Datum: 28 februari 2013 Portefeuillehouder: Wethouder Horst. De Re-integratieverordening WWB 2008 te wijzigen overeenkomstig het ontwerpbesluit

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Raadsnummer: Registratiekenmerk: Onderwerp: Wijziging van de Re-integratieverordening WWB 2008 Korte inhoud: Aanpassing van de Re-integratieverordening WWB naar aanleiding van de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal Datum: 28 februari 2013 Portefeuillehouder: Wethouder Horst Voorstel De Re-integratieverordening WWB 2008 te wijzigen overeenkomstig het ontwerpbesluit Toelichting: Inleiding Op 25 oktober 2012 heeft u besloten het Re-integratiebeleid aan te passen, zoals verwoord in de notitie Reintegratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal. U heeft besloten: 1. het beleid inzake loonkostensubsidie te wijzigen; 2. geen premies meer te verstrekken; 3. nadere regels in de Re-integratieverordening op te stellen omtrent de inzet van jobcoaching, jobhunting en handhaving; 4. de inkomensgrens van Anw-ers en nuggers te verlagen van 130% naar 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm en het recht op ondersteuning voor deze doelgroep te beperken tot die mensen die zich bevinden op de trede 4 en 5 van de Participatieladder met als verwachte eindtrede 6. In bijgevoegd voorstel worden de wijzigingen in de Re-integratieverordening doorgevoerd. Wij hebben ook van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele taaltechnische aanpassingen te doen en om de verordening zo lean mogelijk op te stellen. Beoogd effect Het beleid zoals verwoord in de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal vastleggen in de Reintegratieverordening. Argumenten 1.1 De Re-integratieverordening WWB 2008 wordt aangepast conform het raadsbesluit van 25 oktober 2012 en zoals verwoord in de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal. In de Re-integratieverordening is het beleid inzake loonkostensubsidies, premies en Anw-ers en nuggers gewijzigd conform de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal. Ook is een aantal tekstuele wijzigingen doorgevoerd.

2 rvs. pagina In de Re-integratieverordening wordt nadrukkelijk vorm gegeven aan jobhunting en jobcoaching. In de Re-integratieverordening wordt invulling gegeven aan de begrippen jobhunting en jobcoaching De Commissie cliëntenparticipatie et werk en bijstand heeft advies gegeven. De Commissie heeft een positief advies gegeven. Het advies van de Commissie is bijgevoegd. Kanttekeningen 1.1 In de Re-integratieverordening wordt handhaving niet als re-integratievoorziening benoemd. In de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal is aangegeven dat er ook invulling zou worden gegeven aan het begrip handhaving. Uit gesprekken met de re-integratieconsulenten (en jobhunter) blijkt dat handhaving meer een taak is van de klantmanagers. Re-integratieconsulenten en jobunters houden zich bezig met name bezig met de begeleiding naar werk, het zoeken naar en vinden van werk (jobhunting) en de begeleiding op de werkplek (jobcoaching). Handhaving is het controleren of voldaan is aan de verplichtingen en betreft met name de rechtmatigheid. Het controleren van de rechtmatigheid van de uitkeringen is een taak voor de klantmanagers. Uitvoering Het college voert de Re-integratieverordening WWB uit. 15 januari 2013, Burgemeester en wethouders van Nijkerk, de secretaris, de burgemeester, mevrouw mr. M.D. Haalstra de heer mr. drs. G.D. Renkema

3 rbs. pagina 1 RAADSBESLUIT Nummer: De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van 15 januari 2013; gelet op artikel 8 Wet werk en bijstand, artikel 35 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, artikel 35 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; gelet op Titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht; b e s l u i t : vast te stellen de Wijziging van de Re-integratieverordening WWB 2008 (wijziging 28 februari 2013) Artikel 1 Wijzigingen verordening De Re-integratieverordening WWB 2008 wordt als volgt gewijzigd. A In artikel 1 lid 2 aanhef en onder e wordt Centrum Werk en Inkomen vervangen door: UWV WERKbedrijf, en