W.M. Muller, M.S.A. Ribbink -Pieters, J.J.M. Som en T.W. Weijers, met kennisgeving. PUNT 1

Transcriptie

1 NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag 31 januari 07 om uur. Nr. 07it005. A G E N D A : 1 Opening 2 Vaststelling van de raadsagenda 3 Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van december 06 4 Ingekomen stukken 5 Wijziging bemensing commissie Burgers en Samenleving. BESPREEKSTUKKEN 6 Ontwerpbesluit inzake vaststelling Integraal Huisvestingsplan primair en speciaal onderwijs. 7 Motie gemeente Scheemda inzake afkeuring deelname Essent in tweede kerncentrale. 8 Sluiting. Aanwezig de leden: Mede-aanwezig: Afwezig de leden: Voorzitter: Griffier: OPENING M.A.H. van Aken, P.A.A. Bell, J.G. Bok, A.H.M. Brauers, L.J.M. Crombach, A.M.J.N. Fischer -Otten, J.L.P. Hanssen, W.J. Heijltjes, H.G. Housen, H.J.G.M. Jacobs, M.H. de Jong-Bisschops, L.A. Jongen, P.H.L. Kockelkorn, N. Krasovec, W.M. Muller, A.J.F. Persoon, W.A.S.M. Ploum, J. Roland, M.P.P. Ruiters, D.W.J. Schneider, G.H.W. Smeijsters, J.J.M. Snijders, M.J.L. Stevens, R.J.W. Sulmann, C.J.A. Szalata-Thomas, A.M.J. Von Kann, T.W. Weijers en P.J. Wöltgens. J.G. Bosch (weth.) en W.H.E. Terpstra (weth.). W.M. Muller, M.S.A. Ribbink -Pieters, J.J.M. Som en T.W. Weijers, met kennisgeving. de heer G.H.W. Smeijsters, plv. voorzitter raad. H.J.W. Jacobs-van Dongen, griffier. PUNT 1 De voorzitter wil zoals gebruikelijk beginnen met een stichtende tekst, maar wil deze eerst even inleiden. Iedereen wil zo graag en zo veel, iedereen wil ook vaak zo graag en zo fanatiek, dat men soms iets heel belangrijks over het hoofd ziet. Met een knipoog naar de ongetwijfeld prachtige tijd, die komen gaat, ziet men vaak toch de humor over het hoofd. Een ieder zal de komende weken de kans krijgen om die humor zelf te vertalen, zowel thuis als op straat. Hij spreekt de volgende tekst uit: Ik wens jullie, je, u de nodige humor om heel veel zaken te relativeren. Met een beetje humor kun je onmogelijke dingen mogelijk maken zonder dat Pagina 1 van 12

2 je er iets aan doet en gaat veel onweer voorbij zonder donder en bliksem. Er zijn mensen, die je nooit ziet lachen. Ze kijken alsof elke dag de wereld vergaat. We leven in een triestige wereld met al te veel triestige mensen, die de zon s morgens zien ondergaan. Humor is een goede schokbreker als je wel eens botst in je leven. Vervolgens opent hij de vergadering en heet hij de aanwezige wethouders van harte welkom. PUNT 2 VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA De voorzitter stelt voor om de volgorde van de agendapunten 6 en 7 om te draaien. Dat betekent, dat de motie behandeld wordt als agendapunt 6 en het ontwerpbesluit inzake het IHP als agendapunt 7. De raad stemt daarmee in. De raadsagenda wordt vervolgens conform vastgesteld. PUNT 3 GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN DECEMBER 06. De notulen worden conform vastgesteld. PUNT 4 INGEKOMEN STUKKEN. 1. Schrijven d.d. 18 december 06 (06i00142) van fractie PvdA Kerkrade met vragen ex arti kel 38 RvO Raad inzake klachten regiotaxi. Uw raad wordt verzocht kennis te nemen van het antwoordschrijven aan fractie PvdA Kerkrade. Conform het verzoek wordt besloten. 2. Schrijven d.d. november 06 van de fractie SP met vragen ex artikel 38 RvO Raad inzake gaten in de bodem wijk Bleijerheide-Nulland. Dit schrijven is door vervanging van het postregistratiesysteem later ingeboekt. Schrijven zal met voorrang worden behandeld. PUNT 5 ONTWERPBESLUIT INZAKE WIJZIGING BEMENSING COMMISSIE BURGERS EN SAMENLEVING. De voorzitter licht toe, dat mw. Offermans vervangen wordt door de heer Willems. Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 6 MOTIE GEMEENTE SCHEEMDA INZAKE AFKEURING DEELNAME ESSENT IN TWEEDE KERNCENTRALE. De voorzitter trekt even een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nr. 1. Dat correspondeert met de heer Noud Krasovec. Dat betekent, dat de fractie van Burgerbelangen vanavond het eerste recht van spreken heeft. Pagina 2 van 12

3 De heer Jacobs deelt mede, dat de fractie van Burgerbelangen in de commissievergadering al heeft aange - geven, dat zij tegen het indienen van deze motie is. Niet omdat zijn fractie voorstander is van deelname van Essent in de bouw van een nieuwe kerncentrale, maar omdat zij de discussie over dit belangrijke onderwerp wil voeren aan de hand van gedegen informatie, waarbij de inbreng van wethouder Terpstra als vertegenwoordiger van Kerkrade in de aandeelhoudersvergaderingen van Essent, mogelijke informatie van wethouder Krewinkel verantwoordelijk voor de portefeuille milieu en eventuele deskundigen mogelijk ook van Essent de nodige informatie oplevert om de discussie te kunnen voeren. Zijn fractie is zeer bezorgd over eventuele negatieve gevolgen van mogelijke ontwikkelingen op het gebied van kernenergie en vraagt deze raad nogmaals om dit onderwerp de inhoudelijke aandacht te geven, die het verdient. Zijn fractie stelt de raad daarom voor om de motie vooralsnog niet in te dienen, maar zich eerst te laten informeren over de energiemarkt in het algemeen en de concrete plannen van Essent. De heer Brauers denkt, dat men de discussie zo breed kan maken als men zelf wil. Er zijn in Nederland in ieder geval twee meningen. De ene mening, ook gebaseerd op feiten en kennis en veronderstellingen, ze gt dat het al jaren goed is gegaan, dat de techniek goed in elkaar zit, dat het goed voor het milieu zou zijn en dat kernenergie een wezenlijke bijdrage levert aan de energievoorziening. Daar worden ook wat argumenten onder geschoven. Hij twijfelt echter heel ernstig aan dat soort denkbeelden. Hij is namelijk van mening en vele anderen met hem dat het gevaar achter kernenergie overduidelijk is en dat men dat zijn nabestaanden en zichzelf niet moet aandoen, omdat het ook wel eens mis kan gaan en misschien nog wel dichterbij dan toen in Rusland. Hij hoopt dat dat nooit ge beurt door alle mogelijke omstandigheden. Hij denkt niet, dat er nu nog nieuwe feiten boven tafel zullen komen over kernenergie; niet voor de voorstanders en ook niet voor de tegenstanders. Ofwel men schat het risico zeer laag in en vindt, dat men dat rustig kan doen ofwel men schat dat risico zo hoog in, dat men niet bereid is om het te nemen met als gevolg, dat men het beter vindt om in te zetten op alternatieve energie en dus niet bereid is om het probleem van kernenergie voor zich uit te schuiven naar de toekomst, naar de volgende generaties. Het enige wat Essent daar nog aan toe kan voegen, is natuurlijk het propagandapraatje waarom het volgens hen wel zou moeten. Aan kernenergie is namelijk voor ondernemers veel geld te verdienen, omdat de kosten, die in de toekomst ontstaan, meestal opgelegd worden aan de burgers. De ondernemingen dragen die kosten niet. Die kosten zijn voor rekening van de samenleving en worden niet verrekend in de kostprijs van de kernenergie zelf. Spreker heeft nooit een risicocalculatie gezien of een afbouwscenario waarin over lengte van duizenden jaren ingecalculeerd wordt wat dat kost. Zo n kerncentrale wordt