Hogeschool van Amsterdam. Amsterdam School of Health Professions

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Hogeschool van Amsterdam. Amsterdam School of Health Professions"

Transcriptie

1 Juni 2013 Hogeschool van Amsterdam Amsterdam School of Health Professions Wat is de meest veilige, effectieve, fysieke trainingsmethodiek ter verbetering van het inspanningsvermogen bij de revalidatie van patiënten met een ICD? J. van Nimwegen, N.M. Vennik Abstract Introductie: In 2009 zijn er in totaal ICD implantaties uitgevoerd in Nederland. Naar verwachting zal het aantal ICD plaatsingen in de toekomst gaan toenemen. In hartrevalidatieprogramma s zullen naar verwachting, naast de gebruikelijke indicatiestellingen zoals coronaire interventie (PCI) of een bypass operatie, steeds meer patiënten met een ICD instromen. In de KNGF richtlijn hartrevalidatie worden algemeen trainingsvoorschriften beschreven, echter bestaat er nog geen eenduidig behandelprotocol voor nabehandeling van deze patiëntengroep. Doelstelling: het, in literatuur, onderzoeken van de meest veilige en effectieve manier van trainen met ICD patiënten. Methode: Voor dit literatuuronderzoek is gezocht via Pubmed, Cinahl en Cochrane databanken. De volgende MESH-termen zijn gebruik: arrhythmia, heart failure, heart disease, ICD, implantable cardioverter defibrillator, rehabilitation, exercise, physical exercise, physical therapy, physiotherapy, aerobe training en endurence training. Resultaten: 13 artikelen kwamen overeen met onze criteria. Hiervan zijn er 10 beoordeeld, waarvan 9 artikelen valide en toepasbaar beoordeeld zijn voor deze literatuurstudie. Opvallend is dat ongeacht de trainingsvorm er getraind wordt met HF intensiteit van 60-80%. Bij 4 van de 9 artikelen kwam de interventie overeen. Verder blijkt dat de kans op het krijgen van één ongepaste schok, bij een gemiddelde trainingssessie van 60 minuten, één op de trainingssessies is. Conclusie: Op basis van deze literatuurstudie lijkt trainen op een HF intensiteit van 60-80%, bij ICD patiënten met een EF van 38%, veilig te zijn. Op gepubliceerd onderzoeksgebied wordt hoofdzakelijk onderzoek gedaan naar aerobe training bij ICD patiënten. Er is meer onderzoek nodig, naar verschillende vormen van nabehandeling, om aan te tonen of aerobe training daadwerkelijk de meest veilige en effectieve trainingsvorm is. Beroeps Opdracht Hogeschool van Amsterdam

2 b.t. Introductie Hartfalen- en ritmestoornissen vormen een groeiend probleem voor de wereldwijde gezondheidzorg (Guha e.a. 2013). Door de toenemende vergrijzing en ouder wordende bevolking komen cardiovasculaire ziekten steeds vaker voor (Hartstichting 2011). Cardiale revalidatieprogramma s spelen een belangrijke rol in de behandeling van hartpatiënten. Sneller en verbeterde behandelmethoden zorgen voor een hogere overlevingskans op een cardiaal incident. Door de komst van nieuwe therapieën en technologieën zal de indicatiestelling, coronaire interventies (PCI) en bypass operaties, voor het deelnemen aan een cardiale revalidatieprogramma zich uitbreiden(fan e.a. 2009). In 2009 zijn er ICD-plaatsing en 785 ICD-vervangingen uitgevoerd in Nederland. In 2000 waren dit 475 ICD-plaatsingen en 73 ICD-vervangingen. Over de periode van 2000 tot en met 2009 is het aantal nieuwe ICD s verzesvoudigd (Vaartjes e.a. 2011), dit is een gemiddelde stijging van 22,2% per jaar. Naar verwachting zal dit in de toekomst blijven toenemen (Vaartjes e.a. 2011). Als we deze stijging doorberekenen, zouden er in 2015, naar schatting, ICD-plaatsingen uitgevoerd worden. Door deze groei, groeit ook het aantal ICD-patiënten dat zich inschrijft in op oefeningen gebaseerde cardiale revalidatieprogramma s (Fan e.a. 2009). Ondanks deze groei blijkt echter dat ICDpatiënten niet automatisch doorverwezen worden naar een cardiaal revalidatieprogramma. Mogelijk draagt een gebrek aan kennis, richtlijnen en behandelprotocollen er aan bij dat patiënten onvoldoende doorverwezen worden. Een belangrijk aspect is dat patiënten over het algemeen angstig zijn voor fysieke training. Uit een Amerikaans onderzoek blijkt dat 63% van de ICD-patiënten (< 40 jaar) uit bezorgdheid liever niet met trainen begint. ICD-patiënten zijn bang dat ze ventriculaire tachy-artmieën krijgen bij lichte of milde inspanning (Denniss e.a. 2011, Dougherty e.a. 2010, Morken e.a. 2013). Concrete cijfers hierover in Nederland ontbreken, wel blijkt deze angst om te trainen bij deze patiëntengroep een wereldwijd probleem te zijn (Denniss e.a. 2011). Uit verschillende onderzoeken blijkt echter dat het trainen van ICD-patiënten veilig is (Fan e.a. 2009, van Hees e.a. 2004). In een publicatie van HF-ACTION wordt aangegeven dat bij een onderzoek met 932 ICD-patiënten oefeningen veilig konden worden uitgevoerd zonder dat de ICD een schok gaf (O'Connor e.a. 2009). Een gestandaardiseerd protocol zou effectief gebruikt kunnen worden voor eventueel toekomstig onderzoek naar testen en oefeninterventies (Flo e.a. 2012) en zou er voor kunnen zorgen dat patiënten adequater worden doorverwezen naar cardiale revalidatieprogramma s. Doelstelling Door middel van deze literatuurstudie brengen we de meest effectieve en veilige van poliklinische nabehandelingen in kaart brengen. Methode Zoekactie Voor deze literatuurstudie is gebruik gemaakt van de volgende PIO- vraagstelling: Wat is de meest veilige en effectieve fysieke (gericht op algehele conditie, METS verhoging, HF, VO2max en Watt-percentage), fysiotherapeutische revalidatietraining bij patiënten met een ICD?" P(patiënten): Hartfalen- en stoornissen-patiënten, gemiddelde leeftijd 40 jaar, met een ICDimplantatie. I(interventie): Poliklinische revalidatie en oefentherapie. O(parameters): Algehele conditie, METS, HF, VO2 max. en Watt-percentage. Voor deze literatuurstudie is Hogeschool van Amsterdam 2

