Strategienota ZUID-AFRIKA

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Strategienota ZUID-AFRIKA"

Transcriptie

1 SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL AFFAIRES ÉTRANGÈRES, COMMERCE EXTÉRIEUR ET COOPÉRATION AU DÉVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GÉNÉRALE DE LA COOPÉRATION AU DÉVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING DGOS DIRECTIE-GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Strategienota ZUID-AFRIKA Tshwane, juli 2002 De Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGOS) is de Belgische overheidsinstantie die instaat voor ontwikkelingssamenwerking. Voor elk van de 25 partnerlanden van de Belgische bilaterale internationale samenwerking wordt een dergelijke Strategienota voorbereid. Daarin wordt vastgelegd hoe de Belgische overheid van plan is het partnerland te helpen om zijn ontwikkelingsdoelstellingen op de middellange termijn te realiseren. Die Strategienota vormt de basis voor de uitwerking van het Indicatieve Samenwerkingsprogramma (ISP) dat ter goedkeuring wordt voorgelegd tijdens de bilaterale commissie tussen België en zijn partner. De voorbereiding van zo n Strategienota omhelst het raadplegen van overheden, ondernemingen, het maatschappelijke middenveld en andere instanties, zowel in het partnerland als in België.

2 Inhoudstafel ACRONIEMEN iv VOORWOORD I 1. Beschrijving van het land Historisch perspectief De recente politieke evolutie Politieke context Bestuurlijke organisatie: hoofdlijnen van het beleid Buitenlands beleid: de rol van Zuid-Afrika in de regio De sociale en menselijke situatie: een duale maatschappij Inleiding Wie zijn de armen en waar leven zij? Conclusie Economische en financiële situatie De economie Goed bestuur Transversale elementen HIV/AIDS Gender Leefmilieu Het ontwikkelingsbeleid van Zuid-Afrika Ontwikkelingsplannen Sectoren Gezondheidszorg Politiediensten en veiligheid Landbouw en rurale ontwikkeling Civiele maatschappij Houding van de lokale regering tegenover buitenlandse hulp: responsabilisering en financiële deelname Algemeen Budgettaire aspecten Budgethulp Donorcoördinatie Analyse van de Belgische hulp De gezamenlijke Belgische hulp Een strategische aanpak Rechtstreekse bilaterale samenwerking Beurzen Rechtstreekse bilaterale samenwerking via Niet-gouvernementele Organisaties Onrechtstreekse bilaterale samenwerking 22 Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz ii

3 Onrechtstreekse financiering via NGO s Samenwerking tussen de universiteiten Andere programma s Juridische aspecten Het beleid en de strategie van het ontwikkelingsland Lessen uit het verleden Een beperkt aantal sectoren Projectmatige of programmagerichte aanpak Werken in het middenveld Toekomstige Belgische samenwerkingsstrategie Het Belgisch wettelijk kader Bilaterale intergouvernementele samenwerking tussen Zuid-Afrika en België Rechtvaardiging Doelstellingen Prioriteiten Bilaterale samenwerking met de regering Rechtstreekse samenwerking met het middenveld Coherentie en complementariteit van de Belgische bilaterale samenwerking 36 Bibliografie 37 Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz iii

4 ACRONIEMEN ANC APEFE BNP BTC CIUF DGOS DRC EU GEAR HIV KKMO s KMMA ITM NEPAD NDA NGO ODA OESO RDP SADC UNDP VLIR VVOB African National Congres Association pour la Promotion de l Education et de la Formation à l Etranger Bruto Nationaal Product Belgische Technische Coöperatie Conseil inter-universitaire de la Communauté française Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking Democratische Republiek Congo Europese Unie Growth Employment and Redistribution Human immunodeficience Virus Kleine, Middelgrote en Micro-ondernemingen Koninklijk Museum voor Midden-Afrika Prince Leopold Institute of Tropical Medicine Nouveau partenariat pour le développement de l Afrique National Development Agency Niet-gouvernementele organisatie Official Development Aid Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling Reconstruction and Development Program Southern African Development Community UN Development Program Vlaamse interuniversitaire Raad Vlaamse Vereniging voor Ontwikkelingssamenwerking en Technische Bijstand Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz iv

5 VOORWOORD NIEUWE PARTNERSCHAPPEN VOOR GLOBALE ARMOEDEBESTRIJDING EN DUURZAME ONTWIKKELING De Wet van 25 mei 1999 bepaalt dat om de doelstellingen van duurzame menselijke ontwikkeling te realiseren voor elk partnerland van de Belgische directe bilaterale samenwerking een strategienota wordt opgesteld. Zulke nota s worden eveneens opgesteld voor de vijf sectoren van de Belgische bilaterale samenwerking en drie sectoroverschrijdende thema s. De nota s worden met het advies van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling en de Commissie Vrouwen en Ontwikkeling overgemaakt aan de Kamer van volksvertegenwoordigers en aan de Senaat. De modaliteiten en procedures voor het uitwerken van deze strategienota s werden vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 21 september Deze strategienota s worden om de vier jaar geëvalueerd en geactualiseerd. Strategienota s en modernisering van de Belgische hulp De internationale hulpgemeenschap staat voor een enorme uitdaging in de strijd voor armoede bestrijding en duurzame ontwikkeling. Nooit eerder heeft de wereldgemeenschap zulke duidelijk meetbare doelstellingen inzake armoedebestrijding gedefinieerd zoals deze opgesomd in de VN Millennium Ontwikkelingsdoelstellingen (MOD) (zie bijlage), of gewezen op het belang van duurzame ontwikkeling zoals op de Wereldtop over Duurzame Ontwikkeling in Johannesburg. En nooit eerder werden de bestaande hulpsystemen zo open en kritisch bevraagd. Ook in België werden en worden vragen gesteld bij de doeltreffendheid van de officiële ontwikkelingshulp. Zo organiseerde een parlementaire opvolgingscommissie in 1996 en 1997 de meest grondige en publieke doorlichting van de Belgische hulp uit haar vier decennia oude geschiedenis. Onder meer voor het onderdeel van de bilaterale samenwerking de hulp tussen België en de partnerstaat stelde de opvolgingscommissie disfuncties vast. De combinatie van beperkte middelen, geografische en sectorale versnippering, onaangepaste hulpinstrumenten, en een te grote invloed van politieke en/of commerciële belangen verminderden de impact van de Belgische bilaterale hulp. Administratieve onbeheersbaarheid en gebrek aan transparantie waren enkele van de gehoorde klachten. Ook op het vlak van de multilaterale samenwerking stelde men versnippering en gebrek aan oriëntatie vast. De Parlementaire Opvolgingscommissie formuleerde aanbevelingen voor de hervorming van het federale hulpsysteem waarvan de belangrijkste verankerd zijn in een kaderwet (de Wet op de Internationale Samenwerking van 25 mei 1999). Deze wet bepaalt enerzijds de algemene doestellingen van de Belgische samenwerking, meer bepaald de duurzame menselijke ontwikkeling te realiseren door middel van armoedebestrijding. Anderzijds legt de wet eveneens vast dat geografische en sectorale concentratie, alsook de transparante programmering en strategische inzet van mensen en middelen, integraal deel uitmaken van de modernisering van de Belgische hulp. Bij het streven naar meer impact door concentratie, transparantie en open dialoog kunnen strategienota s een belangrijke rol spelen. Ze moeten bijdragen tot meer doorzichtigheid bij het bepalen van de prioriteiten, tot een grotere samenhang en een betere afstemming bij het programmering van de hulp op gedeelde doelstellingen. Zo wordt de geografische

6 versnippering en de administratieve onbeheersbaarheid tegengegaan door een vermindering van het aantal partnerlanden (nu tot 25). Het aantal multilaterale partners werd teruggebracht tot 22, en een aparte strategienota werd opgesteld die de strategieën verduidelijkt van de Belgische samenwerking met deze organisaties. Ook concentreert de overheid de inspanningen in vijf mensgerichte sectoren: basisgezondheidszorg; onderwijs/vorming, landbouw/voedselzekerheid, basisinfrastructuur en maatschappijopbouw/conflictpreventie. De strategienota s komen tot stand in een ruimere dialoog en moeten op een geïntegreerde en samenhangende wijze antwoorden bieden op de meerdimensionale armoedeproblemen. De Wet op de Internationale Samenwerking maakt onderscheid tussen de Belgische strategieën voor haar partnerschap met partnerlanden de landenstrategienota s en de sectorstrategienota s. Verder zijn er eveneens drie transversale of horizontale thema s waarvoor eveneens strategienota s worden opgesteld: het streven naar meer gelijkheid tussen vrouwen en mannen, de zorg om de draagkracht van het milieu, en de ontwikkelingsdimensie van de sociale economie. Kwaliteitsvolle partnerschappen In mijn beleidsnota Kwaliteit in de Solidariteit bevestigde ik het belang van deze hervormingen, en kaderde ze in het bredere streven naar verbeterde en verruimde partnerschappen voor duurzame ontwikkeling. Een verbeterd partnerschap veronderstelt een grotere toe-eigening door het partnerland van de processen en de programma s ter bestrijding van armoede; ook wel het principe van het lokaal meesterschap (ownership) genoemd. Het is in de eerste plaats aan de ontwikkelingslanden om de leiding te nemen in het ontwikkelingsproces. Donoren moeten hun strategieën zo opstellen en uitwerken dat de capaciteit van de partner maximaal wordt versterkt om eigen doeltreffende armoedestrategieën op te stellen en uit te voeren. Dit impliceert de verankering van acties binnen de instellingen van het partnerland: zowel staats- als niet-staatsactoren, op het centraal of op het lokaal niveau. Die toe-eigening is een wezenlijke factor voor duurzaamheid en is medebepalend voor de impact van de hulp. Er is ook nood aan een verruimd partnerschap, aan een grotere betrokkenheid in Noord en Zuid. Dat houdt enerzijds in dat een ruimere politieke en maatschappelijke dialoog moet gevoerd worden over de strategienota s in eigen land. Niet-gouvernementele organisaties, gespecialiseerde instellingen en experts, de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, de Commissie Vrouwen en Ontwikkeling en uiteindelijk ook het parlement worden betrokken bij dit overleg. Anderzijds is er in de partnerlanden zélf nood aan een bredere betrokkenheid van de actoren bij het beleid en bij het bepalen van de agenda voor armoedebestrijding. De aandacht voor de plaats en het belang van het maatschappelijk middenveld in de strijd tegen armoede in de ontwikkelingslanden is toegenomen. Dat komt onder meer tot uiting in het programma van schuldkwijtschelding (High Indebted Poverty Countries - HIPC) van de Internationale Financiële Instellingen. Landen die in aanmerking willen komen voor zulke schuldkwijtschelding moeten aangeven op welke wijze een ruimere maatschappelijke dialoog is georganiseerd bij het opstellen van de zgn. Poverty Reduction Strategy Papers PRSP. Té veel echter wordt enkel lippendienst bewezen aan deze aanpak. Ook leert de praktijk dat het verbreden van zulk maatschappelijk draagvlak bij het uitwerken van strategieën voor armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling een moeizaam en langzaam proces is. Enkele oriënterende vragen daarbij zijn: Is er ruimte voor het maatschappelijk middenveld, de privé-sector, het parlement, de lokale gemeenschappen, vakbonden,..om zich uit te spreken over beleidsvragen? Hoe is het gesteld met de burgerlijke en politieke vrijheden, of met sociale en culturele rechten? Wat zijn de tendensen, in welke richting Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz II