gesloten en ontmanteld en dat is het dan. Dan slu it iedereen de ogen. De heer Schneider heeft uiteraard ook kennis genomen van de motie en denkt, dat niemand echt voorstander zal zijn van kernafval. Dat lijkt hem duidelijk. Maar hij vindt wel, dat er vanuit een breder aspect naar gekeken moet worden. Wa nt waarom wordt een tweede kerncentrale überhaupt overwogen? Als men eens na - denkt over de energievoorziening in de toekomst en de beschikbaarheid van olie en gas, die onder druk komt te staan, en de dientengevolge stijgende olieprijzen, die de economische groei verstoren, dan lijkt het hem wel duidelijk, dat er iets moet gebeuren. Er moet gekeken worden naar alternatieve energiebronnen en het lijkt hem niet onverstandig om kernenergie in die overwegingen mee te nemen. Vandaar dat de fractie van de VVD tege n de motie zal stemmen. De heer Sulmann constateert, dat vandaag voorligt de motie afkeuring deelname Essent in een tweede kerncentrale. Aanleiding van deze motie is het schrijven van de gemeente Scheemda aangaande een motie van dezelfde strekking, die door een ruime meerderheid van de gemeenteraad van Scheemda is aangenomen. Deze motie werd ook behandeld in de vergadering van de commissie Burgers en Samenleving van 16 januari jl.. In de commissievergadering heeft zijn fractie aangegeven, dat het overbodig lijkt om deze motie in de gemeente Kerkrade te bespreken, aangezien deze betrekking heeft op een eventuele tweede kerncentrale. Men wil immers een kerncentrale dicht bij de kust bouwen en de zeespiegel is ondanks het veranderende klimaat nog niet tot aan Kerkrade opgetrokken, zoals zijn partijgenoot de heer Rinkens reeds vermeldde in de betreffende commissievergadering. Zoals een ieder waarschijnlijk wel zal weten, wordt de kerncentrale in Borssele gezamenlijk door Essent en energieleverancier Delta geëxploiteerd. Delta heeft al aangegeven graag een tweede centrale te willen exploiteren, maar zou dit niet alleen kunnen. Men denkt daarbij aan Essent als een mogelijke partner. Ook staatssecretaris Van Geel heeft aangegeven, dat een tweede kerncentrale niet uit te sluiten is. Met deze motie wil de Partij van de Arbeid samen met andere partijen dan ook aangeven, dat een pro-actieve opstelling zinnig is. Men wil dan ook een duidelijk signaal aan Essent afgeven. De kern van zijn betoog is, dat kernenergie grotendeels landelijk beleid is, maar dat het in dit geval ook direct raakvlakken heeft met de gemeente Kerkrade. Als aandeelhouder van Essent moet de gemeente Kerkrade het namelijk niet Pagina 3 van 12

4 nalaten om wanneer de meerderheid van deze raad dat nodig acht een signaal aan Essent af te geven. Zijn fractie zal deze motie dan ook ondersteunen. Tevens wil zijn fractie ook aangeven, dat zij het eens is met het voorstel van Burgerbelangen om kernenergie in een breder verband te bespreken. De heer Terpstra (weth.) geeft aan, dat als een meerderheid van deze raad zich voor deze motie uitspreekt, het college die vanzelfsprekend zal uitvoeren. Hij persoonlijk vind het jammer, dat de motie in die zin niet aan de orde is geweest en dat hij niets heeft kunnen vertellen over hetgeen hij als vertegenwoordiger van het college in de aandeelhoudersvergadering van Essent hoort over dit onderwerp. Daar zou hij wel iets over willen vertellen. Verder is het natuurlijk een heel ingewikkeld onderwerp en hij denkt, dat het altijd goed is om iets te bediscussiëren op basis van zo veel mogelijk informatie. Dat kan informatie van zowel voor- als tegenstanders zijn. Maar informatie is altijd verhelderend voor de meningsvorming. En het is ook altijd verhelderend als naar dit soort verhalen geluisterd wordt. Nogmaals, de raad spreekt zich uit voor het al of niet aannemen van deze motie, maar hij blijft erbij om aan te bieden, dat als de discussie in bredere zin gevoerd gaat worden hij en zijn collega Krewinkel graag op de uitnodiging van de raad in zullen gaan om te kijken in hoeverre zij een bijdrage kunnen leveren aan de infor matieverstrekking c.q. discussie. De heer Jacobs wil nog even terugkomen op de woorden van de heer Brauers. De heer Brauers stelde, dat hij er niet aan moet denken, dat er ongelukken zouden kunnen gebeuren in een kerncentrale, die nog dichterbij ligt dan die in Rusland. De situatie is op dit moment echter zo, dat % van de energie, die Essent inkoopt, bestaat uit kernenergie, die afkomstig is uit het buitenland. Keurt de heer Brauers dat wel goed? En hoe gaat hij daar dan mee om? De heer Brauers antwoordt, dat hij dat niet goedkeurt. Hij dacht, dat het persartikel duidelijk was geweest. Hij heeft aan het eind van dat artikel op persoonlijke titel aangegeven, dat er andere keuzes mogelijk zijn. Hij zelf heeft al lang zijn contract bij Essent opgezegd, met name om deze reden. Hij koopt groene energie in. Mis - schien kunnen anderen daar ook eens over nadenken. De vraag is en dat is de heer Jacobs in zijn redenering misschien o ok wel met hem eens dat ook de grondstof uranium niet oneindig is. Die is zelfs heel ein - dig. Als op vrij grote schaal alleen al voor een land als Duitsland de energievoorziening zou moeten worden overgenomen door kernenergie in plaats van andere energiebronnen, dan zouden er zestig kerncentrales gebouwd moeten worden. Dan kan men zich voorstellen over welke orde van grootte men praat als men het voor wat dat betreft heeft over de energievoorziening voor de wereld. Dat is een verschrikkelijk scenario, dat hij niemand zou willen toewensen. Dat is onvoorstelbaar. Dat Essent ervoor kiest om energie in te kopen en dat % van die in te kopen energie ook nog bestaat uit kernenergie, dat moet Essent zelf weten. Maar klanten kunnen ook milieubewuster worden en gaan nadenken over de risico s. Hij weet niet of Essent dan nog zo blij is met de door hen gekozen opstelling. Misschien gaan ze dan wel anders inkopen. De heer Jacobs wil daar nog aan toevoegen, dat Essent niet alleen kernenergie inkoopt, maar ook andere alternatieve energiebronnen. De heer Brauers sluit kernenergie echter helemaal uit. Spreker wijst erop, dat de fossiele brandstoffen waarschijnlijk nog niet eens meer toereikend zijn voor de komende 0 jaar. Hij weet niet of uranium nog zo lang toereikend zal zijn. Hij vraagt of de heer Brauers een combinatie van een kleine hoeveelheid kernenergie, aangevuld met alternatieve energie ook niet als een oplossing ziet. De heer Brauers vindt, dat andere combinaties veel korter bij huis zijn. Mensen zouden met zijn allen meer gebruik moeten maken van bio-energie, die nu dagelijks wordt weggebracht naar de stortplaats in plaats van ze om te zetten in energie. Dat betreft enorme potenties. Dat geldt ook voor windenergie. Daar kan men over denken zoals men wil, maar als bij de kust grote windmolens worden geplaatst op de manier zoals dat hoort, dan zou Essent niet eens meer die % aan kernenergie hoeven in te kopen. Bovendien is het zo, dat de mensen niet door kunnen gaan met steeds meer energie te verbruiken. Dat heeft hetzelfde effect als een kaars waar niet één lont in wordt gestopt, maar tien. Dan zakt de aarde in elkaar. Dat kan dus niet. Een scenario, waarin de vraag naar energie steeds maar toeneemt, is voor de toekomst niet op te brengen. De voorzitter heeft de indruk, dat de raad eigenlijk al bezig is in het daarstraks voorgestelde scenario. Mis - schien kan op een ander tijdstip inderdaad wat uitgebreider terug worden gekomen op het thema energie in de breedst mogelijke zin. De motie wordt vervolgens aangenomen, met dien verstande, dat de fracties van Burgerbelangen en de VVD geacht worden tegen de motie te hebben gestemd. Pagina 4 van 12

