Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen)
|
|
- Frieda Anneleen Bos
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 3, LES 1 GROEP 4 achtergrondinformatie Leesstrategie Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: bedenken wat ze al weten over het onderwerp. Tekstsoort en soort tekst pleziertekst met tips Kernstof BSL In deze les oefenen de kinderen met de derde van de zeven leesstrategieën: Wat weet ik al over het onderwerp? De kinderen weten al dat elke tekst een onderwerp heeft. In de tekst lezen ze dingen die gaan over het onderwerp. Maar wat weten zij eigenlijk al over het onderwerp? En: weet iedereen hetzelfde over dat onderwerp? Materiaal Log in op Kies bij het lesmateriaal de methode Leeslink. Kies de juiste groep (niveau), het juiste blok en de juiste les. Klik rechtsonder op de knop Printbladen. U kunt de printbladen ook printen door in de leerkrachtstartpagina op de knop Printbladen te klikken. Klik vervolgens rechts op de knop met groep 4. Print alle printbladen. Kopieer het printblad Tekst+Vragen voor de kinderen. Maak naar keuze ook extra kopieën van de antwoorden. Woordenschat Moeilijke woorden staan uitgelegd onder de theorie. introductie 5 MIN Klik bij Introductie op Foto. Praat samen met de kinderen over wat je hier ziet. Je ziet twee meisjes. Wat doen ze? (zingen in een microfoon) Klik bij Introductie op Film. Klik rechtsonder op Zingen en start het filmpje. Mocht het filmpje niet starten, kopieer dan deze link in de browser: Zet het filmpje stop bij 2.00 minuten. Stel de volgende vragen: Wat zag je in het filmpje? (Een jongen die meedoet aan The Voice Kids.) Wat doet hij? (zingen en piano spelen) Vindt iedereen het zingen goed? (Drie mensen wel, maar eentje niet zo.) Wat vind jij ervan? En waarom? Is de jongen zenuwachtig, denk je? Kende je het liedje al dat de jongen zingt? Klik bij Introductie op Opdracht. Bedenk bij 3a samen waar de les over gaat. Vul het onderwerp in: zingen. Praat bij 3b samen over zingen. Vinden de kinderen het leuk om te zingen? Waarom wel of niet? En zouden ze zelf weleens mee willen doen aan een wedstrijd zoals The Voice Kids? Klik bij Introductie op Wat ga je leren? en Wat ga je doen? Neem dit met de kinderen door. 1 / 2
2 HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 3, LES 1 GROEP 4 instructie 15 MIN Deel de les uit. Let op! Vertel de kinderen dat ze de tekst nog niet mogen lezen. Start het strategiefilmpje Het filmpje legt uit dat je vaak al iets weet over het onderwerp van de tekst. Bedenk voor het lezen wat je al weet. Dan begrijp je de tekst beter. Klik op Wat moet je weten? Lees de theorie in het kader. Vertel dat een tekst over een onderwerp gaat. Bespreek hoe je het onderwerp kunt vinden. Je kijkt naar de titel en de plaatjes. Als je weet waar de tekst over gaat, stel je jezelf een vraag: Wat weet ik al over het onderwerp? Klik in het lesmenu op Tekst. De tekst wordt zichtbaar op het digibordscherm. Verken hem samen kort. Bekijk de moeilijke woorden. Lees de titel en bekijk de plaatjes. Lees de tekst nog niet. vragen (beg. inoefening, VERL. INSTRUCTIE, ZELFSTANDIG WERKEN) 20 MIN Klik op Vraag 1. Laat de instructieonafhankelijke kinderen (3 sterren) na een korte werkinstructie vraag 1 en verder zelfstandig maken. Met de overige kinderen maakt u vraag 1 samen. Doe dat door hardop te denken. Bij vraag 1a: De titel van een tekst is een woord of zin boven aan de tekst. Ik kijk naar de tekst. Bovenaan staat in grote blauwe letters: Zingen is leuk!. Dat is dus de titel van de tekst. Ik kruis het laatste hokje aan. Bij vraag 1b: Ik wil weten waar de tekst over gaat. Daarom kijk ik naar de titel en naar de plaatjes. De titel gaat over zingen. Op het eerste plaatje staat een meisje dat zingt. Op het tweede plaatje zie je een jongen met een koptelefoon op en een microfoon in de handen. Dat heeft ook met zingen te maken. Daar gaat de tekst dus over: over zingen. Dat antwoord vul ik in. Geef nu de instructiegevoelige kinderen (2 sterren) een korte werkinstructie, waarna zij vanaf vraag 2 zelfstandig verder werken. Klik op Vraag 2. Geef de instructieafhankelijke kinderen (1 ster) aan de hand van vraag 2 verlengde instructie. Doe dit ook weer door hardop te denken. Bij vraag 2a: Het onderwerp is waar de tekst over gaat: zingen. Wat weet ik al over zingen? Welke woorden komen in me op? Bijvoorbeeld stem, mooi, vals. Die