Deloitte. Gemeente Marum. Raadsbrief 2014 / \

Transcriptie

1 Deloitte. Deloitte Accountants B.V. Laan Corpus den Hoorn JR Groningen Postbus AZ Groningen Nederland Tel: Fax: Gemeente Marum Raadsbrief 2014 / \ Op alle opdrachten verricht door Deloitte zijnde Algemene Voorwaarden Dienstverlening Deloitte Nederland,januari 2014 gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer van toepassing. Deloitte Accountants BV. is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer Member of Deloitte Touche Tohmatsu Limited

2 De 10Ï tte Deloitte Accountants B.V. Laan Corpus den Hoorn JR Groningen Postbus AZ Groningen Nederland Tel: Fax: De gemeenteraad van de gemeente Marum T.a.v. mevrouw mr. A.M. Sijperda, griffier Postbus BA MARUM Datum Behandeld door Ons kenmerk 3december2014 drs. M. Krips RA MKImh Onderwerp Raadsbrief 2014 Geachte leden van de gemeenteraad, De interim-controle bij uw gemeente is afgerond en een (concept)rapportage met detailbevindingen is inmiddels met het college besproken. In deze rapportage wordt u geïnformeerd over de hoofdlijnen van onze bevindingen, waarbij wij aanbevelingen opnemen om u te ondersteunen in uw toezichthoudende taak. De raad wil weten waar zich binnen uw gemeente risico s voordoen en wat de mogelijke impact is van die risico s. Het college is verantwoordelijk voor een goede risicobeheersing en financiële beheersing. U als toezichthouder wilt weten dat er op de juiste wijze vorm is gegeven aan financiële risicobeheersing. In deze raadsbrief informeren wij u vanuit de invalshoek van de informatievoorziening en de daarmee samenhangende processen. De diepgang van onze controlewerkzaamheden 2014 moeten mede gezien worden in de huidige context van het accountantsberoep. Zoals bekend, heeft de toezichthouder, de Autoriteit Financiële Marken (hierna: AFM), maar ook de eigen beroepsgroep, de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (hierna: NBA), zich het afgelopen jaar kritisch uitgelaten over de kwaliteit van de door de accountants uitgevoerde werkzaamheden. Die kritiek nemen wij serieus en dat betekent dat onze werkzaamheden in sommige gevallen worden aangescherpt en in andere gevallen een andere invalshoek krijgen. In deze raadsbrief brengen we tevens een aantal actuele en daarom relevante onderwerpen onder uw aandacht: Drie decentralisaties in het sociaal domein (zorg, jeugd en participatie). Wet Markt en Overheid. Vennootschapsbelasting. Op alle opdrachten verricht door Deloitte zijnde Algemene Voorwaarden Dienstverlening Deloitte Nederland, januari 2014 gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer van toepassing. Deloitte Accountants BV. is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Rotterdam onder nummer Member of Deloitte ToucheTohmatsu Limited

3 Deloïtte. Blad MK!mh Interne frauderisicoanalyse. Centrumplan Marum. Tot het geven van een nadere toelichting op deze rapportage zijn wij graag bereid. Met vriendelijke groet, Deloitte BV. RA college van burgemeester en wethouders

4 Deloïtte. Blad MK/mh Inhoud 1. Uitkomsten beoordeling processen Samenvatting interim-controle Kwaliteit bedrijfsvoering 6 2. Bestuurlijk relevante aandachtspunten Financieel beeld (meerjaren)begroting Drie decentralisaties in het sociaal domein (zorg, jeugd en participatie) Wet Markt en Overheid Vennootschapsbelasting Interne frauderisicoanalyse Centrumplan Marum 11 Bijlage 1: Opdracht en reikwijdte controle 13

5 Deloïtte Blad MKJmh 1. Uitkomsten beoordeling processen 11 Samenvatting interim-controle In de onderstaande diagrammen is een samenvattend overzicht opgenomen van de uitkomsten van onze controle. Proces Status 2014 Status 2013 Managementinformatie Belastingen Personele kosten Inkopen en betalingen Uitkeringen WMO Subsidies Grondexploitatie Rechtmatigheid De kwalificatie van een proces vindt plaats door middel van kleuren. De kleur geeft een indicatie van de effectiviteit van de onderzochte beheersmaatregelen. De betekenis van de kleuren is als volgt: Proces is adequaat georganiseerd Proces behoeft extra aandacht op lange termijn/in ontwikkeling Proces behoeft extra aandacht op korte termijn/urgent