3 gezocht in de PubMed-, Cinahl- en Cochranedatabanken en is gebruik gemaakt van de volgende MESH-termen: arrhythmia, heart failure, heart disease, ICD, implantable cardioverter defibrillator, rehabilitation, exercise, physical exercise, physical therapy, physiotherapy, aerobe training en endurance training. MESH-termen die onder de P vallen, zijn gecombineerd door gebruik van OR, hetzelfde geldt voor de termen die onder de I vallen. MESH-termen van de P en de I zijn gecombineerd door gebruik van AND. De MESH-termen ICD en Implantable cardioverter defibrillator vallen onder de P, maar zijn middels gebruik van AND gecombineerd aan de overige MESH-termen die onder de P vallen (zie tabel 1). Eerder genoemde zoekactie resulteerde in 490 potentieel relevante totaal HITS. Na de artikelen geselecteerd te hebben op basis van titel, abstract en het aantal dubbele HITS resulteerde deze zoekactie in een totaal aan 25 HITS. Voor deze selectie is gekeken naar overeenkomst met onze PIO-vraagstelling. Van de 25 HITS voldeden 13 artikelen, die full text beschikbaar waren, aan de PIOvraagstelling en selectie-criteria. Hiernaast zijn nog twee artikelen gevonden op basis van de sneeuwbalmethode, wat resulteert in een totaal aan 15 artikelen. De 15 artikelen zijn vervolgens beoordeeld volgens de Dutch Cochrane-beoordelingslijsten. In tabel 2 staat de volledige zoekactie, met het aantal HITS, schematisch weergegeven. Voor de volledige uitwerking van deze zoekactie zie bijlage 2. Beoordelingsmethode Voor elk beoordeelde artikel is gebruik gemaakt van de meest bijpassende beoordelingslijst. De werkgroep heeft de volgende Dutch Cochrane-beoordelingslijsten gebruikt voor deze literatuurstudie: - Cohort studie - Systematic review (effect) - Randomised Clinical Trial - Patiëntcontrole - Cross-sectioneel Alle artikelen zijn door twee onderzoekers onafhankelijk van elkaar beoordeeld, vervolgens met elkaar vergeleken om er uiteindelijk één rapport (zie bijlage 3) van te maken. Bij sprake van een discrepantie is een externe beoordelaar ingezet om discussiepunten te bespreken en een besluit te nemen. Een artikel is als valide en toepasbaar beoordeeld bij een score van 5. Artikelen met een score <5, scoren wij als onvoldoende en zijn niet meegenomen in de resultaten. Hogeschool van Amsterdam 3

4 Selectie criteria De gevonden artikelen zijn op titel en abstract geselecteerd en voldoen aan de volgende inclusie-criteria: 1) jaar van uitgifte 2003, 2) sprake van aritmie c.q. decompensatio cordis, 3) ICD-dragend, 4) toepasbaar in een revalidatie-setting en 5) een resultaat weergevend in ten minste één van de volgende parameters (algehele conditie, METS, HF, VO2max en Watt-percentage). Voor de exclusie-criteria gelden een gemiddelde leeftijd jonger dan veertig jaar en geen Engelstalige artikelen. Type studies De typestudies die wij bij deze literatuurstudie hebben betrokken zijn: Cohort studies, een Systematic review (effect), Randomised Clinical Trials, Patiëntcontrole studies en Cross-sectioneel studies. Uitkomstmaten De zoekactie resulteerde in dertien artikelen waarvan er tien beoordeeld zijn. In een (Nguyen e.a. 2012) van de overige drie artikelen werden zeven verschillende dimensies van ambulante fysieke activiteit bij zowel COPD-, hartfalen- en ritmestoornispatiënten geëvalueerd, onder wie ook ICD-dragende patiënten. De resultaten daarvan zijn echter niet duidelijk in het artikel weergegeven en voldeed daardoor niet aan onze PIO vraagstelling. Dit is de reden dat het artikel niet is meegenomen in deze literatuurstudie. De andere twee artikelen (Dougherty e.a. 2010, Berg SK e.a. 2011) betreffen het testprotocol van twee onderzoeken (Gayle e.a. 2012, Berg SK e.a. 2012), hiervoor bestaat geen juiste Dutch Cochrane -beoordelingslijst. De testprotocollen zijn gebruikt om de informatie in de uiteindelijke publicaties van desbetreffende RCT s aan te vullen. Gayle e.a. 2012, Fitchet e.a. 2003, Wonisch e.a. 2005, Morken e.a. 2012, Fan e.a. 2009, Van Hees e.a. 2004). Twee van de tien zijn twijfelachtig beoordeeld (Dougherty e.a. 2008, Berg SK e.a. 2012) en één artikel wordt als onvoldoende beschouwd (Denniss e.a. 2011). In het artikel dat onvoldoende scoort, is gekeken naar de veiligheid van CR programma s die tussen 1997 en 2010 zijn uitgevoerd. In deze tijdrange is er veel veranderd in de CR programma s. In dit onderzoek wordt onvoldoende beschreven welke programma s er gevolgd zijn, waardoor vergelijking niet mogelijk is. Ook is er geen sprake van een controlegroep en is de selectiebias onvoldoende uitgesloten, zie het overzichtstabel in bijlage 1. Om de resultaten te verduidelijken wordt naar de bijbehorende tabellen verwezen. Aerobe training Uit het aantal artikelen dat gevonden is, valt op dat, in vergelijking met andere vormen van nabehandeling, meer onderzoeken gaan over aerobe training. Uit vier van de negen artikelen blijkt dat er aerobe getraind word op een HF-intensiteit van 60-80% (Fitchet e.a. 2003, Berg e.a. 2012, Dougherty e.a. 2008), zie tabel 3. In al deze onderzoeken is de gemiddelde EF onder de <38%. Opvallend is dat alle onderzoeken kleine onderzoeksgroepen bevatten die voornamelijk uit mannen bestaan. Resultaten Zeven van de tien artikelen zijn als valide en toepasbaar voor deze literatuurstudie beoordeeld (Salmoirago-Blotcher e.a. 2009, Hogeschool van Amsterdam 4

5 Oefenprogramma s In twee artikelen (Van Hees e.a. 2004, Fan e.a. 2009) is gekeken naar verschillende Cardiorevalidatie programma s, zie tabel 4. Bij Fan e.a. 2009, bestond het oefenprogramma uit het standaard hartrevalidatieoefenprogramma. In het artikel van Van Hees e.a bestaat de interventie uit fietsen, rennen, arm ergometer, roeien, gymnastiek, krachttraining en ontspanningsoefeningen. Door de grote overlap in training zijn de interventies van deze artikelen vergelijkbaar en kunnen zij als gelijkwaardig worden gezien. Ook uit deze twee interventies valt op te merken dat de HF-intensiteit van de interventies overeenkomt. Parameters (in oefentijd, veiligheid en intensiteit) Uit twee van de vijf artikelen, zie tabel 5, blijkt dat bij aerobe-training de oefentijd verbeterd is bij de inspanningstesten (Fitchet e.a. 2003, Dougherty e.a. 2008). Bij beide artikelen zit de verbetering tegen de tien seconden aan. Uit drie (Fan e.a. 2009, van Hees e.a. 2004, Dennis e.a. 2011) van de vijf artikelen blijkt dat trainen op een HF intensiteit van 60-80% veilig is. Er zijn op dit trainingsniveau geen patiënten overleden. Wel heeft er twee maal een ongepaste schok plaatsgevonden. Eén patiënt had een dag voor de training last van atypische borstpijn, maar hij was stabiel genoeg om te trainen (Fan e.a. 2003). Gedurende de 25 minuten loopband-training, bij een hartslag van 115 slagen per minuut (ingestelde ICD waarde = 180 slagen per minuut), had de patiënt nog geen klachten. Binnen 2 minuten roeien, op een vergelijkbare hartslag, gaf de ICD een schok. Het is niet duidelijk waardoor deze schok tot stand is gekomen. Hogeschool van Amsterdam 5

6 Uit vier (Fitchet e.a. 2003, Dougherty e.a. 2009, Fan e.a. 2009, van Hees e.a. 2004) van de vijf artikelen blijkt dat er, ongeacht welke trainingsvorm wordt beoefend, getraind wordt op een HF intensiteit van +/ % (gemiddeld % [range HF 50-90]). Dit komt overeen met onze eerder gevonden resultaten uit tabel 3 en 4. Duur, tijd en frequentie Ook uit tabel 6 blijkt dat bij zes van de zeven artikelen (op Morken e.a na), ongeacht de trainingsvorm, gemiddeld op een HFintensiteit van +/-60-80% (range 50-90) getraind wordt. Verder wordt ervoor gekozen om gemiddeld twee á drie maal één uur per week te trainen, gedurende een periode van twee tot drie maanden lang. In het trainingsprogramma van (Dougherty e.a. 2008, Gayle e.a. 2012) is ervoor gekozen om de patiënten, naast de drie maal per week begeleid trainen, 2 maal per week zelfstandig te laten trainen (twee maal één uur wandelen). Uit de gevonden resultaten maken wij op dat het gebruikelijk is om een revalidatietraining te laten bestaan uit een training van 2 á 3 keer één uur per week gedurende 2 tot 3 maanden. In tabel 6 is het totaal aantal trainingssessies, van de genoemde artikelen berekend (trainingstijd in minuten x aantal patiënten x weken interventie). In de tabel staat weergegeven dat van de trainingssessies er vijf ongepaste schokken hebben plaatsgevonden, de Number To Harm is dan 1 op Dit houdt in dat de kans op het krijgen van één ongepaste schok, één op de trainingssessies is. Concluderend: de kans op het krijgen van een ongepaste schok is relatief klein. Overige resultaten Uit de systematic review (Salmoirago-Blotcher e.a. 2009) blijkt dat er bewijs is dat psychosociale interventies, bij ICD-patiënten, angst doen verminderen. Wel wordt duidelijk dat deze resultaten voorzichtig geïnterpreteerd moeten worden wegens tegenstrijdige informatie. Hogeschool van Amsterdam 6

