Inhoudsopgave studenthandleiding Levenscyclus

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoudsopgave studenthandleiding Levenscyclus"

Transcriptie

1 Inhoudsopgave studenthandleiding Levenscyclus Inleiding 3 Algemene informatie 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers 5 2. Verplichtingen en studievoorbereiding 7 3. Boekenlijst 9 4. Oefenen met medestudenten tijdens de PV- en C-sessies 11 Onderwijssessies Toelichting op de onderwijssessies 13 Aanvullend materiaal 1. 6Step, behandelen in M NHG Standaard : Incontinentie PID Astma bij kinderen Zijn te vinden op Nestor ( cursus levenscyclus/weekindeling/ 3 NHG standaarden) Week 2 Gynaecologie PV-sessie Gynaecologisch onderzoek I en II 17 CgAB-sessie Anamnese en behandelen gynaecologie l 31 CgAB-sessie Anamnese en behandelen gynaecologie ll 33 Z-sessie / IWC Opdrachten worden op Nestor gepubliceerd Week 3 (In)fertiliteit en zwangerschap Introductie Grensoverschrijdend gedrag, andrologie en katheteriseren 35 PV-sessie Katheteriseren, andrologisch onderzoek en herhalen rectaal toucher 37 CgA-sessie Seksuologie 55 CgAB-sessie Mictieproblemen 61 Cc-sessie Gynaecologie-urologie 63 Z-sessie / IWC Opdrachten worden op Nestor gepubliceerd 1

2 Week 4 Pasgeborene en zuigeling Introductie Ontwikkelingsneurologie 65 PV-sessie Onderzoek zwangere en obstetrisch toucher 77 PV-sessie Partus 89 CgA-sessie Zwangerschap en kraambed 97 PV-sessie Auscultatie, kindercardiologie 99 PV-sessie Onderzoek van de pasgeborene 103 CgA-sessie Zieke zuigeling 113 Z-sessie / IWC Opdrachten worden op Nestor gepubliceerd Week 5 Het grotere kind PV-CgA sessie Onderzoek en heteroanamnese van het grotere kind l 117 CgB-sessie Heteroanamnese en behandelen van het grotere kind ll 123 PV-sessie Kinder- en jeugdpsychiatrie 125 CC-sessie Heteroanamnese van het kind 165 Z-sessie / IWC Opdrachten worden op Nestor gepubliceerd Roosters - Deze worden op Nestor gepubliceerd Readers - Van Wiechenschema 0 15 maand - Van Wiechenschema 15 maand 4 jaar - Groeicurven - Zuigelingenvoeding - Consensus Wiegendood - NTVG artikel bijwerkingen vaccinaties - NTVG artikel huilbaby - NTVG artikel klinische les astma - Modelconsult Kindergeneeskunde - Klinisch genetische diagnostiek van syndromen en verstandelijke handicaps 2

3 Inleiding junior co-assistentschap: Levenscyclus Voor u ligt het programma van de stage in het klinisch trainingscentrum van het junior coassistentschap Levenscyclus. Dit deel dient als voorbereiding op de klinische stage in een van de disciplines die behoren tot het junior co-assistentschap levenscyclus. De stages binnen dit junior co-assistentschap vinden plaats bij de volgende disciplines: urologie, gynaecologie en kindergeneeskunde. De bekwaamheden waar u al in de Bacheloropleiding mee hebt kennisgemaakt blijven ook sturend in de Masteropleiding. Gestreefd wordt naar een integrale toepassing van deze bekwaamheden op niveau 2 met de door u al opgedane kennis, vaardigheden en professioneel gedrag in een klinische omgeving waarbij consultvoering centraal staat. Na een week gericht op consultvoering in het algemeen beslaat dit junior co-assistentschap 4 weken in het klinisch trainings centrum (KTC). De weken in dit juniorcoassistentschap zijn thematisch gegroepeerd. In de eerste KTC staat vooral de gynaecologie centraal; in de tweede week de urologie en seksuologie; in de derde week zwangerschap, partus en zuigeling en in de vierde week het grotere kind en de kinderpsychiatrie. Het is echter zeker niet zo dat deze disciplines separaat worden aangeboden, daar in elke week ook raakvlakken kunnen bestaan tussen de diverse disciplines binnen dit blok. Centraal in elke week staan de vignetten. Dit zijn klinische problemen, die zijn gekozen, omdat ze vaak voorkomen binnen een bepaalde discipline. Deze vignetten worden steeds eerst geoefend d.m.v. anamnese training, waarbij vooral het differentiaal diagnostisch denken centraal staat. Daarna wordt elk vignet verder uitgewerkt met betrekking tot het te voeren beleid en de eventuele therapie. In de stage in het KTC komen verschillende fasen van het consult aan bod en ook verschillende soorten consulten. Hiervoor zijn verschillende sessies gepland: anamnese trainingen, vaardigheidstrainingen met betrekking tot lichamelijk onderzoek, aanleren van handvaardigheden zoals bijvoorbeeld het inbrengen van een katheter en het doen van een partus. Het uiteindelijke doel is dat u in een klinische stage in staat bent een volledig consult uit te voeren. Om consulten adequaat te kunnen uitvoeren is voldoende inhoudelijke kennis over de disciplines zelf nodig, maar daarnaast is inhoudelijke kennis van direct betrokken andere disciplines zoals laboratoriumgeneeskunde, radiologie, medische microbiologie, metamedica, pathologie etc onontbeerlijk. U moet zelf een koppeling tussen de in de bacheloropleiding geleerde pathofysiologische principes en de klinische problemen maken en beschrijven. Daarnaast moet de kennis van basisconcepten zoals anatomie en fysiologie herhaald en beheerst worden. De leervragen uit de bachelorfase worden bekend verondersteld. Voor een efficiënte herhaling van de stof uit de bachelorfase zijn leervragen per week geselecteerd. De KTC weken zijn intensief omdat ze een grote mate van zelfwerkzaamheid veronderstellen, naast een vol programma overdag waarin praktisch gewerkt wordt. Alle onderdelen vereisen gedegen voorbereiding. Zonder goede voorbereiding is het niet mogelijk deze weken succesvol af te sluiten. De KTC weken zijn ook de weken waarin u in de gelegenheid wordt gesteld veel handvaardigheden te oefenen die u in de klinische stage maar ook in de rest van uw carrière nodig hebt. Aarzel dus niet hulp te vragen wanneer u die denkt nodig te hebben. U bent altijd welkom met vragen en opmerkingen over dit junior co-assistentschap. Veel succes! Drs. R.A. Doedens Coördinator levenscyclus M1 Groningen, augustus

4 4

5 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers Vragen, afmeldingen e.d. kunt u mailen naar: ktc@med.umcg.nl Centraal telefoonnummer Klinisch trainingscentrum: Coördinator M1 Levenscyclus Dhr. drs. R.A. Doedens r.a.doedens@bkk.umcg.nl Deelcoördinator KTC Producent masteropleiding Jaar 1 KTC week 2 t/m 5 Assistent producent Assistent producent Vacature Mw. M. Zuidema Klinisch trainingscentrum / Onderwijsinstituut Faculteit medische wetenschappen / UMCG Huispostcode FC40 A. Deusinglaan 1, gebouw 3219, 3 e etage 9713 AV Groningen ktc@med.umcg.nl Mw. G.A.M. Brouwer-Marcus Klinisch trainingscentrum / Onderwijsinstituut Faculteit medische wetenschappen / UMCG Huispostcode FC40 A. Deusinglaan 1, gebouw 3219, 3 e etage 9713 AV Groningen ktc@med.umcg.nl Mw. J.G.S. Reijn Klinisch trainingscentrum / Onderwijsinstituut Faculteit medische wetenschappen / UMCG Huispostcode FC40 A. Deusinglaan 1, gebouw 3219, 3 e etage 9713 AV Groningen ktc@med.umcg.nl Voor studieadvies: Drs. H. Gierveld Drs. G.R. Terwisscha van Scheltinga Mw. drs. G. Weesjes Open spreekuur studieadviseurs: maandag t/m donderdag van 12:30 tot 13:30 uur. vrijdag van 13:00 tot uur. studieadviseurs: studieadviseur@med.umcg.nl (vooral bedoeld voor korte vragen). Afspraken maken kan via de balie van het SSC of telefonisch

6 6

7 2. Verplichtingen, studievoorbereiding en toetsing juniorcoschap Levenscyclus Verplichtingen U hebt in M1 een aantal verplichtingen als student: Voor het juniorcoschap Levenscyclus gelden: - practicumverplichtingen: alle kleine groepsactiviteiten (de PV, Z, Cg en Cc-sessies) deelname aan interactieve werkcolleges en klinische werkconferenties - deelname aan grote groepsactiviteiten: alle plenaire sessies en introductiebijeenkomsten - deelname aan de Instructie poliplus en OK-instructie kliniek (bij 1 e juco-schap) - deelname aan toetsing Daarnaast gelden voor het gehele jaar nog de verplichtingen in de andere drie juniorco-schappen en verplichtingen voor de lijnen consultvoering, professionele ontwikkeling en kennisprogressie. Studievoorbereiding Het onderwijs in dit jaar vergt een actieve inzet van de student. De sessies zijn alleen leerzaam als u zich terdege hebt voorbereid. Voorbereiding op de onderwijsbijeenkomsten is verplicht. Dit geldt voor het gehele studiejaar. Zie in de studenthandleiding bij de verschillende sessies onder studenttaken. Raadpleeg dagelijks Nestor voor aanvullende informatie. Toetsing Het tentamen van de onderwijseenheid juniorcoassistentschap Levenscyclus bestaat uit een beoordeling van het klinisch trainingscentrum (KTC deel) en een beoordeling van de klinische stage (stagedeel). De beoordeling van het KTC deel bestaat uit drie onderdelen: - de schriftelijke toets - beoordeling vaardigheden - practicumverplichtingen De schriftelijke toets en de beoordeling vaardigheden vindt plaats na de KTC weken 2-5. De schriftelijke toets wordt elektronisch afgenomen en bestaat uit 80 vragen (20 vragen per KTC week). De toets bestaat uit meerkeuzevragen; 2, 3 of 4 keuzemogelijkheid. Voor de beoordeling van de vaardigheden dienen de onderstaande vaardigheden allemaal te worden voorbereid ( actuele vaardighedelijst staat op Nestor). Van deze vaardigheden zullen 3 onderzoeken worden beoordeeld, die alle 3 voldoende moeten zijn. Bij de practicumverplichtingen geldt zowel aanwezigheid als voorbereidingsplicht. De Regels & Richtlijnen van de Examencommissie zijn te vinden in de nestorcursus Masteropleiding Geneeskunde, algemene informatie onder de knop: toetsing. De gehele OER en de R&R staan in de studiegids Geneeskunde onder de volgende link: 7