7 evolueert het land op al deze thema s? En hoe eigen zijn al die processen zijn het niet eerder opgelegde kopieën van Westerse modellen? Landenstrategienota s bevatten landenspecifieke informatie die een programmering van de hulp (volume, instrumenten en programma s) kunnen onderbouwen. Het heeft immers geen zin om universele modellen op te leggen. De aanpak van donoren moet de plaatselijke en nationale context respecteren. Dat wil niet zeggen dat er kritiekloos moet worden overgenomen wat partnerlanden voorstellen. Verschillende dimensies die een impact hebben op armoede en duurzame ontwikkeling moeten grondig worden gewogen: de oriëntaties van het beleid, de kwaliteit van de instellingen, de toegang van burgers tot basisdiensten, de betrokkenheid van maatschappelijke doelgroepen bij armoedebestrijding, de situatie van de individuele, politieke, sociale en culturele mensenrechten, van de positie en rol van de vrouw, de inbedding in de internationale economie, enzomeer. (Strategienota s moeten ook aangeven hoe donoren tewerk gaan, over welke troeven ze beschikken en moeten een langer termijnperspectief weerspiegelen.) Eén prioriteit is de betere integratie van het milieu en de principes van duurzame ontwikkeling in de armoedestrategieën en de andere nationale planningsprocessen. Het is immers één van de doelstellingen van de Internationale Gemeenschap om nationale strategieën voor duurzame ontwikkeling te bevorderen tegen het jaar Landenstrategieën houden rekening met deze factoren. Deze aanpak gaat evenwel de analysecapaciteit van individuele donoren ver te boven. Bovendien vereist een geïntegreerde en duurzame aanpak, coherentie, samenspraak en samenwerking tussen donoren en multilaterale organisaties, alsook gespecialiseerde niet-gouvernementele organisaties. Dit moet bijdragen tot het bundelen van hulpmiddelen, het verdelen van taken, het collectief inschatten van risico s aan bepaalde hulpvormen, het harmoniseren van procedures en het reduceren van transactiekosten. Het voorbeeld van de begrotingshulp verduidelijkt het belang van deze collectieve inspanningen en analyse. Begrotingshulp is de financiële steun aan de begroting van partnerlanden ter ondersteuning van armoedebestrijding en het hervormen van instellingen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de financiële beheers- en verantwoordingssystemen (accountability) van de openbare instanties van het partnerland. Begrotingshulp biedt allerlei potentiële voordelen ten opzichte van projecthulp, maar veronderstelt wel een beter inzicht in zowel beleid (begrotingsopmaak en prioriteitszetting), het financieel en macro-economisch beheer van de overheid, en de risico s alsook de potentie voor het verbeteren van de overheidsinstellingen. Niet in alle Belgische partnerlanden kunnen de landenstrategieën evenwel op dezelfde wijze worden toegespitst op armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling. Alhoewel er een dialectische verhouding is tussen armoede en vrede, impliceert het doorbreken van die cirkel een basis van vrede, een engagement van de overheid en een minimum aan institutionele onderbouw. Een zestal partnerlanden van België worden gerekend tot de zgn. fragiele staten. Ze verkeren in een gewelddadig intern conflict, of zijn betrokken in complexe regionale oorlogvoering zoals in de Regio van de Grote Meren. Andere partnerlanden hebben net een burgeroorlog achter de rug of worden geconfronteerd met politieke instabiliteit. Landenstrategienota's geven in zulke gevallen aan hoe de programmering van de hulp en de keuze van de partners aangepast dient te worden aan de dynamiek van de oplossing van het conflict. De strategienota over vredesopbouw en conflictpreventie gaat dieper in op de problematiek van aangepaste programmering van hulp en het opbouwen van Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz III

8 partnerschappen in onstabiele partnerlanden. Nog andere sectorale strategienota's zoals deze over de sectoren onderwijs, landbouw / voedselzekerheid, basisinfrastructuur en gezondheidszorg zetten strategische krijtlijnen uit voor programmering in deze domeinen in de partnerlanden en voor andere samenwerkingsprogramma's van DGOS. Thematische strategienota's reiken andere aspecten aan voor duurzame armoedebestrijding: de gelijkheid tussen man en vrouw, de draagkracht van het milieu, de sociale economie. Deze strategienota s dienen gelezen te worden in hun samenhang. Armoede is een meerdimensionaal probleem dat niet kan aangepakt worden met eenduidige sectorale oplossingen. Duurzame ontwikkeling veronderstelt dat rekening gehouden wordt met het geheel van de sociale, culturele, politieke, economische, en ecologische dimensies. Lessen en perspectieven Voor het eerst in de geschiedenis van de Belgische ontwikkelingssamenwerking heeft de overheid op zo brede schaal strategieën opgesteld (33 in totaal 1 ). Voor het eerst ook werden deze intern én extern besproken met een veelheid van actoren. Strategienota s komen tot stand door overleg: tussen Brussel en het terrein binnen DGOS; tussen de verschillende directies-generaal van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, met het maatschappelijk middenveld, gespecialiseerde instellingen En ten slotte volgt eveneens de bespreking in het parlement. Hoewel in deze fase de bespreking in het parlement nog moet aanvangen zijn er al enkele lessen te trekken uit het schrijfproces. Zo zijn vragen gesteld over het gebrek aan kruisbestuiving tussen de sectoraal/thematische strategienota s en de landennota s. Dat heeft vooral te maken met de omvang van het schrijfwerk en het overlegproces (veelheid van nota s en van actoren) en de gestelde wettelijke termijn waarbinnen de nota's na advies van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling en van de Commissie Vrouwen en Ontwikkeling moeten ingediend worden in het parlement. Nuttige maar moeilijk te organiseren suggesties zijn al geformuleerd over de wisselwerking en synergieën tussen de nota s onderling, over hun omvang, over de coördinatie met andere donoren en over een verdere uitbreiding van de gedachtewisseling met Gewesten en Gemeenschappen. Ondertussen maakt ook de Europese Unie meer werk van zgn. Country Assistance Strategies, en verfijnen de belangrijkste donoren en multilaterale ontwikkelingsorganisaties zulke strategienota's. Niet onterecht waarschuwt het Ontwikkelingscomité van de OESO dan ook voor het gevaar van een proliferatie van schrijfprocessen: hoofddoel is het versterken van de capaciteit van de partnerlanden om nationaal gedragen - en internationaal gesteunde strategieën voor armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling te concipiëren en uit te voeren. Toekomstige strategienota s zullen er dus anders moeten uitzien. Bij het opstellen van de nieuwe Belgische landennota's moet immers rekening gehouden worden met deze trends om zo het partnerschap voor armoedebestrijding te versterken. Het bepalen van ontwikkelingsstrategieën is een proces. Strategieën moeten regelmatig geactualiseerd worden in functie van de evoluties op het terrein, maar ook van de evaluaties van de verwezenlijkingen. De modernisering van het hulpsysteem veronderstelt een systeem van resultaatopvolging en evaluatie. Dat laat toe om een institutioneel geheugen op te bouwen en om ervaringen terug te koppelen. Hoewel landennota s aanvankelijk enkel opgevat zijn als kader voor de bilaterale ontwikkelingssamenwerking, kunnen ze ook dienen voor het 1 34 indien de strategienota over de multilaterale organisaties wordt meegeteld Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz IV

9 bevorderen van coherentie, complementariteit en samenwerking met andere kanalen en instrumenten van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. Het participatieve proces van de strategienota's is één onderdeel van de modernisering van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. Over deze hervormingen stelde de Parlementaire Opvolgingscommissie al in 1997 dat deze veranderingen de nodige tijd moeten krijgen de commissie sprak van tien jaar om te slagen. Ondertussen voltrekt zich de integratie van DGOS in de nieuw opgerichte Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, wordt het resultaatgericht administratief beheerssysteem van Copernicus geïntroduceerd én is een debat aangezwengeld rond de ontwikkelingssamenwerking van Gewesten en Gemeenschappen in hun relatie tot de federale ontwikkelingshulp. Ik pleit voor continuïteit in de modernisering waartoe het parlement de aanzet heeft gegeven en de federale ontwikkelingsadministratie reeds aanzienlijke inspanningen heeft geleverd, zoals deze strategienota s illustreren. Bijkomende institutionele schokken zullen minstens tijdens de overgangsperiode de noodzakelijke modernisering en de evolutie naar grotere voorspelbaarheid en continuïteit, concentratie, verhoging van het hulpvolume en kwaliteitsverbetering van het federale hulpsysteem ter ondersteuning van globale armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling. Tot slot nog dit: de ingediende strategienota s zijn niet volmaakt en ongetwijfeld ongelijk van kwaliteit. Ik heb al verwezen naar enkele oorzaken en naar een perspectief op verbetering. Ik pleit ervoor om de volgende wettelijk voorgeschreven strategienota s niet en bloc na vier jaar in te dienen, maar hun presentatie te spreiden: één deel binnen twee jaar, één deel na drie jaar en een deel na vier jaar. De volgende reeks strategienota s zal alleszins nog meer moeten aansluiten bij de beleidsprioriteiten inzake globale armoedebestrijding van de partners, en nog meer streven naar coördinatie met andere donorinstellingen. E. BOUTMANS Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz V

10 Millenium-ontwikkelingsdoelen (MDG s) Doelen en doelstellingen Doel 1. Uitbannen van extreme armoede en honger Doelstelling 1. Tussen 1990 en 2015 halveren van het deel van de bevolking met een inkomen van minder dan één dollar per dag Doelstelling 2. Tussen 1990 en 2015 halveren van het deel van de bevolking dat honger lijdt Doel 2. Verwezenlijken van universeel basisonderwijs Doelstelling 3. Waarborgen dat, tegen 2015, kinderen overal ter wereld, ongeacht hun sekse, de basisschool kunnen afmaken Indicatoren voor de vooruitgangsopvolging 1. Het bevolkingsdeel met minder dan één dollar (PPA) per dag 2. Het cijfer dat de armoedekloof [incidentie x mate van armoede] 3. Het aandeel van de armste 20% in de nationale consumptie 4. De prevalentie van kinderen met ondergewicht (onder de vijf jaar) 5. Het bevolkingsdeel dat minder energetische waarde uit voeding krijgt dan minimaal noodzakelijk 6. Het netto-inschrijfcijfer in het basisonderwijs 7. Het leerlingenaandeel dat begint in klas 1 en klas 5 haalt 8. Het aantal 15- tot 24-jarigen dat kan lezen en schrijven Doel 3. Bevorderen van gelijke kansen voor mannen en vrouwen en empowerment van vrouwen Doelstelling 4. Wegnemen van de ongelijkheid tussen man en vrouw in het basisonderwijs en het secundair onderwijs, bij voorkeur tegen 2005 en uiterlijk in 2015 op alle onderwijsniveaus Doel 4. Verminderen van kindersterfte Doelstelling 5. Tussen 1990 en 2015 het sterftecijfer van kinderen onder de vijf jaar met twee derde terugbrengen 9. De verhouding tussen jongens en meisjes in het basis-, secundair en tertiair onderwijs 10. De verhouding tussen mannen en vrouwen in de leeftijd van jaar die kunnen lezen en schrijven 11. Het deel van de vrouwen dat niet in de agrarische sector in loondienst werkt 12. Het deel van de zetels in het nationaal parlement dat in handen is van vrouwen 13. Sterftecijfer bij kinderen onder de vijf jaar 14. Sterftecijfer bij zuigelingen 15. Het gedeelte van de tegen mazelen ingeënt eenjarigen Doel 5. Verbeteren van de gezondheid van jonge moeders Doelstelling 6. Tussen 1990 en 2015 het sterftecijfer onder 16. Sterftecijfer van jonge moeders jonge moeders met driekwart terugbrengen 17. Deel van de geboorten die begeleid wordt door medisch deskundig personeel Doel 6. Bestrijding van VIH/aids, malaria en andere ziekten Doelstelling 7. Tegen 2015 een halt toeroepen aan en beginnen met de terugdringing van de verspreiding van HIV/aids Doelstelling 8. Tegen 2015 een halt toeroepen aan en beginnen met de terugdringing van de incidentie van malaria en andere ernstige ziekten Doel 7. Waarborgen van de duurzaamheid van het milieu Doelstelling 9. Integreren van de beginselen van duurzame ontwikkeling in het beleid en programma s van landen en terugdringen van het verlies aan milieubronnen Doelstelling 10. Tegen 2015 halveren van het deel van de bevolking zonder duurzame toegang tot veilig 18. De VIH-prevalentie bij zwangere vrouwen tussen jaar oud 19. De mate waarin voorbehoedsmiddelen worden gebruikt 20. Het aantal weeskinderen tengevolge van HIV/aids 21. De prevalentie van malaria en sterftecijfers in verband met malaria 22. Het bevolkingsdeel in malariagebieden dat aan effectieve malariapreventie doet en zich laat behandelen 23. De prevalentie van tuberculose en sterftecijfers in verband met tuberculose 24. Het deel van TBC-gevallen dat wordt opgespoord en genezen in het kader van DOTS (Directly Observed Treatment Short Course) 25. Het gedeelte van het landoppervlak dat bedekt is met bossen 26. Het landoppervlak dat beschermd wordt voor het behoud van de biodiversiteit 27. Het BNP per eenheid energiegebruik (als benadering voor energie-efficiëntie) 28. Emissies van kooldioxide (per hoofd van de bevolking) en gebruik van CFC s die ozonlaag afbreken (ODP ton] 29. Het bevolkingsdeel dat vaste brandstof gebruikt 30. Het bevolkingsdeel (stedelijk en ruraal) met duurzame toegang tot verbeterde waterbronnen Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz VI

11 drinkwater Doelstelling 11. Tegen 2020 een aanzienlijke verbetering hebben bereikt in de levens van ten minste 100 miljoen mensen die in sloppenwijken wonen Doel 8. Ontwikkelen van een mondiaal partnerschap voor ontwikkeling Doelstelling 12. Verder ontwikkelen van een open, op regels gebaseerde, niet discriminerend handelsstelsel en financieel stelsel. Omvat een verplichting tot goed bestuur, ontwikkeling, en armoedebestrijding zowel op nationaal als internationaal niveau. Doelstelling 13. Tegemoetkomen aan de speciale behoeften van de minst ontwikkelde landen. Omvat : belasting- en quotavrij exporteren door de MOL s ; een uitgebreider schuldverlichtingprogramma voor arme landen met een zware schuldenlast (HIPC) en kwijtschelding van de officiële bilaterale schuld, en een gullere verlening van ODA aan landen die zich verplichten tot armoedebestrijding Doelstelling 14. Tegemoetkomen aan de speciale behoeften van ontwikkelingslanden die omringd zijn door land en de kleine insulaire ontwikkelingslanden (door middel van het Barbados-programma en de bepalingen van de 22 Algemene Vergadering) Doelstelling 15. Alomvattende aanpak van de schuldenproblematiek van ontwikkelingslanden via nationale en internationale maatregelen om de schuld op de lange termijn duurzaam te maken Doelstelling 16 In samenwerking met ontwikkelingslanden, strategieën op punt stellen en uitvoeren die jongeren toelaten fatsoenlijke en nuttige arbeid te vinden Doelstelling 17. In samenwerking met farmaceutische bedrijven toegang verlenen tot betaalbare en essentiële geneesmiddelen in ontwikkelingslanden Doelstelling 18. In samenwerking met de particuliere sector beschikbaar stellen van de voordelen van nieuwe technologieën, met name informatieen communicatietechnologie 31. Het deel van de bevolking met toegang tot verbeterde riolering 32. Het deel van de bevolking dat verzekerd is van een dak boven hun hoofd [het uitsplitsen van een aantal van bovenstaande indicatoren voor de stad en het platteland kan van belang zijn voor de monitoring van de verbetering in de levens van de bewoners van sloppenwijken] Op een aantal van de hieronder genoemde indicatoren zal afzonderlijk toezicht worden gehouden wat betreft de minst ontwikkelde landen (MOL s), Afrika, ingesloten landen en kleine insulaire ontwikkelingsstaten Officiële ontwikkelingshulp (Official Development Aid, ODA) 33. De netto-oda als percentage van het BNI van de DACdonors [doelstellingen van 0,7% in totaal en 0,15% voor MOL s] 34. Het bilateraal ODA-aandeel sectoraal opgesplitst, bestemd voor fundamentele sociale voorzieningen (basisonderwijs, eerstelijnsgezondheidszorg, voeding, veilig water en riolering) 35. Het bilateraal ODA-deel van de DAC-donoren dat is losgekoppeld 36. Het ODA-deel (% van BNI) bestemd voor milieubescherming in kleine insulaire ontwikkelingsstaten 37. Het ODA-deel (% van BNI) bestemd voor de vervoersector in ingesloten landen Markttoegang 38. Het importaandeel van ontwikkelde landen (naar waarde en met uitzondering van wapens) afkomstig van ontwikkelingslanden 39. De gemiddelde niveaus van douanetarieven toegepast door ontwikkelde landen op de landbouw-, textielproducten en kleding afkomstig van ontwikkelingslanden 40. Schatting van de subsidies voor de agrarische sector in OESO-landen in % van BNI 41. Het ODA-deel voor het opbouwen van handelscapaciteit Duurzaamheid van de schuld 42. Aantal landen dat het beslissingspunt en het voltooiingspunt punt van het HIPC-initiatief heeft bereikt 43. Het ODA-deel in de vorm van schuldverlichting (HIPC) 44. De schuldendienst als percentage van de export van goederen en diensten 45. Het werkloosheidscijfer van personen tussen de jaar 46. Het bevolkingsdeel met duurzame toegang tot betaalbare en essentiële geneesmiddelen 47. Het aantal telefoonlijnen en draagbare telefoons per 100 mensen 48. Het aantal PC in gebruik en internet-gebruikers per 100 mensen Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz VII

