) verplicht om een welbepaald aantal energiescans uit te voeren bij Vlaamse gezinnen. In Wevelgem worden de scans uitgevoerd door 'de Energiesnoeiers, die ondergebracht zijn onder vzw Effect (voordien vzw B.N.D. Buurt- en nabijheidsdiensten). De Energiesnoeiers geven tijdens een energiescan eenvoudige energietips en plaatsen ook gratis energiebesparende maatregelen (buisisolatie, spaardouchekop, spaarlampen en radiatorfolie) voor een bedrag van ongeveer 20 euro. De energiescan is volledig gratis en wordt betaald door Infrax. In 2016 werden in Wevelgem 124 energiescans uitgevoerd. Ongeveer 88% daarvan werd uitgevoerd bij huurders van SHM de Vlashaard. Huurders van een sociale woning zijn één van de categorieën die recht hebben op een energiescan. Bij 18 beschermde afnemers werd een energiescan afgenomen in 2016 (14%). Er werden 9 scans uitgevoerd bij mensen met een actieve budgetmeter (vgl. in 2015: 7 scans) De Vlaamse Energielening (voormalig FRGE). Sinds de zomer 2014 werd het F.R.G.E. geregionaliseerd in het kader van de 6 de staatshervorming. Sindsdien werd het F.R.G.E. omgevormd tot de Vlaamse Energielening. Elke bewoner van Wevelgem kan een Vlaamse Energielening aanvragen, maar enkel personen uit de sociale doelgroep kunnen dit renteloos. Voor Wevelgem werden in 2016 vijf renteloze krediet-aanvragen ingeleid bij de lokale entiteit. De energielening stelt middelen ter beschikking die goedkoop kunnen worden ontleend met het oog op energiebesparende investeringen. Voor de regio Zuid-West-Vlaanderen trad in 2015 het OCMW Kortrijk op als lokale entiteit of zogenaamd energiehuis. W13 werd in 2016 erkend als Energiehuis. Voor de concrete verwerking van de aanvraagdossiers en de opvolging van de leningen werkt W13 samen met het team Energie van OCMW Kortrijk en met de sociale leningsmaatschappij Elk Zijn Huis. Er zijn 13 gemeenten waaronder Wevelgem die zich akkoord verklaarden met de geldende reglementen en die hun inwoners dergelijke leningen kunnen aanbieden. Er zijn verschillende investeringen waarvoor geld ontleend kan worden; allen hebben te maken met het besparen van energie in de woning. aantal kredietaanvragen renteloze lening SDIP: sociaal dakisolatieproject. De Vlaamse overheid zet sterk in op het energiezuinig maken van woningen en meer bepaald op het isoleren van daken. Vanaf 2015 zorgt een niet of slecht geïsoleerd dak voor strafpunten bij een onderzoek van de woningkwaliteit. Vanaf 2020 is het verhuren van woningen zonder dakisolatie zelfs verboden. Via een gericht premiebeleid van de distributienetbeheerders (Eandis, Infrax, e.a.) worden verhuur-ders van panden gemotiveerd om het dak van hun eigendom(men) te laten isoleren. Hiervoor bestaat er een zogenaamde superpremie die 20 euro/m² bedraagt.

