Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)"

Transcriptie

1 Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg Brussel 1000 Brussel Tel : 02/ his@iph.fgov.be Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Kristina Bayingana Stefaan Demarest Lydia Gisle Edith Hesse Pieter-Jan Miermans Jean Tafforeau Johan Van der Heyden Logistieke steun : Monique Schoonenburg Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid: IPH/EPI REPORTS N Depotnummer : D/2006/2505/4

2 De opdrachtgevers van de Gezondheidsenquête 2004 B. Cerexhe Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Economie, Tewerkstelling, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Landbouwbeleid Brussels Hoofdstedelijk Gewest R. Demotte Minister van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Federale regering C. Fonck Ministre de la Santé, de l'enfance et de l'aide à la Jeunesse Franse Gemeenschap B. Gentges Vize-Ministerpräsident, Minister für Ausbildung und Beschäftigung, Soziales und Tourismus Duitstalige Gemeenschap G. Vanhengel Minister van de Brussels Gewestse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Informatica Brussels Hoofdstedelijk Gewest I. Vervotte Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Vlaamse Gemeenschap C. Vienne Ministre de la Santé, de l'action sociale et de l'egalité des chances Waals Gewest

3 Boek V Medische Consumptie Gezondheidsenquête België 2004 IPH/EPI REPORTS nr

4

5 Algemene Inhoud Boek I Inleiding Methodologish rapport...5 Boek II Gezondheidstoestand Subjectieve Gezondheid...9 Chronische aandoeningen...47 Mentale gezondheid Langdurige lichamelijke beperkingen Tijdelijke beperkingen Boek III Leefstijl Lichaamsbeweging...5 Voedingsstatus Voedingsgewoontes Gebruik van alcohol Tabaksgebruik Gebruik van illegale drugs Gezondheid en seksualiteit AIDS : kennis, attitudes en opsporing Boek IV Preventie Vaccinatie...5 Cardiovasculaire preventie Vroegtijdige opsporing van diabetes Vroegtijdige opsporing van borstkanker Vroegtijdige opsporing van baarmoederhalskanker...297

6 Boek V Medische Consumptie Contacten met zorgverstrekkers Contacten met de huisarts...5 Ambulante contacten met de specialist Contacten met de dienst spoedgevallen Contacten met de tandarts Contacten met paramedische zorgverstrekkers Opname in het ziekenhuis Gebruik van geneesmiddelen Niet-conventionele geneeswijzen Boek VI Gezondheid en samenleving Toegankelijkheid van de gezondheidszorgen... 5 Socio-economische verschillen in gezondheid Gezondheid en omgeving Traumata Sociale gezondheid Gebruik sociale en preventieve diensten Boek VII Ouderen... 5 Boek VIII Internationale vergelijking... 5

7 Boek V Hoofdstuk 1 (1) Contacten met de Huisarts Johan Van der Heyden Inleiding Gezondheidstoestand Contacten met de huisarts Leefstijl Preventie Medische consumptie Gezondheid en samenleving Ouderen Contacten met zorgverstrekkers Opname in het ziekenhuis Gebruik van geneesmiddelen Niet-conventionele geneeswijzen Ambulante contacten met de specialist Contacten met de dienst spoedgevallen Contacten met de tandarts Contacten met paramedische zorgverstrekkers Internationale vergelijking Gezondheidsenquête, België 2004

8

9 Inhoudstafel SAMENVATTING... 5 DANKWOORD INLEIDING VRAGEN INDICATOREN RESULTATEN VASTE HUISARTS (GP01_1) België Regio s HUISARTSPRAKTIJK DIE DOORGAANS GECONSULTEERD WORDT (GP03_1) België Regio s LAATSTE CONTACT MET DE HUISARTS (GP_1) België Regio s GEMIDDELD AANTAL CONTACTEN MET DE HUISARTS (GP05_1) België Regio s SOORT CONTACT MET DE HUISARTS (GP01_1) België Regio s INITIATIEFNEMER VOOR HET CONTACT MET DE HUISARTS (GP13_1) België Regio s VERWIJZING NAAR ANDERE DIENST OF HULPVERLENER (GP14_1 GP14_10) België Regio s BESPREKING BIBLIOGRAFIE BASIS TABELLEN GESTANDAARDISEERDE TABELLEN... 99

10

11 Samenvatting De grote meerderheid van de bevolking in België (95) geeft aan over een vaste huisarts te beschikken. De drempel om de huisarts te contacteren is laag: 79 percent van de Belgen heeft in een periode van één jaar minstens één contact met de huisarts. Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar per persoon in de bevolking bedraagt 4,6. Via de huisarts kan een aanzienlijk percentage van de bevolking bereikt worden. De evolutie van deze parameters tussen 1997 en 2004 varieert naargelang de indicator. Het aantal personen dat aangeeft een vaste huisarts te hebben blijft stijgen, ook al is dit reeds zeer hoog. Het aantal personen dat minstens één keer per jaar de huisarts contacteert blijft gelijk. Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar daalt zelfs, wat trouwens overeenkomt met de bevindingen op basis van de RIZIV-gegevens. Het percentage personen dat een beroep doet op een huisarts die in een solopraktijk werkt blijft hoog, maar daalt tussen 2001 en 2004 van 79 naar 75. In 2004 situeert 17 van de bevolking zijn of haar huisarts in een duopraktijk en 9 in een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum. In 2001 bedroegen deze percentages respectievelijk 15 en 6. De overgrote meerderheid van de contacten wordt door de patiënt geïnitieerd. Het percentage opvolgcontacten stijgt weliswaar met de leeftijd, maar kent een dalende trend van 22 in 1997 tot 18 in Dit percentage ligt ook het hoogst bij het laagste opleidingsniveau. Vlaanderen scoort hier het hoogst, met één op vijf contacten op initiatief van de huisarts. Slechts in 12 van de contacten met de huisarts wordt de patiënt doorverwezen. Dit percentage blijft tussen 1997 en 2004 vrij constant. Een percentage dat vergelijkbaar is met dat in vorige enquêtes voor België, Vlaanderen en Wallonië. Jongeren en ouderen worden het minst en de leeftijdsgroepen en worden het meest doorverwezen. Het type doorverwijzing verschilt volgens leeftijdsgroep. Het percentage doorverwezen patiënten, vooral dan naar een labo of naar een kinesitherapeut, is opvallend hoger in Brussel dan in Vlaanderen en in Wallonië. Het aandeel van de huisbezoeken neemt duidelijk af en daalt in 2004 met 19 t.o.v Problemen van het bewegingsapparaat vormen bij mannen tussen de 15 en 64 jaar de belangrijkste reden om de huisarts te contacteren. Bij vrouwen van dezelfde leeftijdsgroep zijn dit problemen van het ademhalingsstelsel. De aandoeningen waarvoor mannen en vrouwen boven de 65 vaakst de huisarts raadplegen zijn problemen van hart en bloedvaten. De top drie van de meest voorkomende ziektegroepen waarvoor de huisarts gecontacteerd wordt is tussen 2001 en 2004 niet gewijzigd. Vrouwen contacteren vaker een huisarts dan mannen, maar het percentage huisbezoeken, opvolgcontacten en contacten waarbij wordt doorverwezen is niet verschillend. Leeftijd is uiteraard een belangrijke determinant, waarbij de bestudeerde indicatoren doorgaans hoger zijn bij de oudere leeftijdsgroepen. Ook in de jongste leeftijdsgroep (0-14 jaar) heeft echter 70 van de bevolking een jaarlijks contact met de huisarts. Er zijn in België geen belangrijke barrières voor het gebruik van huisartsgeneeskundige zorg. Lager opgeleiden contacteren zelfs vaker de huisarts dan de hoger opgeleiden. Toch zijn er aanwijzingen dat personen met een lagere opleiding minder vaak verwezen worden naar de kinesitherapeut en vaker moeten doorverwezen worden naar de spoedopname. Opvallend is dat het percentage huisbezoeken des te hoger is naarmate het opleidingsniveau daalt. Een lager opleidingsniveau is ook geassocieerd met een hoger percentage opvolgcontacten