6 Deloïtte. Blad 6 3december MK/mh L2 Kwaliteit bedrijfsvoering Zoals uit het hiervoor opgenomen overzicht blijkt, zijn er geen processen die extra aandacht op korte termijn behoeven. Veelal zijn onze aanbevelingen gericht op het zichtbaar vastieggen van de uitvoering van de interne beheersings maatregelen: controles vinden wel plaats, maar niet aantoonbaar, omdat ze niet worden vastgelegd of omdat de vastieggingen niet worden bewaard. De aanbevelingen die we hebben gedaan zijn waardevol voor het verder verbeteren van de interne beheersingsomgeving van de gemeente Marum. De aanbevelingen hoeven echter niet te leiden tot belangrijke wijzigingen in onze controle-aanpak of in de bedrijfsvoering van de gemeente. Wel hebben wij specifiek aandacht gevraagd voor dfe processen die de gemeente heeft uitbesteed aan omringende gemeenten, als gevolg van de samenwerking in Westerkwartierverband. Voorbeelden zijn: ICT, lonen en salarissen en financieel beheer/belastingen. U bent en blijft als gemeente immers eindverantwoordelijk voor de output van deze processen, namelijk de cijfers zoals deze worden opgenomen in de jaarrekening van de gemeente Marum. Derhalve hebben wij specifieke aandacht gevraagd voor de afspraken die er met de omringende gemeenten zijn, omtrent de wijze van uitvoering, de kwaliteit en de verantwoording daarover. Ons overall beeld van de interne beheersing, voor zover wij deze beoordelen in het licht van de jaarrekeningcontrole, is dus positief, maar wel met een aantal aandachtspunten voor de gemeente.

7 Deloitte. Blad MK/mh 2. Bestuurlijk relevante aandachtspunten In dit hoofdstuk is informatie opgenomen over diverse bestuurlijke aandachtspunten die tijdens de interim-controle aan de orde zijn geweest en waarover u graag willen informeren. In dit hoofdstuk gaan we in op de volgende zaken: 2.1 Het financiële beeld (meerjaren)begroting Drie decentralisaties in het sociaal domein (zorg, jeugd en participatie) 2.3 Wet Markt en Overheid 2.4 Vennootschapsbelasting 2.5 Interne frauderisicoanalyse 2.6 Informatiebeveiliging (IT) 2.7 Centrumplan Marum 21 Financieel beeld (meerjaren)begroting 2015 Gemeenten zijn in de afgelopen jaren geconfronteerd met veel externe ontwikkelingen. De gevolgen van de economische crisis en de daaraan gekoppelde bezuinigingen vanuit het Rijk laten nog steeds hun sporen na in de gemeentelijke financiën. De aanhoudende economische crisis heeft invloed op de ontwikkeling van het aantal uitkeringsgerechtigden in uw gemeente, alsook op de grondverkopen en, als afgeleide daarvan, op de opbrengsten vanuit vergunningen. Als gevolg van de bestuursafspraken gaan gemeenten steeds meer taken van de Rijksoverheid uitvoeren. Dit betreft vooral sociale taken. De decentralisaties gaan de komende jaren door. Het overhevelen van taken gaat veelal samen met budgetkortingen. Deze ontwikkelingen stellen hoge eisen aan de flexibiliteit en de kwaliteit van de bestuurlijke Organisatie van de gemeente en het ambtelijk apparaat. U heeft de (financiële) effecten van de drie decentralisaties in uw (meerjaren)begroting 2015, budgetneutraal verwerkt. Dat betekent concreet dat de taken met de daarvoor te ontvangen middelen zullen worden uitgevoerd. Er is geen sprake van (begrote) tekorten op de taken. In uw begroting 2015 is de septembercirculaire 2014 van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verwerkt. Uw meerjarenbegroting 2015 tot en met 2018 laat een positief beeld zien: alle jaren kennen een klein positief saldo. De drie decentralisaties zijn budgetneutraal door de gemeente verwerkt in de meerjarenbegroting. Daarbij geeft u aan dat er nog enige onzekerheid bestaat omtrent de omvang van de PGB-aanvragen die op uw gemeente zullen afkomen. U heeft nog geen rekening gehouden met de effecten van de VPB-ontwikkelingen die op de gemeente afkomen, omdat de effecten hiervan op dit moment nog niet te kwantificeren zijn. Omschrijving (bedragen 1.000) Saldo begroting 2015 en meerjarenraming