vervalt onderdeel m. B Artikel 4 lid 2 komt te luiden: Onder voorzieningen wordt onder meer verstaan: loonkostensubsidie, begeleiding naar werk, werken met behoud van uitkering, scholing, jobhunting, jobcoaching en overige van toepassing zijnde vergoedingen van kosten. C Artikel 5 lid 1 komt te luiden: 1. Anw-ers en Nuggers hebben recht op ondersteuning indien: a. het netto-inkomen van de alleenstaande, de alleenstaande ouder of de gehuwden lager is dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm; b. zij minimaal 24 uur per week beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en c. zij zich bevinden op de tredes 4 of 5 van de Participatieladder met als verwachte eindtrede 6. D De artikelen 8 tot en met 10 worden vervangen door de volgende artikelen 8 tot en met 10: Artikel 8 Begeleiding naar werk 1. Het college kan aan uitkeringsgerechtigden begeleiding naar werk aanbieden. 2. Het doel van de in het eerste lid bedoelde activiteiten is de uitkeringsgerechtigde voor te bereiden op zijn terugkeer naar de arbeidsmarkt.

4 rbs. pagina 2 3. Het college kan aan uitkeringsgerechtigden werken met behoud van uitkering aanbieden, gericht op arbeidsinschakeling. 4. Het doel van de in het derde lid bedoelde activiteiten is het opdoen van werkervaring dan wel het leren functioneren in een werksituatie. 5. Het college biedt de voorziening van het tweede lid aan de uitkeringsgerechtigde alleen aan, indien door zijn plaatsing de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en indien door zijn plaatsing geen verdringing plaatsvindt. 6. De voorziening genoemd in het tweede lid kan worden ingezet wanneer is vastgesteld dat de uitkeringsgerechtigde op korte of middellange termijn een reëel perspectief heeft op regulier werk en een stage geïndiceerd is. 7. Het college kan een vorm van scholing aanbieden gericht op arbeidsinschakeling. 8. Voor de aangeboden scholing gelden de volgende eisen: a. de scholing is gericht op het behalen van een startkwalificatie op de arbeidsmarkt, of b. de scholing is kortdurend en gericht op snelle arbeidsinschakeling. Artikel 9 Jobhunting 1. Het college kan aan uitkeringsgerechtigden jobhunting aanbieden. 2. Het doel van de in het eerste lid bedoelde activiteiten is de uitkeringsgerechtigde te plaatsen op de arbeidsmarkt. 3. Het college kan een loonkostensubsidie verlenen aan werkgevers, die met uitkeringsgerechtigden als bedoeld in artikel 2 lid 1 van deze verordening een arbeidsovereenkomst van tenminste zes maanden sluiten om een reguliere functie bij de betreffende werkgever mogelijk te maken ten behoeve van uitstroom uit de uitkering. 4. De subsidie wordt alleen verleend indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en er geen verdringing plaatsvindt. Gelet op de Europese vrijstellingsverordeningen Verordening (EG) nr. 2204/2002 (Verordening werkgelegenheidssteun, Pb EG 2002, L 337/3) en Verordening (EG) nr. 69/2001 (Verordening de minimasteun Pb EG 2001, L 10/30) wordt het verlenen van loonkostensubsidies in deze verordening aangemerkt als steun die voldoet aan genoemde Europese verordeningen. 5. Geen loonkostensubsidie wordt verleend voor kosten waarvoor langs andere weg subsidie wordt verleend uit een andere gemeentelijke of niet-gemeentelijke vergoedingsregeling. 6. De loonkostensubsidie moet voor aanvang van het dienstverband worden aangevraagd. Door aanvang van het dienstverband na de datum van aanvraag, maar voor de datum van toekenning, ontstaat geen automatisch recht op een loonkostensubsidie. Op de verlening voor loonkostensubsidie is afdeling van de Algemene Wet Bestuursrecht van toepassing. 7. Het college verleent de gevraagde loonkostensubsidie voor een periode van ten hoogste 24 maanden (conform de Verordening nr. 800/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 6 augustus 2008 en de Verordening nr. 1998/2006 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 december 2006). De subsidie bedraagt maximaal 50% van het voor de uitkeringsgerechtigde geldende wettelijk minimumloon. De subsidie wordt slechts uitbetaald voor zover de arbeidsovereenkomst daadwerkelijk van kracht is en naar rato van een voltijds dienstverband. 