Ontruimingsplan School, Buitenschoolse opvang De Kosmos en Peuterspeelzaal Hobbel de Bobbel Versie november 2012

Transcriptie

1 Inleiding en toelichting Inleiding: In ieder gebouw kunnen zich situaties voordoen die het noodzakelijk maken dat kinderen, medewerkers, ouders en overige aanwezigen het gebouw zo snel mogelijk moeten verlaten. Deze situatie kan zich voordoen bij: Brand; Wateroverlast; Stormschade; Bommelding; Gaslekkage; In opdracht van bevoegd gezag; Of andere voorkomende gevallen. Toelichting: Hiervoor is naast de genomen preventie- en preparatiemaatregelen een ontruimingsplan nodig. Dit ontruimingsplan is opgesteld op basis van de NTA Leidraad voor een ontruimingsplan - Deel 2: Onderwijsgebouwen. Voorwaarde voor een goede ontruiming is dat de opzet van dit plan bij alle medewerkers van de instellingen die in het gebouw gehuisvest zijn, bekend moet zijn. Door middel van instructie en minimaal één jaarlijkse oefening zal dit ontruimingsplan aan de praktijk worden getoetst en zo nodig worden bijgesteld. Van het ontruimingsplan behoren alle medewerkers hoofdstuk 7 Wat te doen bij brand of ontruimingsalarm te kennen; Alle leden van het directieteam en de bedrijfshulpverleningsploeg moeten het ontruimingsplan goed kennen; Alle leerlingen, stagiaires, ouders en overige aanwezigen moeten opdrachten en aanwijzingen van de coördinerende BHV-er en de bedrijfshulpverleningsploeg opvolgen; In situaties waarin niet is voorzien, zal naar bevinding van zaken moeten worden gehandeld; De leidinggevenden van de instellingen zijn verantwoordelijk voor de bedrijfshulpverleningsorganisatie in het gebouw, volgens de Arbo-wet artikel 15. Hoofdstuk 1 Gegevens van de locatie Voldersdreef Op de voldersdreef 301 is gevestigd: Openbare basisschool De Kosmos o Telefoon:

2 Op de Voldersdeef 302 zijn gevestigd: Peuter Speel Zaal Hobbel o Telefoon: Buitenschoolse opvang De Kosmos o Telefoon: De aldaar gevestigde instanties beschikken over de volgende BHV-ers: Harriët Docter (PSZ/VSO) Dionne de Vries (BSO)* Gerdien Bronkhorst (school) Mia van Egten (BSO)* Klaasje Blaauw-Witter (BSO)* Stacy Middelveld (BSO) Marianne Overheul (PSZ)* Erick Jannes (school) / Jos Havekes (school) Gabriëlle Koopmans (PSZ)* Ineke de Coo (school) Gerrit u/d Bogaard (school) De met een * gemerkte personen beschikken over een (kinder)ehbo diploma Gebouwbezetting en gebruik uur Voorschoolseopvang in ruimte PSZ/BSO uur School en PSZ (op woensdagen uur) uur Tussenschoolse opvang (m.u.v. woensdag) in centrale ruimte school en lokaal uur Schooluren uur Naschoolse opvang In PSZ/BSO ruimte en centrale ruimte school. In de schoolvakanties wordt er naar behoefte kinderdagopvang gerealiseerd volgens een apart rooster. Op schoolvrije dagen bevindt de BSO zich in de school en bevinden de peuters zich in de PSZ ruimte. Bij maximaal gebruik zijn er +/- 240 kinderen aanwezig en +/- 18 volwassenen. Plaats ontruimingsplan en presentielijst PSZ/BSO: Ontruimingsplan: (verkorte versie) -naast de deur van het kantoor,in de groepruimte, aan de muur -Voor de BSO in alle ruimtes waar de BSO is. Plaats presentielijsten: -In kantoor op het bureau voor de PSZ. -In de BSO kast voor de BSO 2