12 De rol van de huisarts is in het Brussels Gewest minder uitgesproken dan in het Vlaams en Waals Gewest. Dit weerspiegelt zich onder meer in een lager percentage personen dat aangeeft een vaste huisarts te hebben, een lager percentage personen dat een contact met de huisarts rapporteert in het afgelopen jaar en het kleiner aantal contacten. Dit is niet louter een stedelijk fenomeen want uit de gezondheidsenquête blijkt dat de Brusselaars beduidend minder vaak naar de huisarts toestappen dan de inwoners van de andere grote Belgische steden. Vooral niet-belgen van buiten de EU vinden minder snel de weg naar de huisarts. In Brussel doen relatief meer mensen een beroep op groepspraktijken of wijkgezondheidscentra. Dit heeft ongetwijfeld te maken met het groter aanbod. Lager opgeleiden en niet-belgen van buiten de EU doen relatief meer een beroep op groepspraktijken en wijkgezondheidscentra dan hoger opgeleiden en Belgen. Verder blijkt dat patiënten in het Brussels Gewest relatief vaker worden doorverwezen door de huisarts dan dit het geval is in Vlaanderen en Wallonië. Toch stellen we vast dat ook in het Brussels Gewest een stijgend aantal inwoners aangeeft over een vaste huisarts te beschikken: van 78 in 1997 tot 83 in Het percentage personen met een vaste huisarts, het percentage personen dat in het afgelopen jaar minstens één keer de huisarts contacteerde en het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar zijn in Wallonië en Vlaanderen van dezelfde grootteorde. In het Waals Gewest vinden we wel een hoger percentage huisbezoeken en een lager percentage opvolgcontacten dan in het Vlaams Gewest. Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts is er hoger in de steden dan in de landelijke gebieden. In het Waals Gewest is de competentie doorslaggevend bij de keuze van de huisarts. In het Vlaams Gewest wordt meer belang gehecht aan de bereikbaarheid. In Brussel spelen beide evenveel mee. Voor verschillende hier voorgestelde parameters is de situatie in Brussel dus beduidend verschillend van deze in beide andere regio s: minder personen hebben er een vaste huisarts, de huisarts wordt er minder gecontacteerd, het aantal doorverwijzingen is er veel hoger. De huisarts wordt er zeker niet maximaal benut. De resultaten geven duidelijk aan dat het opleidingsniveau als indicator van socioeconomische status de arts-patiënt verhouding duidelijk beïnvloedt. Bij lager opgeleiden noteren we meer contacten, zijn er ook relatief meer huisbezoeken en zal de huisarts vaker zelf het initiatief nemen om de patiënt te contacteren. In deze patiënten investeert de huisarts dus duidelijk meer tijd. Dit benadrukt de belangrijke sociale rol van de huisarts. Het is belangrijk dat de overheid deze rol duidelijk erkent, en ook valoriseert. Een prioritaire groep is zeker ook de oudere populatie. 75-plussers rapporteren gemiddeld 12 contacten met de huisarts per jaar. Contacten met ouderen gebeuren vaker op initiatief van de huisarts. Ouderen worden ook minder frequent doorverwezen naar andere diensten. De huisarts is ongetwijfeld de meest gecontacteerde professionele hulpverlener en vaak de enige waarop ouderen een beroep doen. Veel ouderen hebben ook een echte vertrouwensrelatie met hun huisarts. Met het oog op de vergrijzing van de populatie, en de toenemende ouderenpopulatie die voldoende gezond is om thuis te kunnen blijven functioneren, kan de rol van de huisarts in de ouderenzorg enkel toenemen. Het is belangrijk dat het gezondheidsbeleid hierop inspeelt en daarvoor de nodige middelen vrijmaakt

13 Dankwoord Wij willen graag de volgende personen bedanken voor het nalezen van dit onderdeel en hun nuttige opmerkingen. o o o o o o Dr. Dominique Filée, Département des Sciences de la Santé Publique, Université de Liège (Ulg) Dr. Viviane Van Casteren, Afdeling Epidemiologie, Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) Mr. Hervé Avalosse, Mevr. Anja Crommelinck, Mr Christian Léonard, Nationaal Verbond van Christelijke Mutualiteiten Mr. Mark Leys, Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) Mr. Tite Kubushishi, Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid Dr. Greta Van Kersschaever, Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde, K.U.Leuven - 7 -

14 1. Inleiding De huisartsengeneeskunde heeft de laatste decennia een ingrijpende ontwikkeling gekend op diverse gebieden, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Deze evolutie is nog volop aan de gang. De huisarts vervult ongetwijfeld een sleutelrol in ons gezondheidssysteem. Toch heersen er op dit ogenblik binnen de huisartswereld flink wat controversen. Het prestige van het beroep is de afgelopen decennia sterk gedaald. Bovendien hebben veel huisartsen de indruk dat aan hen steeds meer eisen gesteld wordt, zonder dat daar wat tegenover staat. De uitbouw van een efficiënt gezondheidsbeleid waarin de huisartsengeneeskunde en de huisartsen de plaats krijgen die ze verdienen, blijft dan ook een belangrijke uitdaging voor de komende jaren. Gezondheidsinformatie over contacten met de huisarts en contacten met andere zorgverleners is nodig om een rationeel gezondheidsbeleid uit te stippelen. Om te komen tot een meer kwalitatieve zorgverlening en een doeltreffender organisatie van de geneeskundige verzorging dienen de overheid, maar ook de zorgverstrekkers en andere actoren die een rol spelen in onze gezondheidszorg te beschikken over adequate informatie over het gebruik van zorgen. Gegevens over het gebruik van huisartsgeneeskundige zorg zijn in België uiteraard reeds beschikbaar via het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV), dat de voorwaarden organiseert voor toegang tot de geneeskundige verstrekkingen die gedekt worden door de verplichte verzekering, en de verzekeringsinstellingen (VI s). De studiediensten van de VI s analyseren hun gegevens voor intern gebruik maar produceren ook specifieke dossiers bedoeld voor externen. In oktober 2002 werd door de zeven Landsbonden van de VI s het Intermutualistisch Agentschap (IMA) opgericht. Het IMA heeft als doelstelling deze gegevens vanuit de verschillende Landsbonden te verzamelen en te analyseren, en dit in eigen beheer en in kader van specifieke opdrachten onder meer van de overheid. De gegevens van de verzekeringsinstellingen betreffen de grote meerderheid van de bevolking, maar niet de volledige populatie. Een andere bron voor gegevens van de huisartsengeneeskunde zijn huisartsgeneeskundige registraties, zoals het huisartsenpeilpraktijkennetwerk van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en het Intego-netwerk opgericht door het Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde van de KUL (1), (2). Doelstellingen van dergelijke registraties zijn onder meer het bepalen van de incidentie van een aantal gezondheidsproblemen in de algemene populatie, het continu opvolgen van sommige gezondheidsproblemen over verschillende jaren en het bestuderen van de aanpak en opvolging van een aantal gezondheidsproblemen in de huisartsenpraktijk. De meerwaarde van een Gezondheidsenquête bij het bestuderen van de contacten met de huisarts bestaat er in om kwantitatieve indicatoren die reeds beschikbaar zijn via registratiesystemen te bestuderen in functie van determinanten waarover via deze andere instrumenten geen of slechts beperkte informatie hebben, zoals bvb het opleidingsniveau, de urbanisatiegraad en de gezondheidsstatus. Verder biedt een Gezondheidsenquête de mogelijkheid om op het niveau van de totale bevolking informatie te verzamelen over de reden voor het contact en modaliteiten zoals de initiatiefnemer van het contact of een eventuele verwijzing. Dergelijke informatie, zeker in samenhang met potentiële determinanten, kan inzicht geven in bepaalde ontwikkelingen waarop kan ingespeeld worden bij het uitwerken van het gezondheidsbeleid. In de Gezondheidsenquête bespreken we de contacten met de huisarts waarbij de persoon raadpleegt voor een probleem dat betrekking heeft op zichzelf. Het gaat daarbij zowel om raadplegingen bij de huisarts thuis als huisbezoeken, maar ook om telefonische consultaties

