EPICONDYLITIS LATERALIS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EPICONDYLITIS LATERALIS"

Transcriptie

1 Master in Huisartsgeneeskunde Opleidingsonderdeel Masterproef EPICONDYLITIS LATERALIS Door Dr. Ruth DE ROO Promotor: Prof. Dr. Bert AERTGEERTS, K.U.Leuven Departement Huisartsgeneeskunde Co-promotor: Dr.I.BARBIER, huisarts Dr.L.DE ROO, huisarts November 2008

2 Master in Huisartsgeneeskunde Opleidingsonderdeel Masterproef EPICONDYLITIS LATERALIS - Deel 1: Literatuurstudie De behandeling van epicondylitis lateralis: oraal NSAID versus infiltratie met corticosteroïden versus kinesitherapie. - Deel 2: Registratie In welke mate is er bij de diagnosestelling van epicondylitis lateralis eveneens een probleem ter hoogte van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil? Door Dr. Ruth DE ROO Promotor: Prof. Dr. Bert AERTGEERTS, K.U.Leuven Departement Huisartsgeneeskunde Co-promotor: Dr.I.BARBIER, huisarts Dr.L.DE ROO, huisarts November

3 INHOUDSTAFEL A. INLEIDING...4 B. VERANTWOORDING VAN HET THEMA...6 C. DEEL 1: LITERATUURSTUDIE Abstract Achtergrond en doelstellingen Literatuuronderzoek Zoektermen Databanken Selectiecriteria Resultaten Flow chart resultaten Eindpunt 1: Effect op werkhervatting Eindpunt 2: Effect op pijn Oraal NSAID versus injectie met corticosteroïden versus kinesitherapie Effect van oraal NSAID a. Oraal NSAID versus placebo b. Oraal NSAID versus injectie met corticosteroïden c. Oraal NSAID versus kinesitherapie Effect van lokale injectie met corticosteroïden a. Lokale injectie met corticosteroïden versus placebo b. Lokale injectie met corticosteroïden versus oraal NSAID c. Lokale injectie met corticosteroïden versus kinesitherapie Effect van kinesitherapie a. Kinesitherapie versus placebo b. Enkele fysiotherapeutische behandelingen onderling vergeleken c. Kinesitherapie versus oraal NSAID d. Kinesitherapie versus injectie met corticosteroïden Bespreking en besluit van de literatuurstudie D. DEEL 2: REGISTRATIE Abstract Achtergrond en doelstelling Registratie Werkwijze Registratieformulier Resultaten Demografische gegevens van de geregistreerde populatie Concrete resultaten (Cfr. tabel D1) Bespreking en besluit van de registratie E. REFERENTIES

4 A. INLEIDING Als huisarts worden wij in onze dagdagelijkse praktijk geconfronteerd met de diagnose en de behandeling van tal van aandoeningen, waarvan het geheel van locomotorische aandoeningen een niet te onderschatten deel uitmaakt. Met een incidentie van 5,96 per 1000 patiënten (mannen: 5,75 per 1000 patiënten, vrouwen: 6,18 per 1000 patiënten) 1 is epicondylitis lateralis één van deze vele locomotorische aandoeningen die relatief frequent voorkomt in de huisartsenpraktijk. Deze pathologie, die een belangrijk pijnaspect evenals functieverlies met zich meebrengt, wordt voornamelijk gediagnosticeerd in de leeftijdscategorie van de tewerkgestelde bevolking. 1 Het is dan ook belangrijk dat de therapie erop gericht is om een snelle pijnvermindering teweeg te brengen, maar ook om de duur van werkonbekwaamheid zo kort mogelijk te houden. We zouden kunnen verwachten dat er voor zo een relatief frequent voorkomende aandoening reeds een gouden therapeutische standaard bestaat. Niets lijkt echter minder waar. Voor de aanpak van dit probleem worden tal van behandelingsmethoden aangewend. Hierbij gaat het dan om een louter afwachtende houding met relatieve rust, medicamenteuze behandeling met een lokaal of een peroraal NSAID (niet-steroïdale anti-inflammatoire drug), allerhande infiltraties (voornamelijk met corticosteroïden, doch ook met een lokaal anestheticum en/of een NSAID) en tal van fysiotherapeutische behandelingen, gaande van ultrasone-therapie tot strikt manipulatieve technieken. Ook taping en specifieke bandages worden gebruikt in de therapeutische aanpak van dit probleem. Het belang van deze aandoening binnen de huisartsenpraktijk en de waaier aan therapeutische opties, zonder het bestaan van een therapeutische gouden standaard, leidden tot het ontstaan van dit thesisproject. Aan de hand van een literatuurstudie zullen we nagaan welke behandelingsmethode nu het meest effectief is in de aanpak van epicondylitis lateralis, waarbij we de in onze ogen- drie meest gebruikte therapeutische strategieën willen onderzoeken, namelijk een behandeling met een oraal NSAID, een infiltratie met corticosteroïden en kinesitherapie. Voor deze laatste behandelingsoptie zullen we ons beperken tot oefentherapie en specifieke manipulaties van de elleboog. Zodoende zullen we de strikt fysische behandelingen zoals ultrasone, laser, ionisatie buiten beschouwing laten. 4

