Leerwerkboek. Praktijkgerichte richtingen. Johan Verstraete

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leerwerkboek. Praktijkgerichte richtingen. Johan Verstraete"

Transcriptie

1 Leerwerkboek Praktijkgerichte richtingen Johan Verstraete Glenn Van Belleghem Céline Bundervoet Marita Van Auwenis Brigitte Ketels Lieve Knop Annemie Schepens Marian Van den Bunder Greet Verstocken inclusief onlinelesmateriaal 3

2 Aan de slag met Hoe zit een les in elkaar? Dit leerwerkboek bestaat uit acht delen, die je ook terugvindt in de uitgebreide inhoudsopgave op blz De leerstof vertrekt telkens van een prikkelende vraag. De ondertitel geeft duidelijkheid over de inhoud van de les. In totaal zijn er 57 vragen. Bij het begin van elke vraag vind je een overzicht van de verschillende lesonderdelen. Vraag 50 Over figuurgedichten In reclame worden we overspoeld met modellen die er buitengewoon goed uitzien. Hun figuur is meer dan perfect. Maar wat als jouw figuur niet in dat plaatje past? 1 Ik wil een goed figuur slaan 2 Figuurgedichten om u tegen te zeggen 3 Creatief figuurdichten Wil je ook een goed figuur slaan? Een icoontje leidt je naar opdrachten waar je de pc voor nodig hebt. Alle nodige informatie vind je op Af en toe vind je een verwijzing naar het vademecum achteraan in het leerwerkboek. Daar staat belangrijke informatie over gebundeld. Waar vind je wat je moet kennen en kunnen? Wat je moet studeren, vind je in de groene Vastgeschroefdkaders. Een groep mensen waarvoor je radio- of televisieprogramma s maakt, een tekst schrijft, campagnes opstelt, reclame maakt noem je het doelpubliek of de ontvangers. Wat je moet kennen en kunnen, vind je aan het einde van iedere vraag in een blauw kader. Wat moet je kennen? Je kent het begrip titel. Je kent het begrip tussentitel. Wat moet je kunnen? Je kunt een treffende titel schrijven. Je kunt een beknopte titel juist formuleren. Je kunt de juiste tussentitel kiezen. Je kunt een treffende tussentitel bedenken voor een alinea.

3 Talloze tips helpen je onderweg. tip Bij twijfel raadpleeg je het Groene Boekje. In de woordverklaring onderaan de bladzijde vind je uitleg bij moeilijke woorden. Woordverklaring doorgronden = volledig doorzien, begrijpen Waar ben je mee bezig? Volg de verschillende stappen en word een expert op het vlak van zakelijk lezen, luisteren en kijken, spreken en schrijven! Je leert elke vaardigheid stapsgewijs aan. Houd daarbij deze icoontjes goed in de gaten. Ze geven aan welke vaardigheid je aanleert en welke stap je zet. schrijven luisteren en kijken zakelijk lezen spreken Wat moet je weten over spreek- en schrijfopdrachten? Bij elke schrijf- en spreekopdracht ga je aan de hand van de OVUR-strategie gestructureerd te werk. Erna vind je telkens een vorderingsfiche. Die helpt je om je persoonlijke evolutie te volgen en je werkpunten te noteren. 106 Deel 2 Vorderingsfiche Noteer hier je eigen vorderingen. Je wordt beoordeeld op stap 1, stap 2 en je reflectievaardigheid. Beginner Gevorderde Expert Stap 1: Afstemmen op doel De leerling geeft weinig informatie. Het doel van de videoclip is bovendien helemaal niet duidelijk. De leerling geeft voldoende informatie, maar het doel van de videoclip is niet duidelijk. Het doel van de videoclip is duidelijk, maar de leerling geeft onvoldoende informatie. De leerling geeft veel informatie. Bovendien is het doel van de videoclip overduidelijk. / Stap 2: De leerling Non-verbale kijkt nauwelijks of niet in de camera. communicatie kijkt zijn partner(s) nauwelijks of niet aan. Mimiek straalt te weinig enthousiasme uit. De leerling kijkt af en toe in de camera. kijkt zijn partner(s) geregeld aan. straalt voldoende enthousiasme uit. De leerling kijkt voortdurend in de camera. kijkt zijn partner(s) aan. straalt veel enthousiasme en zelfvertrouwen uit. Lichaamshouding De leerling beweegt amper en is heel zenuwachtig. De lichaamstaal van de leerling is niet afgestemd op de situatie. De leerling beweegt voldoende en probeert zijn zenuwen te verbergen, maar valt af en toe nog eens door de mand, bijvoorbeeld door een kleine tic. De lichaamstaal van de leerling is voldoende afgestemd op de situatie. De leerling beweegt vlot en komt heel natuurlijk over. De lichaamstaal van de leerling is volledig afgestemd op de situatie / Reflectie Het lukt de leerling niet om kritisch over zichzelf na te denken. De informatie die de leerling opzocht, is niet betrouwbaar. De leerling haalde zijn informatie uit één bron. De leerling kan zichzelf op bepaalde punten kritisch beoordelen, maar heeft het met enkele items toch nog moeilijk. De informatie die de leerling opzocht, is over het algemeen betrouwbaar. De leerling haalde zijn informatie uit meer dan één bron. De leerling slaagt erin zichzelf kritisch te beoordelen. De informatie die de leerling opzocht, is volledig betrouwbaar. De leerling haalde zijn informatie uit verschillende bronnen. / Attitude Je bent een beginner. Je hebt nog een aantal werkpunten: Je bent goed op weg. Dit heb je erg goed gedaan: Knappe prestatie: je bent een expert. TOTAAL /25 Misschien kun je de volgende keer op dit werkpunt letten:

4 Voorbij de vragen Op het einde van elk deel krijg je een overzicht van de schooltaalwoorden die je pad kruisten in de Woordencocktail. Moeilijke woorden met een speciale schrijfwijze krijgen aandacht in Buitenspel. Woordencocktail 1 Woorden heb je dagelijks nodig. Om een gesprek te kunnen aanknopen, om iets te begrijpen Zonder woorden ben je niks. In de eerste lessen heb je al heel wat nieuwe woorden gezien. Hier herhalen we ze nog eens. 1 Computertermen 2 Werkwoorden 3 (Her)Ken je deze woorden nog? 4 Creatief Buitenspel 1 In deze les oefen je dertig woorden die voorkwamen in deel 1. Het zijn woorden die zichzelf buitenspel zetten omdat ze zich niet schikken naar de regels. Die spelbrekers kunnen dus voor problemen zorgen! Hoe test je jezelf? Na elk deel maak je een zelftoets. Je test wat je al kent en kunt. Met een verbetersleutel verbeter je jezelf. Bij het onlinelesmateriaal vind je een uitgebreidere versie van de toets. Zelftoets 1 Wat heb ik geleerd en wat weet ik daar nog van? Werk samen met een partner. Maak elke opdracht eerst afzonderlijk. Vergelijk daarna jullie oplossingen en bespreek de verschillen. Als je twijfelt, kun je je leraar om hulp vragen. Zakelijk lezen Poëzie 1 Wat is het tekstdoel in de volgende teksttypes? /10 a een artikel in een tijdschrift met als titel Het regenwoud moet blijven b een strip waarin aan mensen in India het belang van gekookt water wordt uitgelegd Als je dit logo ziet, werk je per twee. Bij dit logo ga je in groep aan de slag.

