Begrippenlijst Economie Inkomen
|
|
- Hendrik Lambrechts
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Begrippenlijst Economie Inkomen Begrippenlijst door een scholier 2490 woorden 10 juni ,9 67 keer beoordeeld Vak Economie Inkomen: begrippenlijst - Accijns = verbruiksbelasting op alcohol, benzine en sigaretten. - Actieven = werkenden. - Activa = bezittingen. - Adverse selection = averechtse selectie = dit kan optreden bij particuliere verzekeringen. Mensen die weinig risico lopen verzekeren zichzelf niet. De mensen die zich wel verzekeren, zijn de mensen die meer risico lopen. De premies zullen dan stijgen. - Aftrekposten = zijn bepaalde uitgaven die je hebt gemaakt. Bv, reiskosten om naar je werk te gaan. - Afzet = de verkochte hoeveelheid van een bedrijf. - Algemeen verbindend verklaren = de overheid kan dit doen. Het wil zeggen dat ook de bedrijven en de werknemers die geen lid zijn van een vakbond of van een werkgeversvereniging zich aan de gemaakte afspraken moeten houden. - Algemene banken = banken die een breed pakket aan diensten aanbieden. - Algemene Bijstandswet (ABW) = hier heb je recht op als je geen inkomen hebt en voor geen enkele andere regeling van de sociale zekerheid in aanmerking komt. - Algemene Kinderbijslagswet (AKW) = deze vergoed de hoge kosten van kinderen. - Algemene Nabestaandenwet (ANW) = als de partner overlijdt vangt dit het inkomensverlies op. - Algemene Ouderdomswet (AOW) = iedereen die ouder is dan 65 jaar krijgt en uitkering van de staat. - Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) = vergoedt de hoge kosten van bijzondere ziektekosten. - Arbeid = de werkkracht van de mens, ook een oorspronkelijke productiefactor. De werkkracht wordt in de praktijk door vele zaken bepaald, bijvoorbeeld scholing. - Arbeidsverdeling = arbeidsspecialisatie = geeft aan dat mensen zich bezighouden met een onderdeel van het totale productieproces; specialisatie zorgt ervoor dat mensen met elkaar meer moeten ruilen omdat ze niet zelf alle goederen produceren waaraan ze behoeft hebben. - Balans = een momentopname van bezittingen van een bedrijf en van de manier waarop deze zijn belaalt - BBP = bruto binnenlands product - Bedrijfskolom = alle bedrijven waarin de opeenvolgende productiestadia worden doorlopen, van oerproducent tot en met degene die aan kant-en-klare verkoopt, vormen samen de bedrijfskolom. - Belastingschijf = aan de hand van dit wordt berekend hoeveel je moet betalen over de belastbare som. - Begrotingstekort = hiervan spreken we wanneer de overheidsuitgaven groter zijn dan de overheidsinkomsten. Pagina 1 van 7
2 - Belastbare som = over dit bedrag betaal je inkomstenheffing. - Belasting op de Toegevoegde Waarde = indirecte belasting. - Belastinginkomsten = de overheid ontvangt bepaalde inkomsten van belastingen; indirecte en directe. - Belastingvrije som = het belastingvrije bedrag van het belastbaar inkomen. - Bestaansminimum = is gelijk aan een bijstandsuitkering. - Bestedingen = is te verdelen in onderbestedingen en overbestedingen - Bestedingsinflatie = als de bestedingen de productiecapaciteit overtreffen gaan de prijzen stijgen. - Bezettingsgraad = om aan te geven welk deel van de productiecapaciteit benut wordt. - BNP = bruto nationaal product. - Branchevervaging = als een branche thuis is in activiteiten die oorspronkelijk helemaal niet bij de branche horen. - Breedte-investeringen = de verhoudingen tussen arbeid en kapitaal blijft hetzelfde. - Bruto-inkomen = het inkomen dat je verdient voordat je belasting en sociale premies hebt betaald. - BTW = belasting toegevoegde waarde. - Budgetonderzoek = onderzoek naar het bestedingsgedrag van gezinnen. - Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)= de gegevenverzamelaar van Nederland. Deze adviseren als het gaat om een sociaal-economische beleid. - Centraal Plan Bureau (CPB) = geeft alleen kwantitatieve (cijfermatige) voorspellingen (prognose) van de ontwikkelingen in onze economie. Zo schat het CPB het inflatiepercentage voor komend jaar, het aantal werklozen, de hoogte van investeringen. De economische politiek is erg afhankelijk van deze gegevens. - Chartaal geld = munten en bankbiljetten. - Circulatie bank = zij brengt de bankbiljetten in omloop. - Collectieve lasten = belastingen en sociale premies. - Collectieve regelingen = regelingen binnen het sociale zekerheidsstelsel. - Collectieve verzekeringen = de premie hangt af van het inkomen. - Consumentenprijsindex = procentuele stijging van het prijspeil - Consumptie = het kopen van goederen. - Cumulatief = opgestapeld. - Debiteuren = leveranciers die nog betaald moeten worden. - Deflatie = als de prijzen dalen. - Degressief = dat het deel van je inkomen dat als belasting moet worden afgedragen daalt naarmate je inkomen stijgt. - Denivelleren = wanneer de inkomensverschillen in verhouding groten worden. - Depressie = hierbij gaat het om een dramatische economische crisis, met strek dalende productie en voor langere periode. - Diepte-investeringen = het bedrijf wordt kapitaalintensiever. - Directe belastingen = belastingen die je betaald over inkomen en vermogen. - Directe ruil = ruil van goederen tegen goederen. - Draagkrachtbeginsel = de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. - Duurzame ontwikkeling = een economische ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de hele huidige generatie zonder de kansen van de komende generaties aan te tasten. - Eigen vermogen = vermogen dat door de eigenaar in het bedrijf gestoken is en waarover het bedrijf Pagina 2 van 7
