VOORSTEL. Commissie Algemeen Bestuur KJB-470. W.T. van Gelder. Wettelijke taken rampbestrijding. Samenvatting:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VOORSTEL. Commissie Algemeen Bestuur KJB-470. W.T. van Gelder. Wettelijke taken rampbestrijding. Samenvatting:"

Transcriptie

1 Commissie Algemeen Bestuur Gedeputeerde belast met behandeling: Onderwerp: W.T. van Gelder Wettelijke taken rampbestrijding vergadering PS: 21 september 2001 nr: KJB-470 agenda nr: Middelburg, 21 augustus 2001 nr: /12 VOORSTEL Aan de Provinciale Staten van Zeeland Samenvatting: In antwoord op de door uw Staten aangenomen motie om onderzoek te verrichten naar de stand van zaken ten aanzien van de wettelijke taken van de provincie op het terrein van rampbestrijding bieden wij hieronder aan de hand van de recente landelijke rapportage van de Algemene Rekenkamer een globaal overzicht van de stand van zaken in de provincie Zeeland. Hieruit blijkt dat een aantal onderdelen in de nabije toekomst bijzondere aandacht verdienen. Hierover zullen nog nadere concrete voorstellen volgen. Leeswijzer I. Motie II. Inleiding III. Wettelijk kader IV. Conclusies Alegemen Rekenkamer: 1. Organisatie 2. Risico-inventarisatie en analyse 3. Planvorming 4. Opleiden 5. Oefenen 6. Toezicht V. Samenvatting en conclusies I. Motie In de vergadering van Provinciale Staten van vrijdag 22 juni 2001 hebben de Staten bij motie het college van Gedeputeerde Staten verzocht op korte termijn de Staten te dienen met een actueel overzicht van haar wettelijke taken in de openbare orde en de rampenbestrijding en daarbij aan te geven hoe die taken worden uitgevoerd en welke knelpunten daarbij naar voren komen die een goede uitvoering van die taken in de weg staan.

2 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding II. Inleiding Recentelijk zijn een aantal rapportages verschenen die een beeld vormen over de situatie rond de rampenbestrijding. Het gaat met name om: -rapport commissie onderzoek vuurwerkramp, hierna naar de voorzitter van de commissie genoemd rapport Oosting ; -rapport Commissie Onderzoek Nieuwjaarsbrand 2001, hierna naar de voorzitter van de commissie genoemd het rapport Alders ; -rapportage Voorbereiding rampenbestrijding van de algemene rekenkamer, hierna genoemd rapport algemene rekenkamer. De volledige rapportages liggen ter inzage bij de stafafdeling Kabinet, Juridische Zaken en Bestuursondersteuning, kamer B 108. Hieronder zal nader op de consequenties van deze rapportages worden ingegaan, waarbij met name het onderzoek van de algemene rekenkamer als maatstafgevend beschouwd wordt. De reden hiervan is tweeërlei: -in de eerste plaats is in het rapport van de algemene rekenkamer rekening gehouden met de rapportages van de commissies Oosting en Alders; -in de tweede plaats heeft het rapport van de algemene rekenkamer met name betrekking op de stand van zaken ten aanzien van de rampenbestrijding, terwijl de andere rapportages breder zijn. Tevens zullen wij ingaan op de nota van de gezamenlijke Commissarissen van de Koningin Veiligheid en handhaving; aanscherping positie Commissaris van de Koningin als bestuursorgaan. Deze notitie gaat als bijlage hierbij (bijl. 1). Hierbij richten wij ons met name op alle aspecten van de rampenbestrijding. Op de aspecten preventie en handhaving komen wij op een later moment terug. Daarbij zal ook dieper ingegaan worden op de rapportage Oosting. III. Wettelijk kader De rampenbestrijding geschiedt in de eerste plaats binnen het wettelijk kader zoals geschapen door de Wet Rampen en Zware Ongevallen (WRZO). In deze wet worden de verantwoordelijkheden van de te onderscheiden bestuurslagen (Rijk, provincie en gemeente) benoemd in aanvulling op wetgeving voor het reguliere functioneren zoals Gemeenteen Provinciewet. Voor het aansturen van de drie operationele disciplines wordt de WRZO primair aangevuld door de Brandweerwet 1985, de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen 1991 en de Politiewet Daarnaast zijn nog een groot aantal andere wetten en regelingen van toepassing, waaronder de ambtsinstructie van de Commissaris van de Koningin. Voor een volledig overzicht verwijzen wij kortheidshalve naar de bijgevoegde matri wet- en regelgeving (bijl. 2). Het is haast ondoenlijk om per artikel aan te geven hoe de uitvoering plaats vindt en welke knelpunten daarbij naar voren komen. Dit zou een uitvoerig onderzoek vergen zoals in de provincie Zuid- Holland in de periode heeft plaatsgevonden ( Doelmatigheidsonderzoek naar de voorbereiding op rampenbestrijding en crisisbeheersing, vastgesteld door de rekencommissie op 12 april Dit ligt ter inzake bij de afdeling KJB, kamer B110). Daar komt bij dat, naast de wettelijke taken, de afgelopen jaren diverse nieuwe initiatieven door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gestart zijn. Deze initiatieven zijn nu opgenomen in circulaires en dienen in de toekomst nog wettelijk veran- psv0470.doc 2

3 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding kerd te worden. Een voorbeeld daarvan is het regionaal beheersplan van brandweer, politie en GHOR, dat door de provincie getoetst dient te worden. Tegen deze achtergrond is in deze notitie gekozen voor de indeling die in het rapport van de Algemene Rekenkamer gebruikt is. Immers, de Rekenkamer heeft vastgesteld dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninrijksrelaties (BZK) in de afgelopen jaren een groot aantal initiatieven nam om vorm te geven aan de totstandkoming van een goed functionerende rampenbestrijdingsorganisate in Nederland. Echter de initiatieven van het ministerie om, in goed overleg met de lokale overheden, tot een goede rampenbestrijdingsorganisatie te komen, hadden volgens de Rekenkamer niet het beoogde effect door een gebrek aan voldoende aandacht bij de gemeenten en het onvoldoende samenwerken in regioverband. De Rekenkamer heeft daarom gepleit voor een nadere invulling, stroomlijning en naleving van de bestaande wet- en regelgeving, als borging van de veiligheid. IV. Conclusies Algemene Rekenkamer 1. Organisatie De Rekenkamer concludeert dat de rampenbestrijdingsorganisatie onvoldoende functioneert doordat zowel de bestuurlijke als operationele samenwerking binnen de organisatie onvoldoende is. Binnen de rampenbestrijdingsorganisatie komt naar het oordeel van de Rekenkamer multidisciplinaire samenwerking weinig van de grond. De voor de voorbereiding van de rampenbestrijding op regioniveau beschikbare capaciteit bij de politie en de geneeskundige hulpverlening is volgens de Rekenkamer beperkt, terwijl bestuurders en operationele diensten nauwelijks toekomen aan gestructureerde informatieuitwisseling. In samenwerking tussen de betrokken bestuurlijke en operationele betrokkenen binnen de rampenbestrijding is in Zeeland op redelijk unieke wijze voorzien door het samenwerkingsverband openbare veiligheid Zeeland (SOVZ). 2. Risico-inventarisatie en analyse De Rekenkamer heeft op dit punt geconcludeerd dat risicoinventarisaties veelal ontbreken waardoor ook het analyseren van risico s nog nauwelijks plaatsvindt. In het kader van milieu is onderzoek gedaan naar risico s en effectafstanden (laatstelijk "Risico's en effecten van gevaarlijke stoffen bij bedrijven en transport in Zeeland", november 2000 en in het kader van de veiligheidsrapporten van risicovolle bedrijven in 2001). Niettemin ontbreekt inderdaad een algehele risico-inventarisatie op het terrein van openbare orde en openbare veiligheid. Onlangs hebben wij een aantal bedrijven gevraagd voor een dergelijke risicoinventarisatie/risicokaart van Zeeland offerte uit te brengen. Medio september hopen wij te kunnen beoordelen of de dan aangeboden offertes het door ons gevraagde inzicht geven en of een en ander mogelijk is binnen de door ons gestelde termijn (uiterlijk 1 januari 2002) en binnen de door uw Staten hiervoor beschikbaar gestelde financiële middelen. 3. Planvorming De Rekenkamer heeft geconcludeerd dat de kwaliteit van de rampenplannen en rampbestrijdingsplannen onvoldoende is. Zowel rampenplannen als rampbestrijdingsplannen zijn volgens de Rekenkamer veelal niet actueel. Tevens zijn voor de door de gemeenten onderkende risico s veelal geen rampbestrijdingsplannen opgesteld. Bovendien wor- psv0470.doc 3

4 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding den volgens de Rekenkamer risico s te eenzijdig belicht in de planvorming doordat met name gemeenten en brandweer de plannen opstellen en de inbreng van politie en geneeskundige hulpverleners te beperkt is. Hieronder zullen wij nader ingaan op de planvorming in Zeeland. Rampenplannen worden vastgesteld voor het gehele gebied van de gemeente. Zij worden vastgesteld door de gemeenteraden en ter toetsing voorgelegd aan gedeputeerde staten. De gemeentelijke rampenplannen zijn in deze provincie laatstelijk in 1997 vastgesteld. Hiervoor is een in sovz-verband ontwikkeld model gehanteerd waardoor de toetsing beperkt kon blijven. Uitgangspunt bij dit model was dat de informatie die het meest aan actualisering onderhevig was in afzonderlijke deelplannen of deelprocessen zou worden verwerkt. Wij hebben echter helaas moeten constateren dat het merendeel van deze deelprocessen nimmer ontwikkeld zijn. Concreet gaat het om de procesuitwerkingen: -schade-afhandeling; -strafrechtelijk onderzoek; -toegankelijk/begaanbaar maken, opruimen; -uitvaartverzorging; -verbindingen; -verkeer regelen; -verzorging/logistiek bestrijdingsorganisatie; -voorzien in primaire levensbehoeften van slachtoffers; -waarnemen en meten; -waarschuwen van de bevolking (hiervan is wel de handleiding gereed); en -waterstaatszorg. Tegen die achtergrond hebben wij de colleges van burgemeester en wethouders in de Zeeuwse gemeenten onlangs verzocht uiterlijk 1 april 2002 de betreffende deelplannen gereed te hebben. Tegelijkertijd wordt in interprovinciaal verband gewerkt aan een landelijk toetsingskader voor de gemeentelijke rampenplannen. Naast de rampenplannen bestaan er rampbestrijdingsplannen. Rampbestrijdingsplannen zijn draaiboeken met concrete bestrijdingsmaatregelen, waarbij uiteraard de coördinatie tussen de verschillende diensten voorop staat. Rampbestrijdingsplannen worden vastgesteld voor elke ramp of zwaar ongeval, waarvan de plaats, de aard en de gevolgen voorzienbaar zijn (art. 7 Wrzo), in de regel betreffen ze maatregelen rond speciale (chemische) installaties. Hieronder treft u aan een overzicht van de op dit moment in Zeeland vigerende rampbestrijdingsplannen: Rampbestrijdingsplan Kerenergiecentrale Borsele, gemeente Borsele, Rampbestrijdingsplan Industriegebied Vlissingen-Oost, gemeenten Borsele en Vlissingen, 1993 Rampbestrijdingsplan Industriegebied Terneuzen, gemeente Terneuzen, 1993 Rampbestrijdingsplan Hercules BV, gemeente Middelburg, maart 1994 Rampbestrijdingsplan Westerschelde, diverse gemeenten, 1997 Rampbestrijdingsplan Kerncentrales Doel, diverse gemeenten,1999 Rampbestrijdingsplan Westerscheldetunnel (als onderdeel integraal veiligheidsplan, eploitatiefase, dient nog geactualiseerd te worden, is niet getoetst), Borsele en Terneuzen, Herziening is in ontwikkeling psv0470.doc 4