5 Deel Wat neem je mee op reis? Een kennismakingsles 12 2 Kies jij soms ook de verkeerde schoenen? Over tekstsoorten, teksttypes en tekstdoelen 21 3 Hoe gebruik je een kompas? Over hoe je een spreekdoel vooraf bepaalt 26 4 Mag ik even wegdromen in boekenland? Over verhaalsoorten 33 5 Moeder, waarom lez(v)en wij? Enquête over leesgedrag 35 6 Wat is er mis met sitroen? Over het belang van een correcte 44 7 Hoe is het gesteld met je? Even testen 50 8 Wil je zwemmen tussen haaien of vliegen naar de regenboog? Informatie verzamelen voor een schrijfopdracht 53 9 Minuscuul... moet ik dan op de weegschaal gaan staan? Over hoe je woordbetekenissen kunt achterhalen Wat is de zin hiervan? (1) Kijken hoe een zin in mekaar zit Waarom blijven sommige sporen spoorloos? Over fictie/non-fictie, literair/zakelijk taalgebruik Mag ik eens kijken in je toverhoed, vriend van de poëzie? Over algemene kenmerken van poëzie Zakelijk lezen woordenschat taalgebruik Poëzie Kennismakingsles STAP 1 tekstsoorten/teksttypes/tekstdoelen bepalen STAP 1 Zakelijk lezen tekstsoorten/teksttypes/tekstdoelen bepalen STAP 1 spreekdoel bepalen Herkennen van verhaalsoorten, genres Aanzet tot portfolio Waarom moet je correct schrijven? Manieren om zonder fouten te schrijven Diagnostisch dictee Remediëringsoefeningen STAP 1 afstemmen op doel info verzamelen Woordbetekenissen achterhalen Herhaling zinsleer (1) Zakelijk en literair taalgebruik Algemene kenmerken van poëzie 81 Buitenspel 1 moeilijke woorden uit deel 1 inoefenen 84 Woordencocktail 1 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel 1 88 Zelftoets 1 Deel Zie je wat ik voel? Over lichaamstaal Moet je dat nu echt allemaal lezen? Over leesstrategieën Joew, hey, hallo of goedemorgen? Over je tekst afstemmen op de situatie/context Is dit van kapitaal belang? Over het correcte gebruik van hoofdletters Zijn ufo s feit of fictie? Over thema s, fictie en non-fictie Waarom dekt de vlag niet altijd de lading? Over titels, covers en achterplatteksten Zakelijk lezen STAP 2 non-verbale communicatie leren inschatten STAP 2 non-verbale communicatie leren inschatten STAP 2 Zakelijk lezen leesstrategieën STAP 2 tekst afstemmen op situatie/context Gebruik van hoofdletters Thema, fictie en non-fictie Titels, covers en achterplatteksten

6 Wat is de zin hiervan? (2) Kijken hoe een zin in elkaar zit Herhaling zinsleer (2) 140 Woordencocktail 2 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 2 Deel Heb je een luisterend oog? Over kijk- en luisterstrategieën Mag je zomaar met de deur in huis vallen? Over de IMS-tekststructuur Staat mijn kop je wel aan? Over titels en tussentitels schrijven Is een dt-foudt erg? Over de van de werkwoordsvormen in de tegenwoordige en de verleden tijd Met wie wil je een date? Over personages/types/stereotypes Zet je er graag een punt achter? Over mededelende, vragende, uitroepende en gebiedende zinnen en de eindleestekens Spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is de mooiste van het land? Over beeldspraak Zakelijk lezen woordenschat Spelling Poëzie woordenschat STAP 3 kijk- en luisterstrategieën STAP 3 Zakelijk lezen globale structuur van een tekst: inleiding - midden - slot STAP 3 titel en tussentitel bij informatieve teksten Ott en ovt Personages Stereotypen Soorten zinnen Eindleestekens Beeldspraak 195 Buitenspel 2 moeilijke woorden uit deel 2 en 3 inoefenen 199 Woordencocktail 3 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 3 Deel Valt je kaartenhuis in duigen? Over de opbouw van alinea s Kun jij een geknipt patroon maken? Over tekststructuren van een zakelijke tekst Heb jij boten in je lijf? Over klinkers, tweeklanken en medeklinkers Waar spreken we af? Over ruimte in verhalen Ben je een nieuwsgierig aagje of weet je gewoon graag veel? Over de bijwoordelijke bepalingen Wie springt uit een vliegmachien om jou te zien? Over rijm Zakelijk lezen Poëzie STAP 4 midden + opbouw alinea STAP 4 tekststructuren van een zakelijke tekst STAP 4 Zakelijk lezen tekststructuren van een zakelijke tekst Klinkers, medeklinkers, tweeklanken Ruimte in een verhaal De bwb Rijmen: eindrijm, assonantie, alliteratie 249 Woordencocktail 4 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 4

7 Deel Hoe pimp je je spreekbeurt? Over afstemmen op situatie, context en doelpubliek Is je relatie van lange duur? Over tijd in verhalen Hoe voltooid is voltooid? Over de van het voltooid deelwoord Moeten woorden namen hebben? Over de woordsoorten Iedere vogel zingt zoals die gebekt is... Genieten van gedichten Poëzie STAP 5 bepalen van het doelpubliek STAP 3 afstemmen op situatie, context en doelpubliek + herformuleren Tijd: flashback, flashforward, verteltijd, vertelde tijd, verteltempo, tijdsprong Voltooid deelwoord Woordsoorten: zelfstandig en bijvoeglijk naamwoord, lidwoord, telwoord, werkwoord, voorzetsel, voegwoord Zelf een gedicht schrijven 283 Buitenspel 3 moeilijke woorden uit deel 4 en 5 inoefenen 288 Woordencocktail 5 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 5 Deel Ben jij een kitesurfexpert? Over hoofdlijnen naar voren brengen Doe jij ook wel eens aan hersengymnastiek? Over schematiseren Wie heeft het hier voor het zeggen: ik of hij? Over vertelstandpunt Heb jij die hottentottententententoonstelling al gecheckt? Over woordvorming Let jij op de kleintjes? Over de van de verkleinwoorden Moeten woorden nog meer namen hebben? Over voornaamwoorden Zakelijk lezen woordenschat STAP 4 hoofdlijnen naar voren brengen STAP 6 schematiseren STAP 5 Zakelijk lezen schematiseren STAP 5 schema s maken Vertelperspectief: alwetende en personele hij, vertellende en belevende ik, wisselende verteller Woordvorming: samenstellingen, afleidingen, leenwoorden Zelfstandig naamwoord: het verkleinwoord Woordsoorten: persoonlijk, bezittelijk, aanwijzend, vragend, wederkerend voornaamwoord 338 Woordencocktail 6 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 6

