AANGIFTE VAN NALATENSCHAP

Transcriptie

1 Editie juni 2014 De aangifte van nalatenschap auteurs: André Culot, fiscaal adviseur Pierre Culot, kandidaat-notaris Wanneer Uitzondering Wie Waar Termijn Hoe Niet-inlevering Sanctie AANGIFTE VAN NALATENSCHAP Bij overlijden van een rijksinwoner Bij overlijden van een niet-rijksinwoner die onroerende goederen in België nalaat (Wb. Succ., art. 1) Indien de overledene geen onroerende goederen bezit in België en de nalatenschap niet onderworpen is aan rechten De erfgenamen (zij die tot de nalatenschap zijn geroepen volgens de wet) en de algemene legatarissen (zij die geroepen zijn tot de gehele nalatenschap krachtens een testament) met inbegrip van zij die aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving, doch met uitsluiting van de erfgenamen of legatarissen die de nalatenschap verwerpen (Wb. Succ., art. 38) (Voor een niet-rijksinwoner: zie Wb. Succ., art. 38, 2 ) Kantoor waar de overledene zijn laatste fiscale woonplaats had (Voor een niet-rijksinwoner: zie Wb. Succ., art. 38, 2 ) 4 maanden in geval van overlijden in België, 5 maanden in geval van overlijden in Europa (geografisch), 6 maanden in alle andere gevallen Verplicht formulier beschikbaar in de kantoren Verplichte vermeldingen (zie Wb. Succ., art. 42, 43, 44 en 46) Begroting van ambtswege, invordering middels dwangbevel (Wb. Succ., art. 47) 25 per maand vertraging door de persoon die gehouden is de aangifte in te leveren (Wb. Succ., art. 124) (Boete reduceerbaar volgens barema) Rijksinwoner: hij die, op het ogenblik van zijn overlijden, binnen het rijk zijn domicilie of de zetel van zijn vermogen heeft gevestigd Verzoek tot indienen in het bevoegde kantoor De algemene en bijzondere legatarissen kunnen gehouden zijn aangifte te doen van de goederen verkregen binnen de maand na ontvangst van de aangetekende zending waarbij hen gevraagd wordt de aangifte in te leveren In geval van meerdere fiscale woonplaatsen gedurende vijf jaar voor het overlijden: het kantoor in het gewest waarin de woonplaats het langst gevestigd was Verlenging mogelijk (Wb. Succ., art. 41) In geval van gerechtelijke verklaring van overlijden begint de termijn te lopen zodra het vonnis in kracht van gewijsde is gegaan (Wb. Succ., art. 40, al. 2) Formulier en model terug te vinden op Enkel de inlevering van een aangifte kan de gevolgen van het dwangbevel schorsen Begrafeniskosten Schulden van de overledene op de datum van overlijden PASSIVA Bewijs: nota s en facturen Bewijs: bewijsmiddelen toelaatbaar in geschillen tussen schuldenaar en schuldeiser (Wb. Succ., art. 29, al. 1) (zie ook Wb. Succ., art. 29, al. 2 tot 32 voor andere bewijsmogelijkheden) Verdachte schulden en dus niet toegelaten: schulden ingevolge contracten afgesloten door de overledene ten opzichte van een erfgenaam of legataris of een tussenpersoon (zelfs in geval van verwerping of uitsluiting) (Wb. Succ., art. 33). Uitzondering: deze schulden zijn toegelaten: a indien het bewijs van waarachtigheid wordt gegeven door de partijen die aangifte doen; dit bewijs mag worden geleverd door alle middelen van gemeen recht, met inbegrip van getuigen en vermoedens, maar met uitzondering van de eed; a indien ze als onmiddellijk en rechtstreeks doel hebben: de verwerving, de verbetering, het behoud of de inning van een goed dat zich in het patrimonium bevond op de dag van het overlijden. Nalatenschap van een niet-rijksinwoner: zie Wb. Succ., art. 27 Vl. Gewest, 27bis W. Gewest en 27 B.H. Gewest. GENDEC.BE