5 PUNT 7 5 ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING INTEGRAAL HUISVESTINGSPLAN PRIMAIR EN SPECIAAL ONDERWIJS. De voorzitter licht toe, dat dit onderwerp in twee vergaderingen van de commissie Burgers en Samenleving is besproken. De discussie heeft er in ieder geval toe geleid, dat men ten aanzien van één onderdeel en dat is de situatie rondom De Blokkenberg nog geen definitief besluit wenst te nemen. De raad heeft een stuk ontvangen, dat beter overeenkomt met hetgeen in de betreffende commissievergadering afgesproken is. Het betreft een tekstuele aanpassing in die zin, dat in het IHP de intentie wordt uitgesproken om te streven naar een unilocatie voor De Blokkenberg. Hiervoor dient een haalbaarheidsonderzoek gedaan te worden en naar aanleiding van de uitkomst zal separate besluitvorming plaatsvinden. Dit komt overeen met hetgeen in de commissievergadering besproken is. Dat betekent, dat de hele situatie rondom De Blokkenberg vandaag niet aan de orde is. De rest van het IHP uiteraard wel. De heer N. Krasovec merkt op, dat thans voorligt het Integraal Huisvestingsplan primair en speciaal onderwijs, kortweg het IHP, voor de periode van 06 tot. Burgerbelangen vindt het een goede zaak, dat er periodiek zo n plan wordt opgesteld, waarin de huisvesting van het basisonderwijs en speciaal onderwijs in de hele gemeente onder de loep wordt genomen en dat gereageerd wordt op de ontwikkelingen in het onderwijs. Voor de gemeente Kerkrade zal hierbij met name gelet moeten worden op het dalend aantal leerlingen in de komende jaren. Burgerbelangen kan dan ook grotendeels akkoord gaan met het voorliggend huisvestingsplan. Het grote struikelblok vormde echter de intentie tot het besluit om van de twee locaties van basis - school De Blokkenberg er één te sluiten; of de locatie Haanrade of de locatie Chevremont. De voorkeur van de onderwijsstichting Movare en de wethouder gaat hierbij uit naar het instandhouden en uitbouwen van de locatie van De Blokkenberg in Chevremont. Omdat Burgerbelangen de ontvangen informatie te weinig vond om een onderbouwde beslissing te kunnen nemen in deze ingrijpende kwestie heeft zijn fractie de wethouder om meer inhoudelijke en financiële onderbouwing in de hele kwestie Blokkenberg gevraagd. Het financiële plaatje heeft zijn fractie hierna ook vrij snel van de wethouder gekregen. Achteraf bleken de ontvangen financiële gegevens na onderzoek door de fractie Burgerbelangen niet geheel te kloppen. Hiervoor heeft de wethouder zich netjes verontschuldigd en de fracties ontvingen een nieuwe financiële versie. Omdat er echter gaande de rit steeds meer vragen en onduidelijkheden bij zijn fractie rezen, heeft Burgerbelangen de wethouder inmiddels een vragenlijst overgelegd over de kwestie Blokkenberg. Hierop wenst zijn fractie graag correcte en verhelderende antwoorden te krijgen waarna Burgerbelangen een beter inzicht dient te krijgen in de hele kwestie Blokkenberg. Bij een beslissing over het eventueel sluiten van één van de basisschoollocaties dient met meerdere zaken rekening te worden gehouden, zoals het leefbaarheidsaspect in de wijk, het hele financiële plaatje en niet in de laatste plaats de gevolgen voor het lesniveau van de leerlingen. Burgerbelangen vindt, dat het lespeil en dus de kwaliteit van het basisonderwijs wel altijd en onder alle omstandigheden gegarandeerd moet worden. In het huidige huisvestingsplan staat verder, dat de intentie wordt uitge sproken om te streven naar één unilocatie voor De Blokkenberg. Burgerbelangen heeft in zijn verstuurde vragenlijst aangegeven om drie situaties te onderzoeken, namelijk het openhouden van beide Blokkenberglocaties in zowel Chevremont als Haanrade, het sluiten van de locatie Haanrade en het sluiten van de locatie Chevremont. Door nu akkoord te gaan met de in het plan vermelde intentie om te streven naar één unilocatie voor De Blokkenberg wil Burgerbelangen ervoor waken dat het onderzoek naar het openhouden van beide locaties hiermee uitgesloten wordt. Zijn fractie vraagt de wethouder bij dezen om de optie tot het onderzoeken van het mogelijk openhouden van beide locaties alsnog mee te nemen in het voorliggende huisvestingsplan. Hierbij vraagt Burgerbelangen de wethouder om in de toekomst zorgvuldiger om te gaan met gegevens, die noodzakelijk zijn voor een beslissing, die kan leiden tot eventuele sluiting van een school in de wijk. Zijn fractie vertrouwt erop, dat de wethouder dit zal doen. Burgerbelangen houdt in ieder geval de vinger aan de pols. Voor Burgerbelangen is het belangrijk, dat een ja tegen het voorliggende voorstel geen ja voor het sluiten van de school in Haanrade betekent. Zijn fractie vraagt wethouder Bosch dan ook om dit nogmaals te bevestigen. Na beantwoording van de toegezonden vragen en verdere discussie in de commissie en eventueel de raad wil zijn fractie ten aanzien van de locaties van De Blokkenberg in Haanrade en Chevremont een apart besluit nemen op grond van inhoudelijke en financieel onderbouwde gegevens. Als de wethouder akkoord kan gaan met het voorbehoud van Burgerbelangen om niet alleen de situatie te onderzoeken van het sluiten Pagina 5 van 12

6 van één van de twee locaties, maar ook die van het eventueel openhouden van beide locaties, dan kan Burgerbelangen instemmen met het voorliggende huisvestingsplan. Mevrouw Szalata-Thomas bevestigt, dat in de afgelopen twee vergaderingen van de commissie Burgers en Samenleving een specifiek deel van het IHP steeds centraal heeft gestaan, namelijk de mogelijke sluiting van de dislocatie Haanrade van basisschool De Blokkenberg. Dit onderdeel, dat heel wat vragen en discussie heeft opgeroepen, is inmiddels uit het IHP gelicht en daar zal separate besluitvorming over plaatsvinden. De verdere inhoud van dit IHP verdient echter zeker ook aandacht. Er wordt een duidelijk en compleet beeld gegeven van wat er in de komende jaren met de onderwijshuisvesting staat te gebeuren. Voor zover mogelijk is er niets aan het toeval overgelaten. Het voorliggende IHP borduurt voort op het vorige IHP. Er werd en wordt op een planmatige manier omgegaan met de gevolgen van het krimpend aantal leerlingen. Het sluiten, verhuizen en samenvoegen van scholen is een proces, dat in de samenleving de nodige emoties oproept. Het verdwijnen van een school is een ware aderlating voor een buurt. De fractie van de PvdA is zich dat terdege bewust. Echter het instandhouden van schoolgebouwen met leegstand is voor een schoolbestuur op de langere