woorden schrijf ik op. Bij vraag 2b: Ik lees regel 3 tot en met 7. Daar staat dat je beroemd kunt worden als je mooi kunt zingen. Ik schrijf beroemd op bij 2a. Instructieafhankelijke lezers (1 ster) maken vraag 3 t/m 7 zelfstandig. Instructiegevoelige lezers (2 sterren) maken vraag 2 t/m 8 zelfstandig. Instructieonafhankelijke lezers (3 sterren) maken vraag 1 t/m 10 zelfstandig. Vraag 1a is Cito-conform. Kijk de antwoorden samen na. afsluiting en reflectie 5 MIN Klik in het lesmenu bij Afsluiting en reflectie op Wat heb je geleerd? en op Kijk terug. Bespreek dit onderdeel samen. De kinderen hebben eerst gekeken wat het onderwerp van de tekst was. Daarna hebben ze nagedacht over wat ze al wisten over dat onderwerp. Vonden ze dat handig? Begrepen ze de tekst daardoor beter? Wisten ze al veel over het onderwerp? Vertel de kinderen dat zij dit ook bij andere teksten kunnen doen. Bespreek samen waarom dat slim is: dan begrijpen ze beter waar de tekst over gaat. TIP: De tips in de les komen van Op deze website vindt u nog meer tips om goed te leren zingen. Leuk om met de kinderen de tips één voor één te proberen! 2 / 2
3 2015 BLOK 1, WEEK 3, LES 1 GROEP 4 Wat weet ik al over het onderwerp? Wat ga je leren? Je kunt straks: bedenken wat jij al weet over het onderwerp Wat ga je doen? Je gaat straks een tekst lezen. Lees eerst de uitleg hierna. Maak dan de vragen. Lees de tekst nog niet! Wat moet je weten? Elke tekst heeft een onderwerp. In de tekst lees je dingen die gaan over dat onderwerp. Maar wat weet jij eigenlijk al over het onderwerp? Stel, je gaat een tekst lezen. Kijk naar de titel: Een dag naar zee Kijk naar het plaatje: Het onderwerp is de zee. Wat weet jij van de zee? Weet jij dat de zee zout is? En dat de zee heel groot is? En dat er veel soorten vissen zwemmen? Wat denk je? Weet iedereen hetzelfde over de zee? Moeilijke woorden zuiver = de borstkas = uitzetten = helemaal zoals het hoort Als je zuiver zingt, zing je niet vals het deel boven je buik als je je buik uitzet, dan bolt die een beetje. 1 / 4
4 Zingen is leuk! Mijn zus kan heel mooi zingen. Ze doet mee aan een wedstrijd op tv. Misschien wordt ze wel beroemd! Wil jij ook goed leren zingen? Lees dan de tips van mijn zus. Tip 1: Je mond open Open je mond tijdens het zingen. Nog verder dan wanneer je praat. Beroemde zangers doen dat ook altijd. Het voelt eerst misschien raar. Maar je went er snel aan. Tip 2: Hoor wat je zingt Zuiver zingen is niet zo moeilijk. Je moet jezelf wel goed kunnen horen. Anders zing je makkelijk vals. Zing jij weleens met een koptelefoon op? Dan klink je vast niet zo mooi. Tip 3: Haal goed adem Om goed te zingen, moet je goed ademhalen. Dat doe je niet met je borstkas. Haal adem vanuit je buik. Adem maar eens op die manier in. Dan zie je je buik een beetje uitzetten. Tip 4: Gebruik je tong Zonder tong kun je niet zingen. Zing maar eens lang aa. En zing nu een lange ee. Let goed op wat er in je mond gebeurt. Je verplaatst alleen je tong! Tip 5: Geen vet eten Ga je straks zingen? Let dan op wat je eet en drinkt. Van vet eten krijg je slijm in je keel. Dat krijg je ook als je cola drinkt. Dan kun je even niet goed zingen. Wat je wel moet doen? Veel water drinken! Bron: 2 / 4
5 Maak de vragen 1 Kijk naar de tekst. a Wat is de titel? Kruis aan. b Mijn zus kan heel mooi zingen. Tip 1: Je mond open Tip 2: Hoor wat je zingt Zingen is leuk! Waar gaat de tekst over, denk je? De tekst gaat over 2 Bedenk wat jij al weet over het onderwerp. a Wat weet jij al over zingen? Schrijf woorden op. b Lees regel 3 tot en met 7. Kijk naar je antwoord op vraag 2a. Weet je nu meer? Schrijf dat in een andere kleur erbij. 3 Lees regel 9 tot en met 14. Wat wist jij al? Kruis aan. Je mag meer hokjes aankruisen. Je zingt beter met je mond ver open. Je mond moet verder open dan met praten. Beroemde zangers doen hun mond goed open. Je went snel aan goed je mond opendoen. 4 Kijk naar de tweede foto. a Wat zie je op de foto? Ik zie een jongen met een b Lees regel 16 tot en met 21. Welke zin past bij de foto? Kleur die zin in de tekst. op. 3 / 4