15 2. Vragen De eerste vragen van deze module zijn voor iedereen. GP01. Hebt u een vaste huisarts of huisartspraktijk (wijkgezondheidscentrum inbegrepen)? GP02. Kunt u aangeven waarom u geen vaste huisarts (of vaste huisartspraktijk - wijkgezondheidscentrum) heeft? GP03. Werkt uw huisarts alleen in zijn eigen praktijk? samen met een andere arts in een duopraktijk? in een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum? GP04-GP07. Hebt u de afgelopen 2 maanden contact gehad met een huisarts? Indien niet, wanneer had u voor het laatst contact met de huisarts? GP05. Hoeveel contacten met een huisarts waren er de afgelopen 2 maanden? GP06. Hoeveel contacten met een huisarts waren er de afgelopen 2 weken? Personen die in de 2 maanden voorafgaand aan het interview één of meerdere contacten hadden met de huisarts krijgen een aantal bijkomende vragen over deze contacten. In geval er meer dan 3 contacten waren, worden enkel vragen gesteld over de laatste 3 contacten. GP08. Wanneer vond dit contact plaats? GP09. Wat was de belangrijkste reden voor dit contact? GP10. Omschrijf de klachten, ziekten of gezondheidsproblemen die aan de basis lagen van dit contact met de huisarts. Het kan hierbij ook om mentale of sociale problemen gaan. GP11. Wat waren de belangrijkste redenen voor de keuze van deze huisarts? GP12. Waar of hoe vond dit contact plaats? GP13. Wie nam het initiatief om contact op te nemen met de huisarts? GP14. Werd u naar aanleiding van dit contact doorverwezen naar een andere hulpverlener of gezondheidsdienst? - 9 -

16 3. Indicatoren De eerste vijf indicatoren van deze module situeren zich op het niveau van de bevolking. Het percentage van de bevolking dat een vaste huisarts heeft geeft een idee over de getrouwheid van de patiënt aan één huisarts of huisartsenpraktijk. Indien het begrip vaste huisarts door de respondent niet goed begrepen werd, werd dit verduidelijkt als een huisarts die men doorgaans contacteert in geval van gezondheidsproblemen. De verdeling van de bevolking naargelang het soort huisartsenpraktijk dat doorgaans gecontacteerd wordt geeft aan in welke mate de bevolking zich (reeds?) richt tot huisartsen die in groepsverband werken (duopraktijken, groepspraktijken, wijkgezondheidscentra). De verdeling van de bevolking naargelang het laatste contact met de huisarts geeft informatie over de proportie van de bevolking die via de huisarts kan bereikt worden. Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar en per persoon in de bevolking is een kwantitatieve maat voor het verstrekken van huisartsgeneeskundige zorg. In de gezondheidsenquête kan deze parameter slechts bij benadering vastgesteld worden. Dit gebeurt op basis van een extrapolatie van de contacten van de afgelopen 2 maanden. Ook de personen die geen contact hadden met de huisarts in het afgelopen jaar maken deel uit van de noemer. De reden voor de keuze van de huisarts (uitgedrukt als percentage van de personen die in de afgelopen 2 maanden een huisarts contacteerden en deze reden aangaven) is gebaseerd op een vraag waarbij de ondervraagde personen één of meerdere van de volgende redenen konden aangeven waarvoor ze voor hun huisarts kiezen: competentie, bereikbaarheid, goed contact, beschikbaarheid, medisch advies, kostprijs of een andere reden. De volgende indicatoren situeren zich op het niveau van de contacten met de huisarts. Proporties worden uitgedrukt t.o.v. het totaal aantal gerapporteerde contacten in de afgelopen 2 maanden. Aangezien de bevraging zich heeft voorgedaan tijdens het ganse kalenderjaar 2004 en seizoensgebonden effecten ook gecorrigeerd werden via de wegingprocedure kunnen de resultaten geëxtrapoleerd worden op jaarbasis. Verdeling van de contacten met de huisarts naargelang de belangrijkste reden voor het contact. Hierbij worden 6 categorieën onderscheiden: ziekte of klacht, ongeval of kwetsuur, controle of onderzoek, behandeling of voorschrift, preventieve handeling of andere reden. Verdeling van de klachten of ziekten waarvoor de huisarts gecontacteerd wordt volgens de aard van de klacht of ziekte. Voor het alle gerapporteerde contacten met de huisarts werd nagevraagd welke klacht, ziekte of aandoening aan de basis lag van dit contact. Indien meerdere klachten of ziekten vernoemd werden, worden alle in aanmerking genomen. De ziekten of klachten worden ingedeeld volgens de hoofdstukken van de International Classification of Primary Care (ICPC). (3) Indien er geen klachten of ziekten waren, of de problemen niet gespecificeerd werden, wordt dit ook als dusdanig vermeld. Verdeling van de contacten met de huisarts naargelang het soort contact waarbij het procentueel aandeel van raadplegingen (contacten bij de huisarts thuis) en huisbezoeken kan worden vergeleken. Deze indicator laat toe om de modaliteiten van het relatief groot aantal huisbezoeken, waarvoor België één van de Europese koplopers is, te bekijken. Verdeling van de contacten met de huisarts naargelang de initiatiefnemer voor het contact. Deze indicator kan enig inzicht verschaffen in het aandeel van de opvolgcontacten

17 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de patiënt verwezen werd naar een andere dienst of hulpverlener, waarbij het zowel gaat om verwijzingen naar andere hulpverleners of verwijzingen voor bijkomend onderzoek. Aantal contacten met huisarts (per 1000 contacten) met verwijzing naar een specifieke dienst. Verwijzing naar de volgende diensten en hulpverleners wordt bevraagd: specialist, radiologie, kinesitherapeut, spoedopname, laboratorium, ziekenhuis of andere dienst. Deze indicator kan interessante informatie verschaffen over het verwijsgedrag van de huisarts. Voor alle indicatoren zijn in dit rapport basistabellen en gestandaardiseerde tabellen opgenomen, zowel op het niveau van België als voor de drie gewesten afzonderlijk. De belangrijkste indicatoren worden in detail besproken

18 - 12 -

19 4. Resultaten 4.1. Vaste huisarts (GP01_1) België In België geeft 95 van de bevolking aan over een vaste huisarts te beschikken. Ook al hangt de interpretatie van het begrip vaste huisarts ongetwijfeld af van persoon tot persoon, toch geeft deze hoge proportie aan dat de grote meerderheid van de bevolking doorgaans een zelfde huisarts contacteert in geval van gezondheidsproblemen. Analyse volgens geslacht en leeftijd Vrouwen blijken iets vaker een vaste huisarts te rapporteren dan mannen: 96 tegenover 94. Dit verschil is klein, maar significant na correctie voor leeftijd (p = 0,005). Ouderen hebben iets vaker een vaste huisarts dan jongeren, maar ook in de jongste leeftijdscategorieën, zowel bij vrouwen als bij mannen, ligt het percentage dat aangeeft over een vaste huisarts te beschikken boven of rond de 90. Figuur 1 Percentage van de bevolking dat een vaste huisarts heeft, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Analyse volgens opleidingsniveau Er worden geen significante verschillen genoteerd in functie van het opleidingsniveau, ook niet na correctie voor leeftijd en geslacht. Analyse volgens urbanisatiegraad In de grote steden is het percentage personen met een vaste huisarts iets lager dan in halfstedelijke gebieden of op het platteland: 91 versus respectievelijk 97 Bij nadere analyse blijken hier vooral de resultaten voor de stad Brussel doorslaggevend te zijn. In de andere grote steden van het land bedraagt het percentage personen met een vaste huisarts 95, vergelijkbaar dus met de halfstedelijke en landelijke