3 blijvend kan beschikken. - Export = het exporteren van goederen naar het buitenland. - Financieringstekort = het bedrag waarmee de staatsschuld jaarlijks toeneemt. - Fiscus = belastingdienst. - Formele circuit = waarin registratie van de productie plaatsvindt. - Formele economie = wat er bekend is. - Giraal geld = tegoeden die op een rekening bij de bank staan. - Grijze circuit = legale productie dat niet geregistreerd wordt. - Grond- en hulpstoffen = stoffen die je nodig hebt om een product te kunnen fabriceren. - Hoogconjunctuur = als het goed gaat met de economie en de groei over het algemeen boven de trend zit. - Huur = vorm van primair inkomen als vergoeding van kapitaal. - Inactieven = mensen met een uitkering. - Indirecte belastingen = kostprijsverhogende belastingen. - Inflatie = stijging van het algemeen prijspeil (= de prijzen stijgen). - Informele circuit = waarin geen registratie van productie plaatsvindt. - Informele economie = wat moet bekend is. - Inkomen = loon, pacht/huur, rente en winst. - Inkomensheffing = is het bedrag dat je over belasting en premies betaalt over je inkomen. - Inkomen in natura = inkomen dat uit goederen bestaat. - Inkomensbelasting = je betaalt deze belasting omdat je inkomen hebt. Werknemers betalen deze belasting over hun loon en bedrijfseigenaren over hun ontvangen winst en mensen met spaargeld over hun ontvangen rente. - Institutionele beleggers = de belangrijkste geldleners van de overheid. De overheid heeft daarom vooral schuld aan de institutionele beleggers. - Investeren = kopen van kapitaalgoederen door bedrijven. - Invoerrechten = Dit is een directe belasting. Het zijn belastingen op ingevoerde producten. Deze invoerrechten worden berekend in de prijs zodat buitenlandse producten duurder op de Nederlandse markt worden aangeboden. - Kapitaaldekkingsstelsel = mensen sparen zelf voor hun eigen uitkering later. - Kapitaalgoederen = goederen om mee te produceren. - Koopkracht = het aantal goederen dat je kunt kopen. - Kosteninflatie = wanneer de kosten stijgen. - Kostprijsverhogende belastingen = indirecte belasting, deze belasting is opgelegd aan de producenten en de belasting zit verborgen in de prijzen van goederen en diensten. - Krediet = lening. Krediet verlenen wil dus zeggen uitlenen. Dit is een van de voornaamste activiteiten van de financiële instellingen. Als je in een winkel op krediet koopt, betaal je later; je hebt dus geld geleend. - Laagconjunctuur = als het slecht gaat met de economie en de groei over het algemeen onder de trend zit. - Liquide middelen = het geld in de kas of op een lopende rekening bij de bank (rekening-courant). - Loon = inkomen dat werknemers verdienen. - Loonbelasting = je betaalt deze belasting omdat je in loondienst bent. Loonbelasting wordt elke maand ingehouden op het brutoloon. Het is een voorheffing op de inkomstenbelasting. Pagina 3 van 7
4 - Loonheffing = is een voorheffing op de inkomensheffing. - Loonmaatregel = werkgevers en werknemers kunnen dan geen afspraken maken, maar moeten zich houden aan de richtlijnen van de overheid met betrekking tot loonstijgingen en andere arbeidsvoorwaarden. - Looptijd = de tijd die resteert tot de aflossing. - Lorenzcurve = grafiek om een indruk te krijgen van de inkomensverdeling. - Macroniveau = een heel land. - Marginale tarief = het hoogste tarief dat geldt voor een bepaald inkomen (ook wel toptarief). - Materiële overheidsconsumptie = uitgaven om de overheidsorganen draaiende te houden. - Mechanisering = het gebruik van steeds betere machines. - Microniveau = één enkel bedrijf of één enkel gezin. - Miljoenennota = een toelichting op de begroting. - Minimumloon = het minimale loon dat je ontvangt. - Misbruik van de sociale zekerheid = als mensen zich bijvoorbeeld ziek melden, ze krijgen toch doorbetaald. - Nationaal inkomen = is gelijk aan alle inkomens, die bij bedrijven en de overheid verdiend worden, in een land bij elkaar opgeteld (nationale productie). - Nationaal inkomen per hoofd = het gemiddeld inkomen in een land. Je berekent het nationaal inkomen per hoofd door het nationaal inkomen te delen door het aantal inwoners. - Nationaal product = de waarde van de productie van een heel land. - Natuur = alles dat vanzelf aanwezig is in een economie; oorspronkelijke productiefactor dat wil zeggen het wordt niet geproduceerd; bijvoorbeeld delfstoffen in de grond (delfstoffen