6 5 Lees regel 23. a Weet jij al hoe je goed ademhaalt? Kruis aan (en vul in). Ja, vanuit je Nee, ik weet het niet. b Lees regel 24 tot en met 28. In welke zin staat hoe je moet ademhalen? Kleur die zin in de tekst. 6 Lees regel 30 tot en met 35. Welke dingen wist jij al? Kleur die dingen in de tekst. 7 Kijk naar het derde plaatje. a Je ziet patat, een hamburger en cola. Waarom staat er een rode streep door, denk je? Omdat je wel / niet vet mag eten als je gaat zingen. b Lees regel 37 tot en met 44. Wat weet je nu nog meer over vet eten? Schrijf op. 8 Welke tip over zingen vind jij het best? Tip, want 9 Lees regel 4. Aan welke wedstrijd op tv doet de zus mee, denk je? Schrijf op. 10 Lees de tekst nog een keer. Kleur alles wat jij al wist. Wat heb je geleerd? Een tekst heeft een onderwerp. In deze les stelde je jezelf een vraag. Wat weet ik al over het onderwerp? 4 / 4
7 2015 BLOK 1, WEEK 3, LES 1 GROEP 4 Wat weet ik al over het onderwerp? Wat ga je leren? Je kunt straks: bedenken wat jij al weet over het onderwerp Wat ga je doen? Je gaat straks een tekst lezen. Lees eerst de uitleg hierna. Maak dan de vragen. Lees de tekst nog niet! Wat moet je weten? Elke tekst heeft een onderwerp. In de tekst lees je dingen die gaan over dat onderwerp. Maar wat weet jij eigenlijk al over het onderwerp? Stel, je gaat een tekst lezen. Kijk naar de titel: Een dag naar zee Kijk naar het plaatje: Het onderwerp is de zee. Wat weet jij van de zee? Weet jij dat de zee zout is? En dat de zee heel groot is? En dat er veel soorten vissen zwemmen? Wat denk je? Weet iedereen hetzelfde over de zee? Moeilijke woorden zuiver = de borstkas = uitzetten = helemaal zoals het hoort Als je zuiver zingt, zing je niet vals het deel boven je buik als je je buik uitzet, dan bolt die een beetje. 1 / 4
8 Zingen is leuk! Mijn zus kan heel mooi zingen. Ze doet mee aan een wedstrijd op tv. Misschien wordt ze wel beroemd! Wil jij ook goed leren zingen? Lees dan de tips van mijn zus. Tip 1: Je mond open Open je mond tijdens het zingen. Nog verder dan wanneer je praat. Beroemde zangers doen dat ook altijd. Het voelt eerst misschien raar. Maar je went er snel aan. Tip 2: Hoor wat je zingt Zuiver zingen is niet zo moeilijk. Je moet jezelf wel goed kunnen horen. Anders zing je makkelijk vals. Zing jij weleens met een koptelefoon op? Dan klink je vast niet zo mooi. Tip 3: Haal goed adem Om goed te zingen, moet je goed ademhalen. Dat doe je niet met je borstkas. Haal adem vanuit je buik. Adem maar eens op die manier in. Dan zie je je buik een beetje uitzetten. Tip 4: Gebruik je tong Zonder tong kun je niet zingen. Zing maar eens lang aa. En zing nu een lange ee. Let goed op wat er in je mond gebeurt. Je verplaatst alleen je tong! Tip 5: Geen vet eten Ga je straks zingen? Let dan op wat je eet en drinkt. Van vet eten krijg je slijm in je keel. Dat krijg je ook als je cola drinkt. Dan kun je even niet goed zingen. Wat je wel moet doen? Veel water drinken! Bron: vraag 4b vraag 5b 2 / 4
9 Maak de vragen 1 Kijk naar de tekst. a Wat is de titel? Kruis aan. b Mijn zus kan heel mooi zingen. Tip 1: Je mond open Tip 2: Hoor wat je zingt Zingen is leuk! Waar gaat de tekst over, denk je? De tekst gaat over zingen. 2 Bedenk wat jij al weet over het onderwerp. a Wat weet jij al over zingen? Schrijf woorden op. Bijvoorbeeld: mooi, vals, stem, beroemd. b Lees regel 3 tot en met 7. Kijk naar je antwoord op vraag 2a. Weet je nu meer? Schrijf dat in een andere kleur erbij. 3 Lees regel 9 tot en met 14. Wat wist jij al? Kruis aan. Je mag meer hokjes aankruisen. Je zingt beter met je mond ver open. Je mond moet verder open dan met praten. Beroemde zangers doen hun mond goed open. Je went snel aan goed je mond opendoen. 4 Kijk naar de tweede foto. a Wat zie je op de foto? Ik zie een jongen met een koptelefoon b Lees regel 16 tot en met 21. Welke zin past bij de foto? Kleur die zin in de tekst. op. 3 / 4
10 5 Lees regel 23. a Weet jij al hoe je goed ademhaalt? Kruis aan (en vul in). Ja, vanuit je buik. Nee, ik weet het niet. b Lees regel 24 tot en met 28. In welke zin staat hoe je moet ademhalen? Kleur die zin in de tekst. 6 Lees regel 30 tot en met 35. Welke dingen wist jij al? Kleur die dingen in de tekst. 7 Kijk naar het derde plaatje. a Je ziet patat, een hamburger en cola. Waarom staat er een rode streep door, denk je? Omdat je wel / niet vet mag eten als je gaat zingen. b Lees regel 37 tot en met 44. Wat weet je nu nog meer over vet eten? Schrijf op. Bijvoorbeeld: Je krijgt er slijm van in je keel. 8 Welke tip over zingen vind jij het best? Tip, want Bijvoorbeeld: Tip 2, want ik wist niet dat je vals zingt als je jezelf niet hoort. 9 Lees regel 4. Aan welke wedstrijd op tv doet de zus mee, denk je? Schrijf op. Bijvoorbeeld: The Voice Kids, Junior Songfestival. 10 Lees de tekst nog een keer. Kleur alles wat jij al wist. Wat heb je geleerd? Een tekst heeft een onderwerp. In deze les stelde je jezelf een vraag. Wat weet ik al over het onderwerp? 4 / 4