termijn niet op te brengen. Geld, dat naar onderwijs zou moeten gaan, wordt gestoken in de bekostiging van de leegstand. En dat is voor kinderen, ouders en leerkrachten een onwenselijke situatie. Kortom, het dilemma is groot. In het voorliggende IHP zijn de huisvesting van het speciaal onderwijs met o.a. een nieuw te bouwen school en de samenvoeging van d r Durpel en de Gracht met een nieuwe school aan het Plein de speerpunten. Inmiddels zijn er al de nodige stappen in deze processen genomen. In het IHP is te lezen, dat een nieuwe gymzaal bij de school aan het Plein niet binnen de financiële kaders van het IHP gerealiseerd kan worden. Gezien de te verwachten problemen met de capaciteit vraagt de fractie van de PvdA de wethouder met klem toch naar mogelijkheden op zoek te gaan om dit te realiseren. Afsluitend concludeert zij, dat er een gedegen plan voorligt, dat een duidelijk beeld schetst over de onderwijshuisvesting in de komende jaren. De PvdA stemt hier dan ook mee in. De heer Ruiters brengt naar voren, dat de recente publicaties in de krant en de discussie binnen de commissie Burgers en Samenleving bijna de indruk zouden wekken, dat het Integraal Huisvestingsplan alleen maar gaat over de eventuele sluiting van een locatie van De Blokkenberg op Haanrade dan wel Chevremont. Gezien de impact van zo n besluit is dat heel begrijpelijk, maar het is eigenlijk wel jammer voor het totale plan, dat daardoor minder aandacht krijgt. Helaas heeft de wethouder inderdaad foutieve gegevens verstrekt, die later weer zijn gecorrigeerd. Een en ander heeft ook helaas niet bijgedragen aan de gevraagde duidelijkheid. Het aantal leerlingen is in twijfel getrokken, de vergelijking qua kosten scheelde enkele tonnen en in de commis - sie kwam ook nog het argument van een slechte cv-installatie even aan de orde, dat door Movare ontkracht werd. En als men dan ook nog naar de inspraakreacties luistert, die namens de Haanraadse verenigingen zijn uitgesproken en de aanvullende vragen, dan vindt het CDA het goed, dat over de kwestie rondom De Blokkenberg separate besluitvorming zal plaatsvinden en dat gewoon gewacht wordt op de juiste, correcte cijfers. De onderwijskundige aspecten en perspectieven zijn voor het CDA het uitgangspunt met betrekking tot de te maken afwegingen. Door diezelfde onderwijsbril kijkend neemt zijn fractie met tevredenheid kennis van de verschuivingen, aanpassingen en concentraties, die onlangs hebben plaatsgevonden binnen het onderwijs; oplossingen voor grote leegstand, stijgende exploitatiekosten en de slechte staat van enkele scholen. En als men dan kijkt naar de financiën, dan laat die financiële verantwoording duidelijk zien, dat de mogelijkheden zeer begrensd zijn. Koppel daaraan ook nog het dalende aantal leerlingen en dan zullen de mogelijkheden tot een minimum beperkt worden. De op het huisvestingsbeleid van toepassing zijnde uitgangspunten zijn: voldoen aan de opheffingsnorm, de optimale schoolgrootte en die schommelt landelijk tussen de 3 en 0 leerlingen een redelijke bereikbaarheid, goede kwaliteit, het efficiënt inzetten van middelen en het inspelen op de onderwijskundige ontwikkelingen. Deze uitgangspunten zullen bij toekomstige afwegingen een grote rol moeten spelen. Als men kennisneemt van de wensenlijst en van datgene wat binnen de financiële kaders uitgevoerd kan worden, dan wil zijn fractie nadrukkelijk aandacht vragen voor twee wensen, waar vooralsnog geen ruimte voor is. De eerste betreft de ontwikkelingen m.b.t. de dislocatie van De Blokkenberg. Maar zoals gezegd zijn hier afspraken over gemaakt in die zin, dat daar nog aparte besluitvorming over zal plaatsvinden. En de tweede betreft de nieuwbouw van de gymzaal in Kerkrade-West op het Plein, zoals de PvdA ook al aangaf. De discussie toentertijd gaf duidelijk twee knelpunten aan, die de besluitvorming in de weg stonden, namelijk de verkeerssituatie en het ontbreken van een gymzaal. Raadsbreed werd toen ook de aanbeveling gedaan om de verkeerssituatie nadrukkelijk in ogenschouw te nemen en ook alles in het werk te stellen om daar een nieuwe gymzaal te realiseren. Afsluitend gaat zijn fractie uiteraard akkoord Pagina 6 van 12

7 met het voorliggend ontwerpbesluit inzake de vaststelling van het integraal huisvestingsplan en zij wacht de separate besluitvorming af. De heer Brauers geeft aan, dat de voorzitter bij zijn inleiding terecht vermeldde, dat het vandaag te nemen besluit in elk geval niet De Blokkenberg omvat. Daar zal inderdaad nog apart over van gedachten worden gewisseld op basis van de dan beschikbare cijfers over de verschillende scenario s, zoals die door Burger belangen en anderen zijn aangehaald. Die scenario s zijn ook door sprekers fractie gevraagd en door vele anderen in deze raad. Zijn fractie ondersteunt die richting dan ook van harte. Zijn fractie kan het helemaal eens zijn met de inhoud van dit stuk waar het eigenlijk om gaat. Hij hoopt en dat wil h ij toch nog eens herhalen dat ook met betrekking tot de scholen meer aandacht wordt besteed aan duurzaamheid en energieverbruik. Hij verwijst in dezen met name naar de nieuwe school, de Campus. Hij zou graag een overzicht willen zien van wat een gebouw als de Campus op dit moment aan energie verbruikt. Als de gemeente de kans krijgt om scholen te renoveren, dan zou dit soort aspecten moeten worden meegenomen; ook in het integrale huisvestingsplan en zeker daar waar straks mogelijkerwijs besluiten moeten worden genomen over het opwaarderen van één en mogelijk zelfs twee scholen. Hij is echter van mening, dat de raad ten aanzien van de kwestie De Blokkenberg zo realistisch moet zijn, dat het wellicht over één school zal gaan. Maar dat zal de toekomst leren. Hij wil er echter hoe dan ook voor pleiten om dat soort aspecten in de overwegingen mee te nemen. De exploitatiekosten van een school worden immers voor een groot gedeelte ook bepaald door het energieverbruik. De heer Bell geeft aan, dat de SP vindt, dat in de eerste plaats gekeken moet worden naar de samenhang en de leefbaarheid in de wijk en de functie van de school binnen de wijk. Rondom een school zijn veel bewegingen, sociale controle en er vinden veel sociale contacten plaats, zoals ouderavonden, advies, gezamenlijke activiteiten en vergaderingen. In een kleine, hechte wijk kan het verdwijnen van een school de wijk veranderen in een achterstandswijk. De bezorgdheid van de buurtbewoners is groot; ook gezien het aantal handtekeningen en de insprekers. Een school in de buurt nodigt uit tot investeren in nieuwbouw; dus nieuwe bewoners en meer kinderen. Het is belangrijk om de functie van de school te laten meewegen en uit te breiden door overblijfmogelijkheden, naschoolse activiteiten, kinderopvan g, peuteropvang, jeugdzorg, sport en buurtactiviteiten. De SP pleit ervoor om niet alleen de harde cijfers te laten spreken of het aantal leerlingen, maar vooral de leefbaarheid van de buurt en daardoor het welzijn van de burgers. Verder heeft hij nog een vraag over de ontwikkeling van de z.m.l.k.