20 gebieden. Het verschil tussen Brussel en de andere grote steden is na correctie voor leeftijd en geslacht sterk significant (p < 0.001). Evolutie over de tijd Figuur 2 Percentage van de bevolking dat een vaste huisarts heeft, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, 2004 Het percentage personen met een vaste huisarts stijgt licht tussen 1997 en 2004: van 93 tot 95. De stijgende trend is significant (p < 0.001) ook na correctie voor leeftijd en geslacht Regio s In het Brussels Gewest geeft slechts 83 van de inwoners aan over een vaste huisarts te beschikken. Dit is een stuk minder dan in Vlaanderen en Wallonië, waar dit ongeveer 96 bedraagt. Het verschil tussen het Brussels Gewest enerzijds en het Vlaams en Waals Gewest anderzijds is na correctie voor leeftijd en geslacht sterk significant (p < 0.001). Het percentage personen met een vaste huisarts ligt even hoog in het Waals Gewest als in het Vlaams Gewest. Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest geeft 97 van de bevolking aan over een vaste huisarts te beschikken. Enkel in de leeftijdsgroep jaar ligt dit percentage iets lager (92). Het verschil is wel statistisch significant. Naarmate de urbanisatiegraad stijgt, daalt het percentage personen met een vaste huisarts van 98 in de landelijke gebieden tot 95 in de steden. Ook al zijn de verschillen miniem, toch gaat het om een significante trend (p= 0.005), die we trouwens niet observeren in het Waals Gewest. Hoewel we in het Vlaams Gewest een zeer lichte, maar toch significante stijging vaststellen in functie van de tijd (van 95 in 1997 tot 97 in 2004) is dit niet langer significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Brussels Gewest In het Brussels Gewest bedraagt het percentage personen dat aangeeft over een vaste huisarts te beschikken 83. Dit is, ook na correctie voor leeftijd en geslacht significant lager dan in de andere twee gewesten waar het percentage hoger ligt dan

21 Vrouwen hebben vaker een vaste huisarts dan mannen (86 versus 80) Het verschil is significant na correctie voor leeftijd. We observeren ook dat het percentage personen met een vaste huisarts in het Brussels Gewest toeneemt met de leeftijd van 74 bij kinderen en jongeren beneden de 15 tot 94 bij de 75-plussers. We stellen geen significante verschillen vast in functie van het opleidingsniveau. Het aantal personen met een vaste huisarts vertoont sinds 1997 een licht stijgende trend: van 78 tot 82 in 2001 en 83 in Deze trend is significant (p<0.001) ook na correctie voor leeftijd en geslacht. Het percentage personen met een vaste huisarts varieert sterk in functie van de nationaliteit: bij Belgen heeft 85 een vaste huisarts, bij niet-belgen uit de EU is dit 82 en bij niet-belgen van buiten de EU slechts 71. Ook na correctie voor leeftijd en geslacht zijn de verschillen sterk significant. Toch kan het lager percentage personen met een vaste huisarts in Brussel niet louter uitgelegd worden door het relatief hoger aantal niet- Belgen. Figuur 3 Percentage van de bevolking dat een vaste huisarts heeft, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Brussels Gewest Waals Gewest In het Waals Gewest beschikt 96 van de bevolking over een vaste huisarts. Dit cijfer is van dezelfde grootteorde als in het Vlaams Gewest (97). Ook hier vinden we geen verschillen in functie van het opleidingsniveau. In Wallonië vinden we in tegenstelling tot in Vlaanderen geen tendens waarbij het percentage personen met een vaste huisarts afneemt in functie van de urbanisatiegraad. Net zoals in het Brussels Gewest is het aantal personen met een vaste huisarts sinds 1997 toegenomen. Deze trend is significant na correctie voor leeftijd en geslacht (p < 0.001) Huisartspraktijk die doorgaans geconsulteerd wordt (GP03_1) België 75 van de bevolking raadpleegt een huisarts die alleen werkt in zijn praktijk, 17 richt zicht tot een duopraktijk, 9 tot een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum

22 Analyse volgens geslacht en leeftijd Deze percentages zijn nagenoeg gelijk voor mannen en vrouwen. Hoewel de globale verschillen in functie van leeftijd na correctie voor geslacht niet significant zijn, blijkt uit de cijfers toch dat ouderen (vooral de 75-plussers) minder vaak een huisarts raadplegen die in een duo- of groepspraktijk werkt. Bij 75-plussers gaat het om 16 van de bevolking terwijl dit in de leeftijdscategorieën onder de 45 jaar telkens meer dan 25 bedraagt. Dit fenomeen kan wellicht verklaard worden doordat oudere personen vaker oudere huisartsen hebben en deze inderdaad minder vaak in een groeps- of duopraktijk werken dan hun jongere collega s. Figuur 4 Percentage van de bevolking dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, Analyse volgens opleidingsniveau Er worden geen significante verschillen genoteerd in functie van het opleidingsniveau, ook niet na correctie voor leeftijd en geslacht. Analyse volgens urbanisatiegraad Het percentage personen dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert bedraagt in halfstedelijke gemeenten 30. Dit is,ook na correctie voor leeftijd en geslacht, significant hoger dan in de grote steden (24) of op het platteland (20). De interpretatie van dit verschil is niet zo duidelijk. Evolutie over de tijd Voor deze indicator beschikken we slechts over gegevens vanaf Hieruit blijkt een significante toename van het aantal personen dat doorgaans een een duo- of groepspraktijk consulteert van 21 in 2001 tot 25 in Deze toename is significant na correctie voor leeftijd en geslacht

23 Figuur 5 Percentage van de bevolking dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, Regio s In alle drie de regio s doet men meestal een beroep op een huisarts die in een solopraktijk werkt. Toch zijn er frappante regionale verschillen voor deze indicator. In het Vlaams Gewest zien we vooral een hoger percentage personen dat doorgaans een duopraktijk raadpleegt (23,2 tegenover 6,2 in het Brussels Gewest en 7,8 in het Waals Gewest). In Brussel raadpleegt 17,8 van de bevolking een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum (9,8 in het Vlaams Gewest, 3,8 in het Waals Gewest). In Wallonië is het aantal personen dat doorgaan een duopraktijk of groepspraktijk consulteert een stuk lager (11,4) dan dit het geval is in het Brussels Gewest (23,6) en zeker in het Vlaams Gewest (33,0). Het gaat telkens om significante verschillen, ook wanneer we corrigeren voor leeftijd en geslacht. Vlaams Gewest Eén op drie personen in het Vlaams Gewest richt zich tot een arts die in een gezamenlijke praktijk werkt met één of meerdere collega s. De resultaten in functie van de bestudeerde achtergrondkenmerken zijn gelijklopend met wat geobserveerd wordt op het Belgisch niveau

24 Figuur 6 Percentage van de bevolking dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Vlaams Gewest Brussels Gewest In het Brussels Gewest doet 18 van de bevolking een beroep op een huisarts die werkt in een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum. Daar waar er in de andere gewesten geen of relatief weinig verschillen zijn in functie van de leeftijd en het opleidingsniveau is dit in Brussel wel degelijk anders. In de jongste leeftijdsgroepen (0-14 jaar en 15-24) richt ongeveer 1 op de 4 personen zich tot een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum, terwijl dit bij 75-plussers slechts 9 bedraagt. 32 van de personen met geen diploma of hoogstens een diploma lager onderwijs heeft een huisarts die werkzaam is in een groepspraktijk, een percentage dat bij personen met een diploma lager middelbaar of hoger merkelijk lager ligt (tussen de 13 en de 19). Na correctie voor leeftijd en geslacht blijkt het niet zozeer om een socio-economische gradiënt te gaan, dan wel om een significant hoger percentage bij de laagste opleidingscategorie. Wanneer we verschillen nagaan in functie van de nationaliteit blijkt dat Belgen en niet-belgen uit een EU-land in respectievelijk 21 en 23 gebruik maken van een groepspraktijk. Bij niet-belgen uit een niet EU-land is dit percentage 48. De verschillen in functie van de opleiding blijven significant als we corrigeren voor nationaliteit. Het percentage personen dat een beroep doet op een groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum neemt in Brussel het sterkst toe: van 12 in 2001 tot 18 in Deze toename is significant na correctie voor leeftijd en geslacht (p = 0.007)