HANDLEIDING BLOK 1, WEEK 1, LES 1 GROEP 4
HANDLEIDING BLOK, WEEK, LES GROEP achtergrondinformatie Leesstrategie Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel bepalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen wat een tekst is; opnoemen welke teksten ze voor
Nadere informatieIn de tekst komen moeilijke woorden voor. In stap 4 achterhalen de kinderen de betekenis hiervan.
HANDLEIDING lok 3, week 3, les 2 groep 5-6 achtergrondinformatie Leesstrategie alle leesstrategieën Lesdoelen De kinderen kunnen: de tekst ekijken voordat ze gaan lezen (stap 1 t/m 3) edenken wat ze moeten
Nadere informatieinformatieve tekst met een meningtekst in kader (artikel op internet met reacties)
HANDLEIDING blok 4, week 1, les 1 groep 7-8 achtergrondinformatie Leesstrategie Leesdoel bepalen (Waarom lees ik de tekst?) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen wat informatieve teksten zijn; vertellen
Nadere informatieWat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen)
HANDLEIDING BLOK 3, WEEK 3, LES 1 GROEP 5-6 ahtergrondinformatie Leesstrategie Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen wat er tijdens het lezen geeurt
Nadere informatieinformatieve tekst (artikel) en instructieve tekst (spelregels en tips)
HANDLEIDING lok 3, week 7, les 2 groep 5-6 ahtergrondinformatie Leesstrategie alle leesstrategieën Lesdoelen De kinderen kunnen: de tekst ekijken voordat ze gaan lezen (stap 1 t/m 3) edenken wat ze moeten
Nadere informatieHANDLEIDING BLOK 3, WEEK 1, LES 1 GROEP 5-6
HANDLEIDING BLOK 3, WEEK, LES GROEP -6 achtergrondinformatie Leesstrategie Waarom lees ik de tekst? (Leesdoel epalen) Lesdoelen De kinderen kunnen: vertellen welke teksten passen ij het leesdoel zin om
Nadere informatieWaarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte
Les 1: Een gedicht over Egypte schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje gaat over de situatie
Nadere informatieNieuw! Digibordpresentatie Leeslink. Inhoud. A Vooraf. Leeslink leren kennen. Dit stappenplan helpt u Leeslink te leren kennen. Pag. A.
Nieuw! Digibordpresentatie Leeslink Leeslink leren kennen Dit stappenplan helpt u Leeslink te leren kennen. Inhoud Pag. A. Vooraf 1 B. Aanmelden 2 C. Demonstratie 3 Bijlage: Navigatieonderdelen 11 A Vooraf
Nadere informatieWaarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte
Les 1: Een gedicht over Egypte schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje gaat over de situatie
Nadere informatieWat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?
Les 1: Een poëziekaart maken poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de ramadan voelen
Nadere informatieWat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over de Paralympische Spelen
Les 1: Een gedicht over de Paralympische Spelen schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieHoe maak ik een werkstuk?
Hoe maak ik een werkstuk? Stap 1: Onderwerp en vraag Voordat je kunt beginnen met het maken van een werkstuk, moet je natuurlijk een onderwerp kiezen. Als je een onderwerp hebt gekozen ga je bedenken wat
Nadere informatieNieuw! Digibordpresentatie Leeslink Leeslink leren kennen in 15 minuten. Inhoud. A Vooraf
Nieuw! Digibordpresentatie Leeslink Leeslink leren kennen in 15 minuten Dit stappenplan helpt u Leeslink te leren kennen (in 15 min.). Ook heeft Malmberg een kant-en-klare powerpoint ontwikkeld voor op
Nadere informatieDit weet ik er al over:
Lees de uitleg. Voorspellen en tekst lezen Voor je een tekst gaat lezen, voorspel je waarover hij gaat. Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de tekst soms al zien
Nadere informatiePraatplaat op het digibord Lied De blauwe vissenclub op het digibord https://fishandkids.msc.org/nl/spelletjes/zingen-dans
Muziekles Lesbeschrijving voor de leerkracht groep 3-4 Voorbereiding Lees deze lesbeschrijving door. Luister naar het liedje en kijk naar het clipje. Oefen de bewegingen van het dansje. Zet de praatplaat
Nadere informatieALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN
STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?
