HANDLEIDING (Instructies voor de deelnemers) EKE s Point of Care Testing bloedgassen en CO-oxymeter

Transcriptie

1 .. Dienst: Kwaliteit van laboratoria HANDLEIDING (Instructies voor de deelnemers) EKE s Point of Care Testing bloedgassen en CO-oxymeter Toepassingsdatum: 11/03/2019

2 1 Onderwerp Deze brochure bevat instructies voor deelname aan en rapportering van de EKE-programma s POCT bloedgassen en CO-oxymeter. 2 Staalmateriaal 2.1 Bloedgassen De stalen van de enquête POCT bloedgassen bestaan uit een bufferoplossing van elektrolyten en bicarbonaat die in evenwicht is met vooraf bepaalde concentraties van zuurstof, koolstofdioxide, stikstof, glucose, lactaat en magnesium. Deze stalen worden bij kamertemperatuur verstuurd. De ongeopende ampul kan gedurende 12 maanden bij kamertemperatuur (20-25 C) worden bewaard. Vermijd temperaturen onder 2 C of boven 30 C. Bewaar de fles niet direct blootgesteld aan zonlicht. Om de ph en bloedgassen te meten moet het staal onmiddellijk na opening worden geanalyseerd. Om elektrolyten en lactaat te meten moet het staal binnen 10 minuten na opening van de ampul worden bemonsterd om verdamping te voorkomen. 2.2 CO-oxymeter De stalen van de enquête POCT CO-oxymeter zijn samengesteld uit gehemolyseerde rode bloedcellen en plasma bereid van rundsbloed welke samengevoegd moeten worden om een hemoglobineoplossing zonder stroma met vooraf bepaalde concentraties van hemoglobine (Hb) en bijproducten (O2Hb, COHb en MetHb) te vormen. Er werd geen kleurstof toegevoegd om hemoglobine na te bootsen. De stalen worden gekoeld verstuurd en dienen gekoeld bewaard te worden tot het ogenblik van de reconstitutie. De niet gereconstitueerde stalen kunnen ten minste 4 weken bij 2-8 C worden bewaard. Na reconstitutie is het staal gedurende 15 minuten stabiel bij kamertemperatuur (15-30 C). 3 Survey design De enquêtes POCT bloedgassen en CO-oxymeter worden gelijktijdig georganiseerd en bestaan uit 3 rondzendingen per jaar waarvan de respectievelijke data terug te vinden zijn in de Algemene EKE-kalender klinische biologie op onze website. Deze datums komen overeen met de verzenddatums van het staalmateriaal naar de deelnemers. U kan enkel deelnemen aan het programma wanneer uw inschrijving werd geregistreerd. Met de eerste zending ontvangt u een toegangscode (zijnde uw laboratoriumnummer) en een paswoord waarmee u uw resultaten op een specifieke website kan inbrengen. Deze informatie zal worden vermeld op het rondschrijven in bijlage van de eerste enquête. Voor deze toepassing kan het paswoord niet door uzelf gewijzigd worden. De resultaten kunnen worden ingebracht tot de sluitingsdatum en uur vermeld op de begeleidende brief die bij de stalen is toegevoegd. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 2/9

3 4 Staalbehandeling Indien mogelijk moeten de stalen als patiëntmonsters worden behandeld, volgens de onderstaande instructies. Idealiter zou de analyse moeten worden uitgevoerd door de True Key operator van het meetinstrument. Gezien de beperkte stabiliteit van deze stalen na opening of reconstitutie raden we u aan om elk staal slechts op één meetapparaat te gebruiken. 4.1 Bloedgassen 1. Vóór gebruik: - Voor een optimaal resultaat, is een minimum van 4 uur nodig om de ampullen een evenwicht tussen 20 en 23 C te laten bereiken. - Houd de ampul vast tussen uw duim en wijsvinger en schud gedurende 15 seconden om de inhoud grondig te mengen. - Laat de inhoud naar de onderkant van de ampul zakken met behulp van lichte tikken. 2. Gebruik : bescherm uw vingers, breek de ampul en plaats deze onmiddellijk in het meetinstrument met behulp van één van de volgende technieken: - Directe aspiratie, - Transfer met een spuit, - Via capillaire modus. OM EEN FOUTMELDING TE VERMIJDEN, ZOUDEN DE STALEN ALS CONTROLE MONSTERS MOETEN WORDEN GEÏDENTIFICEERD OP SOMMIGE MEETINSTRUMENTEN. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 3/9

4 4.2 CO-oxymeter 1. Vóór gebruik: - Voor een optimaal resultaat, laat het staal ten minste 15 minuten (60 minuten maximum) op kamertemperatuur staan (15-30 C). Wees voorzichtig, eenmaal blootgesteld aan kamertemperatuur mag het staal niet langer worden gekoeld. 2. Gebruik: Onmiddellijk vóór gebruik, reconstitueer het staal volgens de onderstaande instructies. De bemonstering kan worden uitgevoerd met een druppelteller (a) of met een spuit (BD PlastiPak TM syringe luer tuberculine. 1ml, ref : ) die bij het staal wordt geleverd. a. Bemonstering met een druppelteller i. Druk de knop stevig in tot aan het niveau van de inkeping ii. iii. iv. Draai voorzichtig (minimaal 5x) om de vloeistoffen te mengen Houd het staal vast, de dop omhoog, en laat vloeistof naar beneden lopen door licht te tikken Open de dop langzaam door de dop iets op te tillen om de druk te ontlasten v. De eerste 2 druppels moeten worden verwijderd vi. vii. Het staal is klaar voor gebruik Als u hetzelfde staal meerdere keren gebruikt, veegt u de dispenser en de binnenkant van de dop tussen elk gebruik schoon. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 4/9

