Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ Bank Neder landse Gemeenten

Transcriptie

1 Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ Bank Neder landse Gemeenten (\ féê)\ \.\ \... '... \ ' î3ekon Programma's en Projecten Contactpersoon Ed van Heel Telefoon 1350 Fax E mail E.vanHeei@NIEUWEGEIN.NL Aan De raad van de Gemeente Nieuwegein Datum 20 februari 2012 Onderwerp Wmoverordening Geachte raad, Op woensdag 15 februari 2012 is in de sessie Samenleving ons voorstel tot vaststelling van een nieuwe Wmoverordening individuele voorzieningen behandeld. Naar aanleiding hier van menen wij dat het goed is om u op een aantal punten nader te informeren. Het betreft de volgende onderwerpen: Is het tarief zoals genoemd in de voorstellen tot aanpassing van de uitvoeringsregels Wmo/voorzieningen onder: Maatregel 7: Voor nieuwe aanvragen de tarieven voor een persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp vast te stellen op: 1 bij particuliere contracten: 2 bij gebruikmaking van een bemiddelingsorganisatie voorhh1 en voorhh2 wel conform caoloon? Antwoord:. 12,50 per uur. 15, per uur. 20, per uur Het tarief van. 12,50 wordt o.a. geboden door bemiddelingsorganisatie Het minimumloon voor een 23 jarige {of ouder) op fulltimebasis (40 uur) bedraagt. 8,35 per uur. Vakantiegeldtoeslag wordt in het uurloon meegenomen a 8% is Totaal 0,671/ C. 9,02 per uur

2 (l fct) \.\ '.. \... '. ' Bladnummer 2/3 Onderwerp Wmoverordening Fiscus: In verband met /oonaangifte, is het in enkele gevallen verplicht de huishoudelijke hulp aan te melden bij de belastingdienst. Aanmelding is alleen verplicht wanneer deze drie of meer dagen werkzaam is. De PGBontvanger moet in dat geval zelf de salarisadministratie voeren en kan daar hulp bij krijgen van een PGBadministratiekantoor. Werkt de hulp minder dan drie dagen per week, dan valt deze onder de regeling vrijgesteld huispersoneel. Alle werkzaamheden die in en rondom de woning plaats vinden, kunnen onder deze regeling vallen. De opdrachtgever hoeft dan geen loonbelasting en premies af te dragen. De hulp hoeft zich niet in te schrijven bij de KvK en hoeft geen Btw te heffen. Het inkomen van de hulp moet wel opgegeven worden bij de belastingdienst. Hier is sprake van een specifieke regeling "bijverdienen'~ De opdrachtnemer (de hulp) mag per jaar maximaal , bijverdienen. (Wet op de Loonbelasting: Artikel 5 Als dienstbetrekking wordt niet beschouwd de arbeidsverhouding van degene, die ten behoeve van de natuurlijke persoon, tot wie hij in dienstbetrekking staat, uitsluitend of nagenoeg uitsluitend huiselijke of persoonlijke diensten in diens huishouden verricht en die diensten doorgaans op minder dan drie dagen per week verricht). Om gebruik te kunnen maken van de Regeling dienstverlening aan huis moet door de hulp voldaan worden aan de volgende voorwaarden: Het gaat om huishoudelijk werk in en om het huis. De hulp is particulier (geen bedruf) en de opdrachtgever is ook particulier. Er wordt niet meer gewerkt dan 3 dagen per week bij elke opdrachtgever. Het aantal uren dat u per dag werkt, is niet belangrijk. Werkt u 1 uur per dag, dan geldt dat dus als 1 gewerkte dag. Zwartwerken De gemeente wenst niet mee te werken aan zgn. zwart werken. Dit gebeurt ook niet omdat ook bij geval van een PGB de klant een verklaring moet overleggen waarin gegevens van de hulp zijn opgenomen (een zelfde werkwijze als de SVB als PGBondersteuner volgt). Contract Wanneer de klant met een PGB (via b.v. een bemiddelingsorganisatie) een hulp vindt en een contract aan gaat, is er wettelijk gezien een arbeidsovereenkomst. Werkloos, arbeidsongeschikt of ziek Als degene die wordt ingehuurd werkloos of arbeidsongeschikt wordt, heeft hij of zij geen recht op een uitkering over het werk dat valt onder de Regeling dienstverlening aan huis. De inkomsten uit deze werkzaamheden tellen namelijk niet mee voor het vaststellen van de hoogte van een werkloosheidsuitkering, een ziektewetuitkering of een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Conclusie: het voorgestelde tarief is conform de wet op het minimum loon.

