Marktbewerkingsplan arbeidsmarktregio Amersfoort

Transcriptie

1 Marktbewerkingsplan arbeidsmarktregio Amersfoort Talent in goede banen

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding Aanleiding Doelen en opgaven Werkbedrijf Het marktbewerkingsplan De opgave in de arbeidsmarktregio Amersfoort Arbeidsmarktanalyse regio Amersfoort Vraagzijde arbeidsmarkt Aanbodzijde arbeidsmarkt Uitdagingen en kansen arbeidsmarkt regio Amersfoort Kansen op basis van sectorplannen en CAO-afspraken Profielen doelgroepen Doelgroepenregister banenafspraak (Sociaal Akkoord en Participatiewet) Huidige werkwijze voor het bij elkaar brengen van banen en werkzoekenden Instrumenten Methodiek: Individuele benadering Lokale werkgeversbenadering en samenwerking WSP Samenwerking RWA en WSP Samenwerking met andere partners Gewenste werkwijze Werkbedrijf Activiteiten Werkbedrijf Inzet van instrumenten Betrokkenen Bijlagen

3 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Daarmee is er één regeling voor mensen die kunnen werken, maar daarbij ondersteuning nodig hebben. Het streven is om zoveel mogelijk mensen te laten participeren op de arbeidsmarkt, bij voorkeur middels regulier werk. De uitvoering van de Participatiewet ligt primair bij de gemeenten, maar ook werkgevers en werknemers hebben zich in het Sociaal Akkoord verbonden aan de hoofddoelstelling van de Participatiewet: de komende jaren zoveel mogelijk mensen met een arbeidsbeperking aan het werk helpen. In het akkoord is onder andere vastgelegd dat werkgevers tot 2026 in totaal mensen extra met een arbeidsbeperking aan een baan zullen helpen. Tevens is afgesproken dat de overheid in dezelfde periode extra banen beschikbaar stelt. Als de werkgevers en de overheid de jaarlijkse aantallen niet halen, wordt een quotumregeling van kracht. De hoofddoelstelling van de Participatiewet om te komen tot een inclusieve arbeidsmarkt is een gezamenlijk gedragen verantwoordelijkheid van gemeenten, UWV én werkgevers. Om de hierboven genoemde doelstelling te realiseren is in het Sociaal Akkoord tevens afgesproken dat gemeenten samen met sociale partners werkbedrijven gaan vormen. Daartoe is het land verdeeld in 35 arbeidsmarktregio s. Elke arbeidsmarktregio heeft per 1 januari 2015 een regionaal werkbedrijf operationeel. Onder de arbeidsmarktregio Amersfoort vallen de gemeenten Amersfoort, Nijkerk, Soest, Bunschoten, Baarn, Leusden en Woudenberg. Voor u ligt het marktbewerkingsplan van de arbeidsmarktregio Amersfoort. Dit plan vormt de basis voor de ambitie om in samenwerking te komen tot de genoemde inclusieve arbeidsmarkt. De ontwikkeling hiernaartoe is complex en van veel factoren en partijen afhankelijk. Dat vraagt om flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Daarom kiezen we voor een dynamisch marktbewerkingsplan; een plan dat in ontwikkeling is en meebeweegt met de soms grillige realiteit. 1.2 Doelen en opgaven Werkbedrijf Het Werkbedrijf heeft primair als doel om binnen de arbeidsmarktregio Amersfoort de banenafspraak zoals vastgelegd in het Sociaal Akkoord te (laten) realiseren. Omgerekend naar de regio gaat het tot en met 2016 om het realiseren van de plaatsing van ongeveer 285 arbeidsbeperkten op extra banen in de marktsector en de plaatsing van ongeveer 85 arbeidsbeperkten op extra banen bij de overheid. De extra banen zijn bedoeld voor Wajongers met arbeidsvermogen, mensen met een Wswindicatie die op de wachtlijst stonden op 31 december 2014 en mensen die vanwege een 3

4 psychische, verstandelijke en/of fysieke beperking niet in staat zijn het minimumloon te verdienen en onder de verantwoordelijkheid van gemeenten vallen. In 2015 en 2016 zal de prioriteit liggen bij Wajongers, mensen met een Wsw-indicatie die op de wachtlijst stonden op 31 december 2014 en de zogenaamde 'nieuwe instroom', d.w.z. jongeren met een arbeidsbeperking die tot 2015 onder de Wajong zouden zijn gevallen, maar sinds 2015 instromen in de Participatiewet. Het Werkbedrijf is verantwoordelijk voor de organisatie en het aanjagen van de matching van arbeidsbeperkten met de extra banen. Daarnaast monitort het Werkbedrijf de voortgang van de regionale samenwerkingsafspraken, die zijn vastgelegd in een convenant en worden uitgewerkt in dit marktbewerkingsplan. Bij de inrichting van het Werkbedrijf en de realisatie van de doelstellingen wordt zoveel mogelijk voortgebouwd op wat regionaal aanwezig is en goed werkt. Dat betekent dat het Werkgeversservicepunt (WSP) een belangrijke rol heeft in de uitvoering van de afspraken die in het Werkbedrijf worden gemaakt Het marktbewerkingsplan Voor wat betreft de inhoud van het marktbewerkingsplan heeft het Rijk het volgende bepaald (besluit 366, 4 september 2014): Het samenwerkingsverband stelt een marktbewerkingsplan op, waarin een beschrijving wordt gegeven van de kenmerken van de personen die behoren tot de doelgroep van arbeidsbeperkten als bedoeld in artikel 38b van de Wet financiering sociale verzekeringen, in de regio, de mogelijkheden van die personen, waarin een analyse is opgenomen van de sectoren en bedrijven waar vacatures voor deze personen bestaan of kunnen worden gecreëerd en waarin de afspraken zijn opgenomen over de wijze van aanlevering en bemiddeling van die personen. In het onderhavige marktbewerkingsplan voor de regio Amersfoort zal achtereenvolgens aan de orde komen: - opgave in de arbeidsmarktregio Amersfoort; - arbeidsmarktanalyse; - profielen doelgroepen; - huidige werkwijze voor het bij elkaar brengen van banen en werkzoekenden; - gewenste werkwijze werkbedrijf. 1 Zie bijlage 1: contouren regionaal Werkbedrijf Amersfoort 4

5 2. De opgave in de arbeidsmarktregio Amersfoort Landelijk is de opgave om tot extra banen te realiseren voor de doelgroepen, waarvan door de marktsector en door de overheid. De Werkkamer heeft een indicatie gegeven wat dit per regio betekent tot en met Voor de arbeidsmarktregio Amersfoort gaat het tot en met 2016 om het realiseren van de plaatsing van ongeveer 285 arbeidsbeperkten op extra banen in de marktsector en de plaatsing van ongeveer 85 arbeidsbeperkten op extra banen bij de overheid. Doorgerekend over de gehele looptijd, gaat het dan om de volgende indicatieve aantallen: Tabel 1: Overzicht jaarlijks aantal extra plaatsingen van mensen met een arbeidsbeperking door de marktsector (op basis van indicatie Werkkamer voor 2014 tot en met 2016) Jaar Totaal Landelijk Regio Amersfoort Regio Amersfoort cumulatief Tabel 2: Overzicht jaarlijks aantal extra plaatsingen van mensen met een arbeidsbeperking door de overheid (op basis van indicatie Werkkamer voor 2014 tot en met 2016) Jaar Totaal Landelijk Regio Amersfoort Regio Amersfoort cumulatief Hoewel we focussen op de doelgroep met een arbeidsbeperking, willen we ons met dit marktbewerkingsplan ook richten op de brede doelgroep aan de onderkant van de arbeidsmarkt. In het onderhavige marktbewerkingsplan beschrijven we primair de opgave tot en met

6 In het licht van de hiervoor beschreven brede doelstelling met een focus op de doelgroep met een arbeidsbeperking, zijn de volgende targets van het WSP voor 2015 gesteld 2 : Tabel 3: De targets van het WSP voor 2015 voor de brede doelgroep; de groen gemarkeerde regel betreft de target in het kader van de banenafspraak en het aan het werk helpen van arbeidsbeperkten. Soort Target 2015 Realisatie 2014 vacaturevervulling/plaatsing WAJONG WIA/WGA WAO/WAZ 13 2 WW > 3 mnd waarvan < 50 jr waarvan > 50 jr PAWA WWB Amersfoort en Leusden WWB Nijkerk WWB Baarn/Bunschoten/Soest WWB Woudenberg WSW-detacheringen Target Sociaal Akkoord Zie voor de overige doelstellingen van het WSP het jaarplan 2015, bijlage 3 3 indicatief 6