25 Figuur 7 Percentage van de bevolking dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Brussels Gewest Waals Gewest In het Waals Gewest situeert 88 van de bevolking haar huisarts in een solopraktijk. Het percentage personen dat aangeeft een huisarts te raadplegen die werkt in een duopraktijk (8) of een groepspraktijk (4) is er eerder beperkt. Er worden geen verschillen geobserveerd in functie van opleidingsniveau of urbanisatiegraad. Meest frappante vaststelling is dat daar waar we in 2001 in het Vlaams en Brussels gewest een belangrijke toename zien van het aandeel van de duo- en groepspraktijken t.o.v dit in het Waals Gewest niet het geval is. Figuur 8 Percentage van de bevolking dat doorgaans een duo- of groepspraktijk consulteert, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Waals Gewest

26 4.3. Laatste contact met de huisarts (GP_1) België 79 van de Belgische bevolking rapporteert minstens één contact met de huisarts in het afgelopen jaar. Voor 20 is het laatste contact langer dan een jaar geleden. 2 heeft nog nooit een huisarts gecontacteerd. Analyse volgens geslacht en leeftijd Het percentage personen dat in de loop van een periode van één jaar een contact heeft met de huisarts bedraagt 76 bij mannen en 81 bij vrouwen. Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd. Deze indicatore bedraagt ongeveer 70 bij kinderen en adolescenten (leeftijdsgroep 0 tot 14 jaar) en stijgt vervolgens met de leeftijd (Figuur 9). Bij 65-plussers heeft meer dan 90 van de bevolking minstens één jaarlijks contact met de huisarts. Figuur 9 Percentage van de bevolking dat in het afgelopen jaar een contact had met een huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, Analyse volgens opleidingsniveau Het percentage personen dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts stijgt van 76 bij personen met een diploma hoger onderwijs tot 86 bij personen die enkel een diploma lager onderwijs hebben of geen dipoma. Na correctie voor leeftijd en geslacht is er echter geen socio-economische gradiënt meer. Het aantal mensen met een lager diploma is immers hoger bij de ouderen, vandaar dat we in deze opleidingscategorie meer personen aantreffen die de huisarts contacteren. Analyse volgens urbanisatiegraad Het percentage personen dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts ligt significant hoger (82) in halfstedelijke gebieden dan in stedelijke (75) en landelijke (77) gebieden. Dit verschil blijft na correctie voor leeftijd en geslacht, maar de betekenis ervan lijkt onduidelijk

27 Evolutie over de tijd Het percentage personen dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts blijft nagenoeg constant sinds Figuur 10 Percentage van de bevolking dat in het afgelopen jaar een contact had met een huisarts, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, Regio s In het Brussels Gewest ligt het percentage personen dat in het afgelopen jaar een huisarts contacteerde (71) een stuk lager dan in het Vlaams en het Waals Gewest (80). Het verschil tussen Brussel en de andere 2 gewesten is na correctie voor leeftijd en geslacht sterk significant (p <0.001). Vlaams Gewest Figuur 11 geeft voor het Vlaams Gewest het percentage personen aan dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts in functie van leeftijd en geslacht. De verschillen in functie van de bestudeerde basisvariabelen liggen voor het Vlaams Gewest in de lijn van wat geobserveerd wordt voor België als geheel

28 Figuur 11 Percentage van de bevolking dat in het afgelopen jaar een contact had met een huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, Vlaams Gewest Brussels Gewest Figuur 12 geeft voor het Brussels Gewest het percentage personen aan dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts in functie van leeftijd en geslacht. De verschillen in functie van de bestudeerde basisvariabelen liggen voor het Brussels Gewest in de lijn met wat geobserveerd wordt voor België als geheel. Vooral het relatief laag percentage in de jongste leeftijdsgroepen valt op. In het Brussels Gewest rapporteert slecht 57 van de jongeren tijdens 0 en 14 jaar een contact met de huisarts in het afgelopen jaar, terwijl dit in het Vlaams en Waals Gewest respectievelijk 76 en 68 bedraagt. Figuur 12 Percentage van de bevolking dat in het afgelopen jaar een contact had met een huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, Brussels Gewest

29 In Brussel is het percentage personen dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts merkelijk lager bij niet-belgen die niet afkomstig zijn uit de EU (61) dan bij Belgen (72) en niet-belgen uit de EU (71). Het verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht (p = 0,08). Waals Gewest Figuur 13 geeft voor het Waals Gewest het percentage personen aan dat in het afgelopen jaar een contact had met de huisarts in functie van leeftijd en geslacht. De verschillen in functie van de bestudeerde basisvariabelen liggen voor het Waals Gewest in de lijn van wat geobserveerd wordt voor België als geheel. Figuur 13 Percentage van de bevolking dat in het afgelopen jaar een contact had met een huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, Waals Gewest 4.4. Gemiddeld aantal contacten met de huisarts (GP05_1) België Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar en per persoon in de bevolking wordt in de Gezondheidsenquête 2004 geschat op basis van het aantal contacten gerapporteerd in de afgelopen 2 maanden. Extrapolatie hiervan naar een volledig jaar resulteert in een gemiddelde van 4,6 contacten per persoon per jaar. Dit cijfer ligt vrij goed in de buurt van het cijfer dat we bekomen op basis van de RIZIVcijfers (4,7 contacten per persoon per jaar). Analyse volgens geslacht en leeftijd Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts ligt significant hoger bij vrouwen (5,0) dan bij mannen (4,1). Zoals blijkt uit Figuur 14 stijgt het gemiddelde sterk in functie van de leeftijd: van 2,1 bij kinderen en jongeren tot 14 jaar tot 11,9 bij 75-plussers. De leeftijdsverschillen zijn sterk significant en blijven dit ook wanneer we corrigeren voor geslacht en gezondheidstoestand (p<0,0001)

30 Figuur 14 Gemiddeld aantal contacten met huisarts per persoon in de bevolking, volgens geslacht en leeftijd. Gezondheidsenquête, 2004, België Analyse volgens opleidingsniveau Er is een duidelijke socio-economische gradiënt: hoe lager het opleidingsniveau, hoe hoger het gemiddeld aantal contacten met de huisarts. Ook na correctie voor leeftijd en geslacht blijven de socio-economische verschillen sterk significant (p<0,0001). Analyse volgens urbanisatiegraad We observeren geen noemenswaardige verschillen tussen stedelijke gebieden en landelijke gebieden. Evolutie over de tijd Het gemiddeld aantal huisartscontacten per jaar is tussen 2001 en 2004 significant gedaald van 5,3 tot 4,5. Dit verschil blijft sterk significant na correctie voor leeftijd en geslacht Figuur 15 Gemiddeld aantal contacten met huisarts per persoon in de bevolking, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België,

31 4.4.2.Regio s Het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar is significant lager in het Brussels Gewest: 3,7 versus 4,6 in het Vlaams Gewest en 4,7 in het Waals Gewest. Dit verschil blijft significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Ook wanneer we de vergelijking maken met de andere stedelijke gebieden scoort Brussel duidelijk lager. In de stedelijke gebieden van Vlaanderen en Wallonië is het gemiddeld aantal contacten met de huisarts per jaar van dezelfde grootteorde als in de rest van Vlaanderen en Wallonië: 4,6. Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest wordt de huisarts jaarlijks gemiddeld 4,6 keer gecontacteerd. Verschillen volgens geslacht en leeftijd (Figuur 16) zijn zoals besproken voor België. Figuur 16 Gemiddeld aantal contacten met huisarts per jaar en per persoon in de bevolking, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Vlaams Gewest Ook de analyse in functie van opleidingsniveau, urbanisatiegraad en jaar van de enquête geven dezelfde resultaten voor Vlaanderen als voor België als geheel. Brussels Gewest In het Brussels Gewest rapporteert men gemiddeld 3,7 contacten met de huisarts per jaar. De resultaten volgens geslacht en leeftijd zijn conform aan wat vastgesteld wordt op het Belgische niveau. Figuur 17 Gemiddeld aantal contacten met huisarts per jaar en per persoon in de bevolking, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Brussels Gewest