20 Sociale dienst - p. 20 Niet alle verhuurde woningen komen hiervoor echter in aanmerking; wel diegenen van wie de huurders behoren tot de sociale doelgroep. De Energiesnoeiers vzw, als verantwoordelijke project-promotor voor bekendmaking en opvolging van de regionale SDIP-dossiers, werkt hiervoor nauw samen met de medewerker energie van het OCMW. Potentiële dossiers uit de lijst van uitgevoerde energiescans worden doorgegeven aan de medewerker energie, die op zijn beurt via de maatschappelijk werker of zelf, probeert na te gaan of er interesse is bij de eigenaar om het dak te laten isoleren. Ook de OCMW-woningen komen in aanmerking voor SDIP. Er waren 3 afgewerkte SDIP-dossiers in 2016 (vgl. 9 in 2015) Renovatiebegeleiding. Het project Warmer Wonen voorzag in een regionale ploeg van renovatiebegeleiders. De doelstelling is de globale woonkwaliteit te verbeteren, met name het wooncomfort en de energie-efficiëntie, van het regionale woonpatrimonium met specifieke aandacht voor kansengroepen. Alle 13 Zuid-West-Vlaamse openbare besturen schaarden zich achter de intenties van Warmer Wonen en ondertekenden een intentieverklaring. Vanuit Wevelgem werden 5 dossiers renovatiebegeleiding opgestart en begeleid door de renovatiebegeleider. Twee dossiers werden gestart na een infosessie Woonmarkt, waar de renovatiebegeleider aanwezig was. De overige dossiers werden doorverwezen vanuit de gemeente TRAJECTBEGELEIDING Individuele trajectbegeleiding Situering Tewerkstelling en opleiding zijn belangrijke instrumenten ter bestrijding van kansarmoede. Het OCMW speelt hierop in door een actief tewerkstellingsbeleid te voeren via trajectbegeleiding. Trajectbegeleiding is een individuele en intensieve begeleidingsvorm met als doelstelling het begeleiden van werkzoekenden bij hun doorstroming naar de reguliere of sociale arbeidsmarkt. De trajectbegeleider ondersteunt en begeleidt cliënten in hun zoektocht naar een aangepaste tewerkstelling. Trajectbegeleiding is een tweedelijnsdienst. Dit houdt in dat cliënten worden doorverwezen door de algemene sociale dienst. De voorwaarden zijn een stabiele situatie op vlak van huisvesting, verslavingsproblematiek, Het betreft voornamelijk werkzoekenden die er door omstandigheden niet in slagen om zelfstandig door te stromen naar de arbeidsmarkt, maar mits de nodige begeleiding en ondersteuning hun vaardigheden en kwaliteiten kunnen inzetten in een activeringstraject op maat. Afhankelijk van de nood en vraag van de cliënt kan het traject verschillende vormen aannemen. Deze vormen zijn cumuleerbaar binnen eenzelfde traject. De verschillende vormen zijn: Art.60 7 tewerkstelling tewerkstelling op de reguliere markt (IBO, Activa, ) nazorg na een art.60 7 contract begeleiding naar sociale tewerkstellingen via tewerkstellingsmaatregelen zoektocht naar werk in NEC (normaal economisch circuit) begeleiding tijdens opleiding (VDAB / tweedekansonderwijs) begeleiding tijdens contract op de sociale of reguliere arbeidsmarkt begeleiding tijdens opleiding terwijl personen leefloon krijgen VDAB opleidingen

21 Sociale dienst - p. 21 Tweedekansonderwijs trajectbegeleiding onder de vorm van o.a.: vrijwilligerswerk voortrajecten (Ak-tra-Ctie, voortraject anderstaligen, ) arbeidszorg trainingen (sollicitatietraining, attitudetraining, agressiebegeleiding, ) De volgende grafiek geeft de opdeling van de begeleidingen in 2016 weer (gemeten eind 2016): lopende tewerkstellingen art.60 7 nazorg heropstart na ontslag contract art.60 7 stopgezette vooropleiding art.60 7 zonder verdere begeleiding begeleiding tijdens vooropleiding / contract art ,64% 9,84% 17,21% 18,03% 25,41% trajectbegeleiding (o.a. vrijwilligerswerk, voortrajecten, 27,87% Trajectbegeleiding is een begeleiding van langere duur. De duur hangt af van de afstand tot de arbeidsmarkt van de cliënt. Deze afstand wordt groter naargelang de persoon langer werkloos is, minder werkervaring heeft, een laag opleidingsniveau heeft, etc. Doorheen de trajectbegeleiding wordt geprobeerd de afstand van de cliënt naar de arbeidsmarkt kleiner te maken In de praktijk Algemeen Volgende tabel geeft een overzicht van het aantal personen in trajectbegeleiding tijdens de voorbije jaren. Jaar Aantal mannen Aantal vrouwen Totaal De leeftijd van de personen: Jaar/Leeftijd 25jaar jaar 50 jaar ,8% 61,1% 11,1% ,17% 59,38% 11,46% ,33% 59,84% 9,84% Art.60 7 Onderstaande tabel geeft het totaal aantal personen weer dat werd tewerkgesteld met art contract. Jaar