8. Aan het verlenen van de loonkostensubsidie verbindt het college de verplichting dat de werkgever een trajectplan met de uitkeringsgerechtigde overeenkomt en aan het college voorlegt. Het trajectplan formuleert de voorgenomen ontwikkeling van de uitkeringsgerechtigde en het voornemen van de werkgever om de uitkeringsgerechtigde in dienst te nemen na afloop van de termijn waarvoor de loonkostensubsidie geldt. Het trajectplan behoeft de instemming van het college. 9. Het college stelt de loonkostensubsidie telkens ambtshalve vast na afloop van de periode die in de verleningsbeschikking is bepaald op basis van de door het college te bepalen en door de werkgever aan te leveren documenten. 10. Het college kan op basis van de verleningsbeschikking aan de werkgever voorschotten op de loonkostensubsidie verlenen, mits aan de voorwaarden van de subsidieverlening is voldaan.

5 rbs. pagina 3 Artikel 10 Jobcoaching 1. Het college kan aan uitkeringsgerechtigden jobcoaching aanbieden. 2. Het doel van de in het eerste lid bedoelde activiteiten is de uitkeringsgerechtigde te begeleiden op de werkervaringsplek of de werknemer op de werkplek. E De artikelen 11, 12 en 14 vervallen Artikel 2 Wijzigingen toelichting De toelichting op de Re-integratieverordening WWB 2008 wordt als volgt gewijzigd. A In de ALGEMENE TOELICHTING wordt de zin Ondersteunend voor de uitvoering van deze verordening ( ) de notitie naar een werkend premiebeleid vervangen door: Ondersteunend voor de uitvoering van deze verordening zijn de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk 2012: van een sluitende aanpak naar een selectieve aanpak, de notitie Re-integratiebeleid Nijkerk: selectief én sociaal en de Beleidsregels re-integratiebeleid. B Waar in de toelichting trajectplan staat, wordt dat gewijzigd in: plan van aanpak. C In de toelichting op artikel 4 vervalt de zinsnede Als arbeidsinschakeling binnen afzienbare termijn ( ) voor het beoogde doel. D De toelichting op de artikelen 7 tot en met 10 komt als volgt te luiden: Artikel 7 - Criteria ontheffing arbeidsplicht uitkeringsgerechtigde De wet geeft aan wanneer een ontheffing van de arbeidsplicht kan worden verleend. In dit artikel is nu vastgelegd wanneer ontheffing kan worden verleend. Ontheffing is van tijdelijke aard. Ontheffing wordt verleend indien de combinatie van zorg en arbeid of de combinatie van zorg en een voorziening gericht op arbeidsinschakeling voor alleenstaande ouders niet mogelijk is. Met name bij alleenstaande ouders en jonge kinderen tot 12 jaar of gehandicapte kinderen tot 18 jaar moet de invulling van de zorgplicht zwaar wegen. Het verlenen van ontheffing vindt altijd plaats op individuele basis. Het biedt de mogelijkheid om individueel maatwerk te bieden. Artikel 8 - Begeleiding naar werk Begeleiding naar werk wordt ingezet om de uitkeringsgerechtigde voor te bereiden op zijn terugkeer naar de arbeidsmarkt. In veel gevallen zal begeleiding naar werk vooral bestaan uit het motiveren en activeren van de uitkeringsgerechtigde. Ook het inzetten en monitoren van hulpverleningstrajecten en scholing en het vinden van een werkervaringsplek valt hieronder. Werken met behoud van uitkering heeft als belangrijkste doel het opdoen van werkritme en werkervaring al dan niet in een bepaald vakgebied, waardoor uitstroom naar betaald werk mogelijk wordt gemaakt. Deze voorziening is bedoeld voor uitkeringsgerechtigden die op termijn perspectief op betaald werk hebben. Niet alleen het arbeidsperspectief is bepalend voor de inzet van de voorziening, maar ook het opdoen van ervaring. Hierbij is maatwerk van toepassing. Scholing is één van de re-integratie-instrumenten die uiteindelijk moeten leiden tot uitstroom naar werk. In dit artikel worden de regels vastgesteld waarbinnen eventuele scholingstrajecten kunnen worden verleend. Met startkwalificatie wordt bedoeld het succesvol afronden van een beroepsopleiding op niveau 2 van het MBO of met het behalen van het Havo-diploma. In beginsel wordt enkel scholing ingezet die opleidt naar beroepssectoren waarin gelijk werk gevonden kan worden of in een zogenaamd duaal traject.