32 Opmerkelijk is dat niettegenstaande het gemiddeld aantal contacten met de huisarts in het Brussels Gewest nog steeds significant lager ligt dan in het Vlaams en Waals Gewest, het Brussels Gewest het enige van de drie gewesten is waar we geen significante daling van het aantal contacten met de huisarts vaststellen tussen 2001 en Een ander verschilpunt tussen het Brussels Gewest en de andere twee gewesten is dat we in Brussel voor deze indicator geen socio-economische gradiënt waarnemen. Na correctie voor leeftijd en geslacht blijkt het gemiddeld aantal contacten met de huisarts ongeveer gelijk te liggen bij alle opleidingscategorieën. In het Brussels Gewest contacteren Belgen de huisarts gemiddeld 4,1 keer per jaar, niet-belgen uit de EU doen dit 3,2 keer en niet-belgen van buiten de EU 1,9 keer. De verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Het verschil tussen Brussel en de andere gewesten blijft bestaan na correctie voor nationaliteit. Waals Gewest In het Waals Gewest bedraagt het gemiddeld aantal contacten 4,7. De verschillen in functie van geslacht, leeftijd en opleidingsniveau volgen het patroon dat we observeren op het Belgisch niveau. Figuur 18 Gemiddeld aantal contacten met huisarts per jaar en per persoon in de bevolking, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Waals Gewest Een verschilpunt, daarentegen, is dat in het Waals Gewest, in tegenstelling tot wat we observeren in het Vlaams Gewest, het gemiddeld aantal contacten met de huisarts hoogst is in de steden (5,3), iets lager ligt in halfstedelijke gebieden (4,8) en laagst ligt in de landelijke gebieden. Deze gradiënt is na correctie voor leeftijd en geslacht significant (p = 0,029) Soort contact met de huisarts (GP01_1) België In de gezondheidsenquête wordt nagevraagd of het contact met de huisarts een raadpleging was, een huisbezoek, een telefonisch contact of nog een ander soort contact zoals bijvoorbeeld een bezoek in het ziekenhuis. 99 van de vermelde contacten zijn raadplegingen of huisbezoeken. Enkel deze zullen hier beschouwd worden

33 De verhouding huisbezoeken/raadplegingen is, zoals geweten, in België vrij hoog in vergelijking met andere Europese landen. 31 van de in de gezondheidsenquête vermelde contacten betreft een huisbezoek. Dit cijfer ligt lager dan wat we verwachten op basis van de RIZIV-gegevens. Dit verschil kan deels veroorzaakt zijn doordat de gezondheidsenquête ook gegevens verschaft over de niet-verzekerde personen, waar het aandeel van de raadplegingen misschien groter is dan bij de verzekerden. Toch is er wellicht ook een selectievertekening doordat oudere, hulpbehoevende personen, waar de huisarts relatief vaker op huisbezoek gaat, in de gezondheidsenquête ondervertegenwoordigd zijn. De gezondheidsenquête blijft niettemin een interessant instrument om relatieve verschillen in de proportie huisbezoeken tussen de verschillende bevolkingsgroepen te evalueren. Analyse volgens geslacht en leeftijd Figuur 19 Percentage huisbezoeken van het totaal aantal contacten met de huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Bij mannen is 26 van de contacten een huisbezoek, bij vrouwen is dit 35. Het verschil is significant na correctie voor leeftijd (p=0,001). Opmerkelijk is dat het verschil tussen mannen en vrouwen zich nagenoeg uitsluitend situeert bij de 65-plussers. Leeftijd is een belangrijke determinant. Uit Figuur 19 blijkt dat het percentage huisbezoeken in functie van de leeftijd een J-vormige curve vertoont met het kleinste percentage huisbezoeken (10) in de leeftijdsgroep jaar en het hoogste (75) bij de 75-plussers. Analyse volgens opleidingsniveau Ook voor deze indicator merken we een belangrijke socio-economische gradiënt. Bij personen met enkel een diploma onderwijs of geen diploma is 52 van de contacten een huisbezoek, bij personen met een opleiding lager secundair gaat het om 38 van de contacten, bij diegenen met een diploma hoger secundair om 24 en bij de hoogst opgeleiden om 18 van de contacten. Deze socio-economische gradiënt is na correctie voor geslacht en leeftijd sterk significant (p < 0,0001). Analyse volgens urbanisatiegraad We stellen geen verschillen vast in functie van de urbanisatiegraad

34 Evolutie over de tijd Figuur 20 Percentage huisbezoeken van het totaal aantal contacten met de huisarts, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, 2004 Het aandeel van de huisbezoeken daalde significant van 37 in 2001 tot 31 in In het Brussels Gewest en het Waals Gewest zien we reeds vanaf 1997 een duidelijk dalende trend Regio s Het percentage huisbezoeken bedraagt in het Waals Gewest 40. Dit is gevoelig hoger dan wat we vinden in het Vlaams (26) en Brussels Gewest (24). Ook na correctie voor leeftijd en geslacht blijft het verschil tussen het Waals Gewest en de andere 2 gewesten aanzienlijk (OR 2,4; 95 BI 1,9-3,0). Vlaams Gewest Het percentage huisbezoeken bedraagt in het Vlaams Gewest 26. De variatie in functie van de bestudeerde achtergrondkenmerken volgt het patroon dat beschreven werd voor België. Figuur 21 Percentage huisbezoeken van het totaal aantal contacten met de huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Vlaams Gewest

35 Brussels Gewest Het percentage huisbezoeken bedraagt in het Brussels Gewest 24. De variatie in functie van de bestudeerde achtergrondkenmerken volgt grotendeels het patroon dat beschreven werd voor België. In het Brussels Gewest stellen we na correctie voor leeftijd en geslacht echter sinds 1997 een dalende trend vast van het aantal huisbezoeken. Figuur 22 Percentage huisbezoeken van het totaal aantal contacten met de huisarts, volgens geslacht en leeftijd,, Gezondheidsenquête, België, 2004 Brussels Gewest Waals Gewest Het percentage huisbezoeken bedraagt in het Waals Gewest 40. De variatie in functie van de bestudeerde achtergrondkenmerken volgt grotendeels het patroon dat beschreven werd voor België. In het Waals Gewest stellen we zowel voor de brute cijfers als na correctie voor leeftijd en geslacht een significant dalende trend vast van het aantal huisbezoeken sinds In het Vlaams Gewest vinden we enkel een significant verschil tussen 2001 en In het Brussels Gewest is de trend pas significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Figuur 23 Percentage huisbezoeken van het totaal aantal contacten met de huisarts, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Waals Gewest

36 4.6. Initiatiefnemer voor het contact met de huisarts (GP13_1) België 80 van de contacten gebeurt op initiatief van de persoon zelf, in 18 gaat het initiatief uit van de huisarts en in 2 is het een ander persoon die aan de basis ligt van het contact. Contacten die gebeuren op initiatief van de huisarts kunnen beschouwd worden als opvolgcontacten en worden hier verder geanalyseerd. Analyse volgens geslacht en leeftijd Bij vrouwen vindt 16 van de contacten plaats op initiatief van de huisarts, bij mannen is dit 20. Dit verschil is na correctie voor leeftijd niet significant. Wel zijn er belangrijke verschillen in functie van de leeftijd: in de leeftijdsgroep van 0-14 jaar ligt de huisarts aan de basis van slechts 3 van de contacten. Dit percentage stijgt exponentieel tot 48 bij de 75-plussers (Figuur 24). Figuur 24 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de huisarts het initiatief neemt, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Analyse volgens opleidingsniveau Het percentage contacten op initiatief van de huisarts stijgt naarmate het opleidingsniveau daalt. Bij de hoogst opgeleiden gaat het om 10 van de contacten, bij de personen met enkel een diploma lager onderwijs of geen diploma om 33 van de contacten. Ook na correctie voor leeftijd en geslacht blijven deze verschillen sterk significant (p=0,003). Analyse volgens urbanisatiegraad We stellen geen verschillen vast in functie van de urbanisatiegraad