22 Sociale dienst - p. 22 Art Tewerkstelling in het kader van art van de OCMW-wet is een zeer specifieke vorm van tewerkstelling. Het OCMW kan gedurende een bepaalde periode (afhankelijk van de leeftijd) een persoon die leefloon krijgt, tewerkstellen. Het voornaamste doel hierbij is werkervaring opdoen en rechten opbouwen binnen de sociale zekerheid (werkloosheids- en ziekte-uitkering). Van de 44 personen die in 2016 via een art contract tewerkgesteld werden, waren er op 1/1/2017 nog 20 personen in dienst. Er zijn dus 24 personen die in de loop van 2016 hun tewerk-stelling beëindigd hebben. Dit einde contract had verschillende redenen: Stopzetting wegens voldoende dagen gepresteerd: 9 personen: einde contract art.60 7 met voldoende gepresteerde dagen waardoor men het recht op werkloosheidsuitkering geopend heeft. Vroegtijdige stopzetting: 6 personen kregen hun ontslag dringende reden. 2 contracten werden niet verlengd (we werken steeds met een eerste tijdelijk contract van 3 maanden waar er pas na een positieve evaluatie een verlenging van hun contract gebeurt). 7 contracten werden stopgezet in onderling akkoord wegens het invoeren van time out omwille van randproblemen waar eerst aan moet gewerkt worden. Volgende tabel geeft de werksituatie weer na 3 en 6 maanden na het einde van het art.60 7-contract. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen personen die hun art.60 7-contract volledig doorlopen hebben (= voldoende dagen gepresteerd) en personen die vroegtijdig ontslagen werden of voor wie hun contract niet verlengd werd. SITUATIE NA 3 M Beëindiging wegens voldoende dagen gepresteerd Vroegtijdige stopzetting SITUATIE 6 M Beëindiging wegens voldoende dagen gepresteerd Vroegtijdige stopzetting privé-tewerkstelling 2 privé-tewerkstelling 1 sociale werkplaats sociale werkplaats 1 werkloosheidsuitkering 3 1 werkloosheidsuitkering 3 ziekte-uitkering 1 ziekte-uitkering 1 leefloon 4 leefloon 2 art art opleiding opleiding geen inkomsten 4 geen inkomsten 3 nog niet gekend 3 4 nog niet gekend 3 6 onbekend onbekend 2 Totaal (24) Uit deze cijfergegevens kunnen we afleiden dat heel vaak verschillende kansen nodig zijn. Daarnaast zien we dat - zelfs als de art.60 7-tewerkstelling positief afgerond werd - een overgang naar verdere tewerkstelling vaak moeilijk verloopt en dit omwille van diverse redenen zoals de steeds hogere eisen van de werkgevers, het niet beschikken over een diploma, onvoldoende werkervaring, geen vervoer, geringe opvangmogelijkheden, onvoldoende doorzettingsvermogen, Er moet al tijdens het contract aandacht zijn voor de oriëntering van de persoon op de arbeidsmarkt en de nodige stappen moeten al gezet worden nog voor het einde van zijn contract bv. inschrijving opleiding, aanvraag screening van cliënt voor het bekomen van tewerkstellingsmaatregelen,

23 Sociale dienst - p. 23 Tewerkstellingsplaatsen voor personen tewerkgesteld met een contract art. 60 7: Binnen het OCMW en de gemeente Het OCMW beschikt over een opleidings- en tewerkstellingsproject in de Wijnbergstraat te Wevelgem. Het opleidings- en tewerkstellingsproject werkt in eerste instantie voor het OCMW, daarnaast voor de gemeente en occasioneel voor de sociale huisvestingsmaatschappij de Vlashaard. Het opleidings- en tewerkstellingsproject bestaat uit een groenploeg en een renovatieploeg. De groenploeg doet alle groenwerk, legt tuinpaden aan, legt klinkers, De renovatieploeg plaatst gyproc muren, schildert, doet isoleerwerken, timmerwerken en kleine herstellingswerken. De cliënten worden in functie van hun vaardigheden en interesses in één van deze ploegen tewerkgesteld. In 2016 werden in het project 11 cliënten tewerkgesteld via een contract art Dit jaar werd een vorming voorzien in functie van het verhogen van tewerkstellingskansen: Veiligheid en preventie op het werk - interne preventieadviseur In 2016 konden in de eigen OCMW-woonzorgcentra 5 personen tewerkgesteld worden: 3 personen als logistiek assistent, 1 persoon als administratief bediende en 1 persoon als technieker. In de gemeentediensten zijn in 2016 geen personen tewerkgesteld. 