12 Strategienota ZUID-AFRIKA Tshwane, juli 2002

13 1. Beschrijving van het land 1.1 Historisch perspectief De huidige situatie van Zuid-Afrika kan pas begrepen worden binnen het historische perspectief van de apartheid. Zuid-Afrika is een van de enige landen in Afrika waar de kolonisten een eigen bestaan opbouwden, met de bedoeling te blijven. Deze tendens werd nog versterkt bij de ontdekking van ertsen en mineralen. In het begin van de 19 de eeuw werd de eerste industrie gevestigd. Bij de ondertekening van de vrede tussen Britten en Afrikaners na de Boerenoorlogen, werd een begin gemaakt om van een ongeregelde verovering van het land over te gaan tot een op wetten gebaseerd systeem om de meerderheid van de bevolking, de Afrikanen 2, uit te sluiten van duurzame ontwikkeling. De Afrikaanse gemeenschap werd het verboden om volwaardig deel te nemen aan het economisch leven. Sinds 1913 (Group Areas Act) was het hen verboden grond te bezitten in sommige gebieden. De Nationale Partij richtte vanaf 1948 het land in ten voordele van de Afrikaners 3. De apartheidswetten van 1948 bepaalden dat de zwarten enkel in de "blanke" gebieden mochten verblijven om aan de noden van de blanken te voldoen. Hun permanente woonplaats zou in de vaak onvruchtbare homelands zijn. Zwarte Zuid-Afrikanen werd het verboden om een bedrijf te voeren buiten de homelands. Binnen de homelands werden individuele eigendomsrechten afgeschaft en overgedragen aan chiefs. De Afrikanen hoorden immers, volgens de apartheidsideologie, in stamverband te leven. Parastatalen werden gecreëerd om tewerkstelling en diensten te leveren voor de Afrikaans sprekende blanken (telefoon, televisie, elektriciteit,...). Na jarenlange strijd werd het apartheidssysteem onhoudbaar. In de analyse wordt aangegeven hoe de apartheid nog altijd weegt op de economie, de landbouw, de ambtenarij, het onderwijs, de gezondheidszorg en de justitie. Sinds de eerste nationale democratische verkiezingen in 1994 werden er grote stappen gezet om tot democratisering van de samenleving te komen. Een onrechtvaardig systeem dat in die mate geïnstitutionaliseerd was als de apartheid, wordt echter niet op enkele jaren omgevormd. De menselijke kost van apartheid Sinds de Group Areas Act werden zwarte gemeenschappen of eigenaars uit hun huis gezet en overgebracht naar onvruchtbare homelands. Door het gebrek aan voorzieningen stierven, de eerste jaren na de gedwongen verhuizing van de redundant people, duizenden kinderen van ondervoeding, diarree. Zo zouden er in 1967 alleen meer dan kinderen gestorven zijn als gevolg van de massale deportaties naar de homelands. De Afrikanen genoten minderwaardig bantoeonderwijs, terwijl van de blanken verwacht werd dat zij voortgezet onderwijs volgden. De boycot van de minderwaardige scholen in 2 Terminologie: tijdens de apartheid werd de bevolking ingedeeld naar afkomst en kleur. De oorspronkelijke Afrikanen werden als "zwart" bestempeld. De mensen van het Indisch subcontinent werden als "Indiër" gecatalogeerd en de "blanken". Naargelang de tint van de huid waren er ook verschillende soorten "kleurlingen" tussen zwart en blank. De mate van discriminatie hing af van de tint van de huid en de krulling van het haar. Deze raciaal bepaalde terminologie wordt in internationale publicaties meestal vermeden. USAID spreekt van "historically disadvantaged populations", wat ook de kleurlingen, homofielen en gehandicapten omvat. De Wereldbank gebruikt "Africans", wat verward kan worden met "Afrikaners", de Afrikaanssprekende blanken. De Nederlanders omzeilen het begrip volledig. In dit document wordt de terminologie uit het rapport van de Truth and Reconciliation Commission overgenomen: zwarte Zuid-Afrikanen worden Afrikanen genoemd. Naar kleurlingen, Indiërs, Aziaten en blanken, wordt met deze woorden verwezen. 3 De blanken die Afrikaans spreken noemen zichzelf Afrikaners. Afrikaans is een met Nederlands verwante taal. Afrikaners waren oorspronkelijk vooral in de landbouw actief. Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 1

14 de strijd tegen de apartheid leidde tot het teloorgaan van de culture of learning. De jongeren bleven gewoon thuis omdat het onderwijs toch niet goed was. Het respect voor studie en leraren ging verloren. Het gezondheidssysteem werd opgezet om de blanken van topgeneeskunde te voorzien. In de homelands, waar het grootste deel van de bevolking moest leven, was er onvoldoende basisgezondheidszorg. De economische kost van apartheid De formele economie werd gestimuleerd om weinig (Afrikaanse) ongeschoolde arbeid nodig te hebben. Daardoor is de blanke economie zeer kapitaalsintensief in vergelijking met landen met een vergelijkbare ontwikkeling. De tewerkstelling van laaggeschoolden in de formele economie is relatief laag. De volledige tewerkstelling voor Afrikaners in de parastatalen leidde tot inefficiënte diensten en een overgedimensioneerde infrastructuur in de blanke gebieden. Kapitaaluitvoer was verboden. De conglomeraten investeerden in allerhande activiteiten zonder nog rekening te houden met de rentabiliteit. De semi-monopolies beheersen daarom nu nog de economie. De internationale sancties versterkten deze tendens door het isolement te vergroten. Het onderwijssysteem voor blanken beoogt universitaire diploma s. Het onderwijs voor zwarte Zuid-Afrikanen was van bedroevende kwaliteit. Nog altijd bestaat er weinig technische vorming, on the job training van arbeiders of vakschool. Nochtans is het juist deze vorming die het meest bijdraagt tot economische groei. Apartheid betekende ook dat zwarte Zuid-Afrikanen niet mochten wonen in de gebieden waar er werk was. Dit leidde tot voortdurende inefficiëntie bij het gebruik van de ongeschoolde arbeid. Het transport op zich kostte onevenredig veel tegenover de waarde van de ongeschoolde arbeid. Daarenboven waren de arbeiders moe door het reizen en door de erbarmelijke woonomstandigheden. Het gebrek aan georganiseerde marktactiviteiten in de zwarte gebieden bemoeilijkte de opkomst van KMMO's (Kleine, Middelgrote en Micro-ondernemingen). Door de sancties (boycot en embargo) en door het streven naar importsubstitutie verkreeg men een gedeeltelijk geïndustrialiseerde samenleving die op zeer weinig terreinen internationaal competitief is. Beschrijving van het land De erfenis van de apartheid is echter niet meer het belangrijkste thema voor het land. Intussen is het tien jaar geleden dat de formele apartheid werd afgeschaft. In nog eens tien jaar zal een meerderheid van de bevolking nooit bewust apartheid ervaren hebben. De meeste politici zijn echter zodanig gevormd in de strijd, dat het voor hen soms moeilijk is om de andere thema s het nodige belang te geven. Deze problemen zijn overrompelend: de HIV/AIDS-ramp, de moeilijkheid om diensten te leveren aan de bevolking, het uitblijven van belangrijke economische groei, het uitblijven van een ernstige herverdeling van de rijkdom, criminaliteit, het aanhoudende racisme. De hervormingen die vereist waren bij het opheffen van de apartheid zijn diepgaand. In de economie bestaan er ontwrichtingen waardoor kapitaal en middelen niet optimaal aangewend worden. De administratie was gericht op het leveren van diensten en tewerkstelling aan de blanke minderheid. Het gerechtelijk apparaat en de politie dienden voor de repressie van de meerderheid. Ook de andere sectoren zoals het onderwijs en de gezondheidszorg moeten volledig herdacht en hervormd worden. Niettegenstaande deze hervormingen blijken de geleverde diensten benedenmaats. Het blijkt immers moeilijk om grondige hervormingen door te voeren en tegelijk kwaliteitsstandaarden te respecteren. Nieuwe herstructureringen pogen de efficiëntie te verbeteren, maar dragen soms bij tot de chaos. Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 2

15 1.2 De recente politieke evolutie Na de strijd tegen de apartheid, bij de vrijlating van Nelson Mandela en het legaliseren van het African National Congres (ANC) in 1990, kwamen de jaren van democratische hervormingen die culmineerden in de eerste democratische verkiezingen van De periode tot eind 1997 kan geschetst worden als die van 'Waarheid en Verzoening', belichaamd door de Truth and Reconciliation Commission onder leiding van aartsbisschop Desmond Tutu. Tekenend voor deze periode was ook de charismatische president Nelson Mandela zelf. Opvallend is dat de Afrikaners zich in het algemeen niet echt schuldig voelen over de apartheid 4. De aandacht gaat meer uit naar de misdaden die in de vuile oorlog werden begaan, en daarin kwam het geweld van beide kanten. De periode van waarheid en verzoening werd door dezelfde Mandela afgesloten op het partijcongres van het ANC te Mafikeng 5 tijdens zijn afscheidstoespraak. Het beleid van het ANC werd gepositioneerd en men zette zich af tegen de vooral blanke parlementaire oppositie. De partijen werken niet meer in consensus in een regering van Nationale Eenheid, maar spelen het spel van de regering en de oppositie. Daardoor gaat men naar een politieke cultuur van tegengesteld debat. De oppositie herpositioneert zich. De oude apartheidspartij (NP) ging op in de Democratische Partij (DP) om de Democratische Alliantie (DA) te vormen. Hun leider, de flamboyante Tony Leon voert een totale oppositie à la Westminster. Dit leidde dan weer tot spanningen binnen de partij, waardoor de NP terug afscheurde en een verbond wenste aan te gaan met het ANC. Momenteel verenigt deze partij bijna alle blanken en wint hier en daar aanhang in sommige zwarte wijken. De Zulupartij Inkatha is onderdeel van de regering. Daardoor blijft de stem van de lokale leiders gehoord. Zij legt zich vooral toe op het bestuur in Kwazulu Natal en is momenteel nationaal geen echt belangrijke speler. Sinds het aantreden van president Mbeki (juni 1999) wordt men brutaal wakker uit de droom van de Rainbow Nation: de macht is in de handen van de zwarte ANCmeerderheid. De rechten van de minderheden worden gerespecteerd, maar de minderheden worden niet meer automatisch bij het beleid betrokken. De regering, die onder Mandela de schijn gaf van alle groepen bij het beleid te willen betrekken, blijkt feilbaar, en de intellectuelen ruimen plaats voor de partijmensen. Het ANC raakt verstrikt in de keuze tussen de loyauteit met strijdmakkers en van corruptie beschuldigde partijleden en de verklaarde principes van goed bestuur. Tevens werd de geloofwaardigheid van president Mbeki door zijn uitspraken over AIDS in het gedrang gebracht. Het standpunt van de Zuid-Afrikaanse overheid inzake AIDS werd echter bijgesteld. Het leiderschap van president Mbeki in de strijd op de internationale fora voor de derde wereld is echter onbetwistbaar. Het vroegere NAI (New African Initiative, nu omgedoopt tot NEPAD), van de Zuid-Afrikaanse president is hiervan een onmiskenbaar bewijs. 1.3 Politieke context Bij de bespreking van de politieke situatie worden enkel de structurele kenmerken gegeven. De recente politieke evolutie wordt in bijlage gegeven. Bij de bespreking van de verschillende sectoren wordt het betrokken beleid besproken Bestuurlijke organisatie: hoofdlijnen van het beleid 4 Zo zouden er in 1967 alleen meer dan kinderen gestorven zijn als gevolg van de massale deportaties naar de homelands. 5 december 1997 Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 3