3 School: -De plattegrond/vluchtroutes hangen in het lokaal naast de deur en -Naast de nooduitgang (richting speelplein). Ontruimingsplan, presentielijst en plattegrond met vluchtweg: -In iedere groep in het daarvoor bestemd bakje bij de entree. Incl. plattegrond/vluchtroutes. Plaats EHBO trommel: PSZ/BSO - De EHBO koffer (groen) hangt naast de deur van het kantoor School: - De EHBO trommels en materialen liggen in de schuifdeurkast in de kamer van de conciërges. Op de verdieping bevindt zich in de bibliotheek een verbandkoffer. Bijzonderheden: De school kent 2 bouwlagen die bereikbaar zijn via een 3 tal trappen en een lift. De lift mag tijdens ontruimingen niet gebruikt worden. Twee van de 3 aanwezige trappen dienen uitsluitend als vluchtroute en zijn voorzien van een traliehek dat alleen van binnen uit te openen is. Knelpunt: hekwerk kleuterplein is obstakel. S-hek wenselijk. HOOFDSTUK 2: - Het ontruimingsplan 1. Hoofddoel van de ontruiming is om zo snel mogelijk, zoveel mogelijk personen uit het gebouw weg te leiden en in veiligheid te stellen. 2. Schadebeperking aan het gebouw heeft geen prioriteit! 3. De leiding van de ontruiming ligt bij een BHV-er van de instantie die het ontruimingsalarm afgeeft. 4. In de regel zal de leiding berusten bij een BHV-er met de grootste aanwezigheidsfactor. 5. Zo nodig maken de instanties gebruik van elkaars BHV-er. 6. Diegene die tot ontruiming besluit over te gaan stelt daartoe het (brand)alarm (Slow Woops) in werking via de handbrandmelder(s) 7. Leidsters en leerkrachten a. Bij de PSZ gaan de leidsters een liedje zingen: een treintje ging uit rijden. Er wordt dan een touw gepakt, die de kinderen vast moeten pakken. De kinderen worden aan het touw naar buiten geleid. Het touw ligt op het keukenkastje. b. Bij de BSO/VSO gaan de leidsters direct tot ontruiming. c. Bij de school gaan de groepen o.l.v. de groepsleerkracht naar buiten met medeneming van de presentielijst, volgens de aangewezen dan wel de korts mogelijke vluchtroute. 3

4 8. Personeel dat op dat moment niet belast is met verantwoordelijkheid voor kinderen wordt door de leidinggevende BHV-er ingezet om: a. Het Alarmnummer te bellen (112) en de calamiteit te melden. Ten minste moet gemeld worden: * De naam van de instelling * Adres van de instelling * Aard van de calamiteit * Contactpersoon en (mobiel) telefoonnummer. b. Zonder gevaar van eigen leven zoveel mogelijk ruimtes van het gebouw te controleren op achtergebleven personen en openstaande ramen/deuren te sluiten. Denk hierbij aan toiletgroepen, magazijnen, spreek- of toetsruimtes, planetarium, personeelsruimtes e.d. c. Naaste buren waarschuwen (cbs De Kring/SamSam) d. De alarmdiens(ten) te ontvangen en naar de plaats van de calamiteit te begeleiden. e. Zonder gevaar voor eigen leven de calamiteit te bestrijden. De leidinggevende BHV-er zet bij voorkeur mede-bhv-ers in en/of maakt deze zo mogelijk vrij van kinderverantwoordelijkheid. 9. Worden er kinderen/volwassenen gemist dan wordt dat met een omhooggestoken rode kaart aangegeven. Bij voltallig wordt een groen kaart opgestoken. 10. De leidinggevende BHV-er maakt een risico afweging of hij/zij door BHVers in het gebouw laat zoeken naar vermisten. 11. Nadat de leidinggevende BHV-er de coördinatie heeft overgedragen aan de hulpdienst(en) informeert deze derden zoals, centrale kantoren/besturen/leidingevenden enz. 12. In alle gevallen waarin het ontruimingsplan niet voorziet is het zaak om het gezonde verstand te gebruiken. HOOFDSTUK 3: Hoe te handelen bij risicovolle situatie van buitenaf BIJ BRAND: 1. bel 112 waarschuw de brandweer; 2. ontruim het gebouw; 3. sluit ramen in deuren; 4. start eventueel nog met blussen; BIJ AGRESSIE EN GIJZELING: 1. blijf kalm; 2. doe geen ondoordachte dingen; 3. probeer bij de kinderen de kalmte te bewaren; 4. neem geen risico's die gevaar op kunnen leveren; 5. probeer bij de indringer de bedoelingen te achterhalen; 6. probeer contact te leggen met leidinggevenden of de politie; 7. zoek achteraf ook altijd contact met leidinggevende en de politie. BIJ BOMMELDING: 4