2 Toepasselijk regime Verwantschap, verlaagde tarieven, abattementen, vrijstellingen Onzekerheid Bijzondere legaten Verwerping Onroerend goed in het buitenland Overlijden van de vruchtgebruiker binnen de 6 maanden Opeenvolgende overdrachten BELASTING Om te bepalen welke decreten of ordonnanties van toepassing zijn, dient er rekening te worden gehouden met de plaats van inlevering van de aangifte van de successie (Wb. Succ., art. 38). Federale principes Weerhouden graad van verwantschap: bloedverwantschap a Uitzondering: echtgenoot a Regionale bijzonderheden: samenwonende, schoonkinderen, onthaalouder, gehandicapte, Adoptie: er wordt geen rekening gehouden met de verwantschapsband die voortspruit uit de gewone adoptie. Evenwel wordt, mits bewijs te verstrekken door de belanghebbenden, met deze adoptieve afstamming rekening gehouden in bepaalde gevallen voorzien in de regionale decreten. Gezinswoning of gezamenlijke hoofdverblijfplaats: Verlaagd tarief: Vrijstelling: Abattementen (Rechte lijn, echtgenoot, wettelijk samenwonende) (Zijlijn t.e.m. 2de graad voor nal. van een minderjarige) Regionale bijzonderheden (Verwijzing naar de artikels) Wallonië Vlaanderen Brussel 48, , 50, 54 48, ter 60ter 54 ( ) ( ) ter 55bis 54 (15.000) Verminderingen 56 54, Vrijstellingen 55, 55bis, ter, quater en 56bis 55bis, ter en quater Overdracht van vennootschappen 60bis 60 1 t.e.m bis Andere verminderingen 59 en , 59 en 60 Bij onzekerheid omtrent de devolutie van de nalatenschap of de graad van bloedverwantschap van de rechthebbenden, mag de administratie het hoogste opvorderbaar recht heffen (Wb. Succ., art. 49) a Sommen, rente of waardepapieren (Wb. Succ., art. 65) a Verbintenis opgelegd aan een erfgenaam, legataris of begiftigde (Wb. Succ., art. 64) Het recht, verschuldigd door de personen die daarvan het voordeel genieten, mag niet lager zijn dan het recht dat de verwerper had moeten betalen (Wb. Succ., art. 68). Vermindering van het in België opvorderbaar successierecht onder de vorm van een deductie (Wb. Succ., art. 17) Voor het verrekenen van de rechten van successie en van overgang bij overlijden, komt niet in aanmerking hetgeen in vruchtgebruik of als levenslange of periodieke rente of pensioen wordt verkregen, indien de verkrijger binnen zes maanden na het afsterven van de overledene sterft (Wb. Succ., art. 67). Indien de goederen die belast zijn met het successierecht of met het recht van overgang bij overlijden het voorwerp uitmaken, binnen het jaar na het overlijden van de afgestorvene, van een of meer andere overdrachten bij overlijden, worden de wegens bewuste overdrachten verschuldigde rechten met de helft verminderd, zonder dat de daaruit voort te vloeien belastingverlaging, voor elk van bedoelde overdrachten bij overlijden, de op de onmiddellijk vorige overdracht geheven rechten mogen te boven gaan (Wb. Succ., art. 57 en 21, VIII). Goederen in blote eigendom die het voorwerp uitmaken van opeenvolgende overdrachten bij overlijden vóór het vervallen van het vruchtgebruik (Wb. Succ., art. 58). 55

3 Reële activa Fictieve activa (goederen toegevoegd aan de activa en belast in hoofde van de rechthebbenden van de overledene) AAN TE GEVEN ACTIVA Principes Aan te geven waarde Opmerkingen Alle goederen toebehorende aan de overledene (met inbegrip van zijn aandeel in de huwgemeenschap) op de dag van zijn overlijden Ongeacht hun aard en ligging (Wb. Succ., art. 15 en 16) Nalatenschap van een niet-rijksinwoner: enkel de onroerende goederen in België (Wb. Succ., art. 18) Verkoopwaarde op de dag van overlijden (Wb. Succ., art. 19 tot 26) Uitzonderingen: zie Wb. Succ., art. 21 Goederen die het voorwerp hebben uitgemaakt van een eigendomsakte ten voordele van of op verzoek van de overledene in de periode van 3 jaar voorafgaand aan het overlijden (Wb. Succ., art. 108) Overledenen gehuwd onder het stelsel van algehele gemeenschap: eerst de huwgemeenschap vereffenen Uitzondering: zie Wb. Succ., art. 67bis W. Gewest Wb. Succ., art. 55quinquies Vl. Gewest a Goed dat zich binnen de reële activa bevindt a Goed dat verbruikt of uitgegeven werd door de overledene a Geschonken goed (Wb. Schenkingen) Fictieve legaten Goederen direct belast in hoofde van de legataris (Wb. Succ., art. 4 tot 14) Tegenbewijs Artikel 4 Worden beschouwd als legaten: a Alle schulden alleenlijk bij uiterste wil erkend a De schenkingen onder levenden gedaan onder de opschortende voorwaarde die vervuld wordt door het overlijden van de schenker (Vl. Gewest en Br. H. Gewest) De eerste bepaling is niet toepasselijk indien het bestaan van de schuld anders wordt aangetoond dan blijkens testament. Artikel 5 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 8 Artikel 7 Schenkingen Het