1 persoon is wel gestart met haar vooropleiding. Art.60 7 in de sociale economie Er wordt samengewerkt met vzw Kringloopcentrum Zuid-West-Vlaanderen en vzw Constructief (deltagroep). Deze vzw heeft verschillende vestigingen waar mensen aan de slag kunnen in verschillende functies: verkoop, atelierwerking, sortering, chauffeur, magazijnier, receptie, Naast het kringloopcentrum hebben we ook een samenwerkingsakkoord met de Beschutte werkplaats t Veer te Menen en vzw Effect te Kortrijk (voormalige Buurt- en Nabijheidsdiensten) waar ook verschillende functies kunnen ingevuld worden. Tijdens het voorjaar van 2016 werd er een nieuwe samenwerking aangegaan met het project ZOWE van de WAAK. Dit wordt verder toegelicht in Hieronder vind je een samenvattend overzicht van de contracten in de verschillende tewerkstellingsplaatsen buiten de eigen diensten. KLC Wevelgem KLC Kortrijk KLC Marke KLC Menen KLC Beverleie t Veer De Speelhoek (vzw Effect) De Waak Klusjesdienst Buurtsport (project ZOWE) (vzw Effect) (vzw Effect) Art.60 7 in het NEC (normaal economisch circuit)

24 Sociale dienst - p. 24 Aantal Hierbij kunnen we personen in een privébedrijf laten werken via een art.60 7 contract mits een minimale loontussenkomst van het privébedrijf, het OCMW blijft hier werkgever. We willen blijven inzetten om een brug te bouwen met de privémarkt en doorstroom te bevorderen Ondersteunende projecten ESF voortrajecten allochtonen Sinds januari 2008 is er een samenwerkingsovereenkomst met OCMW Kortrijk om jaarlijks minstens 1 cliënt een voortraject te laten volgen. De kern van het voortraject is een oriëntatie van de allochtoon op de arbeidsmarkt. Dit traject is een combinatie van Nederlandse lessen, vorming en assessment om een beter zicht te krijgen op de mogelijkheden van de kandidaten. In 2016 namen 5 personen deel aan het voortraject allochtonen, wat leidde tot een doorstroming naar een art.60 7-tewerkstelling in personen zijn nog steeds in dienst, 1 persoon kon niet worden geactiveerd wegens de taalbarrière en 2 personen volgen nog trajectbegeleiding. ZOWE project WAAK ZOWE ofwel zorgzaam werk wil mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, of mensen die niet echt hun draai vinden binnen het bestaand werk- of activiteitenaanbod, toch een plaats geven. Een activiteit op maat of waar mogelijk met de focus op doorstroom naar betaald werk. Bij ZOWE vertrekken ze niet van labels of statuten, maar van vragen en mogelijkheden. ZOWE kende een voorzichtige start begin 2015, om vanaf het voorjaar 2016 te accelereren richting meer mensen, op meer werkvloeren. ZOWE in WAAK, dat betekent activiteiten in de tuinbouw en in inpak- en montagewerk. Ook in de groendienst, het poetsen, de metaalafdeling en het technisch team kunnen er mensen tewerkgesteld worden. In 2016 zijn hier 3 mensen naar verwezen en 2 ervan zijn effectief gestart WONEN Drie verschillende diensten in het OCMW leggen zich specifiek toe op het aspect wonen : - de dienst individuele woonbegeleiding - het buurtwerk - de dienst materiële opvang voor asielzoekers. Deze diensten nemen naast hun hoofdopdracht ook de zorg voor de doorgangswoningen en sociale huurwoningen op Individuele gezinsbegeleiding. Woonbegeleiding biedt ondersteuning in alle aspecten die met wonen te maken hebben. Cliënten worden op maat ondersteund en geadviseerd, wat betekent dat woonbegeleiding bij iedere persoon of elk gezin op een verschillende manier ingevuld wordt. Er wordt op alle levensdomeinen gewerkt: organisatie huishouden, voeding, gezondheid, daginvulling, opvoedingsondersteuning, huiswerkbegeleiding, psychosociale begeleiding, contacten en doorverwijzing naar andere diensten,... Samenwerking met de algemene sociale dienst en cliëntgericht overleg met andere diensten zijn noodzakelijk.