8 8

9 3. Boekenlijst Masteropleiding jaar 1 Cursusjaar (cohort 2007) Fysische Diagnostiek (B, GNK, HK, L) Het lichamelijk onderzoek en zijn betekenis Bohn Stafleu Van Loghum ISBN /1 e druk Prijs 75,00 Bonjer, H.J. Chirurgie (HK) Bohn Stafleu Van Loghum. ISBN /1 e druk Prijs G.T. Ensing, B.A.S. Knobben, S.T.Houweling. Probleem georiënteerd denken in de orthopedie, een praktijkboek voor de opleiding en de kliniek. Paperback (B) de Tijdstroom. ISBN /1 e druk Prijs 47,00 M.J. Heineman. Probleemgeoriënteerd denken in de gynaecologie, obstetrie en voortplantingsgeneeskunde. (L) de Tijdstroom. ISBN /1 e druk Prijs 47,00 A.J. Kooter, H.M.A. Hofstee, A. Thijs. Leidraad interne geneeskunde. (GNK) Bohn Stafleu van Loghum. ISBN /1 e druk Prijs J.B.M. Kuks, J.W. Snoek, J.M. Fock. Praktische neurologie. Van symptoom naar diagnose. Paperback (B) Bohn Stafleu van Loghum. ISBN /1 e druk. Prijs 37,50 T.K. Kushner, D. C. Thomasma. Ward Ethics: dilemmas for medical students and doctors in training. (B, GNK, HK, L) Cambridge University Press. ISBN Prijs 37,50 Lemmens, M Ariës. Praktische Radiologie. Bohn Stafleu van Loghum. ISBN / 1 e druk Prijs 40,50 J.J. Roord, J.A.A.M. Diemen van-steenvoorde. Probleemgeoriënteerd denken in de kindergeneeskunde. (L) de Tijdstroom. ISBN /1 e druk. Prijs 47,00 C. Seeleman; J. Suurmond, K. Stronks. Arts van de wereld. Etnische diversiteit in de medische praktijk. (bekwaamheden) Bohn Stafleu van Loghum. ISBN / 1 e druk Prijs 41,75 9

10 E.P. Veening, R.O.B. Gans, J.B.M. Kuks. Medische Consultvoering; hoofdlijnen en achtergronden.. Bohn Stafleu van Loghum. ISBN Prijs ca 32,50 Studenthandleidingen 75,00 Vaardighedenboekjes Reeks: Vaardigheden in de geneeskunde G.G. Essed, Ch. Pfaff, Y.C.M. Roselaers, M. Kruithof. Verloskunde. Mediview ISBN Prijs 19,50 Middelen/overig Stethoscoop (GNK, L) Geadviseerd: dubbelslangsstethoscoop ivm betere geleiding. Littman Cardiology III SE Prijs 173 Spirit Triple Cardiology Prijs 77 Ooglampje: witte penlight Prijs 3,50 Reflexhamer Berlin Prijs 8,50 Farmacotherapeutisch Kompas 2010; gratis verkrijgbaar bij Panacea. Deze middelen zijn verkrijgbaar via Panacea ( 10

11 4. Oefenen met medestudenten tijdens de PV- en de C-sessies Verantwoording Tijdens de PV- en de C-sessies oefenen studenten onder andere lichamelijk onderzoek en anamnese op elkaar. Hiervoor zijn een aantal goede redenen: Door op studenten te oefenen, in plaats van alleen op schaarse simulatiepatiënten, kan elke student vaker oefenen. Oefenen op studenten is vaak realistischer dan op fantomen en daardoor een betere voorbereiding op de praktijk. Studenten leren professioneel omgaan met de intimiteit die het doen van lichamelijk onderzoek met zich meebrengt. Studenten kunnen de communicatieve vaardigheden oefenen die nodig zijn bij het geven van instructies en uitleg voorafgaand, tijdens en na het onderzoek Doordat studenten de rol van patiënt op zich nemen, leren ze ook beter hoe het is om medische onderzoeken te ondergaan. Dit kan de empathische omgang met patiënten bevorderen. Door elkaar te observeren en feedback te geven tijdens het oefenen, leren studenten op een hoger niveau te denken over de vaardigheden en dit helpt bij het onthouden van het geleerde. Doordat de studenten over het algemeen gezond zijn, bouwen zij tijdens het oefenen op elkaar ook een referentiekader op van de variatie in normale bevindingen. Onverwachte pathologische bevindingen Een van de mogelijke gevolgen van het oefenen op elkaar is dat er onverwachte pathologie gevonden wordt. Dit heeft objectief gezien zowel voor- als nadelen, maar zal in alle gevallen voor de betrokkene zelf en voor de andere studenten een ingrijpende ervaring zijn. Het is daarom van belang om hier aandacht aan te schenken. Het ontdekken van onverwachte pathologie kan zowel positieve als negatieve gevolgen hebben voor de betreffende student: Positief: Vroege ontdekking is bij behandelbare afwijkingen vaak gunstig voor de prognose. Ook bij onbehandelbare afwijkingen kan een vroege diagnose de student de gelegenheid geven om zijn levensstijl of beroepsperspectief aan te passen, bijvoorbeeld bij een specialisatiekeuze. Negatief: Pathologische bevindingen kunnen onrust veroorzaken en belastend zijn voor de student en zijn omgeving Wanneer een afwijking onbehandelbaar is of een onbekende prognose heeft kan dit voor de student en zijn omgeving emotioneel belastend zijn. Een gevonden afwijking kan financiële gevolgen hebben in de vorm van hogere verzekeringspremies (ziektekostenverzekering, arbeidsongeschiktheidsverzekering, afsluiten van hypotheek of andere vorm van financiering). Of uitsluiting van een verzekering. Wat de gevolgen zijn voor de betreffende student is mede afhankelijk van de manier waarop er in de onderwijssituatie mee wordt omgegaan. Er zijn daarom regels die in dergelijke gevallen in deze onderwijssessies gevolgd dienen te worden: 11

12 Hoe te handelen bij mogelijke medische afwijkingen; de regels: a. voor de studenten 1. Een student moet, zelfs bij geringe twijfel over zijn bevindingen, de docent waarschuwen en dit aan de betreffende student meedelen. 2. Een student heeft het recht om patiëntrollen te weigeren; zeker bij lichamelijk onderzoek. Dit dient tevoren aan de docent te worden gemeld. 3. Een student, bij wie een (lichte) afwijking wordt gevonden, heeft het recht om zich niet verder voor de groep te laten onderzoeken. 4. Studenten hebben ten aanzien van geconstateerde afwijkingen in de sessies een absolute zwijgplicht over hun medestudenten. Bij constatering van overtreding hiervan hebben studenten de professionele plicht dit te melden bij een docent; deze zal daarvan dan melding doen aan de Examencommissie. b. als docent 1. De docent zal de regels voor aanvang van een lijn of blok met de studenten bespreken. 2. De docent zal, in geval van een melding, zelf het lichamelijk onderzoek voort zetten (mits de student daarmee in stemt) en de bevindingen met de betreffende student bespreken. 3. De docent zal, indien haar/hem blijkt dat een student de zwijgplicht ten aanzien van een medestudent heeft doorbroken, hiervan melding doen aan de Examencommissie. Toelichting Ad studenten 1, docenten 2 Het is belangrijk om de docent in alle twijfelgevallen te waarschuwen. Studenten weten uiteraard nog niet altijd normaal van abnormaal te onderscheiden, maar als ze vlak na elkaar twee medestudenten onderzoeken zal een verschil tussen deze twee bevindingen al aanleiding moeten zijn om alarm te slaan. Het negeren van een bevinding is riskant voor 'het slachtoffer', maar ook voor de onderzoekende student, die vroeg of laat toch zal terugdenken aan dit voorval. De docent zal het onderzoek dan kunnen voortzetten, maar doet dat natuurlijk niet voor de groep (tenzij de student daar geen probleem mee heeft). Ad student 2 Het kan zijn dat een student weet of vermoedt dat hij een bepaalde afwijking heeft en daar niet op onderzocht wil worden. De student moet dan de ruimte hebben om (dat deel van) de training niet mee te doen. Het is uiteraard wel zo dat in principe iedereen beseft dat er een beroep op de solidariteit in de groep gedaan wordt om mee te doen met het onderling oefenen. De gêne, die daarbij een rol kan spelen, geldt tenslotte voor iedereen. Ad student 3 Als bij een student een afwijking wordt geconstateerd is de verleiding erg groot om iedereen die afwijking te laten onderzoeken. Dit is niet vanzelfsprekend. De betreffende student moet de vrijheid hebben om dat niet toe te staan zonder dat de groep daar laatdunkend over doet. Ad student 4, docent 3 De plichten ten aanzien van medestudenten zijn in deze situaties gelijk aan die van artsen ten aanzien van patiënten. Schending hiervan is een ernstige vorm van professioneel wangedrag en wordt dus gemeld aan de Examencommissie. 12

13 Toelichting op de onderwijssessies PV-sessie: Cg-sessie: Praktische Vaardigheidssessie voor het leren van afgebakende vormen van lichamelijk onderzoek of behandeling. Duur 2 uur, groepsgrootte studenten, docentafhankelijk Consultgesprekken; contactuele vaardigheidssessies, zonder PV-sessie momenten en dus zonder lichamelijk onderzoek (LO). De consultgesprekken verlopen volgens het modelconsult, met vraagverheldering/anamnese, opstellen DD en diagnostisch en behandelbeleid, beleid uitvoeren en afronding (DOBA). Tevens vindt verslaglegging plaats in de vorm van de Modelstatus en/of een verwijsbrief. Onderscheiden worden: Cg-A (Anamnese & DD t/m bespreken diagnostisch beleid) Duur 2 uur, groepsgrootte studenten, docentafhankelijk Cg-B (BehandelBeleid, bespreken, uitvoeren & consult afronden) Duur 2 uur, groepsgrootte studenten, docentafhankelijk Cg-C (Controle, reeds lopende behandeling evalueren en bijstellen) Duur 2 uur, groepsgrootte studenten, docentafhankelijk Cc-sessie: Z-sessie: Introductie Consult compleet; contactuele vaardigheidssessie met PV-sessie momenten. Een compleet consult als bij een Cg sessie; de anamnese wordt afgenomen, er wordt lichamelijk onderzoek gedaan en er wordt behandelbeleid besproken en overeengekomen.. Duur 2 uur, groepsgrootte docenten, docentafhankelijk Zelfwerkzaamheid van studenten. Studenten bereiden gezamenlijk de andere sessies voor of werken opdrachten uit behorende bij de klinische vignetten ter voorbereiding op interactieve werkcolleges of een bekwaamheidsspecifieke uitwerking van een casus. Duur 1-2 uur, groepsgrootte studenten, docentonafhankelijk. In groter groepsverband kunnen algemene introducties plaatsvinden vanuit verschillende disciplines. OK-instructie: Tijdens deze instructie wordt uitleg gegeven en geoefend (o.a. wasinstructie) ter voorbereiding op de operatiekamer. Interactief werkcollege: Grootschalige onderwijsvorm waarbij omgaan met kennis centraal staat en waarbij de nadruk ligt op de interactie tussen docent en studenten. Studenten bereiden zich voor door het uitwerken van de opdrachten behorende bij de klinische vignetten die tevoren zijn uitgereikt. In de opdrachten dient systematisch aandacht te zijn voor basisconcepten, beeldvormende technieken, pathologie en medische microbiologie. Bij de uitvoering kunnen verschillende disciplines betrokken zijn. Duur 2 uur, groepsgrootte max. 50 studenten, docentafhankelijk. 13

14 Coachgroepbijeenkomst: Kleinschalige onderwijsvorm waarbij een groep van studenten onder leiding van een coach werkt aan de uitvoering van het onderwijsprogramma in de lijn professionele ontwikkeling. De coachgroepen vinden plaats in week 2 en 4 in het klinisch trainingscentrum en wekelijks gedurende de klinische stage. Duur 2 uur, groepsgrootte studenten, docentafhankelijk. Klinische werkconferentie: Grootschalige onderwijsvorm waarbij het oefenen van klinisch redeneren van in de algemene praktijk frequent voorkomende medische problemen centraal staat. Studenten uit de klinische stage presenteren patiënten vanuit de kliniek aan studenten in het klinisch trainingscentrum. In een klinische werkconferentie worden alle bekwaamheden opgenomen, de nadruk bij iedere werkconferentie ligt op bekwaamheid II probleem oplossen en bekwaamheid III omgaan met wetenschap. Bij de uitvoering kunnen verschillende disciplines betrokken zijn. De klinische werkconferentie vindt plaats in week 2,3,4 en 5 in het klinisch trainingscentrum. Duur 2 uur, groepsgrootte max. 50 studenten, docentafhankelijk. Poliplus instructie: Tijdens deze instructie leert u te werken met het poliplus systeem binnen het UMCG. 14