5 Als aanvulling op deze literatuurstudie organiseerden we tevens een bescheiden registratieproject. Het idee hiervoor ontstond doordat we in de loop van de literatuurstudie aanwijzingen tegenkwamen dat manipulatietechnieken ter hoogte van de cervicale wervelzuil en de schouder nuttig zouden kunnen zijn in de behandeling van epicondylitis lateralis. Daarom willen we nagaan of er in de dagdagelijkse praktijk evidentie is voor een geassocieerde of zelfs onderliggende aandoening van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil bij de diagnosestelling van epicondylitis lateralis. 5

6 B. VERANTWOORDING VAN HET THEMA Er waren meerdere redenen die leidden tot de keuze van dit onderwerp voor dit thesisproject. Enerzijds is er het feit dat het geheel van locomotorische aandoeningen een niet te onderschatten deel uitmaakt van ons werk als huisarts. Als we de registratiegegevens van het INTEGO-project er op nakijken, zien we een verscheidenheid aan aandoeningen van het locomotorisch stelsel die aan bod komen binnen de huisartsenpraktijk. (Tabel B1) 1 Daarenboven hadden tussen 1999 en 2003 zeven van de dertig meest gestelde diagnoses bij vrouwen betrekking op het locomotorisch stelsel. Bij mannen maakten acht van de dertig meest gestelde diagnoses hiervan deel uit. (Tabel B2) 1 Op basis van deze cijfers lijkt het ons dan ook niet verwonderlijk dat er voor dit eindproject een thema binnen deze groep van aandoeningen werd gekozen. Zoals we uit tabel B1 1 kunnen afleiden staat epicondylitis lateralis voor wat betreft incidentie op de negende plaats van de locomotorische aandoeningen. Zodoende is dit dus een relatief frequente pathologie. De uiteindelijke keuze om te werken rond epicondylitis lateralis ontstond echter voornamelijk doordat ik omstreeks de periode van mijn keuze vrij vaak geconfronteerd werd met patiënten met deze aandoening, en ik niet goed wist hoe ik dit probleem het beste aanpakte. Tijdens stages en bij het begin van mijn HAIO-opleiding had ik immers al gemerkt dat er tal van behandelingsmethoden werden aangewend in de aanpak van deze problematiek, zonder dat ik hierin enige systematiek kon weerhouden. Het was dan ook voornamelijk mijn gebrekkige kennis omtrent de aanpak van dit probleem die ertoe leidde dat ik besloot een literatuurstudie te maken rond de aanpak van epicondylitis lateralis, waarbij ik me wilde beperken tot die therapeutische strategieën die ik het meest frequent had weten gebruiken tijdens mijn opleiding. De keuze voor de twee eindpunten, namelijk het effect op pijn en het effect op de duur van werkonbekwaamheid ontstonden geleidelijk aan bij het doorspitten van literatuur betreffende dit onderwerp. Het effect van de therapie op pijn leek een logische keuze aangezien het hier toch voornamelijk over een pijnprobleem gaat en dit ook het meest bestudeerde eindpunt is in de literatuur. Het effect op de duur van werkonbekwaamheid wilden we bestuderen omdat uit de gegevens van INTEGO naar voren kwam dat deze aandoening voornamelijk voorkomt in 6

7 de tewerkgestelde leeftijdscategorie. Het leek ons dan ook waarschijnlijk dat deze pathologie een niet te verwaarlozen werkonbekwaamheid met zich meebrengt. We wilden met deze literatuurstudie dus zoeken naar die therapie die èn een snel pijnstillend effect had, èn een snelle werkhervatting kon garanderen. Het idee voor een bijkomend registratieproject ontstond doordat we in de loop van de literatuurstudie begonnen te merken dat er eigenlijk nog geen gouden standaard bestaat voor zo een frequent voorkomend probleem als epicondylitis lateralis. Daarenboven kwamen we in onze literatuurzoektocht gegevens tegen dat manipulatietechnieken ter hoogte van de schouder en de cervicale wervelzuil nuttig zouden kunnen zijn in de behandeling van deze pathologie. We waren dan ook benieuwd of een epicondylitis lateralis in de praktijk inderdaad gepaard kan met een geassocieerde of zelfs onderliggende aandoening van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil, zodat we besloten om dit aan de hand van een klein registratieproject eens na te gaan. 7