8 DeIoitte Blad 8 3december MKJmh 2.2 Drie decentralisaties in het sociaal domein (zorg, jeugd en participatie) Algemeen Met ingang van 1 januari 2015 is uw gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet op de Jeugdzorg, de Participatiewet, de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en een deel van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De decentralisatie van deze regelingen naar gemeenten zorgt voor grote veranderingen binnen het sociale domein voor alle betrokken partijen, zoals gemeenten, zorgaanbieders en inwoners. Tevens gaan de decentralisaties gepaard met een (forse) taakstelling voor de gemeenten. Een en ander stelt gemeenten daarom voor de uitdaging het sociale domein opnieuw in te richten, met scherpe budgetten. Voor gemeenten ontstaan er meer en andere relaties met partijen, is sprake van nieuwe en complexe taken, nemen de (financiële) risico s en daarmee de druk op goed toezicht toe, et cetera. Van gemeenten wordt op het gebied van de drie decentralisaties een integrale aanpak verwacht, onder het motto 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur. Het leggen van verbanden tussen de AWBZjWmo, jeugdzorg en participatie is daarbij van essentieel belang, om op een zo efficiënt mogelijke wijze de juiste zorg en ondersteuning te verlenen, tegen een zo laag mogelijke prijs. Ontwikkeling binnen gemeente Marum De mei- en de septembercirculaire hebben duidelijk gemaakt wat het budget is van de gemeente Marum voor de drie decentralisaties. Als het gaat om de decentralisaties onderscheidt de gemeente Marum hoofdzakelijk twee vormen van samenwerking. Enerzijds vindt er samenwerking plaats op provinciale schaal, anderzijds wordt er samengewerkt in Westerkwartierverband. Er is in Westerkwartierverband een beleidsplan voor de drie decentralisaties opgesteld (Beleidsplan vernieuwing sociaal domein Westerkwartier ), dat in december in de verschillende raden ter besluitvorming wordt aangeboden. In dit beleidsplan zijn de beleidskeuzes per decentralisatie opgenomen, binnen de vastgestelde kaders, inclusief de gevolgen voor de bedrijfsvoering en de financiën. Het beleidsplan is een goed uitgangspunt om de nog te maken keuzes, bijvoorbeeld de inkoopmodellen, verder vorm te geven. Daarbij is het bijna overbodig op te merken dat de tijd nog erg kort is om dit soort zaken te regelen en dat er dus vaart moet worden gemaakt. Deze urgentie wordt door de gemeente erkend. Verantwoording door het college over de uitvoering van de drie decentralisaties wordt georganiseerd via de reguliere planning en controlcyclus. In de begroting en later ook in de jaarrekening is een aparte paragraaf sociaal domein opgenomen. Indien nodig zal er naast de reguliere rapportages (voor- en najaarsrapportage) apart worden gerapporteerd aan college (en raad).