7 Deze review lijkt de resultaten van de artikelen van Morken e.a en Berg e.a te ondersteunen. In deze artikelen wordt aangegeven dat ook het onder begeleiding trainen zelf al helpt om de angst te verminderen voor trainen, zie tabel 7. In het artikel van Womisch e.a blijkt dat patiënten met een permanente RV-pacing minder resultaten boeken op: METS, Workload, VO 2max en oefentijd, in vergelijking met patiënten die geen permanente RVpacing hebben. Het artikel van Gayle e.a laat zien dat het Balke exercise protocol een veilig trainingsprotocol is. Een kanttekening is dat het pas het eerste onderzoek is dat dit protocol bij ICD-patiënten evalueert. Discussie In deze literatuurstudie is onderzoek gedaan naar de meest effectieve en veilige vorm van nabehandelen bij ICD-patiënten. Vijf van de negen artikelen betreffen een aerobe-training, bij twee artikelen was de interventie een oefenprogramma, één artikel evalueerde een Hoge Intensiteit Training (HIT) en één artikel gaat over een maximale fietstest. Het artikel dat over een maximale fietstest gaat (Womisch e.a. 2005), kan niet vergeleken worden met de overige artikelen omdat het geen vorm van nabehandeling betreft. Voor alle artikelen geldt dat er gekeken is naar de duur, frequentie, intensiteit van de trainingen en naar de resultaten (parameters: algehele conditie, METS, HF, VO 2max en Watt percentage). Voor de zoekactie van deze literatuurstudie was het de bedoeling dat alle parameters in de artikelen naar voren kwamen. Na het uitvoeren van de zoekactie resulteerde dat in nul hits. Dit heeft ervoor gezorgd dat de selectie criteria, voor het includeren van artikelen zijn versoepeld. Met als gevolg dat in de verschillende artikelen niet alle of dezelfde parameters naar voren komen. Hierdoor is het vergelijken van de verschillende interventies ten opzichte van elkaar slechts beperkt mogelijk. Hogeschool van Amsterdam 7

8 Vormen van nabehandeling Voor deze literatuurstudie hebben we verschillende vormen van nabehandeling en trainingseffecten met elkaar vergeleken. Uit onze zoekactie blijkt echter summier onderzoek te zijn gedaan naar verschillende vormen van nabehandeling bij ICD-patiënten. In totaal hebben we drie verschillende vormen van nabehandeling (aerobe-training, CRoefenprogramma, HIT) uit de artikelen kunnen halen. Hiervoor geldt dat er een disbalans bestaat tussen de hoeveelheid artikelen per verschillende vormen van nabehandeling. Tevens zijn de onderzoeken met relatief kleine onderzoeksgroepen uitgevoerd en bestaat de patiëntenpopulatie voornamelijk uit mannen. Het is dus niet duidelijk of het resultaat van de trainingen significant blijft bij grotere onderzoeksgroepen en of dit extrapoleerbaar is. Ook is het nog maar de vraag of de gemeten uitkomsten bij vrouwen dezelfde resultaten weergeven. Voor de onderzoeken geldt dus dat het resultaat ervan voorzichtig geïnterpreteerd moet worden. Dit betekent dat wij geen antwoord kunnen geven op het onderdeel meest effectieve trainingsvorm van nabehandelen van deze literatuurstudie. In deze studie kan wel waargenomen worden dat hoofdzakelijk onderzoek gedaan wordt naar aerobe-training als vorm van nabehandeling bij ICD-patiënten. Er is voor deze literatuurstudie geen rekening gehouden met de soorten medicatie die mogelijk van invloed kunnen zijn op de resultaten van de onderzoeken. In de artikelen komt naar voren dat de patiënten hun eigen medicatie zijn blijven gebruiken gedurende het onderzoek. Wellicht zijn daardoor de gevonden resultaten van de artikelen beïnvloed. Denk aan de beta-blokkers, deze medicatie zorgt ervoor dat het trainingsvermogen beperkt blijft tot een bepaalde HF. De vraag is echter of dit uit maakt. Onderzoek zal moeten uitwijzen wat de invloed van medicatie is. Methodiek Voor deze literatuurstudie is gebruik gemaakt van de Dutch Cochrane-beoordelingslijsten. De werkgroep heeft aangegeven dat zij de meest bijpassende beoordelingslijsten gebruikt heeft. Eén artikel (Dougherty e.a. 2008) betreft een research support die voor deze literatuurstudie volgens de cohort studie-beoordelingslijst beoordeeld is. Mogelijk kan er in de toekomst een nieuwe beoordelingslijst ontwikkeld worden die beter aansluit bij dit artikel. Dit zou kunnen betekenen dat dit artikel onterecht als voldoende beoordeeld is, wat weer zijn invloed heeft op het aantal geïncludeerde artikelen voor deze literatuurstudie. Er zijn mogelijk conclusies uit de resultaten getrokken van een zwakke(slechte) studie in deze literatuurstudie. In de selectie criteria zijn alleen Engelstalige artikelen meegenomen. Van een aantal buitenlandse onderzoeken uit de zoekactie was alleen het abstract Engelstalig beschikbaar, de volledige artikelen waren niet vertaald. Deze artikelen zijn geëxcludeerd voor deze literatuurstudie. Studies die niet full tekst vertaald zijn naar het Engels, zijn dus automatisch niet meegenomen. Hierdoor kan mogelijk relevante informatie voor deze literatuurstudie gemakkelijk over het hoofd gezien worden. Naast de selectie criteria is ook sprake van (buitenlandse) literatuur die nooit peer reviewed gepubliceerd is, los van de vraag of het wel of geen goede onderzoeken zijn geweest. In de databanken waarin gezocht is voor deze literatuurstudie, zijn alleen peer reviewed artikelen te vinden. Een gebrek aan deze artikelen kan een vertekend resultaat binnen deze literatuurstudie geven, er is dus sprake van een selectie-bias. Resultaten Aerobe-training Van de in tabel 3 genoemde artikelen is de gemiddelde EF van de onderzoeksgroepen <38%. Dit betekent dat de patiëntenpopulatie Hogeschool van Amsterdam 8