5 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding Rampbestrijdingsplan Trein Incident Management, diverse gemeenten, 2000 Rampbestrijdingsplan Westerscheldetunnel bouwfase, gemeenten Borsele en Terneuzen, 2001 Rampbestrijdingplan Incident Management Autosnelwegen Zeeland, div. gemeenten, 2001 Voor inrichtingen die reeds onder de Seveso-richlijn vallen, moesten de rampbestrijdingsplannen vóór 3 februari 2001 gereed zijn. Voor bestaande inrichtingen die niet onder de Seveso-richtlijn, maar wel onder de Seveso-II-richtlijn vallen, moeten de rampbestrijdingsplannen op grond van het Brzo vóór 3 februari 2002 gereed zijn. Daarbij komt dat rampbestrijdingsplannen in het vervolg per installatie gemaakt dienen te worden. Gecombineerde bestaande rampbestrijdingsplannen, bijvoorbeeld als dat voor het gebied Vlissingen-Oost dienen derhalve gesplitst te worden. Dit levert aanzienlijk etra werk op. In de nabije toekomst zullen derhalve voor de volgende installaties nieuwe rampbestrijdingsplannen ontwikkeld dienen te worden: Dow Chemical,Hydro Agri,Broomchemie, Zuid-Chemie, Atofina, Total, Eastman Chemical Middelburg B.V. (voorheen Hercules), Chemgas, IPV, Thermphos, KoSa, Sea Way, Pechiney en Petroplus (buitenhaven). Rampbestrijdingsplannen worden vastgesteld door de burgemeester(s) en worden ter toetsing voorgelegd aan de Commissaris van de Koningin (art. 7 3 e lid Wrzo). Op grond van art. 8 Wet rampen en zware ongevallen dienen de rampbestrijdingsplannen binnen een periode van zes maanden na toezending aan de CvdK getoetst te worden. Het ontwikkelen van een toetsingssystematiek voor de toetsing van rampbestrijdingsplannen vormt onderdeel van een totale heroriëntatie op rampbestrijdingsplannen. Een interprovinciaal toetsingskader voor rampbestrijdingsplannen is op 23 april 2001 door de gezamenlijke Commissarissen van de Koningin vastgesteld. Hierdoor is niet alleen de uniformiteit bevordert, maar is het voor de samenstellers van de rampbestrijdingsplannen ook duidelijk waar aan eact getoetst wordt. In de aanbevelingen van de commissie Oosting voor rampenbestrijding is bovendien geadviseerd de maatgevende scenario s voor de bestrijding van ongevallen bij de opslag van gevaarlijke stoffen te herijken en deze herijking periodiek te herhalen. In deze contet verdient het aanbeveling alle rampbestrijdingsplannen periodiek te toetsen op actualiteit en toepasbaarheid. Voor de begrotingen 2002 t/m 2005 zullen wij u een voorstel doen om middelen beschikbaar te stellen opdat in die jaren alle rampbestrijdingsplannen één maal getoetst kunnen worden. Het is ons voornemen dat in de toekomst alle rampbestrijdingsplannen één maal in de drie jaar getoetst zullen worden. Deze periodieke toetsing sluit ook aan bij artikel 7 van het Besluit rampbestrijdingsplannen inrichtingen waarin gesteld is dat door de betrokken gemeentebesturen uit met passende tussenpozen doch ten minste éénmaal per drie jaar een oefening georganiseerd dient te worden waarbij het rampbestrijdingsplan op juistheid, volledigheid en bruikbaarheid wordt getoetst. Tevens dient op grond van laatstgenoemd besluit de burgemeester met passende tussenpozen doch ten minste éénmaal per drie jaar te bezien of het rampbestrijdingsplan moet worden herzien en bijgewerkt. Voor de jaren na 2005 zullen wij u te zijner tijd nadere voorstellen doen. In concreto gaat het hier om het uitvoering geven aan het Besluit rampbestrijdingsplannen inrichtingen. Bij wijze van pilot hebben wij voor de toetsing van (het technisch deel) van het rampbestrijdingsplan Westerscheldtunnel bouwfase onlangs specifieke deskundigheid ingehuurd. De bedoeling is om dat voor alle rampbestrijdingsplannen te gaan doen. De juridische/organisatorische toetsing en de coördinatie blijven bij de afdeling KJB. psv0470.doc 5

6 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding Inmiddels is door het Kabinet een een nieuw instrumentarium vastgesteld, het regionale beheersplan rampenbestrijding. Dit beheersplan is kaderstellend voor de organisatieplannen van de onderscheiden bestuurlijke samenwerkingsverbanden en zal dientengevolge de instemming dienen te hebben van het bestuur van de brandweerregio, het GHOR-bestuur en het bestuur van de politieregio. De samenwerking tussen de verschillende disciplines zal hierdoor aanzienlijk kunnen verbeteren. Het plan zal in de wet worden vastgelegd. Het kabinet is voornemens om gedeputeerde staten te belasten met de toetsing van de regionale beheersplannen rampenbestrijding. Deze toetsing richt zich op de vraag of de organisatie van de rampenbestrijding adequaat is toegerust om de in de provincie aanwezige risico's te bestrijden. Daarbij dienen gedeputeerde staten de mogelijkheid te hebben om genoemde besturen uit te nodigen dit plan, indien noodzakelijk, te wijzigen. Bij gebrek aan overeenstemming tussen de besturen van de regionale brandweren, van het samenwerkingsverband GHOR en van de politie, stellen gedeputeerde staten, niet anders dan na overleg en bemiddeling, in laatste instantie het plan vast. Deze toetsende, bemiddelende en arbitrerende rol van gedeputeerde staten past bij de rol die de provincie nu al heeft bij de voorbereiding op de rampenbestrijding en stelt de commissaris van de Koningin beter in staat om zijn rol bij de daadwerkelijke bestrijding van rampen en zware ongevallen te vervullen. Uiterlijk in 2003 dient in iedere regio het beheersplan rampenbestrijding te zijn vastgesteld. De gecoördineerde en planmatige voorbereiding op de rampenbestrijding is een proces. Dit proces is er op gericht de diverse betrokken diensten te doen functioneren als één samenhangende organisatie bij zware ongevallen en rampen. Het kabinet is voornemens om de regionale brandweer tot taak te geven om dit proces in een regionaal beheersplan voor de rampenbestrijding neer te leggen. Het bestuur van de regionale brandweer is, gelet op haar coördinerende rol voor de rampenbestrijding, primair aanspreekbaar op de totstandkoming van het regionaal beheersplan rampenbestrijding. Omdat het plan kaderstellend is voor de plannen van de overige bij de rampenbestrijdingsorganisatie betrokken regionale besturen, dient het de instemming te hebben van het samenwerkingsverband inzake de brandweer, van het samenwerkingsverband GHOR en van de politieregio. Het beheersplan rampenbestrijding is erop gericht de organisatie van de rampenbestrijding in regionaal verband af te stemmen. Gedeputeerde staten worden belast met de toetsing van de regionale beheersplannen rampenbestrijding 2. Deze toetsing richt zich op de vraag of de organisatie van de rampenbestrijding adequaat is toegerust om de in de provincie aanwezige risico s te bestrijden. Daarbij dienen gedeputeerde staten de mogelijkheid te hebben om het bestuur van de brandweerregio, het GHOR-bestuur en het bestuur van de politieregio uit te nodigen dit plan, indien noodzakelijk, te wijzigen. Bij gebrek aan overeenstemming tussen de besturen van de regionale brandweren, van het samenwerkingsverband GHOR en van de politie, stellen Gedeputeerde Staten, niet anders dan na overleg en bemiddeling, in laatste instantie het plan vast. Deze toetsende, bemiddelende en arbitrerende rol van GS past naar het oordeel van de minister van BZK bij de rol die de provincie nu al heeft bij de voorbereiding op de rampenbestrijding en stelt de Commissaris van de Koningin beter in staat om zijn rol bij de daadwerkelijke bestrijding van rampen en zware ongevallen te vervullen. 2 Beleidsnota Rampenbestrijding psv0470.doc 6