37 Evolutie over de tijd Figuur 25 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de huisarts het initiatief neemt, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, 2004 We observeren tussen 1997 en 2001 een dalende trend in het percentage opvolgcontacten: van 22 in 1997 over 21 in 2001 tot 18 in Ook al lijkt deze trend niet spectaculair, toch is deze na correctie voor leeftijd en geslacht zeer sterk significant (p < 0,001) Regio s Het percentage contacten op initiatief van de huisarts bedraagt in het Vlaams Gewest 20. Na correctie voor leeftijd en geslacht ligt dit cijfer in Vlaanderen significant hoger dan in het Brussels Gewest (16) en het Waals Gewest (14). Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest vindt één op de vijf contacten met de huisarts plaats op initiatief van de huisarts. De verschillen in functie van de bestudeerde achtergrondkenmerken zijn gelijklopend met wat we vaststellen op het Belgisch niveau

38 Figuur 26 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de huisarts het initiatief neemt, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Vlaams Gewest Brussels Gewest In het Brussels Gewest bedraagt het percentage huisartscontacten op initiatief van de huisarts 16. Ook hier gelden dezelfde opmerkingen als bij de bespreking van de Belgische resultaten. De dalende trend in functie van de tijd wordt geobserveerd in de 3 regio s, maar is het spectaculairst in Brussel, met tussen 1997 en 2001 een daling (in absolute ) van 10. Figuur 27 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de huisarts het initiatief neemt, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Brussels Gewest Waals Gewest In het Waals Gewest ligt het percentage huisbezoeken op initiatief van de huisarts het laagst: 14. Dit is na correctie voor leeftijd en geslacht significant lager dan in het Vlaams Gewest, maar niet significant verschillend van wat we vinden in het Brussels Gewest

39 Figuur 28 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de huisarts het initiatief neemt, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Waals Gewest In grote lijnen komen we tot dezelfde vaststellingen als in de andere 2 regio s. Toch blijkt in het Waals Gewest de sterke socio-economische gradiënt na correctie voor leeftijd en geslacht niet langer significant, dit in tegenstelling tot wat we vinden in de andere 2 regio s. In Wallonië zien we pas een daling van het aantal contacten op initiatief van de huisarts vanaf In de andere 2 gewesten had deze trend zich al ingezet vanaf Verwijzing naar andere dienst of hulpverlener (GP14_1 GP14_10) België In 12 van de contacten verwijst de huisarts de patiënt door, hetzij naar een andere hulpverlener, hetzij voor bijkomend onderzoek. In Tabel 1 wordt dit gespecificeerd volgens de aard van de hulpverlener of dienst. Tabel 1 Aantal contacten met huisarts (per 1000 contacten) met verwijzing naar specifieke dienst of hulpverlener, Gezondheidsenquête, België, 2004 Dienst/hulpverlener waarnaar doorverwezen Specialist 59 Beeldvorming 29 Labo 14 Spoedopname 9 Kinesitherapie 8 Ziekenhuis 5 Thuisverpleging 1 Sociale dienst 1 Andere

40 Analyse volgens geslacht en leeftijd Figuur 29 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de persoon verwezen werd naar een andere dienst of hulpverlener, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2004 Het aantal personen dat verwezen wordt varieert niet in functie van het geslacht, maar de leeftijd is wel een significante determinant. Het profiel in functie van de leeftijd vertoont een omgekeerde U-vorm, met een verwijzingspercentage van 8 in de jongste en oudste leeftijdsgroep en een verwijzingspercentage van 16 in de leeftijdsgroep jaar. Uiteraard merken we belangrijke verschillen op in functie van het soort dienst of hulpverlener waarnaar verwezen wordt. Verwijzingen naar de specialist zijn het meest frequent in de leeftijdsgroep jaar (10 van de contacten), verwijzingen naar een kinesitherapeut in de leeftijdsgroep jaar (1,8 van de contacten). 75-plussers worden relatief vaker naar de spoed verwezen (1,5 van de contacten) en naar een dienst thuisverpleging (0,5 van de contacten). Analyse volgens opleidingsniveau Over het algemeen observeren we geen verschillen in functie van het opleidingsniveau. Voor 2 specifieke diensten is dit wel het geval. Bij de laagst opgeleiden noteren we per 1000 huisartscontacten slechts 3 verwijzingen naar een kinesitherapeut. Dit cijfer neemt toe met het opleidingsniveau en bedraagt 13 per 1000 in de hoogste opleidingscategorie. Na correctie voor leeftijd en geslacht is deze trend echter niet significant (p = 0,08). Het aantal personen dat verwezen wordt naar de spoedopname is hoger bij personen met enkel een diploma lager onderwijs of geen diploma (13 ) en personen met een diploma lager middelbaar (14 ) dan bij personen met een diploma hoger middelbaar (5 ) en personen met een diploma hoger onderwijs (7 ), maar ook dit verschil is na correctie voor leeftijd en geslacht niet significant (p = 0,09). Analyse volgens urbanisatiegraad Het verwijzingspatroon vertoont geen significante verschillen in functie van de urbanisatiegraad op één uitzondering na. In stedelijke gebieden wordt bij 24 van de 1000 huisartscontacten verwezen naar een labo, in halfstedelijke gebieden bedraagt dit cijfer 14 en in landelijke gebieden slechts 5. Deze gradiënt is ook na correctie voor leeftijd en geslacht sterk significant (p < 0,001)

41 Evolutie over de tijd Globaal genomen blijft het percentage huisartscontacten waarbij de patiënt verwezen werd naar een andere dienst of hulpverlener sinds 1997 constant. Wat sterk opvalt is dat het percentage contacten waarbij de patiënt verwezen werd in het Brussels Gewest in 2001 heel wat lager is dan in 1997 en Dat is des te merkwaardiger daar het percentage verwijzingen in Brussel in 1997 en 2004 heel wat hoger ligt dan in de andere 2 gewesten. Vermoedelijk gaat het hier dus om een artefact. Figuur 30 Percentage van de contacten met de huisarts waarbij de persoon verwezen werd naar een andere dienst of hulpverlener, per jaar en per gewest, Gezondheidsenquête, België, Regio s Het percentage contacten waarbij de patiënt verwezen werd, bedraagt in het Brussels Gewest 18, terwijl dit in het Vlaams en Waals Gewest respectievelijk 11 en 12 bedraagt. Dit verschil is na correctie voor leeftijd en geslacht sterk significant (p < 0.001). In het Brussels Gewest wordt vooral meer doorverwezen naar een laboratorium (5,7 van de contacten, tegenover respectievelijk 0,6 en 1,6 in het Vlaams en Waals Gewest) en naar een kinesitherapeut (1,9 van de contacten, tegenover respectievelijk 0,6 en 1,0 in het Vlaams en Waals Gewest). Ook deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht. Vlaams Gewest In het Vlaams Gewest blijkt dat in 11 van de contacten met de huisarts een verwijzing volgt naar een andere hulpverlener of dienst

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Contacten met de huisarts

Contacten met de huisarts Contacten met de huisarts Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.)

Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) GEZONDHEIDSENQUETE 2013 Rapport 3: Gebruik van gezondheidsen welzijnsdiensten Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Introductie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 5 Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de Huisarts Gezondheidsenquête, België, 1997 7.1.1. Inleiding De huisarts vervult een essentiële rol binnen het geheel van de gezondheidszorg. Deze rol is bovendien in volle evolutie. Thema s zoals het globaal medisch dossier en de echelonnering

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 6 Gezondheid en Samenleving IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Ambulante contacten met de specialist

Ambulante contacten met de specialist Ambulante contacten met de specialist Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 2 Gezondheidstoestand IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 5 Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 1 Deel Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr - Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 1 1 Brussel Tel : /.7.9 e-mail : his@iph.fgov.be http://www.iph.fgov.be/epidemio/epinl/

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Medische consumptie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Medische consumptie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 79 Bestudeerde indicatoren... 81 1. Contacten met zorgverstrekkers... 81

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde

Resultaten voor Brussels Gewest Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde 7.6.1. Inleiding In dit hoofdstuk hebben we het over contacten met de kinesitherapeut, thuisverpleegkunde, voorzieningen voor bejaarden, de diëtist en arbeidsgeneeskundige diensten tijdens het afgelopen