9 Deloïtte, Blad MKImh Financiën en accountantscontrole Voor de nieuwe taken op het gebied zorg, jeugd en participatie is straks minder budget beschikbaar dan er voorheen beschikbaar was voor het Rijk, dat tot nu toe verantwoordelijk was voor de uitvoering van de taken. Aan het Gemeentefonds wordt in ,3 miljard toegevoegd voor de uitvoering van de gedecentraliseerde taken in het sociaal domein (zorg, jeugd en participatie). Minister Plasterk heeft het wetsvoorstel met een sociaal deelfonds binnen het Gemeentefonds ingetrokken. In de plaats hiervan worden de gelden door het Rijk verstrekt als integratie-uitkering. De consequentie hiervan is dat de verplichting om de middelen binnen drie jaar te besteden aan taken binnen het sociaal domein voor gemeenten komt te vervallen. Het Rijk vraagt eenmalig aan de gemeenten om een extra accountantscontrole te laten uitvoeren op de 1v3-informatie over het sociaal domein, ten behoeve van het ministerie van BZK. In de septembercirculaire is nadere informatie opgenomen over deze controle (hoofdstuk 3, pagina s 15-20). Er zal tevens sprake zijn van horizontale verantwoording: het college legt met de jaarrekening verantwoording af over de besteding aan de gemeenteraad. Deze verantwoording zal voort het eerst worden gedaan vanaf het verslagjaar Met ingang van de jaarrekeningcontrole 2015 zullen wij in het kader van en met de materialiteit van de controleopdracht voor de jaarrekening als geheel deze verantwoording controleren. 2.3 Wet Markt en Overheid Het doel van de Wet Markt en Overheid (hierna: Wet M en 0) is oneerlijke concurrentie door overheidsorganisaties met marktpartijen te voorkomen en zo een gelijkwaardig speelveld in de markt te creëren. De Wet M en 0 is met ingang van 1juli 2012 onder andere van toepassing voor gemeenten en gemeenschappelijke regelingen. Sinds 1juli 2014 is de vrijstelling voor de reeds per 1juli 2012 bestaande activiteiten vervallen. Gemeenten en gemeen schappelijke regelingen worden in de wet overheidsorganisaties genoemd. Aangezien de vrijstelling inmiddels vervallen is, brengen wij deze wet nogmaals onder uw aandacht, om onbewuste overtreding van de Wet M en 0 te voorkomen. Indien uw gemeente in concurrentie treedt met marktpartijen (dus producten of diensten aanbiedt die ook door marktpartijen aangeboden worden), wordt dit in de Wet M en 0 als economische activiteit geduid. Praktijkvoorbeelden van economische activiteiten die door gemeenten aangeboden worden, zijn: Kopen, verkopen en verpachten van gronden; Verhuur van woningen en vastgoed; Exploitatie van sportvoorzieningen (zwembad); Culturele voorzieningen; Cursussen brandweer voor derden; Dienstverlening burgerzaken (pasfoto, kopiëren). Als er sprake is van economische activiteiten, dan moeten op basis van de Wet M en 0 de integrale kosten van deze producten en diensten worden doorberekend aan de afnemers. Dit betreft dus niet alleen de direct gerelateerde kosten van de dienst, maar ook doorbelasting van personeelskosten, huisvestingskosten, et cetera.

10 vanuit DeIoïtte Blad MKJmh In de Wet M en 0 is de bepaling opgenomen dat organisaties een inventarisatie moeten maken van de producten en diensten die kwalificeren als economische activiteiten en moeten zij vervolgens een analyse verrichten op het aanbieden van producten en diensten in concurrentie met marktpartijen. Hierbij dienen zij tevens in kaart te brengen welke activiteiten de gemeente uitvoert voor het algemeen belang. Indien sprake is van algemeen belang, dan is de Wet M en 0 niet van toepassing. Het is aan de gemeenteraad om vast te stellen welke activiteiten de gemeente verricht voor het algemeen belang, welke derhalve als activiteiten van algemeen belang zijn aangemerkt. Voor de activiteiten die aangemerkt zijn als economische activiteiten en dus niet in het kader van het algemeen belang worden uitgevoerd, dient uw gemeente (onder andere) een integrale kostprijsberekening op te stellen die aansluit bij de bepalingen die zijn opgenomen in de Wet M en 0. Gemeente Marum heeft het toetsen op de naleving van de bepalingen uit de Wet M en 0 expliciet als onderdeel van haar intern controleplan 2014 opgenomen. De naleving van de Wet M en 0 wordt jaarlijks door de interne controle functionaris gecontroleerd. Een inventarisatie van de economische activiteiten dient echter nog door de gemeente plaats te vinden. 2Â Vennootschapsbelasting Op Prinsjesdag 2014 is de Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen aan de Tweede Kamer aangeboden. Deze wet moet er toe leiden dat er tussen overheidsondernemingen en commerciële ondernemingen een - in fiscaal opzicht - gelijk speelveld ontstaat. Het is de bedoeling dat deze wet per 1januari2015 wordt aangenomen en in werking treedt per 1 januari De hoofdregel wordt dat overheidsondernemingen belastingplichtig worden indien en voor zover zij een onderneming drijven. Hiermee wordt de afbakening van de belastingplicht gelijk aan het systeem dat nu al geldt voor de gewone stichtingen en verenigingen. BV s, N.V. s en coöperaties die volledig in handen zijn van een of meer publiek rechtelijke rechtspersonen (privaatrechtelijke overheidslichamen) worden in beginsel integraal belastingplichtig. Daarnaast worden enkele objectieve vrijstellingen ingevoerd, waarmee (een deel van) de winst die op basis van de hoofdregel in de belastingheffing zou worden betrokken, mogelijk alsnog wordt vrijgesteld. Op basis van het vorenstaande zijn in eerste instantie met name twee vraagstukken zeer relevant, te weten het begrip onderneming en de reikwijdte van de vrijstellingen. Onderneming Van een onderneming in fiscale zin is sprake als er met een Organisatie van arbeid en kapitaal met een winststreven wordt deelgenomen aan het economische verkeer. Als er doorlopend overschotten worden behaald, is sprake van een winststreven. Hierbij moet er rekening mee worden gehouden dat het fiscale winstbegrip afwijkt van het voor commerciële doeleinden gehanteerde winstbegrip. Er is ook sprake van een winststreven als (in potentie) in concurrentie wordt getreden met ondernemingen van bijvoorbeeld natuurlijke personen, BV s en N.V. s. Structureel verlieslatende activiteiten fiscaal perspectief bezien vormen geen onderneming in fiscale zin.

