Beheer grote vuurvlinder in De Wieden
|
|
- Alfred Geerts
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden
2 Advisering beheer grote vuurvlinder in De Wieden Tekst: Henk Arends & Henk de Vries Met medewerking van: Arco Lassche, Jaap Bouwman & Linda Heilmann Rapportnummer: VS Productie: De Vlinderstichting Postbus AM Wageningen telefoon: fax: homepage: Opdrachtgever: Vereniging Natuurmonumenten Deze publicatie kan worden geciteerd als: Arends, H. & De Vries, H. H. (2005) Beheer grote vuurvlinder in De Wieden. Rapport VS , De Vlinderstichting, Wageningen. Trefwoorden: Grote vuurvlinder, leefgebied, beheer, bosverwijdering. Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, door middel van druk, microfilm, fotokopie of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Vlinderstichting en de opdrachtgever. juni 2005 DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 1
3 Inhoud Inhoud...2 Samenvatting...3 Hoofdstuk 1 Inleiding...4 Hoofdstuk 2 Methode...7 Hoofdstuk 3 Uitgangssituatie beheerlocaties...9 Hoofdstuk 4 Ingezet materieel en beheerd oppervlak...19 Hoofdstuk 5 Beschrijving van resultaten...22 Hoofdstuk 6 Conclusie...30 Bijlagen 1 en 2: protocollen...31 Bijlage Bijlage DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 2
4 Samenvatting In het noordwestelijk deel van De Wieden is op veertien locaties bos verwijderd gedurende de winter van Dit project had tot doel om de continuïteit van het leefgebied van de grote vuurvlinder te verbeteren. Dit doel is bereikt: de openheid van het landschap is zichtbaar verbeterd. Deels zelfs in de nabijheid (minder dan 100 m) van momenteel aanwezige rupsen van de grote vuurvlinder. Aangezien de populatie sterk onder druk staat, is het gewenst om ook andere aanvullende maatregelen te overwegen bovenop de nu genomen maatregelen. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 3
5 Hoofdstuk 1 Inleiding De grote vuurvlinder is de meest karakteristieke vlindersoort van Nederland. Hij komt alleen voor in uitgestrekte laagveenmoerassen met daarin de waardplant, de waterzuring. Bestaande leefgebieden worden mettertijd ongeschikt en nieuwe leefgebieden moeten hiervoor in de plaats komen. Het realiseren van nieuw leefgebied is ook een kwestie van langetermijnplanning. Tot die tijd is de grote vuurvlinder afhankelijk van het beheer van de bestaande leefgebieden. Om de kwaliteit van het leefgebied van de grote vuurvlinder te vergroten heeft Vereniging Natuurmonumenten in De Wieden moerasbosjes gekapt en bosranden gesnoeid. De Vlinderstichting heeft een ondersteunende rol gespeeld door middel van het beschikbaar stellen van kennis en ervaring. Ook worden de effecten van de maatregelen gevolgd en vastgelegd. In deze rapportage wordt de nulsituatie op de locaties beschreven, de werkzaamheden gevolgd en effecten van maatregelen vastgelegd. Introductie De grote vuurvlinder is een karakteristieke vlinder van uitgestrekte laagveenmoerassen. Het is in Nederland een zeer zeldzame vlindersoort. Op de Rode lijst staat hij als ernstig bedreigd vermeld (Wasscher et al. 1998). Ook valt hij onder de Europese Habitatrichtlijn (Conventie van Bern) en is hij een beschermde diersoort (Natuurbeschermingswet, flora en faunawet). De grote vuurvlinder plant zich vooral voort in veenmosrietland in moerassen. De vlinder heeft een voorkeur voor een jonge fase van veenmosrietland, dat rijk is aan waterzuring. Hierop worden de eitjes afgezet. Er is in 2000 een soortbeschermingsplan voor deze vlinder verschenen met maatregelen voor de ontwikkeling van nieuw leefgebied. Om de kwaliteit van het leefgebied van de grote vuurvlinder te verbeteren, is het gezamenlijke project van POP tot vlinder gestart. Het doel van dit project is behoud en ontwikkeling van de populaties grote vuurvlinder in Overijssel. Vereniging Natuurmonumenten gaat verschillende maatregelen uitvoeren in De Wieden die een flinke positieve impuls moeten geven aan de kwaliteit van het leefgebied van de grote vuurvlinder. De Vlinderstichting heeft hierbij een ondersteunende rol door middel van beschikbaar stellen van kennis en ervaring. Het gaat om maatregelen als kappen van moerasbosjes, snoeien van bosranden, afplaggen van slootranden en maaien en plaggen van verruigd rietland. Alle genoemde maatregelen zijn gericht op het bevorderen van de verspreiding van waterzuring en het beter bereikbaar maken en onderling verbinden van geschikte leefgebieden voor de grote vuurvlinder. In deze rapportage worden de nulsituatie op de aan te pakken locaties DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 4
6 beschreven, de werkzaamheden gevolgd en de effecten van maatregelen vastgelegd. De grote vuurvlinder De grote vuurvlinder die in Nederland leeft is heel bijzonder. Het gaat hier om de ondersoort batava, die buiten Nederland nergens anders voorkomt. Helaas is deze opvallende vlinder zeer zeldzaam en momenteel zelfs ernstig bedreigd. Hij komt alleen nog maar voor in drie moerasgebieden in noordwest-overijssel en zuidoost-friesland: De Weerribben, De Wieden en de Rottige Meente. De grote vuurvlinder is een bewoner van rietmoerassen en overgangszones tussen natte ruigtes en hoogvenen. In Nederland komt hij vooral voor in uitgestrekte laagveenmoerassen, een typisch landschap voor de lagergelegen delen van ons land. In de huidige situatie vormen veenmosrietlanden de belangrijkste biotoop. De soortenrijke rietlanden waar deze vlinder vliegt, zijn nagenoeg verdwenen. Met name door versnippering en vernietiging van leefgebied is de soort hard achteruitgegaan. Beschrijving soort De naam van deze vlindersoort heeft betrekking op het formaat en de fel oranjegekleurde vleugels. De vrouwtjes verschillen van de mannetjes door de iets doffere kleur en de zwarte vlekkentekening. De onderzijde van de vleugels is blauwgrijs met een opvallende roodbruine vleugelband. In de lucht valt de flikkering op die ontstaat als gevolg van het contrast tussen de onder- en bovenvleugels. Figuur 1. Grote vuurvlinder. Levenscyclus De grote vuurvlinder vliegt van eind juni tot eind augustus. De hoogste aantallen worden in de tweede helft van juli aangetroffen. De eitjes worden afgezet op bladeren van de waterzuring. De rupsen overwinteren en maken de grootste groei door in de nazomer, de lente van het daaropvolgende jaar en de voorzomer. De rupsen overwinteren half volgroeid tussen dorre bladeren aan de basis van de waardplant. Wanneer in het volgend voorjaar de groei van de waardplant weer begint, worden de DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 5
7 Gedrag rupsen weer actief. Midden juni vind de verpopping plaats, waarna de vlinder eind juni, begin juli uitkomt. De mannetjes gedragen zich vaak sterk territoriaal. Ze verdedigen een territorium van m 2. Dit bestaat meestal uit een komvormige laagte in de vegetatie van het rietland. Als gevolg van het relatief grote territorium is de gemiddelde dichtheid van vlinders in een gebied vrij laag. De vrouwtjes zwerven door de uitgestrekte moerasgebieden op zoek naar mannetjes of (na de paring) geschikte waardplanten voor het afzetten van de eitjes. Ze kunnen dan flinke afstanden, tot wel 20 km, afleggen (Swaay & Bink, 2000). Leefgebied De grote vuurvlinder komt in Nederland voornamelijk voor in uitgestrekte laagveenmoerassen met daarin de waardplant waterzuring. Een dichtheid aan waardplanten van meer dan vijf waterzuringplanten per hectare is voldoende voor een duurzame populatie. Momenteel komt de vlinder nog maar in drie moerasgebieden in Noordoost-Nederland voor. De grootste populatie bevindt zich in De Weerribben en verder zijn er populaties in De Wieden en De Rottige Meente. Deze gebieden in de kop van Overijssel en in Zuidoost-Friesland waren vroeger onderdeel van een uitgestrekt moerasgebied. Door onder andere ontginning en verdroging is er echter veel leefgebied van de grote vuurvlinder verloren gegaan. De vlinders bevinden zich voornamelijk in rietmoerassen zoals veenmosrietlanden en overgangszones tussen natte ruigten en hoogvenen. Hierbinnen hebben ze de voorkeur voor grote leefgebieden met een afwisseling van open rietlanden voor de voortplanting en bloemrijke ruigtes voor het drinken van nectar. Wanneer de omringende vegetatie te dicht of te hoog is, kan het vrouwtje de waterzuringplanten niet goed