uit de grond gehaald is een vlottend kapitaalgoed). - Negatief extern effect = een slecht gevolg voor de omgeving. Veel voorkomend is geluidsoverlast. - Netto-inkomen = het inkomen dat je verdient nadat je belasting en sociale premies hebt betaald. - Nivelleren = het in verhouding kleiner maken van inkomensverschillen. - Nominaal = inkomen in geld. - Omslagstelsel = dit wil zeggen dat de mensen die nu een inkomen hebben, de premies betalen waaruit de uitkeringen voor andere mensen worden betaald. - Omzet = de totale opbrengst van wat je verkoopt. - Onderbesteding = de bestedingen zijn kleiner dan de productiecapaciteit. - Ondernemersactiviteit = alles wat te maken heeft met het opzetten en runnen van een bedrijf. - Overbesteding = de bestedingen zijn zo hoog dat de productiecapaciteit ze niet of nauwelijks aankan. - Overdrachtsinkomen = uitkeringen zoals AOW, WAO, WW en bijstand. - Overdrachtsuitgaven = uitgaven van de overheid waar geen tegenprestatie aan gebonden is. - Overheidsbestedingen = uitgaven van de overheid waar wel een tegenprestatie aan gebonden is. In ruil voor de overheidsbetaling worden productiefactoren ingezet. - Overheidsconsumptie = uitgaven van de overheid aan personele overheidsconsumptie en materiele overheidsconsumptie. - Overheidsinvesteringen = uitgaven van de overheid aan projecten waar de samenleving lange tijd nog profijt van heeft. - Pacht = ontvang je wanneer je een stuk natuur ter beschikking stelt van producenten. Pagina 4 van 7
5 - Particuliere verzekeringen = vrijwillige verzekeringen. - Passiva = vermogen. - Pensioen = sparen voor je eigen uitkering, gefinancierd door het kapitaaldekkingsstelsel. - Personele overheidsconsumptie = uitgaven aan het personeel zoals ambtenarensalarissen. - Positieve externe effecten = een positief gevolg voor de omgeving. Bijvoorbeeld wanneer iemand een mooie tuin aanlegt, waar veel mensen van kunnen genieten. - Primaire banken = banken die geld kunnen scheppen. - Primaire inkomen = inkomen dat verdiend wordt bij de productie. - Privatisering = de overheid stoot taken af naar particulieren bedrijven. - Productiecapaciteit = geeft aan hoe hoog het nationaal inkomen maximaal kan zijn. - Productiefactor = alle middelen die gebruikt worden bij het produceren; naast kapitaal, arbeid en natuur, wordt ook wel ondernemerscapaciteit onderscheiden. - Productiewaarde = toegevoegde waarde = de waarde die wordt toegevoegd aan de grond- en hulpstoffen. - Profijtbeginsel = mensen die profijt hebben aan de diensten van de overheid betalen de prijs. - Progressief = dat iemand een hoger % belasting gaat betalen als zijn of haar inkomen stijgt. - Proportioneel = dat iedereen hetzelfde % of tarief aan belasting betaalt over zijn inkomen. - Recessie = teruggang in de economie. - Reëel = inkomen gemeten in goederen. - Rekeneenheid = geld wordt gebruikt om de waarde van goederen en diensten uit te drukken. - Resultatenrekening = hierop staan alle opbrengsten en kosten over een bepaald tijdvak van een bedrijf. - Retributies = dergelijke betalingen voor individuele diensten die de overheid levert, er is een directe tegenprestatie aan gebonden. Het is een gedwongen betaling aan de overheid. - Rijksbegroting = een overzicht van de geplande inkomsten en uitgaven van het Rijk voor het komende jaar. - Ruil in natura = ruil van goederen tegen goederen. - Ruilmiddel = functie van geld. - Schaarste = tekort. - Scheefheid van inkomensverdeling = hoe ongelijk de inkomens verdeeld zijn. - Secundaire banken = banken die geen geld kunnen scheppen. - Secundaire inkomen = zijn de netto-inkomens, inclusief de overdrachtsinkomens. - Sociaal economische raad (SER) = een adviesorgaan die helpt bij het voorbereiden van de begroting en het voeren van beleid. Ze adviseren bij belangrijke beleidsvoornemens op sociaal-economische gebied. - Sociale partners = werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties. - Sociale verzekeringen = deze worden betaald uit de sociale premies. - Sociale voorzieningen = voorzieningen die door de overheid worden betaald met belastinggeld. - Sociale zekerheid = werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en voorzieningen. - Spaarmiddel = wanneer je je inkomen in geld ontvangt, kunt je besluiten om een deel van je inkomen te sparen. - Staatsobligatie = schuldbewijzen van de overheid met een vaste rente en een lange looptijd omdat de overheid geldt leent. - Staatsschuld = de schuld van het Rijk. Pagina 5 van 7
6 - Tariefgroepen = hoeveel belasting en premies volksverzekeringen je in NL precies moet betalen over de belastbare som wordt berekend aan de hand van het schijventarief en het schijventarief is verdeeld in tariefgroepen. - Toegevoegde waarde = het verschil tussen de omzet en de waarde van de grond- en hulpstoffen. - Vaste activa = deel van de bezittingen dat langzaam in waarde vermindert, zoals de inventaris, de gebouwen en dergelijke. - Vaste kapitaalgoederen = de grond, de gebouwen en de machines. Ze kunnen meerder productieprocessen worden gebruikt. - Vennootschapsbelasting = belasting die NV s en BV s betalen over hun winst. - Vermogen = wat je hebt. Als je je appelboom om zou hakken, vernietig je je vermogen. Je raakt dan de bron van je inkomsten kwijt. - Verzorgingsstaat = de overheid garandeert voor elke burger een minimum bestaan en zorgt ervoor dat de burgers toegang hebben tot onderwijs, ziekenzorg en huisvesting. - Vlottende activa = deel van de bezittingen: de liquide middelen (kas, bank en giro), de debiteuren en de voorraden. - Vlottende kapitaalgoederen = zie vlottende activa!! - Volksverzekeringen = iedereen die legaal in Nederland verblijft heeft hier onder bepaalde omstandigheden recht op. - Vreemd vermogen = het geld dat men schuldig is. Vaak wordt onderscheid gemaakt tussen lang en kort, met ander woorden wat op lange en korte termijn terugbetaald moet worden aan crediteuren. - Waardevast = als de uitkeringen gekoppeld worden aan de hoogte van de prijsstijging. - Wegingsfactoren = geven aan welk deel van het inkomen aan een bepaalde productgroep wordt uitgegeven. - Welvaart = de mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. - Welvaartsvast = een uitkering die gekoppeld is aan de stijging van de lonen. - Werkloosheidswet (WW) = deze verzekering geldt alleen voor werknemers, als je niet in loondienst werkt kun je er geen gebruik van maken. - Werknemersverzekeringen = deze gelden alleen voor mensen die in loondienst werken. - Wet arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (Wajong) = deze wet is voor jonge gehandicapten zonder arbeidsverleden. - Wet arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (WAZ) = aparte wet voor zelfstandige ondernemers. - Wet op de arbeidsongeschiktheid (WAO) = deze voorziet in een inkomen als je arbeidsongeschikt wordt. - Wig = verschil tussen loonkosten en nettoloon. - Winst = inkomen dat de eigenaren van bedrijven ontvangen. - Zelfvoorzienend = alle goederen produceren die je zelf nodig hebt. - Ziekenfonds = dit vergoedt de hoge kosten als gevolg van ziekte. - Ziekenfondswet (ZFW) = dient niet ter vervanging van inkomen, maar vergoed de hoge kosten als gevolg van ziekte. Geld niet alleen voor werknemers, maar ook voor gezinsleden en uitkeringsgerechtigden. Vergoed medische kosten. Het is een sociale verzekering en dus wel verplicht. - Ziektewet (ZW) = hieronder vallen bepaalde groepen, zoals zwangere vrouwen, ex-werknemers van failliete bedrijven en sommige zelfstandige ondernemers. - Zwarte circuit = illegale productie, belastingen en premies worden ontdoken. Pagina 6 van 7
7 Pagina 7 van 7
7,8. Samenvatting door een scholier 4316 woorden 26 mei keer beoordeeld INKOMEN. 1.1 Soorten inkomen.
Samenvatting door een scholier 4316 woorden 26 mei 2001 7,8 153 keer beoordeeld Vak Economie INKOMEN. 1.1 Soorten inkomen. Bij economie gaat het over inkomen van gezinnen. Rente uit vermogen is bijvoorbeeld;
Nadere informatie8,2. Begrippen. Theorie. Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen
Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni 2003 8,2 205 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen Inkomen in natura: een inkomen dat uit goederen bestaat. Zelfvoorzienend:
Nadere informatieDeelvraag van hoofdstuk 1 = Hoe komen de verschillende inkomens tot stand?
Samenvatting door een scholier 2055 woorden 10 oktober 2001 7,3 256 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Inkomen Deelvraag van hoofdstuk 1 = Hoe komen de verschillende inkomens tot stand? Looninkomen,
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3 Samenvatting door een scholier 1203 woorden 17 januari 2005 6,1 90 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie lesbrief: inkomen. Hoofdstuk 1: de
Nadere informatieSchoolexamen 2005 Inkomen H1
Samenvatting door een scholier 1974 woorden 25 oktober 2005 6 1 keer beoordeeld Vak Economie Schoolexamen 2005 Inkomen H1 - Microniveau: 1 bedrijf of 1 huishouden - Macroniveau: heel land - Arbeidsverdeling:
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 (Lesbrief Inkomen)
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 (Lesbrief Inkomen) Samenvatting door een scholier 1953 woorden 30 oktober 2004 7,3 19 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 De vorming van inkomen Een
Nadere informatie8,5. Samenvatting door een scholier 4846 woorden 3 april keer beoordeeld HOOFDSTUK 1
Samenvatting door een scholier 4846 woorden 3 april 2003 8,5 169 keer beoordeeld Vak Economie HOOFDSTUK 1 1.1 De vorming van primair inkomen Rente uit vermogen is bijvoorbeeld; rente over spaargelden en
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen, Hoofdstuk 1 t/m 6 Samenvatting door een scholier 1640 woorden 19 januari 2004 7,8 48 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Directe ruil=
Nadere informatieDe CPI geeft aan hoeveel de kosten van levensonderhoud in een jaar stijgen en is daarmee een maatstaaf voor de inflatie.
Samenvatting door een scholier 1662 woorden 22 maart 2004 6,7 30 keer beoordeeld Vak Economie Economie Inkomen H2 t/m H7 (havo-4) H2 Inkomen en Inflatie 1 Nominaal inkomen: inkomen gemeten in geld Reëel
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7
Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting door een scholier 1525 woorden 14 februari 2007 7,6 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Een inkomen in natura: een inkomen in goederen Arbeidsverdeling:
Nadere informatieMicronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden
Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen
Samenvatting Economie Inkomen Samenvatting door een scholier 2656 woorden 28 maart 2007 8 42 keer beoordeeld Vak Economie Economie Inkomen: H 1: De vorming van inkomen. 1.1 De vorming van primair inkomen:
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen
Samenvatting Economie Inkomen Samenvatting door een scholier 2237 woorden 22 juni 2003 7,6 68 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Lesbrief Inkomen Economie. Hoofdstuk 1 Microniveau= De productie
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen Samenvatting door een scholier 1329 woorden 12 maart 2004 7,8 37 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie Inkomen hoofdstuk 1: Inkomen in natura:
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 3342 woorden 4 mei 2004 8,3 161 keer beoordeeld Vak Economie INKOMEN COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 7 Hoofdstuk 1.) Vroeger hadden
Nadere informatieWerkstuk Economie Lesbrief inkomen
Werkstuk Economie Lesbrief inkomen Werkstuk door een scholier 2411 woorden 19 februari 2000 6,2 173 keer beoordeeld Vak Economie HOOFDSTUK 1 INKOMEN 1.1 SOORTEN INKOMEN Als we het in de economie over inkomen
Nadere informatieSamenvatting Economie Jong & Oud
Samenvatting Economie Jong & Oud Samenvatting door S. 1109 woorden 25 april 2017 7,3 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: School of baantje Budgetlijn - Geeft verschillende combinaties
Nadere informatie7.6. Inkomen HOOFDSTUK 5 SOCIALE ZEKERHEID 5.1 GESCHIEDENIS VAN DE SOCIALE ZEKERHEID 5.2 COLLECTIEF OF PARTICULIER?
Boekverslag door I. 1977 woorden 22 april 2007 7.6 10 keer beoordeeld Vak Economie Inkomen HOOFDSTUK 5 SOCIALE ZEKERHEID 5.1 GESCHIEDENIS VAN DE SOCIALE ZEKERHEID o Sociale zekerheid is eigenlijk het stelsel
Nadere informatieEconomie Collectieve sector hoofdstuk 1,2,3 Hoofdstuk 1
Samenvatting door een scholier 1763 woorden 29 november 2009 9,4 16 keer beoordeeld Vak Economie Economie Collectieve sector hoofdstuk 1,2,3 Hoofdstuk 1 Directe belastingen: zijn belastingen die je betaalt
Nadere informatieRente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen
Rente de prijs van tijd. Als rente hoger is dan de opofferingskosten individuele prijs van tijd niet lenen maar sparen Ruilen over de tijd Intertemporele substitutie Bedrijven lenen geld om te investeren
Nadere informatieDomein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl
Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die
Nadere informatieDOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD. Module 4 Nu en later
DOMEIN E: RUILEN OVER DE TIJD Module 4 Nu en later Inflatie Definitie: stijging van het algemeen prijspeil Gevolgen van inflatie koopkracht neemt af Verslechtering internationale concurrentiepositie Bij
Nadere informatieRelatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis))
Samenvatting door een scholier 421 woorden 11 maart 2002 6 51 keer beoordeeld Vak Economie Economie Lesbrief Welvaart Hoofstuk 1 Goederen Diensten Materieel Immaterieel Stoffelijk
Nadere informatie6,1. Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni keer beoordeeld. De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2
Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni 2010 6,1 13 keer beoordeeld Vak Economie De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2 De rijksoverheid is onderdeel van de collectieve sector. Om de uitgaven
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen
Nadere informatieSamenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4
Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting door A. 969 woorden 18 november 2012 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Kinderen krijgen is voor ouders liefde en vreugde en de ouders
Nadere informatie4.1 Klaar met de opleiding
4.1 Klaar met de opleiding 1. Werken in loondienst - Bij een bedrijf of bij de overheid (gemeente, provincie, ministerie); - Je krijgt loon/salaris; - Je hebt een bepaalde zekerheid, dat je werk hebt,
Nadere informatieDomein E: Concept Ruilen over de tijd
1. Het bruto binnenlands product is gestegen met 0,9%. Het inflatiepercentage bedraagt 2,1%. Bereken de reële groei van het BBP. 2. Waarmee wordt het inflatiepercentage gemeten? 3. Lees de onderstaande
Nadere informatieBegrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten.
Samenvatting door een scholier 919 woorden 20 juni 2007 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 4 Productie door de overheid 4.1 De sector overheid - Overheid: Onder overheid
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 (Lesbrief Inkomen)
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 (Lesbrief Inkomen) Samenvatting door een scholier 1996 woorden 17 oktober 2004 6,6 28 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie, proefwerk Ho. 1 en 2 Hoofdstuk
Nadere informatieRuilen over de tijd (havo)
1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 3273 woorden 17 april 2008 7,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen De belangrijkste dingen van economie, per hoofdstuk.
Nadere informatieDeze specialisatie leidde niet alleen tot een hogere arbeidsproductiviteit, maar maakte ook ruil noodzakelijk.
Recensie door een scholier 3677 woorden 2 november 2006 5 7 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief inkomen. Hoofdstuk 1: Inkomen in natura: inkomen dat niet uit geld, maar uit goederen bestaat. Hoe steeg
Nadere informatieSamenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen
Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen Samenvatting door een scholier 1239 woorden 30 oktober 2003 6,6 81 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 Beroepsbevolking= werkgelegenheid
Nadere informatie1. Leg uit dat het sparen door gezinnen een voorbeeld is van ruilen in de tijd. 2. Leg uit waarom investeren door bedrijven als ruilen over de tijd beschouwd kan worden. 3. Wat is intertemporele substitutie?
Nadere informatie6,7. Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober keer beoordeeld. De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden.
Samenvatting door een scholier 1150 woorden 10 oktober 2015 6,7 9 keer beoordeeld Vak Economie De productiefactoren noemen en hun beloningen onderscheiden. Productiefactoren: arbeid, ondernemerschap, kapitaal
Nadere informatieLesbrief inkomen Hoofdstuk 1
Boekverslag door D. 3664 woorden 5 november 2007 7.8 22 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief inkomen Hoofdstuk 1 Micro: één bedrijf of gezin Macro: productie & inkomen heel land Ruil van goederen tegen
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Jong en Oud
Begrippenlijst Economie Jong en Oud Begrippenlijst door Anna 1086 woorden 21 december 2016 8,7 10 keer beoordeeld Vak Economie Aandeel: Bewijs van mede-eigendom van een onderneming. Permanent beschikbaar.
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 2112 woorden 10 maart 2004 5,5 28 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen Hoofdstuk 1 De vorming van inkomen Microniveau= de
Nadere informatieMeso-economie De totale productie van een bedrijfskolom kun je vinden door de toegevoegde waarde van afzonderlijke
Samenvatting door een scholier 1938 woorden 28 januari 2006 6,4 14 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 1 Welvaart Hoofdstuk 1 vakantie en werken Mensen voorzien in hun behoefte door goederen en diensten
Nadere informatieBoek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen
Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: Lesbrief Welvaart
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 4: Lesbrief Welvaart Samenvatting door L. 1524 woorden 11 december 2012 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie H1 t/m H5: Welvaart Hoofdstuk 1: Vakantie
Nadere informatieEconomie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur
Paragraaf 7.1 Groeit de economie? BBP = Bruto Binnenlands Product, de totale productie in een land in één jaar Nationaal inkomen = het totaal van alle inkomens in een land in één jaar Inkomen = loon, rente,
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven Samenvatting door D. 1403 woorden 18 januari 2014 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Conjunctuurbeweging/Conjunctuur: Het patroon van het stijgen
Nadere informatieRendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als %
Inflatie Stijging algemene prijspeil Consumenten Prijs Indexcijfer Gewogen gemiddelde Voordeel: Mensen met schulden Nadeel: Mensen met loon, spaargeld Reële winst bedrijven daalt Rentekosten bedrijven
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen;
Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari 2002 6 104 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 4.3 t/m 5 4.3 & 4.4 begrippen; arbeidsinkomen voor werknemers is dit het loon en voor zelfstandigen
Nadere informatieSamenvatting Economie Collectieve sector
Samenvatting Economie Collectieve sector Samenvatting door een scholier 187 woorden 10 maart 2009 8,3 6 keer beoordeeld Vak Economie Belastinginkomsten. Je hebt twee soorten belastingen namelijk de directe
Nadere informatie6,6. Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Hoofdstuk Bruto- en nettoloon
Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart 2015 6,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Hoofdstuk 1 1.1 Bruto- en nettoloon Loonstrook/Salarisspecificatie -> krijg je elke
Nadere informatie7,1. Begrippenlijst door een scholier 2631 woorden 7 april keer beoordeeld
Begrippenlijst door een scholier 2631 woorden 7 april 2009 7,1 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Accijns: een prijsverhogende heffing die de overheid legt op bepaalde goederen, bijvoorbeeld
Nadere informatieDé arbeidsmarkt bestaat niet. Het bestaat uit een groot aantal deelmarkten die min of meer met elkaar in verbinding staan.
Samenvatting door Marit 1960 woorden 24 januari 2016 7,2 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO economie H.4 1 klaar met de opleiding Als je klaar bent met je opleiding ga je op zoek naar een werkkring.