8 Deel Heb jij een bindmiddel voor die saus? Over bindwoorden Waar is dat feestje? Over instructies Blijf jij ook liever single? Over enkelvoudige en samengestelde zinnen, nevenschikking en onderschikking Ben jij een tekentalent? Over het gebruik van hulptekens: trema, apostrof en koppelteken Is er nog vuurwerk of is de vlam al gedoofd? Over spanning in verhalen Geef je er graag een kleurtje aan? Over bijwoorden Wil je een goed figuur slaan? Over figuurgedichten Poëzie STAP 7 structuur door bindwoorden STAP 5 structuur door bindwoorden STAP 6 samenhang tussen de alinea s STAP 8 Instructies Instructies Enkelvoudige en samengestelde zinnen en verbinden van zinnen Hulptekens Verhaallijn en spanningsopbouw Woordsoorten: het bijwoord Figuurgedichten 395 Buitenspel 4 moeilijke woorden uit deel 6 en 7 inoefenen 397 Woordencocktail 7 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets 7 Deel Mag ik beginnen? Over het begin en het einde van een spreekoefening Spring jij soms van de hak op de tak? Over samenhang bij spreken Moet ik er een tekeningetje bij maken? Over visuele hulp/info gebruiken Wie wil Nijntje kussen voor 5 euro? Over het al dan niet aaneenschrijven van woorden Krijg jij daar kop noch staart aan? Over het begin en einde van een zakelijke tekst STAP 6 begin en einde van een spreekopdracht STAP 7 begin en einde van een verhaal STAP 7 samenhang Visuele hulp/info gebruiken Aaaneenschrijven van woorden STAP 8 begin en einde van een zakelijke tekst Wie zegt dat ik gezegd heb dat jij dat gezegd hebt? Over directe en indirecte rede Directe en indirecte rede Vergis ik me of is dit nu wiskunde? Over grafieken interpreteren Zakelijk lezen STAP 6 Zakelijk lezen grafieken interpreteren 448 Buitenspel 5 moeilijke woorden uit deel 8 inoefenen 452 Woordencocktail 8 gevarieerde woordenschatoefeningen met woorden uit deel Zelftoets Vademecum

9 Vraag 22 Staat mijn kop je wel aan? Over titels en tussentitels schrijven Je hebt het zeker ook al eens meegemaakt: de kaft van een tijdschrift meldt een veelbelovend artikel. Nieuwsgierig spreek je je zakgeld aan en koop je het tijdschrift. Maar wat blijkt achteraf? De vlag dekte de lading niet. De titel op de kaft verwijst naar een klein artikel zonder nieuwswaarde. Over tijdschriften en titels gesproken 1 Welk tijdschrift geeft antwoord op je vragen? 2 De meest passende titel kiezen 3 Tussentitels bij de vleet 4 Dekt de vlag de lading? 5 Op zoek naar een treffende titel 1 Welk tijdschrift geeft antwoord op je vragen? 1 Waarop baseer je je als je in de krantenwinkel op zoek gaat naar het tijdschrift dat je het meeste aanspreekt? 2 Stel dat je twee verschillende artikels vindt over het gezochte onderwerp. Hoe maak je dan je keuze? tip Om een tijdschrift aantrekkelijk te maken is het belangrijk om goede titels en tussentitels te formuleren. 2 De meest passende titel kiezen Opdracht 1 Lees de tekst en kies de gepaste titel. Een rustig ontbijt zit er voor heel wat gezinnen niet meer in. Tweederde verkeert tijdens de ochtend in tijdsnood. Te laat opstaan of treuzelende kinderen vormen de oorzaak. In opdracht van een fabrikant van ontbijtgranen werden 790 Nederlandse gezinnen met jonge kinderen over hun ontbijtgewoonten ondervraagd. Vooral bij gezinnen met jonge kinderen tot en met 12 jaar is er s ochtends tijdgebrek. Rustig ontbijten is er niet meer bij, een haastige snack in de mond lijkt schering en inslag. 85 procent maakt het ontbijt in minder dan tien minuten klaar, één op twee eet de belangrijkste maaltijd in negen minuten of minder. 162 Deel 3 Woordverklaring kop = titel van een krantenartikel, een hoofd is een lichaamsdeel van mensen en sommige dieren (bv. paarden)

10 Favoriete bezigheden Het ontbijt wordt door zowel ouders als kinderen als één van de favoriete bezigheden aangestipt. 60 procent van de ondervraagden zou het het liefst gezamenlijk doen, terwijl dat uiteindelijk slechts bij 14 procent van de ondervraagden daadwerkelijk lukt. Goed nieuws is wel dat, ondanks de weinige tijd, het ochtendmaal zelden of nooit overgeslagen wordt. Acht op de tien gezinnen ontbijt elke dag. Al is dat geen rustig gegeven. Samen met het ontbijt wordt er gelezen, tv gekeken of wordt de brooddoos gevuld voor de anderen. (lvl) Naar: Kies uit: a Gezin te weinig tijd voor rustig ontbijt b Te laat opstaan of treuzelende kinderen c Gezamenlijk ontbijt d Ontbijtgewoonten Een 16-jarige Engelsman uit Londen heeft een record beet: hij is de jongste persoon aller tijden die de hoogste berg op alle zeven de continenten heeft weten te bedwingen. George Atkinson begon op 11-jarige leeftijd al aan zijn uitdaging. In 2005 beklom hij in Tanzania de Kilimanjaro. In 2007 volgde de Elbrus (in Rusland) en in 2008 beklom hij de Carstensz Piramide (in Indonesië) en de Aconcagua (gelegen in Argentinië). Daarna volgden Mount McKinley (VS) en Mount Vinson (op Antarctica) nog. Afgelopen dinsdag voltooide hij zijn werk door de top van de Mount Everest, de hoogste berg ter wereld, te bereiken. Atkinson onttroont Johnny Collinson, een Amerikaan die pas op zijn zeventiende de zeven wereldtoppen bedwong. Veel scheelde het echter niet: Atkinson vestigde zijn record op de leeftijd van 16 jaar en 362 dagen. Zondag wordt hij 17. Naar: Kies uit: a Een record voor de Londener b 16-jarige is jongste die de zeven wereldtoppen beklimt c Op de top van Mount Everest De titel van een informatieve tekst vat treffend de inhoud van het artikel samen en zet (meestal) aan tot lezen. Opdracht 2 Omcirkel bij welke tekst deze titel past: Trekken met rugzak en rimpels. 1/2/3/4 1 Of het nu gaat om een sjaal breien of een cd branden, we doen het graag zelf. We klagen over te weinig tijd, en toch willen we dingen zelf doen. Zelf klussen in huis of zelf borduren kan ook al die tijdsdruk en stress tegengaan. Van een kluwen wol een mooi gebreide sjaal maken, wat is dat anders dan chaos tot orde scheppen? Zelf koekjes bakken of zelf schilderen kan ook een vorm van bezigheidstherapie zijn: je bespaart geld, je doet iets nuttigs, en het is ook nog ontspannend. Woordverklaring onttronen = van de troon stoten Vraag 22 - Staat mijn kop je wel aan? 163