meer vinden, en zullen er op die plekken weinig tot geen eitjes worden afgezet. De vlinders drinken nectar van onder andere grote kattenstaart, echte valeriaan, koninginnenkruid, moerasrolklaver en kale jonker. Het leefgebied van de grote vuurvlinder vormt een tijdelijk stadium in de successie van open water tot moerasbos. Dit betekent dat de huidige geschikte gebieden na enkele tientallen jaren niet meer geschikt zullen zijn als leefgebied voor deze vlinder. Voor het voortbestaan van de Nederlandse ondersoort van de grote vuurvlinder is het dan ook van groot belang dat er tegen die tijd weer nieuw leefgebied ontstaan is door de zogenaamde 'verlanding' van open water. Deze verlanding komt tegenwoordig echter zeer moeizaam op gang, waarschijnlijk door een gebrek aan een goede waterkwaliteit. Over de vegetatie en omgevingsfactoren zijn de volgende gegevens bekend (Swaay & Bink, 2000): Een dichtheid van meer dan vijf waardplanten per hectare is voldoende voor een duurzame populatie Een dichtheid hoger dan 50 planten per hectare draagt waarschijnlijk niet meer bij tot een hogere dichtheid van de grote vuurvlinder Het microklimaat rond de waardplanten speelt waarschijnlijk een belangrijke rol bij de voortplanting. De vlinders zijn onder de 20 o C bijna niet actief, tussen de 20 en 25 o C weinig actief en worden pas bij 28 o C goed actief. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 6
8 Hoofdstuk 2 Methode In 2004 en 2005 zijn door medewerkers van De Vlinderstichting bezoeken gebracht aan de beheerlocaties van de grote vuurvlinder in De Wieden. Met behulp van een protocol zijn de uitgangssituatie van de aan te pakken terreindelen vastgelegd in september Tevens is een protocol opgesteld waarmee de beheerwerkzaamheden werden vastgelegd door Vereniging Natuurmonumenten. In het voorjaar 2005 zijn de uiteindelijke resultaten vastgelegd tijdens terreinbezoek. Selectie en vastlegging van de aan te pakken terreindelen Vereniging Natuurmonumenten heeft de locaties geselecteerd in natuurgebied De Wieden voor het soortbeheer voor de grote vuurvlinder. De geselecteerde gebieden met veel rupsen van de grote vuurvlinder worden niet of zeer beperkt worden aangepakt. De gebieden zijn in mei of eerste helft juni op grote rupsen geïnventariseerd om er zeker van te zijn dat de populatie grote vuurvlinder geen grote schade wordt toegebracht. Vastleggen uitgangssituatie De aan te pakken terreindelen worden met behulp van een protocol geïnventariseerd (zie bijlage 1). In augustus en begin september 2004 hebben medewerkers van De Vlinderstichting een drietal bezoeken gebracht aan de geselecteerde gebieden waarbij de uitgangssituatie van de beheerlocaties werd vastgelegd met behulp van plankaarten en geleverde coördinaten van alle werkzaamheden gemaakt door Vereniging Natuurmonumenten. Tijdens dit bezoek zijn de algemene voorkeuren van de grote vuurvlinder afgestemd op de locale situatie. Vastleggen werkzaamheden De werkzaamheden worden vastgelegd met behulp van een door De Vlinderstichting opgesteld protocol (zie bijlage 2). De werkzaamheden worden gedocumenteerd door Vereniging Natuurmonumenten, onder andere met foto s van het gebruikte materieel en het invullen van het protocol tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. Vastleggen resultaat Het resultaat wordt vastgelegd met behulp van een door De Vlinderstichting opgesteld protocol. Dit protocol zal niet eerder dan twee maanden na het uitvoeren van de werkzaamheden worden ingevuld. Indien de situatie hiervoor geschikt is, zal vervolgens het betreffende terrein een keer per jaar door medewerkers van Vereniging Natuurmonumenten worden bezocht als onderdeel van de jaarlijkse monitoring van de grote vuurvlinder of eens per vier jaar worden bezocht DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 7
9 door medewerkers van De Vlinderstichting als onderdeel van de evaluatie van de verrichte werkzaamheden. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 8
10 Hoofdstuk 3 Uitgangssituatie beheerlocaties In dit hoofdstuk wordt de uitgangssituatie van de verschillende beheerlocaties aan de hand van de plankaarten, gemaakt door Vereniging Natuurmonumenten, beschreven. Kaartblad 1 Er waren twee stukken bosopslag gearceerd die weggehaald zouden worden. Uit een gesprek met Arco Lassche van Vereniging Natuurmonumenten bleek dat één stuk bos reeds was weggehaald in een eerder stadium. Het andere stuk bosopslag bestaat volledig uit wilgenstruweel met een stamdikte die varieert van 5-10 cm en een hoogte van 4-5 meter. De strook wilgenstruweel wordt onderbroken door een zone riet en tussen de tweede strook wilgenstruweel staat een enkele els. In de strook van 10 meter rondom de bosopslag zijn vooral veel grassen aanwezig, met 1-10 exemplaren gewone waterzuring ertussen. Verder wat boterbloemen. Figuur 1a en b. Weergegeven is de situatie bij locatie 1 op kaartblad 1. Bij a is te zien dat de strook wilgenstruweel wordt onderbroken door een zone riet, en bij b een strook van 10 meter rondom bosopslag met vooral veel grassen. Kaartblad 2 Uit het gesprek met Arco Lassche is gebleken dat er bij de locaties die zijn aangegeven op kaartblad 2 voorlopig geen werkzaamheden zullen worden uitgevoerd in het kader van het uitvoeringsplan 'Van POP tot vlinder'. Locatie 1 Bij locatie 1 gaat het voornamelijk om elzenopslag met een gemiddelde stamdikte van 5-10 cm met laag wilgenstruweel en een enkele berk. In de ondergrond is voornamelijk ijl riet aanwezig. Dit geldt voor zowel standplaats 1 als 2. De strook rondom de locatie bestaat uit veenmosrietland met een lage begroeiing. Langs de slootkant aan de rand van de 10 meter-zone rondom de bosopslag waren 1-10 exemplaren waterzuring aanwezig en wat schermbloemigen. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 9
11 Figuur 2a en b. Weergave bosopslag locatie 1 op kaartblad 2. Bij a is voornamelijk elzenopslag te zien, bij b is de strook van 10 meter rondom deze locatie weergegeven. Locatie 2 Ook bij locatie 2 gaat het voornamelijk om een smalle strook bos met elzenopslag, een aantal berken en een enkele eik. De gemiddelde stamdikte is ongeveer 5 cm maar loopt uiteen tot maximaal 15 cm en de hoogte van de bomen is maximaal 8 meter. In de ondergrond gaat het voornamelijk om zegge en braamstruiken. Vanaf standplaats 2 gezien is de bosopslag iets minder dicht met veel zegge, en zijn de bomen gemiddeld gezien iets dikker met 5-10 cm. In de 10 meter strook rondom de bosopslag werden 1-10 exemplaren waterzuring aangetroffen en veel koninginnenkruid ( planten). Figuur 3a en b. Weergave bosopslag bij locatie 2 op kaartblad 2. Bij a is te zien dat de bosopslag veel minder dicht is, en bij b is de 10 meter strook weergegeven met veel koninginnenkruid en 1-10 exemplaren waterzuring. Aan één zijde van de bosopslag was het riet weggemaaid Kaartblad 3 Op kaartblad 3 zijn twee locaties geselecteerd waar de bosopslag verwijderd gaat worden. Locatie 1 Het gaat bij locatie 1 om een strook bos met voornamelijk wilgenstruweel, een aantal elzen en een enkele berk. Het ligt midden tussen twee andere stroken bosopslag langs de Brouwersgracht. Het gaat om bomen met een gemiddelde stamdikte van 5-10 cm, waarvan de grootste bomen een stamdikte hebben van cm. Het overgrote deel van de bomen bereikt een hoogte van 5-6 meter (wilgenstruweel), maar de elzen en berk hebben een hoogte van maximaal 15 meter. Op standplaats 2 waar minder wilgenstruweel staat, is veel zegge aanwezig, DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 10