-school. Deze scholen zijn verplicht om kinderen in te schrijven als ze een indicatie hebben. Toch zijn er kinderen met een indicatie, die niet geplaatst worden. Worden er in de toekomst extra therapeuten en gespecialiseerde leerkrachten ingezet? De heer Schneider brengt naar voren, dat er al meerdere malen gesproken is over het feit, dat over de voorgenomen sluiting van de dislocatie Haanrade eventueel separate besluitvorming plaatsvindt. Zijn fractie is dan ook benieuwd naar de uitkomsten van het haalbaarheidsonderzoek en neemt de voorgenomen sluiting op dit moment dan ook voor kennisgeving aan in afwachting van. Datzelfde geldt echter ook voor de nieuwbouw van de fusieschool voor d r Durpel en De Gracht op de locatie Plein. Zoals ook door het CDA en de PvdA is aangegeven, heeft sprekers fractie ook meerdere keren in het verleden aangegeven, dat de aanpassing van de infrastructuur en de haalbaarheid van een gymzaal belangrijke factoren zijn bij de realisatie en bij de waardering van die nieuwbouwlocatie. Zijn fractie rest derhalve dan ook enkel nog de vraag aan de wethouder wanneer de uitkomsten van die haalbaarheidsonderzoeken kunnen worden gepresenteerd. Dat is eigenlijk concreet nog de vraag. Inhoudelijk vond zijn fractie het stuk hartstikke helder. Zij heeft daar dan ook verder geen opmerkingen meer over. De heer Bok wil even aansluiten op de woorden van de heer Schneider. Het plan is inderdaad helder. Hij wil namens de fractie van BBK Lokaal nog drie opme rkingen maken. Hij wil de heer N. Krasovec van Burgerbelangen erop wijzen, dat het voorliggende besluit uitgaat van een unilocatie en niet van allerlei andere varianten. Hij denkt eerlijk gezegd, dat andere alternatieven ook niet haalbaar zijn. Dat is zo afgesproken en daar gaat hij ook mee verder. De heer N. Krasovec wil daar graag even op inhaken. De heer Bok wil eerst zijn verhaal even afmaken. In de commissie is afgesproken, dat het uitgangspunt in elk geval een unilocatie voor De Blokkenberg zou zijn, maar dat men zich nog niet wil uitspreken voor een bepaalde locatie. De heer N. Krasovec heeft toen niet aangegeven, dat hij dat gewijzigd wilde zien. Hij denkt, dat het college hier correct gehandeld heeft en duidelijk aangeeft, dat er gestreefd wordt naar een unilocatie. De heer N. Krasovec wil daar graag op reageren, maar dat is natuurlijk ter beoordeling van de voorzitter. Pagina 7 van 12

8 De heer N. Krasovec merkt op, dat in het stuk staat, dat gestreefd zal worden naar één unilocatie. Daarmee wordt uitgesloten, dat onderzocht wordt wat het eventueel gaat kosten om toch beide locaties open te houden. Daarom heeft zijn fractie voorbehoud gemaakt bij dit IHP. Dat heeft zijn fractie trouwens ook vermeld in het stuk aan de wethouder. Dat is dus niets nieuws en ook geen nieuwe situatie. Het gaat hem puur om het onderzoeken van de mogelijkheid om beide locaties open te houden. De heer Bok vindt, dat men op die manier hooguit zichzelf iets wijs maakt. De heer N. Krasovec wijst erop, dat die woorden uiteraard voor rekening van de heer Bok zijn. De heer Bok vervolgt zijn betoog. Zijn fractie is het eens met de in de commissievergadering gemaakte afspraak over De Blokkenberg. Er komt een aanvullend onderzoek en te zijner tijd zal een en ander besproken worden. Eén vraag is voor zijn fractie cruciaal en daar wil hij zo meteen ook graag antwoord op hebben van de wethouder. Stel dat deze raad kiest voor een unilocatie van De Blokkenberg in Haanrade en dat Movare daar niet mee akkoord gaat. De wethouder stelde namelijk, dat Movare in dezen bevoegd is. De voorzitter van de betreffende commissie heeft ook uitdrukkelijk aangegeven, dat Movare een eigenstandige beslissingsbevoegdheid in dezen heeft. Hij wil expliciet weten of het zo is, dat Movare gewoon neen kan zeggen en het besluit van de raad naast zich neer kan leggen. Dat ligt natuurlijk anders als de raad zou kiezen voor een unilocatie van De Blokkenberg op Chevremont. Dan zou het namelijk wel passen in het straatje van Movare en zou Movare zich naar alle waarschijnlijkheid conformeren aan het standpunt van de raad. Maar spreker wil expliciet weten of Movare de bevoegdheid heeft om het standpunt van de raad naast zich neer te leggen als de raad zou kiezen voor een unilocatie in Haanrade. Het antwoord van de wethouder kan dus in feite heel kort zijn. Maar dan weet deze raad in elk geval waarvoor hij hier zit en of verdere discussie nog zin heeft. Tenslotte wil hij nog even ingaan op de geplande nieuwbouw van de fusieschool Spekholzerheide/Gracht. Meerdere fracties hebben in dezen gepleit voor het bouwen van een gymzaal. Zijn fractie zou dat nogmaals willen onderstrepen en het college willen vragen om dat misschien zelfs buiten het huisvestingsplan om te doen. Waarom? Het wordt steeds moeilijker om wijken leefbaar te houden en dit soort beslissingen zijn toch erg ingrijpend voor een wijk. Er maken op dit moment ook verenigingen gebruik van de gymzaal op de Gracht. Het lijkt hem dan ook zinvol dat er ook in de nieuwe situatie een gymzaal komt. Als hij de reacties in de raad beluistert, heeft hij de indruk, dat de meerderheid van de raad zelfs bereid is om buiten het huisvestingsplan om gelden ter beschikking te stellen voor de bouw van een gymzaal. In de richting van de heer Krasovec merkt hij op, dat hij ervan overtuigd is, dat wethouder Bosch zeer zorgvuldig met deze materie omgaat. De heer Bosch (weth.) antwoordt in de richting van de heer Bok, dat hij dat laatste zeker probeert te doen. Maar zelfs als men heel zorgvuldig probeert te zijn, kan het gebeuren, dat er een fout gemaakt wordt. Hij heeft daar ook zijn excuses voor aangeboden en hij heeft de juiste cijfers alsnog aangeleverd. Hij hoopt alleen, dat dat gegeven geen zelfstandig element in de inhoudelijke discussie gaat vormen, want daar zou hij zich in elk geval ten stelligste tegen verzetten. Gecorrigeerde cijfers zijn gecorrigeerde cijfers en excuses zijn excuses en daarmee moet de baard af zijn. Dat wil hij hardop uitgesproken hebben om daarmee straks niet ook nog rare en oneigenlijke argumenten op tafel te krijgen in een discussie. Dat gezegd hebbende kan hij zich vooral vinden in de woorden van die raadsleden, die vandaag ook hebben aangegeven, dat dit integrale huisvestingsplan toch vooral een antwoord probeert te geven op een demografische ontwikkeling waar een ieder erg veel last van heeft, maar waar men anderzijds met name als men de onderwijssituatie zou analyseren de vruchten van kan plukken. In de afgelopen jaar heeft men een achteruitgang gezien, waarbij het aantal basisschoolkinderen terug is gelopen van om en nabij de naar om en nabij de Verder kan de raad in de prognoses zien, dat dit aantal nog verder achteruit zal gaan. Dat betekent ook, dat er van de 2 klaslokalen, die in gebruik waren, in de toekomst nog maar amper 1 in gebruik zullen zijn. Er is al heel veel uit de markt genomen om het maar even oneerbiedig te zeggen. Dat is gebeurd in goede samenspraak met samenleving en onderwijsbesturen. Als hij terugkijkt op de plekken, die in het kader van het vorige IHP in de afgelopen jaren zijn opgepakt, dan kan het onderwijs met recht zeggen, dat het voelt, dat de gemeente Kerkrade fors op onderwijs geïnvesteerd heeft en daarmee het onderwijs en de samenleving ook een forse dienst heeft bewezen. Voor wat dat betreft is de gemeente Kerkrade eerder o p stoom gekomen dan een aantal omliggende gemeenten en hij is ook blij, dat de raad hem altijd de ruimte heeft gegeven om dat in dat tempo op te pakken, want de kwaliteitsslag is zichtbaar in zowat alle schoolgebouwen. Dat neemt niet weg dat men op zo n traject altijd weer tegen moeilijke situaties aanloopt, die niet alleen de raad, maar ook het college en schoolbesturen voor moeilijke dilemma s plaatsen. Het is niet zo, dat de bedoeling om te komen tot bijvoorbeeld unilocaties voor een onderwijsvoorziening een argument op zich is of dat dat bedoeld is om alleen maar centen te sparen. Wie weet hoe een basisschool van binnenuit functioneert, die kan zich ook een heel Pagina 8 van 12