gedeelte boven de helft, wettelijk toegekend aan de langstlevende bij verblijvingsbeding: legaten van dit overschrijdende deel zijn in het voordeel van de begunstigde echtgenoot Roerend of onroerend goed verkregen door de overledene voor wat betreft het vruchtgebruik en door een erfgenaam, legataris of tussenpersoon (zelfs in geval van verwerping of uitsluiting) (Beoogde personen: zie Wb. Succ., art. 14 en 33) Goed dat het voorwerp heeft uitgemaakt van een verdeling of met verdeling gelijkstaande akte waarbij aan de overledene een vruchtgebruik is toegewezen, een rente of enig ander recht dat bij zijn overlijden is opgehouden te bestaan, in ruil voor zijn rechten in volle eigendom (Beoogde personen: zie Wb. Succ., art. 14 en 33) Roerend of onroerend goed verkocht door de overledene aan een erfgenaam, legataris of tussenpersoon (zelfs in geval van verwerping of uitsluiting), middels een voorbehoud van een levenslang recht (verkoop onder voorbehoud van vruchtgebruik, van een recht van gebruik of bewoning of bij verkoop op lijfrente) (Beoogde personen: zie. Wb. Succ., art. 14 en 33) Beding ten behoeve van een derde (verzekeringsovereenkomst, clausule van conventionele terugkeer, ) Verkoopwaarde van de volle eigendom op de dag van overlijden Mogelijke vermindering: waarde van het uitgeoefende vruchtgebruik (Wb. Succ., art. 12) Verkoopwaarde van de volle eigendom op de dag van overlijden Mogelijke vermindering: waarde van het uitgeoefende vruchtgebruik (Wb. Succ., art. 12) Verkoopwaarde van de volle eigendom op de dag van overlijden Mogelijke vermindering: waarde van het uitgeoefende vruchtgebruik (Wb. Succ., art. 12) In principe het gestorte kapitaal Het verblijvingsbeding dient wederzijds te zijn Bewijs dat de blote eigenaar de waarde van de blote eigendom heeft betaald met zijn eigen middelen Equivalent van de prestaties en uitvoering van de prestaties Equivalent van de prestaties en uitvoering van de prestaties In geval van gemeenschap: geschat op de helft behoudens tegenbewijs Eerste regel (Wb. Succ., art. 7, al. 1 en 108): De goederen waarover de overledene ten kosteloze titel beschikte gedurende de 3 jaar voor zijn overlijden die niet onderworpen zijn geweest aan de registratierechten gevestigd voor de schenkingen worden geacht deel uit te maken van de nalatenschap van de overledene. De goederen geschonken door de overledene worden dus beschouwd als deel uitmakend van de nalatenschap, toegewezen en belast op dezelfde wijze als de goederen waaruit die nalatenschap is samengesteld. In Vlaanderen geldt nu een termijn van 7 jaar voor schenkingen beschreven in art. 140bis (Wb. Succ.) Tweede regel (Wb. Succ., art. 7, al. 2): Indien is aangetoond, hetzij door de Administratie, hetzij door de erfgenamen en legatarissen, dat de liberaliteit werd toegestaan aan een bepaalde persoon, dan wordt deze laatste geacht de legataris te zijn van het geschonken goed. Het recht wordt derhalve berekend volgens de graad van verwantschap tussen de overledene en de begunstigde van deze liberaliteit. Derde regel (Wb. Succ., art. 66bis): Indien de overledene ten bate van zijn erfgenamen, legatarissen of begiftigden schenkingen onder levenden heeft toegestaan die vastgesteld werden door akten, welke dagtekenen van minder dan 3 jaar voor de datum van overlijden, en die voor dezelfde datum ter registratie aangeboden werden of verplichtend registreerbaar geworden zijn, dan wordt de basis waarop het registratierecht werd of dient geheven uit hoofde van die schenkingen gevoegd bij het erfelijk emolument van de belanghebbenden om het op dit emolument toepasselijk progressief recht van successie of van overgang bij overlijden te bepalen (op deze regel bestaan evenwel uitzonderingen krachtens regionale decreten en ordonnanties) (zie volgende regel en Wb. Succ. art. 66bis en ter zoals toepasbaar in ieder gewest). Vierde regel (Wb. Succ., art. 66bis zoals toepasbaar in ieder gewest): De schenkingen onderworpen aan de verminderde registratierechten voorzien in de regionale decreten en ordonnanties maken geen deel meer uit van de nalatenschap van de overledene/schenker.