12 bij standplaats 1 is weinig ruimte voor andere begroeiing door de dichtheid van de hoeveelheid wilgenstruweel. De vegetatie in een strook van 10 meter rondom bestaat vooral uit een ijle rietvegetatie met 1-10 exemplaren waterzuring en veel koninginnenkruid ( planten) en veel veenmos (80%) tussen de planten. Figuur 4a, b en c. Weergave bosopslag standplaats 1 & 2. Bij a is te zien dat de bosopslag dichter is door de hoeveelheid wilgenstruweel die aanwezig is, bij b is te zien dat vooral Elzenopslag de boventoon voert. Bij c is het naastgelegen veenmosrietland weergegeven met veel koninginnenkruid en enkele exemplaren waterzuring. Locatie 2 Het gaat hier om een smalle strook bos met vanaf standplaats 1 gezien veel berken en wat wilgenstruweel met daartussen een ijle rietvegetatie. De gemiddelde stamdikte is ongeveer cm en loopt uit tot maximaal 25 cm. De bomen bereiken een gemiddelde hoogte van zo n 8 meter maar de maximum hoogte is ongeveer 12 meter. Bij standplaats 2 gaat het vooral om berken, met een enkele els en veel kleine wilgenstruweel. In de strook van 10 meter zijn veel braamstruiken aanwezig in een ijle rietvegetatie met 1-10 exemplaren waterzuring en nectarplanten als koninginnenkruid. Aan de andere zijde van de strook bos is veel koninginnenkruid aanwezig in een dichte rietvegetatie met enkele waterzuringplanten en wateraardbei. Figuur 5a, b en c. Weergave situatie bij locatie 2 op kaartblad 3. Bij a is de bosopslag weergegeven, gezien vanaf standplaats 1, bij b een overzicht van de bosopslag vanaf standplaats 2 en bij c is het veenmosrietland weergegeven dat naast de bosopslag ligt. Kaartblad 4 (later verdeeld over kaartblad 3, noordelijkste locatie, en 6) Op kaartblad 4 is een locatie geselecteerd, deze locatie is gelegen langs de Cornelisgracht. Het gaat om een stuk bos dat onderdeel uitmaakt van een groter geheel waarin een doorgang gemaakt zal worden. Het gaat om een smalle strook bos die voornamelijk uit berken en wat wilgenstruweel bestaat. Binnen de strook bos zijn veel braamstruiken en zegge aanwezig en de ondergrond is nogal vochtig met hier en daar een DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 11
13 plas water. De gemiddelde stamdikte van de bomen is ongeveer 10 cm uitlopend tot een maximum van zo n 15 cm. De hoogte van de bomen (berken) is 8 tot 10 meter. Aan de zijde van de Cornelisgracht gaat het voornamelijk om een dichte rietvegetatie met hier en daar wat koninginnenkruid. Aan de andere zijde van de strook bos is veenmosrietland (80-100% veenmos tussen de planten) aanwezig met een ijle rietvegetatie, maar weinig nectarplanten. Figuur 6a en b. Weergave situatie bij locatie 1 op kaartblad 4. Bij a is te zien dat de strook bosopslag voornamelijk bestaat uit berken en wat wilgenstruweel, en bij b zien we de strook veenmosrietland met een dichte veenmosondergrond en een ijle rietvegetatie. Kaartblad 5 Op kaartblad 5 zou het gaan om een locatie met ruigteland, waarvan de helft van het oppervlak zou worden gefreesd. Uit het gesprek met Arco Lassche (Vereniging Natuurmonumenten) bleek dat er voorlopig in het kader van het uitvoeringsplan 'Van POP tot vlinder' geen werkzaamheden zullen plaatsvinden. Het land is geplagd en er wordt sinds 2 jaar riet gesneden. Deze locatie is tijdens de inventarisatie van de verschillende locaties niet bezocht. Kaartblad 6 Er zijn in dit terreindeel vijf locaties geselecteerd waar stukken bosopslag zullen worden verwijderd. Locatie 1 Het gaat om een klein stuk bosopslag dat direct naast het fietspad naar Jonen is gelegen. Het bestaat voornamelijk uit laag wilgenstruweel met wat elzen. In de ondergrond van het bos zijn vooral veel braamstruiken, grassen en zegge aanwezig. Bij standplaats 2 bestaat de bosopslag voornamelijk uit wilgenstruweel met één enkele berk. In de naastgelegen strook rietland is een hoge en dichte rietvegetatie aanwezig met veel elsopslag. Tussen de planten was overal veenmos aanwezig, maar ook veel grassen, en werd watermunt aangetroffen. Ook werden er enkele waterzuringplanten (1-10 ex.) en nectarplanten als koninginnenkruid (1-10 ex.) aangetroffen. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 12
14 Figuur 7a, b en c. Weergave situatie bij locatie 1 op kaartblad 6. Bij a is te zien dat de strook bosopslag voornamelijk bestaat uit wilgenstruweel met wat elzen, bij b is voornamelijk wilgenstruweel aanwezig (standplaats 2) en bij c is de strook veenmosrietland te zien met een dichte en hoge rietvegetatie. Foto c is vanaf het fietspad genomen. Locatie 2 Deze locatie was moeilijk te bereiken, omdat de grond te drassig was. Hierdoor is de beschrijving van dit stuk bosopslag niet zo uitvoerig. Ook was niet helemaal duidelijk wat er precies zou worden weggehaald, omdat alle locaties op de kaart waren gearceerd met uitzondering van locatie 2. Het lijkt te gaan om een grote strook bosopslag die voornamelijk uit elzen en wat berken bestaat. Binnen het bos is een dichte rietvegetatie aanwezig met wat zegge. De dikte van de stammen varieert van gemiddeld zon 10 cm tot maximaal cm. De hoogte van de bomen is ongeveer 6-8 meter. Voor het strook bos was een dichte rietvegetatie aanwezig met veel braamstruiken en wat koninginnenkruid (1-10 ex.). Figuur 8a en b. Weergave situatie bij locatie 2 op kaartblad 6. Bij a is te zien dat de strook bosopslag voornamelijk bestaat uit elzen en wat berken, bij b is de rietvegetatie weergegeven die voor het bos aanwezig is. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 13
15 Locatie 3 Het gaat hier om een stuk bosopslag dat zeer smal begint en vervolgens uitloopt in een breder stuk bos. In het smalle stuk gaat het voornamelijk om wilgenstruweel, maar in het bredere gedeelte van het bos zijn vooral elzen aanwezig. De ondergrond in de bosopslag bestaat voornamelijk uit zegge en grassen. In het smalle gedeelte gaat het om bomen met een dikte variërend van 5-10 cm, maar het stuk waar de elzen staan bereiken de bomen diktes van 15 tot 20 cm. Het wilgenstruweel heeft een hoogte van 3-4 meter, maar de berken elzen bereiken hoogtes van 6-8 meter. Rondom het stuk bos is voornamelijk ijle rietvegetatie aanwezig met veel braamstruiken en wat varens, maar ook nectarplanten zoals koninginnenkruid (1-10 ex.). Figuur 9a, b en c. Weergave situatie bij locatie 3 op kaartblad 6. Bij is de situatie vanaf standplaats 1 weergegeven, bij b vanaf standplaats 2 en bij c is de strook rietland weergegeven die naast de bosopslag gelegen is. Locatie 4 Het gaat bij locatie 4 om het maken van een doorgang in een groot uitgestrekte strook bos die dan twee stukken rietland met elkaar zal verbinden. De strook die weggehaald gaat worden bestaat uit voornamelijk berken en wat eiken met veel ruimte tussen de bomen. In deze open ruimtes groeien veel braamstruiken en zegge. De ondergrond is nogal zompig met mossen en kleine plassen water. Aan de zijde van de Jan Hozengracht is een dichte en hoge rietvegetatie aanwezig waarin geen nectarplanten en/of waterzuring is aangetroffen. Aan de andere zijde van het bos is veenmosrietland aanwezig met een ijle rietvegetatie met veel koninginnenkruid en schermbloemigen. Figuur 10a en b. Weergave situatie bij locatie 4 op kaartblad 6. Bij a is te zien dat de strook bos voornamelijk uit berken en eiken bestaat, en bij b is het veenmosrietland weergegeven met veel nectarplanten zoals koninginnenkruid. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 14
16 Locatie 5 Dit stuk bosopslag wordt weggehaald om als verbindingszone te functioneren tussen twee stroken rietland. Het gaat om bos met voornamelijk els en wat wilgenstruweel. Afhankelijk van de precieze standplaats is er de ene keer wat meer wilgenstruweel en wat minder els en andersom. In de ondergrond zijn gras, zegge en dood riet aanwezig. Verder werden er veel braamstruiken aangetroffen. Op de plaatsen waar veel wilgenstruweel staat, varieert de dikte van 5 tot 10 cm, op de andere plaatsen is de gemiddelde stamdikte cm uitlopend tot maximum van 40 cm. Wilgenstruweel heeft een hoogte van ongeveer 6 tot 8 meter waar de els hoogten bereikt van soms wel 12 meter. De rietvegetatie rondom de bosopslag is hoog, maar niet al te dicht en overal tussen de planten was veenmos aanwezig (95%). Er werd wel watermunt en koninginnenkruid aangetroffen, allebei met een dichtheid van 1-10 planten. Figuur 11a, b en c. Weergave situatie bij locatie 5 op kaartblad 6. Bij a is te zien dat de strook bos voornamelijk uit els bestaat, bij b is meer wilgenstruweel aanwezig tussen de elzen en bij c is het naastgelegen veenmosrietland te zien met koninginnenkruid en een hoge maar niet te dichte rietvegetatie. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 15