7 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding Het provinciaal coördinatieplan dient om de Commissaris van de Koningin over die gegevens te laten beschikken die hij nodig heeft in geval hij aanleiding ziet coördinerend en, waar nodig, sturend op te treden ter zake van de rampbestrijding. Het provinciaal coördinatieplan dient in ieder geval een schema te bevatten met betrekking tot de leiding over en de gecoördineerde inzet van diensten en organisaties bij de bestrijding van een ramp of een zwaar ongeval op provinciaal niveau, alsmede gegevens over het verzoeken en verlenen van bijstand (art. 10 Wrzo). Het provinciaal coördinatieplan Zeeland is door de Commissaris van de Koningin vastgesteld op 14 april In het kader van het kwaliteitsborgingssysteem rampenbestrijding dat in 2002 in deze provincie in werking zal treden zal meer duidelijkheid komen over de stand van zaken ten aanzien van de kwaliteit van de voorbereiding van de Zeeuwse overheden ten aanzien van crisismanagement en rampenbestrijding. 4. Opleiden De Rekenkamer heeft geconstateerd dat de rampenbestrijdingsorganisatie momenteel onvoldoende is opgeleid. Zowel de brandweer, de politie als de geneeskundige hulpverlening kent aanzienlijke opleidingsachterstanden, ondanks een toereikend aanbod aan opleidingen. De Rekenkamer heeft op dit punt als aanbeveling gegeven dat de minister van BZK doelstellingen dient te formuleren voor (het inlopen van de achterstanden bij) opleidingen en verantwoordelijken op realisatie aan te spreken. Aangezien de provincie niet verantwoordelijk is voor het opleidingsniveau van de operationele diensten hebben wij ook geen overzicht van het opleidingsniveau van de drie operationele diensten in Zeeland. Wel is eerder in SOVZ-verband vastgesteld dat het opleidingsniveau van de Zeeuwse bestuurders en ambtenaren t.a.v. crisisbeheersing en rampenbestrijding sterk verbeterd dient te worden. In 2000 is daarom gestart met de door de minister van BZK voorgeschreven opleidingsmodules. Met name de basismodules zijn door vele provinciale en gemeentelijke bestuurders en ambtenaren inmiddels gevolgd. Met ingang van 2001 kunnen ook aanvullende modules gevolgd worden. In deze provincie is er in gezamenlijkheid voor gekozen in 2001 met name de aanvullende module Omgaan met de media te volgen. Hoewel het animo van de Zeeuwse bestuurders voor het volgen van de cursussen relatief hoog is volgen helaas niet allen de modules. Bij de audits die met ingang van 2002 in het kader van het kwaliteitsborgingssysteem plaats zullen gaan vinden zal moeten blijken of het opleidingsniveau van de Zeeuwse bestuurders en ambtenaren voldoende is. 5. Oefenen De Rekenkamer concludeert op dit punt dat de kwaliteit van het oefenen voor rampenbestrijding sterk voor verbetering vatbaar is. Bovendien wordt er landelijk nog onvoldoende gestructureerd geoefend. Tevens vindt er naar het oordeel van de Rekenkamer onvoldoende vastlegging plaats en wordt er te weinig geëvalueerd. In deze contet is er in de Zeeuwse situatie onderscheid te maken in twee typen oefeningen. In de eerste plaats vinden er door de individuele partners oefeningen plaats, al dan niet in samenspraak met derden. In de tweede plaats zijn te onderscheiden de oefeningen die psv0470.doc 7

8 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding in het kader van SOVZ plaats vinden. Ten aanzien van de eerste is het aan elke instantie hoe men met de eigen oefeningen omgaat. Ten aanzien van de laatste categorie kan gesteld worden dat hier wel degelijk gestructureerd geoefend wordt. Van tevoren wordt in SOVZverband een oefenkalender samengesteld waarin is opgenomen welke instantie wanneer oefent. Uiteraard wordt bijgehouden of de oefeningen ook daadwerkelijk plaats vinden en wordt er geëvalueerd. De regionale brandweer heeft op dit punt een regiefunctie. Het niveau van de oefeningen wordt in de loop der jaren opgevoerd. Voor het bewaken van de kwaliteit van de oefeningen is nog geen kwaliteitssysteem. Wel wordt in SOVZ-verband een systeem ontwikkeld wat voorziet in kwaliteitsborging van de evaluaties van oefeningen. Tegelijkertijd wordt op landelijk niveau een kwaliteitssysteem ontwikkeld voor oefeningen. Daarbij zijn ook deelprojecten als de ontwikkeling van een oefenbank, waarin kwalitatief goede oefenscenario s worden opgenomen en een pool van oefenleiders. Het kwaliteitssysteem wat door de provincie Zeeland wordt ontwikkeld voor de kwaliteitsborging voor rampenbestrijding fungeert daarbij deels als pilot. Hiervoor heeft het ministerie van BZK ook een financiële bijdrage beschikbaar gesteld. De Commissaris van de Koningin heeft op grond van art. 19 WRZO alleen een bevoegdheid de colleges van burgemeester en wethouders aanwijzingen te geven indien deze naar zijn oordeel in onvoldoende mate oefeningen houden ten aanzien van de bestrijding van rampen en zware ongevallen in buitengewone omstandigheden. Hierbij dient gedacht te worden aan een uitzonderingstoestand ((dreiging van) oorlog). Dergelijke oefeningen vinden thans (voor zover wij weten) niet plaats omdat de nadruk gelegd wordt op oefeningen in normale omstandigheden. 6. Toezicht De Rekenkamer meent dat de minister van BZK geen inzicht heeft in de mate waarin gemeenten en regio s in staat zijn hun taken uit te voeren op het terrein van de rampenbestrijding. De minister van BZK heeft geen informatievoorzieningssysteem opgezet op basis waarvan hij bestuurders op hun verantwoordelijkheden aanspreekt of zijn beleid (bij)stuurt. De minister heeft ook niet aangegeven welke informatie hij nodig heeft en tenslotte maakt de minister naar het oordeel van de Rekenkamer op dit punt onvoldoende gebruik van de mogelijkheden de Inspectie Brandweer en Rampenbestrijding in te zetten voor het uitvoeren van onderzoek. Op dit punt delen wij de mening van de Rekenkamer en de daaraan verbonden adviezen. De informatievoorziening over het functioneren van de rampenbestrijdingsorganisatie is diffuus en kent geen structuur. Er is geen provinciebrede risico-inventarisatie, laat staan informatie over de volledigheid en de kwaliteit van de bestaande risicoinventarisaties en -analyses. Bij de provincie is geen informatie over de afstemming van de capaciteit en kwaliteit van de operationele en bestuurlijke rampenbestrijdingsorganisatie. Alleen de regionale brandweer is verplicht (art. 6 WRZO)jaarlijks een organisatieoverzicht te verstrekken, maar heeft hieraan tot op heden niet voldaan. Het streven is via projecten als de provinciebrede risicoinventarisatie, het regionaal beheersplan en de invoering van het kwaliteitsborgingssysteem rampenbestrijding de komende jaren meer inzicht te krijgen in de Zeeuwse rampenbestrijdingsorganisatie. Deze projecten staan echter voortdurend onder druk doordat andere activi- psv0470.doc 8

9 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding teiten binnen de relatief kleine werkeenheid hogere prioriteit krijgen. De toezichthoudende taak van de provincie kan ons inziens onderscheiden worden in de volgende deelgebieden: -toetsing gemeentelijke rampenplannen (art. 6 WRZO); -toetsing rampbestrijdingsplannen (art. 8 WRZO); -(in de toekomst) toetsing regionaal beheersplan (ministeriële beleidsnota rampenbestrijding ); -geven van aanwijzingen bij een (dreigende)ordeverstoring van meer dan plaatselijke betekenis (art. 16 Politiewet); -toezicht taakvervulling politie t.a.v. openbare orde en hulpverlening (art. 18 Politiewet); -mogelijkheid tijdens een ramp of zwaar ongeval van meer dan plaatselijke betekenis aanwijzingen te geven t.a.v. het door burgemeesters inzake de bestrijding te voeren beleid (art. 12 WRZO); -mogelijkheid tot voorzien in de operationele leiding (art 12 WRZO); -mogelijkheid geven van aanwijzingen t.a.v. gezamenlijke oefeningen van gemeenten m.b.t. buitengewone omstandigheden (art. 19 WRZO); -mogelijkheid tot geven van aanwijzingen bij ramp of zwaar ongeval in buitengewone omstandigheden (art. 22 WRZO); -beoordeling bijstandsverzoeken brandweer (art. 7 BrW), politie (art. 54 Politiewet), geneeskundige eenheden (art. 17 Wghr), Militairen (art. 18 WRZO), Rijksdiensten (art. 17 WRZO) en Provinciale diensten (art. 15 WRZO). IV. Samenvatting en conclusies Hierboven hebben wij u -aan de hand van de thans beschikbare informatie- een beeld gegeven van de stand van zaken rond de rampenbestrijdingsorganisatie in Zeeland. Duidelijk zal zijn dat er de komende jaren op dit terrein nog veel te verbeteren valt. Tegelijkertijd menen wij dat in gang gezette en voorgenomen concrete maatregelen zullen bijdragen aan de totstandkoming van een goed functionerende rampbestrijdingsorganisatie, waarbij alle betrokkenen invulling zullen geven aan hun respectievelijke taken en verantwoordelijkheden. In dit verband wijzen wij ook op het standpunt van het Interprovinciaal Overleg ten aanzien van het rapport van de Rekenkamer. Het IPO acht het van belang dat de minister van BZK duidelijke criteria ontwikkelt respectievelijk gaat ontwikkelen voor de rol die op dit terrein van provincies, gemeenten en andere partners wordt verwacht. Het IPO heeft er in de reactie ook gewezen op het capaciteitsprobleem dat in personele en financiële zin altijd heeft bestaan en nog steeds bestaat op het terrein van de rampenbestrijdingsorganisatie. Tevens deelt het IPO de bovengenoemde conclusies van de Rekenkamer inzake de rol van de provincies bij het bewaken en opstellen van risico-inventarisaties, het toetsen van rampenplannen en rampbestrijdingsplannen, het toezicht op het oefenen van rampen en het bevorderen van multidisciplinaire samenwerking. Wij menen dat de opmerkingen van het IPO een correcte conclusie vormen van de stand van zaken ten aanzien van de rampenbestrijdingsorganisatie, ook in Zeeland. De personele capaciteit voor rampenbestrijding verdient ook in onze provincie aandacht. Concreet zijn ongeveer twee formatieplaatsen beschikbaar voor openbare veiligheid/rampenbestrijding en openbare orde/politiezaken samen. Daarnaast is er één formatieplaats voor een medewerker die belast is met grensoverschrijdende samenwerking. Deze laatste functionaris werkt ook voor de provincies Oost- en West- Vlaanderen. psv0470.doc 9

10 onderwerp: Wettelijke taken rampbestrijding Zoals u in de interprovinciale notitie Veiligheid en handhaving; aanscherping positie Commissaris van de Koningin als bestuursorgaan (bijl.1) kunt lezen is bij de meeste provincies recent een uitbreiding van tenminste één formatieplaats voor rampenbestrijding ten laste van de provinciale begroting grealiseerd. De betreffende notitie geeft echter tegelijk aan dat deze uitbreiding onvoldoende zal zijn om ook de etra werkzaamheden als gevolg van het rapport van de commissie Oosting te kunnen verrichten er ervoor te zorgen dat de aanbevelingen op een juiste wijze worden ingebed in de provinciale rampbestrijdingsorganisatie. In verband hiermee hebben de gezamenlijke Commissarissen van de Koningin een beroep op de minister van BZK gedaan om via het Provinciefonds ook een Rijskbijdrage aan de intensivering van het veiligheidsbeleid op provinciaal niveau te realiseren. Inmiddels hebben wij in onze voorjaarsconferentie besloten tot een onderzoek naar de tijdsbesteding van de werkzaamheden van het onderdeel openbare orde en veiligheid. Te zijner tijd zullen wij u daarover nader informeren. Tegen deze achtergrond geven wij u in overweging kennis te nemen van bovenstaande inventarisatie en nadere voorstellen onzerzijds af te wachten. Wij stellen u voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerpbesluit. GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND, DRS. W.T. VAN GELDER, voorzitter, MR. DRS. L.J.M. VERDULT, griffier, Ontwerp-besluit De staten der provincie Zeeland, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 21 augustus 2001, nr /12; b e s l u i t e n : kennis te nemen van de huidige stand van zaken ten aanzien van de rampenbestrijdingsorganisatie in Zeeland en nadere voorstellen van het college van Gedeputeerde Staten af te wachten. psv0470.doc 10