4 INVORDERING Termijn van betaling 2 maanden te rekenen vanaf de dag waarop de wettelijke aangiftetermijn verstreken is (Wb. Succ., art. 77) Sanctie Intrest tegen een rentevoet van 7% (Wb. Succ., art. 81 en Programmawet van 27 december 2006 (B.S., 28 december 2006)) Bijdrage De erfgenamen, legatarissen en begiftigden, éénieder voor datgene wat door hem verkregen wordt (Wb. Succ., art. 75 en 76). Verplichting De erfgenamen, algemene legatarissen en begiftigden in de nalatenschap van een rijksinwoner zijn gezamenlijk aansprakelijk, éénieder in verhouding tot zijn erfdeel, voor de gezamenlijke rechten en intresten verschuldigd door de legatarissen en begiftigden onder algemene titel of onder bijzondere titel (Wb. Succ., art. 70). Deze regel is niet van toepassing voor waarden geacht als legaat te zijn verkregen (Wb. Succ., art. 8) Invordering De eerste daad van vervolging voor de invordering van de rechten, boetes en hun toebehoren is een dwangbevel. De uitvoering van het dwangbevel kan slechts worden onderbroken middels het stellen van een rechtsvordering (Wb. Succ., art. 141 tot ). Sancties Boete gelijk aan: 1 maal de bijkomende rechten: a Verzwegen onroerend goed in België (Wb. Succ., art. 126) a Onderwaardering van een goed onderworpen aan schatting (Wb. Succ., art. 127) 2 maal de bijkomende rechten (Wb. Succ., art. 127 en 128): a Verzwegen bankrekening, titels aan toonder, kasbons, kunstwerken, een fictief legaat van roerend goed a Onderwaardering van een niet aan schatting onderworpen goed a Verzwegen of onjuist aangegeven legaat, schenking, graad van verwantschap of leeftijd van de persoon op wiens hoofd een vruchtgebruik is gevestigd, ten nadele van de staat a Schulden die zijn aangegeven, maar die niet ten laste van de nalatenschap komen a Onjuiste aangifte omtrent het aantal kinderen van de rechtsopvolgers van de overledene a Verzuim van de vermeldingen in de aangifte bedoeld in artikel 42, VIIIbis en X of een onjuiste of onvolledige vermelding dienaangaande (Zie echter het barema van de vermindering van de boeten) Voorrechten van de staat a Algemeen voorrecht op de roerende goederen van de nalatenschap a Hypotheek op alle goederen vatbaar voor hypotheekstelling (onroerende goederen, zeeschepen en boten) afhangend van de overerving en gelegen in het rijk (Wb. Succ., art. 84 tot 93) a Eén enkele erfgenaam woonachtig buiten de Europese Economische Ruimte: borgstelling (Wb. Succ., art. 94 en 95) Tegenstelbaarheid aan derden zonder inschrijving gedurende een periode van achttien maanden te rekenen vanaf het overlijden Solidariteit in hoofde van de houder van de waarden Verjaring Twee jaar vanaf de dag van indiening van de aangifte (Wb. Succ., art. 137) a Rechten, intresten en boete verschuldigd op de aangifte a Vordering tot schatting van de goederen onderworpen aan dergelijke controle en rechten, intresten en boeten in geval van te lage waardering van de bedoelde goederen Tien jaar vanaf de dag van indiening van de aangifte a Rechten, intresten en boeten in geval van te lage waardering van niet aan schatting onderworpen goederen Tien jaar vanaf de dag waarop de termijn voor het indienen van de aangifte verstreken is (In geval van overlijden in het buitenland loopt de verjaring pas van de dag van inschrijving van de akte van overlijden in de registers van de burgerlijke stand van het rijk, ofwel van de dag waarop de Administratie kennis gekregen heeft van het overlijden door in het rijk geregistreerde akten) a Rechten, intresten en boeten verschuldigd in geval van afwezigheid van aangifte of verzwegen goederen in de aangifte (Indien de onregelmatigheid een in België gelegen onroerend goed betreft of renten