11 2 Het is begonnen met de digitale thermometer, maar daar zal het niet mee stoppen. Nu is er ook een bloeddrukmeter voor thuisgebruik, je kunt je stappen tellen met een toestelletje en er is zelfs een reanimatietoestel dat je voor noodgevallen thuis kunt aanschaffen, zodat je zelf de eerste elektroshocks kunt toedienen. Selfmedication, of zelf doktertje spelen, zal een trend zijn die niet snel weggaat: de drijvende kracht erachter is namelijk de vergrijzing. Mensen die een dagje ouder zijn, willen graag weten hoe het met hun gezondheid gesteld is, zonder dat ze daar elke keer voor naar de dokter moeten gaan. 3 De oudste man die de top van de Mount Everest beklom was zestig, maar nu krijgt hij concurrentie. De 85-jarige Mary Woodbridge wil dit voorjaar in Nepal de Mount Everest op. Ze is geen uitzondering. Het aantal actieve vijftigplussers die met de rugzak willen rondtrekken, neemt toe. Daarom hebben wij vanaf dit jaar een avontuurlijke reisformule voor hen ontwikkeld: Kaap 46, zegt Annick Holvoet van Joker Reizen. 4 Na programma s over plastische chirurgie om jezelf te veranderen, komen er nu innerlijke operaties aan. Selfness, zo noemen we het verlangen om een make-over van je manier van leven en denken te doen. Mensen willen graag hun leven veranderen. Dat zijn vaak intensieve, soms pijnlijke processen, maar het levert wel boeiende tv op. De Believers op Eén, waarbij gedetineerden met drugsproblemen gevolgd worden, is daar een goed voorbeeld van. Maar je hebt ook De afvallers of Supernanny, waarbij je kunt zien hoe mensen of gezinnen hun manier van leven veranderen. Wie aan zichzelf wil werken en zijn leven veranderen, is dit jaar niet alleen. Mental coaches en mental make-overs zijn in. Veel sportpersoonlijkheden, zoals Clijsters of Henin, schrikken er vandaag ook niet voor terug om over hun mental coaches te praten. Een mental coach is iemand die erin slaagt om het beste uit jezelf te halen. Dat is wat mensen willen. 3 Tussentitels bij de vleet Opdracht 3 Lees de tussentitels. Zet ze boven de passende alinea in de tekst. a Ambassadeur van Vlaanderen Lekker Land b Verhalen van de hopplukkers c Hopscheuten plukken d Inkrimping van de hopvelden e Opkikkeren met een Hommeldruppel Proeven van lekker Vlaanderen in Poperinge Tafelen in Vlaanderen koos uit 25 laureaten vijf ambassadeurs van Vlaanderen Lekker Land. Via die smakelijke bestemmingen speelt Vlaanderen Lekker Land zijn culinaire troeven uit. Reisreporter Sofie beleefde de hopcultuur in Poperinge op het veld, in het museum en in het glas! Poperinge is al jarenlang de absolute hopmetropool. De sympathieke West-Vlaamse stad zit barstensvol tradities en cultuur rond de edele hopplant. Nauwelijks 55 jaar geleden streken elk najaar ongeveer plukkers neer in Poperinge. Zo startte het schooljaar in Poperinge toen twee weken later, zodat de kinderen konden helpen met de hoppepluk. Dat behoort allemaal tot het verleden, maar de hop staat in Poperinge nog steeds centraal. We gaan op tocht in het spoor van de beroemde plant. 164 Deel 3 Woordverklaring ambassadeur = vertegenwoordiger

12 We merken dat er niet zoveel hopvelden meer te vinden zijn in Poperinge. Wereldwijd wordt ongeveer hectare hop geteeld, waarvan 200 in het Poperingse. Ondanks een sterke inkrimping van de totale oppervlakte wordt de wereldmarkt gekenmerkt door een overaanbod. Daardoor produceren de hopboeren al jaren onder de kostprijs. De brouwerijen willen geen langetermijncontracten meer afsluiten, omdat ze goedkoper kunnen kopen op de vrije markt. Zo blijven er nu nog 27 hopbedrijven over in Poperinge. Hopboeren worden dan maar creatief met hop! In t Hoppecruyt, leiden Wout en Benedikte ons naar hun hopvelden, waar ze hop telen zowel voor de hoppebellen als voor de hopscheuten. In het hopscheutenseizoen (maart tot begin april) kun je tijdens een bezoek vers geplukte hopscheuten proeven in het hopveld. En dat plukken is niet zo eenvoudig als het lijkt! Zo is er slechts een klein deeltje van de wortel geschikt om te eten. De kunst zit er hem in om net niet te weinig af te snijden. Naast de hopscheuten verwerken Benedikte en Wout de hoppebellen in hun lekkere hopijs. Ideaal voor de kinderen, maar aan de ouders werd ook gedacht! Ze bieden namelijk een delicieuze hopjenever, genaamd de Hommeldruppel, aan. De verse hop brengen ze naar stokerij De Jans, die ze gebruikt om de Hommeldruppel te creëren. Terwijl Benedikte ons een proevertje uitschenkt, vertelt ze hoe de hop familie is van de cannabisplant. Geen wonder dat we er zo rustig van worden! Meer leren over de geschiedenis van de hoppestreek doen we in het Hopmuseum. De Zakker, de Neus en andere kleurrijke personages leiden de bezoekers rond. Het leukste zijn de verhalen over de mensen die meer dan zeven eeuwen hun brood verdienden met hop. Even zit ik neer op een stoel achter een hoppestruik en pluk ik mee met al de figuren op de zwart-wit foto s. Ze zijn de stille getuigen van ons hopverleden. Naar: Tussentitels helpen om uit elke alinea het centrale idee te distilleren. Gebruik bij voorkeur korte tussentitels. Die maken het oriënterend lezen van een informatieve tekst makkelijker. 4 Dekt de vlag de lading? Opdracht 4 Bekijk aandachtig het fragment uit het Journaal op Eén en let op grappige titels. Waarover gaat het bij deze grappige of dubbelzinnige titels? Maak de krantenkoppen ondubbelzinnig. a Warme bakker koud gemaakt! Woordverklaring inkrimping = vermindering produceren = maken delicieus = heerlijk Vraag 22 - Staat mijn kop je wel aan? 165

13 b Afgemaakte hond krijgt staartje c Wasmachine rukt arm jongetje af d Aantal deelnemers wandelvierdaagse loopt achteruit e Agent schiet man met nepgeweer dood f Dinosauruseieren onder de hamer g Ongewild urineverlies in apotheek h Gevangenis van Brugge na drie jaar helemaal open i Antwerpse middenstanders slikken hondenpoep niet meer j Mannelijke zaad holt achteruit k Drie doden in Rotterdam door messteken om leven gebracht Soms moet je woorden weglaten om de titel kort te houden. Zorg er wel voor dat je titel dan nog duidelijk en ondubbelzinnig blijft. Opdracht 5 Verduidelijk de inhoud van een titel in enkele zinnen. Schrijf een korte informatieve tekst over één van de gecorrigeerde titels uit opdracht Deel 3