6 rbs. pagina 4 Artikel 9 - Jobhunting Jobhunting wordt ingezet om de uitkeringsgerechtigde te plaatsen op de arbeidsmarkt. Activiteiten die hieronder vallen zijn onder meer: sollicitatietraining (individueel en groepsgewijs), vacatures zoeken bij werkgevers en werkervaringsplekken zoeken bij werkgevers. Loonkostensubsidie wordt verleend aan werkgevers, die met uitkeringsgerechtigden een arbeidsovereenkomst voor tenminste zes maanden hebben en waarvoor de gemeente de werkgever loonkostensubsidie verstrekt. De reden hiervoor kan zijn dat deze werklozen door de grotere afstand tot de arbeidsmarkt minder productief zijn, of dat werkgevers door een gebrek aan werkervaring huiverig zijn om iemand in dienst te nemen vanwege de extra financiële risico's die daaraan verbonden zijn. Door deze loonkostensubsidie worden die financiële risico's gecompenseerd, en komen er extra voorzieningen beschikbaar op het terrein van re-integratie. De loonkostensubsidie is niet direct gekoppeld aan een vacature bij een werkgever en ongeacht wie vanuit de doelgroep daarop werkzaam is. Het doel is dat de uitkeringsgerechtigde zich oriënteert op werk en vaardigheden en werkervaring opdoet om zodoende op korte en middellange termijn uit te stromen naar regulier werk. De gemeente is gehouden aan de algemene bepalingen inzake overheidssteun zoals deze worden uitgevaardigd in onder meer EU-richtlijnen. In de Verzamelbrief van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van april 2004 wordt hier nog op gewezen. Tevens worden in deze verzamelbrief gemeenten gemaand om in hun Re-integratieverordening op te nemen dat loonkostensubsidies slechts worden verstrekt indien de arbeidsplaats geen verdringing op de arbeidsmarkt dan wel valse concurrentie veroorzaakt. Ongewenste samenloop van subsidies moet worden voorkomen. Voor een deel is daarin al voorzien doordat alleen voor kosten (en voor zover die er zijn) subsidie kan worden verleend. Toch is nog eens uitdrukkelijk opgenomen dat een loonkostensubsidie alleen mogelijk is voor die loonkosten, of voor dat deel van die loonkosten, waar niet al een andere subsidie voor wordt ontvangen. Dat hoeft niet een subsidie te zijn die alleen voor de loonkosten bedoeld is. Het kan ook om een meer algemene subsidie gaan, waarvan is vastgesteld dat die ook voor de loonkosten bestemd is. De subsidieverlening vindt plaats op basis van een toekenningsbesluit zoals bedoeld in afdeling van de Algemene Wet Bestuursrecht. Het college verleent de gevraagde loonkostensubsidie voor een periode van ten hoogste 24 maanden (conform de Verordening nr. 800/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 6 augustus 2008 en de Verordening nr. 1998/2006 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 december 2006). De subsidie bedraagt maximaal 50% van het voor de uitkeringsgerechtigde geldende wettelijk minimumloon. De subsidie wordt slechts uitbetaald voor zover de arbeidsovereenkomst daadwerkelijk van kracht is en naar rato van een voltijds dienstverband. Aan de loonkostensubsidie wordt de voorwaarde verbonden dat een trajectplan wordt afgesloten tussen werkgever en werknemer. Deze voorwaarde moet het doel van de loonkostensubsidie, zijnde het opdoen van werkervaring en de