9 goed beeld vormen van de hartenwens van alle teams op basisscholen om vooral op één plek en één locatie te zitten en met elkaar vorm te kunnen geven aan dat onderwijsleerproces en aan het pedagogisch klimaat omdat dat nu eenmaal inherent is aan het functioneren van een basisschool. Wie op twee of drie locaties zit en voortdurend geconfronteerd wordt met de communicatie tussen drie locaties weet hoe dat voelt. En dus heeft de gemeente al jaren geleden in samenspraak met de betrokken schoolbesturen de uitgangspunten geformuleerd, die ook aan dit IHP ten grondslag hebben gelegen. En daarbij is de vraag van maatvoering absoluut een belangrijke vraag. Wanneer is een basis school op zijn ideale grootte? Bij de start van het vorige IHP is nog uitgegaan van een omvang van tussen de 0 en 0 leerlingen. De dalende leerlingenaantallen en de bereikbaarheid vormen dan al snel tegenpolen ten opzichte van elkaar. Want dat zou betekenen, dat er nog sneller en meer scholen samengevoegd hadden moeten worden dan feitelijk is gebeurd. En dat is één van de aspecten waarbij is toegegeven aan de praktijk en gezegd is, dat bereikbaarheid ook belangrijk is en dat men dus niet te snel moet willen gaan. En dus is het aantal scholen dat in dit IHP genoemd wordt zo n beetje het eindplaatje op basis van de voorspellingen en de prognoses met betrekking tot leerlingenaantallen. Dat betekent dus, dat er ten aanzien van een drie- of viertal plekken nog beslissingen genomen moeten worden. Een aantal van die beslissingen zijn intussen genomen en ook door de raad geaccordeerd. En dan komt hij ook meteen bij de vraag van de heer Schneider wanneer dat haalbaarheidsonderzoek te verwachten valt. Spreker heeft dat eerder bij de algemene beschouwingen ook nog een keer gezegd. Als hij een opdracht van de raad krijgt om te komen tot gezamen lijke herhuisvesting van de basisscholen d r Durpel en De Gracht op een unilocatie aan het Plein want dat is de opdracht die hij van de raad heeft gekregen dan gaat hij daarmee aan de slag en uit het feit, dat het college nu bezig is met de procedure om een architect te selecteren voor die locatie kan de heer Schneider opmaken, dat de haalbaarheidsonderzoeken hebben geleid tot positieve uitkomsten. Dat wordt ook in het IHP vermeld. De heer Schneider kan ook zien, dat met de bekostiging van de nieuwe school rekening wordt gehouden in de reguliere uitgaven op grond van de onderwijshuisvestingsmiddelen en hij mag er dan ook van uitgaan, dat hij achter een reeds vertrokken trein aan het aanhollen is. Als de heer Schneider deze vraag blijft herhalen, vreest spreker dat de heer Schneider over drie jaar nog aan het hollen is, maar dan komt hij wel een schoolgebouw tegen aan het Plein op Spekholzerheide. De heer Schneider interrumpeert de wethouder met de opmerking, dat het wellicht verstandig is om daar nu meteen even op in te haken, zodat niet steeds weer daarop teruggekomen hoeft te worden. De zorg van zijn fractie en hij proeft dat ook bij andere fracties gaat niet zo zeer uit naar de locatie sec of naar het feit of de beoogde fusie al dan niet noodzakelijk is. Zijn fractie maakt zich al tijden zorgen over het feit, dat een school niet enkel en alleen uit een gebouw bestaat en daarom blijft zijn fractie daar ook naar informeren. Bij een school hoort immers ook en dat is heel belangrijk voor zowel kinderen als omwonenden een goede infrastructuur, aandacht voor de veiligheid van kinderen en aandacht voor faciliteiten. en die zorg leeft al tijden bij zijn fractie en daarom blijft zij daar ook naar informeren heeft te maken met het feit, dat een school niet enkel en alleen uit een gebouw bestaat. Bij een school is het ook heel belangrijk voor zowel de kinderen als de omwonenden, dat er een goede infrastructuur is, dat er aandacht is voor de veiligheid van kinderen en voor faciliteiten. Zijn fractie heeft aangegeven, dat zij dat een heel belangrijk aspect vindt, heeft gevonden en ook blijft vinden. Hij informeert enkel en alleen bij de wethouder wanneer deze kan aangeven hoe die infrastructuur er uiteindelijk gaat uitzien en of die gymzaal er komt. De heer Bosch (weth.) interrumpeert de heer Schneider met de opmerking, dat deze dat dan anders had moeten formuleren. De heer Schneider wil zich dan best verontschuldigen. De heer Bosch (weth.) kan daarvan aangeven, dat men al een aardig eind op streef is met het in kaart brengen van die problematiek en de oplossingen daarvoor, maar dat er ook een heldere afspraak is gemaakt. Bij de start van dit traject is gezegd, dat men pas op het moment, dat de architect van start gaat, concreet over een aantal zaken kan gaan praten. Dan komt er ook, net als bij de brede school Kerkrade-Oost, een begeleidingsgroep, waarbij ook de omwonenden betrokken zullen worden om op basis van inzichten met betrekking tot verkeersafwikkelingen, parkeren, bereikbaarheid en dat soort aspecten tot een plaatje te komen, dat voor iedereen acceptabel is en dat in ieder geval ook aan de door de heer Schneider genoemde uitgangspunten van met name veiligheid zal moeten beantwoorden. Alleen is dat geen onderdeel geweest van een haalbaarheidsonderzoek. Dat zal deel uitmaken van het vertalen van de concrete situatie naar de praktijk toe. Wat namelijk niet kan en dat wil hij toch nog even duidelijk uitgesproken hebben is dat als men het eens is met zowel het schoolbestuur als beide scholen over een te kiezen locatie en men heeft u itgemeten of het daar ook kan en men heeft ook gronden en panden aangekocht om dat te kunnen realiseren, dat men dan op basis Pagina 9 van 12