16 Decentralisatie of centralisatie De Nationale Regering is in regel verantwoordelijk voor het algemeen beleid, de normen en regulering. Zij is verantwoording verschuldigd aan een wetgevende macht die uit 2 kamers bestaat: de National Assembly en de National Council of Provinces. De 9 provincies hebben een eigen regering en een verkozen kamer. Daarnaast is er nog een verkozen lokale (gemeentelijke) overheid die eveneens ruime bevoegdheden heeft. In principe zou de nationale overheid de algemene principes van het beleid uitzetten, terwijl de lokale overheden in hun eigen beleid deze principes uitwerken en uitvoeren. In de praktijk kunnen de lokale overheden op veel domeinen hun eigen beleid uitstippelen en invullen. De bevoegdheden van de gemeenten werden geregeld in de Municipal Systems Act, 2000 (Act 32 of 2000). De gemeenten kunnen taken opgelegd krijgen door de nationale overheid, de provinciale overheid, of door de gemeenteraad. Daarbij hebben zij the right to do anything reasonable necessary for, or incidental to, the effective performance of its functions (het recht alles te doen wat redelijkerwijze nodig of nuttig is voor de efficiënte werking van hun functies). Deze verregaande decentralisatie leidt tot een spanningsveld tussen de verschillende machtsniveaus. Het nationaal niveau, erfgenaam van de gecentraliseerde staat, heeft in de meeste sectoren een hoogstaande expertise verworven. Rijkere provincies blijken beter gewapend om hun autonomie uit te voeren dan de armere provincies, terwijl sommige gemeenten bijna iedere capaciteit missen. Terwijl decentralisatie theoretisch het beleid dichter bij de mensen kan brengen, moet dit op het terrein nog waargemaakt worden in de rurale, achtergebleven gebieden. Wanneer men verscheidene politieke meerderheden heeft op de verschillende niveaus, kan dit de spanning vergroten. De traditionele leiders vormen een symbolische macht en zijn in de Council of Traditional Leaders vertegenwoordigd. Zij hebben het gevoel buitenspel te staan binnen de democratisch verkozen structuren. De indruk bestaat dat de Nationale Overheid goede "witboeken" schrijft met beleidsplannen, die tot stand komen na overleg met alle belanghebbenden, maar dat de provincie en de lokale overheden de structuren nog moeten creëren om dit beleid uit te voeren. Bij een afwijkende politieke meerderheid in een lokaal bestuur ontbreekt soms de wil om een nationaal beleid uit te voeren. Sinds de lokale verkiezingen eind 2000, wordt een verdere decentralisatie naar de districten en gemeenten, uitgevoerd. Hierbij zouden vooral de Provincies, en veel minder de nationale overheid aan belang inboeten. De snelheid waarmee de hervormingen op papier worden doorgevoerd is onvoorstelbaar, maar de resultaten ervan zijn niet snel op het terrein zichtbaar. Hervormen lijkt soms in plaats van goed bestuur te komen. Deze herstructureringen vragen tijd, maar het ongeduld om snel resultaten te zien is groot. Institutionele rust is dringend gewenst. De grondwet in traditioneel Afrika De grondwet bevat de conclusies van de belangrijkste internationale verdragen over mensenrechten, vrouwenrechten, kinderrechten, enz. De wettelijke basis voor een zeer democratisch beleid is aanwezig. De grondwet botst echter met het traditioneel gewoonterecht dat in de arme rurale gebieden geldt en waarin vrouwen geen recht hebben om grond te bezitten. Ook botst ze met de nog bestaande wetten uit de apartheidsperiode die uitgesproken conservatief zijn. Affirmatieve actie en de hervorming van de administratie De administratie was opgezet om blanke gebieden van diensten te voorzien en blanken werk te verschaffen. De budgettaire ruimte is te beperkt om hetzelfde niveau van diensten over het hele land te voorzien. Men moet het doen met evenveel ambtenaren als voordien. De ambtenarij moet meer de samenstelling van de bevolking weerspiegelen. Daarom wordt de voorkeur gegeven aan zwarten bij aanwerving en bevordering. Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 4

17 Daarnaast is er de employment equity bill, een wet die grote bedrijven verplicht een beleid te voeren om tot een evenredige vertegenwoordiging van de verschillende groepen in de samenleving te komen. De blanken voelen een grote daling van de tewerkstelling door de affirmatieve actie en een daling in de dienstverlening. Jonge blanken hebben minder kansen in de administratie en weinig kansen in de privé-sector. Er is veel emigratie. De vrijgekomen plaatsen zijn echter voor de kleine groep geschoolden die hoge salarissen kunnen opeisen, hoger dan de blanken in vergelijkbare posities. De ongeschoolde massa komt er weinig aan te pas. De dienstverlening in de townships kent een lichte verbetering, in de rurale gebieden merkt men bijna geen verschil. De politiek van affirmatieve actie verwekt ergernis bij de blanken en de gepromoveerde Afrikanen hebben niet altijd de vereiste capaciteiten. Wat normaal is, gezien de slechte kwaliteit van hun onderwijs. Corruptieschandalen zijn dagelijkse kost, maar worden ook aangeklaagd en er vallen ontslagen, soms tot op het hoogste niveau. De verleende diensten zijn nu over het hele grondgebied verspreid. Elf talen 6 Zuid-Afrika heeft, volgens de constitutie, 11 officiële talen. In officiële documenten moeten minstens 2 officiële talen gebruikt worden. In de praktijk is de communicatietaal tussen mensen met een verschillende moedertaal het Engels. In stedelijke milieus blijken de ouders massaal voor eentalig Engels onderwijs te kiezen Buitenlands beleid: de rol van Zuid-Afrika in de regio Internationaal wordt Zuid-Afrika erkend als een regionale grootmacht met zowel moreel als economisch gewicht in de regio. Zuid-Afrika staat immers model voor de relatief vreedzame overgang naar een meerpartijendemocratie. Daarenboven werpt Zuid-Afrika zich op als de woordvoerder van de armen op de internationale fora zoals de Wereldhandelsorganisatie, de Verenigde Naties, de Vereniging van Niet Gebonden Landen en Davos. Het palmares van Zuid-Afrika in de regio is indrukwekkend, wanneer men er rekening mee houdt dat het land slechts vanaf 1994 op het wereldtoneel meespeelt. In de verschillende regionale en mondiale fora speelt het land een vooraanstaande rol. De doelstellingen van de SADC (Southern African Development Community), waarvan Zuid-Afrika lid is, zijn: de promotie van een duurzame en evenwichtige economische groei en een socioeconomische ontwikkeling die de armoede in de regio vermindert, de promotie van gemeenschappelijke politieke waarden en systemen en gemeenschappelijke waarden die via democratische, wettelijke en effectieve instellingen zullen uitgedragen worden, de consolidatie en het instandhouden van democratische principes, vrede en veiligheid, de versterking van banden tussen de verschillende bevolkingsgroepen in de regio, de mobilisatie van regionale en internationale financieringen (privé en ODA) voor de ontwikkeling van de regio. In verband met de doelstellingen van de SADC, streeft de Zuid-Afrikaanse overheid naar een zo hoog mogelijke graad van economische integratie, samenwerking en gezamenlijke 6 Taalgebruik in cijfers (1994): Zoeloe: 22%; Xhosa: 18 %; Afrikaans; 15,0 %; Noord- Sotho: 9,9 %; Engels: 9,5 %; Tswana: 9,1 %; Zuid-Sotho: 6,83 %; Tsonga: 4,7%; Swazi: 2,3 %; Ndebele: 0,8 %; Venda: 0,4 %. Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 5

18 regionale planning, rekening houdend met de sociaal-economische en politieke realiteit. Deze Zuid-Afrikaanse inbreng is van groot belang voor het integratieproces. De inbreng moet vooral de capaciteitsopbouw ten goede komen. Tevens moet Zuid-Afrika er voor zorgen dat haar dominante positie het regionale integratieproces niet doet ontsporen. Het New Partnership for African Development (NEPAD) werd geïnitieerd door president Mbeki en wil een holistisch actieplan voor de ontwikkeling van Afrika zijn. Het is een plan van en door Afrikanen. Ook in de Afrikaanse Unie speelt het land een voortrekkersrol. Zuid-Afrika is ook een pleitbezorger voor de Derde Wereld in de Wereldhandelsorganisatie. Daarnaast levert Zuid-Afrika troepen voor vredesmachten in Lesotho, Burundi en DRC. De internationale voortrekkersrol bestaat niet enkel op het economisch en politiek vlak, ook het maatschappelijk middenveld en de universiteiten richten zich meer en meer op de buitenwereld: zuidelijk en centraal Afrika. De Zuid-Afrikaanse ervaring om tot een machtsdeling te komen en onmiddellijk de aandacht te concentreren op de wederopbouw in plaats van op wraak, wordt als voorbeeld gesteld voor andere landen. Het belang van Zuid-Afrika wordt goed geïllustreerd bij een omgekeerde vraagstelling: wat zal de invloed van Zuid-Afrika zijn indien de economie implodeert en de democratie verdwijnt? Voor de rest van Afrika is het van uitzonderlijk belang dat Zuid-Afrika een economisch en politiek succes wordt. Dit is ook een van de belangrijkste redenen voor de Belgische steun aan dit gemiddeld niet zo arme land. 1.4 De sociale en menselijke situatie: een duale maatschappij Inleiding Zuid-Afrika is na Brazilië en Guatemala het meest ongelijke land ter wereld 7, niettegenstaande een begin van herverdeling werd ingezet. Het gemiddelde inkomen is relatief hoog, maar de sociale indicatoren voor de rurale armen verschillen weinig van die van andere Sub-Saharalanden. Geselecteerde sociale indicatoren 8 Indicator Life expectancy at 58,8 62,8 57,0 birth 9 Idem, white 70,4 73,1 65,5 Idem, black 56,2 60,3 55,5 Infant mortality Idem, Western Cape 8,4 Idem, Eastern Cape 61,2 Idem White Idem Black De invloed van HIV/AIDS-TB weegt zwaar op de menselijke ontwikkeling, in al zijn aspecten. Een verslechtering van de indicatoren werd dan ook verwacht. 7 World Development Report 2000, World Bank: de Gini-index, een maat van ongelijkheid, van Brazilië bedraagt 60,0, voor Guatemala 59,6 en voor Zuid-Afrika 59,3; Thailand daarentegen haalt 41,4; Indonesië 36,5 en België 25,0. 8 Andere indicatoren zullen besproken worden bij het specifieke beleidsonderdeel. 9 Levensverwachting bij de geboorte: België:77,9; Tanzania:51,1; Kindersterfte: België:6; Tanzania: Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 6