11 Veiligheid en handhaving aanscherping positie Commissaris van de Koningin als bestuursorgaan 1. Algemeen In hun vergadering van 19 februari 2001 hebben de Commissarissen van de Koningin (CnvdK) besloten om met betrekking tot het onderwerp Veiligheid en Handhaving een eigen opvatting te ontwikkelen voor wat betreft de aanscherping van hun eigen positie op dit terrein en hun ideeën en suggesties daarover neer te leggen in een notitie met de bedoeling die aan te bieden aan de minister en staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Tevens zal deze notitie worden ingebracht in de bijdrage van de provincies (IPO) in het overleg met het Rijk en de VNG over dit onderwerp naar aanleiding van de rapporten van de Commissie Oosting en de Commissie Alders. 2. Probleemstelling Onder erkenning van de huidige bestuurlijke verantwoordelijkheidsverdeling op het terrein van de (voorbereiding op de) rampenbestrijding, menen de CnvdK dat een nadere bezinning op hun bevoegdheden bij de voorbereiding op de bestrijding van rampen en zware ongevallen geboden is. De CnvdK willen benadrukken dat het daarbij vooral gaat om het steeds weer op de agenda krijgen en houden van de problematiek rond handhaving/eterne veiligheid en rampenbestrijding zodat de onder andere door de commissie Oosting gewenste cultuuromslag bereikt zou kunnen worden. Om dit onderwerp steeds op de agenda te krijgen, zou de Commissaris van de Koningin (CvdK) wel beter toegerust moeten zijn met een aantal wettelijke instrumenten. Deze notitie gaat nader in op dit samenhangend (wettelijk) instrumentarium om die verantwoordelijkheid adequaat in te vullen (paragrafen 3 t/m 5). Voorts gaan de CnvdK in het bestek van deze notitie in op hun bevoegdheden in het kader van de handhaving van rechtsregels (paragraaf 6). 3. Huidige bevoegdheden-van de provincie (CvdK en QS j Aan de hand van een notitie van de staatssecretaris van BZK hebben de CnvdK in hun vergadering van 27/11/2000 dit onderwerp besproken. Daarbij is aandacht besteed aan: - de bevoegdheden van de provincie met betrekking tot rampenplannen en rampbestrijdingsplannen; - de versterking van de rol van de provincie bij de voorbereiding van de rampenbestrijding en - de juridische grondslag voor de rol van de coördinerend burgemeester. In dat verband is tevens gesproken over de relatie tussen de bevoegdheden voor wat betreft rampenplannen en rampbestrijdingsplannen enerzijds en de toekomstige bevoegdheid met betrekking tot het regionaal beheersplan anderzijds. Hieronder volgt een samenvatting op hoofdlijnen van de betreffende notitie Rampenplannen Op grond van de betreffende bepalingen van de Wet Rampen en Zware Ongevallen (VrRZO) stelt de raad voor het hele gebied van de gemeente een rampenplan vast; vervolgens wordt dit plan door het college van B&W toegezonden aan GS en, ter kennisneming, aan de CvdK. GS kunnen, na overleg met het gemeentebestuur, het gemeentebestuur uitnodigen het rampenplan, inclusief de uitwerkingen en wijzigingen, als bedoeld in artikel 3, tweede lid van WRZO, binnen een door GS te bepalen termijn te wijzigen. Indien het gemeentebestuur in gebreke blijft, wijzigen GS op kosten van het gemeentebestuur het rampenplan. Aangezien de Raad het rampenplan vaststelt kan -in het geval van taakverwaarlozing- alleen het college van B&W in de taak van de raad voorzien (art. 123 Gemeentewet).

12 3.2 Rampbestrijdingsplannen Voor wat betreft rampbestrijdingsplannen kan de CvdK o.g.v. art. 8 van de WRZO de burgemeester verplichten een door deze vastgesteld rampbestrijdingsplan te wijzigen. Alleen indien aangrenzende gemeenten door een zelfde ramp kunnen worden getroffen, kan de CvdK de burgemeesters van deze gemeenten verplichten een rampbestrijdingsplan vast te stellen, ieder voor de eigen gemeente. Volgens de staatssecretaris kan de CvdK -in geval van taakverwaarlozing- op basis van art. 124 Gemeentewet uiteindelijk voorzien in de wettelijk taak van de burgemeester om een rampbestrijdingsplan vast te stellen, ook indien het een gevaarzettende situatie betreft die enkel de gemeente zelf raakt. De vraag of rampbestrijdingsplannen ook evenementen kunnen betreffen, wordt positief beantwoord. Ook evenementen kunnen immers een ramp of zwaar ongeval tot gevolg hebben, waarvan de plaats, de aard en gevolgen voorzienbaar zijn. De CvdK heeft in die gevallen alle bevoegdheden die hij met betrekking tot rampbestrijdingsplannen heeft. De staatssecretaris concludeert vervolgens dat verdergaande bevoegdheden van GS met betrekking tot rampenplannen resp. van de CvdK voor wat betreft rampbestrijdingsplannen niet opportuun zijn, zulks mede gelet op de bestuurlijke verhoudingen Commentaar: In de gedachtewisseling tussen de CnvdK en de staatssecretaris hebben de CnvdK aandacht gevraagd voor de rol van de CvdK als sluitstuk bij proactie, reactie en repressie in het stelsel van rampbestrijding. Daarbij is de vraag opgeworpen of de constatering dat alle gemeenten beschikken over een rampenplan, voldoende is om op dit punt de rol van de CvdK achterwege te laten. De indruk bestaat namelijk dat de kwaliteit en actualiteit van rampenplannen te wensen overlaat. Het taakverwaarlozingsinstrumentarium is naar de mening van de CnvdK ongeschikt om de rampenplannen te toetsen. In dit verband is voorgesteld de CvdK een toetsende rol te geven voor wat betreft rampenplannen. De bevoegdheden van GS kunnen daarmee vervallen. In reactie hierop heeft de staatssecretaris verklaard dit voorstel serieus in overweging te zullen nemen. Voorts dringen de CnvdK aan op een separate bepaling, waarin de CvdK de bevoegdheid krijgt de burgemeester te verplichten tot de vaststelling van een rampbestrijdingsplan. De verwijzing van de staatssecretaris naar de taakverwaarlozingsbepaling in de Gemeentewet (artikel 124), achten de CnvdK niet overtuigend. Naar hun mening zou een meer voor de hand liggende benadering zijn dat de bevoegdheid tot het opleggen van een rampbestrijdingsplan vooraf gaat aan het eventueel toepassen van de taakverwaarlozingsbepaling e art. 124 Gemeentewet. Deze bepaling behoudt dan nog wel haar waarde, maar alleen in die gevallen waarin de burgemeester geen gehoor zou geven aan de uitnodiging van de CvdK. De CnvdK beklemtonen de noodzaak om in overleg met het Rijk wettelijke toetsingscriteria te ontwikkelen voor rampenplannen en rampbestrijdingsplannen. Juist deze criteria zouden het formele kader moeten vormen op grond waarvan de provincie dwingend invloed kan uitoefenen op de inrichting en invulling van de gemeentelijke rampbestrijdingsorganisatie. Overigens hebben de CnvdK inmiddels op 26 maart 2001 het toetsingskader rampbestrijdingsplannen vastgesteld. Naar het oordeel van de CnvdK verdient het aanbeveling om de toetsingscriteria op te nemen in een Algemene Maatregel van Bestuur (bijv. Besluit inrichtingseisen gemeentelijk 2

13 rampenplan), waarin de eisen die de wet aan een rampenplan stelt zijn opgenomen. Naar de mening van de CnvdK is het wenselijk om bij de planvorming te komen tot een cyclus van vaststelling-toetsing-wijziging/actualisering. Deze gedachte hangt samen met hun waarneming dat in de praktijk van alledag het beheer van plannen een zwakke schakel in het geheel vormt. Voor een dergelijke cyclus is het van belang dat de bevoegdheid van nu GS, in de toekomst mogelijk de CvdK, om het rampenplan, de uitwerkingen en wijzigingen te toetsen niet beperkt is tot de eerste keer dat deze worden vastgesteld. Het is wenselijk dat de WRZO een voorziening op dit punt bevat zodanig dat het college van B&W verplicht wordt tot periodieke actualisering van het rampenplan, de uitwerkingen en wijzigingen daaronder begrepen. Ditzelfde geldt voor een periodieke actualisering van rampbestrijdingsplannen. Hierdoor krijgt de provinciale bevoegdheid tot toetsing meer inhoud en dit draagt bij tot een meer constant hoogwaardig niveau van planvorming. Ter complementering zou de WRZO moeten worden uitgebreid met de opdracht aan GS dan wel de CvdK om binnen een bepaalde termijn te toetsen. Tot slot menen de CvdK dat de term 'toetsen' beter zou kunnen worden vervangen door de term 'goedkeuren'. Immers de provinciale bevoegdheid tot toetsen is materieel gelijk aan 'goedkeuren'. Daarbij komt dat de term 'goedkeuren' bestuursrechtelijk beter ingeburgerd is. 4. Het regionale beheersplan In zijn hiervoor aangehaalde notitie wijst de staatssecretaris er op dat de regionale brandweer in het verlengde van de spilfunctie van de brandweer tijdens de bestrijding van de ramp, tot taak heeft de coördinatie van de rampenbestrijding voor te bereiden. In dit kader zal het bestuur van de regionale brandweer wettelijk worden verplicht om, in overeenstemming met de besturen van de GHOR-regio's en de politieregio's, een regionaal beheersplan vast te stellen. Dit beheersplan zal door voornoemde regionale besturen worden uitgewerkt in een organisatieplan voor de eigen 'kolom'. Het regionale beheersplan zal in ieder geval afspraken bevatten over: het zorgniveau op basis van een risico-analyse per regio; de operationele prestaties van de brandweer, de organisatie van de GHOR en van de politie; de bovenregionale en grensoverschrijdende samenwerking; het multidisciplinair en bestuurlijk oefenen; een samenhangende bestuurlijke rapportage met betrekking tot de kwaliteit van de rampenbestrijding. De staatssecretaris heeft tijdens het Algemeen Overleg van de Vaste Commissie van BZK op 12 april 2000 toegezegd de bevoegdheid regionale beheersplannen te toetsen bij de CvdK te zullen leggen en niet bij GS, zoals aanvankelijk zijn bedoeling was. De CnvdK onderschrijven de hen toebedachte bemiddelende en arbitrerende rol indien het beheersplan niet (op tijd) tot stand komt of (op onderdelen) niet voldoet. In het geval het bestuur van de regionale brandweer het beheersplan niet vaststelt, bijv. doordat het niet tot overeenstemming kan komen met de andere regionale partners, kan de CvdK een arbitrerende rol vervullen door zelf het regionale beheersplan vast te stellen. Uiteraard zal de CvdK, alvorens van die bevoegdheid gebruik te maken, met de drie partners overleggen om te bezien of alsnog het beheersplan in overeenstemming met alle regionale partners kan worden vastgesteld. Dit past bij zijn bemiddelende rol. Heeft de regionale brandweer een beheersplan vastgesteld, dan kan zich de situatie voordoen dat de CvdK het plan (op onderdelen) onvoldoende acht. 3