10 van het feit dat er ook nog verkeersproblemen opgelost moeten worden dat hele traject daarop laat wachten. Aangenomen mag worden en dat bewijzen ook alle locaties waar nieuwbouw van scholen heeft plaats gevonden dat dit soort problemen op de een of andere manier altijd oplosbaar zijn. En daarbij is de ene oplossing natuurlijk altijd wat minder optimaal dan de andere, maar oplosbaar zijn die problemen altijd. Hij heeft ook nog bij de algemene beschouwingen aangegeven, dat er op de plek waar de brede school Kerkrade-Oost De Steltloper gerealiseerd is vrij goede oplossingen zijn gevonden voor de problemen met betrekking tot verkeersveiligheid, oversteken en bereikbaarheid. Oplossingen, die op dit moment naar tevredenheid functioneren. Dus het college houdt rekening met deze aspecten, maar die vormen geen onoverkoombare hordes meer om te komen tot nieuwbouw op dit plek. Zo ver reiken de inzichten op dit moment in ieder geval wel. Hij zou toch nog op een aantal opmerkingen van raadsleden en fracties in willen gaan. Allereerst de heer N. Krasovec. Spreker heeft diens vragenlijst ontvangen conform datgene wat in de commis - sie is afgesproken. Hij heeft de heer N. Krasovec ook duidelijk gemaakt, dat voor wat het college en het schoolbestuur betreft het streven gericht is op unilocatie. Maar het college kan uiteraard de cijfers, die te maken hebben met het handhaven van twee locaties ten behoeve van De Blokkenberg, gelijktijdig presenteren, want die zijn beschikbaar. Daar liggen ook prognoses aan ten grondslag inzake de nog te ontstane leegstand als gevolg van de leerlingenprognoses en de gevolgen daarvan voor de exploitatie. Dat kan de heer N. Krasovec krijgen. Dat is geen enkel probleem. Het is aan de fractie van Burgerbelangen om dat soort gegevens een rol te laten spelen in haar afweging. Dan komt hij meteen uit bij de vraag van de heer Bok. Hoeveel heeft de raad hier nou nog in te vertellen? Spreker heeft in de commissie al gezegd en hij wil dat hier best nog eens herhalen dat als het schoolbestuur uit eigen middelen een unilocatie regelt voor basisschool De Blokkenberg en geen voorziening aanvraagt bij deze gemeente, dat de raad daar dan niets over te zeggen heeft. De raad heeft pas iets in te brengen als het schoolbestuur afhankelijk wordt van een artikel 19-procedure omdat het te bouwen volume niet binnen het bestemmingsplan gerealiseerd kan worden. Maar dan tellen andere afwegingen ten aanzien van het al dan niet medewerking verlenen aan zo n artikel 19-procedure. Het schoolbestuur heeft dat niet gedaan en de raad heeft uit de woorden van de heer Kraak, die in de commissievergadering aanwezig was, ook kunnen begrijpen, dat het schoolbestuur ook niet de intentie heeft om dat te doen. Het schoolbestuur gaat ook niet alleen maar uit van harde cijfers als er al mensen zouden zijn, die dat wellicht denken. Spreker gaat niet uit van harde cijfers alleen en het schoolbestuur evenmin. De heer Brauers interrumpeert de wethouder met de mededeling, dat hij nog een aanvullende vraag heeft naar aanleiding van de vraag van de heer Bok over verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Wie blijft verantwoordelijk voor de exploitatie van het gebouw als de onderwijsbevoegdheid niet onttrokken wordt aan het gebouw? De heer Bosch (weth.) veronderstelt dat de heer Brauers de onderwijsbestemming bedoelt. Als de onderwijsbestemming niet onttrokken wordt aan het gebouw blijft het schoolbestuur verantwoordelijk voor de exploitatie van dat gebouw. De heer Brauers concludeert uit dat antwoord, dat de raad toch nog wat invloed heeft. De heer Bosch (weth.) begrijpt niet zo goed wat de heer Brauers daarmee bedoelt. De heer Brauers licht toe, dat het schoolbestuur dan met kosten blijft zitten en dat is toch een reden om met de gemeente in overleg te treden. De heer Bosch (weth.) was juist bezig om dat te verduidelijken. Het schoolbestuur doet dat niet en natuurlijk probeert het schoolbestuur om uit te komen met de middelen, die het van het Rijk krijgt voor de exploitatie van schoolgebouwen. Sterker nog, het schoolbestuur probeert natuurlijk zo doelmatig mogelijk om te gaan met die middelen, omdat ieder dubbeltje wat aan het gebouw besteed moet worden niet ten goede komt aan het onderwijs als zodanig. Een ieder zal het met hem eens zijn, dat dat in elk geval de intentie hoort te zijn. Een schoolbestuur is er niet om leegstand in gebouwen te bekostigen. Dat is overigens niet nieuw. Dat is ook nadrukkelijk in het vorige integrale huisvestingsplan als uitgangspunt genomen. Men geeft schoolbesturen de ruimte om op een doelmatige manier met de hun ter beschikking staande middelen om te gaan. En nogmaals dat is een proces waarbij men niet over één nacht ijs is gegaan en w aarbij is getracht om gezamenlijk voor iedere specifieke situatie tot het formuleren van een goed antwoord te komen. Hij heeft zojuist al aangegeven, dat men daar in Kerkrade vroegtijdig aan begonnen is en daar tot nu toe ook wonderwel in geslaagd is. Hij heeft er ook het volste vertrouwen in, dat dit ook zal gebeuren met betrekking tot de situatie rond De Blokkenberg. Dat neemt niet weg, dat voor de raad en dat geldt ook voor de afzonderlijke raadsfracties andere argumenten de doorslag kunnen geven als voor het schoolbestuur. Maar als het schoolbestuur de gemeente om een voorziening vraagt, die de gemeente kan weigeren de gemeente kan in dit geval immers ook de Pagina van 12

11 voorziening ten behoeve van De Blokkenberg weigeren dan wil dat nog niet zeggen, dat daarmee de ideale situatie is gecreëerd of dat daarmee de leefbaarheid in een wijk veilig is gesteld. Dan gaat zo n schoolbestuur namelijk vanzelf op zoek naar andere mogelijkheden om binnen de bestaande gebouwen toch aan kostenbesparing te doen. En dat kan bijvoorbeeld door zomaar binnen zo n schoolgebouw een aantal lokalen voor een tijd te laten dichttimmeren, zodat er in ieder geval niet meer gestookt hoeft te worden en er in ieder geval niet meer gepoetst hoeft te worden of wat dan ook. En al dit soort aspecten spelen daar natuurlijk een rol in. De heer Brauers heeft wat moeite met dit soort horrorscenario s. Het zijn per slot van rekening nog altijd de ouders die bepalen naar welke school hun kinderen gaan. Het kan niet zo zijn, dat een schoolbestuur zo ver gaat om te laten zien wat hun positie is in de samenleving. De heer Bosch (weth.) denkt dat de heer Brauers hem niet goed begrepen heeft. De heer Brauers denkt dat hij de wethouder wel degelijk goed begrepen heeft. Als een school dichtgetimmerd gaat worden... De heer Bosch (weth.) wijst de heer Brauers op het feit, dat hij niet heeft gezegd, dat een school dichtgetimmerd gaat worden en het is ook geen horrorscenario. Het is wat dagelijkse schoolpraktijk is op het moment dat beslissingen over schoolgebouwen uitgesteld worden, omdat de daarvoor verantwoordelijke financier, zijnde het gemeentebestuur, de middelen niet beschikbaar stelt. Dan gaat een schoolbestuur op zoek naar andere mogelijkheden om tot kostenbesparingen te komen. Dat is wat spreker gezegd heeft. En dat doet zo n schoolbestuur niet in Haanrade of Chevremont alleen. Dat doet zo n schoolbestuur overal waar het enigszins nodig en mogelijk en noodzakelijk is. Met andere woorden: de raad staat hier niet alleen om een vraag te beantwoorden. Als het goed is zal die vraag door het gemeentebestuur en het schoolbestuur gezamenlijk beantwoord worden. En dat is ook precies de procedure, die is afgesproken voor wat betreft De Blokkenberg. Dan de nieuwbouw aan het Plein. Hij heeft niet voor niets