17 Kaartblad 7 Op dit terreindeel rondom de Walengracht zijn zes locaties geselecteerd waar bosopslag verwijderd zal worden. Locatie 1 & 2 Het gaat hier om twee kleine stukjes bos die worden weggehaald om een verbindingszone te gaan vormen tussen twee stukken rietland. Het gaat hier voornamelijk om els en wat wilgenstruweel met daartussen aardig wat open ruimte die begroeid is met zegge en ijl riet. De dikte van de bomen is gemiddeld 5-10 cm maar er zijn ook bomen bij met een dikte van 15 cm. De hoogte van de bomen varieert van 6 tot 8 meter. Aan de zijde van de Walengracht ligt een mooi veenmosrietland met een ijle rietvegetatie en veel nectarplanten zoals koninginnenkruid (>100 planten). Figuur 12a, b en c. Weergave situatie bij locatie 1-2 op kaartblad 7. Bij a is te zien dat de strook bos voornamelijk uit els bestaat, bij b is meer wilgenstruweel aanwezig tussen de elzen en bij c is het naastgelegen veenmosrietland te zien met veel koninginnenkruid en een ijle rietvegetatie. Locatie 3 Op de kaart lijkt het bij locatie 3 te gaan om een brede strook bos, maar in werkelijkheid blijkt dit maar een zeer dunne strook bos (3 meter breed) te zijn. Deze dunne strook bos bestaat voornamelijk uit elzen, wilgenstruweel en wat berken. De bomen hebben een dikte van ongeveer 5-10 cm en een hoogte van 8 tot 10 meter. De ondergrond lijkt voornamelijk bedekt met zegge en riet. Bij standplaats 1 bestaat de strook bos vooral uit elzen en bij standplaats 2 voert de berk de boventoon. Aan de slootzijde van het bos ligt veenmosrietland met een ijle rietvegetatie en veel koninginnenkruid ( planten). Figuur 13a, b en c. Weergave situatie bij locatie 3 op kaartblad 7. Bij a is te zien dat de strook bos voornamelijk uit els bestaat, bij b voeren de berken de boventoon en bij c is het naastgelegen veenmosrietland te zien met veel koninginnenkruid en een ijle rietvegetatie. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 16
18 Locatie 4 Het gaat om een kleine hoeveelheid wilgenstruweel met een enkele els die direct bij de afsplitsing van Jonen en de Walengracht ligt. Het wilgenstruweel is heel dicht, waardoor er bijna geen ruimte is voor andere begroeiing tussen de bomen. De dikte van de stammen varieert van 5-10 cm en de hoogte van het wilgenstruweel is ongeveer 5 meter en van de els ongeveer 7 meter. Er is een dichte rietvegetatie om de bosopslag aanwezig waarin nagenoeg geen nectarplanten zijn aangetroffen. Locatie 5 Bij locatie 5 gaat het om drie kleine stukken wilgenstruweel met wat els. De begroeiing tussen de bomen bestaat voornamelijk uit ijle rietvegetatie en zegge. De gemiddelde stamdikte van de wilgenstruweel is ongeveer 5 cm en els heeft een dikte van maximaal 10 cm. De hoogte van het wilgenstruweel is ongeveer 5-6 meter en de hoogte van de elzen is ongeveer 8 meter. Tussen de drie stukken wilgenstruweel met els is veenmosrietland aanwezig dat bestaat uit een ijle rietvegetatie met veel koninginnenkruid ( planten). Locatie 6 Op de kaart is een dunne strook bos te zien die het veenmosrietland, beschreven bij locatie 5, zou moeten omsluiten. Dit was in werkelijkheid niet het geval. Vanaf het punt op de kaart waar de bosopslag het dunst was, is geen bos meer aanwezig. Ook hier gaat het om wilgenstruweel met wat els die in dikte en hoogte overeenkomen met locatie 4 & 5 aan de rechterzijde van de Walengracht. Figuur 14a, b en c. Weergave situatie bij locatie 4, 5 & 6 op kaartblad 7. Bij a de situatie bij locatie 4, bij b situatie bij locatie 5 en bij c situatie bij locatie 6 weergegeven. Figuur 15 Weergave veenmosrietland bij locatie 5 & 6. Er is een ijle rietvegetatie aanwezig met veel koninginnenkruid. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 17
19 Kaartblad 8 In dit terreindeel zijn drie stukken bosopslag geselecteerd, maar uit het gesprek met Arco Lassche (Vereniging Natuurmonumenten) is gebleken dat op hier korte termijn geen werkzaamheden zullen plaatsvinden. Locatie 1 De bosopslag bestaat voornamelijk uit elzen en enkele wilgen. De bomen hebben een dikte van 5-10 cm en zijn 6-8 meter hoog. De begroeiing tussen de bomen bestaat voornamelijk uit ijl riet en zegge. Langs de sloot ligt een dichte en hoge rietvegetatie, maar aan de andere zijde van de bosopslag is veenmosrietland aanwezig. Deze bestaat uit een dichte rietvegetatie met enkele nectarplanten zoals koninginnenkruid (1-10 planten). Figuur 16a en b. Weergave situatie bij locatie 1 op kaartblad 8. Bij a een overzicht van de twee kleine stukken bosopslag die voornamelijk uit els en wat wilgen bestaat, bij b is een dichte rietvegetatie te zien waartussen koninginnenkruid aanwezig is. Locatie 2 Rondom de bosopslag bij locatie 2 was veel veenmos aanwezig waardoor het onmogelijk was om hier dichtbij te komen. Ook hier gaat het voornamelijk om els en wilg en enkele berken. De bomen hebben een dikte van 5-10 cm en hebben een hoogte van ongeveer 6-8 meter. Aan de zijde van Dwarsgracht is kleine strook veenmosrietland aanwezig met een dichte rietvegetatie en veel koninginnenkruid ( planten). Figuur 17 a en b. Weergave situatie bij locatie 2 op kaartblad 8. Bij a is de bosopslag te zien die voornamelijk uit els en een enkele berk bestaat, bij b wordt het veenmosrietland weergegeven waarmee de bosopslag wordt omsloten. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 18
20 Hoofdstuk 4 Ingezet materieel en beheerd oppervlak In totaal zijn in veertien gebieden bomen verwijderd. De gebieden variëren in oppervlakte tussen 0,1 tot 0,75 hectare. De zware werkzaamheden zijn uitgevoerd met een 8 ton zware kraan, de lichte met handmachines. Voor alle percelen zijn dezelfde werkzaamheden uitgevoerd: bos is verwijderd met behulp van een hydraulische graafmachine van 8 ton, zie figuur 4.1. Aanvullend is er gefreesd met een lichtgewicht (hand)frees en gewerkt met een motorkettingzaag. Figuur 4.1. Hydraulische graafmachine met sorteerknijper Foto Arco Lassche Figuur 4.2. Lichtgewicht handbediende frees. Foto Arco Lassche DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 19
21 De werkzaamheden worden uitgevoerd ter bestrijding van bosopslag. Dit soort gebieden behoeven continu aandacht. Zorgvuldig werken is nodig voor dit project, ook na uitvoering van het grove werk blijven op korte termijn diverse werkzaamheden nodig, uit te voeren met klein materieel. Voorbeelden van vervolgwerkzaamheden zijn aanpak van restanten van stobben om nog te frezen, aanpak van massale opslag van zaailingen, het afvoeren van houtdepots en controles op aanwezigheid van restanten stokken die opnieuw uitlopen (figuren 4.3-6). Figuur 4.3. Uitloop van een houtstobbe. Figuur 4.4. Massale opslag van (waarschijnlijk) els. Figuur 4.5. Aangelegd houtdepot. Figuur 4.6. Niet verwijderde takken kunnen opnieuw uitlopen. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 20
22 Verspreid over het noordwestelijk deel van De Wieden zijn veertien terreinen aangepakt met beheer, variërend in grootte tussen 0,1 hectare en 0,75 hectare. Een overzicht van deze gebieden wordt gegeven in figuur ,10-0,25 ha 0,26-0,50 ha 0,51-0,75 ha 0,75-1,0 ha Aantal gebieden Totaal Figuur 4.7. Overzicht van locaties die zijn aangepakt tijdens de beheerwerkzaamheden in De Wieden. Een overzicht van de oppervlakten bos die zijn verwijderd staat in tabel 4.1. Bij alle terreinen gaat het om rietland, met één uitzondering, een perceel hooiland. Het hout is overal in hopen gezet, deels in de bosrand, deels in het open terrein. 0,10-0,25 ha 0,26-0,50 ha 0,51-0,75 ha 0,75-1,0 ha Aantal gebieden Tabel 4.1. Overzicht van de oppervlakten van de beheerde locaties. Totaal DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 21
23 Hoofdstuk 5 Beschrijving van resultaten De waargenomen resultaten van dit project worden in dit hoofdstuk weergegeven met behulp van foto s en waarnemingen van waterzuringplanten. De terreinen die een ingreep hebben ondergaan, zijn bezocht in de periode eind mei begin juni 2005 om het resultaat vast te leggen. Met behulp van een protocol en met foto s zijn de aanpassingen vastgelegd. In dit hoofdstuk worden de foto s weergegeven van de beheerde locaties. In tabel 5.1 staat een overzicht van de waargenomen waterzuringplanten in en rond het object voor en na de maatregelen. Het blijkt dat er geen grote veranderingen zijn opgetreden in het voorkomen van waterzuring op en rond de objecten. In de bijlage staat een overzicht van vier kaarten waarop staat aangegeven op welke locaties bos werd verwijderd. Het zijn details van figuur 4.3. Tabel 5.1. Aangetroffen waterzuringplanten voor en na uitvoering van het beheer. Object Voor maatregel Na maatregel Waterzuring aangetroffen in nabijheid van object Waterzuring aangetroffen op het object Waterzuring aangetroffen in nabijheid van object Waterzuring aangetroffen op het object DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 22
