Een exemplaar van de teksten van de (voor)ontwerpen kunt u aanvragen bij Willy Dessers :

Transcriptie

1 Op stapel In de rubriek Op stapel geven we kort toelichting bij regelgeving die eerstdaags wordt gepubliceerd. De toelichting geeft de stand van zaken weer bij de onderhandelingen in Sectorcomité X. Definitief uitsluitsel kan uiteraard alleen de tekst geven die in het Belgisch Staatsblad wordt gepubliceerd. Voor bijkomende inlichtingen kunt u terecht bij: GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Onderwijsorganisatie en personeel Hilde Eloot hilde.eloot@g-o.be Tel : Een exemplaar van de teksten van de (voor)ontwerpen kunt u aanvragen bij Willy Dessers : willy.dessers@g-o.be Tel: In sectorcomité X werden sinds begin maart de onderhandelingen afgesloten over een aantal ontwerpbesluiten en wijzigingsbesluiten. Even op een rijtje gezet : Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 mei 1991 omtrent de evaluatie, maatregelen van orde en tucht in het gemeenschapsonderwijs. Met dit wijzigingsbesluit worden de bepalingen van het besluit van 22 mei 1991 aangepast aan de bepalingen van het decreet rechtspositie en het decreet houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie. Wat de modaliteiten van preventieve schorsing betreft wordt toegevoegd dat de termijn van preventieve schorsing kan worden verlengd voor de duur van de beroepsprocedure. Ook werd het hoofdstuk inzake de tuchtregeling voor personeelsleden (procedure te volgen door de tuchtoverheid) aangepast en werden de bepalingen inzake de Raad van beroep geactualiseerd, rekening houdend met het gegeven dat de Raad van beroep inzake evaluaties onvoldoende enkel nog bevoegdheid heeft voor die onderwijsniveaus waar de nieuwe evaluatieprocedure nog niet van toepassing is of waar de procedure werd opgestart voor het in voege gaan van de nieuwe evaluatieregeling. Daarnaast werd ook een nieuw hoofdstuk toegevoegd met betrekking tot de werking en werkzaamheden van de (nieuwe) Kamer van beroep, die sinds de bevoegdheid heeft om, bij de behandeling van een beroep tegen een tuchtmaatregel, een uitgesproken tuchtstraf te bevestigen of te vernietigen of een lichtere tuchtstraf uit te spreken. Bij de procedure in beroep bij de Kamer van beroep wordt een onderscheid gemaakt tussen een beroep tegen een tuchtmaatregel en een beroep tegen een ontslag om een dringende reden. Het GO! gaat akkoord met dit besluit en apprecieert de toevoeging in artikel 17 van het besluit dat ingeval van beroep de preventieve schorsing kan worden verlengd voor de duur van de beroepsprocedure. Dit biedt reeds een oplossing voor hangende dossiers. Het GO! neemt er tevens akte van dat de overheid toezegde om de beroepstermijn bij ontslag om dringende redenen (via decreetswijziging) van 20 dagen naar 5 dagen terug te brengen.