14 5 Op zoek naar een treffende titel Opdracht 6 Bekijk het fragment uit Alles kan beter. Noteer de titels die ze daar verzinnen. Zoek voor elk artikel een korte titel die de inhoud treffend weergeeft. Lees daarvoor het artikel of de lead en onderstreep de kernwoorden. Kinderen in koudere en nattere steden hebben vaker last van astma omdat er op die plaatsen minder zonlicht is. Dat beweren Spaanse onderzoekers. De mens krijgt zijn noodzakelijke vitamine D-inname vooral door de zon. Vitamine D heeft een invloed op de hoeveelheid antilichamen en eosinofielen, een bepaald type witte bloedcellen. Beide spelen een rol bij zowel allergieën als astma. Een op drie kinderen met astma heeft te lage vitamine D-waarden. De onderzoekers van verschillende Spaanse organisaties en universiteiten bestudeerden kinderen en tieners van negen verschillende Spaanse steden. Daar kwam uit voort dat het klimaat, en daarvan vooral de hoeveelheid zonnestralen, de geografische verspreiding van astma kan verklaren. De studieresultaten tonen dat astma in Spanje vaker voorkomt op nattere plekken met minder zon. In noordelijke landen wordt aangeraden een halfuur per dag in de zon door te brengen, om voldoende vitamine D op te nemen. Te lang in de zon of zonnebaden in het midden van de dag is ook niet goed, want dat kan huidkanker veroorzaken. In die landen die hoger liggen dan 40 noorderbreedte is er tijdens de wintermaanden niet genoeg zon om aan de dagelijkse dosis te komen. Mensen zouden tijdens die maanden supplementen moeten nemen, om het risico te verlagen. (as) Naar: Het juiste paar schoenen onder een outfit is van primair belang voor vrouwen. Met de opgang van de ecologische schoen heb je weer een extra reden om een shopnamiddag te houden. Het milieuvriendelijke aanbod reikt bovendien veel verder dan een stel rieten sloffen. Vooral sneakers en sandalen doen het goed in de milieubewuste fashionwereld. Heel wat merken werken met natuurlijke materialen zoals hennep, zijde, wol, plastic, gerecycleerde autobanden en zelfs kokosnoot. Milieubewuste fashionista s kunnen behalve sportschoenen ook elegante en milieuvriendelijk hiellaarsjes aanschaffen. De Braziliaanse schoenenfabrikant Melissa is onlangs mee op de ecologische kar gesprongen. Melissa werkt onder meer samen met topontwerpers Jean Paul Gaultier en Vivienne Westwood en lanceerde onlangs botjes die honderd procent recycleerbaar zijn. Het Franse merk FAGUO gaat nog een stapje verder. Bij elk paar sneakers dat ze verkopen, planten ze een boom. Uit: Woordverklaring Wat moet je kennen? Je kent het begrip titel. Je kent het begrip tussentitel. lead = de inleiding die de belangrijkste informatie bevat primair = op de eerste plaats ecologisch = milieuvriendelijk fashionista = vrouw die strikt de laatste mode volgt Wat moet je kunnen? Je kunt een passende titel schrijven. Je kunt een treffende tussentitel voor een alinea kiezen. Je kunt de inhoud van een tekst deels achterhalen met behulp van de tussentitels. Je kunt de inhoud van een titel verduidelijken in enkele zinnen. Vraag 22 - Staat mijn kop je wel aan? 167

Leerwerkboek. Theoretische richtingen. Johan Verstraete. Brigitte Ketels Lieve Knop Annemie Schepens Marian Van den Bunder Greet Verstocken

Leerwerkboek. Theoretische richtingen. Johan Verstraete. Brigitte Ketels Lieve Knop Annemie Schepens Marian Van den Bunder Greet Verstocken Leerwerkboek Theoretische richtingen Johan Verstraete Brigitte Ketels Lieve Knop Annemie Schepens Marian Van den Bunder Greet Verstocken inclusief onlinelesmateriaal 3 Aan de slag met Hoe zit een les in

Nadere informatie

Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen

Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen Vooraf De syntheseproef bestaat uit een aantal onderdelen. 1. Schriftelijke taalvaardigheid Het verslag dat je maakte van de aidsgetuigenis van Kristof

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv Inhoud 1 Spelling 5 1 geschiedenis van de nederlandse spelling in vogelvlucht 11 2 spellingregels 13 Klinkers en medeklinkers 13 Spelling van werkwoorden 14 D De stam van een werkwoord 14 D Tegenwoordige

Nadere informatie

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort.

Woordsoorten. De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woordsoorten De woorden in een zin kunnen in een bepaalde groep worden ingedeeld. De woordsoort geeft aan tot welke groep een woord behoort. Woord Uitleg Voorbeeld Werkwoord Lidwoord Zelfstandig Bijvoeglijk

Nadere informatie

Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Grammatica zinsdelen Lesperiode: 2 1, 2 en 5 Extra materiaal: PowerPoint Stappenplan zinsdelen op blz. 268 t/m 270 zinsdelen: Onderwerp Werkwoordelijk- en naamwoordelijk gezegde Lijdend voorwerp

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 vmbo de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 vmbo de betekenis

Nadere informatie

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord Woordsoorten Nederlands Aanwijzend voornaamwoord Betrekkelijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord Bijvoeglijk gebruikt werkwoord Bijvoeglijk naamwoord Bijwoord Bijzin Hoofdzin Hulpwerkwoord Koppelwerkwoord

Nadere informatie

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen. - Schrijf je op een juiste manier in meervoud. - Gebruik je hoofdletters op een

Nadere informatie

Leren (kan je ) leren!

Leren (kan je ) leren! Leren (kan je ) leren! Leertips op maat van de middenschool Beste leerlingen en ouders, Het begrip leren leren klinkt jullie waarschijnlijk niet onbekend in de oren. We hopen dat er in de basisschool al

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen

Tekst lezen en vragen stellen 1. Lees de uitleg. Tekst lezen en vragen stellen Als je een tekst leest, kunnen er allerlei vragen bij je opkomen. Bijvoorbeeld: Welke leerwegen zijn er binnen het vmbo? Waarom moet je kritisch zijn bij

Nadere informatie

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift - I Oefenen met observeren 1. Het woordenschilderij A Kijk 60 seconden heel goed

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten Subdomein A 1.1: Woordenschat 1.1 h/v de betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context; 1.2 h/v de betekenis

Nadere informatie

Spreekbeurt, en werkstuk

Spreekbeurt, en werkstuk Spreekbeurt, krantenkring en werkstuk Dit boekje is van: Datum spreekbeurt Datum krantenkring Inleverdatum werkstukken Werkstuk 1: 11 november 2015 Werkstuk 2: 6 april 2016 Bewaar dit goed! Hoe bereid

Nadere informatie

2.1 FaVoriete leestips

2.1 FaVoriete leestips Verhalend 2.1 FaVoriete leestips Van klasgenoten heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften die mij leuk lijken: 1.... 2.... 3.... Van de leraar heb ik de volgende tips gekregen van boeken/tijdschriften

Nadere informatie

De examenperiode is een moeilijke tijd. Je moet hard studeren en je hebt veel stress. Wat is een goede studiemethode en wat doe je beter niet?