7 3. Arbeidsmarktanalyse regio Amersfoort Om bovenstaande brede opgave te kunnen realiseren, is het van belang inzicht te krijgen in de regionale arbeidsmarktkenmerken en de kanssectoren. Begin 2015 is daarom door het UWV een arbeidsmarktanalyse opgesteld voor de regio Utrecht-Oost (nu de arbeidsmarktregio Amersfoort), specifiek t.b.v. dit plan. Hieronder volgt een korte weergave van de belangrijkste punten uit deze analyse. Vanaf oktober 2015 zal het UWV jaarlijks de regionale arbeidsmarktanalyse in Regio in beeld publiceren. In 2015 zet het herstel op de arbeidsmarkt door ten gevolge van de licht aantrekkende economie. Dat betekent meer kansen voor werkzoekenden op een baan. De kans op werk is niet voor iedere werkzoekende met een uitkering gelijk. WW-uitkeringsgerechtigden zijn gemiddeld hoger opgeleid, ouder en vaak korter werkloos. Werkzoekenden met een bijstandsuitkering (o.g.v. de Participatiewet) zijn lager opgeleid, jonger dan WWuitkeringsgerechtigden, hebben meestal een grotere afstand tot de arbeidsmarkt en minder werkervaring. Ook zoeken ze vaker naar werk in minder kansrijke beroepen. De groep werkzoekende Wajongers bestaat uit relatief veel mannen, jongeren en hebben vaak langdurig een uitkering. Veel Wajongers zijn minder geschikt om volledige functies uit te oefenen, maar kunnen prima deeltaken uitvoeren. 3.1 Vraagzijde arbeidsmarkt Het aantal online vacatures UWV vormt een indicatie voor de vraag naar personeel op de arbeidsmarkt. Eind februari 2015 stonden er in totaal online vacatures open in de regio Amersfoort. Een jaar eerder bedroeg het aantal openstaande online vacatures 677. Het aantal openstaande online vacatures is dus, vergeleken met het jaar ervoor, met 126,3% toegenomen. De 25 meest gevraagde beroepen omvatten 79,8% van alle openstaande online vacatures. In onze regio zijn de volgende sectoren zeer belangrijk voor het aanbod van werk: Technisch en industrie Economisch- administratief Informatica Verzorgend en dienstverlenend Medisch- en paramedisch Voor 2015 wordt verwacht dat voor alle beroepsgroepen en opleidingsniveaus meer vacatures ontstaan. Voor de ene beroepsgroep ontstaan echter meer vacatures dan voor de andere beroepsgroep. Uit recent onderzoek van de Intelligence Group 4 blijkt dat voor hbo'ers de arbeidsmarktsituatie in 2015 het gunstigst is en voor vmbo'ers het ongunstigst. 4 Bron: Intelligence Group, Arbeidsmarkt trekt aan, vooral voor HBO ers, november

8 De meest kansrijke doelgroepen zijn in 2015 hbo ers met een achtergrond in: ICT Bouw Techniek Management Commercie Voor mbo'ers is er meer vraag dan aanbod in: Beveiliging Facilitaire dienstverlening Techniek Commercie Voor vmbo ers gaat het om vooral om vraag naar: Technici Laboranten Productiemedewerkers Op wetenschappelijk niveau hebben vooral technici de beste kansen op het vinden van een baan. Voor de minst kansrijke beroepsgroepen (sociaal-maatschappelijk, administratief, marketing/communicatie) geldt dat in 2015 de arbeidsmarktpositie ten opzichte van 2014 verbetert. Voor een aantal functies is wel een bepaalde mate van scholing noodzakelijk. De arbeidsmarktpositie van laagopgeleiden blijft kwetsbaar. Enerzijds neemt in de toekomst het aantal laagopgeleiden af doordat het gemiddelde opleidingsniveau ten gevolge van scholing stijgt. Ook blijft een aanzienlijk deel van de werkgelegenheid voor laagopgeleiden bestaan omdat deze moeilijk is te automatiseren. Anderzijds is er op dit segment van de arbeidsmarkt sprake van verdringing door middelbaar en hoger opgeleiden die noodgedwongen vaker in dit segment van de arbeidsmarkt werk zoeken. De concurrentie op de arbeidsmarkt voor laagopgeleiden wordt extra sterk doordat ook buitenlandse arbeidskrachten zich voor deze banen aanbieden. In het algemeen geldt dat de kansen voor laagopgeleiden vooral in de sectoren liggen, die al veel laaggeschoold werk aanbieden. Uit het analyserapport Sectoren in beeld blijkt dat er goede en relatief veel kansen op werk zijn in de volgende sectoren: Landbouw, bosbouw en visserij Industrie Bouwnijverheid Handel Vervoer en opslag Horeca, catering en verblijfsrecreatie Uitzendsector 8

9 Verhuur en overige zakelijke diensten Onderwijs Zorg en Welzijn Cultuur, sport en recreatie Overige dienstverlening 3.2 Aanbodzijde arbeidsmarkt De hoogste stijging van werkloosheid in de afgelopen 12 maanden heeft zich voorgedaan bij de WW-uitkeringen op Wo / Master-niveau (3,6%). In de arbeidsmarktregio Amersfoort is 6,1% van de WW-uitkeringen voor personen jonger dan 27 jaar, is 47,9% voor personen tussen de 27 en 50 jaar oud en 46,0% voor personen die 50 jaar of ouder zijn. Vergeleken met de groep jongeren is de dynamiek van in- en uitstroom bij ouderen laag. Dat betekent dat ouderen minder snel een WW-uitkering nodig hebben, maar als ze eenmaal een WW-uitkering ontvangen, komen ze gemiddeld ook minder gemakkelijk weer aan het werk en uit de WW. Dat de dynamiek onder jongeren groter is komt voor een deel omdat ze vaker op basis van tijdelijke contracten werken en korter recht hebben op WW. Het aantal WW-uitkeringen in de arbeidsmarktregio Amersfoort is het hoogst voor de economisch-administratieve beroepen, verzorgende en dienstverlenende beroepenen, technische en industrieberoepen. Deze top 3 van beroepsgroepen vertegenwoordigt 70,8% van alle WW-uitkeringen in de regio. Eind februari 2015 is 29,0% van de WW-uitkeringen voor personen zonder startkwalificatie. Dat is het aandeel van de groep met basisonderwijs, vmbo of mbo-1 als hoogst afgeronde opleiding. Vergeleken met een jaar eerder is het aandeel met 2,6 procentpunt afgenomen. Deze sterke daling komt mede doordat mensen waarvan de opleiding (nog) niet bekend is bij UWV, niet meer automatisch bij de groep met maximaal basisonderwijs worden geteld. De groep middelbaar opgeleiden (havo/vwo en mbo vanaf niveau 2) heeft een aandeel van 35,8%. Dit is op jaarbasis met 0,9 procentpunt toegenomen. Het aandeel van de hoogopgeleiden (Hbo/Wo) is met 1,4 procentpunt tot 34,5% toegenomen. Eind februari 2015 was het aandeel van de groep met een verstreken duur van de WWuitkering tot zes maanden 46,6% in de WW-uitkeringen. Vergeleken met een jaar eerder is hun aandeel met 3,9 procentpunt afgenomen. Het aandeel van de groep met een verstreken duur van de WW-uitkering van minimaal zes maanden was 53,4%. De groep met een verstreken WW-uitkeringsduur van minimaal 12 maanden heeft een aandeel van 33,3%. Dit is het afgelopen jaar met 6,3 procentpunt toegenomen. Eind februari 2015 behoorde 7,5% van de WW-uitkeringen toe aan personen met een beroep op elementair niveau, 26,0% op lager niveau, 34,4% op middelbaar en 31,4% op hoger niveau (hbo/wo). Van de totale groep personen met een WW-uitkering zocht op dat moment 38,5% werk in economisch-administratieve beroepen, 16,8% in verzorgende en dienstverlenende beroepen en 15,5% in technische en industrieberoepen. 9

10 Vergeleken met een jaar eerder is het aantal WW-uitkeringen voor personen met een elementair beroep met 3,2% toegenomen. Het aantal WW-uitkeringen voor personen met een lager beroep is het afgelopen jaar met -2,1% afgenomen. Voor personen met een middelbaarberoep is het aantal WW-uitkeringen met -6,0% afgenomen. Het aantal WWuitkeringen voor personen met een hoger-of wetenschappelijk beroep is met -3,6% afgenomen. 3.3 Uitdagingen en kansen arbeidsmarkt regio Amersfoort Kijkend naar de kenmerken van de werkzoekenden en de eisen van de werkgevers, kan o.b.v. de analyse in het rapport geconcludeerd worden dat er op dit moment een discrepantie aanwezig is m.b.t. de leeftijd, opleidingsniveau, competentie, ervaring en arbeidsgeschiktheid. Het is voor onze arbeidsmarktregio een uitdaging om bij een ruime arbeidsmarkt, zoveel mogelijk moeilijk bemiddelbare werkzoekenden (met arbeidsbeperking) aan het werk te krijgen en zo uitvoering te geven aan de afspraken uit het Sociaal Akkoord. Er wordt geadviseerd zich bij de acquisitie van vacatures, de bemiddeling van werkzoekenden en het initiëren van arrangementen /projecten, vooral te richten op de volgende sectoren: Industrie (winning van delfstoffen, energie, water en afvalbeheer) is in de regio Amersfoort voor de werkgelegenheid belangrijk. In deze relatief grote sector zijn banen. Dat is bijna 10% van de regionale werkgelegenheid. Volgens de Nationale energieverkenning liggen er de komende jaren vooral groeikansen voor de duurzame energiesector. Dit levert de energiesector en ook de bouwnijverheid en industrie veel werk op. Bouwnijverheid behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 4,4% van de regionale werkgelegenheid. Nu de woningmarkt aantrekt, is ook herstel van de woningbouw te verwachten. Groothandel behoort in de regio Amersfoort tot de middelgrote sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 7,5% van de totale werkgelegenheid. De groothandel kenmerkt zich op de langere termijn door een groei van de productie en een krimp van de werkgelegenheid. De groei van de online-verkopen is voor de groothandel een kans: webwinkels moeten worden beleverd, maar ook het zelf openen van een webwinkel biedt kansen. Detailhandel behoort in de regio Amersfoort tot de grote sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 12,4% van de totale werkgelegenheid. Binnen de detailhandel staat de werkgelegenheid bij fysieke winkels onder druk en neemt deze vooral bij online-winkels toe. Transport & logistiek behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 4,1% van de totale werkgelegenheid. De transport en de logistiek kenmerkt zich de afgelopen jaren als geheel door een krimp van de werkgelegenheid. De werkgelegenheid kromp de afgelopen 10 jaar met name bij post- en koeriersbedrijven en bij vervoer over land en door de lucht. Er zijn branches die door de 10

11 groei van internet de afgelopen 10 jaar juist gegroeid zijn. De koeriersbranche profiteert dan vooral van de groeiende online-bestedingen. Horeca, catering en verblijfsrecreatie behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. Het is in deze regio wel een structurele groeisector. In deze sector zijn banen. Dat is ruim 3% van de totale werkgelegenheid. De werkgelegenheid in de fastfoodservicesector is de afgelopen tien jaar fors gegroeid. Restaurants zien hun markt in 2015 verbeteren. Verblijfsrecreatie omvat groepsaccommodaties, bungalowparken en kampeerterreinen. De Nederlander gaat ongeveer evenveel op vakantie als tien jaar geleden. ICT-sector behoort in de regio Amersfoort tot de middelgrote sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 5,3% van de totale werkgelegenheid. Er is sprake van een sterke groei van de IT-branche door ontwikkelingen als big data, digitalisering van klantprocessen en industriële automatisering. Hierdoor ontstaan er kansen voor gespecialiseerd ICT-personeel in veel sectoren. Financiële dienstverlening behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 4,4% van de totale werkgelegenheid. De financiële sector kenmerkt zich door een krimp van de productie en een krimp van de werkgelegenheid. Vooral de digitalisering en centralisering van dienstverleningsprocessen leidt tot een personeelsreductie die ook de komende jaren nog zijn beslag zal krijgen. De sterkste krimp deed zich voor in het bankwezen, maar ook in het verzekeringswezen neemt het aantal banen af. Zakelijke diensten is in de regio Amersfoort de grootste sector. In deze sector zijn banen. Dat is 18,2% van de totale werkgelegenheid. Voor 2015 en daarna wordt een toename van de werkgelegenheid verwacht. Tot de zakelijke diensten behoren onder andere makelaars, ingenieursbureaus, assurantietussenpersonen en advocatenkantoren, maar ook uitzendbureaus en facilitaire dienstverleners, zoals schoonmaak- en beveiligingsbedrijven. Vooral vanuit de exporterende industrie en groothandel is dit jaar een stijgende vraag naar zakelijke diensten te verwachten. Openbaar bestuur behoort in de regio Amersfoort tot de middelgrote sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is bijna 5% van de totale werkgelegenheid. Sinds 2010 is er sprake van een forse werkgelegenheidskrimp, die de komende jaren door zal zetten. Belangrijke oorzaken zijn de kleiner wordende overheid en de digitalisering van dienstverleningsprocessen. Onderwijs behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. In deze sector zijn banen. Dat is 6,4% van de totale werkgelegenheid. Het onderwijs kenmerkt zich door een lichte krimp van de werkgelegenheid. Zorg & welzijn is in de regio Amersfoort de op een na de grootste sector. In 2014 zijn in deze sector banen. Dat is bijna 15% van de totale werkgelegenheid. De zorg & welzijn wordt momenteel hard getroffen door bezuinigingen en een mindere vraag naar zorg door verhogingen van uitgavenplafonds en eigen bijdragen. Dit leidt tot minder 11

12 personeel in vooral de welzijnssector, de VVT-branche en de kinderopvang. Ondanks het algemene sombere beeld worden in deze sector wel vacatures verwacht. Dit betreft vooral vervangingsvraag doordat door vergrijzing medewerkers de sector gaan verlaten, terwijl door dezelfde vergrijzing op termijn een groeiende zorgvraag wordt verwacht. Cultuur/recreatie/sport & overige diensten behoort in de regio Amersfoort tot de kleinere sectoren. Het is in deze regio wel een structurele groeisector (vooral overige diensten). In de sector zijn banen. Dat is 4,2% van de totale werkgelegenheid. Opvallend binnen deze sector is de substantiële groei van de werkgelegenheid de afgelopen tien jaar in een aantal andere dienstverlenende sectoren, als de persoonlijke dienstverlening (waaronder kappers, wellness, uitvaartverzorging en wasserijen). Ook groeide de werkgelegenheid bij huishoudens. 3.4 Kansen op basis van sectorplannen en CAO-afspraken Sinds 15 augustus 2013 bestaat de Regeling cofinanciering sectorplannen (de Asschergelden ). De werkgevers- en werknemersorganisaties (sociale partners) kunnen in samenwerking met gemeenten en provincies een aanvraag indienen met een cofinanciering van maximaal 50% van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het doel van de financiering is om werknemers en WW-gerechtigden om of bij te scholen als brug tussen huidig en toekomstig werk of tussen werkloosheid en werk. Tot eind december 2014 zijn er 102 plannen ingediend, waarvan 61 plannen zijn goedgekeurd voor 335 miljoen aan cofinanciering. In de periode van 15 januari tot en met 29 mei 2015 konden voor de derde keer aanvragen worden ingediend ( derde tranche ; 150 miljoen). 5 In de verzamelbrief SZW die begin juni naar de gemeenten is verstuurd wordt melding gemaakt van deze derde tranche. In bijlage 3 wordt een overzicht gegeven van sectorplannen waarin maatregelen zijn opgenomen die gericht zijn op instroom Wajong / Wajong indicatie / moeilijke doelgroepen / kwetsbaren, etc.. Vanuit het Werkgeversservicepunt en de gemeenten zijn de afgelopen jaren diverse acties ondernomen. Onder andere zijn/worden werkgevers geïnformeerd over de sectorplannen, zodat zij deze zelf kunnen benutten via de eigen brancheorganisaties. Via het Leerwerkloket (LWL) in Amersfoort wordt daarnaast gevolgd welke instroomtrajecten vanuit de sectorplannen worden opengesteld. Waar mogelijk worden deze ingevuld met kandidaten. Daarnaast zijn en worden diverse contacten gelegd en is geprobeerd in samenwerking met verschillende partijen tot concrete resultaten te komen. Vooralsnog heeft dit weinig opgeleverd. 5 Uitgebreide informatie over de sectorplannen is te vinden op: 12

13 Een willekeurige indruk: Vanuit LWL is er contact met het opleidingsfonds voor de Transport-Logistiek. Sectorplannen worden gebruikt. Kansen zijn aanwezig, maar beperkt omdat er lokaal weinig vraag is naar personeel. In samenwerking met Randstad en VAPRO is gekeken naar een opleidingstraject tot operator productie-industrie. Constructie (met sectorplan) bleek niet werkbaar. Eind 2014 is in opdracht van de afdeling Arbeidsintegratie van de gemeente Amersfoort onderzoek gedaan naar kansen voor sectorplannen in de regio. Specifiek is gekeken naar de regio Foodvalley. Hoewel dit onderzoek slechts tot een tussenrapportage heeft geleid, is men tot de conclusie gekomen dat het onderzoek geen concrete mogelijkheden heeft opgeleverd. In tranche 3 bestaat de mogelijkheid van de Brug-WW om WW ers meer kansen te bieden binnen de sectorplannen. Dit lijkt echter een moeilijk inzetbaar instrument, omdat het slechts voor weinig werkgevers aantrekkelijk zal zijn om personeel niet half in dienst te nemen en voor de andere helft te laten opleiden. In een aantal Cao s zijn afspraken gemaakt met betrekking tot het Sociaal Akkoord. Zie bijlage 4. Opgave is om deze Cao-afpraken te vertalen naar bedrijven in de regio Amersfoort en bij de benadering van werkgevers deze afspraken onderwerp van gesprek te laten zijn. 13

14 4. Profielen doelgroepen 4.1 Doelgroepenregister banenafspraak (Sociaal Akkoord en Participatiewet) Het doelgroepenregister is het register waarin mensen die een zogenaamde indicatie banenafspraak hebben, zijn opgenomen. Voor het matchen van arbeidsbeperkten met door werkgevers beschikbaar gestelde werkplekken kunnen UWV en gemeenten uit dit register putten. Het doelgroepenregister wordt gevuld vanuit drie bronnen: Personen met een Wsw-indicatie Wajongers Andere personen met een beperking die niet in staat zijn om zelfstandig het wettelijk minimumloon te verdienen en die niet vallen onder de eerste twee groepen. De eerste twee groepen worden automatisch in het register geplaatst en de derde wordt geïndiceerd door het UWV. Hierna volgt een voorlopige inschatting van de aantallen Personen met een WSW-indicatie Op dit moment (4 de kwartaal 2015) hebben in de arbeidsmarktregio Amersfoort in totaal ongeveer 300 mensen een Wsw-indicatie zonder Wsw-dienstverband. 278 mensen stonden op 31 december 2014 op de wachtlijst van Amfors. Deze wachtlijst is inmiddels overgedragen aan de gemeenten. Een groot deel van deze mensen is niet direct beschikbaar voor de arbeidsmarkt. Zij stonden op de passieve wachtlijst van Amfors omdat ze destijds hebben aangegeven niet in staat zijn om (begeleid) te werken. Deze lijst wordt binnenkort gescreend. Zo willen we inzicht krijgen in wie wel en wie niet in staat is te werken. Daarnaast zijn in het eerste kwartaal van 2015 nog ruim 20 Wsw-indicaties afgegeven die in 2014 waren aangevraagd. Op basis van de actieve wachtlijst en de indicaties die in 2015 zijn afgegeven, is de inschatting dat er ongeveer 90 personen met een Wsw-indicatie in staat zijn om begeleid te kunnen werken. Naar schatting ontvangen daarvan 65 personen een bijstandsuitkering; zij zijn bekend bij de gemeenten. Van de laatste groep worden profielen gemaakt zodat er binnen het WSP (Werkgeversservicepunt) gematcht kan worden op het moment dat een werkgever een baan aanbiedt voor iemand met een beperking. Als blijkt dat een persoon niet arbeidsfit is maar op termijn wel in staat is om te werken dan wordt een kort programma aangeboden om de afstand tot de arbeidsmarkt te minimaliseren. Inmiddels zijn 24 mensen gescreend van wie 5 hebben aangegeven graag aan het werk te willen. Voor de anderen is de afstand tot de arbeidsmarkt te groot. Een deel van de mensen krijgt een begeleidingstraject met het doel om de afstand tot de arbeidsmarkt te verkorten; een ander deel maakt hiervan geen gebruik. De personen van wie het UWV destijds heeft geconstateerd dat ze niet in staat zijn om begeleid aan het werk te gaan zullen in een later stadium worden gescreend. De prioriteit ligt nu bij de mensen die naar verwachting snel plaatsbaar zijn. Het streven is om voor het einde van het jaar inzicht te hebben in de volledige wachtlijst. 14

15 4.1.2 Wajongers De Wajongers die UWV onderbrengt bij het UWV Werkbedrijf hebben allemaal arbeidsvermogen (nu of in de toekomst) en zijn daarmee in principe aanbod voor werkgevers. Er kunnen echter omstandigheden van toepassing zijn waardoor een klant niet (direct) beschikbaar is voor werk. Het Wajong-bestand (2109 klanten in week 40 van 2015) wordt gecategoriseerd om inzichtelijk te maken welke klanten beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en welke hiervoor nog een ontwikkeling moeten doormaken. De categorieën zijn in 3 groepen te verdelen: 1. Klaar voor baanaanbod (162 waarvan inmiddels 86% met profiel) Klant is beschikbaar voor werk of de klant heeft nog een korte interventie nodig. Klant is direct aanbod voor de werkgever. 2. Bezig met arbeidsversterking (196 waarvan inmiddels 54% met profiel) Klant heeft nog interne/intensieve dienstverlening van het Werkbedrijf of van een extern re-integratiebedrijf nodig om zijn vaardigheden te ontwikkelen/verbeteren. Klant is hierdoor wel al aanbod voor de werkgever. 3. Activeren en/of monitoren (1748) Hiervan is 30% werkend. 70% is door omstandigheden niet (direct) beschikbaar voor werk. We activeren of monitoren de klant om ervoor te zorgen dat de klant in beeld komt en blijft. Vanuit de banenafspraak is het niet alleen de opdracht van UWV Werkbedrijf om klanten te bemiddelen, maar vooral om ze transparant te maken. Dit geldt ook voor klanten waarvoor UWV de maximale inspanning heeft gedaan, hetzij na interne dienstverlening, hetzij na een afgerond extern re-integratietraject, om de klant dichter naar de arbeidsmarkt te brengen. Het is nu aan de werkgevers om te kijken hoe zij het arbeidsvermogen van de klant kunnen inpassen in hun bedrijf. UWV zorgt ervoor dat ook deze klanten zichtbaar zijn (in groep 1). Hulpmiddelen voor het ontsluiten van deze klanten zijn het klantprofiel en het cv op werk.nl. Dynamisch bemiddelingsbestand De omvang en samenstelling van groep 1 is veranderlijk. Er stromen klanten in door beëindiging werk, doorstroom van groep 2 en activering. Er stromen echter ook klanten uit doordat ze aan het werk gaan, (langdurig) uitvallen of (weer) op traject gezet worden. Een deel van de klanten in groep 1 houdt UWV Werkbedrijf groepsgewijs werkfit en in beeld. In een reeks van 6 bijeenkomsten à 2 uur leert de Wajonger hoe zich te presenteren aan een werkgever, zijn beperkingen/mogelijkheden bespreekbaar te maken. Bij 3 van de 6 bijeenkomsten sluit een adviseur WSP aan om de klanten goed op het netvlies te krijgen/houden tbv bemiddeling. Een project dat deze maand start en de komende jaren voor toename in groep 1 en 2 gaat zorgen is het project Integrale activering Wajong. Klanten met arbeidsvermogen die nog niet bekend 6 zijn bij UWV Werkbedrijf komen hiermee in beeld, worden geactiveerd en transparant in beeld gebracht. 6 Denk vooral aan owajong (Wajong aangevraagd vóór 2010) die vanuit de wet geen re-integratieplicht heeft en daarom niet automatisch bekend is bij UWV Werkbedrijf. 15

16 4.1.3 Andere personen met een beperking Personen met een beperking die niet in staat zijn om zelfstandig het wettelijk minimum loon te verdienen en die niet vallen onder de eerste twee groepen, worden aangemeld voor de Indicatie Banenafspraak van het UWV. Als de indicatie wordt toegekend dan wordt de persoon in het doelgroepenregister geplaatst. Als ze worden opgenomen in het doelgroepenregister worden ze aan het WSP voorgedragen voor bemiddeling. Niet-uitkeringsgerechtigden (Nug gers) Gemeenten hebben ten aanzien van personen die geen uitkering (o.g.v. de Participatiewet, de Wajong, WIA/WAO of een andere uitkering voor levensonderhoud) ontvangen of een uitkering ingevolge de Anw (Algemene nabestaandenwet) hebben, o.g.v. artikel 7, lid 1, sub a van de Participatiewet een verplichting om desgevraagd een naar het oordeel van het college noodzakelijk traject gericht op arbeidsinschakeling aan te bieden. Dat geldt dus ook voor personen met een arbeidsbeperking (met of zonder Wsw-indicatie). De regiogemeenten zullen actie ondernemen om deze groep niet-uitkeringsgerechtigden in beeld te krijgen Nieuwe instroom Zoals bekend is er geen sprake meer van nieuwe instroom in de Wsw. Daarnaast is er sprake van een beperkte instroom in de Wajong. Slechts de jongeren van wie wordt geconstateerd dat ze geen arbeidsvermogen hebben, stromen nog in in de Wajong. De andere jongeren stromen op het moment dat zij uitstromen uit het onderwijs en geen baan hebben door naar de bijstand. Hierover zijn afspraken gemaakt met het speciaal onderwijs en het praktijkonderwijs om te voorkomen dat jongeren tussen wal en schip raken. Als een jongere geen werk heeft en niet kan doorstromen naar vervolgonderwijs maar wel een inkomens- en/of participatievraag, dan wordt hem/haar een traject aangeboden. Op dit moment gaat het om een relatief klein aantal. Er zijn in de regio Amersfoort tussen de 15 en 20 jongeren ingestroomd die onder de oude wetgeving vermoedelijk zouden zijn ingestroomd in de Wajong. Goed nieuws is dat we voor een groot deel wel arbeidsmarktperspectief zien. 16

17 5. Huidige werkwijze voor het bij elkaar brengen van banen en werkzoekenden Een goede werkgeversdienstverlening is essentieel om daadwerkelijk mensen met een arbeidsbeperking en/of afstand tot de arbeidsmarkt te kunnen plaatsen op reguliere banen. In de regio Amersfoort vindt deze dienstverlening voornamelijk plaats in het Werkgeversservicepunt (WSP). Het WSP plaatst werkzoekenden bij werkgevers uit de doelgroepen: 1. Kwetsbare werkzoekenden: WWB, WAJONG, WIA en WSW; 2. WW-intensieve dienstverlening, inclusief WW-ers met een WWB-risico en PAWA (wet passend werkaanbod); 3. WW-basisdienstverlening > 3 maanden; Kandidaten via Jongerenloket of Workfast, die mogelijk recht hebben op een uitkering. De doelgroep is dus breder dan de doelgroep van het Werkbedrijf. 5.1 Instrumenten Bij de benadering van de bedrijven zet het WSP verschillende instrumenten in Website WSP Sinds december 2013 is de nieuwe website van het WSP in de lucht ( Met deze website worden werkgevers geïnformeerd over de mogelijkheden die het WSP heeft om werkgevers te ondersteunen bij de werving en selectie van personeel en de manier waarop de werkgever sociaal ondernemen kan vormgeven. Naast een informatieve website biedt de website de mogelijkheid aan werkgevers om zich positief te etaleren. Maandelijks wordt de lijst met referenties bijgewerkt, zodat alle bedrijven die hebben bijgedragen aan plaatsingen van de kwetsbare groep werkzoekenden zichtbaar zijn Werkgeversbijeenkomsten In 2015 wordt een aantal werkgeversbijeenkomsten georganiseerd met het thema Sociaal Ondernemen. Deze bijeenkomsten kunnen gericht zijn op een branche of een regio. In alle gevallen wordt aansluiting gezocht bij de bestaande netwerken. Tijdens deze bijeenkomsten worden werkgevers geïnformeerd over de veranderende arbeidsmarkt en de mogelijkheden om invulling te geven aan het Sociaal Akkoord. Om een realistisch beeld te schetsen kunnen tijdens de bijeenkomsten business cases worden besproken waarbij werkgevers hun ervaringen op het gebied van sociaal ondernemen delen. Het WSP geeft aan wat de mogelijkheden zijn om werkgevers te ondersteunen om mensen uit kwetsbare doelgroepen een dienstverband aan te bieden. Bij de organisatie van de bijeenkomsten worden werkgeversorganisaties betrokken. Na de bijeenkomsten worden alle deelnemende 7 Zie voor meer informatie bijlage 5 jaarplan 2014 Werkgeversservicepunt

18 bedrijven actief benaderd door medewerkers van het WSP met de vraag of het WSP iets kan betekenen voor het betreffende bedrijf Social return Een aantal gemeenten in de regio heeft Social Return On Investment opgenomen in hun inkoopvoorwaarden. Als werkgevers na een aanbesteding een opdracht gegund wordt, zijn zij in veel gevallen verplicht een opdracht in het kader van Social Return On Investment in te vullen. Voor Amersfoort vormt het Bureau Social Return (BSR) een onderdeel van het WSP. Een medewerker van het BSR neemt contact op met de betreffende werkgever om afspraken te maken over de wijze waarop aan de verplichting kan worden voldaan. Daarbij wordt een keuzemodel gehanteerd, dat de werkgever mogelijkheden biedt om maatwerk in zijn eigen bedrijf toe te passen. De regionale portefeuillehouders hebben begin 2014 de wens uitgesproken om regionaal eenzelfde aanpak te willen hanteren. Social Return is een goede ingang om het gesprek met werkgevers aan te gaan Terugkerende activiteiten van het UWV in de werkgeversbenadering Het UWV organiseert een aantal terugkerende activiteiten waarbij werkgevers worden uitgenodigd om direct kennis te maken met werkzoekenden, zoals de maandelijkse speedmeets en de Werk3daagse Matchingsprocedure arbeidsbeperkten met beschikbare banen De matchingsprocedure van mensen uit het doelgroepenregister met potentiële werkgevers verloopt op een andere manier dan de matchingsprocedure van andere werkzoekenden op vacatures. Bij werkzoekenden zonder beperkingen vindt directe matching op vacatures plaats. Een werkgever biedt een vacature aan en de medewerkers van het WSP brengen op basis van de functieomschrijving en de eisen die gesteld worden een match tot stand. Een aantal potentiële kandidaten wordt voorgesteld en de werkgever maakt een keuze. Bij mensen met een beperking verloopt de procedure op andere wijze. De accountmanagers van het WSP kennen de profielen van de mensen met een beperking. De accountmanagers komen bij werkgevers en bespreken met werkgevers de mogelijkheid om iemand met een beperking in dienst te nemen. De werkgever geeft aan daarvoor open te staan. Vanaf dat moment wordt onderzocht op welke plek en met welke taken een medewerker met een beperking goed zou kunnen functioneren. In vrijwel alle gevallen zijn aanpassingen in taken noodzakelijk. Ook gaan de accountmanagers gericht op zoek naar mensen met een beperking die goed zou kunnen passen binnen een bepaald bedrijf omdat de werkgever aangeeft graag een aandeel te willen hebben in de banenafspraak. 5.2 Methodiek: Individuele benadering Medewerkers van het WSP benaderen systematisch alle werkgevers met meer dan 25 werknemers, met wie nog geen contact is gelegd, telefonisch. Afhankelijk van de reactie wordt besloten of er al dan niet een gesprek op de werkvloer zal plaatsvinden. In alle gevallen ontvangen de bedrijven na het eerste contact een waarin relevante informatie over het WSP kort is weergegeven. Tijdens het gesprek hanteert de 18

19 medewerker van het WSP een menukaart waarin alle doelgroepen en mogelijke tegemoetkomingen en ondersteuningsfaciliteiten zijn opgenomen. Bedrijven die al bekend zijn bij het WSP en met wie al de nodige contacten zijn, worden in sommige gevallen opnieuw benaderd. Dit gebeurt met name als de bedrijven vermoedelijk onvoldoende op de hoogte zijn van bestaande regelingen. Het contact wordt in dergelijke gevallen gelegd door de accountmanager van het bedrijf. Om te voorkomen dat bedrijven niet of dubbel worden benaderd, is het van belang om een goede registratie bij te houden. Daarvoor is het van belang om de lijst met bestaande contacten op te schonen en goede afspraken te maken over wat er door wie wordt geregistreerd, zodat voor alle accountmanagers inzichtelijk is wat er met wie is besproken. Uit praktische overwegingen worden werkgevers die gesproken worden met betrekking tot hun opdracht in het kader van Social Return, ook op de hoogte gebracht van de mogelijkheden die het WSP te bieden heeft. Dit kunnen commerciële bedrijven van binnen of buiten de regio zijn, maar ook organisaties die door de gemeenten worden gesubsidieerd. In het tweede kwartaal van 2014 is een start gemaakt met deze gerichte individuele werkgeversbenadering in de regio. Vanuit het WSP worden ook potentiële leerwerkbedrijven benaderd. De adviseur leerwerkbedrijven benadert bedrijven in samenwerking met adviseurs voor de andere doelgroepen of neemt de mogelijkheden die het WSP te bieden heeft mee in de gesprekken. 5.3 Lokale werkgeversbenadering en samenwerking WSP Gemeenten zijn op verschillende manieren bezig met het benaderen van werkgevers, regionaal vanuit het WSP, maar ook veelal lokaal bijvoorbeeld vanuit de eigen portefeuille/afdeling Economische Zaken. Elke gemeente heeft een eigen werkgeversnetwerk, werkgeversbenadering en eigen belangen om hier in te (blijven) investeren. Er zijn op meerdere niveaus contacten met bedrijven en dus werkgevers. Ook vanuit de individuele gemeenten wordt in de benadering van potentiële werkgevers het dienstenaanbod van het WSP meegenomen. Daarnaast is er sprake van een regelmatig uitwisseling van informatie tussen het WSP en de betrokken ambtenaren bij de individuele gemeenten. Streven is naar een goede verbinding en uitwisseling tussen beide organisaties, zodat ze aanvullend op elkaar zijn. Doel is o.a. om in een vroegtijdig stadium richting WSP informatie uit te wisselen over de vestiging van nieuwe bedrijven in een gemeente, zodat daar (ook) diensten aangeboden kunnen worden. 5.4 Samenwerking RWA en WSP Het Regionale Werkvoorzieningschap Amersfoort en omgeving (RWA) voert voor de regiogemeenten (met uitzondering van de gemeente Nijkerk) de Wet Sociale Werkvoorziening uit. RWA is werkgever van de Wsw-ers, die merendeels zijn gedetacheerd bij het leerwerkbedrijf Amfors. Hier werken zij in een beschermde werkomgeving. Het streven is om waar mogelijk Wsw-ers te plaatsen bij reguliere werkgevers. RWA neemt actief deel aan het WSP. 19

20 5.5 Samenwerking met andere partners Ook werkgevers in de publieke sector hebben zich verbonden aan het Sociaal Akkoord. De gemeenten binnen het WSP en het UWV pakken zelf de taak op om aan hun verplichtingen als werkgever te voldoen. Met de provincie, de rechterlijke macht en de waterschappen wordt contact gezocht. En verder worden er landelijk initiatieven ontwikkeld waarop het WSP kan aansluiten. Daartoe onderhoudt het WSP contacten met het Rijk en Locus (netwerk van bedrijven, gemeenten en SW-bedrijven). Verder wordt binnen het WSP samengewerkt met regionale onderwijsinstellingen (ROC s) en kenniscentra. Het is van wezenlijk belang de link tussen onderwijs, vakopleiding en bedrijfsleven levend te houden, zodat e.e.a. op elkaar blijft aansluiten. 20

21 6. Gewenste werkwijze Werkbedrijf 6.1 Activiteiten Werkbedrijf Binnen het WSP worden al veel activiteiten uitgevoerd t.b.v. de doelgroepen van het Werkbedrijf. Deze activiteiten worden voortgezet. Daarnaast heeft het Werkbedrijf er voor gekozen om de komende anderhalf jaar vooral extra aandacht te besteden aan het informeren en enthousiasmeren van werkgevers, o.a. via de campagne Let s Workmate. Onder deze vlag zorgen we ervoor dat werkgevers op een consistente manier benaderd worden. Deze campagne is eind september 2015 van start gegaan met een grootschalige bijeenkomst voor werkgevers. Daarna is de campagne in de gehele regio te zien via o.a. abri's, bussen en advertenties in lokale kranten, en ook via twitter en LinkedIn groepen. Er wordt eveneens een campagnewebsite gelanceerd. De campagne bevat onder andere best practices van werkgevers die het goede voorbeeld geven. Om ondernemers maximaal te ontzorgen wanneer zij informatie willen over de banenafspraak, wordt één aanspreekpunt georganiseerd bij het WSP en opgenomen in de campagne. Ook wordt een uniform instrumentarium opgenomen, zodat ondernemers weten op welke ondersteuning zij kunnen rekenen als zij iemand aannemen. Deze campagne wordt breed uitgezet en bevat algemene werkgeversinformatie over de banenafspraak in opmaak van de campagne. De campagne wordt ingezet op drieverschillende niveaus: 1. Algemene communicatie Een grootschalig werkgeversevent voor lancering van de campagne, straatbeeld, social media en nieuwsberichten over de banenafspraak in de pers. 2. Individuele werkgeversbenadering Een toolkit met specifieke werkgeversinformatie over de banenafspraak in campagneopmaak. Dan gaat het over het instrumentarium, contactpersonen, best practices en bij plaatsing van iemand uit de doelgroep over communicatiemiddelen die de werkgever kan gebruiken op de eigen website om te laten zien dat hij of zij participeert in de doelstelling (en zo ook ambassadeur wordt van de campagne en doelstelling). Deze toolkit kan door de uitvoerende organisatie WSP gebruikt worden als acquisitiemiddel. 3. Ondernemersverenigingen en bedrijvenkringen Een toolkit/menukaart met specifieke informatie over de banenafspraak, zodat verenigingen de eigen achterban kunnen informeren over de banenafspraak en zo ook een rol krijgen in de informatievoorziening. Deze toolkit/menukaart omvat nieuwsberichten die opgenomen kunnen worden in de nieuwsbrieven van de betreffende ondernemersvereniging, de mogelijkheid om een presentatie verzorgd te krijgen door een 21

22 bestuurder of WSP over de banenafspraak op eigen ledenbijeenkomsten, rondetafelgesprekken, etc. De campagne wordt op deze manier nadrukkelijk gebruikt om ook de uitvoerende organisatie WSP en ambassadeurs van het Werkbedrijf in hun kracht te zetten en als hulpmiddel om de informatie te kunnen verspreiden. De campagne wordt in december 2015 geëvalueerd waarna de vervolgstappen voor 2016 worden geformuleerd. Ook worden werkgevers actief via andere kanalen betrokken. Voorbeelden hiervan zijn werkgeversbijeenkomsten waarbij ook aandacht is voor netwerken, leren van elkaar en een kijkje in de keuken bij bedrijven, het geven van presentaties tijdens reguliere bijeenkomsten van bedrijvenverenigingen en het in kaart brengen van lokale en regionale initiatieven waarbij een samenwerking wordt opgezet om de kennis en kunde van het WSP over te brengen. Al deze acties moeten ervoor zorgen dat werkgevers hun deuren openen voor mensen met een arbeidsbeperking en hen een reguliere baan aanbieden. Daarnaast worden in de nabije toekomst activiteiten uitgewerkt die meer gericht zijn op de doelgroep van de banenafspraak, nl. de arbeidsbeperkten. Deze activiteiten zullen bestaan uit bijeenkomsten voor werkzoekenden, de bevordering van de aansluiting op de arbeidsmarkt van VSO/Pro leerlingen, het creëren van draagvlak onder potentiële collega s op de werkvloer, enz. In de bijlage is in dit kader een activiteitenoverzicht opgenomen. De activiteiten worden bekostigd uit de door het Rijk beschikbaar gestelde 35 miljoen Eero voor het inrichten van de regionale werkbedrijven (1 miljoen per arbeidsmarktregio) Portal 'Op naar de banen' Werkgevers die meer willen weten over de Banenafspraak of ondersteuning nodig hebben bij de uitvoering, kunnen terecht op Deze website is een initiatief van VNO-NCW, MKB Nederland en LTO Nederland. De website is dé wegwijzer voor ondernemers die aan de slag willen met de Participatiewet. Alle relevante informatie bij elkaar Het portal helpt ondernemers die de banenafspraken in de praktijk willen brengen. Het portal bevat: - informatie over de inhoud van de Banenafspraak, wet- en regelgeving en de rol van werkgevers - inspirerende voorbeelden uit de praktijk en meldingen van evenementen om ondernemers die het al doen te ontmoeten - handige tools en verwijzingen naar mensen die kunnen adviseren de weg naar geschikte kandidaten - een inventarisatie van financiële en praktische ondersteuning - tips en begeleiding voor bedrijven na plaatsing van een kandidaat 22

23 Samenwerking regionale campagne De informatie op 8 wordt voortdurend aangevuld met onder meer het laatste nieuws, nieuwe inspirerende voorbeelden en links naar adviseurs. Later dit jaar wordt het portal verder uitgebreid met selectiemogelijkheden op regio en branche. Met deze uitbreiding wordt er intensief samengewerkt met de arbeidsmarktregio Amersfoort, zodat de regionale initiatieven en dit landelijke portal elkaar kunnen versterken Ambassadeursnetwerk Werkgevers VNO-NCW Midden en MKB-Nederland Midden hebben de wens om een netwerk van bedrijven op te richten die gezamenlijk bouwen aan een inclusieve arbeidsmarkt waarin het talent van iedereen die kan én wil werken welkom is. Het doel is 99 werkgevers te binden met een (nog te formuleren) ambitie die vervolgens praktisch aan de slag zijn/gaan om mensen met een arbeidsbeperking te plaatsen in hun eigen organisatie en bij leveranciers. Daarbij gaat het niet alleen om grote(re) bedrijven, maar nadrukkelijk ook om het MKB. Daarnaast moet het ambassadeursnetwerk dienen als magneet en katalysator voor andere werkgevers in de regio om ook met inclusief ondernemen aan de slag te gaan. Een activiteitenprogramma met bijeenkomsten, kennissessies en workshops maken onderdeel uit van het programma. Doelstellingen: Aantal deelnemende werkgevers actief in het werken met mensen met een arbeidsbeperking: 99; Banendoelstelling voor 2016: nog te bepalen op basis van de ambities van de deelnemers en hun leveranciers (aantallen plaatsingen, maar ook doelstelling voor volgende jaren om duurzaam te worden); Verbeterde samenwerking tussen publieke leveranciers/dienstverleners en bedrijven; De 99 werkgevers positioneren als 99 ambassadeurs van de inclusieve arbeidsmarkt. 6.2 Inzet van instrumenten De Werkkamer vindt het belangrijk dat elke regio minimaal de volgende faciliteiten organiseert: - het beperken van risico s: no-riskpolis (bij ziekte); - een loonwaardesystematiek binnen landelijk vastgestelde kaders (een loonkostensubsidie is de uitkomst daarvan); - jobcoach-voorziening; - mogelijkheden tot proefplaatsing; - begeleiding naar en tijdens werk; - groepsdetachering; - beschut werk; - het regelen van expertise en dienstverlening rondom jobcreatie en job carving; - werkplekaanpassingen; - afspraken voor het geval de geplaatste werknemer verhuist. 8 Zie voor meer informatie 23

24 Het grootste deel van de instrumenten werd al ingezet via het WSP. Het Werkbedrijf ziet toe op de inzet van deze instrumenten voor de doekgroepen uit het Sociaal Akkoord. No-riskpolis Het is gewenst om het basispakket voor werkgevers op het gebied van gemeentelijke doelgroepen en UWV-doelgroepen zo veel mogelijk te harmoniseren. Dit wordt op het gebied van de no-riskpolis en de mobiliteitsbonus per 2016 wettelijk vastgelegd. Voor 2015 hebben UWV en gemeenten een tijdelijke oplossing afgesproken waarbij de noriskpolis van het UWV beschikbaar komt voor werkgevers. Deze afspraken gelden alleen voor de doelgroep banenafspraak en niet voor de doelgroep beschut werk. In de Invoeringswet Participatiewet is geregeld dat werkgevers die een beschutte werkplek bieden, zijn gevrijwaard voor hogere ZW/WGA-lasten. Het risico van doorbetalen van loonkosten blijft in het geval van beschut werk echter bestaan, terwijl dit met de noriskpolis voor de doelgroep banenafspraak wel gedekt wordt. Bij de invoering van de Wet Harmonisering instrumenten Participatiewet per 1 januari 2016 wordt ook de Wet financiering sociale verzekeringen gewijzigd om te borgen dat bij plaatsing van iemand uit de doelgroep banenafspraak werkgevers worden gevrijwaard tegen (vaak langdurige) verhoging van de WGA-premie 9. Loonwaardesystematiek Het Werkbedrijf heeft al ingestemd met de keuze voor Dariuz als loonwaardemethodiek en het Ministerie SZW heeft hiervoor formeel toestemming gegeven. Jobcoach-voorziening VNG en UWV overleggen over de mogelijkheden van één jobcoach per bedrijf, uitgaande van de huidige wettelijke en financiële kaders. Gestreefd wordt naar begeleiding op de werkplek vanuit het bedrijf zelf. Mogelijkheden tot proefplaatsing In de gemeentelijke verordeningen is de mogelijkheid opgenomen van een proefplaatsing van maximaal 3 maanden teneinde de loonwaarde van de werkzoekende in de praktijk te kunnen bepalen. Begeleiding naar en tijdens werk Begeleiding naar werk: Conform huidige werkwijze inzake re-integratie. Begeleiding tijdens werk: middels inzet van persoonlijke begeleiding/jobcoaching, liefst op de werkplek vanuit het bedrijf zelf. Groepsdetachering Dit wordt op het moment niet gedaan door gemeenten en dit is vooralsnog in de toekomst ook niet voorzien. Beschut werk 9 Werkhervattingsregeling Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten 24

25 Gemeenten in de regio Amersfoort (behalve Nijkerk) hebben afgesproken voor 2015 de voorziening beschut werk onder te brengen bij het SW-uitvoeringsbedrijf Amfors. In de loop van het jaar zal over structurele inzet van deze voorziening een besluit worden genomen over de periode na Jobcreatie en jobcarving Het regelen van expertise en dienstverlening rondom jobcreatie en jobcarving. Deze taak ligt nu bij UWV en WSP. Werkplekaanpassingen Het gaat hier om meeneembare voorzieningen (brailleregel, orthopedische schoenen, etc.) waarvoor de gemeenten verantwoordelijk zijn, en om niet meeneembare voorzieningen (kosten die de werkgever moet maken om iemand in dienst te nemen, zoals een gehandicaptentoilet of een lift) waarvoor het UWV een vergoeding kan geven aan de werkgever. De vergoeding wordt door de werkgever bij de gemeente aangevraagd. Loonkostensubsidie Afhankelijk van de bepaalde/vastgestelde loonwaarde wordt loonkostensubsidie verstrekt aan de betreffende werkgever. Dit wordt vastgelegd in een beschikking van de gemeente. De loonwaarde en dus de hoogte van de loonkostensubsidie wordt jaarlijks heroverwogen. Regionale consensus Hoewel gemeenten op grond van de Participatiewet de opdracht hebben om lokaal de nodige verordeningen, waaronder de re-integratieverordening, door de gemeenteraad te laten vaststellen, is door de regiogemeenten in nauwe samenspraak in grote lijnen consensus bereikt over de inzet van de genoemde instrumenten en voorzieningen Betrokkenen De deelnemers in het Werkbedrijf zijn verantwoordelijk voor het betrekken van de eigen achterbannen bij de activiteiten van het Werkbedrijf. Daarnaast moet nog verder vorm worden gegeven aan de betrokkenheid van (vertegenwoordigers van) de doelgroepen van de banenafspraak. 10 Alleen de gemeente Nijkerk heeft op onderdelen afwijkend beleid (met name over de inzet van jobcoaching en loonkostensubsidie) vastgesteld. 25

26 Bijlagen 1 Contouren regionaal Werkbedrijf Amersfoort 2 Inventarisatie sectorplannen op maatregelen gericht op instroom doelgroepen Werkbedrijf 3 Jaarplan 2015 WSP 4 Activiteitenoverzicht 2015/2016 (nog in te vullen; volgt) 26

27 Bijlage 1 Contouren regionaal Werkbedrjf Amersfoort (schematisch overzicht) strategisch Regionaal beleidsoverleg Portefeuillehouders W&I Werkbedrijf UWV Werknemers Werkgever s Tactisch/operation eel Stuurgroep WSP ROC s UWV Gemeente n VNO/NCW S-BB operationeel WSP Reguliere targets Targets Sociaal Akkoord 27

28 Bijlage 2 Inventarisatie sectorplannen op maatregelen gericht op instroom doelgroepen Werkbedrijf Sectorplan Agrarisch Groen Beoogd wordt duurzame plaatsing van arbeidsgehandicapten in minimaal 20 bedrijven in deelsectoren Dierhouderij, Paddenstoelen, Open Teelten en Bos & Natuur. Er worden 10 pilots uitgevoerd in de deelnemende sectoren waarbij het instrumentarium wordt toegepast. Sectorplan Beveiligingsbranche Deze sector wil instroom van arbeidsgehandicapten stimuleren door het ontwikkelen van een voorlichtingsfilm voor alle ca. 500 werkgevers in de beveiligingsbranche over de mogelijkheden van het plaatsen van arbeidsgehandicapte medewerkers in de branche op een leerplek of gecreëerde arbeidsplaats. Contact: Stichting Opleidingsfonds Beveiligingsbranche (SOBB), dhr. D.C. Hoep Postbus AR Gorinchem, dhoep@atriumgroep.nl Sectorplan Huisartsenzorg Er worden 5 pilots uitgevoerd gericht op instroom van 5 15 arbeidsgehandicapten met als doel het verspreiden en verbreden van de opgedane kennis binnen de sector om afhankelijk van de uitkomsten de pilots breder uit te rollen binnen de sector. Sectorplan Technische Installatiesector Plaatsen van 25 Wajongers (met als instrument inzet van 6 arbeidsmarktcoaches). Contact: Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Technische Installatiebedrijf (OTIB) Mevr. E. Verburg projectservice@otib.nl of info@otib.nl Postbus 416, 3440 AK Woerden Tel.: Sectorplan Levensmiddelenindustrie Instroom van 36 Wajongers naar een duurzame baan binnen de levensmiddelenindustrie, instrumenten zijn stageplekken en leerwerkplekken. 300 banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt Uitvoering: LOCUS en SBCM in opdracht van de SOL (stichting Opleidings en Ontwikkelingsfonds voor de Levensmiddelenindustrie) e.boon@sol-online.nl Sectorplan Metalelektro Onderzoekspilot voor 50 mensen met een arbeidsbeperking. Doel is ontwikkelen van beleid en instrumenten die op sectorniveau kunnen worden ingezet voor het laten instromen van mensen met een arbeidsbeperking. Uitvoering: Stichting A+O Metalektro Mevrouw A. van Es a.vanes@ao-metalektro.nl Postbus AB Hazerswoude-Dorp Er loopt een samenwerking met de sector Metalelektro. Landelijk 100 WW ers versneld in laten stromen in de techniek, op basis van het sectorplan. Voor de Arbeidsmarktregio Amersfoort is afge- 28

29 sproken dat men in WW-ers versneld wil laten instromen in banen in de metaal/elektro. Dit betreft niet specifiek mensen met een arbeidsbeperking. Sectorplan Post en Koeriers Instroom van 1100 personen met een Wajong-indicatie voor een baan van ten minste 8 uur per week. In nauwe samenwerking met regionale UWV-kantoren. Uitvoering: UWV, regionale Werkbedrijven, O&O fonds PostNL, dhr. B.H. Kiep, bas.kiep@postnl.nl, Postbus 99600, 9700 NB Groningen Sectorplan Recreatie Voorlichtingscampagne: Het doel is de drempel te verlagen bij werkgevers om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Werkgevers krijgen informatie over de begeleiding. Uitvoering: Sociaal Fonds Recreatie (SFRecreatie), Postbus 693, 4200 AR Gorinchem, mw. J. Steenbergen, info@sectorrecreatie.nl Sectorplan Voortgezet Onderwijs Onderzoek, doel is inzichtelijk te maken welke functies, werkzaamheden of takengeschikt kunnen zijn voor mensen met een arbeidsbeperking. Bestuurders, directeuren en HRM-ers krijgen zo inzichtelijk wat de mogelijkheden zijn voor het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking. Uitvoering: SBCM, AWVN en Voion, Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingsfonds Voortgezet Onderwijs, Postbus 2501, 6401DA Heerlen, Pim Beljaars, pim.beljaars@voion.nl Sectorplan Agrarische sector en Groen: Tuinbouw & Uitgangsmaterialen Instroom arbeidsgehandicapten: Een infrastructuur met instrumentarium ten behoeve van duurzame plaatsing van arbeidsgehandicapten in minimaal 20 bedrijven in deelsectoren Dierhouderij, Paddenstoelen, Open Teelten en Bos & Natuur. Er worden 10 pilots uitgevoerd in de deelnemende sectoren waarbij het instrumentarium wordt toegepast. Energie: Afval & Milieu Instroom: kwetsbare werknemers Scholing/Duurzame inzetbaarheid bestaand personeel (200) opgeleid tot coach van kwetsbare medewerkers Energie: Netwerkbedrijven Er worden bbl-leerwerkplekken gerealiseerd; 50 nieuwe medewerkers met afstand tot de arbeidsmarkt stromen in en worden geschoold voor een functie bij de energie Carrosserie (Kleinmetaal) Begeleiden en scholen van 20 personen met achterstand tot de arbeidsmarkt Groothandel Instroom werkzoekenden: 200 kwetsbare werkzoekenden worden geplaatst in de deelsector AGF. Deze werkzoekenden zijn bij de start van het sectorplan langer dan 6 maanden werkloos. 88 deelnemers gaan een bbl-traject volgen om de instroom van jongeren voor de deelsectoren HIBIN, AGF en GDH te vergroten. Beroepsgoederenvervoer (transport en logistiek) Het realiseren van een extra instroom van 1250 leerlingen door middel van opleidingssubsidies, extra leerwerkplekken via loonkostensubsidies en een extra wervingsinspanning; Het realiseren van 200 banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. 29

30 Contactcenterbranche 183 nieuwe kwetsbare werknemers worden in dienst genomen. Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds CallCenters (OOCC) Mevr. G. Roelofsen, Postbus 627, 3440 AP Woerden 30

31 Bijlage 3 Jaarplan 2015 Werkgeversservicepunt regio Amersfoort 31

32 Inhoud 1. Inleiding 2. Targets Accountmanagement en instrumentarium 4. Regionale samenwerking 5. Organisatie 6. Bezetting Versie: 11 Datum mei

33 1. Inleiding De 35 arbeidsmarktregio s in Nederland hebben één aanspreekpunt waar werkgevers terecht kunnen voor informatie, advies en expertise, vacatures en matching. In de regio Amersfoort is dit aanspreekpunt er al sinds 2010: het Werkgeversservicepunt 033 (WSP). In het WSP werken UWV Amersfoort, de gemeenten (Amersfoort, Leusden, Nijkerk, Woudenberg, Baarn, Bunschoten en Soest) en het regionale SW-bedrijf RWA/Amfors samen om de werkgeversbenadering en werkzoekendendienstverlening te optimaliseren. Het Werkgeversservicepunt (WSP) plaatst werkzoekenden bij werkgevers uit de doelgroepen: 1. Kwetsbare werkzoekenden: WWB, WAJONG, WIA en Wsw 2. WW intensieve dienstverlening, inclusief WW-ers met een WWBrisico en PAWA WW basisdienstverlening > 3 maanden 3. Kandidaten via Jongerenloket of Workfast, die mogelijk recht hebben op een uitkering. Jaarlijks maakt het WSP een jaarplan waarin de doelstellingen zijn opgenomen en waarin de organisatie wordt toegelicht. 2. Targets 2015 Prioriteit voor 2015 is het behalen van de target per doelgroep. De economische ontwikkelingen en de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zijn daarbij een uitdaging. Daarnaast draagt het WSP via advisering en matching bij aan de regionale invulling van het Sociaal Akkoord en de Participatiewet. Vanaf 2015 maakt ook RWA/Amfors deel uit van het WSP in verband met de taakstelling voor de detachering van de Wsw-doelgroep. Het WSP heeft een groepstarget: Soort Target 2015 Realisatie 2014 vacaturevervulling/plaatsing WAJONG WIA/WGA WAO/WAZ 13 2 WW > 3 mnd waarvan < 50 jr waarvan > 50 jr PAWA WWB Amersfoort en Leusden WWB Nijkerk WWB Baarn/Bunschoten/Soest WWB Woudenberg WSW-detacheringen 30 Target Sociaal Akkoord indicatief 33

34 In het Sociaal Akkoord is de afspraak gemaakt om uiteindelijk landelijk mensen met een arbeidsbeperking - in het bijzonder Wajongers en mensen op de WSW wachtlijst - in de marktsector aan het werk te helpen en bij de overheid. Voor onze arbeidsmarktregio betekent dat in de jaren : 285 banen in de marktsector en 85 bij de overheid. Omdat er nog geen nulmeting gedaan is kan (nog) niet worden nagegaan wat de realisatie is over de afgelopen periode. Het targetcijfer van 139 is daarmee indicatief. Een door het Werkbedrijf vastgesteld regionaal Marktbewerkingsplan is uitgangspunt voor de realisatie van de taakstelling. Definitie vacaturevervulling UWV Een vacature is vervuld als er een kandidaat op de vacature aangenomen is, ook als het dienstverband maar een dag duurt. Een plaatsing in het kader van de WIA, WAZ, WAO of WAJONG telt als een klant via het WSP zelf (vacaturevervulling) of vanuit de netwerken (Re-integratiebureaus, scholen) wordt geplaatst. Ook een proefplaatsing geldt hier als een plaatsing. Definitie plaatsing Workfast Een plaatsing Workfast telt wanneer de vacature is aangeleverd en ingevuld is. Definitie plaatsing gemeenten Voor de gemeenten telt het aantal plaatsingen. Een vacaturevervulling telt als plaatsing als het dienstverband tenminste 4 weken stand houdt, zodat het inverdieneffect voor de gemeente optreedt. Een plaatsing wordt genoteerd als plaatsing door het WSP wanneer het WSP de vacature heeft geacquireerd, de kandidaat heeft gesproken en deze bij de werkgever heeft voorgesteld. In alle andere gevallen kan een plaatsing alleen genoteerd worden na overleg met het management WSP. Toelichting targets WW en WAJONG De target voor de WW is landelijk bepaald. De target voor de WAJONG omvat het deel van de WAJONG-populatie met arbeidskansen. 3. Accountmanagement en instrumentarium Het WSP zet in op het uitbreiden van betekenisvolle relaties met werkgevers. Hiervoor worden individuele werkgevers actief benaderd, daarnaast heeft het WSP andere activiteiten om werkgevers te bereiken. Het streven is om de komende periode werkgevers met 25 fte of meer allemaal te benaderen en te infomeren over de participatiewet en te vragen of zij bereid zijn de afspraken van het Sociaal Akkoord praktisch in te vullen en dus plaats willen bieden aan mensen met een arbeidsbeperking. 3.1 Accountmanagement Het Marktbewerkingsplan is uitgangspunt voor het accountmanagement. De sturing gaat op betrok-kenheid en caseload. Om het voor werkgevers makkelijker te maken kandidaten in dienst te nemen worden werkgevers zoveel mogelijk ontzorgd. Zoveel mogelijk wordt regionaal instrumentarium ingekocht. 34

35 3.2 Instrumentarium Naast het actief benaderen van individuele werkgevers voert het Werkgeversservicepunt een aantal landelijke projecten uit: Leerwerkloket Leerwerkloketten vormen een schakel tussen scholingsmarkt en arbeidsmarkt. Het leerwerkloket stelt jaarlijks een jaarplan op. In het jaarplan 2015 is een target van 100 plaatsingen opgenomen. Ook zullen ruim 250 advies- en intakegesprekken gevoerd worden. Project Sociaal Akkoord 2015 / Regionaal Werkbedrijf Doel is om vanuit het WSP uitvoering te geven aan de regionale opgave om het aantal afgesproken garantiebanen in te vullen. Specifieke regionale activiteiten om werkgevers te bereiken: Speedmeets Worden 1x per maand gehouden en daarnaast georganiseerd op verzoek van de werkgever. Werk3daagse Dit succesvolle evenement wordt in 2015 herhaald. Mailings Werkgevers worden geïnformeerd via een mailing, waarin wordt aangeboden om persoonlijk de mogelijkheden te komen toelichten. Hierbij wordt aangesloten bij de communicatie, die door de werkgevers en andere organisaties zelf wordt verspreid. Werkgeversbijeenkomsten Het WSP organiseert in 2015 een aantal interactieve bijeenkomsten met werkgevers, waarbij groepsgewijs informatie wordt gegeven en werkgevers hun ervaringen kunnen delen. Dit kunnen bijvoorbeeld ontbijtsessies zijn, waarbij een werkgever gastheer is. Zo mogelijk kan de wethouder hier ook bij aansluiten of als gastheer optreden. Communicatie en website Communicatie gebeurt via de Website die aangepast wordt op de Participatiewet en andere wetgeving. De nieuwe website van het WSP is in de lucht Werkgevers worden meegenomen in het beheerplan voor de website. Social Return De gemeente vraagt bij inkoopopdrachten en subsidieverlening aan opdrachtnemers en subsidieontvangers om haar te helpen met het creëren van kansen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of een maatschappelijke activiteit uit te voeren. Bij opdrachten en subsidies vanaf ,- kunnen opdrachtnemers en subsidieontvangers dit invullen met hulp van het WSP. Vanaf ,- moeten opdrachtnemers en subsidieontvangers het WSP inschakelen voor het toepassen van de Amersfoortse bouwblokkenmethode. Hier wordt ook op gecontroleerd. Hier wordt nog niet door alle gemeenten op dezelfde manier mee omgegaan. We streven nu naar harmonisatie. Er is nog geen duidelijkheid wanneer deze harmonisatie gerealiseerd is. Er blijft hiernaast ruimte voor lokale initiatieven. Deze initiatieven worden zoveel mogelijk benut voor het realiseren van de doelstellingen van het WSP. 35

36 4. Regionale samenwerking Alle gemeenten in de regio Amersfoort, het UWV en RWA/Amfors participeren in het WSP. De gemeenten participeren onder dezelfde voorwaarde: 1) samen in de regio, 2) verdelen van de kansrijke werkgevers over alle jobhunters/adviseurs, 3) alle organisaties brengen formatie in, maar zijn verantwoordelijk voor de personele zaken met betrekking tot hun adviseurs/jobhunters, 4) alle adviseurs/jobhunters bemiddelen voor alle doelgroepen. Met de gemeente Nijkerk zijn alternatieve afspraken gemaakt over de inzet van Jobhunters en een beperkte taakstelling voor het WSP. Daarnaast werkt het WSP samen met re-integratiebureaus, scholen in de regio, de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (voorheen kenniscentra) en de afdeling Economie & Wonen van de gemeente Amersfoort. Veel van deze partners zijn vertegenwoordigd in de stuurgroep WSP. De stuurgroep komt 5x per jaar bij elkaar en zet de grote lijnen voor het WSP uit. In 2015 worden aan de stuurgroep WSP ondernemers toegevoegd. 5. Organisatie 5.1 Netwerk Het WSP is een netwerkorganisatie. Het WSP wordt bemenst door jobhunters van de gemeenten, van RWA/Amfors en adviseurs van het UWV. Allen hebben werkgeversaccounts en kandidaten waarvoor gehunt moet worden. Jobhunters en adviseurs halen voor alle doelgroepen vacatures binnen en werkgeversaccounts worden over alle medewerkers verdeeld. Vacatures in de regio worden met de partners gedeeld en met alle doelgroepen ingevuld. Het succes wordt bepaald door de gezamenlijkheid van de doelen en het vertrouwen in elkaar. Een netwerkstructuur heeft als voordeel dat het makkelijk uitgebreid kan worden met andere partners in de regio. 36