24 Kaartblad 1 Object 1: Smalle strook met bosopslag verwijderd. Foto 1-1-rW (d.i. kaart 1-object 1-richting West) Object 2: Strook bos liggend tussen moerasheide en bos verwijderd. Foto 1-2-rW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 23
25 Kaartblad 3 Object 1. Strook bos verwijderd die openheid met oeverzone doorbrak. In de strook om de beheerplek heen staan enkele tientallen waterzuringplanten. Foto 3-1-rO Object 2. Strook bos teruggezet die uitstak in open terrein. Foto 3-2-rW Object 3. Strook bos midden uit bosstrook verwijderd. Foto 3-3-rW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 24
26 Kaartblad 6 Object 1. Bos verwijderd dat tussen twee open gebieden in ligt. Foto 6-1-rW Object 2. Tweezijdig bos verwijderd langs twee bosranden. Foto 6-2-rW Object 3. Bos tussen twee open gebieden verwijderd met uitloper van bosopslag. Verschillende waterzuringplanten aangetroffen op het perceel. Foto 6-3-rW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 25
27 Object 4. Midden in een bosperceel werd vierkant stuk bos er tussenuit verwijderd. Foto 6-4-rO. Object 5. Opening gemaakt in gedeelte met veel bos. In twee in elkaar overlopende gedeelten verwijderd. Foto 6-5-rZW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 26
28 Kaartblad 7 Object 1. Verwijdering van noordelijke bosrand tussen twee open veenmosrietlandpercelen. Eén waterzuringplant binnen beheerde plek gevonden. Foto 7-1-rNO Object 2. Verwijdering van zuidelijke bosrand tussen twee open veenmosrietlandpercelen. Foto 7-2-rW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 27
29 Object 3. Bosstrook midden uit bosstrook weggehaald. Restant van pluimzeggevegetatie aanwezig. Foto 7-3-rO Object 4. Rand bos verwijderd die richting de oever groeide. Foto 7-4-rZW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 28
30 Object 5a. Verwijdering van stukken bos aan randen van dichtgroeiend gedeelte. Totaal in drie delen (a+b+c) verwijderd. Er werd één waterzuringplant gevonden. Foto 7-5a-rZ Object 6. Smalle, langwerpige strook bos verwijderd. Foto 7-6-rNW DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 29
31 Hoofdstuk 6 Conclusie Het belangrijkste doel van het project, het realiseren van meer continuïteit in de open grazige gebieden, is gerealiseerd. Andere maatregelen kunnen worden meegenomen in de eventuele vervolgprojecten. De resultaten van dit project worden gevisualiseerd in hoofdstuk 4. Op veertien locaties werd bos verwijderd. Hiermee is op een aantal locaties een directe bedreiging weggenomen voor de grote vuurvlinder. Percelen die zich omvormen tot bos, een natuurlijk proces, worden ongeschikt voor de grote vuurvlinder. Daarbij komt dat bos vaak de neiging heeft om zich uit te breiden. Op één locatie is zelfs bos verwijderd nabij actueel leefgebied van de grote vuurvlinder; minder dan 100 meter afstand zit er tussen waarnemingen van twee grote rupsen van de grote vuurvlinder en een aangepakt perceel. Een belangrijk doel van dit project was om de continuïteit tussen open gebieden in De Wieden te versterken. Dit doel is met de uitvoering van dit project gerealiseerd. In het veld is de continuïteit van korte en open vegetaties toegenomen. Mogelijk dat de grote vuurvlinder zich hierdoor beter verspreidt in het landschap. Dit zou kunnen betekenen dat de kwaliteit van het leefgebied toeneemt voor de grote vuurvlinder. Naast deze positieve conclusies blijft het nodig om met volle aandacht te proberen het leefgebied van de grote vuurvlinder in De Wieden verder te verbeteren. Andere mogelijkheden dan de nu benutte, zijn onder andere de volgende aanbevelingen: Aanleg van verlandingszones met behulp van graafwerkzaamheden Bestrijding van de verzuring door hydrologische maatregelen. Effectieve bescherming van eiafzetplaatsen van de grote vuurvlinder. Inrichting van vrijgekomen grond na bosverwijdering. Bestrijding van verbossing door bosverwijdering in een vroeger stadium. Zorgdragen voor voldoende afwisseling tussen bloemrijke hooilanden en zuringpercelen. Maaibeheer aanpassen in locaties die tevoren onderzocht zijn op het eventuele voorkomen van eitjes of rupsen van de grote vuurvlinder. Gericht beheren op creëren van meer kansen voor groei van waterzuringplanten. DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 30
32 Bijlagen 1 en 2: protocollen DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 31
33 Bijlage 3 Kaarten 1 t/m 4. Met stip zijn aangegeven de locaties waarvan de resultaten beschreven zijn. Blauw is een locatie binnen de beheerde plek, rood is gebied gelegen op korte afstand er buiten (< 10 m). DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 32
34 DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 33
35 Bijlage 4 Beschrijving van locaties met behulp van luchtfoto s (uitvoeringskaarten Vereniging Natuurmonumenten). DE VLINDERSTICHTING 2005 Beheer grote vuurvlinder in De Wieden 34
Opslagverwijdering in de Rottige Meente voor de grote vuurvlinder
Opslagverwijdering in de Rottige Meente voor de grote vuurvlinder Opslagverwijdering in de Rottige Meente voor de grote vuurvlinder Tekst: Henk de Vries Met medewerking van: Saskia Janssen, Gerrit Padding,
Nadere informatieGrote vuurvlinder in Friesland. Bezoek en advies 2003.
Grote vuurvlinder in Friesland. Bezoek en advies 2003. Grote vuurvlinder in Friesland. Bezoek en advies 2003. Tekst: Henk de Vries Met medewerking van: Gerrit Padding, Sjoerd Steenbergen, Saskia Janssen,
Nadere informatieUitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in]
Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in] Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel Uitvoering herstelmaatregelen
Nadere informatieGrote vuurvlinder (Lycaena dispar) H1060
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Grote vuurvlinder (Lycaena dispar)
Nadere informatieGrote vuurvlinder in Overijssel. Bezoek en advies 2003.
Grote vuurvlinder in Overijssel. Bezoek en advies 2003. Grote vuurvlinder in Overijssel. Bezoek en advies 2003. Tekst: Henk de Vries Met medewerking van: Jeroen Bredenbeek, Anneke de Vries, Gerrit Padding,
Nadere informatieDe grote vuurvlinder in Friesland. Bezoek en advies 2004
De grote vuurvlinder in Friesland Bezoek en advies 2004 Grote vuurvlinder in Friesland. Bezoek en advies 2004 Tekst: Henk de Vries Met medewerking van: Isabel Silva, Sicco Ens, Henk Arends, Hester Soomers,
Nadere informatieGroene glazenmaker in de provincie Groningen
Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Tekst: Albert Vliegenthart Met medewerking van: Herman de Heer, Henk
Nadere informatieVlinders van de Habitatrichtlijn,
Indicator 20 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Van de vijf Habitatrichtlijnsoorten
Nadere informatieBeheeradvies zilveren maan Kaleweg
Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Beheeradvies zilveren maan Kaleweg 2 De Vlinderstichting 2018 / Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Tekst Anthonie Stip Rapportnummer
Nadere informatieBermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen
Bermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen 1. Inleiding In het dichtbebouwde Vlaanderen zijn bermen overal te vinden. Meestal vervullen ze een vrij belangrijke ecologische rol,
Nadere informatieVerbindende natuurontwikkeling in Noordwest-Overijssel Verhuizing grote vuurvlinder naar De Wieden
Verbindende natuurontwikkeling in Noordwest-Overijssel Verhuizing grote vuurvlinder naar De Wieden laag rapprort.indd 1 12/3/2014 11:51:38 AM Verbindende natuurontwikkeling in Noordwest-Overijssel Verhuizing
Nadere informatieBermenplan Assen. Definitief
Definitief Opdrachtgever: Opdrachtgever: Gemeente Assen Gemeente Mevrouw Assen ing. M. van Lommel Mevrouw M. Postbus van Lommel 30018 Noordersingel 940033 RA Assen 9401 JW T Assen 0592-366911 F 0592-366595
Nadere informatieBESTUIVERS IN HET LANDSCHAP
BESTUIVERS IN HET LANDSCHAP INTRODUCTIE Biodiversiteit: Biodiversiteit of biologische diversiteit is een graad van verscheidenheid aan levensvormen binnen een gegeven ecosysteem, bioom of een gehele planeet.