25 Sociale dienst - p. 25 Zelfstandiger worden en (opnieuw) controle krijgen over de dagelijkse situatie zijn enkele algemene doelstellingen van woonbegeleiding, waarbij op een zeer praktische manier tewerk gegaan wordt. Door samen taken te verrichten, worden vaardigheden aangeleerd. De dienst richt zich tot cliënten die gekend zijn bij de sociale dienst van het OCMW. In 2016 werden 21 personen of gezinnen begeleid. Eind 2016 waren nog 13 personen of gezinnen in begeleiding. Er werden 10 nieuwe begeleidingen opgestart. Het publiek van de 21 begeleidingen is zeer verscheiden. Hieronder worden de gezinssituatie, de woonsituatie en de leeftijd van de begeleidingen weergegeven. Gezinssituatie Gezinssituatie Aantal dossiers Alleenstaande mannen zonder kinderlast 5 Alleenstaande mannen met kinderlast (minder 0 dan 3 kinderen) Alleenstaande vrouwen zonder kinderlast 1 Alleenstaande vrouwen met kinderlast waarvan: 5 - minder dan 3 kinderen 2-3 of meer kinderen 3 Koppels zonder kinderlast 1 Koppels met kinderlast waarvan: 9 - minder dan 3 kinderen 5-3 of meer kinderen 4 In totaal werden 31 kinderen bereikt. Woonsituatie (situatie eind 2016) Woonsituatie Aantal dossiers Privé-woningen 7 Woning via sociale 9 huisvestingsmaatschappij de Vlashaard Dakloos 0 Woning van het OCMW 3 Woning via SVK De Poort 2 Leeftijd De leeftijd van de 21 begeleidingen schommelt tussen 22 en 60 jaar. Er werden 31 kinderen bereikt waarvan de leeftijd varieert van 0 tot 21 jaar. Leeftijdscategorie Aantal dossiers - 20 jaar jaar jaar jaar jaar jaar 1 Eind 2016 werden nog 13 personen of gezinnen begeleid. 8 dossiers werden stopgezet. 3 dossiers werden stopgezet door het OCMW wegens geen medewerking van de cliënt, 4 dossiers werden afgesloten, in overleg met de cliënt. 1 dossier werd afgesloten door de cliënt zelf.

26 Sociale dienst - p Buurtwerk. Buurtwerk is een buurtgerichte basisvoorziening gericht op het betrekken en ondersteunen van bewoners bij het leven en samenleven in de directe woon- en leefomgeving Buurtwerk op het Wallaysplein Het werkterrein Het vaste werkterrein van de buurtwerker is het Wallaysplein en enkele omliggende straten. Op het Wallaysplein zijn er 42 sociale huurappartementen opgetrokken rond een open binnenplein met groen en speeltuigen voor kinderen. In de onmiddellijke buurt van het plein zijn er nog enkele straten waarnaar de werking zich richt. Hier betreft het een mix van private en sociale koop- en huurwoningen. Doelgroepen In principe behoren alle bewoners van het omschreven werkingsgebied tot de doelgroep. Op het Wallaysplein wonen in totaal 87 bewoners (cijfers SHM De Vlashaard, december 2016) waarvan een groot aandeel kinderen en jongeren. Er zijn maar heel weinig senioren op het Wallaysplein (slechts acht 65-plussers). Het verloop onder huurders is relatief hoog op het Wallaysplein. In de straten rond het Wallaysplein is de situatie ongeveer het tegenovergestelde, nl. een erg laag aandeel kinderen en jongeren en een groot aandeel gepensioneerden. Overzicht van de werking bewonersgroep De Contactburen : Er wordt gemiddeld éénmaal om de twee maanden samengekomen voor overleg. In 2016 kenden de Contactburen opnieuw een positief jaar: gemiddeld 10 mensen wonen de vergaderingen bij. Deze groep is samengesteld uit buurtbewoners, aangevuld met enkele oud-bewoners, zo goed als alle Contactburen zijn huurders bij SHM De Vlashaard. Er is sinds jaren een vaste vertegenwoordiging door de wijkagent en de sociaal assistent(e) van huisvestingsmaatschappij De Vlashaard. project appartementscomposteren: Een initiatief van de gemeente (milieudienst) i.s.m. het buurtwerk voor appartementsbewoners van het Wallaysplein die niet in de mogelijkheid verkeren om zelf te composteren gezien die geen tuin hebben. Het project zag het licht in Bewoners verzamelen alle rauw en organisch afval en kunnen hiermee terecht op het compostparkje op het Wallaysplein. de buurtliving: De buurtwerking blijft inzetten op laagdrempelige ontmoeting als basis voor een goed sociaal weefsel in de buurt. Nog steeds zijn er ontmoetingsmomenten op dinsdagvoormiddag en donderdagnamiddag. Deze vinden plaats in het buurtlokaal. De openbare computerruimte wordt steeds ter beschikking gesteld tijdens de openingsuren. Openbare computer- en internetruimte (OCR) in het buurtlokaal: