7,1. Begrippenlijst door een scholier 2631 woorden 7 april keer beoordeeld
|
|
- Fien de Groot
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Begrippenlijst door een scholier 2631 woorden 7 april ,1 12 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Accijns: een prijsverhogende heffing die de overheid legt op bepaalde goederen, bijvoorbeeld benzine, tabak en alcohol. De ondernemers moeten de accijns innen en aan de overheid afdragen. Aftrekposten: bedragen die bij de berekening van het belastbaar inkomen in mindering mogen worden gebracht op het bruto inkomen. Het gaat daarbij om beroepskosten (kosten om inkomen te verwerven zoals reiskosten), persoonlijke verplichtingen (o.a. rente van de hypotheek), buitengewone lasten (o.a. ziektekosten) en giften (o.a. kerk). Begrotingstekort: de geraamde uitgaven zijn groter dan de geraamde ontvangsten, dan is er sprake van een begrotingstekort. BTW (Belasting Toegevoegde Waarde): de belasting is een percentage van de verkoopprijs. Er zijn twee tarieven: een tarief van 19% en een verlaagd tarief van 6% voor noodzakelijke levensbehoeften. Sommige producten (onderwijs, medische diensten, huren) zijn vrijgesteld van BTW. CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek): verzamelt, bewerkt en publiceert statistieken ten behoeve van overheid, wetenschap en bedrijfsleven over heel veel verschillende onderwerpen. CPB (Centraal Planbureau): maakt economische prognoses en analyses en geeft advies aan de overheid. Directe belasting: belasting die rechtstreeks aan de belastingbetaler (personen of bedrijven) wordt opgelegd. Voorbeelden: inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, vermogensbelasting. Daarom ook belasting op inkomen, winst en vermogen genoemd. Dividend: winstuitkering aan aandeelhouders van een NV of een BV. Financieringstekort: het verschil tussen de uitgaven van de staat (exclusief de aflossing op de staatsschuld) en de ontvangsten van de staat. Anders gesteld: het financieringstekort is gelijk aan het begrotingstekort minus de aflossing op de staatsschuld. Het financieringstekort is gelijk aan de toename van de staatsschuld in enig jaar. Fiscus: belastingdienst Indirecte belasting: belasting op bestedingen die via afwenteling drukt op een ander dan die de aanslag krijgt. Voorbeelden: omzetbelasting (BTW), accijnzen, invoerrechten. Ook wel aangeduid met kostprijsverhogende belastingen. Inkomstenbelasting: belasting die geheven wordt over inkomsten uit arbeid (loon, winst van zelfstandigen) en bezit (rente, dividend, huur). Institutionele beleggers: instellingen die, vanwege hun werkzaamheden, grote sommen geld te beleggen hebben (pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen). Invoerrechten: belasting op ingevoerde producten. Kansspelbelasting: belasting op prijzen van kansspelen. Pagina 1 van 7
2 Kostprijsverhogende belastingen: zie indirecte belasting Leges: betalingen voor bv. Paspoort, rijbewijs, enz. Loonbelasting: belasting die wordt ingehouden op looninkomsten en inkomsten uit uitkeringen en is een voorheffing op de inkomstenbelasting. De betaalde loonbelasting wordt verrekend met de aanslag inkomstenbelasting. Milieubelasting: belasting op milieubelastende producten (wordt geheven op energie). Miljoenennota: een toelichting op de Rijksbegroting. Overdrachtsuitgaven: uitgaven die niet direct beslag leggen op de productiecapaciteit; de ontvanger hoeft geen tegenprestatie te leveren (er wordt in ruil niets geproduceerd). Het gaat om uitkeringen en subsidies. Overheidsbestedingen: uitgaven die direct beslag leggen op de productiecapaciteit; de ontvanger moet een tegenprestatie leveren (er wordt in ruil geproduceerd). Overheidsinkomsten: de inkomsten van de overheid bestaan uit: Belastingen: verplichte betalingen aan de overheid zonder direct aanwijsbare tegenprestatie. De belastingen kunnen worden verdeeld in directe belastingen en indirecte belastingen. Niet belastinginkomsten: overige inkomsten van de overheid. Overheidsuitgaven: bestaan uit overheidsbestedingen (consumptie en investeringen) en overdrachtsuitgaven (exclusief de overdrachtsuitgaven van de sociale zekerheidsinstellingen). Profijtbeginsel: de gebruiker van een bepaalde overheidsdienst betaalt daarvoor een directe bijdrage. Retributies: betalingen aan de overheid voor geleverde individuele goederen/diensten. Rijksbegroting: een overzicht van de verwachte ontvangsten en geplande uitgaven van het Rijk voor het komende jaar. De rijksbegroting is de financiële vertaling van de regeringsplannen. SER: een adviesorgaan van de regering op het gebied van de sociale en economische politiek. De SER telt 33 leden waarvan de regering, de werkgeverscentrales en de werknemerscentrales ieder een derde benoemt. De adviezen van de SER dienen vooral de politieke en maatschappelijke haalbaarheid van het beleid. Staatsobligaties: een bewijs van deelname in een langetermijnlening uitgegeven door de rijksoverheid. Staatsschuld: het bedrag dat de Nederlandse rijksoverheid in totaal heeft geleend. Successierechten: belasting over een erfenis. Vennootschapsbelasting: belasting op de winst van BV s en NV s. Aftrekposten: bedragen die bij de berekening van het belastbaar inkomen in mindering mogen worden gebracht op het bruto-inkomen en waarover dus geen inkomstenbelasting hoeft te worden betaald. Bijvoorbeeld: hypotheekrente, beroepskosten, kosten van kinderopvang. Algemeen Verbindend Verklaren: de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan verklaart dat de CAO voor een gehele bedrijfstak geldt. Dit wil zeggen dat ook de bedrijven en de werknemers die geen lid zijn van een vakbond of van een werkgeversvereniging zich aan de gemaakte afspraken moeten houden. Belastbaar inkomen: het bruto inkomen verminderd met alle aftrekposten. Belastingdruk: het totale bedrag aan verschuldigde belasting als percentage van het totale inkomen. Degressief: het deel van het inkomen dat als belasting moet worden afgedragen daalt naarmate je Pagina 2 van 7
3 inkomen stijgt. Denivelleren: verschillen groter maken. (bij inkomens: de inkomensverschillen tussen hoge en lage inkomens in verhouding groter maken.) Meestal wordt dat in verhouding gezien. Draagkrachtbeginsel: bij belastingheffing naar draagkracht tracht men de hoogste inkomens relatief zwaarder te belasten dan de lagere. Totaal te betalen aan belasting Gemiddeld tarief: % Totale inkomen Heffingskorting: over het belastingbedrag dat is uitgerekend met behulp van het schijventarief krijgt iedereen nog een of meerdere kortingen. Inkomensheffing: het bedrag dat je aan belasting en premie over je inkomen betaalt. Inkomstenbelasting: belasting die mensen over hun inkomsten moeten betalen. Marginale tarief: belastingpercentage van de hoogste schijf die op het belastbare inkomen van toepassing is. Nivelleren: Verschillen kleiner maken. (bij inkomens: de inkomensverschillen tussen hoge en lage inkomens in verhouding kleiner maken.) Meestal wordt dat in verhouding gezien. Personele inkomensverdeling: geeft aan hoe het inkomen verdeeld is over personen/gezinnen. Premiedruk: premies volksverzekeringen als percentage van het inkomen. Primaire inkomensverdeling: de inkomensverdeling zoals die tot stand gekomen is bij de beloning van de productiefactoren voordat er is herverdeeld door de collectieve sector. Progressief: iemand met een hoger inkomen moet een hoger percentage belasting betalen. Proportioneel: iedereen betaalt hetzelfde percentage aan belasting over zijn inkomen. Schijventarief: de in Nederland gehanteerde methode voor de vaststelling van de hoogte van de te betalen inkomstenbelasting. Het belastbaar inkomen wordt daartoe verdeeld in een aantal schijven waarover volgens een oplopend percentage inkomstenbelasting wordt berekend. Over de eerste twee schijven worden ook de sociale premies voor de volksverzekeringen geheven. Secundaire inkomensverdeling: de inkomensverdeling na herverdeling door de collectieve sector dus nadat de directe belastingen en sociale premies er afgehaald zijn en de sociale uitkeringen meegeteld. Vermogensrendementsheffing (VRH): belasting die wordt geheven over het gemiddelde vermogen (de waarde van het bezit minus de schulden) van personen. In Nederland wordt sinds 2001 een tarief van 30% van het fictief rendement van 4% (= 1,2%) over het gemiddeld vermogen geheven. Vermogensvrijstelling: het bedrag van je vermogen wat is vrijgesteld van de VRH, dus over ongeveer van je vermogen hoef je geen VRH te betalen. Wettelijk minimumloon: het loon dat werkgevers minimaal moeten betalen als zij werknemers in dienst nemen. Het wettelijk minimumloon geldt voor werknemers vanaf 23 jaar, jongeren ontvangen lagere minimumbedragen. Actieven: dat deel van de beroepsbevolking dat een primair inkomen ontvangt. Algemene Kinderbijslagwet (AKW): Een volksverzekering die verzorgers van kinderen een tegemoetkoming Pagina 3 van 7
4 in de kosten van het verzorgen en opvoeden van die kinderen verstrekt. Algemene nabestaandenwet (ANW): een volksverzekering die een uitkering verschaft aan weduwen, weduwnaren en wezen. Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ): een volksverzekering die de kosten van vrijwel onverzekerbare ziektekosten dekt. Bijvoorbeeld: kosten voor verpleging in psychiatrische ziekenhuizen, voor dagverblijven voor gehandicapten. Algemene Ouderdoms Wet (AOW): een volksverzekering die Nederlanders een uitkering verschaft vanaf 65 jaar. Arbeidsverleden: het aantal jaren dat men meer dan 52 dagen per jaar gewerkt heeft in de laatste vijf jaren voordat men werkloos werd. Het arbeidsverleden vormt een basis voor de werkloosheidsuitkering. Armoedeval: het verschijnsel dat mensen die onder het sociaal minimum zitten (bijvoorbeeld omdat ze langdurig werkloos zijn) en die daardoor gebruik maken van allerlei subsidies (voor huur, kinderopvang) of van kwijtschelding van gemeentelijke heffingen er in besteedbaar inkomen nauwelijks op vooruitgaan of er zelfs op achteruit kunnen gaan als zij gaan werken voor een loon vlak boven het minimumloon. Hun terugkeer in het arbeidsproces is daarom zeer problematisch. Averechtse selectie: alleen mensen met een verhoogd risico gaan zich verzekeren, omdat voor voorzichtige of risicomijdende mensen de kosten van verzekeren hoger zijn dan de verwachte uitkering. Bestaansminimum: het inkomen dat minimaal nodig wordt geacht om in leven te kunnen blijven. In Nederland beschouwt men de bijstandsuitkering als het bestaansminimum. Verschilt van land tot land. Bruto-inkomen: het totale inkomen (loon, winst, huur, pacht, rente, sociale uitkeringen, enzovoort) voordat de inkomstenbelasting en de sociale premies in mindering zijn gebracht. Collectieve lasten: dit zijn de inkomsten van de collectieve sector die ten laste komen van de belastingbetalers: belastingen, premies voor de sociale zekerheid en enkele niet-belastingen. Collectieve regelingen: verplichte regelingen binnen het sociale zekerheidsstelsel, zoals de verzekeringen tegen werkloosheid en arbeidsongeschiktheid. Collectieve sector: de publieke sector die de overheid, de instellingen van de sociale zekerheid (= de sociale fondsen) en de lagere overheden omvat. Collectieve uitgaven: de uitgaven van de collectieve sector. Bestaan uit: collectieve bestedingen (salarissen ambtenaren, aanschaf goederen en gebouwen, investeringen, enzovoort) en uit de zogeheten overdrachtsuitgaven (sociale uitkeringen, subsidies, enzovoort). I/a-ratio: de verhouding tussen het aantal personen met een uitkering en het aantal personen met een primair inkomen. Inactieven: dat deel van de bevolking dat een inkomensvervangende uitkering ontvangt in verband met ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom of verzorging van kinderen. Kapitaaldekkingsstelsel: financieringsstelsel van sociale zekerheid waarbij uit individuele premiebetaling vermogen wordt gevormd voor de financiering van uitkeringen in de toekomst. Netto-inkomen: het totale inkomen (loon, winst, huur, pacht, rente, sociale uitkeringen, enzovoort) nadat de inkomstenbelasting en de sociale premies in mindering zijn gebracht. Omslagstelsel: financieringsstelsel van sociale zekerheid waarbij de in een bepaald jaar op te brengen premies zijn afgestemd op het totaal van de in dat jaar te betalen uitkeringen. Overdrachtsinkomen: inkomen dat zonder directe tegenprestatie wordt verdiend. Bijvoorbeeld een sociale uitkering. Pagina 4 van 7
5 Pensioen: een uitkering die wordt ontvangen vanwege het verlies aan inkomen wegens het bereiken van de pensioenleeftijd (meestal 65 jaar), het definitief arbeidsongeschikt verklaard worden of het overlijden van de kostwinner. Privatiseren: het uitbesteden van de productie van collectieve voorzieningen aan ondernemingen in de marktsector. Sociaal minimum: het inkomen dat bij wet als het minimum is vastgesteld voor de lonen en sociale uitkeringen dat een werknemer moet verdienen om -afhankelijk van de leeftijd- een redelijk bestaan te hebben. Sociale partners: de georganiseerde werkgevers en werknemers. Sociale uitkeringen: uitkeringen op grond van het sociale zekerheidsstelsel: WW-uitkering, WAO-uitkering, enzovoort. Sociale verzekeringen: de regelingen van de sociale zekerheid met een verzekeringskarakter die uit premies wordt gefinancierd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen werknemersverzekeringen en volksverzekeringen. Sociale voorzieningen: de regelingen van de sociale zekerheid die wordt gefinancierd uit de algemene middelen (= belastingen) en die dienen om mensen van een bestaansminimum te verzekeren. Sociale zekerheidsstelsel: het stelsel van sociale zekerheid dat bestaat uit een groot aantal wettelijke regelingen en instellingen. Enkele indelingen: - er zijn sociale verzekeringen en sociale voorzieningen - er zijn werknemersverzekeringen en volksverzekeringen - er zijn verzekeringen tegen inkomensverlies en tegen hoge kosten Verzorgingsstaat: een land met een democratische staatsvorm, waar de productie grotendeels door particuliere ondernemingen wordt verzorgd en waar de staat alle burgers een redelijk bestaat garandeert. Volksverzekeringen: een wettelijk verplichte sociale verzekering die geldt voor alle ingezetenen. Bijvoorbeeld: algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ), algemene ouderdomswet (AOW), algemene nabestaandenwet (ANW), algemene kinderbijslagwet (AKW). Voorzieningen: zie Sociale voorzieningen. Waardevaste uitkering: een uitkering die meegroeit met de prijzen en zodat de koopkracht van de uitkering gelijk blijft. Welvaartsvaste uitkering: een uitkering die meegroeit met de lonen zodat de koopkracht - meestal - toeneemt. Werkloosheidswet (WW): een werknemersverzekering die werknemers gedurende een bepaalde tijd een inkomen bij werkloosheid verschaft. Naarmate men langer gewerkt heeft is de uitkeringsduur langer. Werknemersverzekeringen: een sociale verzekeringen die alleen geldt voor mensen in loondienst. Bijvoorbeeld: werkloosheidwet (WW), ziektewet (ZW), wet op de arbeidsongeschiktheid (WAO), ziekenfondswet (ZFW). Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong): een sociale voorziening die gehandicapte jongeren en studerenden die tijdens hun studie arbeidsongeschikt zijn geworden voorziet van een uitkering. Wet werk en bijstand (WWB): een sociale voorziening (dus betaalt uit de belastingmiddelen) die mensen een inkomen verschaft om in de noodzakelijke bestaanskosten te voorzien als zij daartoe zelf niet in staat zijn en als andere sociale regelingen niet van toepassing zijn. Pagina 5 van 7
6 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA): een werknemersverzekering die recht geeft op een uitkering bij gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. Wig: het verschil tussen de loonkosten van de werkgever (brutoloon plus sociale werkgeverspremies) en het nettoloon dat de werknemer ontvangt. De wig bestaat uit de loonbelasting, de sociale premies betaald door de werknemer en de sociale premies betaald door de werkgever. Ziektewet (ZW): een werknemersverzekering die bepaalde groepen werknemers een uitkering tijdens ziekte verstrekt. Zorgverzekeringswet (ZVW): geldt voor iedereen en is daarom een volksverzekering te noemen. De premie bestaat uit een inkomensafhankelijke premie (in 2009: 6,9% tot een inkomen van ,-) en een nominale premie; de inkomensafhankelijke premie wordt voor werknemers in loondienst door de werkgever vergoed en daarmee heeft de ZVW een kenmerk dat alleen geldt voor werknemers en lijkt dus op een werknemersverzekering; de nominale premie is een bedrag dat verzekerden onafhankelijk van hun inkomen betalen aan een verzekeringsbedrijf. Voor de ZVW ben je niet verplicht verzekerd, maar je bent verplicht je te verzekeren. Budgetmechanisme: stelsel waarbij beslissingen over productie en besteding worden vastgelegd in budgetten (begrotingen). Hierbij worden onderscheiden het democratisch budgetmechanisme en het bureaucratisch budgetmechanisme. Collectieve goederen: goederen die niet via de markt kunnen worden geleverd doordat ze niet splitsbaar zijn in via de markt verhandelbare eenheden, dat wil zeggen dat er geen individuele prijs voor kan worden berekend. Collectieve goederen kunnen daardoor enkel via de overheid tot stand komen. Collectieve lastendruk: de collectieve lasten (belastingen, enkele niet-belastingen en sociale premies) uitgedrukt als percentage van het nationaal inkomen. Collectieve uitgavenquote: de uitgaven van de collectieve sector als percentage van het nationaal inkomen. Democratisch budgetmechanisme: langs democratische weg gekozen vertegenwoordigers leggen democratisch genomen besluiten vast in een begroting. Gemengde economie: economie waarin het marktmechanisme een belangrijke rol speelt, maar waarin de organisatie ook voor een deel via het budgetmechanisme loopt. Herverdelingsfunctie: de invloed van de overheid op de (her)verdeling van inkomens en vermogen. Individuele goederen: goederen waarvoor een individuele prijs kan worden gevraagd omdat ze kunnen worden gesplitst in individueel leverbare eenheden en dus via de markt geleverd kunnen worden. Innovaties: de succesvolle invoering van nieuwe of vernieuwde producten (productinnovatie) of productieprocessen (procesinnovatie). Marktmechanisme/prijsmechanisme: het geheel van vraag en aanbod waarbij de prijs als signaal tussen vragers en aanbieders zodanig werkt dat er evenwicht tussen vraag en aanbod ontstaat. Hierbij kan er sprake zijn van volkomen concurrentie en van onvolkomen concurrentie. Overlegeconomie: economische beslissingen pas genomen worden na overleg met betrokken partijen. Dat overleg kan zich op allerlei niveaus afspelen: in de onderneming (directie en ondernemingsraad), in de bedrijfstak (bedrijfschap), landelijk (regering met Stichting van de Arbeid), etc. Planeconomie: de economische orde waarin de beslissingen over productie en consumptie worden genomen op basis van het budgetmechanisme (democratisch of bureaucratisch). Poldermodel: overlegmodel waarin economische beslissingen pas genomen worden na overleg met Pagina 6 van 7
7 betrokken partijen. Dat overleg kan zich op allerlei niveaus afspelen: in de onderneming (directie en ondernemingsraad), in de bedrijfstak (bedrijfschap), landelijk (regering met Stichting van de Arbeid), etc. Quasi collectieve goederen: goederen die net als individuele goederen via de markt kunnen worden geleverd maar die de overheid zelf in productie heeft genomen, en waarvan de financiering (voornamelijk) plaatsvindt via de algemene middelen. Sectorbeleid: overheidsbeleid dat gericht is op specifieke sectoren (bijvoorbeeld: landbouw, chemie, bouw, dienstverlening) van de economie. Stabilisatiefunctie: de overheid probeert de bezettingsgraad van de productiecapaciteit te sturen door middel van een evenwichtige economische ontwikkeling (bijvoorbeeld stabiele groei, stabiele prijzen, stabiele wisselkoers, evenwichtige arbeidsmarkt). Toedelingsfunctie (Allocatiefunctie): de invloed die de overheid heeft op de aanwending van de productiefactoren en dus op de omvang, de samenstelling en de ontwikkeling van de nationale productie. Vrijemarkteconomie: economisch stelsel waarbij de prijsvorming niet wordt belemmerd: de prijzen komen tot stand op basis van vraag en aanbod. Men spreekt ook wel van volkomen concurrentie en volledige mededinging. Pagina 7 van 7
7.6. Inkomen HOOFDSTUK 5 SOCIALE ZEKERHEID 5.1 GESCHIEDENIS VAN DE SOCIALE ZEKERHEID 5.2 COLLECTIEF OF PARTICULIER?
Boekverslag door I. 1977 woorden 22 april 2007 7.6 10 keer beoordeeld Vak Economie Inkomen HOOFDSTUK 5 SOCIALE ZEKERHEID 5.1 GESCHIEDENIS VAN DE SOCIALE ZEKERHEID o Sociale zekerheid is eigenlijk het stelsel
Nadere informatieEconomie Collectieve sector hoofdstuk 1,2,3 Hoofdstuk 1
Samenvatting door een scholier 1763 woorden 29 november 2009 9,4 16 keer beoordeeld Vak Economie Economie Collectieve sector hoofdstuk 1,2,3 Hoofdstuk 1 Directe belastingen: zijn belastingen die je betaalt
Nadere informatieEconomie Pincode klas 4 VMBO-GT 5 e editie Samenvatting Hoofdstuk 7 De overheid en ons inkomen Exameneenheid: Overheid en bestuur
Paragraaf 7.1 Groeit de economie? BBP = Bruto Binnenlands Product, de totale productie in een land in één jaar Nationaal inkomen = het totaal van alle inkomens in een land in één jaar Inkomen = loon, rente,
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door M. 1189 woorden 16 november 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Economie, hoofdstuk 4 Loon/winst: zijn vormen van inkomen. Hierover betaal je belastingen
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari keer beoordeeld. Hoofdstuk 4.3 t/m & 4.4 begrippen;
Samenvatting door een scholier 1202 woorden 10 januari 2002 6 104 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 4.3 t/m 5 4.3 & 4.4 begrippen; arbeidsinkomen voor werknemers is dit het loon en voor zelfstandigen
Nadere informatieDé arbeidsmarkt bestaat niet. Het bestaat uit een groot aantal deelmarkten die min of meer met elkaar in verbinding staan.
Samenvatting door Marit 1960 woorden 24 januari 2016 7,2 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO economie H.4 1 klaar met de opleiding Als je klaar bent met je opleiding ga je op zoek naar een werkkring.
Nadere informatie6,1. Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni keer beoordeeld. De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2
Samenvatting door een scholier 2162 woorden 3 juni 2010 6,1 13 keer beoordeeld Vak Economie De collectieve sector blauwe boekje H1 + H2 De rijksoverheid is onderdeel van de collectieve sector. Om de uitgaven
Nadere informatieDe overheid. Uitgaven: uitkeringen en subsidies. De overheid. Ontvangsten: belasting en premies. De grote herverdeler van inkomens
Overheid H2 De overheid De grote herverdeler van inkomens Ontvangsten: belasting en premies De overheid Uitgaven: uitkeringen en subsidies De grote herverdeler van inkomens 2 De Nederlandse overheid Belangrijke
Nadere informatieBegrippen: - Overheid: Onder overheid verstaan we het Rijk en de overige publiekrechtelijke lichamen, zoals provincies en gemeenten.
Samenvatting door een scholier 919 woorden 20 juni 2007 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie Hoofdstuk 4 Productie door de overheid 4.1 De sector overheid - Overheid: Onder overheid
Nadere informatieDeelvraag van hoofdstuk 1 = Hoe komen de verschillende inkomens tot stand?
Samenvatting door een scholier 2055 woorden 10 oktober 2001 7,3 256 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Inkomen Deelvraag van hoofdstuk 1 = Hoe komen de verschillende inkomens tot stand? Looninkomen,
Nadere informatieSamenvatting Economie Collectieve sector
Samenvatting Economie Collectieve sector Samenvatting door een scholier 187 woorden 10 maart 2009 8,3 6 keer beoordeeld Vak Economie Belastinginkomsten. Je hebt twee soorten belastingen namelijk de directe
Nadere informatieOverheid in ruime zin - centrale overheid + lagere overheden (provincies en gemeenten)
Begrippenlijst door V. 1548 woorden 7 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie begrippen hoofdstuk 12 12.1 de collectieve sector Collectieve sector - (overheid in
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4, De collectieve sector
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4, De collectieve sector Samenvatting door een scholier 1511 woorden 10 juni 2004 7 78 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting SO Economie Hoofdstuk 4, De collectieve
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last?
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Belasting en Sociale premies: Lust of Last? Samenvatting door een scholier 1592 woorden 30 oktober 2004 8 49 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Hoofdstuk 7 Belasting
Nadere informatieSamenvatting Economie Jong & Oud
Samenvatting Economie Jong & Oud Samenvatting door S. 1109 woorden 25 april 2017 7,3 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: School of baantje Budgetlijn - Geeft verschillende combinaties
Nadere informatie4.1 Klaar met de opleiding
4.1 Klaar met de opleiding 1. Werken in loondienst - Bij een bedrijf of bij de overheid (gemeente, provincie, ministerie); - Je krijgt loon/salaris; - Je hebt een bepaalde zekerheid, dat je werk hebt,
Nadere informatieDe CPI geeft aan hoeveel de kosten van levensonderhoud in een jaar stijgen en is daarmee een maatstaaf voor de inflatie.
Samenvatting door een scholier 1662 woorden 22 maart 2004 6,7 30 keer beoordeeld Vak Economie Economie Inkomen H2 t/m H7 (havo-4) H2 Inkomen en Inflatie 1 Nominaal inkomen: inkomen gemeten in geld Reëel
Nadere informatieSamenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4
Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4 Samenvatting door A. 969 woorden 18 november 2012 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Kinderen krijgen is voor ouders liefde en vreugde en de ouders
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 7 De Overheid
Samenvatting Economie Module 7 De Overheid Samenvatting door een scholier 946 woorden 15 november 2007 5 8 keer beoordeeld Vak Economie Economie module 7: de overheid Samenvatting voor GR ECONOMISCHE ORDE
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door Wil 902 woorden 6 juli 2014 6,6 29 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Overheid: Alle gemeentes, provincies en het rijk in Nederland. Collectieve
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7 Samenvatting door een scholier 1637 woorden 13 juni 2004 6,5 14 keer beoordeeld Vak Economie Economie hoofdstuk 7 7.1 * Collectieve lasten bestaan uit: - belastingen die
Nadere informatieA. Collectieve lastendruk (overheidsinkomsten) = Belastingen en soc. Premies/Nationaal inkomen X 100%
Samenvatting door een scholier 475 woorden 11 juni 2001 3,3 107 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 Productie door de overheid Paragraaf 1 Collectieve sector: 1. Overheid (Rijk, provincies,
Nadere informatieHet primaire inkomen is de beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren.
Samenvatting door R. 1396 woorden 17 februari 2014 5,4 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 personele inkomensverdeling Het besteedbaar uitkomen per huishouding. De besteedbarde inkomens
Nadere informatiesituatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW
situatie febr 2010 Sociale zekerheid te verdelen in twee stukken: Sociale verzekeringen Sociale voorzieningen Sociale verzekeringen worden beheerd/ uitgevoerd door de sociale verzekeringsfondsen (o.a.
Nadere informatie*nederland = verzorgingsstaat > veel geld naar sociale zekerheid (uitkeringen e.d)
Samenvatting door een scholier 1561 woorden 9 oktober 2003 7,7 57 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans Economie H7 7.1 *Collectieve sector bestaat uit: overheidssector instellingen die de sociale
Nadere informatieEconomie Elementaire economie 3 VWO
Economie Elementaire economie 3 VWO Les 13 Introductie overheid Ontwerp power point: Henk Douna docent: Jeannette de Beus De komende weken: de overheid Consumenten De markt Producenten Bijvoorbeeld Goederenmarkt
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur
Samenvatting Economie Hoofdstuk 19 en 20: Inkomensverdeling en conjuntuur Samenvatting door een scholier 1286 woorden 9 januari 2013 6,8 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent 19.1 Personele inkomensverdeling
Nadere informatieRelatieve schaartste (met productie factoren bereikt(prijs)) Vrij goed (zonder de mens bereikt (gratis))
Samenvatting door een scholier 421 woorden 11 maart 2002 6 51 keer beoordeeld Vak Economie Economie Lesbrief Welvaart Hoofstuk 1 Goederen Diensten Materieel Immaterieel Stoffelijk
Nadere informatieParticuliere sector: Bedrijven en gezinnen. Deze sector streeft naar winst, bijvoorbeeld supermarkten, bakkers en kledingwinkels.
Samenvatting door A. 952 woorden 14 juni 2013 6,3 11 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie 1 De collectieve sector: Particuliere sector: Bedrijven en gezinnen. Deze sector streeft naar
Nadere informatieIedereen betaalt btw. Daarnaast betaalt iedereen die werkt ook loon- of inkomstenbelasting.
Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a b c Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar vaste
Nadere informatieSamenvatting Economie Levensloop
Samenvatting Economie Levensloop Samenvatting door A. 1095 woorden 7 februari 2017 5,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie: levensloop Hfst 1 Consumptie: het product wordt aaneschaft door
Nadere informatieWerkstuk Economie Lesbrief inkomen
Werkstuk Economie Lesbrief inkomen Werkstuk door een scholier 2411 woorden 19 februari 2000 6,2 173 keer beoordeeld Vak Economie HOOFDSTUK 1 INKOMEN 1.1 SOORTEN INKOMEN Als we het in de economie over inkomen
Nadere informatieSchoolexamen 2005 Inkomen H1
Samenvatting door een scholier 1974 woorden 25 oktober 2005 6 1 keer beoordeeld Vak Economie Schoolexamen 2005 Inkomen H1 - Microniveau: 1 bedrijf of 1 huishouden - Macroniveau: heel land - Arbeidsverdeling:
Nadere informatie7.7. Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni 2012 7.7 6 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Brutoloon Het brutoloon is het loon dat de werknemer ontvangt van zijn werkgever. Van dit loon worden
Nadere informatie5.5. Boekverslag door D woorden 8 april keer beoordeeld. Samenvatting Economie Mod.7
Boekverslag door D. 1344 woorden 8 april 2003 5.5 28 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie Mod.7 Hoofdstuk 1 1 De inrichting van de productie De allocatie is de toedeling van de productiemiddelen,
Nadere informatie6,9. Samenvatting door een scholier 1342 woorden 12 augustus keer beoordeeld. Hoofdstuk 4
Samenvatting door een scholier 1342 woorden 12 augustus 2006 6,9 52 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 4 De collectieve sector = overheid - mogen geweld uitoefenen - mogen regels maken -> publiek rechtelijke
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3
Begrippenlijst Economie Levensloop H1,H2,H3 Begrippenlijst door een scholier 1235 woorden 6 november 2011 6,7 68 keer beoordeeld Vak Economie BEGRIPPEN H1 KIEZEN Consumptie De uitgaven van een consument/overheid
Nadere informatieALGEMENE ECONOMIE /04
HBO Algemene economie Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M 3 benaderingen van het begrip inkomen : F economisch: - nominaal inkomen (in geld uitgedrukt) - reëel
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Inkomen
Begrippenlijst Economie Inkomen Begrippenlijst door een scholier 2490 woorden 10 juni 2004 7,9 67 keer beoordeeld Vak Economie Inkomen: begrippenlijst - Accijns = verbruiksbelasting op alcohol, benzine
Nadere informatie4,2. Samenvatting door een scholier 1704 woorden 18 juli keer beoordeeld. Hoofdstuk 1
Samenvatting door een scholier 1704 woorden 18 juli 2015 4,2 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Consumptie: het aanschaffen van producten door de eindgebruiker. Investeren: het kopen
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 4
Samenvatting Economie Hoofdstuk 4 Samenvatting door een scholier 1972 woorden 21 april 2005 7,1 35 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 4 onder de collectieve sector wordt de overheid
Nadere informatie8,5. Samenvatting door Nienke 1188 woorden. 2 keer beoordeeld 6 mei Domein G: Risico en informatie. Informatie bij marktpartijen
8,5 Samenvatting door Nienke 1188 woorden 2 keer beoordeeld 6 mei 2017 Vak Economie Domein G: Risico en informatie Informatie bij marktpartijen Symmetrische informatie alle partijen dezelfde informatie
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 8
Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Samenvatting door een scholier 1279 woorden 6 december 2005 5,7 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Economie Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Functies van
Nadere informatieSamenvatting Economie Leesbrief welvaart
Samenvatting Economie Leesbrief welvaart Samenvatting door een scholier 1625 woorden 12 mei 2003 6,7 18 keer beoordeeld Vak Economie Bruto arbeidsinkomen Aftrekposten - = belastbaar arbeidsinkomen Bruto
Nadere informatieBoek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen
Boek 4 Hoofdstuk 7: De overheid en ons inkomen Valt het mee of tegen? a Als Yara een appartement koopt moet ze een hypotheek afsluiten. Hiervoor betaalt ze iedere maand een bepaald bedrag. Dit zijn haar
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 3342 woorden 4 mei 2004 8,3 161 keer beoordeeld Vak Economie INKOMEN COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 7 Hoofdstuk 1.) Vroeger hadden
Nadere informatie1) Wat krijgt een werknemer, een ambtenaar, huisarts, boekenschrijvers, makelaars en soldaten?
Samenvatting door een scholier 1896 woorden 6 februari 2007 5,7 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie samenvatting : 1) Wat krijgt een werknemer, een ambtenaar, huisarts, boekenschrijvers,
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Welvaart H1-H5
Samenvatting Economie Lesbrief Welvaart H1-H5 Samenvatting door een scholier 1321 woorden 23 januari 2011 6 2 keer beoordeeld Vak Economie ECO H1 Schaarste = Als er middelen bv geld geoffert moeten worden
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Jong en Oud
Begrippenlijst Economie Jong en Oud Begrippenlijst door Anna 1086 woorden 21 december 2016 8,7 10 keer beoordeeld Vak Economie Aandeel: Bewijs van mede-eigendom van een onderneming. Permanent beschikbaar.
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen
Samenvatting Economie Inkomen Samenvatting door een scholier 2656 woorden 28 maart 2007 8 42 keer beoordeeld Vak Economie Economie Inkomen: H 1: De vorming van inkomen. 1.1 De vorming van primair inkomen:
Nadere informatieDe winkelier ontvangt dus meer btw dan dat hij betaald. Het verschil van 29,40 21,- = 8,40 draagt de winkelier af aan de belastingdienst.
Hoofdstuk 3 Paragraaf 1 Belastingen op aankopen Geld voor de overheid Berekening btw Btw = belasting toegevoegde waarde. De consument betaalt aan de winkelier het verkoopbedrag + de btw. Dit noemt men
Nadere informatie6,6. Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Hoofdstuk Bruto- en nettoloon
Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart 2015 6,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Hoofdstuk 1 1.1 Bruto- en nettoloon Loonstrook/Salarisspecificatie -> krijg je elke
Nadere informatie3,3. Opdracht door een scholier 3194 woorden 23 januari keer beoordeeld. Lesbrief Inkomen Economie 1,2. Oefenopgave H1
Opdracht door een scholier 3194 woorden 23 januari 2002 3,3 64 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen Economie 1,2 Oefenopgave H1 Opgave 1 In 1995 waren de bestedingen van een bepaalde sociale groep
Nadere informatie8,2. Begrippen. Theorie. Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen
Samenvatting door een scholier 1293 woorden 26 juni 2003 8,2 205 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1. De vorming van inkomen Inkomen in natura: een inkomen dat uit goederen bestaat. Zelfvoorzienend:
Nadere informatie6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:
Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari 2016 6,9 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1 Actieven en inactieven: Actieven; mensen die betaald werk
Nadere informatie7,8. Samenvatting door een scholier 4316 woorden 26 mei keer beoordeeld INKOMEN. 1.1 Soorten inkomen.
Samenvatting door een scholier 4316 woorden 26 mei 2001 7,8 153 keer beoordeeld Vak Economie INKOMEN. 1.1 Soorten inkomen. Bij economie gaat het over inkomen van gezinnen. Rente uit vermogen is bijvoorbeeld;
Nadere informatie7.5. Boekverslag door Een scholier 2475 woorden 19 januari keer beoordeeld
Boekverslag door Een scholier 2475 woorden 19 januari 2008 7.5 17 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Schaarse goederen zijn goederen waarvoor productiefactoren moeten worden opgeofferd.
Nadere informatie5,9. Samenvatting door een scholier 2002 woorden 14 juni keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 2002 woorden 14 juni 2011 5,9 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans H8 Collectieve lasten (8.1) - Collectieve sector = overheidssector + instellingen voor sociale
Nadere informatie6,1. Samenvatting door een scholier 1406 woorden 21 juni keer beoordeeld. Economie in context
Samenvatting door een scholier 1406 woorden 21 juni 2012 6,1 43 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context 3.1 Onzeker geval - een gebeurtenis die je niet kunt voorkomen of zien aankomen.
Nadere informatieMeso-economie De totale productie van een bedrijfskolom kun je vinden door de toegevoegde waarde van afzonderlijke
Samenvatting door een scholier 1938 woorden 28 januari 2006 6,4 14 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief 1 Welvaart Hoofdstuk 1 vakantie en werken Mensen voorzien in hun behoefte door goederen en diensten
Nadere informatie8,5. Samenvatting door een scholier 4846 woorden 3 april keer beoordeeld HOOFDSTUK 1
Samenvatting door een scholier 4846 woorden 3 april 2003 8,5 169 keer beoordeeld Vak Economie HOOFDSTUK 1 1.1 De vorming van primair inkomen Rente uit vermogen is bijvoorbeeld; rente over spaargelden en
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8
Begrippenlijst Economie Hoofdstuk 7 en 8 Begrippenlijst door een scholier 1298 woorden 26 februari 2004 6,2 13 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen hoofdstuk 7 en 8 Collectieve sector -> bestaat uit
Nadere informatieSamenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten
Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten Samenvatting door J. 1607 woorden 28 augustus 2012 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index H1: De omvang van de
Nadere informatieWelvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?
1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Inkomen
Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen Samenvatting door een scholier 3273 woorden 17 april 2008 7,4 5 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Inkomen De belangrijkste dingen van economie, per hoofdstuk.
Nadere informatieH1: Economie gaat over..
H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen
Nadere informatieJe hebt het recht om tot 14 dagen na levering van de koop af te zien. De koopovereenkomst kan ongeldig worden verklaard als:
Samenvatting door een scholier 886 woorden 20 mei 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economisch bekeken Marketingmix bestaat uit 6 P's Prijsbeleid Plaatsbeleid Productbeleid Promotiebeleid Presentatiebeleid
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1792 woorden 20 januari 2002 5,1 32 keer beoordeeld Vak Methode Economie Kern van de economie Hoofdstuk 2 2.2 Gedwongen besparingen zijn
Nadere informatieArbeidsmarkt Vraag naar arbeid Werkgelegenheid Aanbod van arbeid: b Marktmechanisme Loonkosten per product
Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid = mensen Door werkgevers: bedrijven en overheid Werkgelegenheid Hoe lager het loon, hoe groter de vraag naar arbeid Aanbod van arbeid: beroepsbevolking (iedereen tussen de
Nadere informatieSamenvatting Economie 3.5 & 3.6 & Hoofdstuk 5
Samenvatting Economie 3.5 & 3.6 & Hoofdstuk 5 Samenvatting door een scholier 1511 woorden 9 april 2003 5,7 18 keer beoordeeld Vak Economie 3,5 Stelsel sociale zekerheid: Sociale verzekeringen: Worden allen
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Begrippen
Begrippenlijst Economie Begrippen Begrippenlijst door een scholier 1657 woorden 26 juni 2005 5,3 67 keer beoordeeld Vak Methode Economie Index Begrippen hoofdstuk 2 Break-even afzet: opbrengsten zijn gelijk
Nadere informatieRendement = investeringsopbrengst/ investering *100% Reëel rendement = Nominaal rendement / CPI * 100-100 Als %
Inflatie Stijging algemene prijspeil Consumenten Prijs Indexcijfer Gewogen gemiddelde Voordeel: Mensen met schulden Nadeel: Mensen met loon, spaargeld Reële winst bedrijven daalt Rentekosten bedrijven
Nadere informatie4 Toon met twee verschillende berekeningen aan dat het ontbrekende gemiddelde inkomen (a) in de tabel gelijk moet zijn aan 70 000 euro.
Grote opgave personele inkomensverdeling Blz. 1 van 4 personele inkomensverdeling Inkomensverschillen tussen personen kunnen te maken hebben met de verschillende soorten inkomen. 1 Noem drie soorten primair
Nadere informatieLesbrief inkomen Hoofdstuk 1
Boekverslag door D. 3664 woorden 5 november 2007 7.8 22 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief inkomen Hoofdstuk 1 Micro: één bedrijf of gezin Macro: productie & inkomen heel land Ruil van goederen tegen
Nadere informatieCollectieve sector = Publieke sector Collectieve sector = Overheid + de instellingen voor de sociale zekerheid.
Hoofdstuk 4 De collectieve sector Collectieve sector = Publieke sector Collectieve sector = Overheid + de instellingen voor de sociale zekerheid. Centrale Overheid Rijksoverheid Collectieve sector Overheid
Nadere informatie3.2 De wereld van transacties
3.2 De wereld van transacties Voorbeeld: Henk gaat een brommer kopen. Hij heeft hiervoor twee mogelijkheden: 1) Hij koopt een tweedehands brommer via Marktplaats.nl; 2) Hij koopt een tweedehands brommer
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 23 en 24
Samenvatting Economie Hoofdstuk 23 en 24 Samenvatting door een scholier 1361 woorden 23 mei 2003 8,3 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Samenvatting Economie Hoofdstuk 23: Productiefactoren
Nadere informatieI. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN
Verklaring van het Koninkrijk der Nederlanden uit hoofde van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
Nadere informatieKan de overheid dat regelen?
Hoofdstuk 5 Kan de overheid dat regelen? Intro 1 De stijging was ongeveer 150. Dit is ongeveer 20% (20% van 783 = ruim 150). 2 Het belang van jongeren zelf: beter voor hun gezondheid. De gevolgen voor
Nadere informatieAanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016
Belastingdienst 16 2016 Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016 Deze aanvullende toelichting hoort bij de M-aangifte 2016. In het Overzicht inkomsten en aftrekposten
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 11
Samenvatting Economie Hoofdstuk 11 Samenvatting door een scholier 1967 woorden 25 juni 2012 6,9 31 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Paragraaf 11.1: Collectieve en particuliere sector
Nadere informatieBegrippen: - overheidsinvesteringen in de infrastructuur: bv. bruggen, wegen, elektriciteitsvoorzieningen
Samenvatting door een scholier 1594 woorden 10 januari 2007 7 3 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 - De arbeidsmarkt: vraag en aanbod Leertekst 1: Werken en niet werken - overheidsinvesteringen in
Nadere informatieSamenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7
Samenvatting Economie Inkomen, H. 1-4, 6, 7 Samenvatting door een scholier 1525 woorden 14 februari 2007 7,6 5 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: Een inkomen in natura: een inkomen in goederen Arbeidsverdeling:
Nadere informatie3 De overheid geeft veel geld uit. Het geld daarvoor ontvangt de overheid van burgers en bedrijven die aan de overheid belasting moeten betalen.
Hoofdstuk 6: Kan de overheid dat regelen? Weer naar school. a Leerplicht geldt voor kinderen tot en met het leerjaar waarin zij 16 jaar worden. Na het laatste schooljaar van de leerplicht begint de kwalificatieplicht.
Nadere informatieDomein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl
Domein E: Ruilen over de tijd Rente : prijs van tijd Nu lenen: een lagere rente Nu sparen: een hogere rente Individuele prijs van tijd: het ongemak dat je ervaart Algemene prijs van tijd: de rente die
Nadere informatieAanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016
Belastingdienst 16 2016 Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016 Deze aanvullende toelichting hoort bij de M-aangifte 2016. In het Overzicht inkomsten en aftrekposten
Nadere informatie5.9. Boekverslag door T woorden 21 april keer beoordeeld
Boekverslag door T. 2722 woorden 21 april 2008 5.9 21 keer beoordeeld Vak Economie Iedereen die niet in staat is zelf voldoende inkomen te verdienen of wie ziek is, arbeidongeschikt of werkeloos komt voor
Nadere informatieECONOMIE. Begrippenlijst H6 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn
ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H6 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 6 Overheid overbodig? Paragraaf 6.1
Nadere informatieDeze specialisatie leidde niet alleen tot een hogere arbeidsproductiviteit, maar maakte ook ruil noodzakelijk.
Recensie door een scholier 3677 woorden 2 november 2006 5 7 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief inkomen. Hoofdstuk 1: Inkomen in natura: inkomen dat niet uit geld, maar uit goederen bestaat. Hoe steeg
Nadere informatiePolisvoorwaarden= hierin staat tegen welke risico s je verzekerd bent en onder welke voorwaarde er schade-uitkering wordt gegeven
Samenvatting door een scholier 1219 woorden 3 maart 2015 7,2 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie Economie in context Samenvatting economie 3.1 Verzekeringspolis Onzeker voorval= gebeurtenis die je niet
Nadere informatieUIT inkomstenbelasting
De inkomstenbelasting, box 1. De inkomstenbelasting box 1, is het systeem van belasten van inkomen uit arbeid. Ook het huis waar men woont wordt in dit systeem belast. Box 1 bestaat uit drie onderdelen:
Nadere informatieGroei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2
Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,
Nadere informatieInkomstenbelasting. Module 7 hoofdstuk 2
Inkomstenbelasting Module 7 hoofdstuk 2 Verschillende vormen inkomen, verschillende vormen belasting Verschillende boxen Box 1 Bruto inkomen uit arbeid (denk aan brutoloon) Inkomen uit koophuis Aftrekposten
Nadere informatieTOELICHTING OP DE FOM-SALARISSTROOK
TOELICHTING OP DE FOM-SALARISSTROOK Hieronder volgt een beknopte toelichting op de salarisstrook. In deze toelichting wordt ingegaan op de meest voorkomende gegevens. Indien u nog vragen heeft na het lezen
Nadere informatieIn de economie is een goed schaars als er een offer of inspanning geleverd moet worden om het te krijgen -> relatieve schaarste
Samenvatting door C. 2442 woorden 29 mei 2016 4,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Levensloop H.1 Kiezen *consumeren= als producten worden aangeschaft door de eindgebruiker
Nadere informatieDe sociale verzekeringen vallen weer uiteen in de volksverzekeringen en de werknemersverzekeringen.
Boekverslag door E. 2419 woorden 20 december 2001 6.7 324 keer beoordeeld Vak Economie De sociale zekerheid in Nederland Profielwerkstuk economie 1. Wat houdt de sociale zekerheid in? Sociale zekerheid
Nadere informatieJong & Oud ECONOMIE HAVO 4
Jong & Oud ECONOMIE HAVO 4 Hoofdstuk 1: school of baantje Gevangendilemma Laat de gevolgen van een keuze zien, waarbij een ander betrokken is Twee strategieën waaruit gekozen kan worden Tabel van een gevangendilemma
Nadere informatieFinancieringssysteem Sociale Zekerheid Een schets op hoofdlijnen
Financieringssysteem Sociale Zekerheid Een schets op hoofdlijnen Door mr. A.J.H. Breitenfellner Inleiding Vanaf begin jaren negentig was het overheidsbeleid voor een groot deel gericht op het meer activerend
Nadere informatieType belastingen in het systeem van nationale rekeningen Curaçao, 2013
Type belastingen in het systeem van nationale rekeningen Curaçao, 2013 Lorette Ford Inleiding Belastingen worden gezien als de belangrijkste inkomstenbron voor de overheid, mede ter financiering van de
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken Samenvatting door een scholier 1198 woorden 9 juni 2007 6,4 30 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie Hst 2 Werken Paragraaf 2.1 taakverlening Elk
Nadere informatie