Nadere informatieGevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042. 1. Status:
Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042 1. Status: Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de
Nadere informatieKleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen
Resultaten Uitgangssituatie Algemeen Kleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen Projectnummer: 2010_009 Projectnaam: Kleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen PMJP: B2 Kwaliteitsverbetering
Nadere informatieAcuut bedreigde dagvlinders in Nederland
Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Tekst: Chris van Swaay Met medewerking van Calijn Plate, CBS. Rapportnummer: VS2004.023 Productie: De Vlinderstichting
Nadere informatieDagpauwoog Hoe ziet hij eruit? Wanneer vliegt hij? Waar kun je hem vinden? Waar leven de rupsen? Atalanta
Je hebt vast wel eens een vlinder gezien. Maar heb een vlinder wel eens goed bekeken? Weet je welke planten een rups lekker vindt? En weet je het verschil tussen dagvlinders en nachtvlinders? De vlinders
Nadere informatieGrote vos Nymphalis polychloros
Nymphalis polychloros Jan Goedbloed Soortbeschrijving De is een grote bruinrode vlinder, behorend tot de familie van de schoenlappers Nymphalidae waar ook, Atalanta, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia en Distelvlinder
Nadere informatie1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)
Nadere informatieDe Groenzoom Struweelvogels
De Groenzoom Struweelvogels 1 Inhoudsopgave Zanglijster Struweelvogels - Zanglijster 3 - Roodborsttapuit 4 - Kneu 5 - Blauwborst 6 - Patrijs 7 - Rietzanger 8 Zanglijster - Lichte borst met pijlpuntige
Nadere informatieInventarisatie Dotterbloemen Rietlanden Kockengen. April 2012
Inventarisatie Dotterbloemen Rietlanden Kockengen April 2012 Dotterbloem inventarisatie voorjaar 2012 Op verzoek van Staatsbosbeheer zijn de dotterbloemen in de rietlanden bij Kockengen geïnventariseerd
Nadere informatieSoortbeschermingsplan Grote vuurvlinder
SOORTBESCHERMINGSPLAN GROTE VUURVLINDER 1999-2004 Soortbeschermingsplan Grote vuurvlinder 1999-2004 Rapportnr.: VS 99.16 Tekst: Chris van Swaay Projectleider: Jan van der Made Opdrachtgever: Ministerie
Nadere informatieEcologische begeleiding
Ecologische begeleiding Afvangactie heideblauwtje, Vliegveld Twente Projectnummer: 6629.2016 Datum: 25-8-2016 Projectleider: G. Lubbers Opgesteld: C.E. Onnes & G. Lubbers Aanleiding In verband met ruimtelijke
Nadere informatieRapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven
Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek in verband met de dijkversterking bij Schoonhoven Opdrachtgever Referentie Waterschap Rivierenland Meijer, K. 2014. Rapportage biotoopinschatting en veldonderzoek
Nadere informatieEmmer Erfscheidenveen Meetnet 2015
Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015 Landschapsbeheer Drenthe Nijend 18a, 9465 TR, Anderen Inhoudsopgave Inventarisatiegebied Emmer-Erfscheidenveen... 3 Overzicht alle waarnemingen... 3 Type elementen...
Nadere informatieWandelroute het Witte Veen
Wandelroute het Witte Veen 8.6 km wandelen Een prachtige rondwandeling door het Witte Veen, op de grens met Duitsland bij Buurse. Kenmerkend voor dit natuurgebied zijn de afwisseling van heide, grasland,
Nadere informatieMET DE VLINDERWERKGROEP NAAR DE HEEMTUIN RUCPHEN
MET DE VLINDERWERKGROEP NAAR DE HEEMTUIN RUCPHEN Op 12 augustus ging de Vlinderwerkgroep van Ken en Geniet samen op excursie naar de Heemtuin in Rucphen. De ruim 2 hectare grote wilde bloementuin is aangelegd
Nadere informatieInrichtingsplan verbindingszone Weerribben-Wieden Deelgebied Noordmanen, versie 1.2
Inrichtingsplan verbindingszone Weerribben-Wieden Deelgebied Noordmanen, versie 1.2 Dit inrichtingsplan is een schets van de door Staatsbosbeheer wenselijk geachte situatie voor de verbindingszone tussen
Nadere informatieBILAN. RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh DEFINITIEF CONCEPT. Veldonderzoek naar rode eekhoorn
BILAN RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh Veldonderzoek naar rode eekhoorn DEFINITIEF CONCEPT in opdracht van Pluryn Werkenrode Groep Rapport-ID Titel Nijmegen (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh
Nadere informatieAMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE BOOMKIKKER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP
AMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE BOOMKIKKER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP 1 2 BOOMKIKKER De Achterhoek is voor de boomkikker momenteel het belangrijkste gebied in Nederland. In de jaren 80 van de
Nadere informatieMeer leefgebied voor de groene glazenmaker in de polder Mastenbroek
Meer leefgebied voor de groene glazenmaker in de polder Mastenbroek Meer leefgebied voor de groene glazenmaker in de polder Mastenbroek DE VLINDERSTICHTING 2007 De groene glazenmaker in de polder Mastenbroek
Nadere informatie3. Inventarisatie. Organisatie. Figuur 1: Grafiek met het aantal retour gezonden inventarisatieformulieren per organisatie.
3. Inventarisatie 3.1. Methode Het inventarisatieformulier (zie bijlage 2) voor de Jeneverbes is verspreid via diverse organisaties naar beheerders en vrijwilligers. De organisaties die hierbij aan bij
Nadere informatieArgusvlinder Lasiommata megera
Argusvlinder Lasiommata megera Angelique Belfroid Mijn eerste ervaring met de Argusvlinder was een aantal jaren geleden in de Vlietepolder op Noord-Beveland. Terwijl ik over de onverharde weg liep, vlogen
Nadere informatieProject rosse sprinkhaan: monitoringverslag 2001
Project rosse sprinkhaan: monitoringverslag 2001 2002 Wouter Jansen & Roy Kleukers 25 april 2002 veldwerk Wouter Jansen tekst Wouter Jansen & Roy Kleukers produktie Stichting European Invertebrate Survey
Nadere informatieAanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur
Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur 2017 Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur C. van den Tempel & V. Ronde 2017 Projectleider Afdeling Opdrachtgever Financiering Foto
Nadere informatieDe noordse woelmuis en de waterspitsmuis langs de Boonervliet en Vlaardingervaart
De noordse woelmuis en de waterspitsmuis langs de Boonervliet en Vlaardingervaart Notitie met betrekking tot de te verwachten effecten op de noordse woelmuis en de waterspitsmuis door de aanleg van natuurvriendelijke
Nadere informatieNatuurontwikkeling en kwaliteitsinvestering landschap
Natuurontwikkeling en kwaliteitsinvestering landschap ONTWIKKELING NATUURZONE SPORTPARK ELSKENS OOSTERHOUT DATUM: augustus 2014, Landschapsplan en kwaliteitsinvestering Landschap kenmerk: ontwerp-bestemmingsplan
Nadere informatieDe bedreigde soorten van Staatsbosbeheer
De bedreigde soorten van Staatsbosbeheer Dit document geeft een overzicht van bedreigde soorten die vooral in gebieden van Staatsbosbeheer voorkomen: A-soorten: soorten die vrijwel uitsluitend voorkomen
Nadere informatieBeschermingsplan grote vuurvlinder
RAPPORT Directie Natuurbeheer nr. 39 Beschermingsplan grote vuurvlinder BESCHERMiNCSPLAN GROT[ yulirvjnder.;oo::i 2iMa Beschermingsplan grote vuurvlinder 2000-2004 [andbouw, natuurbeheer en visserij Wageningen,
Nadere informatieVogels van riet en ruigte. Baardman Panurus biarmicus
Groen: Werkzaamheden mogelijk. Oranje: Werkzaamheden mogelijk: ja, mits na overleg met ecoloog en eventuele mitigerende maatregelen. Rood: Werkzaamheden mogelijk: nee, tenzij toestemming van de ecoloog
Nadere informatieBOETELERVELD. ROUTE 4,3 km
BOETELERVELD ROUTE 4,3 km 20 17 Weten hoe een groot deel van Salland er tot eind 19e eeuw uitzag? Wandel dan eens door het Boetelerveld bij Raalte. Ervaar rust, ruimte en openheid in dit enig overgebleven
Nadere informatieMitigatieplan noodkap populieren ten behoeve van de bever in de Roer
Mitigatieplan noodkap populieren ten behoeve van de bever in de Roer Vilmar Dijkstra Rapportnummer 2012.20 21 september 2012 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van Waterschap Roer & Overmaas
Nadere informatieBijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard
Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Notitie aanvullend onderzoek vissen - aanpassingen kruisingen N359 De provincie Fryslân
Nadere informatieProefproject Vrij Eroderende Oevers langs de Maas locaties Bergen, Aijen en De Waerd
Proefproject Vrij Eroderende Oevers langs de Maas locaties Bergen, Aijen en De Waerd Deel 2: monitoring 2007, situatie na 1 jaar Bart Peters Augustus 2007 Peters, B., 2007. Proefproject Vrij Eroderende
Nadere informatieOfferte Beheeradvies schapenbegrazing ten aanzien van de Bruine eikenpage in het Noord-Hollands Duinreservaat
Offerte Beheeradvies schapenbegrazing ten aanzien van de Bruine eikenpage in het Noord-Hollands Duinreservaat Projectnummer 2016-037 Datum 9 maart 2016 Samensteller Michiel Wallis de Vries Offerte ingediend
Nadere informatieIndeling lezing. Herstel van leefgebieden voor de gladde slang. Ringslang. Gladde slang. Adder
Indeling lezing Herstel van leefgebieden voor de gladde slang De gladde slang; uiterlijk, verspreiding en habitat Beheer Monitoring Jeroen van Delft Bladel, 13 september 2013 2/31 Ringslang Slanke bruine
Nadere informatiePROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A
ONDERWERP Inventarisatie DBH Abdissenbosch DATUM 4 september 2018 PROJECTNUMMER C05057.000164 ONZE REFERENTIE 079968180 A VAN Folkert Volbeda AAN Bodemzorg Limburg KOPIE AAN Frank Gierman en Piet Oudejans
Nadere informatieBrabantse bijen behoeven betere bescherming (beknopte beschouwing betreffende beheer & beleid) Tim Faasen
Brabantse bijen behoeven betere bescherming (beknopte beschouwing betreffende beheer & beleid) Tim Faasen 1 Wilde bijen in Noord-Brabant 283 wilde soorten (81% van NL) 89 soorten dalend (31%); 64 soorten
Nadere informatieHet wel en wee van het gentiaanblauwtje in Kampina
Het wel en wee van het gentiaanblauwtje in Kampina. 1970-2011 Bert van Rijsewijk Van Aelstlaan 31, 5503BB Veldhoven Tel: 040 2539971 e-mail: bert.riet.v.rijsewijk@hccnet.nl Inhoud INLEIDING.... 3 HET GENTIAANBLAUWTJE....