Nadere informatietitel/kopje/plaatje Ik denk aan: Dit weet ik er al over:
Lees de uitleg. Voorspellen en tekst lezen Voor je een tekst gaat lezen, voorspel je waarover hij gaat. Kijk eerst goed hoe de tekst eruitziet. Want je kunt aan de buitenkant van de tekst soms al zien
Nadere informatieWerkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd
Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave
Nadere informatieHANDLEIDING BLOK 3, WEEK 1, LES 1 GROEP 7-8
HANDLEIDING BLOK 3, WEEK 1, LES 1 GROEP 7-8 achtergrondinformatie Leesstrategie Leesdoel epalen (Waarom lees ik de tekst?) Lesdoelen De kinderen kunnen: uitleggen wat fictieteksten zijn; vertellen ij welk
Nadere informatieWat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?
Les 1: Een poëziekaart maken Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de
Nadere informatieAanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?
Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1 Inleiding Dit is informatie over de Toets Gesproken Nederlands (of TGN) 1. De TGN maakt deel uit van het inburgeringsexamen buitenland. Moet u de TGN
Nadere informatieLes 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven
Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Wat voor tekst ga je schrijven en waarom? Op 31 oktober is het Halloween en op 11 november is het Sint-Maarten. Veel mensen weten niet zo goed wat voor feesten
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieInhoud van deze lesbrief
Lesbrief bij Krokodillen in het gras van Ingrid Bilardie de Boer Voor groep 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief - Thema s in het boek - Lesopzet - Doel van de les - Uitwerking - Bijlage: opdrachtenblad Thema
Nadere informatieGoalkeeper: jouw sport, jouw leefstijl, jouw doel! Naam:.
Naam:. 1 Les 1 Kies een buddy! Mijn buddy is.. Bepaal je startkleur! Bekijk de filmpjes, en kijk wat elke kleur betekent. Probeer het uit, kijk wat je al kan! Overleg met je buddy. Kruis dan in de tabel
Nadere informatieBekijkjetoekomstnu.nl
Bekijkjetoekomstnu.nl Vandaag gaan we aan de slag met Lesbrief 1: Beroepen Naam: Klas: School: VMBO: BL KL TL (omcirkel) Heb jij een droomberoep? En wil je weten welke beroepen er nog meer zijn? Op www.bekijkjetoekomstnu.nl
Nadere informatieINFORMATIEBROCHURE. Begrijpend en studerend lezen Groep 4 tot en met 8
INFORMATIEBROCHURE Begrijpend en studerend lezen Groep 4 tot en met 8 lnhoud De methode Waarom Leeslink? 2 lnhoud en didactiek Complete digibordmethode 4 Structuur en organisatie Overzichtelijk en compact
Nadere informatieBegeleide interne stage
Ik, leren en werken Begeleide interne stage Deel 2 Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Marian van der Meijs Inhoudelijke redactie: Titel: Ik, leren
Nadere informatieWat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat
Les 1: De uitdaging Wat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat In deze les ga je een verhaal verzinnen. Je bent zelf de held van het verhaal. In het verhaal ga je als held
Nadere informatieMelkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool
Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Wat leert je kind? Taal en ouders: de basisschool Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Wat leert je kind?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Kinderen
Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.
Nadere informatieOpstartlessen. Les 1. Kennismaken
www.edusom.nl Opstartlessen Les 1. Kennismaken Wat leert u in deze les? Uzelf voorstellen Kennismaken Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam HET GESPREK
Nadere informatieThema: Eurovisie Songfestival Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen
Handleiding en opgaven niveau AA Thema: Eurovisie Songfestival 2013 De lesbeschrijving is korter dan voorheen. Een uitgebreide uitgeschreven aanpak vindt u in de Instapmodules (zie www.nieuwsrekenen.nl
Nadere informatieStroomschema s maken in Word
1 Stroomschema s maken in Word Een programma direct maken in Scratch gaat vaak wel goed als het een klein programma is. Als het programma groter en moeilijker is, is het lastig om goed te zien welk commando
Nadere informatieThema Op het werk. Les 13. Hoe werkt de machine?
www.edusom.nl Thema Op het werk Les 13. Hoe werkt de machine? Kofi is op het werk. Kofi moet aan de machine werken. De chef vertelt Kofi eerst hoe de machine werkt. Dan werkt Kofi met de machine. De machine
Nadere informatieWaarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet worden.
week 11 10 maart 2014 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Welke plek in de buurt moet opgeknapt worden? Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet
Nadere informatieInhoudsopgave LES 1: NAAR SCHOOL LES 2: VRIJE TIJD LES 3: THUIS LES 4: NEDERLAND LES 5: TOEKOMST 126
Inhoudsopgave LES 1: NAAR SCHOOL 8 1 Ziek 8 2 Plus en min 14 3 Wat moet en wat is goed? 20 4 De bel 26 Woorden 32 LES 2: VRIJE TIJD 38 1 Naar de film 38 2 Rada wil fit zijn 44 3 Vrije tijd 50 4 Ik ben
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 2 Boodschappen
Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.