5 Een bommelding kan zowel rechtstreeks als via derden (kranten etc.) bij de locatie terechtkomen. 1. waarschuw altijd de politie; 2. overleg met de politie of er tot ontruiming moet worden overgegaan; 3. leg contact met het centraal kantoor van je instelling en/of je direct Leidingevende 4. Ontruim het gebouw. Laat alles achter m.u.v. leerlinglijst/presentielijst BIJ WATEROVERLAST: 1. sluit de hoofdkraan (zie plattegrond van het gebouw); 2. de veiligheid van kinderen en personeel staat voorop; 3. ontruim indien nodig de groep of de hele locatie; 4. probeer verdere overlast of schade zoveel mogelijk te beperken (spullen verwijderen); 5. neem contact op met de beheerder van het gebouw Evision (tel of buiten kantoortijd met ) BIJ GASLEKKAGE: 1. sluit de hoofdkraan (in de voorraadkast, hendel horizontaal is afgesloten); 2. ga niet zelf op zoek naar de lek;eventueel ontruimen; 3. neem contact op met de beheerder van het gebouw Evision (tel of buiten kantoortijd met ) BIJ STROOMSTORING: Kijk of er buiten de locatie ook stroomstoring is (hoofdschakelaar zit in ketelhok); 1. is het intern:controleer de meterkast 2. controleer de elektrische apparaten; 3. neem contact op met de beheerder van het gebouw Evision (tel of buiten kantoortijd met ) BIJ UITVAL V.D. VERWARMING: 1. laat de kinderen zo nodig een jas aantrekken; 2. neem contact op met de beheerder van het gebouw Evision (tel of buiten kantoortijd met ) BIJ EXPLOSIE, INSTORTING, OVERSTROMINGSGEVAAR, STRALINGSGEVAAR, VLIEGTUIGCRASH: 1. blijf rustig; 2. denk aan de veiligheid van de kinderen, jezelf en je collega's; 3. ga naar binnen en sluit indien mogelijk de deuren en ramen; 4. sluit gaskranen en doof vuur;luister zo mogelijk naar de radio (omroep Gelderland) of gebruik een smarphone om aan informatie te komen. 5. houd de telefoon lijnen vrij; 6. als je via de radio of geluidswagens aanwijzingen krijgt doe dan het volgende: controleer of gas,water en elektra zijn afgesloten; 7. gebruik bij voorkeur eigen vervoer om weg te gaan; 8. neem zoveel mogelijk kinderen mee LAAT GEEN KINDEREN ALLEEN IN HET GEBOUW ACHTER 9. neem de sleutel mee en begeef je naar de toegewezen verzamelplaats. 5

6 Hoofdstuk 4:Hoe te handelen bij risicovolle situaties met kinderen, ouders en personeel In dit hoofdstuk is in het kort weer gegeven welke afspraken er zijn als risicovolle situaties zich voordoen op de locatie. Bij ernstige verwondingen of overlijden van personeel op de locatie de BHVer (of bij afwezigheid de EHBO-er) neemt de verzorging van de gewonde op zich, of dekt de overledene toe; 1. Alarmnummer 112 moet worden gebeld; 2. Kinderen moeten worden gerustgesteld en opgevangen in een andere groep (weg bij het slachtoffer); 3. Naaste familie van het slachtoffer, en de clustermanager moeten worden ingelicht; 4. Tijdens de haal en brengtijden moet er iemand zijn die de ouders te woord staat; 5. Overige collega's moeten worden ingelicht. 6. Een ongevallen rapport t.b.v. de arbeidsinspectie dient opgesteld te worden. Bij ernstige verwondingen of overlijden van kinderen op de locatie 1. De kinder-ehbo-er (of bij afwezigheid de BHVer) neemt de verzorging van de gewonde op zich; 2. Alarmnummer 112 moet worden gebeld; 3. Kinderen moeten worden gerustgesteld en opgevangen in een andere groep (weg bij het slachtoffer); 4. Als mogelijk brengt de leidster/leerkracht ouders op de hoogte, en informeert de leidinggevende. De leidster/leerkracht of een ander vertrouwd persoon gaat met het kind mee naar het ziekenhuis. 5. Tijdens de haal en brengtijden moet iemand de ouders te woord kunnen staan; 6. Overige collega's en het centraal kantoor moeten op de hoogte gebracht worden; 7. Een ongevallen rapport t.b.v. de arbeidsinspectie dient opgesteld te worden. Weglopen of vermissing van kinderen op de locatie (zie OOK handboek ): 1. Directe collega en de andere groepen worden ingelicht; 2. De leidsters/leerkrachten die geen directe groepsverantwoordelijkheid hebben, helpen zoeken. 3. Er wordt gezocht in en rond de directe omgeving van de locatie; 4. Wordt het kind binnen 15 minuten niet gevonden wordt de politie ingeschakeld en de ouders ingelicht. Bijlage: Plattegronden gebouw met vluchtroutes Overzicht verzamelplaatsen Handleiding ontruimingsinstallatie 6

7 Begane grond Verdieping 7

8 Vluchtweg 1 e verdieping 8