15 1. Toelichting 6Step medisch-inhoudelijk 1 problemen van de patiënt: onderscheid maken in actueel/niet actueel: overige problemen. werkdiagnose(s) actueel probleem nadere specificatie van problemen werkdiagnose(s) als startpunt van de behandeling is noodzakelijk, gericht op de volgende aspecten, die hierbij relevant (kunnen) zijn: ernst, oorzaak/ pathofysiologie, mogelijke gevolgen en de hulpvraag van de patiënt evaluatie bestaande behandeling actueel probleem, zonodig van overige problemen. niet- medicamenteus en medicamenteus op effectiviteit, veiligheid en therapietrouw 2 doel behandeling actueel probleem de gewenste therapiedoelen aangeven, bij voorkeur meetbaar door concreet aangeven van streefwaarden/uitkomsten. Hierbij rekening houden met de specificatie zoals aangegeven onder stap 1: symptomatisch, oorzakelijk/ bijdragende factoren en/of preventief en met de hulpvraag. 3 relevante behandelmogelijkheden (indicatiegericht) met gebruik maken van richtlijnen etc. inventariseer de in aanmerking komende niet-medicamenteuze en medicamenteuze (standaard) behandelingmogelijkheden op basis van de geformuleerde doelstellingen; zo mogelijk meerdere opties invullen in volgorde van prioriteit op basis van effectiviteit, veiligheid, toepasbaarheid en kosten - niet-medicamenteus: niets doen/afwachten, adviezen/leefregels geven, therapeutisch gesprek (o.a. geruststellen), therapeutische verrichting (bijv. chirurgisch). - medicamenteus: geneesmiddelgroepen/geneesmiddelen. 4 patiëntspecifieke keuze Bepaal de patiëntspecifieke gegevens die keuze positief of negatief beïnvloeden dan wel contra-indiceren: - co-morbiditeit - farmacokinetische verandering: problemen met absorptie, verdeling, metabolisme, uitscheiding - fysiologische situaties: leeftijd, zwangerschap/lactatie etc. - interacties: bestaande therapie, zelfmedicatie, alternatieve therapie - intoxicaties (alcohol, drugs, roken, voedingsmiddelen) - overgevoeligheid - therapietrouw: wensen/hulpvraag van de patiënt, voorgaande therapie(on)trouw, bijwerkingen, gebruikersgemak (toedieningsvorm, frequentie van innemen) Kies uit de behandelingsmogelijkheden (uit punt 3) de meest geschikte behandeling voor de betreffende patiënt, rekening houdend met alle relevante patiëntspecifieke gegevens. Beargumenteer keuze en motiveer bij de gekozen behandeling de dosering, frequentie, toedieningsvorm en duur, rekening houdend met alle patiëntspecifieke gegevens. 15

16 5 uitvoering in/bij te stellen behandeling nieuwe behandeling actueel probleem concretiseer keuze in: - niet-medicamenteus: behandeling, frequentie en duur - medicamenteus (recept): sterkte, toedieningsvorm, frequentie, dosisintervallen en therapieduur (indien van toepassing: opbouw en afbouwschema) beleid t.a.v. bestaande behandeling actueel probleem + overige problemen bepaal voor elk probleem: continueren, bijstellen of (afbouwen en) stoppen patiëntinformatie/therapietrouw bevorderen - werking welk effect, wanneer, hoe lang houdt de werking aan, evt. hoe het werkt - bijwerkingen welke, wat te doen, voorbijgaand/blijvend - medicatie instructies inname/gebruik, dosering, tijdstip inname, hoe lang gebruiken, indien van toepassing: opbouw of afbouwschema, evt. hoe bewaren - waarschuwingen evt. maximale dosis, interacties, reactievermogen/activiteiten, kuur afmaken 6 follow up parameters om effectiviteit, veiligheid en therapietrouw te controleren en afspraken wanneer die gecontroleerd worden naam arts adres tel. datum R/ generieke naam (specificatie*), sterkte *specificatie: merknaam alleen geven indien nodig f. toedieningsvorm da totale hoeveelheid S dosering instructies waarschuwingen paraaf/handtekening Hr./mevr./kind: naam + geb. datum Adres R/ Recipe: neem f. fac: maak da: geef S. Signa: teken = schrijf op etiket 16

17 PV-sessie Gynaecologisch Onderzoek I en II Groepsgrootte 9 tot 12 studenten Duur: sessie: 2 keer 2 uren voorbereiding: 4 uren Doelstelling Student neemt kennis van de anatomie en de normale variaties van het vrouwelijke genitaal. Student is in staat het gynaecologisch onderzoek, volgens het UMCG protocol, uit te voeren op een fantoom en kan daarbij benoemen wat hij/zij ziet en voelt. Taken studenttaken: Voorbereiding: Bestuderen studiestof en studenthandleiding Ter sessie: bekijken Groninger DVD van de genitalia externa en het gynaecologisch onderzoek, deelnemen aan onderzoek en oefenen. Studiestof Studenthandleiding, UMCG protocol Heineman et al. Zesde druk 2007, Obstetrie en gynaecologie: hoofdstuk 28, Anamnese en onderzoek. Heineman (red): Probleemgeoriënteerd denken in de gynaecologie, obstetrie en voortplantingsgeneeskunde,: hoofdstuk 1, Een gynaecologische klacht Fysische diagnostiek 2010 BSL: hoofdstuk 7, vrouwelijke genitaliën. NB: tekst komt niet helemaal overeen met het Groninger protocol. Het UMCG protocol is de standaard!!! Bijlagen: 1: Anatomisch Rappel 2: Protocol voor het leren van het Gynaecologisch onderzoek 3: Checklist Gynaecologisch onderzoek 1, Gynaecologisch onderzoek met een speculum 4: Checklist Gynaecologisch onderzoek 2, Vaginaal en rectovaginaal toucher 17

18 Bijlage 1 Anatomisch Rappel Inspectie genitalia externa (inspectie van regio pubica, vulva, perineum, peri-anaal gebied) beharingspatroon De buitenste schaamlippen zijn aan de buitenzijde gewoonlijk met haren bezet. Deze beharing strekt zich uit over de gehele mons pubis en is aan de bovenzijde horizontaal begrensd. mons pubis De mons pubis bestaat uit vetweefsel, gelegen ventraal van de symfyse. Naar dorsaal zet dit vetweefsel zich voort in de buitenste schaamlippen. clitoris en voorhuid De clitoris ligt meestal verscholen onder de voorhuid (ook wel preputium genoemd. Het preputium is de plaats waar de binnenste schaamlippen zich verenigen). buitenste schaamlippen De buitenste schaamlippen zijn huidplooien die van de mons pubis naar dorsaal lopen en samen komen in het perineum. Een ontsteking van de vestibulaire klieren van Bartholin, kan zich als rode zwelling in de buitenste schaamlip presenteren. binnenste schaamlippen Door de buitenste schaamlippen te spreiden wordt het vestibulum met de binnenste schaamlippen goed zichtbaar. De binnenste schaamlippen wisselen individueel sterk in grootte. Asymmetrie van de binnenste schaamlippen komt frequent voor. vestibulum Het vestibulum vaginae is het gebied tussen de binnenste schaamlippen van de clitoris tot aan de commissura posterior. urethra-uitmonding Dorsaal van de clitoris mondt de urethra uit in het vestibulum, boven de ingang van de vagina. De klieren van Skene liggen aan weerszijden van de urethra-uitmonding. Deze klieren zijn alleen zichtbaar wanneer zij ontstoken zijn. introïtus De introïtus is de ingang van de vagina. De introïtus wordt omgeven door slijmvliesplooien en hymen (resten). commissura posterior Huidstrook die achter- onder de vulva de beide buitenste schaamlippen met elkaar verbindt. perineum Gebied tussen commissura posterior en de anus. anus Uitgang van het darmkanaal. symfyse De verbinding van de twee schaambeenderen. 18

19 blaas De gebieden van de blaas grenzend aan vagina en portio, worden tijdens het speculumonderzoek geïnspecteerd. Dezelfde gebieden zullen ook worden beschreven tijdens het vaginaal toucher op het fantoom. vagina De vagina verloopt schuin naar achteren, in de richting van het sacrum. De lengte is gemiddeld 10 cm. Men onderscheidt voor-, achter- en zijwanden. De wanden zijn dwars geplooid en liggen tegen elkaar. De baarmoedermond (cervix uteri) mondt uit in de vaginatop. De portio wordt door de van boven wijdere vagina omsloten, waarbij het schedegewelf (fornix) ontstaat. Dit schedegewelf wordt onderverdeeld in: fornix anterior (voor) fornix posterior (achter) fornices lateralis (zij) De fornix posterior grenst dorsaal aan een diepe, met peritoneum beklede, zakvormige uitbochting van de buikholte: het cavum Douglasi. Vanuit de fornix posterior zijn de peritoneale bekleding en de inhoud van het cavum Douglasi dan ook goed te palperen, hetgeen van diagnostisch belang kan zijn voor het aantonen van peritoneale prikkeling, de aanwezigheid van vloeistof, metastasen, enz. portio De portio is het gedeelte van de cervix dat zichtbaar is in de vagina (het intra vaginale deel van de cervix). Met behulp van een speculum kan de portio beoordeeld worden. Hierbij wordt gelet op: - vorm (rond, meer ovaal na partus) - grootte (doorsnede 2-4 cm) - kleur (bleekroze) - onregelmatigheden (oppervlak is gewoonlijk glad) ostium Het ostium is de opening van de cervix uteri naar het lumen van de vagina. Het ostium is rond tot ovaal, met een grootte tot ½ cm. Na een partus kan het ostium spleetvormig worden. ectropion Het buitenoppervlak van de cervix (ectocervix) bestaat m.n. uit slijmvormend cylinderepitheel. In de geslachtsrijpe leeftijd ligt de grens tussen het plaveisel- en het cylinderepitheel op de ectocervix. Bij het speculumonderzoek is het slijmvormend endocervixweefsel dan zichtbaar als een scherp begrensde rode vlek (ectropion genaamd) rondom het ostium, duidelijk afgegrensd van het licht roze plaveiselepitheel. Het ectropion kan zeer grillige vormen aannemen. Sommigen spreken van erythroplakie in plaats van ectropion. Bij het maken van een uitstrijkje verzamelt men zo optimaal mogelijk cellen van de overgangszone. 19

20 uterus De uterus is een peervormig hol orgaan van 7 tot 10 cm lengte. Het lumen is in voor-achterwaartse richting afgeplat tot een bijna virtuele ruimte. De wand is opgebouwd uit glad spierweefsel (myometrium), aan de binnenzijde bedekt met slijmvlies (endometrium). Het bovenste deel is de fundus uteri, het middelste deel het corpus uteri, het onderste smallere deel de cervix. tuba uterina (eileider) De tubae ontspringen aan weerszijden van de fundus uteri. De tubae zijn buisvormige structuren. Zij vormen de verbinding tussen uterus en ovarium. ovarium (eierstok) De ovaria liggen aan weerszijden van de uterus en in vorm en grootte lijken zij sterk op een amandel. rectum (endeldarm) sacrum (heiligbeen) 20