Nadere informatieWaarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken. Wat voor tekst schrijf je en aan wie?
Les 1: Je eigen reclameposter maken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let vooral op de leerlingen van Het Geuzencollege
Nadere informatieWie ben ik? Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam
Kriebels in je buik Wie ben ik? 1 Wie ben ik? Groep 1 80 min Begrippen Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam Benodigheden Grote spiegel en/of handspiegeltjes
Nadere informatieWerkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd
Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave
Nadere informatieMuziek Singer Songwriter 1. Workshop Handleiding. Singer Songwriter 1. wat is jouw talent? 1. Singer Songwriter 1
Workshop Handleiding wat is jouw talent? 1 Inhoudsopgave Hoe gebruik je deze workshop? Hoe kun je deze workshop inzetten in je klas? Introductie én opzet van de workshop Singer Songwriter Bekijk de introductievideo
Nadere informatieProject Tweede Wereldoorlog. Rianne Bakker. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/61249
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Rianne Bakker 15 May 2015 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/61249 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein
Nadere informatievoorwoord VOORBEELDPAGINA S Bestelnr De ander en ik
voorwoord Dit werkboek gaat over de omgang met andere mensen. We bespreken hoe jij met anderen kunt omgaan. Bijvoorbeeld hoe je problemen oplost, omgaat met pesten, gevoelens en vriendschappen en hoe je
Nadere informatieInstructieboek Koken. Voor de Mpower-coach
Instructieboek Koken Voor de Mpower-coach juni 2014 Mpower-coach Instructieboek Versie 1.2014 blz. 2 Inhoud: Inhoudsopgave blz. 3 Mpower-coach blz. 5 Thema koken : blz. 7 Module 0: Beginnen met koken blz.
Nadere informatieBedenken: een tekening maken van de held
Les 1: De uitdaging Wat ga je schrijven? In deze les ga je een verhaal schrijven. Je bent zelf de held van het verhaal. De held van je verhaal gaat een uitdaging aan. Iets wat spannend of moeilijk is om
Nadere informatie2 Huiswerk. Voorbeeld: Als je je huiswerk altijd aan je bureau maakt, geef je dat een 1. Als ik mijn huiswerk maak dan...
Na deze les kun je: vertellen hoe jij nu huiswerk maakt; zorgen voor een goede huiswerkplek; stoorzenders uitzetten; een huiswerkplan maken; jezelf belonen na je huiswerk. 2 Huiswerk Huiswerk?! Leuk is
Nadere informatieWerkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?
Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids? WERKBOEK WIKIKIDS Welkom bij het werkboek van WikiKids. In dit werkboek staan opdrachten waarmee je stap voor stap leert werken met WikiKids. Er staan 15 opdrachten
Nadere informatieThema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag
Thema Op het werk. Demet TV Lesbrief 8. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef vertelt
Nadere informatie4 In de tekst staat: Dit is een recept voor een toetje. Weet jij wat een recept is? Kruis de goede zin aan.
Blok 2 LB 16-17 LES 1 MAAK EEN TOETJE Lees de tekst in het leesboek nog niet. 1 Kijk naar de plaatjes. Nu weet je al heel veel. 1 Hier staat hoe je een toetje maakt. Hier staat hoe je een pop maakt. 2
Nadere informatieHang de Kwink van de Week onder de deelposter Zelfmanagement (zie Vooruitblik/ deelposter bij les 8 op de website).
groepsfase performing VOORBEREIDING Lesdoel Nodig Kwink van de Week Een sterke groep Kwink thuis Emotiewoordenschat Ik herken reclame en kan er kritisch mee omgaan. - Pen en papier (bij Oriëntatie en Zelfstandig)
Nadere informatieWij gaan bouwen, wij gaan bouwen, Doe je mee, doe je mee, Pak dan ook je spullen, pak dan ook je spullen Zaag, plank, schroef, zaag, plank, schroef.
- Wat ga jij doen en wat gaan de kinderen doen? Beschrijf de opzet voor iemand die de les niet kent. Het thema bouwen is deze week geïntroduceerd. Voordat ik met het liedje aanleren begin, gaan wij eerder
Nadere informatieLesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol
Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol Voor groep 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief Thema s in het boek Lesopzet Doel van de les Uitwerking Bijlage: opdrachtenblad Thema s in het boek
Nadere informatieJongens en meisjes. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep
Kriebels in je buik Jongens en meisjes 1 Jongens en meisjes Groep 2 55 min Begrippen Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep gedrag Benodigheden Digibord Schaar Knutselspullen Werkbladen
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
Thema Op zoek naar werk. Demet TV Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria
Nadere informatieLes 1: Welke plek in de buurt moet opgeknapt worden?
week 9 24 februari 2014 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Welke plek in de buurt moet opgeknapt worden? Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt
Nadere informatieLesbrief 3. De fysiotherapeut.