19 Wie zijn de armen en waar leven zij 11? Armoede in Zuid-Afrika is raciaal bepaald. Bijna 95 % van de armen 12 is Afrikaans, 5 % is kleurling en 1 % is blank of Indisch. Achtendertig percent van de zwarte Zuid- Afrikanen en 4 % van de blanken is werkloos. Nochtans is de ongelijkheid binnen de zwarte gemeenschap bijna even groot: de Gini-index tussen zwarte gezinnen bedraagt 0,54. Een volledig zwart Zuid-Afrika zou daarmee nog altijd bij de 10 meest ongelijke landen ter wereld behoren. De Human Development Index van de aparte groepen in vergelijking tot andere landen geeft een goede aanduiding van de dualiteit in de maatschappij. De Human Development Index van de aparte groepen in Zuid-Afrika in vergelijking tot andere landen. HDI Rank HDI Province Race Selected countries 13 High Human Development 0,909 Hong Kong 25 0,901 Whites 0,838 Thailand 59 0,836 Indians 0,833 Mauritius 61 0,826 Western Cape 0,818 Gauteng 0,809 Brazil 62 Medium Human Development 0,698 Northern Cape 0,695 Kazakhstan 93 0,694 Mpumalanga 0,663 colored 0,657 Free State 0,656 Albania 105 0,602 KwaZulu Natal 0,593 Bolivia 116 0,547 Nicaragua 126 0,543 North West 0,507 Eastern Cape Zimbabwe 130 Low human Development 0,500 Africans 0,481 Myanmar 131 0,470 Northern Province 0,465 Lao People 's dem. rep Evolutie Zuid- 0,661 0,712 0,702 Afrika De meeste cijfers werden gehaald uit: Poverty and inequality in South Africa, Final Report, Editor: Julian May, Office of the Executive Deputy President, In deze analyse worden de armste 40 % van de huishoudens als "arm" geklasseerd; dit kwam overeen met een inkomen van 301 rand/maand/volwassene. Rand = + 7,5 BEF op het moment van de studie. (1997) 13 UNDP, 1999, website: value 1995 Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 7

20 De armen wonen op het platteland. Terwijl ongeveer de helft van de bevolking in de steden woont, woont 72 % van de armen op het platteland, vooral in de vroegere homelands. Daarenboven is de armoede op het platteland meestal dieper: de rurale armen behoren tot de armste groep. De armen zijn geconcentreerd in de rurale provincies. De meeste armen leven in de Oostkaap, Vrijstaat, Noordprovincie, Mpumalanga en Kwazulu Natal 14. Armoede is ook het diepst in de Oostkaap, Vrijstaat en Noordprovincie. In 35 % van de huishoudens staat een vrouw aan het hoofd. 60 % van deze gezinnen zijn arm, terwijl de huishoudens met een man aan het hoofd slechts in 31 % van de gevallen arm zijn. De armoede is direct verbonden met de tewerkstelling. Bij de armen heerst er een werkloosheidsgraad van 55 %; terwijl de werkloosheid bij de niet-armen op 14 % zou liggen. Het verband tussen scholing en tewerkstelling is complex. Blijkbaar is het vooral de voortgezette scholing die een uitweg uit de armoede geeft. Basisonderwijs of zelfs secundair onderwijs alleen wordt door vele armen dan ook als verloren tijd beschouwd. Dit houdt rechtstreeks verband met het schoolsysteem. De armen zijn ook onevenredig vaak het slachtoffer van misdaden. In 1995 waren 95 % van de gerapporteerde verkrachtingen bij zwarte vrouwen. De helft van de "zeer armen" beschouwen misdaad met gebruik van geweld als het belangrijkste delict waarvan zij het slachtoffer zijn, gevolgd door kindermishandeling en verkrachting Conclusie De armoede in Zuid-Afrika is zowel ruimtelijk als raciaal geconcentreerd. De arme groepen in de samenleving hebben een ontwikkeling die op het niveau ligt van de landen met een lage ontwikkeling, terwijl een stedelijke elite een welvaartsniveau heeft bereikt dat vergelijkbaar is met de rijke landen. Dit maakt het bestrijden van de duale samenleving tot een centrale doelstelling van de samenwerking met Zuid-Afrika. De bestrijding van de duale maatschappij maakt dat de acties van de samenwerking gericht moeten zijn op de armen. 1.5 Economische en financiële situatie De economie Algemeen De erfenis van de apartheid is een duale economie. Enerzijds was er een bloeiende eerste-wereldeconomie, gevoed door de inkomsten uit rijke mijnopbrengsten: goud, diamant, platina, steenkool. Kapitaalexport was niet toegestaan, en dus werd er overvloedig geïnvesteerd, alhoewel niet altijd winstgevend. Ook de infrastructuur van het blanke Zuid-Afrika werd zeer goed uitgebouwd. De landbouw werd zwaar gesubsidieerd. De staat kon uitstekend onderwijs en volledige tewerkstelling garanderen aan de blanken. Anderzijds was de economie van de zwarte Afrikanen volledig ondergeschikt aan de noden van de blanke economie. Geen eigen bedrijven, wel tewerkstelling op de grote boerderijen of in de mijnen. Met de dalende goudprijs op het einde van de apartheid kwam de economie in recessie terecht en steeg de overheidsschuld en het tekort op de begroting. Een grondige herstructurering was noodzakelijk. Deze taak werd aangevat door de democratische regering vanaf Men slaagde erin de economie uit de recessie te halen en de overheidsfinanciën te saneren. Door de 14 Cijfers: Oostkaap (70 % van de bevolking is arm), Vrijstaat (63 %), Noordwest (62 %) en Noordprovincie (59 %), Mpumalanga (57,3 %), Noordkaap (54,9 %) en Kwazulu Natal (51,9 %). Note stratégique pays / Landenstrategienota Blz 8

PROTOS onderschrijft volop de Millenniumdoelstellingen!

PROTOS onderschrijft volop de Millenniumdoelstellingen! PROTOS onderschrijft volop de Millenniumdoelstellingen! De doelstellingen van PROTOS zijn de armsten onder ons te voorzien van rechtvaardig, duurzaam en participatief drinkwater, water voor landbouw, en

Nadere informatie

Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN

Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN STRUCTUUR VAN DE PRESENTATIE: 1. DIVERSITEIT EN DIFFERENTIATIE VAN DE ONTWIKKELINGSACTOREN Actoren van

Nadere informatie

STRATEGIENOTA GELIJKE RECHTEN EN KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN

STRATEGIENOTA GELIJKE RECHTEN EN KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING STRATEGIENOTA GELIJKE RECHTEN EN KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN DIRECTIE GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Nadere informatie

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister

Nadere informatie

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2019 (OR. en) 10997/19 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 8 juli 2019 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 9233/19 Betreft:

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking

Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de minister-president

Nadere informatie

3. Meer dan de helft van de 57 miljoen niet-schoolgaande kinderen leeft in Afrika bezuiden de Sahara. Juist Bron: www.un.org

3. Meer dan de helft van de 57 miljoen niet-schoolgaande kinderen leeft in Afrika bezuiden de Sahara. Juist Bron: www.un.org of fout 1. In Afrika bezuiden de Sahara is het aantal personen in extreme armoede gestegen tussen 1990 en 2010. 290 miljoen in 1990, 414 miljoen in 2010. 2. Tussen 2000 en 2011 is het aantal niet-schoolgaande

Nadere informatie

1. GEEN ARMOEDE 2. GEEN HONGER. Armoede uitroeien, in al zijn vormen en overal. Honger beëindigen, betere voeding en duurzame landbouw promoten

1. GEEN ARMOEDE 2. GEEN HONGER. Armoede uitroeien, in al zijn vormen en overal. Honger beëindigen, betere voeding en duurzame landbouw promoten 1. GEEN ARMOEDE Armoede uitroeien, in al zijn vormen en overal Ondanks de halvering van de extreme armoede in de wereld tijdens de afgelopen decennia, leeft nog steeds 1,3 miljard mensen in extreme armoede.

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 168 final 2018/0078 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere

Nadere informatie

1. 25 MEI Wet betreffende de Belgische internationale samenwerking (1)

1. 25 MEI Wet betreffende de Belgische internationale samenwerking (1) 1. 25 MEI 1999 - Wet betreffende de Belgische internationale samenwerking (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. De Kamers hebben aangenomen en Wij

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.3.2018 COM(2018) 167 final 2018/0079 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD houdende machtiging van de Commissie om het mondiale pact voor veilige, ordelijke en reguliere

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 21.4.2017 JOIN(2017) 14 final 2017/0084 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Sustainable development goals

Sustainable development goals Sustainable development goals The road to dignity by 2030 Ending Poverty, Transforming all Lives and Protecting the Planet = De weg naar waardigheid, Armoede beëindigen, alle levens veranderen en de aarde

Nadere informatie

betreffende onderwijs in ontwikkelingssamenwerking

betreffende onderwijs in ontwikkelingssamenwerking ingediend op 439 (2014-2015) Nr. 1 16 juli 2015 (2014-2015) Voorstel van resolutie van Ingeborg De Meulemeester, Sabine de Bethune, Herman De Croo, Tine Soens en Wouter Vanbesien betreffende onderwijs

Nadere informatie

STRATEGIENOTA LEEFMILIEU

STRATEGIENOTA LEEFMILIEU FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING STRATEGIENOTA LEEFMILIEU DIRECTIE GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING i INHOUDSTAFEL VOORWOORD I 1. ANALYSE

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE EUROPESE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 13.4.2015 JOIN(2015) 10 final 2015/0073 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Ontwikkelingssamenwerking

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Ontwikkelingssamenwerking Samenvatting Maatschappijwetenschappen Ontwikkelingssamenwerking Samenvatting door E. 2091 woorden 12 mei 2015 0 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 1 Wat is ontwikkelingssamenwerking?

Nadere informatie

Onderwijssector in de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. Hans De Greve, Plan België 28/05/2015

Onderwijssector in de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. Hans De Greve, Plan België 28/05/2015 Onderwijssector in de Belgische Ontwikkelingssamenwerking Hans De Greve, Plan België 28/05/2015 Wat vooraf ging Onderzoek Plan België naar de onderwijssector in de Belgische OS (2013) gevolgd door de conferentie

Nadere informatie

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 november 2008 (12.10) (OR. fr) 15293/08 DEVGEN 210 ACP 219 RELEX 868 CDR 115 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad d.d.: 11 november 2008 nr. vorig doc.:

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005 EUROPEES PARLEMENT 2004 Zittingsdocument 2009 11.1.2006 B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005 ingediend overeenkomstig artikel 108, lid 5 van het

Nadere informatie

STRATEGIENOTA BASISGEZONDHEIDSZORG

STRATEGIENOTA BASISGEZONDHEIDSZORG FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING STRATEGIENOTA BASISGEZONDHEIDSZORG DIRECTIE GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Augustus 2002 INHOUDSTAFEL LIJST

Nadere informatie

Strategienota RWANDA

Strategienota RWANDA SERVICE PUBLIC FEDERAL AFFAIRES ÉTRANGERES, COMMERCE EXTERIEUR ET COOPERATION AU DEVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GENERALE DE LA COOPERATION AU DEVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE

Nadere informatie

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juni 2017 (OR. en) 10279/17 DEVGEN 135 ACP 59 RELEX 528 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 19 juni 2017 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr.