en schuldvorderingen ingeschreven in de in België gehouden registers van de hypotheekbewaarders, wordt deze termijn verminderd tot vijf jaar.) Vijf jaar vanaf de dag van indiening van de aangifte a Rechten, intresten en boeten, in geval van onjuistheid van de in de aangifte aangeduide feiten, andere dan de waarde of de samenstelling van de goederen Er is verjaring voor de eis tot teruggave van de rechten, intresten en boeten, na vijf jaar te rekenen van 1 januari van het jaar waarin de vordering is ontstaan (Wb. Succ., art. 138). Voorafgaande schatting Controleschatting Verplichtingen opgelegd aan derden CONTROLE De personen die gehouden zijn de aangifte in te dienen, mogen vragen dat de waardering van het geheel of van een deel van de erfgoederen plaatsheeft (roerend of onroerend) die voor hun verkoopwaarde moeten of kunnen aangegeven worden (Wb. Succ., art. 20). Deze waardering dient gevraagd te worden voor de aangifte van nalatenschap en ten laatste vóór het verstrijken van de wettelijke indieningstermijn (eventueel verlengd). De controleschatting is voorzien voor alle erfgoederen die zich in het rijk bevinden en die voor hun verkoopwaarde aangegeven worden. Niettemin wordt dit recht van schatting, ten aanzien van lichamelijke roerende goederen, enkel op zeeschepen en boten toegepast (Wb. Succ., art. 111 tot 122). De vordering tot schatting behoort enkel de ontvanger toe en uitsluitend als controlemaatregel op de aangegeven waarde. a Informatieverplichting: spontaan te verschaffen inlichtingen (Wb. Succ., art. 96 tot 99 en 103) a Inlichtingen te verschaffen op verzoek van de Administratie (Wb. Succ., art. 100) a Verplichtingen opgelegd aan huurders van brandkasten (Wb. Succ., art. 101 tot 102) a Informatieverplichting opgelegd aan de gemeenten (Wb. Succ., art. 104)

5 Renten, vruchtgebruik en blote eigendom (Wb. Succ., art. 21, IV tot 21, VIII) BELASTING De belastbare waarde van de tot de nalatenschap behorende goederen wordt als volgt vastgesteld: 1 ) Voor de altijddurende of voor een onbepaalde tijd gevestigde erfpachten, grondrenten en andere prestaties, evenals voor de al dan niet gehypothekeerde altijddurende renten: door twintigmaal de rente of de jaarlijkse prestatie, onder voorbehoud voor de aangevers de rente of prestatie op haar verkoopwaarde te begroten, in geval van onvermogen van de schuldenaar of van het bestaan van elke andere oorzaak van waardevermindering. 2 ) Voor de op het hoofd van een derde gevestigde lijfrenten en andere levenslange uitkeringen: door de vermenigvuldiging van het jaarlijks bedrag van de uitkering met het getal: van tot factor van tot factor jaar jaar 65 jaar 9,5 21 jaar 30 jaar jaar 70 jaar 8 31 jaar 40 jaar jaar 75 jaar 6 41 jaar 50 jaar jaar 80 jaar 4 51 jaar 55 jaar jaar jaar 60 jaar 11 3 ) Voor het op het hoofd van een derde gevestigde vruchtgebruik: door de jaarlijkse opbrengst van de goederen, berekend tegen 4% van de waarde van de volle eigendom, vermenigvuldigd met het onder nummer 2 aangeduide cijfer. 4 ) Voor de voor een beperkte tijd gevestigde renten of prestaties: door de som die door de kapitalisatie van de renten of prestaties ad 4% op datum van overlijden wordt vertegenwoordigd, onder voorbehoud dat het bedrag van de kapitalisatie, al naar het geval, de belastbare waarde, zoals die in nummers 1 en 2 wordt bepaald, niet te boven gaat. Dezelfde regel is van toepassing wanneer het gaat over een voor beperkte tijd gevestigd vruchtgebruik, met dien verstande dat dan de opbrengst van de goederen zoals in nummer 2 wordt gespecifieerd, tot grondslag van de kapitalisatie wordt genomen. 