2 Het GO! stelt zich wel de vraag of de bepaling dat bij verhoren door de tuchtoverheid ter zitting onmiddellijk een proces-verbaal wordt opgemaakt in de praktijk steeds haalbaar zal zijn. Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende het omstandigheidsverlof, het verlof wegens overmacht, het onbezoldigd ouderschapsverlof en het vaderschapsverlof voor bepaalde personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding. Met dit nieuwe besluit worden enerzijds een aantal specifieke verlofvormen, die tot op heden voor de verschillende personeelscategorieën in verschillende KB s en besluiten waren opgenomen, gebundeld in een nieuw besluit en worden sommige bepalingen ook licht uitgebreid. Anderzijds wordt in dit besluit ook een nieuwe verlofvorm geïntroduceerd, nl het onbezoldigd ouderschapsverlof en wordt ook het vaderschapsverlof (is niet hetzelfde als de 10 dagen omstandigheidsverlof n.a.v. de bevalling van de partner!) formeel geregeld. De aanpassingen zijn grotendeels gevolg van de (federale) programmawet en uitvoering van een Europese richtlijn. De nieuwe bepalingen (in principe in voege vanaf 1 april) samengevat : omstandigheidsverlof : voortaan ook één dag omstandigheidsverlof voor het huwelijk van een bloed- of aanverwant van de eerste graad, die geen kind is, of in de tweede graad, van het personeelslid, van de echtgenoot of van de samenwonende partner : nl. de dag van het huwelijk. omstandigheidsverlof n.a.v. de bevalling van de echtgenote of de samenwonende partner (10 dagen) : voortaan kan dit verlof worden opgenomen tot vier maanden na de bevalling (in uitvoering van de federale programmawet ; tot op heden moest dit binnen de maand na de bevalling) introductie van het onbezoldigd ouderschapsverlof : in het kader van een Europese richtlijn dient elke werknemer te kunnen beschikken over een vorm van ouderschapsverlof. Vermits het ouderschapsverlof in het kader van loopbaanonderbreking voor sommige personeelsleden geen mogelijkheid is (omdat ze niet voldoen aan de basisvoorwaarden) wordt deze nieuwe verlofvorm geïntroduceerd. Elk personeelslid (m/v) kan hiervan genieten. Het verlof bedraagt maximaal drie maanden, is in principe voltijds (halftijds kan uitsluitend in combinatie met gedeeltelijk verlof wegens moederschapsbescherming tijdens de lactatie), is onbezoldigd en moet genomen worden binnen het jaar na de geboorte van het kind. De introductie van het onbezoldigd ouderschapsverlof betekent ook het einde van het onbezoldigd borstvoedingsverlof. Deze laatste verlofvorm verdwijnt (het onbezoldigd ouderschapsverlof vervangt eigenlijk het borstvoedingsverlof). Personeelsleden die voor hun kind reeds borstvoedingsverlof hebben genomen, kunnen geen aanspraak meer maken op onbezoldigd ouderschapsverlof voor ditzelfde kind. vaderschapsverlof : als de moeder van het kind opgenomen wordt in het ziekenhuis krijgt de vader van het kind op zijn verzoek vaderschapsverlof om in de opvang van zijn (pasgeboren) kind te voorzien op voorwaarde dat het kind het ziekenhuis heeft verlaten en de opname van de moeder in het ziekenhuis meer dan zeven opeenvolgende kalenderdagen betreft. Vaderschapsverlof kan ten vroegste aanvangen vanaf de achtste dag vanaf de geboorte en eindigt bij het ontslag van de moeder uit het ziekenhuis of uiterlijk bij het verstrijken van de periode die overeenstemt met het deel van het bevallingsverlof dat door de moeder op het ogenblik van haar opname in het ziekenhuis nog niet was opgenomen. Bij overlijden van de moeder is de duur van het vaderschapsverlof ten hoogste gelijk aan de duur van het bevallingsverlof dat de moeder bij haar overlijden nog niet had opgenomen. Vast benoemde personeelsleden ontvangen verder hun salaris tijdens het

3 vaderschapsverlof ; tijdelijke personeelsleden hebben geen recht op salaris. Rekening houdend met het gegeven dat de bepalingen aansluiten bij de federale programmawet en uitvoering geven aan een Europese richtlijn geeft het GO! geeft zijn akkoord bij dit besluit. Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de Centra voor Basiseducatie en tot wijziging van het KB van 15 april 1958 houdende bezoldingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs en het KB van 1 december 1970 houdende bezoldingsregeling van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs. Aan dit besluit werden enkel technische aanpassingen gedaan ; verder wordt er ook opgenomen dat diensten in een internaat (gehecht aan een onderwijsinstelling, autonoom of semi-internaat), tehuis of opvangcentrum ook in aanmerking komen voor de berekening van de geldelijke anciënniteit. Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 november 2003 houdende de salarisschalen van bepaalde personeelsleden in het onderwijs, het BVR van 29 oktober 2004 houdende geldelijke en administratieve bepalingen voor de contractuele personeelsleden in het onderwijs betaald door de Vlaamse Gemeenschap en het BVR van 15 april 2005 betreffende de toekenning van een bepaalde niet verworven salarisschaal aan sommige personeelsleden van het onderwijs. In deze besluiten werden een aantal technische aanpassingen doorgevoerd : bij de vermelding van de diploma s die recht geven op een bijwedde worden ook de nieuwere diplomabenamingen, zoals master of bachelor in de desbetreffende opleidingen, toegevoegd. Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs. Ook in dit besluit werden een aantal technische aanpassingen doorgevoerd inzake gebruikte terminologie. Daarnaast werd nog, ingevolge de CAO-bepalingen, een toevoeging gedaan inzake de diensten van personeelsleden in gesubsidieerde MST-equipes en worden de gepresteerde internaatsdiensten ook mee opgenomen in de lijsten met diensten die meetellen voor de vaststelling van de geldelijke anciënniteit.