5 b. Bemonstering met een spuit: Elk monster wordt geleverd met een klassieke injectiespuit 1ml Luer tuberculine (BD PlastiPak TM syringe luer tuberculine. 1ml, ref : ). i. Druk de knop stevig omlaag tot aan het niveau van de inkeping ii. iii. iv. Draai voorzichtig (minimaal 5x) om de vloeistoffen te mengen Plaats de adapter op het uiteinde van een luer-systeem of van een standaard spuit Houd het staal vast, de dop omlaag. Druk de adapter stevig in de luer fitting aan de knop van de staal v. Houd het staal vast, de dop omhoog, en zuig de inhoud op vi. vii. Houd het staal vast, de dop omlaag, en schroef de spuit los terwijl u de adapter losmaakt Sluit de adapter aan met een schroefdop. Gebruik de spuit op uw meetapparaat. OM EEN FOUTMELDING TE VERMIJDEN, ZOUDEN DE STALEN ALS CONTROLE MONSTERS MOETEN WORDEN GEÏDENTIFICEERD OP SOMMIGE MEETINSTRUMENTEN. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 5/9

6 5 Ingeven van de resultaten Het ingeven van de resultaten van de enquêtes voor bloedgassen en CO-oxymeter wordt gelijktijdig uitgevoerd via de weblink vermeld in het rondschrijven dat bij de stalen wordt gevoegd: Uw toegangscode (zijnde uw laboratoriumnummer) en paswoord worden u meegedeeld in het rondschrijven dat bij de eerste enquête van het jaar wordt gevoegd. Dit paswoord is specifiek voor de domeinen bloedgassen en CO-oxymeter, en verschilt van uw Toolkit-paswoord. Voor deze toepassing kan het paswoord niet door uzelf gewijzigd worden. Na het ingeven van uw laboratoriumnummer en paswoord wordt de pagina hieronder geopend. De inleidende tekst biedt de nodige uitleg voor het goede verloop van de enquête. Ingeven van de resultaten : Om uw resultaten in te brengen, klikt u op de knop ingeven van de resultaten. Het venster hieronder verschijnt : DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 6/9

7 1. Selecteer aan de hand van de keuzemenu s het type meetinstrument dat wordt getest (Firma en type apparaat) en zijn locatie. Vul ook het serienummer en het intern identificatienummer van het apparaat in. Deze informatie is verplicht. 2. Nadat deze informatie is ingevuld, brengt u de resultaten verkregen voor het staal van bloedgassen en:of CO-oxymeter in: - Voor de decimalen kunt u de. of, gebruiken, - Als één of meerdere parameters niet werden gemeten, laat u het veld leeg. 3. Vul de gegevens in van de operator die de analyse heeft uitgevoerd: - Vermeld de initialen van de operator. Dit veld is verplicht. - Vermeld aan de hand van het keuzemenu de functie van de operator: is de operator de echte gebruiker van het meetinstrument of een MLT van het laboratorium. 4. Wanneer uw resultaten zijn ingebracht; klikt u op de knop VERSTUREN. Het bericht hieronder verschijnt. Klik op de knop OK. 5. Er verschijnt nu een nieuwe blanco pagina die u toelaat de resultaten van een ander apparaat in te brengen. Herhaal stap 1 tot 4 voor elk meetinstrument. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 7/9

8 Overzicht en wijziging van de ingebrachte resultaten : Via het tabblad verifiëren van de resultaten verkrijgt u een overzicht van de ingebrachte resultaten. 1. De keuzemenu s laten u toe om uw resultaten per parameters en/of per meetinstrumenten te sorteren. 2. Met de knop «EXPORT TO EXCEL» kunt u uw resultaten exporteren in xlsx formaat. 3. Zolang de enquête niet afgesloten is, hebt u de mogelijkheid om uw resultaten te verwijderen en/of aan te passen. a. Verwijdering van de resultaten - Selecteer het resultaat dat u wilt verwijderen - Klik op de knop «DELETE» en bevestig de verwijdering door op de knop «OK» te klikken. DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 8/9

9 b. Aanpassing van de resultaten: - Selecteer het aan te passen resultaat en klik op de knop «EDIT» - Pas het resultaat aan en klik op de knop «UPDATE» om de aanpassingen op te slaan. 6 Uw individueel rapport raadplegen Uw individueel rapport is beschikbaar via dezelfde website die wordt gebruikt voor het ingeven van de resultaten. Uw niet-gevalideerd individueel rapport is beschikbaar enkele dagen na het afsluiten van de enquête en blijft één week zichtbaar. Uw definitief individueel rapport is beschikbaar bij de publicatie van het globaal rapport en blijft altijd zichtbaar. U wordt per op de hoogte gebracht van de beschikbaarheid van de rapporten. 7 Contact Als iets niet duidelijk is of in het geval van problemen, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen via EQAToolkit@sciensano.be. Voor al uw vragen over de inschrijvingen en erkenningen, kunt u contact opnemen met ons secretariaat op het nummer 02/ Met vriendelijke groeten, Dr Arnaud Capron; arnaud.capron@sciensano.be EKE-coördinator POCT Kwaliteit van Laboratoria Sciensano DOC 43/4/N V1 (bijlage 1) p. 9/9