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen en groei
Samenvatting Economie Inkomen en groei Samenvatting door een scholier 2020 woorden 10 maart 2009 8,2 49 keer beoordeeld Vak Economie Productie en ruilen. Als je zelfvoorzienend bent dan produceer je goederen
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8
Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst door een scholier 1298 woorden 26 februari 2004 6,2 13 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen hoofdstuk 7 en 8 Collectieve sector -> bestaat uit
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 7, Inkomen
Savatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 7, Inko Savatting door een scholier 3626 woorden 27 juni 2005 7,3 36 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE INKOMEN, HOOFDSTUK 1 T/M 7. Hoofdstuk 1: de vorming van inko
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4, De collectieve sector
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4, De collectieve sector Samenvatting door een scholier 1511 woorden 10 juni 2004 7 78 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting SO Economie Hoofdstuk 4, De collectieve
Nadere informatieIedereen betaalt btw. Daarnaast betaalt iedereen die werkt ook loon- of inkomstenbelasting.
Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a b c Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar vaste
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur
Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling
Nadere informatiesituatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW
situatie febr 2010 Sociale zekerheid te verdelen in twee stukken: Sociale verzekeringen Sociale voorzieningen Sociale verzekeringen worden beheerd/ uitgevoerd door de sociale verzekeringsfondsen (o.a.
Nadere informatieHet primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren.
Samenvatting door R. 1396 woorden 17 februari 2014 5,4 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 personele inkomensverdeling Het besteedbaar uitkomen per huishouding. De besteedbarde inkomens
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door een scholier 1637 woorden 13 juni 2004 6,5 14 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 7 7.1 * Collectieve lasten bestaan uit: - belastingen die
Nadere informatieA. Collectieve lastendruk (overheidsinkomsten) = Belastingen en soc. Premies/Nationaal inkomen X 100%
Samenvatting door een scholier 475 woorden 11 juni 2001 3,3 107 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 Productie door de overheid Paragraaf 1 Collectieve sector: 1. Overheid (Rijk, provincies,
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 6
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3
Begrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3 Begrippenlijst door een scholier 1235 woorden 6 november 2011 6,7 68 keer beoordeeld Vak Economie BEGRIPPEN H1 KIEZEN Consumptie De uitgaven van een consument/overheid
Nadere informatieKleurpagina vraagkaartjes beginner Ruilen over de tijd Quiz. Deze pagina 2 keer printen daarna op de achterkant de vraagkaartjes Ruilen over de tijd
Kleurpagina vraagkaartjes beginner Ruilen over de tijd Quiz. Deze pagina 2 keer printen daarna op de achterkant de vraagkaartjes Ruilen over de tijd quiz beginner printen en uitsnijden of knippen. Bijlage
Nadere informatieJe hebt het recht om tot 14 dagen na levering van de koop af te zien. De koopovereenkomst kan ongeldig worden verklaard als:
Samenvatting door een scholier 886 woorden 20 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economisch bekeken Marketingmix bestaat uit 6 P's Prijsbeleid Plaatsbeleid Productbeleid Promotiebeleid Presentatiebeleid
Nadere informatieEconomie Samenvatting M4
Economie Samenvatting M4 Hoofdstuk 1 De prijs van tijd Ruilen over tijd is een belangrij onderdeel van economisch handelen. Dat geldt voor huishoudens, bedrijven en de overheid. Gezinnen sparen voor hun
Nadere informatieH1: Economie gaat over..
H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen
Nadere informatieGroep Wegingsfactor Prijsverandering Partieel prijsindexcijfer Woning 40% +10% 110 Voeding 30% -10% 90 Kleding 20% +20% 120 Diversen 10% +15% 115
Samenvatting door M. 1480 woorden 6 januari 2014 7,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Tijd is geld De ECB leent geld uit aan de banken. Ze rekenen daar reporente voor. Banken
Nadere informatieWelvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?
1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Welvaart H1-H5
Samenvatting Economie Lesbrief Welvaart H1-H5 Samenvatting door een scholier 1321 woorden 23 januari 2011 6 2 keer beoordeeld Vak Economie ECO H1 Schaarste = Als er middelen bv geld geoffert moeten worden
Nadere informatieAntwoorden stencils OPGAVE 1 11.313 pond. (36,41%) 1,48 miljard als het BNP in procenten harder is gestegen dan het bedrag in ponden in procenten
Antwoorden stencils OPGAVE 1 1. Nominaal Inkomen 1996 = 25,34 miljard pond x 1,536 = 38,92224 miljard pond Bevolkingsomvang 1996 = 3.340.000 x 1,03 = 3.440.200 Nominaal Inkomen per hoofd = 38,92224 miljard
Nadere informatie*nederland = verzorgingsstaat > veel geld naar sociale zekerheid (uitkeringen e.d)
Samenvatting door een scholier 1561 woorden 9 oktober 2003 7,7 57 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie H7 7.1 *Collectieve sector bestaat uit: overheidssector instellingen die de sociale
Nadere informatieGroei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2
Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,
Nadere informatieH2: Economisch denken
H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren
Nadere informatie7.5. Boekverslag door Een scholier 2475 woorden 19 januari keer beoordeeld
Boekverslag door Een scholier 2475 woorden 19 januari 2008 7.5 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Schaarse goederen zijn goederen waarvoor productiefactoren moeten worden opgeofferd.
Nadere informatieVroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.
Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding
Nadere informatieConcrete markt: een plek waar vragers en aanbieders van arbeid elkaar in het echt ontmoeten.