in de toelichting vermeld, dat er in de financiering, die de raad aan het college heeft meegegeven met betrekking tot de onderwijshuisvesting geen ruimte zit voor het financieren van de sluiting van een deel van De Blokkenberg, voor aanpassingen aan een aantal schoolgebouwen in verband met onderwijskundige middelen en voor de bouw van een gymzaal bij de nieuwbouw voor d r Durpel en De Gracht in Kerkrade-West. Dat zijn zaken en hij heeft de raad zojuist goed beluisterd waarvoor de middelen nog gezocht zullen moeten worden. Hij heeft ook al in de commissievergadering aangegeven, dat het voornemen van het college erop gericht is om in het kader van de voorjaarsnota te bekijken welke mogelijkheden er zijn. Dat betekent dus ook de raad heeft de cijfers met betrekking tot het bewegingsonderwijs in het IHP kunnen bekijken dat de vraag of er een gymzaal wordt gerealiseerd bij de nieuwbouw in Kerkrade-West ook dan pas beantwoord kan worden. Hij heeft voor wat dat betreft nu eenmaal niet de mogelijkheid om de onderwijsmiddelen uit zijn mouw te toveren. Hij denkt, dat hij daarmee de vragen van de raad in grote lijnen heeft beantwoord. De heer Bell heeft nog een vraag gesteld over kinderen, die wel een indicatie voor een z.m.l.k.-school hebben, maar desondanks niet worden geplaatst. Het is echter niet aan spreker als wethouder onderwijs om die vraag te beantwoorden. Die verantwoordelijkheid ligt primair bij het schoolbestuur, omdat toelating tot een z.m.l.k.-school enerzijds afhankelijk is van indicatiestelling, maar plaatsing anderzijds een gecompliceerde zaak is door factoren als plaats en ruimte. En dat geldt zeker voor het type z.m.l.k.-school. Hij kan die vraag dus niet beantwoorden, maar hij is graag bereid om daar buiten deze vergadering om met de heer Bell nog eens goed naar te kijken of naar te laten kijken. Afrondend zou hij willen stellen, dat het voorliggende IHP de onderwijsvoorzieningen voor primair en speciaal onderwijs in Kerkrade toekomstproof zal maken. Als het plaatje kan worden afgerond zoals dat in het IHP als beleidsplan is vastgelegd en vandaag hopelijk door de raad wordt geaccordeerd, dan is Kerkrade volgens hem qua onderwijs klaar voor de toekomst, want dan is volgens hem het dieptepunt in het aantal leerlingen schoolgaande kinderen bereikt en is de nood om verdere maatregelen te nemen ook niet meer aanwezig. Maar tot die tijd en dat is tot zijn er wel nog een aantal stappen te gaan. Daar is vanavond over gesproken. Hij is van mening, dat Kerkrade in een waardevol proces zit. Dat is geen proces wat vandaag eindigt. Daar waar de budgetten, die bij de begroting aan het college zijn toegekend ten behoeve van onderwijshuisvesting, niet voldoende zijn, zal het college in de vorm van separate voorstellen naar de raad terug moeten. En dan doelt hij met name op de drie punten, die specifiek benoemd zijn in de nota van toelichting. De heer N. Krasovec deelt mede, dat zijn fractie blij is met de toezegging van de wethouder ten aanzien van het door zijn fractie gevraagde. Als zijn fractie haar vragenlijst redelijk beantwoord krijgt en ook de toezegging krijgt, dat eventueel onderzocht zal worden wat het openhouden van beide locaties gaat kosten en wat dat voor consequenties heeft, dan kan zijn fractie op basis daarvan tot een afgewogen beslissing komen. Hoe Pagina 11 van 12

12 andere fracties daarover denken, dat moeten ze zelf weten. Die hebben dat blijkbaar niet nodig. Onder die voorwaarden kan zijn fractie in elk geval instemmen met het voorliggende IHP. Mw. Szalata-Thomas weet niet hoe de heer Krasovec tot die laatste conclusie komt. De voorzitter constateert, dat de fractie van de PvdA de door Burgerbelangen gevraagde gegevens ook heel graag wil hebben. De heer N. Krasovec merkt op, dat hij zojuist begrepen heeft, dat er ook fracties zijn, die niet alle informatie willen hebben. De heer Brauers vindt, dat niet onvermeld mag blijven, dat de heer Smeijsters er als voorzitter van de commissie Burgers en Samenleving alles aan gedaan heeft om ervoor te zorgen, dat de tekst zodanig is aangepast, dat de raad daar vanavond met een gerust hart een besluit over kan nemen. Hij wil de heer Smeijsters daar graag voor bedanken. De wethouder heeft gesproken over onderlinge communicatie in een school met verschillende locaties. Spreker is van mening, dat communicatie vooral mensenwerk is. Er zijn talloze bedrijven, instellingen, stichtingen en scholen, die jarenlang verspreid zitten over meerdere locaties en toch goed kunnen werken. Dus dat hoeft geen groot nadeel te zijn. Dat is volgens hem gewoon mensenwerk. Dat mag volgens hem dan ook zeker niet als doorslaggevend argument worden gebruikt. Een belangrijk argument om een andere keuze te maken over de sluiting van de locatie Haanrade was gebaseerd op de grote financiële verschillen tussen het openhouden van één van beide locaties. Dat mag niet ontkend worden. Dat argument werd zowel door Movare als door het college aangehaald en hij moet zeggen, dat dat argument ook niet onbelangrijk was. Het gaat natuurlijk niet alleen maar om het geld, maar het is wel zaak om goed en zuinig met je geld om te springen. Uit het bijgestelde financiële plaatje blijkt echter, dat dit argument nu zo goed als verdwenen gezien het kleine verschil. De heer Bosch (weth.) wil nog een tweetal opmerkingen maken. De opmerking met betrekking tot de tekst laat hij voor rekening van de heer Brauers. De heer Brauers stelde ook, dat communicatie mensenwerk is en dat dat argument niet doorslaggevend mag zijn. Spreker wil de heer Brauers erop wijzen, dat het niet aan de raad is en ook niet aan hem als wethouder o m te oordelen over de wens van het onderwijs om op één locatie te functioneren. Het schoolbestuur heeft nadrukkelijk bij de gemeente het verzoek neergelegd om te komen tot een unilocatie van De Blokkenberg. De heer Brauers heeft ook gesproken over energieverbruik in relatie tot schoolgebouwen. Bij de nieuw te bouwen school aan het Plein is de gemeente het met het schoolbestuur erover eens, dat uitgangspunt voor de nieuwbouw zal zijn een zo energiezuinig mogelijk gebouw. Er is zelfs sprake van een 0 -energieschool. In elk geval is de intentie om daar zo maximaal mogelijk naar te streven. Desondanks zijn energielasten onderdeel van de exploitatie van een school. En die exploitatie ligt niet bij de gemeente, maar juist bij het schoolbestuur als zodanig. En beslissingen daarover worden dus niet door de gemeente genomen. Daar is al eerder over gediscussieerd, maar toen zat de heer Brauers nog in een andere hoedanigheid naast spreker. Toen ging het over een alternatief verwarmingssysteem voor het Campusgebouw. Daar heeft de school/het schoolbestuur uiteindelijk uit kostenoverwegingen besloten om niet te kiezen voor dat voorstel. Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming geaccordeerd. PUNT 8 SLUITING. De voorzitter sluit vervolgens de vergadering om.00 uur. Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 28 maart 07. De voorzitter, De raad voornoemd, De griffier, Pagina 12 van 12