9 van deze onderzoeken gemiddeld gezien een gezonder hart heeft ten opzichte van het genoemde afkappunt (EF <35%) voor een ICDplaatsing. Mogelijk zijn de trainingsresultaten van deze patiëntenpopulatie hoger dan bij een patiëntenpopulatie waarbij de gemiddelde EF <35% is. Je kunt je afvragen of de gevonden resultaten in dit literatuur onderzoek dan wel op deze groep van toepassing is. Om deze reden moeten de gevonden resultaten voorzichtig geïnterpreteerd worden. Uit de gevonden artikelen lijkt aerobe-training bij ICD-patiënten hoofzakelijk onderzocht te worden, waardoor er mogelijk door onderzoekers een minder grote focus wordt gelegd op andere vormen van nabehandeling. Hierdoor zijn de verschillende vormen van nabehandeling niet goed te vergelijken en wordt het niet duidelijk of aerobe-training wel de gewenste vorm van nabehandeling is. Oefenprogramma s De interventies die vergeleken worden onder het subkopje oefenprogramma s van de resultaten (van Hees e.a. 2004, Fan et.a. 2009), zijn door de werkgroep gelijk gesteld. Volgens de werkgroep is er sprake van een grote overlap, maar is dat ook zo? In het artikel van Fan e.a wordt, in tegenstelling tot van Van Hees e.a. 2004, niet besproken wat de concrete oefeningen van het oefenprogramma zijn geweest. Daarnaast wordt in het artikel van Van Hees e.a de EF niet weergegeven en kunnen de patiëntengroepen niet goed vergeleken worden. De getrokken conclusie met betrekking tot de oefenprogramma s valt dan te betwisten. Duur, tijd en frequentie In tabel 6 wordt gekeken naar de duur, tijd en frequentie van de interventies. Er wordt echter niet weergegeven wat de trainingsopbouw van de onderzoeken zijn geweest. In de artikelen wordt niet ingegaan op de verandering/aanpassing van de trainingen met betrekking tot herstel (periodieke training). Het aspect zorg op maat 17 wordt hier dus niet in acht genomen. Veiligheid In tabel 6 wordt het totaal aantal gevolgde trainingssessies per artikel weergegeven. Dit is uitgerekend op basis van de duur van het behandeltraject, de frequentie van de trainingssessies en het aantal personen die de interventie volledig gevolgd hebben. De werkgroep is er vanuit gegaan dat alle trainingen gevolgd zijn, maar uit de artikelen valt niet op te maken of dit daadwerkelijk zo is. Alleen in het artikel van Fan, e.a staat het exacte aantal trainingssessies dat uitgevoerd is vermeld. Hierdoor is het totaal aantal werkelijk gevolgde trainingssessies niet duidelijk vast te stellen en kan de Number To Harm niet correct worden berekend. We spreken dan ook van een geschatte waarde van de Number To Harm. In deze literatuurstudie is niet gekeken naar wat de Number To Harm is bij ICD-patiënten die niet trainen. Overige resultaten In de overige resultaten worden de psychosociale interventies (Salmoirago- Blotcher e.a. 2009, Morken e.a. 2012, Berg e.a. 2012) besproken. Deze resultaten voldoen niet aan de PIO-vraagstelling en zijn als extra meegenomen. Doordat vele interventies van de overige onderzoeken bestaan uit drie aspecten (training, educatie en psychoeducatie), heeft de werkgroep ervoor gekozen om het onderzoek in de resultaten op te nemen. De reden om hierover uit te weiden had de werkgroep beter kunnen toelichten. Het gevonden resultaat, namelijk de conclusie dat het begeleidend trainen zorgt voor angst reductie, is echter wel een belangrijk aspect om mee te nemen. Uit het artikel van Womisch e.a blijkt dat patiënten met een permanente RV-pacing minder vooruitgang boeken ten opzichte van geen permante RV-pacing. De werkgroep heeft alleen één artikel als argumentatie hiervoor gebruikt. In deze literatuurstudie Hogeschool van Amsterdam 9

10 wordt niet besproken of dit ook het enige onderzoek is of dat er meerdere zijn. De werkgroep kan hierdoor geen goede uitspraak over doen. De uitspraak die zij wel kan doen, is dat het erop lijkt dat permante RV-pacing de trainingsresultaten negatief beïnvloedt. Conclusie Op gepubliceerd onderzoeksgebied wordt hoofdzakelijk onderzoek gedaan naar aerobe training bij ICD patiënten. Trainen op een HFintensiteit van 60-80% (met hartslagen/min. onder de ICD-activatiedrempelwaarde), bij patiënten met een EF van 38%, lijkt veilig te zijn in kleine onderzoekpopulaties. Dit resultaat bevestigt (Keteyian et al, 2009) de enige grote RCT (n=932) op dit moment. Dit neemt niet weg dat er meerdere grote onderzoeken, in de vorm van een RCT, nodig zijn om dit bewijs hard te maken. Een bijkomende conclusie is dat cardiale revalidatieprogramma s de patiënten meer zelfvertrouwen geven en dat die programma s ervoor zorgen dat hun angst om te bewegen kleiner wordt. Patiënten die cardiale revalidatieprogramma s volgen, zien educatie en psychische begeleiding over het trainen met een ICD als een toegevoegde waarde. De uitkomstwaarde van de psychosociale interventies (artikel Salmoirago-Blotcher et al, 2009) moet wel voorzichtig geïnterpreteerd worden omdat hiernaar nog maar één SR is gedaan. Kortom: patiënten met een ICD kunnen veilig trainen op een HF intensiteit van 60-80%. Aanbeveling Op komt een nieuw artikel van Cynthia Dougherty uit, met de titel Anti- Arrhythmic Effects of Exercise After an Implantable Defibrillator (ICD), dat mogelijk een antwoord geeft op de vraagstelling van deze literatuurstudie. Bronnenlijst 1. Berg SK, Pedersen BD, Svendsen JH, Zwisler AD, Kristensen L, Pedersen PU. COPE-ICD: patient experience of participation in an ICD specific rehabilitation programme. Eur J Cardiovasc Nurs. 2012;11(2): Berg SK, Svendsen JH, Zwisler AD, Pedersen BD, Preisler P, Siersbæk- Hansen L, et al. COPE-ICD: a randomised clinical trial studying the effects and meaning of a comprehensive rehabilitation programme for ICD recipients -design, intervention and population. BMC Cardiovasc Disord. 2011;11: Denniss AR, Zecchin R. Cardiac Rehabilitation for Patients with an Implantable Cardioverter Defibrillator. In: Trayanova N. Cardiac Defibrillation - Mechanisms, Challenges and Implications. 1e dr. Croatia: InTech; 2011 p Dougherty CM, Glenny R, Kudenchuk PJ. Aerobic exercise improves fitness and heart rate variability after an implantable cardioverter defibrillator. J Cardiopulm Rehabil Prev. 2008;28(5): Dougherty CM, Glenny RW, Kudenchuk PJ, Malinick TE, Flo GL. Testing an exercise intervention to improve aerobic condition and autonomic function after an implantable cardioverter defibrillator (ICD). Pacing Clin Electrophysiol. 2010;33(8): Fan S, Lyon CE, Savage PD, Ozonoff A, Ades PA, Balady GJ. Outcomes and Adverse Events Among Patients With Implantable Cardiac Defibrillators in Cardiac Rehabilitation. Journal of Cardiopulmonary Rehabilitation and Prevention. 2009;29(1): Fitchet A, Doherty PJ, Bundy C, Bell W, Fitzpatrick AP, Garratt CJ. Comprehensive cardiac rehabilitation Hogeschool van Amsterdam 10