4 Het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1970 houdende bezoldingsregeling van het administratief personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs. De toegevoegde bepalingen in het bezoldigingsbesluit van 15 april 1958 worden ook in dit besluit opgenomen. Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving betreffende de studiebekrachtiging in het volwassenenonderwijs en de indeling van studiegebieden in opleidingen van het secundair volwassenenonderwijs Dit besluit wijzigt twee zaken : in het besluit van de Vlaamse regering van 19 juli 2007 betreffende de studiebekrachtiging in het volwassenenonderwijs wordt de bijlage IX vervangen : dit is de lijst met de diplomagerichte opleidingen in het secundair volwassenenonderwijs (de opleidingen of combinaties van opleidingen die, in combinatie met het certificaat van de opleiding aanvullende algemene vorming, leiden tot een diploma secundair onderwijs). de bijlage I bij het decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs (laatst gewijzigd bij besluit van 17 oktober 2008) waarbij de indeling van de studiegebieden van het secundair volwassenenonderwijs in opleidingen wordt vastgelegd, wordt vervangen door een aangepaste lijst. Voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 mei 1992 betreffende de opvangcentra. In dit besluit werden volgende wijzigingen aangebracht : het optrekken van de toegekende capaciteit van 55 bedden naar 75 bedden aan het opvangcentrum van het MPI Koksijde met ingang van 1 juli 2008 (de ministeriële beslissing van vorig jaar wordt bij deze een formele beslissing van de Vlaamse regering) er wordt een artikel toegevoegd waarbij wordt bepaald dat het internaat van het MPI Neder-over-Heembeek met ingang van 1 juli 2002 fungeert als opvangcentrum; aan dit opvangcentrum worden 50 bedden toegekend. Met deze toevoeging wordt de bestaande toestand geformaliseerd/geregulariseerd. Tot slot : in de vorige editie van Op Stapel werd u in kennis gesteld van de belangrijkste bepalingen van het ontwerp van Onderwijsdecreet XIX. Intussen werden op de

5 oorspronkelijke tekst reeds een aantal amendementen ingediend. Bij deze vindt u ter informatie een aantal onderwerpen uit de lijst amendementen: autismespectrumstoornissen buitengewoon basis en secundair onderwijs : verlengen en uitbreiden van het correctiebudget GON-Autisme opname van de afzetting als bijkomende tuchtmaatregel aanpassing beroepstermijn met betrekking tot een ontslag om dringende redenen invoering van het ontslag om dringende redenen voor een personeelslid dat waarnemend is aangesteld in een selectie- of bevorderingsambt invoering van een regeling voor het vacant laten worden van de betrekking van directeurs die langdurig afwezig zijn regeling voor personeelsgevolgen bij overhevelingen vestigingsplaats wijzigingen met betrekking tot preventieve schorsing : bepalen van de duur van de preventieve schorsing en beroepsmogelijkheid creëren bepaling m.b.t. inschrijvingen in het secundair onderwijs door leerlingen basisonderwijs van dezelfde campus aanpassing van de regeling van de dienstprestaties in internaten Voor de definitieve tekst van Onderwijsdecreet XIX dient uiteraard het resultaat afgewacht van de parlementaire besprekingen en stemming!