MDS-65 speakerstand Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Kaya, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij
Nadere informatie8-10-2015. Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens
Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Modelen WWW.CPS.NL Contactgegevens Willem Rosier w.rosier@cps.nl 06 55 898 653 Hoe ziet het modelen er in de 21 ste eeuw uit? Is flipping the classroom dan
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten
Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes
Nadere informatieThema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang
Thema Kinderen en school. Demet TV Lesbrief 9. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. belt naar een kinderdagverblijf. Is er plaats? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat inschrijven
Nadere informatieWie ben ik? Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam
Kriebels in je buik Wie ben ik? 1 Wie ben ik? Groep 1 80 min Begrippen Ik, jij, groot, klein, uiterlijk, verschillen, overeenkomsten, haar, ogen, gezicht, lichaam Benodigheden Grote spiegel en/of handspiegeltjes
Nadere informatieHET KOMPAS DOEL BENODIGDHEDEN: WERKINSTRUCTIE: OPDRACHT IN DE KLAS:
HET KOMPAS DOEL Instrument geven om te benoemen en herkennen wat belangrijk is voor de kinderen (hun waarden), zodat ze kunnen leren kiezen. BENODIGDHEDEN: plaatje van een kompas groot kompas voor in de
Nadere informatieTekst lezen en vragen stellen over de tekst
Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Tijdens het lezen van een tekst,
Nadere informatieNationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld
Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld Groep 8 Les 1. Boeven in beeld Les 1. Boeven in beeld Nationaal Gevangenismuseum Groep 8 120 minuten Samenvatting van de les De les begint met een klassikaal
Nadere informatieLeeskilometers maken!
Leeskilometers maken! Zes leeswerelden 2 Het dashboard Naar de kasten Hulp Kies je digi fan 3 Kies een boek uit een open kast Lees waar het boek over gaat. Ga het boek binnen. 4 Kies wat je gaat doen Woordenschat
Nadere informatieLesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten
groep 5 vakantie instaples 1 taal Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal Lesduur 25 minuten Aanwijzingen bij de les
Nadere informatieDe Melkweg groep 3-4. Lesbeschrijving De Melkweg. Inleiding 15 minuten. 1 Bron: www.ruimtevaartindeklas.nl
De Melkweg groep 3-4 Als je naar de sterren kijkt, komen als vanzelf veel vragen op. Hoeveel sterren zijn er? Waar bestaan al die sterren uit? Hoe ver weg zijn ze? De sterren die wij vanaf de aarde zien,
Nadere informatieUitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6
Uitprobeerpakket Toetsboek 4 groep 4 blok 6 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd
Nadere informatieHANDLEIDING. Online oefenen voor het inburgeringsexamen met Onderweg en KNM examentrainer
Online oefenen voor het inburgeringsexamen met Onderweg en KNM examentrainer versie: januari 2017 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 3 Wat heb je nodig? 3 Account aanmaken en cursus activeren 3 Wat moet ik eerst
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 1 Voorstellen
Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 2 bij 1.2 Vraag en antwoord. Cursist A: lees de vraag hardop. Cursist B: lees het antwoord hardop. Klaar? Dan leest cursist B de vragen. Cursist A Cursist
Nadere informatieChique woorden Weet jij wat deze woorden betekenen? Vraag om de beurt de betekenis van een chique woord aan elkaar.
LES 8: Spijsvertering (2) Chique woorden Weet jij wat deze woorden betekenen? Vraag om de beurt de betekenis van een chique woord aan elkaar. Defecatie - Poepen Borborygmus - Knorrende maag Monosodiumglutamaat
Nadere informatieBasisvaardigheden Nederlands Deel 1 van 2
Basisvaardigheden Nederlands Deel 1 van 2 Colofon Auteur: Hanneke Molenaar Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Redactie: Edu Actief b.v. Vormgeving: Crius Group Illustraties: Edu Actief b.v. Titel: Basisvaardigheden
Nadere informatieLes 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven
Les 1: Halloween en Sint-Maarten beschrijven Wat voor tekst ga je schrijven en waarom? Op 31 oktober is het Halloween en op 11 november is het Sint-Maarten. Veel mensen weten niet zo goed wat voor feesten
Nadere informatieHoe moet je een prachtige presentatie maken?
Hoe moet je een prachtige presentatie maken? www.meestermichael.nl Geef de presentatie een titel. Klik dit vak aan om jouw presentatie een ondertitel te geven. Hier kun je je presentatie een titel geven
Nadere informatieHandleiding Groente- en fruitles
Groep 3 / 4 / 5 / 6 / 7 / 8 Handleiding Groente- en fruitles Groente- en fruitles voor groep 3 t/m 8 In de Groente- en fruitles leren kinderen spelenderwijs dat groente en fruit eten belangrijk is om te
Nadere informatie1. Waarom? 2. Hoe? Beantwoord de volgende vragen en vul in bij je digitale paspoort:
Beantwoord de volgende vragen en vul in bij je digitale paspoort: 1. Waarom? Waarom is het voor jou belangrijk om slim naar reclame te kijken en je niet zomaar te laten beïnvloeden door reclame trucjes?