De examenperiode is een moeilijke tijd. Je moet hard studeren en je hebt veel stress. Wat is een goede studiemethode en wat doe je beter niet? TIPS VOOR DE EXAMENS De examenperiode is een moeilijke tijd. Je moet hard studeren en je hebt veel stress. Wat is een goede studiemethode en wat doe je beter niet? Wat moet je doen? 1. Lees de tekst op

Nadere informatie

30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN. Wijs ze op. www.lereniseenmakkie.nl. en de online coach.

30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN. Wijs ze op. www.lereniseenmakkie.nl. en de online coach. 30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN Wijs ze op en de online coach. Vermijd stressverhoging: dat blokkeert het leren nog meer. Wijs je kind steeds weer op wat het al wel

Nadere informatie

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Uitleg boekverslag en boekbespreking Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave

Nadere informatie

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen. Vaktips Frans 1. D O E L S T E L L I N G E N De Franse taal leren verstaan, lezen, spreken en schrijven. Om dit te bereiken, moet je: Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3

Nadere informatie

!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! Uitgave van Stichting Be Aware Januari 2015 WIL JE MINDER GAMEN?

!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!! Uitgave van Stichting Be Aware Januari 2015 WIL JE MINDER GAMEN? Uitgave van Stichting Be Aware Januari 2015 WIL JE MINDER GAMEN? Je vindt dat je teveel tijd doorbrengt met het spelen van games. Je beseft dat je hierdoor in de problemen kunt raken: je huiswerk lijdt

Nadere informatie

30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN

30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN 30 TIPS VOOR OUDERS EN BEGELEIDERS VAN LEERLINGEN MET LEERPROBLEMEN Alle kinderen die wij gevraagd hebben om een tip voor jullie hebben gezegd: blijf je vertrouwen in mij tonen, behandel me niet als een

Nadere informatie

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp werkwoordelijk gezegde

Nadere informatie

Leerwerkboek. Chinees. Go 100

Leerwerkboek. Chinees. Go 100 Leerwerkboek Chinees Go 100 se k a ra k te rs Le e r 1 0 0 C h in e Go 100 Leer 100 Chinese karakters LEERWERKBOEK CHINEES Julie Lo Emily Yih Jan van der Putten (cultuurteksten) ΒΟ INHOUDSOPGAVE Lessen

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Taal

Visuele Leerlijn Taal Visuele Leerlijn Taal www.gynzy.com Versie: 05-09-2019 Taalbegrip Abstracties Probleem & oplossing Zender & ontvanger Functies van taal Discussie Standpunt & argument Feit & mening Illustratie (als voorbeeld)

Nadere informatie

Z I N S O N T L E D I N G

Z I N S O N T L E D I N G - 1 - Z I N S O N T L E D I N G Waarom is zinsontleding zo belangrijk? Elke scholier op de middelbare school maar ook de kinderen op de lagere school, komen veelvuldig met zinsontleding in aanraking, eigenlijk

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: Grammatica zinsdelen (RTTI) Lesperiode: 1 Aantal lessen per week: 4 Hoofdstuk: 1, 2,3 & 5 Theorie blz 28, 68, 108, 188, 189 De leerling moet de volgende zinsdelen kennen: persoonsvorm onderwerp

Nadere informatie

taalkaart 1 Ik ga op reis en Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een.

taalkaart 1 Ik ga op reis en Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een. Ik ga op reis en Wat ga je doen? Je leert wat een reisverhaal is. Je schrijft er zelf een. Op verkenning tk taalkaart Ik ga op reis en Lees het verhaal van Aymen. 8 augustus 007 - In het vliegtuig Wat

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Fictie Klas: MH-1 Lesperiode:1 Taalportfolio In je taalportfolio komen 5 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden de eerste 3 opdrachten beoordeeld

Nadere informatie

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen! 1 Wil je wel leren? Opdracht 1a Wat heb jij vanzelf geleerd? 7 Opdracht 1b Van externe naar interne motivatie 7 Opdracht 1c Wat willen jullie graag leren? 8 2 Kun je wel leren? Opdracht 2a Op wie lijk

Nadere informatie

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG ALS EEN HOND DREIGT OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER HONDEN DIE DREIGEN. JE KUNT

Nadere informatie

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande Eerste druk 2015 R.R. Koning Foto/Afbeelding cover: Antoinette Martens Illustaties door: Antoinette Martens ISBN: 978-94-022-2192-3 Productie

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Vak: Nederlands EBR Klas: IG2 hv Onderdeel: Fictie en Schrijven 4 Lessen Nederlands: Stimuleren vrij lezen, Verhaalfragmenten aanbieden/promopraatjes Nieuw Nederlands Hoofdstuk: Spreken en Gesprekken blz.

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2018-2019 Klas: HV1 Lesperiode: 1 + 2 Diploma grammatica Methode: Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: Grammatica HF 1 t/m 6 Bladzijde: 25 t/m 30, 67 t/m 72, 109 t/m 114, 151 t/m 156, 193 t/m 198, 235

Nadere informatie

Onderdeel: lezen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: lezen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: lezen Lesperiode: 1 Nieuw Nederlands 1 en 2 De leerling kent en herkent vaste tekststructuren. De leerling kent de besproken tekststructuren. (probleem/oplossingstructuur, verklaringstructuur,

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Het programma van deze PIT wordt gedurende het schooljaar aangepast aan het tempo en het niveau van de klas. Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio Klas: IG1 - EBR Lesperiode: 1 en 2 Taalportfolio opdracht

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen.

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen. Bidden Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen.nl en kinderactiviteiten www.lambertuskerk-rotterdam.nl

Nadere informatie

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er

Nadere informatie

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid 18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid Goed, gezond en gemotiveerd aan het werk tot je pensioen? Dat bereik je door kansen te pakken op het werk. Leer aan de hand van onderstaande punten hoe je

Nadere informatie

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben Ik ben wie ik ben Naam: Johan Vosbergen Inhoudsopgave Inleiding... 3 De uitslag van Johan Vosbergen... 7 Toelichting aandachtspunten en leerdoelen... 8 Tot slot... 9 Pagina 2 van 9 Inleiding Hallo Johan,

Nadere informatie

Hoe bereid ik een spreekbeurt voor?