21 Bijlage 2 PROTOCOL voor het leren van het GYNAECOLOGISCH ONDERZOEK Voorbereidingen Gesprek: motiveer het onderzoek; is dit het eerste onderzoek? ervaringen? Zo nodig uitleg. Sieraden af, handen wassen. Leg voor het maken van een uitstrijkje, preparaat, kweek e.d. objectglaasjes, fixeermiddel, cervexbrush plus potje met medium, (of spatel, cytobrush), kweekstokjes klaar. Schrijf naam en geboortedatum op glaasje(s) Leg een spiegel klaar bij een educatief onderzoek, vraag mevrouw of ze mee wil kijken. Vraag of de blaas leeg is, eventueel nog laten uitplassen. Duidelijke uitkleedinstructies. Zorg dat mevrouw goed op de onderzoeksstoel ligt (beensteunen goed ingesteld, rugleuning wat omhoog, ontspannen) Richt de lichtbron. Trek handschoenen aan. In het kader van hygiëne in de onderzoekkamer is het goed te beseffen dat een handschoen die in contact is geweest met de vulva, fluor en dergelijke, gecontamineerd is, en dat daarmee geen objecten in de onderzoekkamer zoals een flacon fixeermiddel of echogelei, laden, echoapparaat, kranen meer mogen worden aangeraakt. Tijdens het onderzoek Houd tijdens het hele onderzoek contact met mevrouw en kondig handelingen aan. Vraag naar pijn en let op reacties. Instrueer mevrouw aan te geven als zij pijn ervaart en houd daar rekening mee. Onderzoek van de genitalia externa (vulva) en het peri-anaalgebied Inspectie Beharingspatroon (geschoren?) Labia majora, labia minora, overgangsgebied labia majora/minora. Spreid de labia minora waardoor het vestibulum zichtbaar wordt met de uitmondingen van: de urethra, de para-urethrale klieren van Skene, en de vestibulaire klieren van Bartholin (goed spreiden, eventueel laten persen); het hymen of de resten ervan (de carunculae hymenalis) en de introïtus vaginae (rugae en eventueel fluor te zien), prolaps. Voorhuid (preputium clitoridis) en clitoris (vergroting) Perineum, anus. Let op aspect en kleur van de huid, symmetrie, zwellingen, laesies, littekens, fistels, fluor. Het speculumonderzoek (onderzoek van vagina, fornices en portio) Inbrengen speculum Bevochtig en verwarm het speculum onder de kraan. Gebruik eventueel glijmiddel, maar niet als een uitstrijkje gemaakt wordt. Controleer de temperatuur van het speculum: op de eigen pols, dan bij mevrouw aan binnenzijde dij. Spreid de labia minora iets onder het midden (van bovenaf, met duim en wijsvinger van de niet-dominante hand) en houd ze gespreid tot het speculum vrijwel geheel is ingebracht. Speculum op de commissura posterior in schuine stand (schuin = speculumbladen iets om de lengte-as geroteerd) Vraag mevrouw te persen om de introïtus wat verder te openen Taal: niet nu mag u persen maar wilt u even persen Breng het eerste deel van het speculum vervolgens in deze stand in; vermijd contact met de urethra. Vraag mevrouw te stoppen met persen. 21

22 Het speculum moet, als dit de hymenaalring passeert, naar sacraal (iets naar beneden) worden gericht waardoor het de richting van de vagina volgt, en tegelijk om de lengte-as terug worden geroteerd. Breng het speculum tot in de fornix posterior. Openen speculum Open het speculum iets en kijk waar je zit, manipuleer voorzichtig zo dat de portio à vue komt, open het speculum verder zodat de portio centraal in het speculum zichtbaar wordt. Zet het speculum zo nodig vast. Een Seyffert speculum altijd met één hand bij het handvat vast blijven houden, anders kan het door het relatief zware handvat naar buiten glijden. Inspectie Fluor: hoeveelheid, kleur, consistentie, geur, Vaginazijwanden: kleur, rugae, laesies, zwelling, cyste, ontstekingsverschijnselen. Portio: vorm, grootte, kleur, oppervlak, laesies, onregelmatigheden, ovula Nabothi. Erythroplakie: positie, vorm, grootte. Ostium externum: positie, vorm (pinpoint, rond, streepvormig), grootte, uitvloed, aspect slijm. Fornices: de fornices posterior en laterales (de achter- en zijgewelven): inspectie op indicatie. Vagina voor en achterwand: deze kunnen worden geïnspecteerd tijdens het langzaam verwijderen van het speculum (zie daar). Beoordeel: kleur, laesies, zwelling, cyste, ontstekingsverschijnselen. Beoordeel alle gesignaleerde zwellingen en onregelmatigheden op: positie, vorm, grootte, oppervlak, kleur, begrenzing, drukpijnlijkheid Uitstrijkje maken Gebruik een cervexbrush. Zet de brush in het ostium externum en draai onder enige druk 360 graden Draai de cervexbrush tenminste 5 x rond, met de klok mee. De cervexbrush wordt in de bijbehorende vloeistof geschud. Stamp de brush 10 x op de bodem van het potje met medium. Sluit het potje tot het zwarte streepje boven het zwarte streepje staat. Vraag eventueel mevrouw het speculum vast te houden. Een uitstrijkje maken kan ook met een spatel of een cytobrush: kies in dat geval voor de spatel of de cytobrush, afhankelijk van de grootte van de erythroplakie. Gebruik de spitse kant van de spatel bij kleine of ontbrekende erythroplakie; gebruik de stompe kant van de spatel bij grote erythroplakie. Zet de spatel of cytobrush in het ostium externum en draai onder enige druk 360 graden rond. Strijk of rol gelijkmatig af op het dekglaasje; denk er bij gebruik van de spatel aan de kant waar de cellen zitten af te strijken. De cytobrush helemaal rond draaien op het glaasje. Fixeer direct op cm afstand (niet in de richting van mevrouw sprayen) Vraag eventueel mevrouw het speculum vast te houden. 22

23 Verwijderen speculum Maak het slot los. Open het speculum iets verder, en trek het wat terug, totdat de portio van de lepel afglijdt. Laat het speculum passief gedeeltelijk sluiten en trek langzaam verder terug waarbij de vagina voor- en achterwand kunnen worden beoordeeld. Zorg ervoor dat naar distaal (richting anus) gaande de spanning op het speculum wordt verminderd zodat het speculum niet uitgeperst wordt en pijn doet. Beweeg het speculum bij het uithalen dus niet. naar onderen, maar ook niet naar boven langs de urethra: haal het eruit zoals het ingebracht is. Vaak sluit het speculum niet passief en moet het actief gesloten worden. (Dit geldt vooral voor een Seyffert speculum) Zorg dat vaginawanden, labia en beharing hierbij niet beklemd raken. Uitvoering van het vaginaal toucher Trek handschoenen aan. Doe glijmiddel op de toucherende vingers. Taal: toucheren is: inwendig onderzoek doen. Niet zeggen even voelen, dit is te informeel taalgebruik. Spreid de labia minora iets onder het midden zoals bij het speculumonderzoek. Leg wijs- en middelvinger van de toucherende hand aan op de commissura posterior. Vraag mevrouw te persen. Taal: niet nu mag u persen maar wilt u even persen. Breng vervolgens twee vingers in tot aan de portio en fornices. Laat mevrouw stoppen met persen na passeren introïtus (hymenaal ring) Vermijd altijd contact met de clitoris! Trek de handschoen van de uitwendige hand uit. Zonder de uitwendige hand te gebruiken: Palpeer en beoordeel de vagina-achterwand bij het naar binnen gaan op zwellingen, laesies, drukpijnlijkheid, cèles. (Vagina voor- en zijwanden beoordelen tijdens terugtrekken vingers) De fornices palperen en beoordelen op inhoud en drukpijnlijkheid. Palpeer en beoordeel de portio: vorm, grootte, consistentie, oppervlak, consistentie, drukpijnlijkheid. Palpeer en beoordeel het ostium externum: positie, vorm, grootte. Beoordeel eventuele zwellingen en onregelmatigheden op positie, vorm, grootte, oppervlak, consistentie, begrenzing, drukpijnlijkheid. Beoordeel de fourchette op ontstekingen. Fourchette = fossa navicularis: kleine holte vlak voor de introïtus. Op indicatie: beoordeel de bekkenbodemspieren: introduceer de wijsvinger bovenlangs maar niet op de fourchette, laat de vinger vervolgens rusten op de bekkenbodemspieren en laat mevrouw deze spieren aanspannen en ontspannen. De bekkenbodemspieren lopen boogvormig onderlangs de vinger richting os pubis. Slingerpijn: neem de portio tussen wijs- en middelvinger; duw de portio over een afstand van één tot twee centimeter van links naar rechts en terug. Andere manier om slingerpijn te testen, soms gemakkelijker als de onderzoeker kleine handen heeft: Zet één of twee vingers naast de portio en beweeg deze één keer opzij en laat terug veren, zonodig herhalen. Idem aan de andere zijde. 23

24 Opstootpijn: zet de vingers tegen het ostium externum en beweeg de portio craniaal (richting hoofd mevrouw) en laat de portio op de vingers terug zakken; zonodig herhalen. Beoordeel de fornices: glad of hobbelig? weerstand? pijn? bomberend cavum Douglasi? Als portio en/of fornices niet goed gevoeld kunnen worden, dan de uitwendige hand inschakelen en iets op de buik drukken. Als portio en fornices zijn beoordeeld: de vingers iets terugtrekken, contact houden met de portio door de inwendige vingers onder de portio te houden of er tegenaan, en vervolgens de uitwendige hand inschakelen. De uitwendige hand inschakelen: De uitwendige hand is de steunhand waarmee op de buik wordt gedrukt. Palperen van de inwendige organen moet gezien worden als een dynamisch proces, waarbij uitwendige en inwendige hand samenwerken. De uitwendige hand is meerdere centimeters van de genitalia interna verwijderd en dient daardoor vooral als steunhand en om grove afwijkingen te voelen. Bij slanke vrouwen die goed ontspannen kan de fundus uteri, mits de uterus in AVF (voorover) ligt, met de uitwendige hand worden gevoeld, als de inwendige vingers ervoor zorgen dat de uterus naar ventraal (boven) wordt opgeduwd. Gezien de dikte van de buikwand (adipositas), en het eventueel aanspannen ervan (ten gevolge van pijn), kan informatie over de genitalia interna meestal alleen maar worden verkregen met de inwendige hand, met daarbij de uitwendige hand als steunhand.. Vraag mevrouw zoveel mogelijk te ontspannen en rustig te ademen. Leg de uitwendige hand vlak, overdwars, in de mediaanlijn onder de navel op de buik, en druk met de ulnaire zijde van de hand naar dorsaal en caudaal (naar achteren en beneden) op de buik met een herhalende beweging. Verricht deze handeling op het moment dat mevrouw, na te hebben ingeademd, op verzoek langzaam gaat uitademen, daarbij de buikspieren zo slap mogelijk houdend. Prik niet in de buik! (Geeft spierspanning in de buik) Bij adipositas is het raadzaam met de uitwendige hand de panniculus eerst naar craniaal te wrijven en dan pas de schoepende beweging te maken. De inhoud van de onderbuik wordt door de druk naar de inwendige vingers verplaatst. Dan de uitwendige hand al drukkend gefixeerd houden en met de inwendige vingers het naar beneden gebrachte weefsel beoordelen. Is er niets veranderd, dan dezelfde procedure met de in- en uitwendige hand, maar begin dan met de uitwendige hand enkele centimeters lager. Neem zo enkele stappen totdat weefsel tussen uit- en inwendige hand kan worden gefixeerd en met de vingers goed kan worden beoordeeld. Beoordeling uterus Palpeer en beoordeel de uterus op stand, vorm, grootte, consistentie, oppervlak, beweeglijkheid, drukpijnlijkheid. Beoordeel eventuele zwellingen en onregelmatigheden steeds systematisch. Ook de fornices kunnen zo worden beoordeeld: let op weerstand, knobbeltjes (fornix posterior), pijn, strengen. Beoordeling adnexa (ovaria) Ovaria zijn gevoelig! Plaats de uitwendige hand vlak, in de lengte, mediaal van het rechter SIAS (spina iliaca anterior superior) voor onderzoek van het rechter ovarium. en mediaal van het linker SIAS voor het linker ovarium. Breng met de uitwendige hand het weefsel met een zelfde beweging als hierboven beschreven is richting inwendige hand. Plaats de inwendige vingers achter in de laterale fornix aan de kant van het te onderzoeken ovarium. Als het ovarium voldoende naar beneden is gebracht het ovarium met de inwendige vingers van dorsaal naar ventraal gaand (van achter naar voor) palperen. Bij slanke vrouwen die goed ontspannen kan soms het ovarium direct tussen uitwendige- en inwendige hand gevoeld worden. Een ovarium kan niet met de uitwendige hand alleen 24