14 Voor die situatie zal hij, aldus de staatssecretaris, de bevoegdheid krijgen om het regionaal bestuur uit te nodigen het plan op die onderdelen te wijzigen. In het uiterste geval zal hij de noodzakelijk geachte aanpassingen op kosten van het regionaal bestuur zelf aan kunnen brengen. Daartoe zal de WRZO worden gewijzigd zo is door de staatssecretaris in het vooruitzicht gesteld. De CnvdK nemen goede nota van deze toezegging. Zij stemmen in met het voornemen van de staatssecretaris in de wet een termijn op te nemen waarbinnen de beheersplannen na vaststelling, aan hen moeten worden toegezonden. In aanvulling op deze toegezegde wettelijke informatiepositie bepleiten zij met het oog op hun bemiddelende en arbitrerende rol tevens het recht van vertegenwoordiging namens en agendering door de CvdK voor de bestuursvergaderingen van deze regionale gremia (brandweer, politie en GHOR). Bovendien beklemtonen de CnvdK de noodzaak om ook voor de regionale beheersplannen in overleg met het Rijk wettelijke toetsingscriteria te ontwikkelen. Deze criteria zouden net als de toetsingscriteria voor rampenplannen en rampbestrijdingsplannen, het formele kader moeten vormen op grond waarvan de provincie dwingend invloed kan uitoefenen op de inrichting en invulling van de regionale rampbestrijdingsorganisatie. Tot slot zou ook voor de beheersplannen een wettelijke verplichting moeten gelden voor het periodiek actualiseren van het plan. 4.1 Aanwijzingsbevoegdheid met betrekking tot oefenen In zijn eerder aangehaalde notitie stelt de staatssecretaris dat oefenen absoluut onmisbaar is voor een goed functionerende rampenbestrijdingsorganisatie. Daarom is hij voornemens de CvdK een aanwijzingsbevoegdheid te geven ten aanzien van de uitvoering van de in het beheersplan neergelegde afspraken met betrekking tot het oefenen. Naar zijn oordeel is deze etra bevoegdheid voor de CvdK een logisch- en onmisbaar- sluitstuk van een opzet waarbij de regietaken in de voorbereiding in evenwicht worden gebracht met de regietaak tijdens rampen. De voorgestelde aanwijzingsbevoegdheid met betrekking tot het oefenen roept nog vragen op. Naar de mening van de CnvdK is over de praktische uitwerking van deze 'aanwijzingsbevoegdheid' nog onvoldoende nagedacht. Deze bevoegdheid richt zich op de uitvoering van de in het beheersplan neergelegde afspraken met betrekking tot het oefenen. Het is evenwel niet duidelijk tot welk bestuursorgaan de 'aanwijzing zich richt. Ook is onduidelijk welke instrumenten de CvdK heeft als het oefenen toch niet voortvarend wordt opgepakt. Taakverwaarlozing is niet aan de orde omdat van 'een bij of krachtens de wet gevorderd besluit' geen sprake is en 'in de plaats treden' niet mogelijk is. In aansluiting hierop dient te worden bezien of de WRZ0 geen verplichting voor de gemeente zou moeten formuleren om te oefenen, waar nu nog wordt gesproken van 'bevorderen'. De uitwerking van die verplichting wordt in de visie van de CnvdK dan opgenomen in het regionale beheersplan. Ook zou in de wet in het verlengde van de verplichting tot oefenen kunnen worden gesproken over opleiden. Uit het rapport van de commissie Oosting blijkt dat sleutelfiguren in het kader van crisismanagement cruciaal zijn en dat zij over de vereiste kennis en vaardigheden dienen te beschikken. Overigens is de oefensystematiek voor verbetering vatbaar. Met name het multidisciplinair oefenen door gemeenten dient te worden bevorderd. De oefeningen dienen voorts te worden doorgetrokken tot in het bestuurlijke vlak, waarbij aandacht vereist is voor de bestuurlijke achtervang; ook vervangers dienen te worden geoefend. 4

15 4.2. Overige punten met betrekking tot de notitie van de staatssecretaris van BZK Voor een drietal punten die in de notitie van de staatssecretaris geen plaats hebben gekregen vragen de CnvdK alsnog de aandacht. Het eerste punt betreft sturing van de gemeente met betrekking tot de verplichte preventieve voorlichting over de risico's in de gemeenten (conform het Besluit informatie rampen en zware ongevallen). Naar het oordeel van de CnvdK is het wenselijk om de preventieve voorlichting regionaal te regisseren. Daartoe bevelen zij aan de eisen die voornoemd Besluit aan preventieve voorlichting stelt, uit te werken in het regionale beheersplan. De regionale brandweer verkrijgt daarmee de regie. De CvdK kan vervolgens via de toetsing van het plan invloed uitoefenen op de uitwerking en realisering. Het tweede punt waarvoor de CnvdK epliciete aandacht vragen, betreft de toepassing van de informatietechnologie in de rampenbestrijding. Een sturende rol van BZK -ook om wildgroei van niet op elkaar afgestemde systemen te voorkomen - achten zij dringend gewenst. Een laatste punt waarvoor de CnvdK de aandacht vragen, betreft hun taak op grond van de Ambtsinstructie voor de Commissaris van de Koning voor wat betreft de coördinatie van de voorbereiding van de civiele verdediging door de in de provincie werkzame rijksambtenaren, het provinciaal bestuur, de gemeentebesturen en de waterschapsbesturen (art. 182 lid 1, sub d Provinciewet juncto art. 5 ambtsinstructie). Bij de Kamerbehandeling hiervan is aangegeven dat onder civiele verdediging 'crisisbeheersing verstaan moet worden. Het verdient volgens de CnvdK aanbeveling de Ambtsinstructie op dit punt aan te passen. Ook artikel 161 van de Provinciewet zou overigens hieraan aangepast moeten worden. Bovendien hechten de CnvdK aan een nadere uitwerking van hun taken als rijksorgaan op dit terrein. Aangezien bij crisisbeheersing al snel de nationale rechtsorde in het geding is (bijv. MKZ of BSE), achten zij het voor de hand liggend dat zij deze taak verrichten als rijksorgaan. In dit verband achten zij het voorts gewenst dat de relatie CvdK-rijksinspecteurs nader in de ambtsinstructie wordt uitgewerkt. Gemist wordt een contet waarbinnen en een doel waarop de samenwerking dient te zijn gericht. Tot slot blijkt dat het begrip "in de provincie werkzame rijksambtenaren" te vervagen. Bij ministeries is als gevolg van onder andere reorganisaties niet volstrekt duidelijke welke functionarissen als zodanig functioneren dan wel zijn aangewezen. In het verleden is in overleg met het ministerie van BZK een start gemaakt voor een interprovinciale inventarisatie. Helaas is deze inventarisatie niet tot een bevredigend einde gekomen. Aangezien het onderscheid tussen "de in de provincie werkzame rijksambtenaren" in de zin van de ambtsinstructie en andere vertegenwoordigers van het rijk niet scherp is, ligt het voor de hand voortaan liever in de ambtsinstructie te spreken van "rijksvertegenwoordigers". Ook zouden de rijksvertegenwoordigers, waaronder de Rijksinspecteurs die zich vooral richten op "Den Haag", de CnvdK meer dan nu het geval is gevraagd en ongevraagd van informatie aangaande het onderwerp veiligheid moeten voorzien. Daarbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld rapporten van de Inspecteur RO of Milieu betreffende gemeenten in hun provincie of evaluatierapporten van de Inspectie Brandweer. In dit verband wordt overigens door de CnvdK verwezen naar de in maart 2001 met de minister besproken notitie "De taken en bevoegdheden van gemeente- en provinciebestuur met betrekking tot het toezicht op het gemeentelijke VROM-beleid" Met betrekking tot de verhouding tussen de voorgenomen rol van de Inspectie Brandweerzorg en Rampenbestrijding en de bevoegdheden van de CvdK op dit tèrrein, kunnen de CvdK zich vinden in de reactie (nr. 150) van de Regering op een Kamervraag naar aanleiding van het rapport Enschede. In deze reactie geeft de Regering aan dat de CvdK een bemiddelende, arbitrerende en controlerende rol heeft en dat daarmee toezicht wordt gehouden op o.a. de wijze waarop de regio's de voorbereiding 5