11 programme for implantable cardioverter-defibrillator patients: a randomised controlled trial. Heart. 2003;89(2): Flo GL, Glenny RW, Kudenchuk PJ, Dougherty CM. Development and safety of an exercise testing protocol for patients with an implanted cardioverter defibrillator for primary or secondary indication. Cardiopulm Phys Ther J. 2012;23(3): Guha K, McDonagh T. Heart Failure Epidemiology: European Perspective. Curr Cardiol Rev ;9(2): Hartstichting. Werk van de Hartstichting [website]. Den Haag: Hartstichting; ca [Geraadpleegd op 22 februari 2013] URL: van Hees L, Kornaat M, Defoor J, Aufdemkampe G, Schepers D, Stevens A, et al. Effect of exercise training in patients with an implantable cardioverter defibrillator. Eur Heart J. 2004;25(13): Morken IM, Norekvål TM, Isaksen K, Munk PS, Karlsen B, Larsen AI. Increased confidence to engage in physical exertion: older ICD recipients' experiences of participating in an exercise training programme. Eur J Cardiovasc Nurs. 2013;12(3): Nguyen HQ, Steele BG, Dougherty CM, Burr RL. Physical activity patterns of patients with cardiopulmonary illnesses. Arch Phys Med Rehabil. 2012;93(12): O'Connor CM, Whellan DJ, Lee KL, Keteyian SJ, Cooper LS, Ellis SJ, et al. Efficacy and safety of exercise training in patients with chronic heart failure: HF-ACTION randomized controlled trial. JAMA. 2009;301(14): Revalidatiecommissie Nederlandse Vereniging Voor Cardiologie / Nederlandse. Multidisciplinaire Richtlijn Hartrevalidatie Utrecht: Drukkerij Pascal; p [geraadpleegd op ]. URL: 4/Multidisciplinaire%20Richtlijn%20H artrevalidatie%202011% pdf 16. Salmoirago-Blotcher E, Ockene IS. Methodological limitations of psychosocial interventions in patients with an implantable cardioverterdefibrillator (ICD) A systematic review. BMC Cardiovasc Disord. 2009;9: Vaartjes I, van Dis I, Visseren FLJ, Bots ML. Hart- en vaatziekten in Nederland 2011: cijfers over leefstijl- en risicofactoren, ziekte en sterfte. Den Haag: Hartstichting; [Geraadpleegd op 15 maart 2013]. URL: 33/13374/hvz_in_nederland_ Wonisch M, Lercher P, Scherr D, Maier R, Pokan R, Hofmann P, et al. Influence of permanent right ventricular pacing on cardiorespiratory exercise parameters in chronic heart failure patients with implanted cardioverter defibrillators. Chest. 2005; 127(3): Hogeschool van Amsterdam 11

Bijlage 1: Overzichtstabel geïncludeerde artikelen

Bijlage 1: Overzichtstabel geïncludeerde artikelen Bijlage 1: Overzichtstabel geïncludeerde artikelen Artikel, schrijver Salmoirago- Blotcher E et al, 2009 Gayle L. Flo, ARNP, MN et al, 2012 Evidentie niveau A1 A2 Patiëntenpopulatie Soort training intensiteit

Nadere informatie

BETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN

BETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN BETER ZELFMANAGEMENT BIJ HARTPATIENTEN: ROL VAN EHEALTH-TOEPASSINGEN ehealth bij hartrevalidatie: meer deelnemers, minder terugval, beter eindresultaat? KNMG ehealth congres Donderdag 28 juni 2018 Evoluon

Nadere informatie

Huisarts of hometrainer?

Huisarts of hometrainer? Huisarts of hometrainer? In het literatuuroverzicht werden zes studies opgenomen. Vier studies onderzochten het effect van training op ziekteverzuim, drie daarvan bestudeerden tevens de effecten op klachten

Nadere informatie

FysioCARDSS. Optimalisatie van fysieke trainingsprogramma s in Nederlandse Hartrevalidatie-centra. Studieprotocol

FysioCARDSS. Optimalisatie van fysieke trainingsprogramma s in Nederlandse Hartrevalidatie-centra. Studieprotocol FysioCARDSS FysioCARDSS Optimalisatie van fysieke trainingsprogramma s in Nederlandse Hartrevalidatie-centra. Studieprotocol Allereerst bedankt voor het tonen van interesse in het FysioCARDSS project.

Nadere informatie

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten 5 april 2017 Sarcoïdose ontsporing afweersyteem ophoping afweercellen: granulomen overal in lichaam: longen, lymfesysteem, huid,

Nadere informatie

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts EBM Wetenschappelijke uitkomsten uit klinisch relevant prognostisch, diagnostisch en therapeutisch onderzoek. Kennis, ervaring, persoonlijke waarden en verwachtingen van de dokter zelf. De individuele

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Samenvatting Binnen het domein van hart- en vaatziekten is een bypassoperatie de meest uitgevoerde chirurgische ingreep. Omdat bij een hartoperatie het borstbeen wordt doorgesneden en er meestal

Nadere informatie

De beantwoordbare vraag (PICO)

De beantwoordbare vraag (PICO) 4. Interpretatie effect (relevantie) 5. Toepassen in de praktijk De beantwoordbare vraag (PICO) Welke patiënten? P Welke interventie? Welk alternatief (comparison)? Welke uitkomst (outcome)? I C O P I

Nadere informatie

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MARION SPIJKERMAN VGCT CONGRES, 13 NOVEMBER 2015 OVERZICHT Introductie Methode Resultaten Discussie Mindfulness en ACT interventies als ehealth:

Nadere informatie

Circuittraining Een nieuwe groepstraining met een functioneel karakter

Circuittraining Een nieuwe groepstraining met een functioneel karakter Circuittraining Een nieuwe groepstraining met een functioneel karakter Drs. Lotte Wevers Dr. Ingrid van de Port Prof. Dr. Eline Lindeman Prof. Dr. Gert Kwakkel Kenniscentrum De Hoogstraat, Utrecht Overzicht

Nadere informatie

Grenzen stellen bij hartfalen patienten. Anne van Vegchel Sportarts

Grenzen stellen bij hartfalen patienten. Anne van Vegchel Sportarts Grenzen stellen bij hartfalen patienten Anne van Vegchel Sportarts cv 2000-2006 geneeskunde 2007-2011 sportgeneeskunde 2008-heden bondsarts KNKV 2011-heden sportarts Bravis 2015-heden sportarts Sportsclinic

Nadere informatie

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken Dutch Summary (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken 9 In Hoofdstuk 1 wordt een inleiding gegeven over algemene fitheid en algehele gezondheid. Uit diverse studies blijkt dat er een relatie bestaat tussen

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

Peer Review. Hartrevalidatie

Peer Review. Hartrevalidatie Peer Review Hartrevalidatie Inhoudstafel Inleiding Inleidende kennistest Toelichting Intercollegiaal overleg INLEIDENDE KENNISTEST 1. Welke van onderstaande eigenschappen is geen cardiovasculaire risicofactor?

Nadere informatie

WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE?

WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE? WERKT DE WEBCARE INTERVENTIE? Onderwerp: Hoe lees ik een wetenschappelijk artikel? Marjolein Snaterse, docent/onderzoeker Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam TOCH MAAR WEER: EVIDENCE BASED PRACTICE

Nadere informatie

Knelpunten en uitgangsvragen

Knelpunten en uitgangsvragen Knelpunten en uitgangsvragen Hieronder zijn de geconstateerde knelpunten weergeven zoals die met de projectgroep waren geformuleerd (kolom 1 en 2), en die gemiddeld genomen door alle deelnemende beroepsverenigingen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Hartrevalidatie. CNE 10 mei Anneke Venema-Vos Verpleegkundig coördinator hartrevalidatie Werkgroeplid hartrevalidatie van de NVHVV

Hartrevalidatie. CNE 10 mei Anneke Venema-Vos Verpleegkundig coördinator hartrevalidatie Werkgroeplid hartrevalidatie van de NVHVV Hartrevalidatie CNE 10 mei 2016 Anneke Venema-Vos Verpleegkundig coördinator hartrevalidatie Werkgroeplid hartrevalidatie van de NVHVV Definiëring van Hartrevalidatie het geheel aan activiteiten dat nodig,

Nadere informatie

Geriatrische Revalidatie voor de oudere patiënt met een cardiovasculaire aandoening Leonoor van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde Dian

Geriatrische Revalidatie voor de oudere patiënt met een cardiovasculaire aandoening Leonoor van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde Dian Geriatrische Revalidatie voor de oudere patiënt met een cardiovasculaire aandoening Leonoor van Dam van Isselt, specialist ouderengeneeskunde Dian Pruijsers-Lamers, Verpleegkundig Specialist Cardiologie