Nadere informatieMonitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 25-26 september 2008 - Wim Giesen, 2 oktober 2008 25-26 september is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen (Dortsman Noord en Krabbenkreek Zuid),
Nadere informatieZorgen om insecten. Insecten. Sinusbeheer Meanderend maaien voor insecten Alle kranten + tv kopten
Sinusbeheer Meanderend maaien voor insecten Alle kranten + tv kopten Zorgen om insecten Anthonie Stip anthonie.stip@vlinderstichting.nl Sinusbeheer meanderend Heeze maaien voor 31 insecten augustus Heeze
Nadere informatieBeheerplan Beatrixpark Interventie 2016/2017
Beheerplan Beatrixpark Interventie 2016/2017 De vaknummering is op drie wijzen gedaan: Romeinse cijvers: dit zijn vakken die binnen de intervensie maatregelen vallen. Hoofdletters: dit zijn vakken die
Nadere informatieWat is een vlinderidylle?
M E M O Datum: 7 november 2016 Onderwerp: Vlinderidylles in de gemeente Gilze en Rijen De Vlinderstichting heeft, samen met de Nederlandse Bijenhouders Vereniging (NBV) en financieel gesteund door de Postcodeloterij,
Nadere informatieStruinen door De Stille Kern
58 Horsterwold Struinen door De Stille Kern Een 900 hectare groot natuurgebied waar natuurlijke processen volop de ruimte krijgen. Het gebied wordt begraasd door een kudde konikpaarden, die zorgen voor
Nadere informatieQuickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede
Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Enschede 2 December 2010 Rapportnummer 0123 Projectnummer
Nadere informatieDE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL
DE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL Bekijk op https://www.youtube.com/watch?v=pgyczqy-krm voor het herinirichtingplan Sarsven en De Banen. Begin vorige eeuw kwamen plantenliefhebbers uit het hele land al naar
Nadere informatieMemo. Figuur 1 Ligging Planlocatie (rode ster) (Bron: Google Maps)
Memo nummer 1 datum 10 februari 2014 aan Ron Vleugels Gemeente Maastricht van Luc Koks Antea Group Ton Steegh kopie project Sporthal Geusselt-stadion projectnummer 265234 betreft Toetsing natuurwetgeving
Nadere informatieVlinderstichting na kwart eeuw nog steeds hard nodig
Vlinderstichting na kwart eeuw nog steeds hard nodig Met sommige vlinders gaat het goed. Maar helaas zijn er meer soorten te vinden die het moeilijk hebben. Versnippering, klimaatverandering en andere
Nadere informatiePierikstraat 16 Gaanderen
Pierikstraat 16 Gaanderen Inrichtingsplan Pierikstraat 16 te Gaanderen Onderdeel van de bestemmingswijziging VOF Wisselink Loonbedrijf Colofon Hoog-Keppel : 7 juli 2014 Rapportnummer : 1414 Projectnummer
Nadere informatieWaarnemingen. AIC te Castricum
7 AIC te Castricum Waarnemingen Op het braakliggend terrein grenzend aan de Beverwijkerstraatweg is de vegetatie nauwelijks ontwikkeld. Oude restanten van een fundering zijn nog zichtbaar. Overal ligt
Nadere informatieKnelpunten van de Natuurzoom.
Knelpunten van de Natuurzoom. Deze knelpunten komen voort uit het eindrapport van oktober 2014 Uitvoeringsplan Natuurboog Amsterdam ZuidOost van Dienstlandelijk Gebied Ministerie van Economische Zaken.
Nadere informatieFlora- en faunawet. Gedragscode Bestendig beheer groenvoorziening
Flora- en faunawet De Flora- en faunawet (Ffwet) is in april 2002 in werking getreden. De wet beschermt alle in het wild levende flora en fauna in Nederland. Bij het uitvoeren van werkzaamheden moet altijd
Nadere informatieKleine parelmoervlinder Issoria lathonia
Kleine parelmoervlinder Issoria lathonia Ralf Joosse Soortbeschrijving De Kleine parelmoervlinder is een vrij kleine soort, met een vleugelspanwijdte van slechts 35-45 mm. Toch is het een opvallende verschijning
Nadere informatieIdentificatie van geschikt leefgebied voor de Grote vuurvlinder
Identificatie van geschikt leefgebied voor de Grote vuurvlinder In opdracht van het Ministerie van LNV, 230241-01 2 Alterra-rapport 1073 Identificatie van geschikt leefgebied voor de Grote vuurvlinder
Nadere informatieNATTE ECO ZONE SCHUYTGRAAF BEELDENBOEK
NATTE ECO ZONE SCHUYTGRAAF BEELDENBOEK NATTE ECOZONE SCHUYTGRAAF Inleiding 3 Ontwerp 5 Water 7 Randen en oevers 9 Eilanden 13 Verbindingen 17 Gebruik 21 Beplanting 25 I n h o u d NATTE ECOZONE SCHUYTGRAAF
Nadere informatie1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie
1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking
Nadere informatieNATUURWAARDENONDERZOEK LOCATIE THEATER EINDRAPPORTAGE GEMEENTE SCHIJNDEL. 28 oktober /CE4/OKO/ & ARCAD1S
NATUURWAARDENONDERZOEK LOCATIE THEATER EINDRAPPORTAGE GEMEENTE SCHIJNDEL 28 oktober 2004 110632/CE4/OKO/000217 & ARCAD1S NATUURWAARDENONDERZOEK LOCATIE THEATERI Inhoud 1 Inleiding 2 Algemene beschrijving
Nadere informatie6. Ontwerp. N 20m. Visualisatie bovenaanzicht
6. Ontwerp Visualisatie bovenaanzicht Het concept is vervolgens vertaald naar deze visualisatie. De voorgestelde beplantingen en materialen zijn uitgewerkt op pagina 20 en 21, aan de hand van enkele referenties.
Nadere informatieDe buxusmot: Glyphodes perspectalis (syn. Diaphania perspectalis)
De buxusmot: Glyphodes perspectalis (syn. Diaphania perspectalis) Lepidoptera, fam. Crambidae Waardplanten Buxussoorten zoals Buxus microphylla, B. sempervirens en B. sinica. Geografische verspreiding
Nadere informatieInsectenvriendelijk graslandbeheer. in Midden-Friesland
Insectenvriendelijk graslandbeheer in Midden-Friesland 1 Waarom deze brochure Er zijn steeds minder insecten. Dat is zorgwekkend, want insecten zijn belangrijk voor de bestuiving van onze voedselgewassen
Nadere informatieNatura 2000 in De Wieden en Weerribben. Wat betekent dit voor u?
Natura 2000 in De Wieden en Weerribben Wat betekent dit voor u? Deze brochure is bestemd voor bewoners, ondernemers, grondeigenaren, pachters en andere belanghebben in de gebieden De Wieden en De Weerribben.
Nadere informatieAantal 2014 Opp. Luchtfoto 2014
Noordvoort - Monitoring ontwikkeling geomorfologie Verandering overstuivingszones 2014-2015 Ter verbetering van de dynamiek in de zeereep tussen Zandvoort en Noordwijk zijn een aantal stuifkuilen aangelegd.
Nadere informatieVeldbezoeken Het gebied is op 16 juli 2014 bezocht door Menno Reemer (EIS) samen met Hendrik Baas (gemeente Zoetermeer).