3 (r fëê) '.\. '... \.... \.. Bladnummer 3/3 Onderwerp Wmoverordening Evaluatie van de nieuwe verordening In de conceptverordening is aangegeven deze te evalueren eens per vier (4) jaar. Op de vraag of dit niet een ta lange termijn wordt gevonden is het antwoord: In het algemeen voor evaluatie van verordeningen een redelijke termijn. Immers dient het de rechtszekerheid om een verordening voor een niet te korte termijn te laten gelden. De voorliggende verordening staat echter onder veranderingsinvloed ten gevolge van de op hand zijnde transitie van de Algemene wet bijzondere ziektekosten. Nog niet heel scherp te formuleren, wordt er van uit gegaan dat de voorliggende verordening op onderdelen aangepast moet worden in verband met de komende nieuwe klantengroep. Dit geeft direct gelegenheid om de geldende verordening te evalueren. Scootmobielpools Er is vorige jaar contact geweest met de leveranciers MRS en Welzorg over een scootmobielpool. Welzorg heeft hiervoor ook een plan van aanpak geleverd. (zie bijlage). Beide leveranciers geven aan dat om dit alleen voor de gemeente Nieuwegein te realiseren een (te) dure oplossing is. Met name het vervoer van de middelen en het beheer zijn grote kostenposten. In 2012 zal dit punt verder worden opgepakt en uitgewerkt. Op dit moment draait een pilot in de gemeente Huizen, dit zullen we volgen en zo mogelijk bij aansluiten. secretaris F.T.J.M. Backhuijs burgemeester Bijlagen Kopie aan