25 gevoeld worden. Bij minder slanke vrouwen is de uitwendige hand vooral de steunhand, en wordt het ovarium gevoeld met de inwendige hand. Verricht deze handeling op het moment dat mevrouw, na te hebben ingeademd, op verzoek langzaam gaat uitademen, daarbij de buikspieren zo slap mogelijk houdend. Beoordeel de ovaria naar: vorm, grootte, consistentie, oppervlak, pijn, mobiliteit, ligging. Herhaal de beweging zonodig meer naar mediaal of lateraal, om het ovarium te vinden. Ovaria niet fixeren (Dat kan gevoelig zijn) Andere zijde idem; waarschuw voor het draaien van de vingers. Trek de toucherende vingers terug en beoordeel de vaginawanden nogmaals. Kijk of er bloed op de vingers zit of bijzondere fluor, maak een vuist en trek de handschoen boven een afvalbak uit, zonder te spatten. Tenzij het rectovaginaal toucher volgt: Rectovaginaal toucher Aansluitend aan het vaginaal toucher volgt zo nodig het RVT Inspecteer de handschoen op bloed en slijm, zonodig schone handschoen aantrekken; dan glijmiddel op wijs- en middelvinger. Extra glijmiddel gebruiken op de rectale vinger (als geen schone handschoen is aangetrokken) De wijsvinger wordt gedeeltelijk in de vagina ingebracht (of daar gelaten) en de top van de middelvinger wordt tegen de voorzijde van de sphincter ani gelegd (kijk of de vinger op de juiste plaats wordt gezet en laat mevrouw even proefpersen) Vraag mevrouw te persen, breng de middelvinger een stukje naar binnen, laat mevrouw stoppen met persen; herhaal dit tot de vinger ver genoeg is ingebracht, schuin naar achteren gericht (richting van het rectum) Beoordeel de sfinctertonus. Laat de kringspier even tot rust komen na inbrengen vinger. Tast het septum rectovaginale af (strengen? verdikking? tumortjes? cèles? pijn?) Palpeer en beoordeel de achterzijde van portio en uterus, voor zover mogelijk. Palpeer met de rectale vinger het gebied achter en hoog achter de cervix (cavum Douglasi) op onregelmatigheden, knobbeltjes, pijn en vulling van cavum Douglasi. Beoordeel eventuele zwellingen en onregelmatigheden systematisch. Trek de vingers langzaam en in een vloeiende beweging rustig terug en bekijk aan het einde de handschoen (discreet) op eventueel bloed. Maak een vuist en trek de handschoen boven een afvalbak uit, zonder te spatten. Na het onderzoek Help mevrouw overeind en bied een maandverbandje aan. Geef aan dat mevrouw zich kan aankleden. Nodig mevrouw uit het onderzoek en de bevindingen te bespreken in de spreekkamer. 25

26 26

27 Bijlage 3 Checklist Gynaecologisch onderzoek I Gynaecologisch onderzoek met een speculum Voor het onderzoek Stelt zich voor uitleg onderzoek vragen naar eerdere ervaringen, menstruatie, lege blaas ruimte voor vragen ontkleedinstructie en zorgen dat mw comfortabel ligt sieraden en horloge af mouwen omhoog, handen wassen Voorbereiding uitstrijkje legt klaar: objectglaasje, fixeer, spatel, cytobrush of cervexbrush speculum, handschoenen schrijft naam en geboortedatum op het glaasje Voorbereiding speculumonderzoek trekt handschoenen aan richt de lichtbron bevochtigt en verwarmt het speculum controleert de temperatuur van het speculum bij zichzelf idem bij mw aan binnenzijde dij Inspectie inspecteert en beschrijft vulva en peri-anaal gebied Inbrengen speculum spreidt de labia minora en houdt deze gespreid zet het speculum op de commissura posterior in de juiste stand met enige druk vraagt mw even mee te persen en kondigt inbrengen aan brengt eerste deel van het speculum schuin in vraagt mw te stoppen met persen brengt het speculum langzaam in, naar sacraal en roteert tegelijkertijd om de lengte-as brengt het speculum in tot in de fornix posterior Openen speculum opent het speculum en heeft de portio à vue zet het speculum vast en houdt het vast Inspectie Inspecteert en beschrijft: portio: vorm; grootte; aspect epitheel erythroplakie: positie; vorm; grootte ostium: positie; vorm; grootte; uitvloed fornices: zwellingen vaginazijwanden: aspect; kleur; laesies; ontstekingsverschijnselen fluor: hoeveelheid; kleur; consistentie beoordeelt eventuele zwelling/onregelmatigheid op: positie; vorm; grootte; oppervlak; kleur; begrenzing 27

28 Uitstrijkje maken gebruikt spatel of cytobrush (afhankelijk van de grootte van de erythroplakie) of cervexbrush zet spatel (of cytobrush) op zes uur en draait onder enige druk 360 graden vraagt eventueel mw het speculum vast te houden strijkt (of rolt) gelijkmatig af op het dekglaasje (in de juiste richting) fixeert direct en op de juiste wijze of draait cervexbrush onder enige druk minimaal 5 keer rond en stampt de cervexbrush 10 keer op de bodem van het potje met medium Verwijderen speculum opent het speculum iets verder en trekt wat terug tot voorbij de portio controleert het slot laat het speculum (passief) sluiten en trekt verder terug het speculum wordt er in de juiste stand over de commissura posterior uitgehaald Tijdens het onderzoek houdt regelmatig, oogcontact vraagt naar pijn let op reacties geeft uitleg over het onderzoek Na het onderzoek helpt patiënte overeind en biedt een maandverbandje/washandje aan geeft aan dat patiënte zich kan aankleden nodigt uit om het onderzoek en bevindingen te bespreken in de spreekkamer handen wassen Algemeen is in staat kennis over de vaardigheid te tonen 28

29 Bijlage 4 Checklist Gynaecologisch onderzoek 2 Vaginaal en rectovaginaal toucher Voor het onderzoek Stelt zich voor uitleg onderzoek vragen naar eerdere ervaringen, menstruatie, lege blaas ruimte voor vragen ontkleedinstructie en zorgen dat mw comfortabel ligt sieraden en horloge af mouwen omhoog, handen wassen Voorbereiding trekt handschoenen aan doet glijmiddel op de toucherende vingers Inspectie inspecteert en beschrijft vulva en peri-anaal gebied Start van toucher spreidt de labia minora legt wijs- en middelvinger aan op de achterste commissura vraagt mevrouw even mee te persen en kondigt inbrengen aan brengt twee vingers in laat mevrouw stoppen met persen na passeren introïtus vermijdt contact met de clitoris Vaginaal toucher Palpeert en beschrijft: bij het naar binnen gaan wordt de vagina-achterwand gepalpeerd en beoordeeld fornices ( li, re, v, a ) worden gepalpeerd en beoordeeld op: inhoud, drukpijnlijkheid de portio wordt gepalpeerd en beoordeeld op: vorm, grootte, oppervlak, consistentie, drukpijnlijkheid het ostium wordt gepalpeerd en beoordeeld op: positie, vorm, grootte eventuele zwellingen/onregelmatigheden worden beoordeeld op: positie, vorm, grootte, oppervlak, consistentie, begrenzing/relatie met de omgeving, drukpijnlijkheid onderzoekt of er sprake is van opstootpijn onderzoekt of er sprake is van slingerpijn plaatst de uitwendige hand boven de symfyse (bij voorkeur zonder handschoen) prikt niet in de buik palpeer en beoordeelt de uterus op stand, vorm, grootte, consistentie, beweeglijkheid, drukpijnlijkheid beschrijft eventuele zwellingen/onregelmatigheden 29

30 waarschuwt mevrouw dat het palperen van de adnexen een vervelend gevoel kan geven legt de uitwendige hand vlak op de buik juist mediaal van de SIAS maakt een scheppende strijkbeweging met de vingers van beide handen waarschuwt voor het draaien van de vingers palpeert de contralaterale zijde trekt de toucherende vingers terug en beoordeelt daarbij de vaginavoorwand en de zijwanden Rectovaginaal toucher haalt de middelvinger uit de vagina inspecteert handschoen op slijm en/of bloed zet de middelvinger op de anus vraagt mevrouw om te persen brengt de middelvinger een stukje naar binnen laat mevrouw stoppen met persen beoordeelt de sfinctertonus brengt de vingers verder in palpeert en beoordeelt het septum rectovaginale op: zwellingen, kèles palpeert en beoordeelt het cavum Douglasi op: inhoud, drukpijnlijkheid palpeert en beoordeelt de achterzijde van de portio en de uterus beoordeelt eventuele zwellingen en onregelmatigheden systematisch trekt de vingers in een vloeiende beweging terug en inspecteert de handschoen Tijdens het onderzoek houdt regelmatig oogcontact vraagt naar pijn, let op reacties geeft uitleg over het onderzoek Na het onderzoek geeft aan dat de patiënte zich kan aankleden en biedt een maandverbandje/washandje aan nodigt uit om het onderzoek en de bevindingen te bespreken in de spreekkamer handen wassen Algemeen is in staat kennis over de vaardigheid te tonen 30

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Eerste bezoek aan de gynaecoloog Eerste bezoek aan de gynaecoloog Afdeling gynaecologie Eerste bezoek aan de gynaecoloog U heeft binnenkort in Medisch Centrum Alkmaar (MCA) een afspraak met een gynaecoloog. U komt voor het eerst. In deze

Nadere informatie

Het eerste consult bij de gynaecoloog

Het eerste consult bij de gynaecoloog Het eerste consult bij de gynaecoloog Het eerste bezoek aan de gynaecoloog begint met een gesprek g waarin u uw klacht vertelt en de gynaecoloog u vragen stelt. Hierna volgt zo nodig een uitwendig en/of

Nadere informatie

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Eerste bezoek aan de gynaecoloog Eerste bezoek aan de gynaecoloog Patiënteninformatie Eerste bezoek aan de gynaecoloog Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoe zien de geslachtsorganen eruit 3 Het gesprek(anamnese) 4 Het gynaecologisch onderzoek

Nadere informatie

Het gynaecologisch onderzoek in de huisartspraktijk

Het gynaecologisch onderzoek in de huisartspraktijk Het gynaecologisch onderzoek in de huisartspraktijk Drs. M.H.J. den Hollander Het maken van een uitstrijkje en klachten over afscheiding en/of jeuk van onderen zijn in de huisartspraktijk veel voorkomende

Nadere informatie

V-lijn gynaecologie. Overzicht. Handen. Handschoenen. Onderzoeksstoel 14/02/2011. Het gynaecologisch onderzoek Wat wel en wat niet!