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 10.7.2017 JOIN(2017) 24 final 2017/0157 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 28.11.2016 JOIN(2016) 54 final 2016/0366 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Consultatieproces Dit document bevat de ontwerpvisie die resulteerde uit de conferentie Winning through twinning, die van 17

Nadere informatie

Subsidiereglement Ontwikkelingssamenwerking

Subsidiereglement Ontwikkelingssamenwerking Subsidiereglement Ontwikkelingssamenwerking Artikel 1: Binnen de perken van de kredieten voor ontwikkelingssamenwerking, elk jaar voorzien in de begroting van de stad, worden toelagen uitgekeerd aan initiatieven,

Nadere informatie

Eerste krachtlijnen. Het Post-2015 doelstellingenkader. Coördinatie Ontwerp Standpuntbepaling. voor de Vlaamse Regering

Eerste krachtlijnen. Het Post-2015 doelstellingenkader. Coördinatie Ontwerp Standpuntbepaling. voor de Vlaamse Regering Het Post-2015 doelstellingenkader Coördinatie Ontwerp Standpuntbepaling voor de Vlaamse Regering Eerste krachtlijnen VI E Staten-generaal van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking I. INLEIDING: HET WAAROM

Nadere informatie

Openingstekst VN-Resolutie: 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling. Resolutie goedgekeurd door de Algemene Vergadering op 25 september 2015

Openingstekst VN-Resolutie: 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling. Resolutie goedgekeurd door de Algemene Vergadering op 25 september 2015 Openingstekst VN-Resolutie: 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling Verenigde Naties A/RES/70/1 Algemene Vergadering Distr.: Algemeen 21 oktober 2015 Zeventigste zitting Agendapunten 15 en 116 Resolutie

Nadere informatie

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? INLEIDING Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? Het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting werd in 1999

Nadere informatie

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten De Belgische Ontwikkelingssamenwerking op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten UNICEF De situatie in de wereld Jaarlijks 1 sterven naar schatting 290.000 vrouwen tijdens hun zwangerschap,

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

MDG. Eerst en tweede graad. Te lezen zinnen (in willekeurige volgorde!)

MDG. Eerst en tweede graad. Te lezen zinnen (in willekeurige volgorde!) MDG Eerst en tweede graad De leerkracht leest één van de volgende stellingen en de groep bekijkt de acht millenniumdoelstellingen om te achterhalen met welke doelstelling de zin overeenkomt. Ze leggen

Nadere informatie

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen

Voorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen stuk ingediend op 1680 (2011-2012) Nr. 1 19 juni 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de dames Marijke Dillen, Gerda Van Steenberge en Linda Vissers en de heren Frank Creyelman, Filip Dewinter,

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 april 2007 (17.04) (OR. en) 8340/07 DEVGEN 51 RELEX 232 FIN 173 WTO 67

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 april 2007 (17.04) (OR. en) 8340/07 DEVGEN 51 RELEX 232 FIN 173 WTO 67 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 april 2007 (17.04) (OR. en) 8340/07 DEVGEN 51 RELEX 232 FIN 173 WTO 67 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin Page 1 of 8 J U S T E L - Geconsolideerde wetgeving Einde Eerste woord Laatste woord Wijziging(en) Aanhef Erratum Parlementaire werkzaamheden Einde Inhoudstafel 18 uitvoeringbesluiten 3 gearchiveerde versies

Nadere informatie

Welke woorden komen bij je op als je deze beelden ziet?

Welke woorden komen bij je op als je deze beelden ziet? Welke woorden komen bij je op als je deze beelden ziet? Slavernij in de geschiedenis van Nederland 1 Een niet zo fraai verleden In de loop van de geschiedenis werden mensen vaak misbruikt. Enkele trieste

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

Samenvatting Economie H8

Samenvatting Economie H8 Samenvatting Economie H8 Samenvatting door Irene 1160 woorden 14 juni 2018 8,2 5 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Economie H8 Absolute armoede Als je niet meer in staat bent in

Nadere informatie

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 18 mei 2009 (26.05) (OR. en) 9909/09 DEVGE 147 E ER 187 E V 371 COAFR 172 OTA van: het secretariaat-generaal d.d.: 18 mei 2009 nr. vorig doc.: 9100/09 Betreft: Conclusies

Nadere informatie

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid

waardigheid participatie gelijke rechten solidariteit individuele vrijheid individuele vrijheid participatie gelijke rechten solidariteit waardigheid Basisrechten Santé België is een rechtsstaat en een democratie die ieders mensenrechten e De Staat garandeert de naleving van

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 80. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË

Standaard Eurobarometer 80. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË Standaard Eurobarometer 80 DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie.

Nadere informatie

REKENHOF. Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken

REKENHOF. Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken REKENHOF Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken STRATEGISCH PLAN 2010-2014 2 Inleiding Dit document stelt de resultaten voor van de strategische planning van het Rekenhof voor de periode 2010-2014.

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen. 7 mei 2001 PE /1-11 AMENDEMENTEN 1-11

EUROPEES PARLEMENT. Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen. 7 mei 2001 PE /1-11 AMENDEMENTEN 1-11 EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie rechten van de vrouw en gelijke kansen 7 mei 2001 PE 298.117/1-11 AMENDEMENTEN 1-11 ONTWERPADVIES - Evans (PE 298.117) Versnelde actie ter bestrijding van de belangrijkste

Nadere informatie

Strategienota BURUNDI

Strategienota BURUNDI SERVICE PUBLIC FEDERAL AFFAIRES ÉTRANGERES, COMMERCE EXTERIEUR ET COOPERATION AU DEVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GENERALE DE LA COOPERATION AU DEVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE

Nadere informatie

Millennium Development Goal 8: Developing a Global Partnership for Development

Millennium Development Goal 8: Developing a Global Partnership for Development Millennium Development Goal 8: Developing a Global Partnership for Development Samenvatting In september 2000 namen 147 staatshoofden en regeringsleiders en in totaal 189 landen de Millennium Verklaring

Nadere informatie

7775/17 van/ons/ev 1 DG C 2B

7775/17 van/ons/ev 1 DG C 2B Raad van de Europese Unie Luxemburg, 3 april 2017 (OR. en) 7775/17 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 3 april 2017 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties COHOM 44 CFSP/PESC 300 DEVGEN

Nadere informatie

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen Inhoud Mijn overtuigingen 2 Mijn prioriteiten 3 Bakens voor morgen 8 Laten we samen aan Europa bouwen 1 Mijn overtuigingen Mijn overtuigingen Een Europa,

Nadere informatie

1. Samenvatting. ux.html. 1 DGCD :http://www.dgcd.be/fr/acteurs/programmes_speciaux/programmes_syndica

1. Samenvatting. ux.html. 1 DGCD :http://www.dgcd.be/fr/acteurs/programmes_speciaux/programmes_syndica 1. Samenvatting Sinds 2002 hebben de niet-gouvernementele samenwerkingsprogramma s - die medegefinancierd worden door de DGOS - er een nieuwe, indirecte partner bij: de Belgische vakbondsorganisaties.

Nadere informatie

BUDGETSTEUN BASISELEMENTEN VOOR EEN PRINCIPESBESLISSING

BUDGETSTEUN BASISELEMENTEN VOOR EEN PRINCIPESBESLISSING Versie van 07/09/01 1/6 DOCUMENT A. BUDGETSTEUN BASISELEMENTEN VOOR EEN PRINCIPESBESLISSING 1. Achtergrond Het regeerakkoord van 7 juli 1999 stelde onder meer dat aandacht gegeven zou worden aan macro-economische

Nadere informatie

Armoede en ongelijkheid in de wereld. Inleiding tot een eenvoudig én complex onderwerp Francine Mestrum, 27 maart 2016

Armoede en ongelijkheid in de wereld. Inleiding tot een eenvoudig én complex onderwerp Francine Mestrum, 27 maart 2016 Armoede en ongelijkheid in de wereld Inleiding tot een eenvoudig én complex onderwerp Francine Mestrum, 27 maart 2016 Wat gaan we bestuderen? Wanneer en hoe zijn armoede en ongelijkheid op de agenda van

Nadere informatie

Strategienota DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO

Strategienota DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO SERVICE PUBLIC FEDERAL AFFAIRES ÉTRANGERES, COMMERCE EXTERIEUR ET COOPERATION AU DEVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GENERALE DE LA COOPERATION AU DEVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie 10 april 2001 VOORLOPIGE VERSIE 2000/2243(COS) ONTWERPADVIES van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek

Nadere informatie

Toespraak nieuwjaar event VLIR UOS 2014

Toespraak nieuwjaar event VLIR UOS 2014 Toespraak nieuwjaar event VLIR UOS 2014 Dames en heren, Sta me eerst en vooral toe me te verheugen dat ik het begin van 2014 met u mag doorbrengen. Wij laten twee turbulente jaren achter ons die gekenmerkt

Nadere informatie

Kinderrechten in ontwikkelingssamenwerking

Kinderrechten in ontwikkelingssamenwerking Kinderrechten in ontwikkelingssamenwerking KINDERRECHTEN IN ONTWIKKELINGS- SAMENWERKING BTC INFOCYCLUS PLATFORM KINDERRECHTEN IN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Oprichting: 2007 naar aanleiding van wetswijziging

Nadere informatie

Strategienota VIETNAM

Strategienota VIETNAM SERVICE PUBLIC FEDERAL AFFAIRES ÉTRANGERES, COMMERCE EXTERIEUR ET COOPERATION AU DEVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GENERALE DE LA COOPERATION AU DEVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE

Nadere informatie

BELEID OP VLAK VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: IN BELGIË EN DAARBUITEN

BELEID OP VLAK VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: IN BELGIË EN DAARBUITEN BELEID OP VLAK VAN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: IN BELGIË EN DAARBUITEN KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS 1. Het landbouwdossier Het feit dat Westerse landbouwproducten de lokale markten in het Zuiden verstoren.