11 Deloïtte. Blad 11 3december MK!mh Vrijstellingen Voor zowel de publiekrechtelijke rechtspersonen die een onderneming drijven als voor privaatrechtelijke overheidslichamen kunnen in de nieuwe wet specifieke vrijstellingen gelden. Deze vrijstellingen stellen de winst Vrij die wordt behaald met: interne activiteiten binnen het publiekrechtelijke lichaam; activiteiten die kwalificeren als quasi-inbesteding; activiteiten die kwalificeren als de uitoefening van een overheidstaak of een publiekrechtelijke bevoegdheid; en activiteiten die worden verricht in het kader van een kwalificerend samenwerkingsverband. En nu? Het vervallen van de vrijstelling voor de vennootschapsbelasting per 1januari2016 kan gevolgen hebben voor (de financiële positie van) uw organisatie. Om de impact hiervan voor uw gemeente te bepalen, is het van belang dat er een inventarisatie plaatsvindt van zowel huidige als eventueel toekomstig door gemeente Marum te ontplooien activiteiten. Deze activiteiten dienen vervolgens te worden getoetst aan de hiervoor vermelde criteria. De op grond van deze inventarisatie op te stellen rapportage vormt de basis voor een verder implementatieplan en concrete besluitvorming. Wij adviseren u de inventarisatie ter hand te nemen en deze voor de voorjaarsrapportage 2015 te hebben afgerond, alsmede de uitkomsten intern te bediscussiëren en eventueel extern te laten toetsen. 2.5 Interne frauderisicoanalyse Vanwege de ontwikkelingen in het accountantsberoep die het gevolg zijn van de onderzoeken naar de kwaliteit van de accountantscontroles, heeft een aantal onderwerpen een verhoogde aandacht gekregen. Eén van deze onderwerpen betreft de interne frauderisicoanalyse van een organisatie als onderdeel van haar eigen kwaliteits beheersing. Het beheersen van kwaliteit is uitsluitend mogelijk indien vooraf ook inzicht wordt verkregen en bewustwording is gecreëerd omtrent die gebieden die gevoelig zijn voor bewuste manipulatie, oftewel fraude. Het onderkennen van dergelijke risico s is een startpunt om die interne beheersingsmaatregelen in te kunnen invoeren, die het risico op fraude zoveel als mogelijk beperken. De interne frauderisicoanalyse geeft dus nadere richting aan de wijze waarop de organisatie haar eigen interne beheersingsomgeving heeft ingericht. Overigens zeggen we daarmee niet dat de interne beheersingsomgeving zoals die bij gemeente Marum is opgezet in de huidige vorm niet voldoende is om de frauderisico s te kunnen afdekken. Wel raden we aan om een interne frauderisicoanalyse op papier te zetten, waarbij op bestuursniveau is nagedacht over mogelijke risicogebieden en, indien reeds aanwezig, de bijbehorende interne beheersingsmaatregelen. 26 Centrumplan Marum In uw vergadering van 18 december 2013 heeft u de exploitatie-opzet van het Centrumplan Marum vastgesteld. U heeft daarbij als Raad besloten dat de vastgestelde grondexploitatie taakstellend is. Als gevolg van uw besluit is het Centrumplan in de jaarrekening 2013 als grondexploitatie verwerkt. De uit deze grondexploitatie verwachte verliezen zijn volledig in de jaarrekening 2013 verwerkt.