V-lijn gynaecologie. Overzicht. Handen. Handschoenen. Onderzoeksstoel 14/02/2011. Het gynaecologisch onderzoek Wat wel en wat niet! Het gynaecologisch onderzoek Wat wel en wat niet! V-lijn gynaecologie Inleidingsles 3 de bachelor geneeskunde Overzicht Patiënte (geruststelling en instructies) Handen Reden van het bezoek (routine, SOA

Nadere informatie

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Eerste bezoek aan de gynaecoloog Eerste bezoek aan de gynaecoloog Patiënteninformatie Eerste bezoek aan de gynaecoloog Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoe zien de geslachtsorganen eruit 3 Het gesprek(anamnese) 4 Het gynaecologisch onderzoek

Nadere informatie

Toetsstation. Aanmeten en controle ringpessarium

Toetsstation. Aanmeten en controle ringpessarium Toetsstation Aanmeten en controle ringpessarium Alg lgeme mene gegevens Classificatiecode(s) X87 Doelstelling Toetsen of de kandidaat in staat is in een ringpessarium aan te meten en te plaatsen. Duur

Nadere informatie

Stand Zwellingen Preputium Preputium (terug) laten schuiven Pijn Smegma Ulceraties Roodheid

Stand Zwellingen Preputium Preputium (terug) laten schuiven Pijn Smegma Ulceraties Roodheid Andrologisch onderzoek Inspectie -In de pubisstreek: kijken naar beharingspatroon, krabeffecten en zwellingen -Controle liezen: littekens, zwellingen in rust of tijdens persen Beoordeling penis: Stand

Nadere informatie

Inhoudsopgave. I. Inleiding 03. 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers 05 2. Verplichtingen, studievoorbereiding en toetsing 06 3.

Inhoudsopgave. I. Inleiding 03. 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers 05 2. Verplichtingen, studievoorbereiding en toetsing 06 3. Inhoudsopgave Pag. I. Inleiding 03 II. Algemene informatie 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers 05 2. Verplichtingen, studievoorbereiding en toetsing 06 3. Boekenlijst 07 III. Het onderwijs: doelstellingen,

Nadere informatie

Toetsstation. Cervixuitstrijk

Toetsstation. Cervixuitstrijk Toetsstation Cervixuitstrijk Alg lgeme mene gegevens Classificatiecode(s) X37, X86 Doelstelling Toetsen of de kandidaat in staat is op correcte wijze een cervixuitstrijk te verrichten op een gynaecologisch

Nadere informatie

Eerste bijeenkomst. Basisscholing. Colofon. Programma. Presentatie dag 1 BSC - Versie Cervixscreening. Eerste bijeenkomst

Eerste bijeenkomst. Basisscholing. Colofon. Programma. Presentatie dag 1 BSC - Versie Cervixscreening. Eerste bijeenkomst Eerste bijeenkomst Basisscholing Cervixscreening Colofon Uitgave NHG NVDA NVOG NVVP RIVM Screeningsorganisaties VAP Bilthoven, 2018. De Basisscholing Cervixscreening mag worden gebruikt door iedereen die

Nadere informatie

Colposcopie en ablatio

Colposcopie en ablatio Colposcopie en ablatio In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten een colposcopie te laten verrichten op de polikliniek Verloskunde en Gynaecologie van het Radboudumc. Colposcopie is een onderzoek

Nadere informatie

Bloedverlies na de overgang

Bloedverlies na de overgang Bloedverlies na de overgang Patiënteninformatie Bloedverlies na de overgang 1 Inleiding De overgang (menopauze) is de periode waarin vrouwen voor het laatst menstrueren. Eerst worden de menstruaties onregelmatig

Nadere informatie

Pessarium bij genitale verzakking en incontinentie

Pessarium bij genitale verzakking en incontinentie Pessarium bij genitale verzakking en incontinentie Pessarium bij genitale verzakking en incontinentie Een pessarium is een kunststof voorwerp dat in de vagina kan worden ingebracht om de verzakking te

Nadere informatie

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Gynaecologie Beter voor elkaar 2 Inleiding Door middel van deze folder wil het Ikazia Ziekenhuis u enige informatie geven. Deze folder geeft

Nadere informatie

Een blaas eenmalig katheteriseren bij een zorgvrager

Een blaas eenmalig katheteriseren bij een zorgvrager 1 1 1 1 0 1 0 0 1 Opdrachtformulier Een blaas eenmalig katheteriseren bij een zorgvrager Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek

Nadere informatie

PATIËNTENINFORMATIE ECHOSCOPIE IN DE GYNAECOLOGIE EN BIJ VRUCHTBAARHEIDSPROBLEMEN

PATIËNTENINFORMATIE ECHOSCOPIE IN DE GYNAECOLOGIE EN BIJ VRUCHTBAARHEIDSPROBLEMEN PATIËNTENINFORMATIE ECHOSCOPIE IN DE GYNAECOLOGIE EN BIJ VRUCHTBAARHEIDSPROBLEMEN ECHOSCOPIE IN DE GYNAECOLOGIE EN BIJ VRUCHTBAARHEIDSPROBLEMEN Door middel van deze folder wil Maasstad Ziekenhuis u informeren

Nadere informatie

Maatschap Gynaecologie. (sub)totaalruptuur

Maatschap Gynaecologie. (sub)totaalruptuur Maatschap Gynaecologie (sub)totaalruptuur Algemeen Tijdens de bevalling is er een totaalruptuur of een subtotaal ruptuur ontstaan. Deze folder geeft u informatie over wat een (sub)totaalruptuur is en wat

Nadere informatie

urineverlies bij vrouwen incontinentie

urineverlies bij vrouwen incontinentie patiënteninformatie urineverlies bij vrouwen incontinentie Met incontinentie wordt bedoeld: ongewild urineverlies. Veel vrouwen verliezen ongewild urine bij inspanning of hebben te vaak en te snel aandrang

Nadere informatie

H Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

H Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen H.92043.0116 Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Inleiding Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie zoals gebruikt in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsonderzoek.

Nadere informatie

Vaginaal bloedverlies

Vaginaal bloedverlies Vaginaal bloedverlies Stellingen 1 Bij onregelmatig bloedverlies doe je altijd een SOA-test. Juist/onjuist 2 Bij doorbraakbloedingen geef je een pil met een hoger oestrogeen gehalte. Juist/onjuist 3 Stoppen

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Refaja Ziekenhuis Stadskanaal Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen ECHOSCOPIE IN DE GYNAECOLOGIE EN BIJ VRUCHTBAARHEIDSPROBLEMEN INLEIDING Deze folder geeft algemene informatie

Nadere informatie

Verzakking en incontinentieproblemen bij vrouwen VIP Poli

Verzakking en incontinentieproblemen bij vrouwen VIP Poli Verzakking en incontinentieproblemen bij vrouwen VIP Poli H.313157.0610 Inleiding U bent via uw huisarts aangemeld voor de VIP poli. Om in korte tijd zonder herhaalbezoeken een beeld te kunnen krijgen

Nadere informatie

Curettage. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Curettage. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Curettage Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Uw arts heeft een curettage geadviseerd. Deze ingreep wordt door de gynaecoloog in het ziekenhuis verricht. Tijdens de curettage wordt met een soort lepeltje,

Nadere informatie

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur

Verdiepingsmodule. Vaardigheid schouderonderzoek. Schoudersklachten: Vaardigheid schouderonderzoek. 1. Toelichting. 2. Doel, doelgroep en tijdsduur Schoudersklachten: 1. Toelichting Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG Standaard van oktober 2008 (tweede herziening). De anatomie van de schouder is globaal wel bekend bij de huisarts. Veelal

Nadere informatie

Inscheuring tijdens de bevalling oftewel een (sub)totaalruptuur. Wat nu?

Inscheuring tijdens de bevalling oftewel een (sub)totaalruptuur. Wat nu? Inscheuring tijdens de bevalling oftewel een (sub)totaalruptuur Wat nu? Als tijdens de bevalling scheurtjes ontstaan in de huid, het weefsel tussen de vagina en de anus (het perineum) en in de kringspier

Nadere informatie

Protocol aanmeten en inbrengen pessarium bij prolaps

Protocol aanmeten en inbrengen pessarium bij prolaps Aanmeten en inbrengen pessarium bij prolaps Protocol aanmeten en inbrengen pessarium bij prolaps Naam van de praktijk Protocolnummer: Auteur: Beheerder (naam): Bestemd voor (functie(s)): Doel: Versie:

Nadere informatie

Vulvapoli. Gynaecologie en Dermatologie

Vulvapoli. Gynaecologie en Dermatologie Vulvapoli Gynaecologie en Dermatologie Vulvapoli De Vulvapoli is een samenwerking tussen de afdelingen Dermatologie (huidziekten) en Gynaecologie (vrouwenziekten). Vulva betekent de uitwendige geslachtsdelen

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Kiné na een hysterectomie

PATIËNTEN INFORMATIE. Kiné na een hysterectomie PATIËNTEN INFORMATIE Kiné na een hysterectomie 2 Mevrouw De revalidatie na de operatie is een belangrijk onderdeel van je genezing. Met deze folder willen we je alvast wat goede raad meegeven: Oefen je

Nadere informatie

Gynaecologie. Het uitstrijkje, colposcopie, lisexcisie en conisatie

Gynaecologie. Het uitstrijkje, colposcopie, lisexcisie en conisatie Gynaecologie Het uitstrijkje, colposcopie, lisexcisie en conisatie Algemeen Bij een uitstrijkje neemt de arts met een borstel of spatel cellen van de baarmoedermond af. Aan het uitstrijkje is te zien

Nadere informatie

echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen patiënteninformatie echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Inleiding Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie zoals gebruikt in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsonderzoek.

Nadere informatie

Gezondheid en ziekte

Gezondheid en ziekte 13 2 Gezondheid en ziekte 2.1 Inleiding 14 2.2 Consult 14 2.3 Ziekteoorzaken 15 2.3.1 Endogene oorzaken 15 2.3.2 Exogene oorzaken 15 2.4 Woordenlijst 16 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer

Nadere informatie

Astma en COPD VRAAG OVER UW MEDICIJNEN? VRAAG HET UW APOTHEKER

Astma en COPD VRAAG OVER UW MEDICIJNEN? VRAAG HET UW APOTHEKER Astma en COPD WAT ZIJN DE KLACHTEN MEDICIJNEN OM UW KLACHTEN TE VERMINDEREN WAT KAN UW APOTHEKER VOOR U DOEN ADVIES IN EEN PERSOONLIJK GESPREK INFORMATIE MEDICIJNEN OP RECEPT VRAAG OVER UW MEDICIJNEN?

Nadere informatie

Gynaecologische echoscopie. Polikliniek Gynaecologie

Gynaecologische echoscopie. Polikliniek Gynaecologie Gynaecologische echoscopie Polikliniek Gynaecologie Inleiding Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie (echo). Een gynaecologische echo wordt gemaakt om de baarmoeder, de eierstokken en de

Nadere informatie

HECHTEN VAN HET PERINEUM

HECHTEN VAN HET PERINEUM HECHTEN VAN HET PERINEUM Lien Smet 7 mei 2013 1 Procedure hechten 1.1 Materiaal 1.1.1 Instrumentarium: Naaldvoerder: minstens 22cm lang, schaar, anatomisch pincet: minstens 20cm lang, chirurgisch pincet:

Nadere informatie

GYNAECOLOGIE. In overleg met de gynaecologen hebben wij een oefenschema opgesteld om u zo snel mogelijk na de operatie te activeren.