Nadere informatie

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN NL NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN AGE- STANDPUNT IN HET KADER VAN HET 2007 - EUROPEES JAAR VAN GELIJKE KANSEN VOOR IEDEREEN The European Older People s Platform La Plate-forme européenne des Personnes

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 juli 2012 (24.07) (OR. en) 12740/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0411 (COD)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 juli 2012 (24.07) (OR. en) 12740/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0411 (COD) RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 19 juli 2012 (24.07) (OR. en) 12740/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0411 (COD) CADREFI 354 DEVGE 211 RELEX 703 COASI 132 ASIE 83 COEST 264 CODEC 1940 PE 362 COMAG

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Contactpersoon Anne Poorta T +31-70-3485428

Nadere informatie

POLITIEKE NOTA - NOVEMBER Belgische overheidssteun voor landbouw en voedselzekerheid

POLITIEKE NOTA - NOVEMBER Belgische overheidssteun voor landbouw en voedselzekerheid Belgische overheidssteun voor landbouw en voedselzekerheid Belgische overheidssteun voor landbouw en voedselzekerheid // 3 Belgische overheidssteun voor landbouw en voedselzekerheid Na de crisis van de

Nadere informatie

1 keer beoordeeld 31 oktober 2015

1 keer beoordeeld 31 oktober 2015 1 Samenvatting door F. 1840 woorden 1 keer beoordeeld 31 oktober 2015 Vak Maatschappijwetenschappen H1 Ontwikkelingssamenwerking is het duurzaam bestrijden van armoede. Popsterren, burgers en particuliere

Nadere informatie

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 29 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0367 (NLE) 14996/16 VOORSTEL van: ingekomen: 28 november 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COASI 218 ASIE 88

Nadere informatie

Handilab. 6 december Henk Van Hootegem,

Handilab. 6 december Henk Van Hootegem, Handilab 6 december 2012 Henk Van Hootegem, henk.vanhootegem@cntr.be Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting Service de lutte contre la pauvreté, la précarité

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 27 oktober 2004 (OR. en) 2003/0245 (COD) LEX 583 PE-CONS 3673/1/04 REV 1 ACP 105 COAFR 81 CODEC 816 VERORDENING (EG) Nr..../2004 VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

The DAC Journal: Development Co-operation - 2004 Report - Efforts and Policies of the Members of the Development Assistance Committee Volume 6 Issue 1

The DAC Journal: Development Co-operation - 2004 Report - Efforts and Policies of the Members of the Development Assistance Committee Volume 6 Issue 1 The DAC Journal: Development Co-operation - 2004 Report - Efforts and Policies of the Members of the Development Assistance Committee Volume 6 Issue 1 Summary in Dutch Het DAC-journaal: Ontwikkelingssamenwerking

Nadere informatie

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima donderdag 1 mei 2008 Lima (Peru) DV\721105.doc

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Wat houdt het begrip internationale samenwerking in?

Samenvatting. 1. Wat houdt het begrip internationale samenwerking in? Aanleiding voor het onderzoek Samenvatting In de 21 ste eeuw is de invloed van ruimtevaartactiviteiten op de wereldgemeenschap, economie, cultuur, milieu, etcetera steeds groter geworden. Ieder land dient

Nadere informatie

Hoe inclusief is onze ontwikkelingssamenwerking? Studie van handicap in het federaal ontwikkelingsbeleid.

Hoe inclusief is onze ontwikkelingssamenwerking? Studie van handicap in het federaal ontwikkelingsbeleid. Hoe inclusief is onze ontwikkelingssamenwerking? Studie van handicap in het federaal ontwikkelingsbeleid. 2 Platform Handicap en Ontwikkelingssamenwerking, PHOS vzw Tivolistraat 45/3 1020 Brussel 02/ 421

Nadere informatie

Advies over de strategienota s van DGOS

Advies over de strategienota s van DGOS Commission Femmes et Développement Commissie Vrouwen en Ontwikkeling Advies over de strategienota s van DGOS gevraagd door de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, de heer Eddy Boutmans, voorbereid

Nadere informatie

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ACP-UE/101.868/B 19.3.2015 ONTWERPVERSLAG over de financiering van de investeringen en de handel, met

Nadere informatie

11246/16 roe/fb 1 DG C 1

11246/16 roe/fb 1 DG C 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2016 (OR. en) 11246/16 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 18 juli 2016 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 10998/16 Betreft:

Nadere informatie

Samenvatting door Nienke 934 woorden 19 maart keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen 1.1. Redenen voor ontwikkelingssamenwerking:

Samenvatting door Nienke 934 woorden 19 maart keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen 1.1. Redenen voor ontwikkelingssamenwerking: Samenvatting door Nienke 934 woorden 19 maart 2015 10 1 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen 1.1 Redenen voor ontwikkelingssamenwerking: Solidariteit Milieuproblemen Immigratie (en integratie)

Nadere informatie

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde Boekverslag door H. 1034 woorden 15 februari 2007 6.6 80 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Hoofdstuk 2 het Noorden tegenover het Zuiden 2 Noord- Zuidverhoudingen 2.1 De kloof wordt

Nadere informatie

HELMOND MONDIAAL. Het organiseren van samenwerking met andere wereldburgers. in de periode 2014 tot en met 2018

HELMOND MONDIAAL. Het organiseren van samenwerking met andere wereldburgers. in de periode 2014 tot en met 2018 HELMOND MONDIAAL Het organiseren van samenwerking met andere wereldburgers in de periode 2014 tot en met 2018 Helmond Mondiaal 1 Inleiding Recente besluitvorming in de raad van Helmond leidt tot een andere

Nadere informatie

40 jaar Vlaams parlement

40 jaar Vlaams parlement Hugo Vanderstraeten 40 kaarsjes eenheidsstaat of een unitaire staat: één land met één parlement en één regering. De wetten van dat parlement golden voor alle Belgen. In de loop van de 20ste eeuw hadden

Nadere informatie

7749/19 voo/pau/sp 1 TREE 1.B

7749/19 voo/pau/sp 1 TREE 1.B Raad van de Europese Unie Brussel, 21 maart 2019 (OR. en) 7749/19 NOTA I/A-PUNT van: aan: nr. vorig doc.: 7045/19 Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad CULT 50 RELEX 288 EDUC 166 DEVGEN 61 PESC

Nadere informatie

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 Kwaliteitsvol jeugdwerk Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 In vogelvlucht Kwaliteitsvol jeugdwerk Toelichting bij de politieke discussie in de EU en het traject van de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0186 (E) 11290/14 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: ACP 109 COAFR 184 PESC 677 RELEX 538 BESLUIT

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.2.2016 COM(2016) 64 final 2016/0038 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de partnerstaten

Nadere informatie

België en de Verenigde Naties

België en de Verenigde Naties België en de Verenigde Naties Consensus smeden Bouwen aan vrede KONINKRIJK BELGIË Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in dienst van de internationale

Nadere informatie

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum Bouwen aan de democratische veiligheid in Europa Ontwerptoespraak van de secretaris-generaal Brussel, woensdag 12 november 2014 Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze

Nadere informatie

Strategienota PALESTIJNSE GEBIEDEN

Strategienota PALESTIJNSE GEBIEDEN SERVICE PUBLIC FEDERAL AFFAIRES ÉTRANGERES, COMMERCE EXTERIEUR ET COOPERATION AU DEVELOPPEMENT DGCD DIRECTION GENERALE DE LA COOPERATION AU DEVELOPPEMENT FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE

Nadere informatie

Cijfers en wegwijzers Armoede in Vlaanderen en Brussel. ChanceArt 10 december 2009

Cijfers en wegwijzers Armoede in Vlaanderen en Brussel. ChanceArt 10 december 2009 Cijfers en wegwijzers Armoede in Vlaanderen en Brussel ChanceArt 10 december 2009 Inhoud 1. De naakte cijfers 2. Decenniumdoelstellingen 3. Armoedebarometers 4. Armoede en cultuurparticipatie 5. Pleidooi

Nadere informatie

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES «WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES Brussel wordt gekenmerkt door een grote concentratie van armoede in de dichtbevolkte buurten van de arme sikkel in het centrum van de stad, met name

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en) 6082/17 ENV 111 DEVGEN 19 ONU 24 RELEX 109 FIN 89 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 165/23

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 165/23 8.6.2001 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 165/23 RECTIFICATIES Rectificatie van de briefwisseling tussen de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de Internationale Arbeidsorganisatie

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag

Nadere informatie

Sommige doelen zijn universeel en van alle tijden

Sommige doelen zijn universeel en van alle tijden Sommige doelen zijn universeel en van alle tijden Een voorstel voor Provinciale Staten van Gelderland en de Raden van de Gelderse gemeenten 7 juli 2015 Ramon Barends http://www.psp92.nl/gelderland/ Deze

Nadere informatie

PROJECTFICHE. Introductie

PROJECTFICHE. Introductie PROJECTFICHE "Gannet Sailing for Education" primary education for everyone "Jan van Gent Zeilen voor Onderwijs" basisonderwijs voor iedereen Introductie Recht op onderwijs Reeds in 1948 hebben regeringsleiders

Nadere informatie

STRATEGIENOTA VREDESOPBOUW

STRATEGIENOTA VREDESOPBOUW FEDERALE OVERHEIDSDIENST BUITENLANDSE ZAKEN, BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING STRATEGIENOTA VREDESOPBOUW DIRECTIE GENERAAL ONTWIKKELINGSSAMENWERKING Juli 2002 i INHOUDSTAFEL Lijst van kaders

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 1184 woorden 8 juni 2013 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 1 De staat kan wetten maken, regels die voor alle

Nadere informatie

Manifest voor de Rechten van het kind

Manifest voor de Rechten van het kind Manifest voor de Rechten van het kind Kinderen vormen de helft van de bevolking in ontwikkelde landen. Ongeveer 100 miljoen kinderen leven in de Europese Unie Het leven van kinderen in de hele wereld wordt

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export

Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export Koninklijk besluit houdende de versterking van de doeltreffendheid

Nadere informatie

VUISTREGELS VOOR EEN KWALITEITSVOLLE EXPLAIN

VUISTREGELS VOOR EEN KWALITEITSVOLLE EXPLAIN VUISTREGELS VOOR EEN KWALITEITSVOLLE EXPLAIN Motivering bij het uitwerken van de vuistregels Door het K.B. van 6 juni 2010 is de Belgische Corporate Governance Code 2009 dè referentiecode geworden voor

Nadere informatie

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU Commissie politieke zaken 5.3.2009 AP/100.506/AM1-24 AMENDEMENTEN 1-24 Ontwerpverslag (AP/100.460) Co-rapporteurs: Ruth Magau (Zuid-Afrika) en Filip Kaczmarek

Nadere informatie

SERV Internationaal. SERV: een open visie op de wereld

SERV Internationaal. SERV: een open visie op de wereld SERV: een open visie op de wereld De Vlaamse sociale partners zijn sterk begaan met wat er zich in de wereld buiten Vlaanderen en België afspeelt. Vlaanderen is geen eiland en de internationale gebeurtenissen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 600 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2003 Nr. 65 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR

Nadere informatie