16 van de rampenbestrijding ter hand nemen. De inspectie heeft een signalerende rol en vervult deze rol ten behoeve van de invulling van de verantwoordelijkheid van de minister van BZK voor de algemene brandweerzorg en rampenbestrijding. De CvdK kan de bevindingen van de inspectie betrekken bij de uitoefening van zijn bevoegdheden De bestuurlijke rapportage Het sluitstuk van het regionaal beheersplan vormt, aldus de staatssecretaris, de samenhangende bestuurlijke rapportage met betrekking tot de kwaliteit van de rampenbestrijding. Zijns inziens is deze monitor voor de CvdK essentieel om zijn toetsende en regisserende taken adequaat te kunnen vervullen. Commentaar: De CnvdK onderstrepen het belang van een samenhangende bestuurlijke veiligheidsrapportage. Zij zijn van oordeel dat dit een instrument dient te zijn aan de hand waarvan de besturen van gemeenten, regionale brandweren/hulpverleningsdiensten (incl. de politie) en provincies aangesproken kunnen worden op hun verantwoordelijkheden op het terrein van het veiligheidsbeleid. Zij zullen graag bij het in dit verband door BZK gestarte project betrokken worden. Heldere richtlijnen zijn nodig met betrekking tot vragen als wie rapporteert aan wie en over welke onderwerpen. Doelstelling moet zijn dat de bestuurlijke rapportage in relatie tot het regionale beheersplan een samenhangend beeld te zien moet geven van de stand van zaken m.b.t. de voorbereiding op plaatselijk, regionaal en provinciaal niveau. 5. De coördinerend burgemeester In de notitie van de staatssecretaris is een beschouwing opgenomen over de juridische (on)mogelijkheden met betrekking tot het fenomeen "coördinerend burgemeester". Aan het slot daarvan concludeert de bewindsman dat de aard van de aanwijzingsbevoegdheid van de CvdK, neergelegd in artikel 12 van de WRZO, zich verzet tegen mandatering daarvan aan de coördinerend burgemeester. Een inventarisatie van vormen van afspraken die de besluitvorming tussen gelijkwaardige bestuurders faciliteren, waarbij de provincie Zuid-Holland het voortouw heeft, is nog niet afgerond. Vervolgacties in samenwerking met het ministerie van BZK worden voorbereid. Commentaar: De CnvdK stemmen in met de conclusie van de bewindsman inzake de onmogelijkheid tot mandatering van hun aanwijzingsbevoegdheid. Naar de mening van de CnvdK is het noodzakelijk op het punt van de coördinerend burgemeester op korte termijn absolute helderheid te krijgen. Zij pleiten er dan ook voor de vervolgacties versneld op te pakken en zo spoedig mogelijk nader van gedachten te wisselen over de uitkomsten daarvan. 6. Handhaving, de positie van de Commissaris van de Koningin Er bestaat geen wettelijke bepaling, waarin aan de CvdK epliciet de taak wordt toebedeeld om de handhaving van rechtsregels door het openbaar bestuur in de provincie te bewaken. De CvdK heeft echter wel diverse mogelijkheden (bijv. gemeentebezoeken en het dienen van bericht en raad aan de minister) om het onderwerp handhaving aan de orde te stellen, zowel in zijn functie als rijksorgaan, als in zijn functie als provinciaal orgaan. 6

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 956 Beleidsnota Rampenbestrijding 2000 2004 Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1985 88 Wet van 30 januari 1985, houdende regels inzake de rampenbestrijding en de voorbereiding daarop (Rampenwet) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen Rampenplan Gemeente Assen 2007 versie 9 mei 2007 Inleiding Het voorliggende Rampenplan Gemeente Assen 2007 beschrijft de organisatie en werkwijze van de

Nadere informatie

ALGEMEEN KADER A.1 WETTELIJK EN ORGANISATORISCH KADER

ALGEMEEN KADER A.1 WETTELIJK EN ORGANISATORISCH KADER A ALGEMEEN KADER In deel A wordt allereerst op hoofdlijnen het wettelijk en organisatorisch kader van de rampenbestrijding beschreven. Vervolgens wordt ingegaan op het (algemene) scenario en het risicomodel.

Nadere informatie

AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING

AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING Tekst zoals deze geldt op 24 januari 2011 BESLUIT van 10 juni 1994, houdende regels inzake de taken die de commissaris van de Koning op grond van artikel 126 Grondwet

Nadere informatie

Voor de provincie Zeeland een totale risico-inventarisatie te doen laten uitvoeren

Voor de provincie Zeeland een totale risico-inventarisatie te doen laten uitvoeren &RPPLVVLH#$OJHPHHQ#%HVWXXU 6304305333 *HGHSXWHHUGH EHODVW#PHW EHKDQGHOLQJ= 2QGHUZHUS= W.T. van Gelder J.I. Hennekeij risico-inventarisatie YHUJDGHULQJ#36: 10 november 2000 QU: KJB-336 DJHQGD#QU: 0LGGHOEXUJ/

Nadere informatie

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding

Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR54284_1 1 juni 2016 Verordening brandveilidheid en brandweerzorg en rampenbestrijding De raad van de gemeente Leek; gelet op: - artikel 1, tweede lid, artikel 12

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 254 Besluit van 24 juni 2010, houdende wijziging van de Ambtsinstructie commissaris van de Koning 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL 10G / I. Drupsteen BVL Ke. Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Twente.

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL 10G / I. Drupsteen BVL Ke. Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Twente. SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER BEHANDELEND AMBTENAAR SECTOR PORT. HOUDER 10G201737 390433 / 390433 I. Drupsteen BVL Ke AGENDANUMMER BELEIDSPROGRAMMA/BELEIDSLIJN 08 - Inwoners en bestuur REDEN VAN

Nadere informatie

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord Datum: 25-6-13 Onderwerp Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord Status Besluitvormend Voorstel Het college toestemming te verlenen tot het wijzigen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 117 Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) Nr.

Nadere informatie

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) 31 117 Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s) Nr. VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 10 juli

Nadere informatie

Verordening ambtelijke bijstand provinciale staten van Drenthe

Verordening ambtelijke bijstand provinciale staten van Drenthe 2003-55 Verordening ambtelijke bijstand provinciale staten van Drenthe Voorgestelde behandeling: - provinciale staten op 23 april 2003 - fatale beslisdatum: n.v.t. Voorgestelde status: B-stuk Behandeld

Nadere informatie

Besluit vast te stellen de:

Besluit vast te stellen de: VERORDENING AUDITCOMMISSIE GEMEENTE WEERT De raad van de gemeente Weert, Gelezen het voorstel van het college d.d. 20 januari 2015, gelet op de artikelen 84, 147 en 149 van de Gemeentewet; Besluit vast

Nadere informatie

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Bijlage 5 bij Raadsvoorstel Regionale Agenda dd 16 mei 2011 Bestuursovereenkomst Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Vastgesteld door de Stuurgroep Regiovisie Bergen, Gennep, Mook en Middelaar op

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Verordening brandveiligheid en hulpverlening Coevorden 1998 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Coevorden Officiële naam regeling Verordening brandveiligheid

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Nummer 28 van 2003 PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Regeling ambtelijke organisatie Zeeland. Gedeputeerde Staten maken bekend dat I. provinciale saten van Zeeland in hun vergadering van 23 april 2003 onder

Nadere informatie

: Instellen van gemeenschappelijke regeling 'Veiligheidsregio Brabant-Noord"

: Instellen van gemeenschappelijke regeling 'Veiligheidsregio Brabant-Noord RAADSVOORSTEL Onderwerp : Instellen van gemeenschappelijke regeling 'Veiligheidsregio Brabant-Noord" Inleiding Momenteel kent de hulpverleningsdienst Brabant-Noord twee gemeenschappelijke regelingen, namelijk

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 81 Haarlem, 13 november 2001 Onderwerp: Reglement ambtelijke bijstand aan statenleden Bijlagen: ontwerpbesluit met toelichting Inleiding Artikel 33 van de

Nadere informatie

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving 1 Betrekkingen (EWB) 070 370 7051 Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving Projectnaam Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135) 1. Evaluatie Wet veiligheidsregio's (Wvr) Bij de behandeling

Nadere informatie

Verordening brandveiligheid en hulpverlening

Verordening brandveiligheid en hulpverlening Verordening brandveiligheid en hulpverlening Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de

Nadere informatie

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 15 januari 2004 No: 5.4/260204 Onderwerp: Verordening brandveiligheid en hulpverlening De Raad van de gemeente Noordenveld; - gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de brandweerwet 1985 - gelet op artikel 8,

Nadere informatie

P r o v i n c i e F l e v o l a n d

P r o v i n c i e F l e v o l a n d Aan: Provinciale Staten Onderwerp: Werkgeversaspecten dualisering provinciebestuur. Statenvergadering: 2 oktober 2003 Agendapunt: 12 1. Wij stellen u voor: a. de thans geldende Collectieve arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Middelburg, 3 mei 2006 Nummer: RMW0605090 Afdeling: Milieuhygiëne BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Arrow Terminals B.V. is in bezit van een aantal vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer.

Nadere informatie

Rampenprotocol Euregio Scheldemond

Rampenprotocol Euregio Scheldemond 1 Rampenprotocol Euregio Scheldemond H I E R N A G E N O E M D E P A R T I J E N, De Gouverneur van Oost-Vlaanderen, de heer H. Balthazer, De Gouverneur van West-Vlaanderen, de heer P. Breyne, Gedeputeerde

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 800 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2007 Nr. 22

Nadere informatie

1 De coördinatie van de inzet

1 De coördinatie van de inzet 1 De coördinatie van de inzet Zodra zich een incident voordoet of dreigt voor te doen, wordt de rampenbestrijdingsorganisatie via het proces van opschaling opgebouwd. Opschalen kan worden gedefinieerd

Nadere informatie

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,. Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:

Nadere informatie

2 8 AÜG /BdG Wijziging gemeenschappelijke regeling 1 J.A. Reddingius

2 8 AÜG /BdG Wijziging gemeenschappelijke regeling 1 J.A. Reddingius Brandweer veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland Aan de colleges van Burgemeesters en Wethouders van de gemeenten in de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland Postbus 234 7300 AE Apeldoorn Prins

Nadere informatie

ECCVA/U Lbr. 08/118 CVA/LOGA 08/27

ECCVA/U Lbr. 08/118 CVA/LOGA 08/27 Brief aan de leden T.a.v. het college informatiecentrum tel. (070) 373 8021 betreft aanpassing artikel 15:1:11 UWO Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U200801113 Lbr. 08/118 CVA/LOGA 08/27 bijlage(n)

Nadere informatie

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant Aan de Raad Made, 9 oktober 2006 Raadsvergadering: 14 december 2006 Nummer raadsnota: 13 Onderwerp: Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

WEB-261 behandeling: Roy, M. le Agenda nr: Vergadering GS: Nr: Verhuizing Centrale Post Ambulancevervoer VOORSTEL

WEB-261 behandeling: Roy, M. le Agenda nr: Vergadering GS: Nr: Verhuizing Centrale Post Ambulancevervoer VOORSTEL Provinciale Staten Gedeputeerde Vergadering PS: belast met Nr: 17-02-2006 WEB-261 behandeling: Roy, M. le Agenda nr: Vergadering GS: 10-01-2006 Nr: WEB0506268/6 Onderwerp: Verhuizing Centrale Post Ambulancevervoer

Nadere informatie

kenmerk dg llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll

kenmerk dg llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll vä/ Provincie Zeeland Gedeputeerde Staten De voorzitter van Provinciale Staten T.a.v. de Statengriffier onderwerp Statenvoorstel inzake de nieuwe Europese privacyverordening: de Algemene Verordening Gegevensbescherming

Nadere informatie

Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Zaltbommel 2012. Algemene informatie. Gegevens van de regeling. Overige informatie

Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Zaltbommel 2012. Algemene informatie. Gegevens van de regeling. Overige informatie Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid Zaltbommel 2012 Algemene informatie Gegevens van de regeling Bestuursorgaan dat regeling vaststelde Gemeenteraad van Zaltbommel d.d. 13 september 2012 Officiële

Nadere informatie

FEB Middelburg. I februari 201 7

FEB Middelburg. I februari 201 7 Archiefexemplaar Gedeputeerde Staten bericht op brief van: De voorzitter van provinciale staten van Zeeland uw kenm*: ons kenmek, 11002884 afdeling: Handhaving Natuur en Milieu bijlage("): 1 behandeladoor:

Nadere informatie

REGELING AMBTELIJKE ORGANISATIE GEMEENTE HILLEGOM. Vastgesteld in vergadering van het college van de gemeente Hillegom op 5 oktober 2004, B&W nummer..