GYNAECOLOGIE. In overleg met de gynaecologen hebben wij een oefenschema opgesteld om u zo snel mogelijk na de operatie te activeren. GYNAECOLOGIE Oefenschema na gynaecologische operatie Het doel van de oefeningen In overleg met de gynaecologen hebben wij een oefenschema opgesteld om u zo snel mogelijk na de operatie te activeren. Bij

Nadere informatie

echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen patiënteninformatie echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie zoals gebruikt in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsonderzoek.

Nadere informatie

AMBULANTE HYSTEROSCOPIE. ( in de baarmoeder kijken ) INFORMATIE VOOR PATIËNTEN

AMBULANTE HYSTEROSCOPIE. ( in de baarmoeder kijken ) INFORMATIE VOOR PATIËNTEN AMBULANTE HYSTEROSCOPIE ( in de baarmoeder kijken ) INFORMATIE VOOR PATIËNTEN WAT IS EEN AMBULANTE HYSTEROSCOPIE? Hysteroscopie betekent letterlijk in de baarmoeder kijken. Een hysteroscoop is een dun

Nadere informatie

Het aanleggen van een drukverband om de pols, duimmuis, knie, enkel en elleboog

Het aanleggen van een drukverband om de pols, duimmuis, knie, enkel en elleboog OPDRACHTFORMULIER Het aanleggen van een drukverband om de pols, duimmuis, knie, enkel en elleboog Naam student: Datum: Voordat je gaat oefenen 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Kiné. op de kraamafdeling

PATIËNTEN INFORMATIE. Kiné. op de kraamafdeling PATIËNTEN INFORMATIE Kiné op de kraamafdeling 2 Beste mama Tijdens je verblijf op de kraamafdeling word je overstelpt met ervaringen, emoties en heel veel informatie. Daarom stelden de kinesisten van het

Nadere informatie

INFO VOOR PATIËNTEN GYNAECOLOGISCH ONDERZOEK

INFO VOOR PATIËNTEN GYNAECOLOGISCH ONDERZOEK INFO VOOR PATIËNTEN GYNAECOLOGISCH ONDERZOEK INHOUD 01 Verloop van het onderzoek 4 02 Baarmoederhalsuitstrijkje 6 03 Echografie 7 04 Preventief gynaecologisch onderzoek 7 05 Gynaecologisch onderzoek bij

Nadere informatie

Een verblijfskatheter inbrengen bij een vrouw

Een verblijfskatheter inbrengen bij een vrouw 1 1 1 1 0 1 0 0 1 Opdrachtformulier Een verblijfskatheter inbrengen bij een vrouw Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze

Nadere informatie

Curettage. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Curettage. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Curettage Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Uw arts heeft een curettage geadviseerd. Deze ingreep wordt door de gynaecoloog in het ziekenhuis verricht. Tijdens de curettage wordt met een soort lepeltje,

Nadere informatie

Patiënteninformatie. UroGynaecologie Gezamenlijk spreekuur Urologie/Gynaecologie 1e bezoek

Patiënteninformatie. UroGynaecologie Gezamenlijk spreekuur Urologie/Gynaecologie 1e bezoek Patiënteninformatie UroGynaecologie Gezamenlijk spreekuur Urologie/Gynaecologie 1e bezoek 2 Inleiding Het uro/ gyn spreekuur is een gezamenlijk spreekuur van de gynaecoloog en de uroloog.u wordt naar dit

Nadere informatie

Examen A. een afgeronde hbo of universitaire opleiding in de gezondheidszorg of menswetenschappen.

Examen A. een afgeronde hbo of universitaire opleiding in de gezondheidszorg of menswetenschappen. Examen A Voorwaarden voor deelname aan Examen A: een afgeronde hbo of universitaire opleiding in de gezondheidszorg of menswetenschappen. praktische ervaring met het werken met patiënten/cliënten. hbo

Nadere informatie

Urodynamisch onderzoek urologie

Urodynamisch onderzoek urologie Urodynamisch onderzoek urologie 2 Binnenkort krijgt u een urodynamisch onderzoek (blaasdruk meting) op de polikliniek urologie. Met dit onderzoek wil de arts inzicht krijgen in uw plasklachten. Urodynamisch

Nadere informatie

H.218408.0514. Echoscopie tijdens de zwangerschap

H.218408.0514. Echoscopie tijdens de zwangerschap H.218408.0514 Echoscopie tijdens de zwangerschap 2 Inleiding Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie tijdens de zwangerschap. Uw verloskundige, huisarts of gynaecoloog bespreekt met u waarom

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Sneltraject. abnormaal vaginaal bloedverlies

PATIËNTEN INFORMATIE. Sneltraject. abnormaal vaginaal bloedverlies PATIËNTEN INFORMATIE Sneltraject abnormaal vaginaal bloedverlies Door middel van deze informatiefolder wil het Maasstad Ziekenhuis u informeren over het sneltraject abnormaal vaginaal bloedverlies. Bij

Nadere informatie

De curettage. Gynaecologie

De curettage. Gynaecologie De curettage Gynaecologie Curettage Uw arts heeft een curettage geadviseerd. Deze ingreep wordt door een gynaecoloog in het ziekenhuis verricht. Tijdens de curettage wordt met een soort lepeltje, de curette,

Nadere informatie

VOOR DE ThinPrep@ PAP TEST EEN REPRESENTATIEVE DUNNE LAAG CELLEN. De nieuwe generatie cervixuitstrijkjes

VOOR DE ThinPrep@ PAP TEST EEN REPRESENTATIEVE DUNNE LAAG CELLEN. De nieuwe generatie cervixuitstrijkjes VOOR DE ThinPrep@ PAP TEST EEN REPRESENTATIEVE DUNNE LAAG CELLEN De nieuwe generatie cervixuitstrijkjes lm1f ---- 0 Monster uit baarmoederhals IJ Uitgestreken objectglaasje \ J, EEN NIET,REPRESENTATIEf

Nadere informatie

Hulp bieden bij de uitscheiding: manueel ontlasting verwijderen

Hulp bieden bij de uitscheiding: manueel ontlasting verwijderen 1 1 1 1 0 1 0 1 0 1 0 OPDRACHTFORMULIER Hulp bieden bij de uitscheiding: manueel ontlasting verwijderen Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen.

Nadere informatie

Het oraal, transcutaan, rectaal en vaginaal toedienen van medicijnen

Het oraal, transcutaan, rectaal en vaginaal toedienen van medicijnen 0 0 0 0 0 0 Opdrachtformulier Het oraal, transcutaan, rectaal en vaginaal toedienen van medicijnen Naam student: Datum: Voordat je gaat oefenen Lees het instructieformulier van deze vaardigheid en noteer

Nadere informatie

Het aanleggen van een vinger-, duim-, een duimmuis- en een vuistverband

Het aanleggen van een vinger-, duim-, een duimmuis- en een vuistverband OPDRACHTFORMULIER Het aanleggen van een vinger-, duim-, een duimmuis- en een vuistverband Naam student: Datum: Voordat je gaat oefenen 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen

Nadere informatie

Ambulante hysteroscopie

Ambulante hysteroscopie Ambulante hysteroscopie De bedoeling van deze brochure is om wat meer informatie te geven over de geplande ingreep: de ambulante hysteroscopie. Zoals steeds bij elke ingreep kan het eigenlijke verloop

Nadere informatie

Uitstrijkje. Inleiding. Wat is een uitstrijkje? Het onderzoek. Onderzoek van de cellen

Uitstrijkje. Inleiding. Wat is een uitstrijkje? Het onderzoek. Onderzoek van de cellen Uitstrijkje H06.018-05 Inleiding In deze folder vindt u informatie over het uitstrijkje. Dit is een eenvoudig onderzoek om veranderingen in de cellen van de baarmoedermond en baarmoederhals op te sporen.

Nadere informatie

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Gynaecologie Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is echoscopie?... 3 Hoe wordt een echo gemaakt?... 3 Waarom wordt echoscopie verricht?...

Nadere informatie

Diagnostische hysteroscopie

Diagnostische hysteroscopie Diagnostische hysteroscopie Gynaecologie Locatie Hoorn/Enkhuizen U heeft een afspraak voor een poliklinisch onderzoek van de baarmoeder op:...dag...... om...uur. U kunt zich melden bij de balie in de centrale

Nadere informatie

Bekkenfysiotherapie. Gynaecologie

Bekkenfysiotherapie. Gynaecologie Bekkenfysiotherapie Gynaecologie BEKKENFYSIOTHERAPIE 1. Wat is bekkenfysiotherapie? 2. Wat is het verschil met gewone fysiotherapie? 3. Wanneer is bekkenfysiotherapie zinvol? 4. Hoe werkt de bekkenfysiotherapeut?

Nadere informatie

Het inbrengen van een verzakkingsring (pessarium) Gynaecologie

Het inbrengen van een verzakkingsring (pessarium) Gynaecologie Het inbrengen van een verzakkingsring (pessarium) Gynaecologie Omdat u last hebt van een verzakking of urineverlies wordt bij u een verzakkingsring ingebracht. Deze ring wordt ook wel pessarium genoemd.

Nadere informatie

Voor een betere bevalling en een sneller herstel. Epi-no. Handleiding

Voor een betere bevalling en een sneller herstel. Epi-no. Handleiding Voor een betere bevalling en een sneller herstel Epi-no Handleiding 1 Productomschrijving De Epi-no Delphine en de Epi-no Delphine Plus, pre en postnatale trainer, zijn ontworpen, ontwikkeld en vervaardigd

Nadere informatie

Inhoudsopgave studenthandleiding Beweging

Inhoudsopgave studenthandleiding Beweging Inhoudsopgave studenthandleiding Beweging Inleiding 3 Algemene informatie 1. Belangrijke adressen en telefoonnummers 5 2. Verplichtingen en studievoorbereiding 7 3. Boekenlijst 9 4. Oefenen met medestudenten

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Incontinentie

Patiënteninformatie. Incontinentie Incontinentie Patiënteninformatie Incontinentie Inhoudsopgave 1 Inleiding 1.1 Inspanningsincontinentie 1.2 Aandrangincontinentie 1.3 Gemengde incontinentie 2 Eerste consult 3 Onderzoek 4 Behandelingen

Nadere informatie

Uitstrijkjesspreekuur Bernhoven: afwijkend uitstrijkje, colposcopie en lisexcisie

Uitstrijkjesspreekuur Bernhoven: afwijkend uitstrijkje, colposcopie en lisexcisie Uitstrijkjesspreekuur Bernhoven: afwijkend uitstrijkje, colposcopie en lisexcisie U heeft een verwijzing gekregen naar het uitstrijkjespreekuur omdat u een afwijkende uitslag heeft van het uitstrijkje

Nadere informatie

Blaasfunctieonderzoek Bij het Regionaal Bekkenbodem Centrum

Blaasfunctieonderzoek Bij het Regionaal Bekkenbodem Centrum Blaasfunctieonderzoek Bij het Regionaal Bekkenbodem Centrum Albert Schweitzer ziekenhuis juli 2014 pavo 1142 Inleiding U heeft een afspraak voor een blaasfunctieonderzoek op: dag om uur op het Regionaal

Nadere informatie

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Gynaecologie Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is echoscopie?... 3 Hoe wordt een echo gemaakt?... 3 Waarom wordt echoscopie verricht?...