Nadere informatie

Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit. Mariëtte de Rooij

Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit. Mariëtte de Rooij Oefentherapie bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit Mariëtte de Rooij Inhoud Artrose en comorbiditeit Aangepaste oefentherapie bij comorbiditeit Resultaten pilot studie Voorbeeld Conclusie Randomized

Nadere informatie

Infosessie Harpa. Invloed van voeding en beweging op het hart

Infosessie Harpa. Invloed van voeding en beweging op het hart Infosessie Harpa Invloed van voeding en beweging op het hart Miek Hornikx 4/2/2017 Inhoud Cardiale revalidatie Definitie Fases Inspanningsfysiologie Vertaling naar Harpa Fysieke activiteit Conclusie Cardiale

Nadere informatie

hoofdstuk 4 & 7 hoofdstuk 3 & 6 hoofdstuk 2 hoofdstuk 5 Hoofdstuk 2 tot en met 5 hoofdstuk 6 en 7 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 hoofdstuk

hoofdstuk 4 & 7 hoofdstuk 3 & 6 hoofdstuk 2 hoofdstuk 5 Hoofdstuk 2 tot en met 5 hoofdstuk 6 en 7 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 hoofdstuk Samenvatting De Lokomat is een apparaat dat bestaat uit een tredmolen, een harnas voor lichaamsgewichtondersteuning en twee robot armen die de benen van neurologische patiënten kunnen begeleiden tijdens

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Toelichting bij de criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een

Nadere informatie

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie. Samenvatting De primaire doelstelling van het onderzoek was het onderzoeken van de lange termijn effectiviteit van oefentherapie en de rol die therapietrouw hierbij speelt bij patiënten met artrose aan

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Samenvatting (Dutch summary) Door de hedendaagse gespecialiseerde medische zorg is de levensverwachting van mensen met een dwarslaesie aanzienlijk toegenomen. Echter, veel mensen met een chronische dwarslaesie

Nadere informatie

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE Drs. Willemke Stilma Docent verpleegkunde HvA Mede met dank aan dr. Anne Eskes 1 INHOUD 5 stappen EBP Formuleren van een klinische vraagstelling PICO Zoekstrategie

Nadere informatie

ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie

ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie ONDERZOEK HARTREVALIDATIE: KAN HET KORTER? Sabrine de Vries Spithoven ANIOS Cardiologie 21-11-2014 INHOUDSOPGAVE Introductie Relevantie Onderzoeksvragen Methode Resultaten Discussie Conclusie Aanbeveling

Nadere informatie

Als beweging patiënten met CVS zieker maakt, hoe kan de kinesitherapeut dan helpen?

Als beweging patiënten met CVS zieker maakt, hoe kan de kinesitherapeut dan helpen? Als beweging patiënten met CVS zieker maakt, hoe kan de kinesitherapeut dan helpen? Jo.Nijs@vub.ac.be 22-2-2010 1 revalidatie F A S E veilig bewegen = fysieke activiteiten verantwoord uitvoeren correct

Nadere informatie

Drs. Nathan Hutting Dr. Sarah Detaille

Drs. Nathan Hutting Dr. Sarah Detaille Drs. Nathan Hutting Dr. Sarah Detaille Inhoud presentatie Aspecifieke KANS Project GRIP op KANS Ontwikkeling GRIP op KANS Inhoud programma Voorlopige resultaten A-specifieke KANS Aan werk of activiteiten

Nadere informatie

PACEMAKERREVALIDATIE (IPZ)

PACEMAKERREVALIDATIE (IPZ) PACEMAKERREVALIDATIE (IPZ) 17863 Inleiding Deze folder geeft u informatie over het poliklinisch pacemaker revalidatieprogramma, Intensieve Poliklinische Zorg (IPZ). De behandelmethoden voor hart- en vaatziekten

Nadere informatie

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

ACHIEVE expertise centrum, Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam Academisch Medisch Centrum, Cardiologie en Ouderengeneeskunde Drs.

ACHIEVE expertise centrum, Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam Academisch Medisch Centrum, Cardiologie en Ouderengeneeskunde Drs. ACHIEVE expertise centrum, Faculteit Gezondheid, Hogeschool van Amsterdam Academisch Medisch Centrum, Cardiologie en Ouderengeneeskunde Drs. Patricia Jepma Drs. Lotte Verweij Carvasz, 24 november 2017

Nadere informatie

Dorine Collard (Mulier instituut) Peter-Jan Mol (KCsport) namens het SMART MOVES! consortium 1

Dorine Collard (Mulier instituut) Peter-Jan Mol (KCsport) namens het SMART MOVES! consortium 1 Dorine Collard (Mulier instituut) Peter-Jan Mol (KCsport) namens het SMART MOVES! consortium 1 2 Er is in toenemende mate aandacht voor de mogelijke positieve effecten van bewegen op cognitieve processen

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients

Nadere informatie

Oefentherapie op maat bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit

Oefentherapie op maat bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit Oefentherapie op maat bij patiënten met knieartrose en comorbiditeit j 7 juni 2018 Dr. Mariëtte de Rooij Praktijk voorbeeld 65 rige mevrouw Knieartrose: knieklachten > 10 ar Nevendiagnose: Diabetes type

Nadere informatie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie Staken antihypertensiva bij ouderen Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie 2 Vragen Zou u antihypertensiva staken bij een geriatrische patiënt met hypertensie en een

Nadere informatie

FORMULIER IV voor het beoordelen van een PATIËNT-CONTROLEONDERZOEK Versie oktober 2002, geldig t/m december 2005 Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier IV: beoordeling patiënt-controleonderzoek

Nadere informatie

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Amsterdam School of Health Professionals / HvA Amsterdam Kwaliteit en Proces Innovatie / AMC Amsterdam Goede zorg Effectief Doelmatig Veilig Tijdig Toegankelijk

Nadere informatie

HARTREVALIDATIE (IPZ)

HARTREVALIDATIE (IPZ) HARTREVALIDATIE (IPZ) 17721 Inleiding Deze folder geeft u informatie over het poliklinisch hartrevalidatieprogramma IPZ (Intensieve Poliklinische Zorg). De behandelmethoden voor hart- en vaatziekten zijn

Nadere informatie

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015 Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk Lies Braam, verpleegkundig specialist neurologie 26 maart 2015 V &VN neurocongres Definitie EBP Bij EBP gaat het om klinische beslissingen op basis van

Nadere informatie

Hoe weet ik waarom mijn interventies werken en voor wie?

Hoe weet ik waarom mijn interventies werken en voor wie? Hoe weet ik waarom mijn interventies werken en voor wie? Maartje van Stralen: Mine Yildirim: Femke van Nassau: Mia Kösters: Hoe evalueer ik hoe mijn interventie werkt? Analyse van mediatoren Hoe evalueer

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Samen zorgen. Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct

Samen zorgen. Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct Samen zorgen Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct Goof Zonneveld, huisarts in Sint Pancras en kaderhuisarts HVZ Secundaire preventie Verbinding tussen 2 e en 1 e lijn NVVC-Connect

Nadere informatie

Muziektherapie in de oncologie

Muziektherapie in de oncologie Muziektherapie in de oncologie Wetenschap en praktijk combineren Tom Abrahams 26 mei 2015 Wat is muziektherapie? Een vorm van vaktherapie Ervaringsgericht Interventies binnen muzikale context Waar wordt

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Kennisbericht over een publicatie in een wetenschappelijk tijdschrift: Hardell L, Carlberg M, Söderqvist F, Hansson Mild K, Meta-analysis of long-term

Nadere informatie

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Amsterdam School of Health Professionals / HvA Amsterdam Kwaliteit en Proces Innovatie / AMC Amsterdam Systematisch literatuur onderzoek RCT s worden gemaakt om

Nadere informatie

Hartrevalidatie poliklinische patiënten

Hartrevalidatie poliklinische patiënten Hartrevalidatie poliklinische patiënten In verband met hart- en of vaatproblemen wordt u behandeld in het TweeSteden ziekenhuis. Een hartstoornis kan grote lichamelijke en psychische gevolgen hebben. Het

Nadere informatie

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest. Samenvatting 152 Samenvatting Ieder jaar krijgen in Nederland 16.000 mensen een hartstilstand. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond van dit proefschrift. De kans om een hartstilstand te overleven is met

Nadere informatie

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Auteur: Veronique Verhoeven Augustus 2009 Conclusie van deze opvolging

Nadere informatie

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor.