Samenvatting door een scholier 1789 woorden 8 april 2003 6,4 46 keer beoordeeld Vak Economie ARBEIDSMARKT Hoofdstuk 1: Concrete markt: een plek waar vragers en aanbieders van arbeid elkaar in het echt
Nadere informatie8.2. Boekverslag door D woorden 10 januari keer beoordeeld
Boekverslag door D. 2492 woorden 10 januari 2005 8.2 39 keer beoordeeld Vak Economie Aanvullend pensioen: Op de loon van werknemers wordt maandelijks een pensioenpremie ingehouden. Dit bedrag wordt gestort
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 1972 woorden 21 april 2005 7,1 35 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 onder de collectieve sector wordt de overheid
Nadere informatie3,3. Opdracht door een scholier 3194 woorden 23 januari keer beoordeeld. Lesbrief Inkomen Economie 1,2. Oefenopgave H1
Opdracht door een scholier 3194 woorden 23 januari 2002 3,3 64 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen Economie 1,2 Oefenopgave H1 Opgave 1 In 1995 waren de bestedingen van een bepaalde sociale groep
Nadere informatieDe overheid. Uitgaven: uitkeringen en subsidies. De overheid. Ontvangsten: belasting en premies. De grote herverdeler van inkomens
Overheid H2 De overheid De grote herverdeler van inkomens Ontvangsten: belasting en premies De overheid Uitgaven: uitkeringen en subsidies De grote herverdeler van inkomens 2 De Nederlandse overheid Belangrijke
Nadere informatie8,5. Samenvatting door Nienke 1188 woorden. 2 keer beoordeeld 6 mei Domein G: Risico en informatie. Informatie bij marktpartijen
8,5 Samenvatting door Nienke 1188 woorden 2 keer beoordeeld 6 mei 2017 Vak Economie Domein G: Risico en informatie Informatie bij marktpartijen Symmetrische informatie alle partijen dezelfde informatie
Nadere informatie6,1. Samenvatting door M. 884 woorden 28 december keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 5
Samenvatting door M. 884 woorden 28 december 2015 6,1 5 keer beoordeeld Vak Economie Economie Hoofdstuk 5 1 Stroomgrootheden: meten tijden een bepaalde periode sparen, lenen, inkomen etc Voorraadgrootheden:
Nadere informatie6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:
Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari 2016 6,9 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1 Actieven en inactieven: Actieven; mensen die betaald werk
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen en groei
Samenvatting Economie Inkomen en groei Samenvatting door een scholier 2696 woorden 8 januari 20 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Economie inkomen en groei Luna H5A HOOFDSTUK. Vroeger waren de mensen zelfvoorzienend.
Nadere informatieOverheid in ruime zin - centrale overheid + lagere overheden (provincies en gemeenten)
Begrippenlijst door V. 1548 woorden 7 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie begrippen hoofdstuk 12 12.1 de collectieve sector Collectieve sector - (overheid in
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 7 De Overheid
Samenvatting Economie Module 7 De Overheid Samenvatting door een scholier 946 woorden 15 november 2007 5 8 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 7: de overheid Samenvatting voor GR ECONOMISCHE ORDE
Nadere informatieBoekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld
Boekverslag door M. 1345 woorden 21 februari 2012 6 34 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting economie hoofdstuk 8 en hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Verzien in behoeften door goederen en diensten
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Modellen
Samenvatting Economie Lesbrief Modellen Samenvatting door een scholier 1385 woorden 6 mei 2006 6,2 13 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H. 1, Crisis. Conjunctuurtheorie = theorie over crisis met
Nadere informatie4,2. Samenvatting door een scholier 1704 woorden 18 juli keer beoordeeld. Hoofdstuk 1
Samenvatting door een scholier 1704 woorden 18 juli 2015 4,2 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Consumptie: het aanschaffen van producten door de eindgebruiker. Investeren: het kopen
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1792 woorden 20 januari 2002 5,1 32 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 2 2.2 Gedwongen besparingen zijn
Nadere informatie1.1 De vorming van inkomen
Samenvatting door een scholier 7081 woorden 25 juli 2008 7 9 keer beoordeeld Vak Economie Repetitie economie hoofdstuk 1 De vorming van Inkomen 1.1 De vorming van inkomen Vroeger was men voor een groot
Nadere informatieBruto binnenlands product
Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen
Nadere informatieSamenvatting Economie Levensloop
Samenvatting Economie Levensloop Samenvatting door A. 1095 woorden 7 februari 2017 5,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie: levensloop Hfst 1 Consumptie: het product wordt aaneschaft door
Nadere informatie1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.
1 1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wie vragen arbeid? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving van
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken Samenvatting door een scholier 1198 woorden 9 juni 2007 6,4 30 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie Hst 2 Werken Paragraaf 2.1 taakverlening Elk
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 23 en 24
Samenvatting Economie Hoofdstuk 23 en 24 Samenvatting door een scholier 1361 woorden 23 mei 2003 8,3 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting Economie Hoofdstuk 23: Productiefactoren
Nadere informatie6.7. Boekverslag door E woorden 31 oktober keer beoordeeld
Boekverslag door E. 1574 woorden 31 oktober 2011 6.7 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie: 1.1 Schaarste is spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in
Nadere informatie