12 Deloïtte Blad 12 3december MFQmh Ten tijde van de controle van de jaarrekening 2013, in het voorjaar van 2014, bleek een aantal onderdelen van de grondexploitatie nog niet volledig bekend te zijn. Dit betekende dat er op een aantal onderwerpen nog keuzes gemaakt dienden te worden, alsmede dat er nog onderhandelingen moesten plaatsvonden met diverse partijen, zoals de school die gesitueerd is in het plan. In het najaar van 2014 zijn er door de gemeente stappen gezet inzake het Centrumplan. Er is een inrichtingsplan uitgewerkt, in samenwerking met een extern adviesbureau. Het bestemmingsplan is tevens vastgesteld. Ook is de gemeente bezig te bepalen op welke wijze ze een garantie kan afgeven aan de bouwer van de zorg-units in het Centrumplan. Diverse zaken, die effect kunnen hebben op het eventuele resultaat van het Centrumplan, zijn echter nog niet afgerond. De belangrijkste die we hier willen noemen, betreft de uitkomst van de onderhandelingen met de school. Naast de onderhandelingen met de school, is een volgende belangrijke stap het aanbesteden van de inrichting van het Centrumplan volgens uw inrichtingsplan. Bij het proces van aanbesteden is het van belang de nationale en internationale regels omtrent het aanbesteden in ogenschouw te houden. De raad heeft, bij haar besluit, voldoende duidelijk gemaakt dat het Centrumplan moet worden uitgevoerd binnen de door haar vastgestelde (financiële) kaders. Vanwege de onzekerheden in het plan, zoals hierboven beschreven, is het echter van belang jaarljiks te beoordelen of er nog binnen die kaders kan worden gehandeld. Daarom zullen wij jaarlijks, te beginnen bij de jaarrekening 2014, de gehanteerde parameters en uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de door u nader uitgewerkte exploitatie-opzet toetsen aan de hand van onderliggende documentatie. Wij schenken daarbij tevens aandacht aan de rechtmatige totstandkoming van de contracten met uw leveranciers volgens de geldende aanbestedingsregels.

13 Deloïtte, Blad MK!mh Bijlage 1: Opdracht en reikwijdte controle Opdracht Deloitte heeft de opdracht gekregen de jaarrekening 2014 van uw Organisatie te controleren. Als onderdeel van deze opdracht hebben wij de interim-controle uitgevoerd. Deze controle is met name gericht op het verkrijgen van inzicht in en het toetsen van de maatregelen van administratieve organisatie en interne controle, voor zover deze relevant zijn voor de controle van de jaarrekening. Wij hanteren voor de controle van de jaarrekening een risicogerichte benadering. Dit houdt in dat wij samen met u de risico s inventariseren die kunnen leiden tot materiële fouten in de jaarrekening. Daarbij houden wij niet alleen reke ning met de omvang in euro s, maar ook met kwalitatieve aspecten. Door deze benadering krijgen wij een goed beeld van uw organisatie en zijn wij in staat u te adviseren over dat wat u voor uw organisatie belangrijk vindt. Reikwijdte controle Het doel van deze controle is dat wij een oordeel over de jaarrekening geven. De controle omvat het in overweging nemen van de interne beheersing die relevant is voor het opstellen van de jaarrekening, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die in de omstandigheden passend zijn, maar die niet gericht zijn op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de werking van de interne beheersing.