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor. Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.

Nadere informatie

Programma. Kwetsbaarheid Fried. 2001. (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie

Programma. Kwetsbaarheid Fried. 2001. (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie Geriatriefysiotherapie Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie Marjan Doves MPT Geriatriefysiotherapeut 24 maart 2015 Programma Sarcopenie vanuit fysiotherapeutisch perspectief (Geriatrie)fysiotherapeutische

Nadere informatie

ACHIEVE expertise centrum, Drs. Patricia Jepma 25 januari 2018

ACHIEVE expertise centrum, Drs. Patricia Jepma 25 januari 2018 ACHIEVE expertise centrum, Drs. Patricia Jepma Czb@amc.nl 25 januari 2018 1 INHOUD - Cardiologische Zorgbrug als doorontwikkeling van de Transmurale Zorgbrug - Ervaringen tot nu toe - Scholing 2 TRANSMURALE

Nadere informatie

Literatuuronderzoek. Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten?

Literatuuronderzoek. Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten? HOGESCHOOL VAN AMSTERDAM Literatuuronderzoek Hoe lang mag een waaknaald blijven zitten? Michelle Entius 500635128 LV13-3IKZ1 Stagebegeleiders: Anetha van Waveren Samantha Carrot Literatuuronderzoek Inhoudsopgave

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/29358 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Thijssen, Joep Title: Clinical aspects and socio-economic implications of implantable

Nadere informatie

In beweging na een beroerte

In beweging na een beroerte In beweging na een beroerte Ingrid van de Port Senior onderzoeker Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht Docent Fysiotherapiewetenschap, UU Groningen, 28 oktober 2011 Facts beroerte (CVA) Trainen

Nadere informatie

Hartrevalidatie poliklinische patiënten

Hartrevalidatie poliklinische patiënten Hartrevalidatie poliklinische patiënten In verband met hart- en of vaatproblemen wordt u behandeld in het TweeSteden ziekenhuis. Een hartstoornis kan grote lichamelijke en psychische gevolgen hebben. Het

Nadere informatie

Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning. Door Susan Arendse en Martijn Moerman, studenten Fysiotherapie van de HU.

Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning. Door Susan Arendse en Martijn Moerman, studenten Fysiotherapie van de HU. Zijn bewegingsprogramma s die cognitie stimuleren haalbaar in de thuissituatie? Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning van het project Technologie Thuis Nu Door Susan Arendse en Martijn

Nadere informatie

Hulzebos HJ. Thema bewegen voor hart-, vaat-, en CVA-patiënten. In: Harten Zorg Magazine voor Hart- en vaatpatiënten december 1999;4:40-41.

Hulzebos HJ. Thema bewegen voor hart-, vaat-, en CVA-patiënten. In: Harten Zorg Magazine voor Hart- en vaatpatiënten december 1999;4:40-41. Publications Publications Publications Hulzebos HJ. Thema bewegen voor hart-, vaat-, en CVA-patiënten. In: Harten Zorg Magazine voor Hart- en vaatpatiënten december 1999;4:40-41. Verborg CLM, Hulzebos

Nadere informatie

Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties?

Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties? Home no. 3 Juni 2018 Eerdere edities Verenso.nl Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties? Critical Appraisal of Topics Mariëlle Winters mariellewinters@gmail.com Aanleiding

Nadere informatie

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten Ton Kuijpers, Epidemioloog Guru based medicine Inhoud Voorbeeld van een wetenschappelijk onderzoeksdesign (RCT) Mate van bewijs Conclusies

Nadere informatie

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters Literatuuronderzoek Systematische Review Meta-Analyse KEMTA Andrea Peeters Waarom doen? Presentatie 1. Begrippen systematische review en meta-analyse 2. Hoe te werk gaan bij het opzetten van een review

Nadere informatie

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument. Bruce Test. 1 Algemene gegevens

Uitgebreide toelichting van het meetinstrument. Bruce Test. 1 Algemene gegevens Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Bruce Test 11-08-2011 Review: EJCM Swinkels-Meewisse Invoer: E v Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën

Nadere informatie

Voor COPD-patiënten. Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie. Namen:

Voor COPD-patiënten. Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie. Namen: Voor COPD-patiënten Beroepsopdracht Hogeschool van Amsterdam Opleiding fysiotherapie Namen: Anna Keijsers Suzanne Poelgeest Paola Ramirez Bedoya Datum: 24 januari 2008 Periode BO: 5 november 2007 24 januari

Nadere informatie

Fysieke training bij kinderen met Duchenne. Auteurs: Wendy Boers; Stephanie van den Broek

Fysieke training bij kinderen met Duchenne. Auteurs: Wendy Boers; Stephanie van den Broek Fysieke training bij kinderen met Duchenne. Auteurs: Wendy Boers; Stephanie van den Broek Inleiding In dit literatuuronderzoek onderzoeken wij wat het effect van fysieke training bij kinderen met Duchenne

Nadere informatie

Bij gebrek aan bewijs

Bij gebrek aan bewijs Bij gebrek aan bewijs kennis is macht! internet in de spreekkamer P.A. Flach Bedrijfsarts Arbo- en milieudienst RuG 09-10-2006 1 3 onderdelen 1. Wat is EBM 2. Zoeken in PubMed 3. Beoordelen van de resultaten

Nadere informatie

Hart Vaat Long Fysiotherapie Geeft meer controle

Hart Vaat Long Fysiotherapie Geeft meer controle Hart Vaat Long Fysiotherapie Geeft meer controle 2 Essentieel nu en in de toekomst Een sterk specialisme binnen de fysiotherapie Hart- en vaatziekten en ziekten van de long- en luchtwegen komen heel veel

Nadere informatie

Telecardiologische opvolging in het Jessa Ziekenhuis. Dana Berti

Telecardiologische opvolging in het Jessa Ziekenhuis. Dana Berti Telecardiologische opvolging in het Jessa Ziekenhuis Dana Berti Maatschappelijke trend: Digitalisering Digitalisering o Partner in de zorg! o Telegeneeskunde, Telemonitoring of ehealth Wootton, 1996: Geneeskunde

Nadere informatie

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Samenvatting Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Ergotherapie is een paramedisch beroep dat gericht is op het verbeteren van het zelfstandig functioneren door het individu in de voor die persoon

Nadere informatie

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten?

Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Samenvatting 403 Wetenschappelijk onderzoek bij lage rugpijn: wat en hoe moeten we meten? Lage rugpijn (LRP) is wereldwijd de meest voorkomende oorzaak van beperkingen. Dit blijkt uit studies naar ziektelast

Nadere informatie

Poliklinische revalidatie van hartpatiënten

Poliklinische revalidatie van hartpatiënten Patiënteninformatie Poliklinische revalidatie van hartpatiënten Poliklinische revalidatie van hartpatiënten 762151 revalidatie hartpatient.indd 1 1 01-11-13 11:21 Poliklinische revalidatie van hartpatiënten

Nadere informatie

Mariëtte van Engen-Verheul 1 Niels Peek 1,2, Hareld Kemps 1,3, Roderik Kraaijenhagen 4,5,6

Mariëtte van Engen-Verheul 1 Niels Peek 1,2, Hareld Kemps 1,3, Roderik Kraaijenhagen 4,5,6 NVVC Connect Kick-off bijeenkomst regio Twente en Oost-Achterhoek Enschede, 23 april 2015 Mariëtte van Engen-Verheul 1 Niels Peek 1,2, Hareld Kemps 1,3, Roderik Kraaijenhagen 4,5,6 1. Afdeling Klinische

Nadere informatie

Hoe komt u in aanmerking voor hartrevalidatie? Hartrevalidatie op maat Het intakegesprek

Hoe komt u in aanmerking voor hartrevalidatie? Hartrevalidatie op maat Het intakegesprek Hartrevalidatie Een hartstoornis kan grote lichamelijke en psychische gevolgen hebben. Het vertrouwen in het functioneren van het eigen lichaam is niet meer vanzelfsprekend. Misschien kent u uw eigen mogelijkheden

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 11 Nederlandse Samenvatting Bij beslissingen over het al dan niet vergoeden van behandelingen wordt vaak gebruikt gemaakt van kosteneffectiviteitsanalyses, waarin de kosten worden afgezet tegen de baten.

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Vallen komt in alle leeftijdsgroepen voor, maar vormt vooral bij ouderen een groot gezondheidsprobleem. Onder een val wordt verstaan een gebeurtenis waarbij de betrokkene onbedoeld op de grond of een lager

Nadere informatie

Samenvatting. Effectiviteit van geïsoleerde lage-rugtraining

Samenvatting. Effectiviteit van geïsoleerde lage-rugtraining Samenvatting In dit proefschrift zijn drie delen te onderscheiden. In het eerste deel wordt in drie gerandomiseerde, gecontroleerde studies (trials) de effectiviteit van geïsoleerde lagerugtraining onderzocht

Nadere informatie

5.3. Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden

5.3. Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden 5.3 Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden 98 5.3 Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden Patiënten die de diagnose gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden krijgen, kunnen worden

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Respiratoire revalidatie. Inhoud. Respiratoire revalidatie definitie. Dr. Maurice Sillen Fysiotherapeut, coördinator CIRO netwerk

Respiratoire revalidatie. Inhoud. Respiratoire revalidatie definitie. Dr. Maurice Sillen Fysiotherapeut, coördinator CIRO netwerk Respiratoire revalidatie Dr. Maurice Sillen Fysiotherapeut, coördinator CIRO netwerk 22-04-2017, Ademhalingstechnieken en respiratoire revalidatie Anno 2017 Inhoud Respiratoire revalidatie: definitie en

Nadere informatie

Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease

Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Nadine Goessens Risk prediction and risk reduction in patients with manifest arterial disease Utrecht, Universiteit Utrecht,

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting. Feiten en cijfers Uitgave van de Nederlandse Hartstichting November 211 Beroerte Definitie Beroerte (in het Engels Stroke ), ook wel aangeduid met cerebrovasculaire aandoeningen/accidenten/ziekte (CVA),

Nadere informatie

Symposium SIG Dementie De nieuwe richtlijn Mild Cognitive Impairment

Symposium SIG Dementie De nieuwe richtlijn Mild Cognitive Impairment Symposium SIG Dementie De nieuwe richtlijn Mild Cognitive Impairment Jurgen Claassen Dineke Koek Geriatriedagen 09-02-2018 Behandeling en begeleiding Psychol beh Cogn revalidatie Leefstijladviezen Medicatie

Nadere informatie

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Van Waelvelde, De Roubaix A, Steppe L, et al. (2017) Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties.

Nadere informatie

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9 Samenvatting 155 Chapter 9 Samenvatting SAMENVATTING Richtlijnen en protocollen worden ontwikkeld om de variatie van professioneel handelen te reduceren, om kwaliteit van

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Samenvatting*en*conclusies* *

Samenvatting*en*conclusies* * Samenvatting*en*conclusies* * Kwaliteitscontrole-in-vaatchirurgie.-Samenvattinginhetnederlands. Inditproefschriftstaankwaliteitvanzorgenkwaliteitscontrolebinnende vaatchirurgie zowel vanuit het perspectief

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Chapter 9 Nederlandse samenvatting (Dutch Summary) 159 Bijdrage aan de revalidatiezorg: effectiviteit van beeldschermloeptraining bij slechtzienden Wereldwijd wordt het aantal personen met een visuele

Nadere informatie

Poliklinische hartrevalidatie. Afdeling Cardiologie

Poliklinische hartrevalidatie. Afdeling Cardiologie Poliklinische hartrevalidatie Afdeling Cardiologie Waarom hartrevalidatie? Hartrevalidatie is een effectieve manier om te leren omgaan met uw hartklachten. Hartrevalidatie is bedoeld om u te ondersteunen

Nadere informatie

Respiratoire revalidatie.

Respiratoire revalidatie. Respiratoire revalidatie Iris.coosemans@uzleuven.be Inactiviteit bij COPD Pitta, AJRCCM 2005 Gevolgen van inactiviteit COPD Ventilatoire noden Flow limitatie Air Trapping Hyperinflatie Dyspnoe Deconditionering

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting SAMENVATTING

Nederlandse samenvatting SAMENVATTING Samenvatting Nederlandse samenvatting SAMENVATTING De inleiding, de achtergronden en de doelstellingen van dit proefschrift worden beschreven in hoofdstuk 1. Evenals in andere landen neemt het aantal

Nadere informatie

Leuven protocol Cardiovasculaire preparticipatie screening en evaluatie van sporters boven 35 jaar goedgekeurd door ALV op 17 september 2015

Leuven protocol Cardiovasculaire preparticipatie screening en evaluatie van sporters boven 35 jaar goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 Leuven protocol Cardiovasculaire preparticipatie screening en evaluatie van sporters boven 35 jaar goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst

Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst Meta-analyses, top van de piramide? Iwan C. C. van der Horst Intensivist/cardioloog @iccvanderhorst Conflict of interest Perner A, Laake J, van der Horst ICC. Innovation and safety in critical care: should

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

WORD IK SLIMMER DOOR TE BEWEGEN?

WORD IK SLIMMER DOOR TE BEWEGEN? WORD IK SLIMMER DOOR TE BEWEGEN? HET EFFECT VAN BEWEGEN OP ONZE COGNITIEVE VERMOGENS Prof. Eric Kerckhofs Neurologische Revalidatie & Revalidatiepsychologie ekerckh@vub.be 28-11-17 1 DE CENTRALE VRAAGSTELLING

Nadere informatie

Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen. Dr. Ingrid Hendriksen

Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen. Dr. Ingrid Hendriksen Preventie en behandeling van psychische klachten bij ouderen door meer bewegen Dr. Ingrid Hendriksen Inhoud Psychische klachten en bewegen Bewegen ter preventie van depressie Bewegingstherapie bij depressieve

Nadere informatie

Fysieke revalidatie van oncologische patiënten

Fysieke revalidatie van oncologische patiënten Fysieke revalidatie van oncologische patiënten DR. ERIC VAN BREDA MEDISCH SPORTFYSIOLOOG UNIVERSITEIT MAASTRICHT Revalidatie na kanker De richtlijn oncologische revalidatie Is vooral gericht op klachten

Nadere informatie

Samenvatting 127 SAMENVATTING

Samenvatting 127 SAMENVATTING Samenvatting 127 SAMENVATTING Dankzij recente verbeteringen in diagnostiek en behandeling is het aantal mensen dat kanker overleeft toegenomen. Een subgroep van de overlevenden van kanker heeft langdurig

Nadere informatie

Telerehab III studie

Telerehab III studie Telerehab III Telerehab III studie Lange termijn effecten van telerevalidatie op QOL, CV RF en en fysieke conditie (No conflict of interest) Pilootstudie coördinator: Prof. Dr. Paul Dendale, Cardioloog-revalidatiearts

Nadere informatie