Nadere informatie

Onderzoek Behandeling Fysiotherapie Operatie

Onderzoek Behandeling Fysiotherapie Operatie Stressincontinentie U bent patiënt bij de afdeling urologie van VU medisch centrum (VUmc). VU medisch centrum is een universitair medisch centrum waar medisch specialisten worden opgeleid. Zij doen zelfstandig

Nadere informatie

Gynaecologie, bezoek aan het spreekuur. Gynaecologie

Gynaecologie, bezoek aan het spreekuur. Gynaecologie Gynaecologie, bezoek aan het spreekuur Gynaecologie Bezoek aan het spreekuur Gynaecologie Inleiding U bent door uw huisarts of verloskundige doorverwezen om een gynaecoloog te bezoeken. In deze folder

Nadere informatie

Pessarium bij verzakking en incontinentie. Gynaecologie

Pessarium bij verzakking en incontinentie. Gynaecologie Pessarium bij verzakking en incontinentie Gynaecologie PESSARIUM BIJ VERZAKKING EN INCONTINENTIE Wat is een pessarium? Een pessarium is een soort kunststof kapje in de vagina. Hij wordt ook wel ring genoemd.

Nadere informatie

Fysiotherapie bij bekkenbodemproblemen

Fysiotherapie bij bekkenbodemproblemen 00 Fysiotherapie bij bekkenbodemproblemen aanvullende informatie bij de folder 'Bekkenbodemproblemen bij vrouwen' Poli Gynaecologie De inhoud van deze voorlichtingsfolder is mede samengesteld door de Nederlandse

Nadere informatie

Onderzoek en behandeling afwijkend uitstrijkje

Onderzoek en behandeling afwijkend uitstrijkje Onderzoek en behandeling afwijkend uitstrijkje Uitstrijkje, colposcopie, lis-excisie en conisatie Inhoud Uitstrijkje, colposcopie, lis-excisie en conisatie...1 Uitstrijkje... 2 Colposcopie... 4 Lis-excisie

Nadere informatie

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND FYSIOHOLLAND voorkom bekkenpijn Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? De therapeuten van FysioHolland geven tips. Veel vrouwen krijgen tijdens of na

Nadere informatie

Een afwijkend uitstrijkje en dan

Een afwijkend uitstrijkje en dan Een afwijkend uitstrijkje en dan Gynaecologie Locatie Langendijk Een afwijkend uitstrijkje en dan Binnenkort verwachten we u op het cervixspreekuur (cervix = baarmoederhals). De uitslag van uw uitstrijkje

Nadere informatie

Bekkenbodempolikliniek

Bekkenbodempolikliniek Patiënteninformatie Bekkenbodempolikliniek Informatie over de behandeling van incontinentie van urine, ontlastingproblemen of verzakkingsklachten bij vrouwen 1234567890-terTER_ Bekkenbodempolikliniek

Nadere informatie

Bloedverlies na de overgang

Bloedverlies na de overgang Bloedverlies na de overgang Ruth van der Zwaag, Irene van der Avoort, Clasien van der Houwen NVOG 23 november Deze folder is gebaseerd op de NVOG-richtlijn postmenopauzaal bloedverlies. Heeft u al een

Nadere informatie

Oefenen na een keizersnede

Oefenen na een keizersnede Oefenen na een keizersnede Inleiding U bent in het Albert Schweitzer Ziekenhuis op genomen omdat u een keizersnede heeft ondergaan. Hierdoor moet u nog een paar dagen in het ziekenhuis blijven. Een keizersnede

Nadere informatie

PROCTOLOGIE SPREEKUUR

PROCTOLOGIE SPREEKUUR PROCTOLOGIE SPREEKUUR Inleiding Proctologie houdt zich bezig met de diagnostiek en behandeling van aandoeningen rondom de anus. Om precies te zijn van: het proctum: ongeveer de laatste 10 cm van de darm.

Nadere informatie

Myomen. Gynaecologie

Myomen. Gynaecologie Myomen Gynaecologie U heeft van uw gynaecoloog te horen gekregen dat u myomen (vleesbomen) heeft. Deze folder geeft een overzicht van de klachten, het onderzoek en de behandeling van myomen. Myomen, ook

Nadere informatie

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen Deze folder geeft algemene informatie over echoscopie in het Kennemer Gasthuis

Nadere informatie

Handleiding voor (zelf)katheteriseren van de blaas

Handleiding voor (zelf)katheteriseren van de blaas Sophia Kinderziekenhuis Handleiding voor (zelf)katheteriseren van de blaas U heeft van uw behandelend arts gehoord dat uw kind gekatheteriseerd moet worden. Het is mogelijk dat uw kind dit zelf leert.

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Het uitstrijkje. van de baarmoederhals

PATIËNTEN INFORMATIE. Het uitstrijkje. van de baarmoederhals PATIËNTEN INFORMATIE Het uitstrijkje van de baarmoederhals 2 PATIËNTENINFORMATIE Door middel van deze informatiefolder wil het Maasstad Ziekenhuis u informeren over het uitstrijkje van de baarmoederhals.

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Verzakkingen

Patiënteninformatie. Verzakkingen Verzakkingen Patiënteninformatie Verzakkingen Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Wat is een verzakking 3 Het bekken 4 Verzakking van bekkenorganen 5 Soorten verzakkingen 6 Verschijnselen 7 Oorzaken 7.1 Bevalling

Nadere informatie

Female Genital Mutilation: het is niet altijd wat het lijkt! M. Caroline Vos Scholingsmiddag SFG 19 december 2013

Female Genital Mutilation: het is niet altijd wat het lijkt! M. Caroline Vos Scholingsmiddag SFG 19 december 2013 Female Genital Mutilation: het is niet altijd wat het lijkt! M. Caroline Vos Scholingsmiddag SFG 19 december 2013 Opbouw voordracht Introductie Facts and Figures Medische gevolgen Psychosociale gevolgen

Nadere informatie

Weer plassen na een blaasvervangende operatie Hautmann-blaas

Weer plassen na een blaasvervangende operatie Hautmann-blaas U heeft onlangs een operatie gehad waarbij uw eigen blaas is vervangen door een nieuwe blaas gemaakt van dunne darm. Binnenkort kan de katheter eruit en gaat u proberen zelf weer te plassen. Dit gaat anders

Nadere informatie

Oriënterend fertiliteitsonderzoek. Poli Gynaecologie

Oriënterend fertiliteitsonderzoek. Poli Gynaecologie 00 Oriënterend fertiliteitsonderzoek Poli Gynaecologie 1 De inhoud van deze voorlichtingsfolder is mede samengesteld door de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Deze folder is

Nadere informatie

Fysiotherapie rondom een prolapsoperatie

Fysiotherapie rondom een prolapsoperatie Fysiotherapie rondom een prolapsoperatie Inleiding In deze folder is informatie opgenomen over het belang van fysiotherapie rondom een prolapsoperatie. Een ander woord voor prolaps is verzakking. Alle

Nadere informatie

Abnormaal vaginaal bloedverlies. Gynaecologie

Abnormaal vaginaal bloedverlies. Gynaecologie Abnormaal vaginaal bloedverlies Gynaecologie Uw huisarts heeft u verwezen naar de gynaecoloog omdat u klachten heeft van abnormaal vaginaal bloedverlies. Voor het maken van een afspraak kunt u telefonisch

Nadere informatie

Diagnostische hysteroscopie

Diagnostische hysteroscopie Diagnostische hysteroscopie Onderzoek van de baarmoederholte mca.nl Inhoudsopgave Wat is een diagnostische hysteroscopie? 3 Voorbereiding op het onderzoek 4 Het onderzoek 4 Na het onderzoek 5 Herstel thuis

Nadere informatie

man, vrouw en kind info voor patiënten Ambulante hysteroscopie

man, vrouw en kind info voor patiënten Ambulante hysteroscopie man, vrouw en kind info voor patiënten Ambulante hysteroscopie Inhoud 01 Inleiding... 04 02 Wat is een ambulante hysteroscopie?... 04 03 Waarom een ambulante hysteroscopie?... 05 04 Het onderzoek... 06

Nadere informatie

gynaecologische echoscopie

gynaecologische echoscopie patiënteninformatie gynaecologische echoscopie Echoscopie is onderzoek van de inwendige organen door middel van geluidsgolven. Door terugkaatsing van uitgezonden geluidsgolven kunnen afbeeldingen worden

Nadere informatie

Urodynamisch onderzoek urologie

Urodynamisch onderzoek urologie Urodynamisch onderzoek urologie Binnenkort krijgt u een urodynamisch onderzoek (blaasdruk meting) op de polikliniek urologie. Met dit onderzoek wil de arts inzicht krijgen in uw plasklachten. Urodynamisch

Nadere informatie

Kijkje in de baarmoeder Zo nodig met een kleine ingreep Diagnostische hysteroscopie

Kijkje in de baarmoeder Zo nodig met een kleine ingreep Diagnostische hysteroscopie Kijkje in de baarmoeder Zo nodig met een kleine ingreep Diagnostische hysteroscopie Poli Gynaecologie 0 De inhoud van deze voorlichtingsfolder is gebaseerd op de informatie van de Nederlandse Vereniging

Nadere informatie

Een hoogopgaand klysma toedienen

Een hoogopgaand klysma toedienen 1 1 1 1 1 0 1 0 1 0 1 0 Opdrachtformulier Een hoogopgaand klysma toedienen Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten

Nadere informatie

Echoscopie tijdens de zwangerschap. Gynaecologie

Echoscopie tijdens de zwangerschap. Gynaecologie Echoscopie tijdens de zwangerschap Gynaecologie Inleiding Deze brochure geeft algemene informatie over echoscopie tijdens de zwangerschap. Uw verloskundige, huisarts of gynaecoloog bespreekt met u waarom

Nadere informatie

Zwangerschap bij een chronische darmziekte

Zwangerschap bij een chronische darmziekte Maag-, Darm- en Leverziekten Zwangerschap bij een chronische darmziekte www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Vruchtbaarheid... 3 Erfelijkheid... 4 Medicijnen... 4 Invloed chronische darmziekte op de zwangerschap...

Nadere informatie

Eileiderontsteking. Afdeling Gynaecologie

Eileiderontsteking. Afdeling Gynaecologie Eileiderontsteking Afdeling Gynaecologie Inleiding Een eileiderontsteking is een ontsteking van de eileiders. Deze ontstekingen kunnen heel sluimerend verlopen met weinig klachten. Meestal heeft u acute

Nadere informatie

NVOG Voorlichtingsbrochure PESSARIUM BIJ VERZAKKING EN INCONTINENTIE

NVOG Voorlichtingsbrochure PESSARIUM BIJ VERZAKKING EN INCONTINENTIE NVOG Voorlichtingsbrochure PESSARIUM BIJ VERZAKKING EN INCONTINENTIE PESSARIUM BIJ VERZAKKING EN INCONTINENTIE 1. Wat is een pessarium? 2. Wanneer kiest u voor een pessarium? 3. Hoe wordt een pessarium

Nadere informatie

OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE

OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE 17601 Inleiding In deze folder vindt u een algemeen oefenschema en beweegadvies. Deze kunt u gebruiken ter voorbereiding op de revalidatie, maar ook tijdens en na de revalidatieperiode.

Nadere informatie

Toets klinische vaardigheden Herregistratie BIG Basisartsen

Toets klinische vaardigheden Herregistratie BIG Basisartsen Toets klinische vaardigheden Herregistratie BIG Basisartsen Logistieke informatie over het verloop van de toets voor deelnemers. 1 INGRID Ingrid speelt dat zij een deelnemer is aan de toets klinische vaardigheden,

Nadere informatie

Kennismaking en presentatie in overleg gynaecologenverloskundigen-verpleegkundigen

Kennismaking en presentatie in overleg gynaecologenverloskundigen-verpleegkundigen Kennismaking en presentatie in overleg gynaecologenverloskundigen-verpleegkundigen BovenIJ Ziekenhuis 14-04-2014 Cora van Senten Carla de Winter Geregistreerd Bekkenfysiotherapeuten Onderwerpen Oefeningen

Nadere informatie