5 ) Voor de blote eigendom: door de waarde van de volle eigendom onder aftrek van de waarde van het vruchtgebruik berekend naar de voorschriften van dit artikel en van artikel 22. BELASTING - TARIEVEN Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest Vlaams Gewest TARIEF Zie tabellen Zie tabellen Zie tabellen Rechte lijn doch afsplitsing van de roerende en de onroerende goederen Echtgenoot idem idem idem Wettelijk samenwonende Broers en zussen Ooms, tantes, neven en nichten Andere idem in geval van verklaring van wettelijke samenwoning overeenkomstig het Burg. Wb. of overeenkomstig art. 4 van Wb. IPR en gemeenschappelijke gewone verblijfplaats idem in geval van verklaring van wettelijke samenwoning overeenkomstig het Burg. Wb. van dezelfde categorie toegepast op de samengenomen aandelen van de rechtverkrijgenden binnen dezelfde categorie idem in geval van verklaring van wettelijke samenwoning overeenkomstig het Burg. Wb. OF feitelijke samenwoning sinds minimum 1 jaar toegepast op de samengenomen aandelen van de rechtverkrijgenden binnen dezelfde categorie Progressiviteit Wb. Succ., art. 66bis en 66ter Wb. Succ., art. 60quater en 66bis Wb. Succ., art. 66bis

6 COLOFON Ab intestat en vacante nalatenschap, twijfelachtige devolutie Zekerheid over een devolutie louter op basis van verklaringen van bekende of mogelijke erfgenamen is eigenlijk een contradictio in terminis. De nodige opzoekingen kunnen lang duren en complex zijn, en het risico op betwisting is reëel. De gevolgen hiervan zijn soms niet te overzien. Een beroep doen op een professioneel genealoog kan heel wat problemen en risico s vermijden. Wij zijn in meer dan 7500 dossiers van verschillende aard tussengekomen: a Opsporing van erfgenamen in België en het buitenland; a Opzoeking van eigenaars (van verlaten panden of gronden); a Speurwerk naar onbekende of verdwenen begunstigden van levensverzekeringen; a Het verzamelen van akten van Burgelijke Stand; a Opstelling van stambomen; a Berekening van het erfdeel; a Toezicht op de devolutie; a Vertegenwoordiging van de teruggevonden erfgenamen (die in het buitenland wonen) met het oog op de erfenisverdeling; a Repatriëring van activa Auteurs: André Culot: belastingconsulent I.A.B., registratie- en erfenisrecht adviseur, consultant voor PricewaterhouseCoopers, Hoogleraar bij de ESSF, de EFP en de FUCaM, wetenschappelijke medewerker bij de ULg, Hoofdredacteur van de Recueil général de l enregistrement et du notariat Pierre Culot : Candidaat-notaris, behaalde een diploma in Fiscaal wetenschap (ESSF) en was Hoogleraar bij de EFP, de FUCaM en de Instituut van de Accountants Wetenschappelijk comité: Prof. dr. Hélène Casman, hoogleraar VUB/ULB, erenotaris Mr Pierre Nicaise, maître de conférences UCL, notaire associé Verantwoordelijke uitgever: Genealogie DECUYPER, Priester Cuypersstraat 3, 1040 Brussel - info@gendec.be Tel.: Fax: Ontwerp en vormgeving: LumaDox info@lumadox.be a Administratieve & vertaal ondersteuning Genealogie Decuyper werkt dagelijks samen met talrijke buitenlandse vakgenoten om de takken van families terug te vinden over de hele wereld. NIEUW: Filiaal in Quebec voor alle Noord-Amerikaanse opzoekingen. Beroepsaansprakelijkheid: AG Insurance Genealogie DECUYPER, 2014 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. In dezelfde collectie, beschikbaar op aanvraag. PDF en Ipad versie te downloaden op a De erfopvolging (auteur: André Culot) a Vergelijkende tabel van gewestelijke schenkingsrechten inzake overdracht van ondernemingen (auteur: André Culot) In samenwerking met la Revue du notariat belge: a Kapitalisatie van het vruchtgebruik (auteur: Jean-Luc Ledoux) a Kapitalisatie van het eventueel vruchtgebruik (auteur: Jean-Luc Ledoux) inhoud bijgewerkt tot 31 mei 2014