Hoe bereid ik een spreekbeurt voor? Hoe bereid ik een spreekbeurt voor? Het maken van een spreekbeurt is eigenlijk niets anders dan het schrijven van een informatieve tekst (weettekst). Het is daarom handig om net zo te werk te gaan als

Nadere informatie

BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN

BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN 0 AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je het onderwerp uit een zin bepalen. - Kun je het onderwerp van een tekst bepalen. - Kun je een soort tekst

Nadere informatie

Welke meningen over reclame staan tegenover elkaar? Teken een verbindingslijn tussen de 2 zinnen die bij elkaar horen:

Welke meningen over reclame staan tegenover elkaar? Teken een verbindingslijn tussen de 2 zinnen die bij elkaar horen: Welke meningen over reclame staan tegenover elkaar? Teken een verbindingslijn tussen de 2 zinnen die bij elkaar horen: Reclame is cool en gaaf! Reclame geeft nuttige informatie Reclame laat zien hoe het

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

Onderdeel: lezen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: lezen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: lezen Lesperiode: 1 Nieuw Nederlands 1 en 2 De leerling kent en herkent vaste tekststructuren. De leerling kent de besproken tekststructuren. (probleem/oplossingstructuur, verklaringstructuur,

Nadere informatie

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken.

Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken. Ik ga een grote uitdaging niet uit de weg. Taken die moeilijk zijn, vind ik veel leuker dan eenvoudige taken. 2 5 Ik hoef niet aangespoord te worden om mijn taken te maken. Niemand hoeft mij te zeggen

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

3 Hoogbegaafdheid op school

3 Hoogbegaafdheid op school 3 Hoogbegaafdheid op school Ik laat op school zien wat ik kan ja soms nee Ik vind de lessen op school interessant meestal soms nooit Veel hoogbegaafde kinderen laten niet altijd zien wat ze kunnen. Dit

Nadere informatie

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Jezus vertelt, dat God onze Vader is Eerste Communieproject 26 Jezus vertelt, dat God onze Vader is Jezus als leraar In les 4 hebben we gezien dat Jezus wordt geboren. De engelen zeggen: Hij is de Redder van de wereld. Maar nu is Jezus groot.

Nadere informatie

Aanpak van een cursus

Aanpak van een cursus Aanpak van een cursus Je gaat best op zoek naar een efficiënte manier van studeren. In het hoger onderwijs is het immers niet meer doeltreffend om alles op dezelfde manier aan te pakken. Je kan dus niet

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd Werkstuk En natuurlijk ook spreekbeurt Gemaakt door: Anmami Verhulvelrij Groep 7abcd (Op het voorblad komt de titel van je werkstuk, een foto of een plaatje van je onderwerp, je naam en je klas.) Inhoudsopgave

Nadere informatie

Inhoud. 1 Spelling 10

Inhoud. 1 Spelling 10 Inhoud 1 Spelling 10 1 geschiedenis van de friese spelling (stavering) in het kort 10 2 spellingregels 12 Hulpmiddelen 12 Klinkers en medeklinkers 12 Lettergrepen 13 Stemhebbend en stemloos 13 Basisregels

Nadere informatie

Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf!

Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf! Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf! Het gaat erom dat je laat merken dat jij zélf verantwoordelijk bent voor het leren: jij kiest de opdrachten, workshops en klussen zélf,

Nadere informatie

Hoe maak ik een werkstuk?

Hoe maak ik een werkstuk? Hoe maak ik een werkstuk? Stap 1: Onderwerp en vraag Voordat je kunt beginnen met het maken van een werkstuk, moet je natuurlijk een onderwerp kiezen. Als je een onderwerp hebt gekozen ga je bedenken wat

Nadere informatie

1 keer beoordeeld 4 maart 2018

1 keer beoordeeld 4 maart 2018 7 Samenvatting door Syb 764 woorden 1 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Nederlands Nederlands Toets week 3 ZAKELIJKE TEKSTEN LEZEN Het onderwerp van een tekst bestaat uit een paar woorden. Een deel onderwerp

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio Lesperiode: 1 Taalportfolio deel 1 In je taalportfolio komen 4 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode worden

Nadere informatie

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5

Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Leerlijn Spreken & luisteren groep 5 Spreken (individueel / gesprekken voeren): Luisteren: Een monoloog houden in een kleine groep, duidelijk verwoorden wat ze bedoelen. Een gesprek (overleg) voeren in

Nadere informatie

Nederlands. complete methode. Lesstof overzicht. vmbo. Mondelinge taalvaardigheid

Nederlands. complete methode. Lesstof overzicht. vmbo. Mondelinge taalvaardigheid Lesstof overzicht complete methode Nederlands vmbo STATION Mondelinge taalvaardigheid Nederlands vmbo KGT 1 Beter gebekt Uitgeverij: Eisma Edumedia bv Postbus 459 8901 BG Leeuwarden T (088) 294 48 80 F

Nadere informatie

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot.

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot. Fase.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot. 1 1 Lees onderstaande tekst. Daarna ga je zelf een soortgelijke tekst schrijven.

Nadere informatie

En, wat hebben we deze les geleerd?

En, wat hebben we deze les geleerd? Feedback Evaluatie Team 5 En, wat hebben we deze les geleerd? FEED BACK in de klas En, wat hebben we deze les geleerd? Leerkracht Marnix wijst naar het doel op het bord. De leerlingen antwoorden in koor:

Nadere informatie

Werkwijzer Verslagkring:

Werkwijzer Verslagkring: Werkwijzer Verslagkring: 1. Je maakt een tweetal. 2. Met zijn tweeën kies je een onderwerp, waarin jullie je willen verdiepen en waarover jullie meer willen weten. 3. Samen ga je op zoek naar informatie

Nadere informatie

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. Geen Amerikaanse aanval op Syrië

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. Geen Amerikaanse aanval op Syrië PrO -weekkrant Week 38 september 2013 Voor jongeren in het praktijkonderwijs 16-22 september 2013 Geen Amerikaanse aanval op Syrië Foto: ANP Foto: Shutterstock Amerika valt Syrië voorlopig niet aan. Want

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Notitieboekje. Allemaal Taal

Notitieboekje. Allemaal Taal Notitieboekje Allemaal Taal 1 Wie stimuleerde jouw taal? Hoe stimuleer je de taal van de kinderen? 2 Wat hebben de kinderen nodig? Het is soms moeilijk om aan taalstimulering te doen omdat mijn groep zo

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94

Inhoud. Inleiding 7. Eindverslag 86. Extra opdrachten 90. Tips voor op school 94 Inhoud Inleiding 7 deel 1 lees- en kijkbio Hoofdstuk 1 Verhalen vertellen 10 Hoofdstuk 2 Zelf verhalen vertellen 12 Hoofdstuk 3 Voorlezen 16 Hoofdstuk 4 Verhalen lezen 18 Hoofdstuk 5 Verhalen in boeken

Nadere informatie

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot.

2.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot. Fase.4 Tekstopbouw In deze paragraaf oefen je in het schrijven van een tekst met een indeling in inleiding, kern en slot. 1 In fase 1 heb je geoefend met het schrijven van teksten. Je hebt ook geleerd

Nadere informatie

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs.

Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de belangrijkste tips en trucs. R.K. Basisschool Anselderlaan 10 6471 GL Eygelshoven Tel: 045-5351434 De fijne kneepjes van het voorlezen Voorlezen is leuk en nuttig. Maar hoe doe je dat eigenlijk, goed voorlezen? Hieronder vindt u de

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands, onderdeel taalportfolio /HV Lesperiode: 1 Taalportfolio deel 1 In je taalportfolio komen 4 opdrachten die gedurende het jaar worden uitgedeeld en uitgelegd. In de eerste rapportperiode

Nadere informatie

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde

Nadere informatie

Thema 7 Activiteit 5. medelln. en leerkracht

Thema 7 Activiteit 5. medelln. en leerkracht De leerlingen ontwerpen hun vlag op een los blad. 3 de leerjaar : Overzicht lesverloop 50 1 De leerlingen ontwerpen een persoonlijke piratenvlag. Ze stellen hun vlag voor aan hun medeleerlingen in een

Nadere informatie

Onderdeel: Spelling (RTTI) Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Spelling (RTTI) Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: Onderdeel: Spelling (RTTI) Lesperiode: 1 3 Nieuw Nederlands 5 e editie Hoofdstuk: 1 t/m 5 Theorie blz 3, 78, 122, 165, 166, 209 De leerling kent de volgende vormen van beeldspraak: Metafoor Vergelijking

Nadere informatie

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs kennisnet.nl Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs Op de volgende pagina s treft u het beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs. Het instrument is ingedeeld in acht

Nadere informatie

Tipboekje. Herman Jozefschool. Groep 8

Tipboekje. Herman Jozefschool. Groep 8 Tipboekje Herman Jozefschool Groep 8 Inhoudsopgave Tips: Woordsoorten Werkwoorden, Lidwoorden,Zelfstandige naamwoorden en eigen namen Bijvoeglijke naamwoorden,voorzetsels,vragende voornaamwoorden Bezittelijke

Nadere informatie

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. DEEL 1: werkwoorden 1. Werkwoorden Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt. Voorbeelden: komen, gaan, zwemmen, lopen, zijn enz. 1.1 Vormen van het werkwoord Werkwoorden

Nadere informatie

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!! Hoe maak ik in groep 8 een werkstuk? Jij gaat de komende weken thuis een werkstuk maken. Een werkstuk is een lange weettekst. Het wordt geschreven om iemand iets te leren of te laten weten. Net als in

Nadere informatie

WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE

WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE WORKSHOP CREATIEF SCHRIJVEN: POËZIE TIMING DOELEN STRATEGIE LEERSTOF - LEERINHOUD MEDIA 5 I. SFEERSCHEPPING: een vel en een vel. 1 Opdracht: neem een vel papier. De leerkracht legt uit dat het de volgende

Nadere informatie

Begrijpend lezen. E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1. Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen:

Begrijpend lezen. E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1. Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen: Toet s i n s t r u c t i e E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1 Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen: Begrijpend lezen Spellingtoets deel 1 en 2 Veilig & vlot kern 11. Materialen

Nadere informatie

Nederlands voor Arabisch taligen A0 A1/A2

Nederlands voor Arabisch taligen A0 A1/A2 Auteur boek: مو لف الكتاب: Vera Lukassen Titel boek: Nederlands voor Arabisch taligen كتاب : الھولندي للناطقین باللغة العربیة المستوى Niveau A0 A2, A0 A2 2015, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl

Nadere informatie

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.]

[IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.] 2011 Life Coach Désirée Snelling Berg Desirée [IN 3 STAPPEN JE EX TERUG.] Leer de technieken om met behulp van je onderbewuste en het universum je ex weer terug te krijgen. Inleiding Het is geen geheim

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren

Nadere informatie

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten groep 5 vakantie instaples 1 taal Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal Lesduur 25 minuten Aanwijzingen bij de les

Nadere informatie

Wil jij minderen met social media?

Wil jij minderen met social media? Wil jij minderen met social media? Uitgave van Stichting Be Aware Januari 2016 Hulpboekje social media 1 Hoe sociaal zijn social media eigenlijk? Je vindt dat je teveel tijd doorbrengt op social media.

Nadere informatie

Werkboek Het is mijn leven

Werkboek Het is mijn leven Werkboek Het is mijn leven Het is mijn leven Een werkboek voor jongeren die zelf willen kiezen in hun leven. Vul dit werkboek in met mensen die je vertrouwt, bespreek het met mensen die om je geven. Er

Nadere informatie

Bijlage interview meisje

Bijlage interview meisje Bijlage interview meisje Wat moet er aan de leerlingen gezegd worden voor het interview begint: Ik ben een student van de Universiteit van Gent. Ik wil met jou praten over schrijven en taken waarbij je

Nadere informatie

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af. Intro Met de docent Wat ga je doen in dit hoofdstuk? 1 Herhalen: je gaat herhalen wat je hebt geleerd in hoofdstuk 7, 8 en 9. 2 Toepassen: je gaat wat je hebt geleerd gebruiken in een situatie over werk.

Nadere informatie

ATTRIBUEREN OF TOESCHRIJVEN

ATTRIBUEREN OF TOESCHRIJVEN ATTRIBUEREN OF TOESCHRIJVEN De meeste mensen, en dus ook leerlingen, praten niet alleen met anderen, maar voeren ook gesprekken met en in zichzelf. De manier waarop leerlingen over, tegen en in zichzelf

Nadere informatie

Juf Sabine en juf Maaike

Juf Sabine en juf Maaike Je moet daar heel wat voor kunnen: - Je moet goed kunnen lezen - En ook goed begrijpen wat je leest - Je moet goed kunnen opzoeken - En goed kunnen kiezen wat je wel en niet nodig hebt. - Je moet je verhaal

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Onderdeel: Hoofdstuktoets [Je leert over] onderwerp, deelonderwerpen en hoofgedachte. 2F Ik kan onderwerp en deelonderwerpen van een tekst vinden. 2F Ik kan de hoofdgedachte van een tekst vinden. 2F Ik

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing

Programma van Inhoud en Toetsing Onderdeel: leesvaardigheid Lesperiode: 1 Hoofdstuk: 1 + 2 Theorie blz. 7-8, 50 aantekeningen oefeningen uit het leerboek stappenplan lezen De leerling kent de termen onderwerp, deelonderwerp, hoofdgedachte,

Nadere informatie

L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa

L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa L E S B R I E F Onderweg, reisverhalen van Tommy Wieringa Over het boek Bekijk en lees de voorkant, de achterkant en de inhoud.. Hoe heet het boek?................................................... Hoeveel

Nadere informatie

Weekschema maken. Je gaat praten over de dingen die jij in één week doet. Deze activiteiten ga je in een schema op de computer uitwerken.

Weekschema maken. Je gaat praten over de dingen die jij in één week doet. Deze activiteiten ga je in een schema op de computer uitwerken. Weekschema maken Je gaat praten over de dingen die jij in één week doet. Deze activiteiten ga je in een schema op de computer uitwerken. Leer en oefen: Neem samen me de docent/assistent het fotoboek de

Nadere informatie

Respectvol reageren op gevoelens

Respectvol reageren op gevoelens OPDRACHTFORMULIER Respectvol reageren op gevoelens Naam student: Datum: 1 Lees het handelingsformulier van deze vaardigheid en noteer vragen en opmerkingen. Bespreek deze met medestudenten of je docent.

Nadere informatie