4 Plan van aanpak hulpmiddelenpool Hierbij treft u een voorstel indien u als gemeente gebruik wenst te maken van een poolingsysteem voor scootmobielen of rolstoelen voor uw cliënten. Voordelen van een poolingsysteem Een poolingsysteem binnen een verzorgingstehuis kan een substantieel voordeel bieden wanneer een relevant deel van de bewoners onder de Wmoregeling valt. Hulpmiddelen kunnen vanuit een pool efficiënter worden ingezet, waardoor meer cliënten gebruik kunnen maken van minder hulpmiddelen. De gemeente bepaalt uiteindelijk wie er in aanmerking komt voor het poolingsysteem. Hierbij onderscheiden wij twee verschillende categorieën hulpmiddelen: Rolstoelen voor kortdurend gebruik. Voor deze categorie is géén rijvaardigheidscertificaat benodigd. Scootmobielen. Voor deze categorie is een indicering en een rijvaardigheidscertificaat benodigd. Wanneer wij van de gemeente een verzoek krijgen tot het opzetten van een pool van rolstoelen of scootmobielen te plaatsen, inventariseren wij de mogelijkheden op diverse (door de gemeente opgegeven) locaties. Deze locaties kunnen zowel zorginstellingen of andere publiekstoegankelijke gebouwen zijn. Op basis van deze inventarisatie stellen wij een poolingplan op waarin wij ingaan op: De benodigde hoeveelheid en soort hulpmiddelen per categorie. De invloed van het seizoenseffect op de benodigde hoeveelheid hulpmiddelen. De situatie van de depotruimte op de locatie. Eventuele tekortkomingen van de ruimte zijn aangegeven. Voorstel operationalisering en tijdspad. Het succesvol laten verlopen van en pool Uit ervaring weten wij dat om een pool succesvol te laten verlopen een aantal zaken afgestemd moeten worden met diverse partijen, waaronder: 1. Poolhouder aanstellen binnen de instelling. De poolhouder heeft een coördinerende rol binnen de pool. Dit betekent dat hij namens bijvoorbeeld het verzorgingshuis met Welzorg en eventuele andere partijen (zoals de gemeente) contacten onderhoud. Binnen Welzorg zal de poolhouder een vast aanspreekpunt krijgen. In overleg tussen de poolhouder en Welzorg worden de volgende zaken afgestemd: Bewaken van de capaciteit (zijn er wel voldoende hulpmiddelen?); Schadegevallen en noodzakelijke reparaties; Preventief onderhoud; Overlegstructuur Welzorg instelling gemeente. 2. Bepalen wie verantwoordelijk is voor het opladen van de scootmobielen zodat cliënten, op het afgesproken moment ook gebruik kunnen maken van de scootmobiel. Dit zou geborgd kunnen worden bij de technische dienst van het verzorgingshuis. 3. Reservering van hulpmiddelen. Wij kunnen ons voorstellen dat op piekmomenten er een grotere vraag is naar scootmobielen dan dat er in de pool zijn opgenomen. Vooral in deze gevallen is het tijdig reserveren van scootmobielen (bijvoorbeeld bij de receptie van het verzorgingshuis) wenselijk. Indien de vraag het aanbod overstijgt, kan contact opgenomen worden met de contactpersoon van Welzorg en kunnen wij tijdelijk het aanbod scootmobielen in de pool verhogen. 4. Het beheren van een lijst met bewoners welke een indicatie hebben voor een scootmobiel en welke voldoende rijvaardig zijn (eventueel en bijvoorkeur met een rijvaardigheidscertificaat) om zich met de scootmobiel in het verkeer te begeven. 5. Rijlessen. Bij regulier gebruik van een scootmobiel ontstaat een automatisme in de wijze van handelen. Indien echter slechts incidenteel gebruik gemaakt wordt van de scootmobiel kunnen cliënten gebaat zijn bij een opfriscursus. Wij stellen voor om in het voorjaar voor alle geïndiceerde scootmobielgebruikers die gebruik maken van de pool een opfriscursus veilig gebruik van de scootmobiel te geven.

5 6. Reparaties worden door Welzorg uitgevoerd conform het allin onderhoudscontract. Wij stellen voor om middelen die niet (goed) functioneren direct te vervangen voor een nieuw middel. Het oude middel wordt door ons gerepareerd en pasklaar in onze vestiging opgeslagen. Zo waarborgen wij dat er altijd voldoende middelen in de pool aanwezig zijn. Vanzelfsprekend gelden voor hulpmiddelen in een pool dezelfde voorwaarden met betrekking tot reparaties, onderhoud en service als voor andere hulpmiddelen die via de Wmo verstrekt zijn. 7. Logistiek. Indien de gemeente gebruik wil maken van een locatie waarbij de voorzieningen op afroep moeten worden getransporteerd naar de woonomgeving van de gebruiker betekent dit een andere constructie dan indien gewerkt wordt vanuit een pool in een verzorgingshuis, waarbij de gebruikers in het verzorgingshuis wonen. Hierbij zal rekening moeten worden gehouden met extra transportkosten. Om het voor de gemeente kostengunstig te houden kan daarbij gebruik worden gemaakt van een sociale werkvoorziening in de gemeente. Kosten De gemeente betaalt de reguliere allin huurprijs voor alle hulpmiddelen die in een pool aanwezig zijn gedurende de maand. Rekenvoorbeeld Een verzorgingstehuis heeft 130 intramurale plaatsen. Gemiddeld heeft 10% van de inwoners van een tehuis een scootmobiel. Dit betekent dat een besparing gerealiseerd zou kunnen worden met een poolingsysteem Ervaring leert ons dat bij een goede invoering c.q. uitvoering maximaal 20% minder hulpmiddelen via de Wmo individueel verstrekt worden in het betreffende tehuis. Dit betekent bijvoorbeeld voor de gemeente een besparing van: ( 20% x 13 scootmobielen) x 52, = 1622, exclusief BTW(= 1719,74 inclusief BTW) per jaar.