REGELING AMBTELIJKE ORGANISATIE GEMEENTE HILLEGOM. Vastgesteld in vergadering van het college van de gemeente Hillegom op 5 oktober 2004, B&W nummer.. REGELING AMBTELIJKE ORGANISATIE GEMEENTE HILLEGOM Vastgesteld in vergadering van het college van de gemeente Hillegom op 5 oktober 2004, B&W nummer.. HOOFDSTUK 1 Artikel 1 De structuur van de ambtelijke

Nadere informatie

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG a 1 1 > Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGeneraal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 16 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070

Nadere informatie

Gelet op artikel 14 van de gemeenschappelijke regeling Randstedelijke Rekenkamer,

Gelet op artikel 14 van de gemeenschappelijke regeling Randstedelijke Rekenkamer, Voorstel aan Provinciale Staten Van Fractievoorzittersoverleg Vergadering Oktober 2016 Nummer 6943 Onderwerp Wijziging Verordening Programmaraad Randstedelijke Rekenkamer 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken Aanbieding rapport "Klagen bij de politie"

Ministerie van Binnenlandse Zaken Aanbieding rapport Klagen bij de politie Ministerie van Binnenlandse Zaken ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Aanbieding rapport "Klagen bij de politie" Datum Aan 6 maart l998 De korpsbeheerders De korpschefs : Directie Politie : EA98/U600

Nadere informatie

AGENDAPUNT NR: 2009.0.071.903. Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris 15 september 2009. Pagina 1 van 9

AGENDAPUNT NR: 2009.0.071.903. Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris 15 september 2009. Pagina 1 van 9 AGENDAPUNT NR: 2009.0.071.903 Concernstaf Bureau Gemeentesecretaris 15 september 2009 Pagina 1 van 9 Collegenota Aan burgemeester en wethouders Documentnummer 2009.0.071.903 Datum Zaaknummer 2009-08-00863

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 14 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 14 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Taakafstemming rampenbestrijding en crisisbeheersing tussen gemeenten en regionale brandweer

Taakafstemming rampenbestrijding en crisisbeheersing tussen gemeenten en regionale brandweer Taakafstemming rampenbestrijding en crisisbeheersing tussen gemeenten en regionale brandweer VERSIEBEHEER Vers i e Datum Auteur 0. 1 25-08- 2007 GAV 0.2 10-09-2007 ME, GAV 0. 3 11-10- 2007 GAV 0. 4 19-10-

Nadere informatie

Convenant Almeerse Scholen Groep Gemeente Almere

Convenant Almeerse Scholen Groep Gemeente Almere Convenant Almeerse Scholen Groep Gemeente Almere Partijen 1. de publiekrechtelijke rechtspersoon: gemeente Almere, ter zake van de convenant op grond van artikel 171 eerste lid Gemeentewet vertegenwoordigd

Nadere informatie

TOELICHTING. Verordening Brandweerzorg en Rampenbestrijding

TOELICHTING. Verordening Brandweerzorg en Rampenbestrijding TOELICHTING Verordening Brandweerzorg en Rampenbestrijding Algemeen In 1985 heeft de Vereniging Nederlandse Gemeenten een modelverordening betreffende de organisatie en het beheer van de gemeentelijke

Nadere informatie

Nr. sta982049/14 Middelburg, 10 juni 1998. Dit voorstel behelst de aanwijzing van een provinciaal wegennet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.

Nr. sta982049/14 Middelburg, 10 juni 1998. Dit voorstel behelst de aanwijzing van een provinciaal wegennet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Vaststellen provinciaal wegennet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen Commissie: waterstaat en verkeer Commissie: milieu Commissie: algemeen bestuur Nr. KJB-610 Vergadering 10 juli 1998 Agenda nr...........

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 872 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening

Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening Bijlage A Taken op het gebied van de brandveiligheid en hulpverlening (Behorende bij bestuursafspraken gemeente Beverwijk met de Veiligheidsregio Kennemerland i.o.*) * De Veiligheidsregio Kennemerland

Nadere informatie

Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007

Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 Organisatieverordening Veiligheidsregio Brabant-Noord 2007 1 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, in vergadering d.d. 28 februari 2007 bijeen; overwegende: 1. dat de Veiligheidsregio

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Nr. 420 14 december 2015 Organisatiebesluit Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

Nadere informatie

CONCEPT-WIJZIGING GR-OddV versie 20 oktober 2015

CONCEPT-WIJZIGING GR-OddV versie 20 oktober 2015 Het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland en de colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Barneveld, Ede, Nijkerk, Scherpenzeel en Wageningen; Overwegende dat per 1

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-generaal Veiligheid Programma Bestuurlijke Aanpak Schedeldoekshaven

Nadere informatie

Opheffen verbod op het toepassen Nr. RMW-634 van secundaire grondstoffen in integrale milieubeschermingsgebieden Vergadering 16 oktober 1998

Opheffen verbod op het toepassen Nr. RMW-634 van secundaire grondstoffen in integrale milieubeschermingsgebieden Vergadering 16 oktober 1998 Opheffen verbod op het toepassen Nr. RMW-634 van secundaire grondstoffen in integrale milieubeschermingsgebieden Vergadering 16 oktober 1998 Agenda nr. Commissie: Milieu Gedeputeerde met de verdediging

Nadere informatie

Bijlage D Raads- en statenvoorstel 1 en besluit GR RUD LN

Bijlage D Raads- en statenvoorstel 1 en besluit GR RUD LN Bijlage D Raads- en statenvoorstel 1 en besluit GR RUD LN 1 T.b.v. het statenvoorstel moet daar waar Raad is opgenomen dit vervangen worden door Provinciale Staten, daar waar het college van burgemeesters

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1076608 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 1076607 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Ptjrmerend

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing? Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder( s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummer en -naam : 2e wijziging Gemeenschappelijke Regeling

Nadere informatie

Bij brief van 18 januari 2002 verzocht u de Raad voor het openbaar bestuur te adviseren over de bestuurlijke inbedding van de veiligheidsregio s.

Bij brief van 18 januari 2002 verzocht u de Raad voor het openbaar bestuur te adviseren over de bestuurlijke inbedding van de veiligheidsregio s. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, De heer mr. K.G. de Vries. De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, De heer drs. G.M. de Vries. Bijlagen -- Inlichtingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015-2016 33 872 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving) A herdruk 1 GEWIJZIGD

Nadere informatie

Protocol toezicht op de veiligheidsregio's. Afspraken tussen de commissarissen van de Koning en het hoofd van de Inspectie Veiligheid en Justitie

Protocol toezicht op de veiligheidsregio's. Afspraken tussen de commissarissen van de Koning en het hoofd van de Inspectie Veiligheid en Justitie Protocol toezicht op de veiligheidsregio's Afspraken tussen de commissarissen van de Koning en het hoofd van de Inspectie Veiligheid en Justitie Den Haag, 26 februari 2015 1. Inleiding De Inspectie Veiligheid

Nadere informatie

RAPPORTAGE NAZORGONDERZOEK REÏNTEGRATIEBELEID GEMEENTE MOERDIJK.

RAPPORTAGE NAZORGONDERZOEK REÏNTEGRATIEBELEID GEMEENTE MOERDIJK. RAPPORTAGE NAZORGONDERZOEK REÏNTEGRATIEBELEID GEMEENTE MOERDIJK. 1. Aanleiding: rekenkameronderzoek 2009 In 2009 heeft de Rekenkamer West-Brabant een onderzoek uitgevoerd naar het onderwerp Reïntegratiebeleid.

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht. Haarlem, Onderwerp: Kadernotitie regionale luchthavens

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht. Haarlem, Onderwerp: Kadernotitie regionale luchthavens Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht Haarlem, Onderwerp: Kadernotitie regionale luchthavens Bijlagen: 1. Concept kadernotitie regionale luchthavens 2. Ontwerpbesluit 1. Inleiding. Deze kaderstellende

Nadere informatie

BIJLAGE 4 INSTELLINGSBESLUIT NATIONAAL COÖRDINATOR GRONINGEN

BIJLAGE 4 INSTELLINGSBESLUIT NATIONAAL COÖRDINATOR GRONINGEN BIJLAGE 4 INSTELLINGSBESLUIT NATIONAAL COÖRDINATOR GRONINGEN Besluit van de Minister van Economische Zaken van 1 mei 2015, nr. WJZ/15057631, tot instelling van de Nationaal Coördinator Groningen en de

Nadere informatie

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing? Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder( s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummer en -naam : Vaststelling Kadernota Integrale Veiligheid

Nadere informatie

Voorbereiding op orde

Voorbereiding op orde Taken en verantwoordelijkheden van de provincie Limburg in het kader van de Wet Kwaliteitsbevordering Rampenbestrijding 6 februari 2007 ISBN 978-90-8768-006-0 Het Hooghuis Keizersgracht 5 5611 GB Eindhoven

Nadere informatie

Gemeenschappelijke Regeling. Samenwerkingsverband Noord-Nederland

Gemeenschappelijke Regeling. Samenwerkingsverband Noord-Nederland Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland 1 Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de commissarissen van de Koning

Nadere informatie

Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE Inleiding

Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE Inleiding 1 Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE03.068 1. Inleiding Op grond van de Algemene wet bestuursrecht is het mogelijk om tegen besluiten van Gedeputeerde Staten bezwaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 209 Regeling van de tijdelijke vervanging van wethouders en gedeputeerden wegens zwangerschap en bevalling of ziekte Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING

Nadere informatie

Bestuurlijke integriteit

Bestuurlijke integriteit Bestuurlijke integriteit Onderzoek Bestuurlijke Integriteit Onderzoeksopzet Rekenkamercommissie De Wolden Maart 2014 Status: definitief Versie: 4 Rekenkamercommissie De Wolden 1 A. Wat willen wij bereiken?