Bijenvraagbaak casus 1: Zoetermeer Westerpark Menno Reemer (EIS Kenniscentrum Insecten) & Robbert Snep (Alterra) 6 oktober 2014 Vraagsteller: Hendrik Baas (Gemeente Zoetermeer) Gebied: Zoetermeer, Westerpark,
Nadere informatieBeschermingsplan grote vuurvlinder
Beschermingsplan grote vuurvlinder 2000-2004 Rapport Directie Natuurbeheer nr. 39 Wageningen, 2000 Dit rapport is opgesteld door De Vlinderstichting in opdracht van het Expertisecentrum LNV, onderdeel
Nadere informatieDe Staart in kaart. 4 jaar bosontwikkeling op voormalige akkers
De Staart in kaart 4 jaar bosontwikkeling op voormalige akkers Esther Linnartz Juli 2008 Inleiding De Staart is een natuurgebied van 24 hectare aan noordoost kant van Oud-Beijerland en ligt aan de oevers
Nadere informatieFoeragerende kiekendieven nabij de Lage Knarsluis in 2015 A&W-rapport 2156
Foeragerende kiekendieven nabij de Lage Knarsluis in 2015 A&W-rapport 2156 in opdracht van Foeragerende kiekendieven nabij de Lage Knarsluis in 2015 A&W-rapport 2156 N. Beemster Foto Voorplaat Het optimale
Nadere informatieOevers 2x maaien Oever 2
Oevers 2x maaien Oever 2 De vegetatie is rijk aan diverse soorten kruiden, zoals kattenstaart, grote waterweegbree en zwanebloem en behoort tot het Watertorkruidverbond (Oenanthion aquaticae). De vegetatie
Nadere informatieR a p p o r t S y s t e m a t i s c h e B o o m c o n t r o l e ( V T A )
R a p p o r t S y s t e m a t i s c h e B o o m c o n t r o l e ( V T A ) Landgoed Nieuw Cruysbergen februari 2017 Opgesteld door Bosgroep Midden Nederland februari 2017 t (0318) 67 26 26 www.bosgroepen.nl
Nadere informatieQuickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen
Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 21 Mei 2014 Rapportnummer 031 Projectnummer 012 opdrachtgever Fam. Ten Dam Kolenbranderweg
Nadere informatieQuick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen
Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen Quick scan ecologie Jan Vermeerstraat te Rucphen Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen T. Ursinus Scanopy 12.144 concept november 2012 foto omslag Els
Nadere informatieHelp mee om achterstallig onderhoud te signaleren!
www.poelen.nu Help mee om achterstallig onderhoud te signaleren! Frank Spikmans Rheden 31 mei 2018 Inhoud Poelen als leefgebied voor amfibieën Amfibieën (in Rheden) Poelen aanleg & beheren www.poelen.nu
Nadere informatieNOTITIE BOMENKAP GASLEIDINGTRACE ODILIAPEEL - MELICK
NOTITIE BOMENKAP GASLEIDINGTRACE ODILIAPEEL - MELICK Opgesteld door: Ing. D. Heijkers In opdracht van: N.V. Nederlandse Gasunie Datum: 14 november 2011 Inleiding De Gasunie is voornemens een aardgastransportleiding
Nadere informatieEcologisch Werkprotocol
Ecologisch Werkprotocol Aanleg depots Oude Reeuwijkerweg, Reeuwijk Projectnummer: 5999 Datum: 24-1-2013 Opgesteld: D. Welink Begeleidend ecoloog: Tel. Aanleiding Op een aantal graslandpercelen langs de
Nadere informatieKleurkeur: keurmerk voor goed bermbeheer. Context: steeds minder insecten. -76% insectenbiomassa Anthonie Stip
Kleurkeur: keurmerk voor goed bermbeheer Context: steeds minder insecten Anthonie Stip 1 juni 2018 anthonie.stip@vlinderstichting.nl @birdingstip -76% insectenbiomassa 1 Insectenverlies vooral na mei Biodiversiteit
Nadere informatieKwalitatieve beoordeling perenboomgaard, Schalkwijk
Kwalitatieve beoordeling perenboomgaard, Schalkwijk 2019-019 2 Kwalitatieve beoordeling boomgaard, Schalkwijk Kwalitatieve beoordeling perenboomgaard, Schalkwijk Opdrachtgever: Gemeente Houten De heer
Nadere informatieBeheer Langedijk, Hoogeveen
Beheer en onderhoud poelen Albartsweg/ Langedijk, Hoogeveen Beheer eheer- onderhoudsplan in het kader van het Compensatieplan Poelkikker, inclusief bijbehorende kostenraming COLOFON Titel: Beheer en onderhoud
Nadere informatieOnderzoek naar het voorkomen van noordse woelmuis & waterspitsmuis De Hulk & Etersheim 2014
Onderzoek naar het voorkomen van noordse woelmuis & waterspitsmuis De Hulk & Etersheim 2014 D.L. Bekker September 2014 Rapport van het Bureau van de Zoogdiervereniging In opdracht van ARCADIS Nederland
Nadere informatieVIER MODELLEN. Bouwstenen. Een meer uitgebreide beschrijving van de bouwstenen en informatie over het beheer vindt u in de bijlage.
2 VIER MODELLEN In dit hoofdstuk beschrijven we vier verschillende inrichtingsmodellen: Kleinschalig landschap, Moeraszone, Nat kralensnoer en Droog kralensnoer. In extra informatiepagina s geven we aan
Nadere informatieIn 2011 zal het dijktraject Philipsdam-Noord van nieuwe steenbekleding worden voorzien in het kader van Project Zeeweringen.
Advies opslagterrein memo Krammersluizen PIa Waterschap Zeeuwse Eilanden Kanaalweg 1 Middelburg PIa Postadres: Postbus 1000 4330 ZW Middelburg T (0118) 62 13 70 F (0118) 62 19 93 www.zeeweringen.nl Contactpersoon
Nadere informatied rm Neder wa e landopg
Opgewarmd Nederland deel Plant en dier: blijven, komen, weggaan of... Soorten, verspreiding en klimaat Kleine beestjes: sterk in beweging Libellen: voordeel van een warmer klimaat Dagvlinders: extra onder
Nadere informatieOnderzoek naar het voorkomen van de waterspitsmuis in een herinrichtingsgebied in Polder de Peizer- en Eeldermaden in 2009
Onderzoek naar het voorkomen van de waterspitsmuis in een herinrichtingsgebied in Polder de Peizer- en Eeldermaden in 2009 November 2009 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van ARCADIS Nederland
Nadere informatieNoordse woelmuis, 2010
Indicator 7 mei 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De noordse woelmuis is een bedreigde
Nadere informatieOp Stap in het Binnenveld. Willem van Raamsdonk & Christa Heijting
Op Stap in het Binnenveld Willem van Raamsdonk & Christa Heijting Bennekom februari 2011 Hoogtekaart van het Binnenveld en omstreken. Het Binnenveld is een laag gelegen gebied tussen de Veluwe en de Utrechtse
Nadere informatieBeheerplan Natuurbegraafplaats Heidepol Heidepol
Beheerplan Natuurbegraafplaats Heidepol Heidepol Gemeente Arnhem en Gemeente Ede Veghel, januari 2011 Marshallweg 5 5466 AH Veghel T 0413-385 820 F 0413-385 829 E info@praedium.eu 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding...
Nadere informatieInspraak januari Groenbeleidsplan
Inspraak januari 2016 Groenbeleidsplan 2016-2025 Groenbeleidsplan Wat is het groenbeleidsplan Openbaar groen in de bebouwde kommen Beleid in hoofdlijnen voor de komende 10 jaar Belangrijk was de inbreng
Nadere informatieMonitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 29 juni-3 juli 2009
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 29 juni-3 juli 2009 - Wim Giesen, Kris Giesen & Wouter Suykerbuyk, 7 juli 2009 29 juni-3 juli 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen
Nadere informatieWetland. Groot Wilnis-Vinkeveen
Groot Wilnis-Vinkeveen Moeras met Lisdodde in de Krimpenerwaard Wetland Wetland is een mozaïek van open water, drijvende waterplanten, planten die met hun voeten in het water staan, riet dat in het water
Nadere informatieNatte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er?
Natte en Vochtige bossen Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er? Indeling Landschappelijke positie natte en vochtige bossen Verdroging Waar liggen de kansen? Hoe te herkennen
Nadere informatieEcologisch bermbeheer
Ecologisch bermbeheer Bermbeheer -Onderhoud bomen en struiken snoeien, scheren, afzetten -Onderhoud grassen en kruidachtig gewas maaien, grazen -Onderhoud bodem plaggen, herstel na werkzaamheden ondergronds
Nadere informatieDe Moerputten. Wandelen. Hoog boven de witte waterlelies. Staatsbosbeheer, beheerseenheid De Meierij, Haanwijk 4a 5271 VG St.
Staatsbosbeheer, beheerseenheid De Meierij, Haanwijk 4a 5271 VG St. Michielsgestel T 073-55 13 036 www.staatsbosbeheer.nl Wandelen De Moerputten Hoog boven de witte waterlelies Laagveenmoeras Hoog en droog
Nadere informatie