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Gezondheidsenquête, België, 1997 Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde 7.6.1. Inleiding In dit hoofdstuk hebben we het over contacten met de kinesitherapeut, thuisverpleegkunde, voorzieningen voor bejaarden, de diëtist en arbeidsgeneeskundige diensten tijdens het afgelopen

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Leefstijl en preventie

Leefstijl en preventie Leefstijl en preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 59 Bestudeerde indicatoren... 61 1. Voedingsgewoonten.... 61 3. Gebruik

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 4 Preventie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Andere gezondheidsvoorzieningen en alternatieve geneeskunde Gezondheidsenquête, België, 1997 7.6.1. Inleiding In dit hoofdstuk hebben we het over contacten met de kinesitherapeut, thuisverpleegkunde, voorzieningen voor bejaarden, de diëtist en arbeidsgeneeskundige diensten tijdens het afgelopen

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 5 Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten

Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Diensten voor thuiszorg en sociale en preventieve diensten Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 5 Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Inleiding. Sabine Drieskens

Inleiding. Sabine Drieskens Inleiding Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail : sabine.drieskens@wiv-isp.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZODHEIDSEQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VA GEZODHEIDS- E WELZIJSDIESTE Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest

Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Socio-economische ongelijkheden in gezondheid in het Vlaams Gewest Analyse indicatoren Gezond leven Analyse van de gezondheidsenquête in opdracht van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid Door Sabine

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VAN GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSDIENSTEN Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt

Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt Belg tevreden over arts Transparantie en kostprijs blijven pijnpunt Bijlage Naar aanleiding van het vijftigjarig bestaan van de ziekte- en invaliditeitsverzekering heeft CM de tevredenheid van de Belgen

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Resultaten voor België Contacten met de arts-specialist Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Contacten met de arts-specialist Gezondheidsenquête, België, 1997 7.2.1. Introductie Ambulante contacten met een arts-specialist maken vooral in België, waar de tweede lijn direct toegankelijk is voor de patiënt, een belangrijk deel uit van de medische consumptie. Informatie

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de arts-specialist Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Contacten met de arts-specialist Gezondheidsenquête, België, 1997 7.2.1. Introductie Ambulante contacten met een arts-specialist maken vooral in België, waar de tweede lijn direct toegankelijk is voor de patiënt, een belangrijk deel uit van de medische consumptie. Informatie

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 1 Methoden IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Contacten met paramedische zorgverstrekkers

Contacten met paramedische zorgverstrekkers Contacten met paramedische zorgverstrekkers Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 6 Gezondheid en Samenleving IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Uitgaven voor Gezondheidszorgen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Uitgaven voor Gezondheidszorgen Gezondheidsenquête, België, 1997 7.7.1. Inleiding De basisprincipes van het huidige Belgische gezondheidssysteem zijn: vrije keuze van geneesheer door de patiënten, therapeutische vrijheid voor de practiserende geneesheren en toegankelijkheid

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Kankerscreening. Jean Tafforeau

Kankerscreening. Jean Tafforeau Kankerscreening Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde) Afdeling Epidemiologie FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Juliette Wystmansstraat 14 Leuvenseweg 40 1050 Brussel 1000 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheid en samenleving

Gezondheid en samenleving Gezondheid en samenleving Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 115 Bestudeerde indicatoren... 117 1. Sociale gezondheid..... 117 2.

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische Ongelijkheden in Gezondheid

Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische Ongelijkheden in Gezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance oktober 2010 Brussel, België Nr interne referentie : 2010/053 Depotnummer : D/2010/2505/49 ISSN : 2032-9172 Belangrijkste resultaten Sociaal-Economische

Nadere informatie

Resultaten voor België Toegang tot de gezondheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Toegang tot de gezondheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997 8.2.1. Inleiding Er wordt in België sinds enkele jaren een progressieve toename vastgesteld van het deel dat door de patienten voor rekening wordt genomen van de kosten van gezondheidszorgen. In 1997 zal

Nadere informatie

Belangrijkste resultaten

Belangrijkste resultaten Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance juni 2010 Brussel, België Nr interne referentie : 2010/029 Depotnummer : D/2010/2505/23 ISSN : 2032-9172 Belangrijkste resultaten Gezondheidsenquête,

Nadere informatie

6.1.1. De gezondheidstoestand

6.1.1. De gezondheidstoestand 6.1. Kernboodschap 6.1.1. De gezondheidstoestand Er is een verschuiving in het morbiditeitsprofiel in vergelijking met de gegevens over overlijden. In vergelijking met de voornaamste oorzaken van overlijden

Nadere informatie

Patiëntentevredenheid

Patiëntentevredenheid Patiëntenheid Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@wiv-isp.be

Nadere informatie

Opname in het ziekenhuis

Opname in het ziekenhuis Opname in het ziekenhuis Sabine Drieskens Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 50 25 E-mail :

Nadere informatie

6.7.1. Ongelijkheden in gezondheidstoestand, levensstijl en preventie

6.7.1. Ongelijkheden in gezondheidstoestand, levensstijl en preventie 6.7. Ongelijkheid in Gezondheid 6.7.1. 6.7.1.1. Samenvatting 6.7.1.1.1 Gezondheidsstatus De perceptie van de eigen gezondheid vertoont een negatieve samenhang met het opleidingsniveau: bij personen zonder

Nadere informatie

Houdingen ten aanzien van het levenseinde

Houdingen ten aanzien van het levenseinde Houdingen ten aanzien van het levenseinde Stefaan Demarest Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Toegang tot Gezonheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Toegang tot Gezonheidszorg Gezondheidsenquête, België, 1997 8.2.1. Inleiding Er wordt in België sinds enkele jaren een progressieve toename vastgesteld van het deel dat door de patienten voor rekening wordt genomen van de kosten van gezondheidszorgen. In 1997 zal

Nadere informatie

Vaccinatie. Jean Tafforeau

Vaccinatie. Jean Tafforeau Vaccinatie Jean Tafforeau Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71 E-mail : jean.tafforeau@iph.fgov.be

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 5 Medische Consumptie IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 21 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 22-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 15 Brussel Tel : 2/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be http://www.iph.fgov.be/epidemio/epinl/

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Methodologie. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Methodologie Inleiding Om sociale ongelijkheden in gezondheid in kaart te brengen en om mogelijke trends in de

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 2 Gezondheidstoestand IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail :

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Gezondheidstoestand. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Gezondheidstoestand Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 13 Gezondheidsindicatoren...15 1. Subjectieve gezondheid... 15 2. Chronische

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid 1 Samenvatting van de IMA-studie Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid Het aantal arbeidsongeschikten alsook de betaalde uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001 Deel 3 Leefstijl IPH/EPI REPORTS nr 2002-22 Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Tel : 02/642.57.94 e-mail : his@iph.fgov.be

Nadere informatie

6.7.1.1. Inleiding. Bespreking 5.3.7.1.2. pagina 1

6.7.1.1. Inleiding. Bespreking 5.3.7.1.2. pagina 1 6.7.1.1. Inleiding Algemeen wordt erkend dat de prenatale consultaties een fundamentele rol spelen inzake de gezondheid van de moeder en het toekomstige kind, maar de rol van respectievelijk de huisarts,

Nadere informatie

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden

Mondgezondheid. Johan Van der Heyden Mondgezondheid Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail: johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Prenatale Opvolging Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Prenatale Opvolging Gezondheidsenquête, België, 1997 6.7.1.1. Inleiding Algemeen wordt erkend dat de prenatale consultaties een fundamentele rol spelen inzake de gezondheid van de moeder en het toekomstige kind, maar de rol van respectievelijk de huisarts,

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZODHEIDSEQUETE 2013 RAPPORT 3: GEBRUIK VA GEZODHEIDS- E WELZIJSDIESTE Sabine Drieskens, Lydia Gisle (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance

Nadere informatie

Gezondheidstoestand

Gezondheidstoestand 6.3. Beknopte Samenvatting 6.3.1. Gezondheidstoestand Subjectieve gezondheid. In het Vlaams Gewest ervaart 82% van de bevolking zijn gezondheid als goed tot zeer goed. Het percentage personen dat zijn

Nadere informatie