Nadere informatie

Voorgesteld raadsbesluit: Vast te stellen de Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Dinkelland 2015

Voorgesteld raadsbesluit: Vast te stellen de Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Dinkelland 2015 RAADSVOORSTEL Datum: 2 december 2014 Nummer: Onderwerp: Verordening vertrouwenscommissie herbenoeming 2015 Voorgesteld raadsbesluit: Vast te stellen de Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Dinkelland

Nadere informatie

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal

BRZO zowel BRZO als VT-CHEMIE. Provincie Provincie Provincie Totaal PROJECTOPDRACHT Naam deelproject : VORMGEVING BRZO-RUD NOORD-NEDERLAND (LAT-RB) Opdrachtgever : Dick Bresser, namens de noordelijke regisseurs RUD Projectleider : Jan Smittenberg Organisatie : Provincie

Nadere informatie

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 31 oktober 2011 Agenda nr: Onderwerp: Risicoprofiel en beleidsplan Veiligheidsregio Zuid-Limburg

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 31 oktober 2011 Agenda nr: Onderwerp: Risicoprofiel en beleidsplan Veiligheidsregio Zuid-Limburg Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 31 oktober 2011 Agenda nr: Onderwerp: Risicoprofiel en beleidsplan Veiligheidsregio ZuidLimburg Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het raadsvoorstel

Nadere informatie

Lijst van vragen - totaal

Lijst van vragen - totaal Lijst van vragen - totaal Kamerstuknummer : 33149-30 Vragen aan Commissie : Regering : Volksgezondheid, Welzijn en Sport 33 149 Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld------------------

Nadere informatie

Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de. Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel

Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de. Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel Begeleidende samenvatting en advies behorende bij de Concept Rapportage Regionaal Risicoprofiel 1. Inleiding 1.1 Veiligheidsregio Drenthe en het Regionaal risicoprofiel De Veiligheidsregio Drenthe heeft

Nadere informatie

Datum uitwerkingtreding Betreft nieuwe regeling

Datum uitwerkingtreding Betreft nieuwe regeling Gemeente Tiel Verordening op de ambtelijke bijstand 2003 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Vastgesteld door Onderwerp Eigen onderwerp

Nadere informatie

CONVENANT BESTUURLIJKE EN OPERATIONELE COÖRDINATIE DIJKRINGEN 14, 15 EN 44

CONVENANT BESTUURLIJKE EN OPERATIONELE COÖRDINATIE DIJKRINGEN 14, 15 EN 44 CONVENANT BESTUURLIJKE EN OPERATIONELE COÖRDINATIE DIJKRINGEN 14, 15 EN 44 Partijen, de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht, vertegenwoordigd door hun commissaris van de Koning, de veiligheidsregio

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

Voordracht aan Provinciale Staten. Van Subcommissie Bestuur en Middelen. Mei xxxx. Wijziging controleverordening.

Voordracht aan Provinciale Staten. Van Subcommissie Bestuur en Middelen. Mei xxxx. Wijziging controleverordening. Voordracht aan Provinciale Staten Van Subcommissie Bestuur en Middelen Vergadering Mei 2013 Onderwerp Wijziging controleverordening Nummer xxxx 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten van Zuid-Holland, Gelet

Nadere informatie

Instructie gemeentesecretaris gemeente Overbetuwe 2011

Instructie gemeentesecretaris gemeente Overbetuwe 2011 Onderwerp: Instructie gemeentesecretaris gemeente Overbetuwe 2011 Ons kenmerk: 11BWB00022 Burgemeester en wethouders van de gemeente Overbetuwe; gelet op artikel(en) 103, tweede lid van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Toetreding GGD Haarlemmermeer tot de hulpverleningsdienst Kennemerland (HDK)

Nota van B&W. Onderwerp Toetreding GGD Haarlemmermeer tot de hulpverleningsdienst Kennemerland (HDK) Nota van B&W Onderwerp Toetreding GGD Haarlemmermeer tot de hulpverleningsdienst Kennemerland (HDK) Portefeuille mr. B. B. Schneiders Auteur J. Chr. van der Hoek, MBA. Telefoon 4489 E-mail: jvdhoek@haarlem.nl

Nadere informatie

Ferwert, 28 mei 2013.

Ferwert, 28 mei 2013. AAN: de raad van de gemeente Ferwerderadiel Sector : I Nr. : 15/36.13 Onderwerp : Brandrisicoprofiel Veiligheidsregio Fryslân Ferwert, 28 mei 2013. 1. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet veiligheidsregio

Nadere informatie

Regeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning

Regeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning Burgemeester en wethouders van de gemeente Hellendoorn gelet op de verplichting tot burgerparticipatie in het kader van de artikel 1 1 en 1 2 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning gelet op artikel

Nadere informatie

Aanbiedingsbrief. Aan de raad.

Aanbiedingsbrief. Aan de raad. Raadsgriffie Kerkrade, 19 april 2006 Aanbiedingsbrief Aan de raad. 06it00231 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing aan een ontwerpbesluit, nr. 06 Rb 017 inzake de instelling van een vertrouwenscommissie

Nadere informatie

STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND

STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND STAPPENPLAN IMPLEMENTATIE WATERRAND HOE TE KOMEN TOT EEN ADEQUATE ORGANISATIE VAN INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER? IN AANSLUITING OP HET HANDBOEK INCIDENTBESTRIJDING OP HET WATER Uitgave van het Projectbureau

Nadere informatie

Overdracht van raadsbevoegdheden. Rekenkamer Leeuwarden

Overdracht van raadsbevoegdheden. Rekenkamer Leeuwarden Overdracht van raadsbevoegdheden Rekenkamer Leeuwarden Juli 2014 Colofon Samenstelling Rekenkamer Leeuwarden drs. P.L. Polhuis MA (voorzitter) ir. E. Voorwinde M.A. Hoekstra mw. J.E. Rijpma (secretaris)

Nadere informatie

Oplegnotitie (GBA-verordening 2012) Gemeenteblad 2011 nr.100

Oplegnotitie (GBA-verordening 2012) Gemeenteblad 2011 nr.100 Oplegnotitie (GBA-verordening 2012) Gemeenteblad 2011 nr.100 Rol van de raad De raad krijgt dit raadsvoorstel voorgelegd om - kaders te stellen de raad geeft de grenzen aan waarbinnen het college het beleid

Nadere informatie

Oefenen inzet ambulancezorg bij rampen en grootschalige ongevallen.

Oefenen inzet ambulancezorg bij rampen en grootschalige ongevallen. Oefenen inzet ambulancezorg bij rampen en grootschalige ongevallen. Inleiding Het vermogen om zo goed mogelijk de gevolgen van rampen en grootschalige, zware ongevallen te bestrijden vergt van onder meer

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland Regeling ambtelijke organisatie Provincie Zeeland 2014

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland Regeling ambtelijke organisatie Provincie Zeeland 2014 PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Zeeland. Nr. 2577 14 oktober 2014 Provincie Zeeland Regeling ambtelijke organisatie Provincie Zeeland 2014 Besluit van Gedeputeerde Staten van Zeeland van

Nadere informatie

Regeling Cliëntenraad Werk en Inkomen Rotterdam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Regeling Cliëntenraad Werk en Inkomen Rotterdam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Rotterdam Nr. 108620 27 juni 2017 Regeling Cliëntenraad Werk en Inkomen Rotterdam 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Nadere informatie

Multidisciplinair Opleiden en Oefenen

Multidisciplinair Opleiden en Oefenen Toetsingskader en positiebepalingssystematiek (definitieve versie) Inhoudsopgave Inleiding. Verdeling in oordeel, hoofdonderwerpen, onderwerpen, hoofd- en subaspecten. Banden voor positiebepaling. Prestatieniveaus.

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Registratienummer: 333924 Op voorstel van B&W d.d.: dinsdag 8 mei 2012 Datum vergadering: dinsdag 26 juni 2012 Portefeuillehouder: Rol gemeenteraad: Delegatie van

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken

Ministerie van Binnenlandse Zaken Ministerie van Binnenlandse Zaken Aan de Korpsbeheerders van de regionale politiekorpsen de Beheerder van het Korps landelijke Politiediensten i.a.a. de Korpschefs van de regionale politiekorpsen en het

Nadere informatie

Specifiek Kader Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid

Specifiek Kader Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Specifiek Kader Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Gemeente Nijmegen Opgesteld door: Afdeling Veiligheid, Koen Delen Laatst geactualiseerd: 18 december 2011 Uiterste datum volgende

Nadere informatie

Functies en teams in de rampenbestrijding

Functies en teams in de rampenbestrijding B Functies en teams in de rampenbestrijding De burgemeester - De burgemeester heeft de eindverantwoordelijkheid voor en de algehele leiding bij het bestrijden van incidenten in de eigen gemeente; - De

Nadere informatie

Datum : 31 mei 2005 Nummer PS : PS2005WEM03 Dienst/sector : WEM/Water Commissie : 20 juni 2005

Datum : 31 mei 2005 Nummer PS : PS2005WEM03 Dienst/sector : WEM/Water Commissie : 20 juni 2005 S T A T E N V O O R S T E L Datum : 31 mei 2005 Nummer PS : PS2005WEM03 Dienst/sector : WEM/Water Commissie : 20 juni 2005 Registratienummer :2003WEM001700i Portefeuillehouder : J. Binnekamp Titel : Wijziging

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 122 Wet van 25 februari 1999 tot wijziging van de Wet milieubeheer, de Wet rampen en zware ongevallen en de Arbeidsomstandighedenwet ter uitvoering

Nadere informatie

Dit integrale voorstel zal kort na het plaatsvinden van de voorjaarsconferentie 2001 worden toegezonden. 1. Nieuwe bestuursstructuur Zeeuws Museum

Dit integrale voorstel zal kort na het plaatsvinden van de voorjaarsconferentie 2001 worden toegezonden. 1. Nieuwe bestuursstructuur Zeeuws Museum Gedeputeerde belast met behandeling: D.J.P. Bruinooge/G.L.C.M. de Kok Onderwerp: Aanvulling op relatie provincie - gelieerde instellingen nr: 012276/3 vergadering PS: 29 juni 2001 nr: WEB-439A agenda nr:

Nadere informatie

Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie.

Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Raad VOORBLAD Onderwerp Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Agendering Commissie Bestuur Gemeenteraad Commissie Ruimte Lijst ingekomen stukken Commissie Sociaal Informerende Commissie

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A;

Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/ /A; CRU05.005 Provinciale Staten van Flevoland, Gelezen het voorstel van het college van gedeputeerde staten van Flevoland MPV/04.031361/A; Gelet op artikel 14 van de Wet op de waterkering en op de Provinciewet;

Nadere informatie