overgang naar regulier werk, ondersteunen. De verantwoordelijkheid voor het opstellen en uitvoeren van het trajectplan ligt bij de direct betrokkenen: werkgever en werknemer. Hiermee wordt de betrokkenheid van de werkgever en werknemer bij het uitvoeren van het traject en daarmee de gerichte aandacht voor de ontwikkeling van de werknemer gemaximaliseerd. Vanuit het belang van burgemeester en wethouders moeten burgemeester en wethouders instemmen met het trajectplan. In de beoordeling zullen kwalitatieve aspecten met betrekking tot de ontwikkeling van de werknemer een rol spelen evenals de planning en afspraken over de uitvoering van de voorgenomen acties. Bij het definitief vaststellen van de loonkostensubsidie zal ook de realisatie van de voornemens in het trajectplan worden beoordeeld. Het definitieve recht op subsidie wordt vastgesteld na afloop van de in de verleningsbeschikking overeengekomen periode. Vaststelling van het recht op subsidie per kalenderjaar sluit aan bij het moment van salarisveranderingen en fiscale veranderingen en bij het moment waarop definitief opgave van loonkosten moet worden gedaan ten behoeve van andere regelingen.

7 rbs. pagina 5 Voorschotverlening is mogelijk gemaakt omdat de subsidie éénmaal per jaar definitief wordt vastgesteld, en de bedrijfsvoering van werkgevers niet altijd toelaat dat de loonkosten worden betaald zonder dat daar de inkomsten uit de loonkostensubsidie tegenover staat. Als is vastgesteld dat aan de voorwaarden van subsidiëring is voldaan, kunnen periodiek voorschotten worden verstrekt ter hoogte van een voorlopige schatting van het uiteindelijk toe te kennen subsidiebedrag ten behoeve van de aanwezige gesubsidieerde arbeidsplaatsen over de periode waarop het voorschot betrekking heeft. Als de vastgestelde subsidie lager is dan de verleende subsidie zijn de wettelijke bepalingen over verrekening en terugvordering van toepassing (zie artikel 4:55 en 4:57 van de Awb). Artikel 10 - Jobcoaching Jobcoaching wordt ingezet om de uitkeringsgerechtigde te begeleiden op zijn werkplek of zijn werkervaringsplek. Dit houdt in het monitoren van de voortgang op de werkplek en het zijn van een schakel tussen de werkgever en de werknemer. E De toelichting op de artikelen 11, 12 en 14 komt te vervallen. Artikel 3 Overgangsbepaling bij de wijziging 1. Het bepaalde in artikel 12 lid 2 en 4 van de Re-integratieverordening 2008, zoals deze luidde voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijft van toepassing op degene die op de datum onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van dit besluit: a. op grond van artikel 12 lid 2 recht heeft op een kostenvergoeding voor vrijwilligerswerk, b. op grond van artikel 12 lid 4 recht heeft op een vergoeding bij deeltijdarbeid aan gedeeltelijk arbeidsongeschikte bijstandsgerechtigden 2. Het recht als genoemd in het eerste lid wordt beëindigd per de eerste van de maand volgende op het verstrijken van de overgangstermijn. Artikel 4 Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking op de achtste dag na de datum van bekendmaking. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Nijkerk d.d. 28 februari 2013, de griffier, de voorzitter, de heer O. VAN KOLCK de heer mr. drs. G. D. RENKEMA