Nadere informatieLes 3. Familie, vrienden en buurtgenoten
www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieLesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?
Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen? Copyright Stichting Vakcollege Groep 2015. Alle rechten voorbehouden. Inleiding Zonder dat we het door hebben worden we steeds asocialer. Dit
Nadere informatieNucleair materiaal uit ziekenhuis verdwenen
Les 1: Een verhaal schrijven Nieuwsbegripfilmpje kijken Bekijk het filmpje en denk na over deze vragen: 1. Welke goede en slechte dingen kun je doen met nucleair materiaal? 2. Wat willen de wereldleiders
Nadere informatieWaar gaan we het over hebben?
Waar gaan we het over hebben? Onderwerp: Wat gebeurt er met je als je een leuk meisje of jongen tegenkomt? Je vindt de ander leuk en misschien word je wel verliefd. Eerst wil je heel vaak bij hem of haar
Nadere informatie* Dit is belangrijk.?? Dit snap ik niet. / Dit is een moeilijk woord.
Tekst lezen en een tekstschema maken 1. Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en de plaatjes. 2. Lees de tekst actief. Kom je nog moeilijke woorden tegen in de
Nadere informatieNederlands Luisteren Voor 1F Deel 2 van 2
Nederlands Luisteren Voor 1F Deel 2 van 2 Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Gerda Verhey Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Titel: Nederlands Luisteren
Nadere informatieWaar gaan we het over hebben?
Waar gaan we het over hebben? Onderwerp: Sommige meisjes zijn heel snel verliefd, andere meisjes zullen niet snel of misschien zelfs helemaal niet verliefd worden. Dit is bij ieder meisje anders. Wat gebeurt
Nadere informatieHandleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8. Gedicht
UNICEF Handleiding lessuggestie Gedicht groep 7-8 Handleiding Gedicht In het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties zijn de rechten voor het kind opgenomen. U maakt deze rechten concreet en zichtbaar,
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Kinderen
Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.
Nadere informatieSpeklappen en rookworsten
Opdracht 1 Deze opdracht doe je in een groepje van vier. Nodig: A3-papier, zwarte stift. Om vlees te kunnen eten, worden er dieren geslacht. In jouw gemeente waren er vanaf 1850 veel slachterijen en vleesfabrieken
Nadere informatieafrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.
U UNPLUGGED Functie Bovenbouw: Liedjes schrijven met parameters Lestijd: 20 minuten Deze basisles omvat alleen oefeningen. Er kunnen inleidende en afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het
Nadere informatieThema: Dieren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/74579
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 12 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/74579 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein
Nadere informatieIk ben verliefd. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen
Kriebels in je buik Ik ben verliefd 1 Ik ben verliefd Groep 4 50 min Begrippen Verliefd, lief, leuk, gevoelens, verkering, vriendschap, diversiteit, homoseksualiteit, homoseksueel, lesbisch, seksuele diversiteit
Nadere informatieEen simpel voorblad 2015
Groep: 5 Lesdoelen: - - De leerlingen kunnen na deze les zelfstandig aan de gang met Word Art. De leerlingen kunnen een afbeelding in Word - invoegen en effecten toevoegen. De leerlingen weten de belangrijkste
Nadere informatieMet Word een hoger cijfer halen. Word ken je al, toch kun je nog veel meer doen met Word. Nog beter leren omgaan met Word
Nog beter leren omgaan met Word Met Word een hoger cijfer halen. Word ken je al, toch kun je nog veel meer doen met Word. Informatiekunde Omgaan met Word College De Heemlanden 2005. Informatiekunde Leerjaar
Nadere informatieDe beoordeling van je werkstuk
De beoordeling van je werkstuk Inzet: - Je levert je werk op tijd in, op de datums die hieronder staan! - Je vraagt hulp als je iets niet snapt. - Je laat je werk in het klad zien, zodat je het nog kunt
Nadere informatieMelkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann
Melkweg Lezen van Alfa B naar Alfa C Naar de speelzaal Taal en ouders: Peuters Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Colofon Melkweg: Naar de speelzaal, 0 Dit boekje is een uitgave van Stichting
Nadere informatieLESINSTRUCTIE GROEP 5/6
LESINSTRUCTIE GROEP 5/6 Bij Samsam nr. 5 2018 Mijn buurt Burgerschap Met Samsam werkt u aan kennis, vaardigheden en gedrag op het gebied van burgerschap. Elke editie heeft een thema dat aansluit bij mondiale
Nadere informatieHandleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen
Handleiding en opgaven niveau AA Benodigd materiaal - Voor alle leerlingen een exemplaar van Opgavenblad AA (zie pagina 6) - Voor alle leerlingen drie exemplaren van Werkblad Stappenplan (zie pagina 7)
Nadere informatie