8 Tabel B1: Aandoeningen van het locomotorisch stelsel: Aantal diagnosen en incidentie per 1000 patiënten in de praktijkpopulatie in de periode (*ND: patiënt is niet uniek; D: patiënt is uniek; 2: patiënt wordt maximum twee maal geteld) ICPC2 code en titel Chron* Aantal diagnosen Per duizend patiënten in PP Vrouw man totaal vrouw man totaal L01 Symptomen/klachten nek NotDist ,90 1,29 1,59 L02 Symptomen/klachten rug NotDist ,90 6,21 7,05 L03 Symptomen/klachten lage-rug NotDist ,14 31,00 31,07 L04 Symptomen/klachten borstkas NotDist ,09 2,12 2,11 L05 Symptomen/klachten flank/oksel NotDist ,34 0,38 0,36 L07 Symptomen/klachten kaak NotDist ,24 0,10 0,17 L08 Symptomen/klachten schouder NotDist ,03 2,63 2,82 L09 Symptomen/klachten arm NotDist ,50 0,33 0,42 L10 Symptomen/klachten elleboog NotDist ,25 0,30 0,28 L11 Symptomen/klachten pols NotDist ,06 0,66 0,86 L12 Symptomen/klachten hand/vinger NotDist ,71 0,41 0,56 L13 Symptomen/klachten heup NotDist ,54 0,85 1,19 L14 Symptomen/klachten been/dijbeen NotDist ,21 1,94 2,08 L15 Symptomen/klachten knie NotDist ,03 3,53 3,78 L16 Symptomen/klachten enkel NotDist ,79 0,47 0,63 L17 Symptomen/klachten voet/teen NotDist ,58 1,90 2,24 L18 Spierpijn NotDist ,77 7,48 8,62 L19 Symptomen/klachten spier nao NotDist ,01 3,53 3,27 L20 Symptomen/klachten gewricht nao NotDist ,99 2,72 2,86 L26 Angst voor kanker bewegingsapparaat NotDist ,00 0,00 0,00 L27 Angst voor andere ziekte bewegingsapp NotDist ,00 0,02 0,01 L28 Functiebeperking/handicap (L) NotDist ,00 0,00 0,00 L29 And symptomen/klachten bewegingsapp NotDist ,13 1,35 1,74 L70 Infectieziekte bewegingsapparaat NotDist ,18 0,29 0,24 L71 Maligniteit bewegingsapparaat NotDist ,01 0,02 0,02 L72 Fractuur radius/ulna NotDist ,84 1,31 1,57 L73 Fractuur tibia/fibula NotDist ,11 0,91 1,01 L74 Fractuur hand/voet NotDist ,93 3,44 3,19 L75 Fractuur femur NotDist ,96 0,35 0,65 L76 Andere fractuur NotDist ,02 4,00 4,01 L77 Verstuiking/distorsie enkel NotDist ,72 5,62 5,67 L78 Verstuiking/distorsie knie NotDist ,62 1,22 0,92 L79 Verstuiking/distorsie gewricht nao NotDist ,01 4,59 4,79 L80 Luxatie/subluxatie NotDist ,10 1,28 1,19 L81 Ander letsel bewegingsapparaat NotDist ,93 3,37 2,65 L82 Aangeboren afwijking bewegingsapparaat NotDist ,37 0,34 0,36 L83 Neksyndroom NotDist ,50 17,71 24,03 L84 Rugsyndroom zonder uitstralende pijn NotDist ,80 3,25 4,51 L85 Verworven afwijking wervelkolom NotDist ,81 1,44 1,62 L86 Rugsyndroom met uitstralende pijn NotDist ,19 11,18 12,17 L87 Bursitis/tendinitis/synoviitis nao NotDist ,00 22,43 21,72 L88 Reumatoïde arthritis Dist ,70 0,31 0,50 L89 Coxartrose ,95 1,23 1,59 L90 Gonartrose ,77 2,40 3,57 L91 Andere perifere artrose Dist ,16 4,30 5,22 L92 Schoudersyndroom NotDist ,90 9,03 10,94 L93 Epicondylitis lateralis NotDist ,18 5,75 5,96 L94 Osteochondrose NotDist ,49 0,84 0,67 L95 Osteoporose Dist ,75 0,40 1,56 L96 Acuut inwendig knieletsel NotDist ,46 0,84 0,65 L97 Benigne/niet gespec neopl bewegingsapp NotDist ,12 0,14 0,13 L98 Verworven afwijking extremiteiten NotDist ,31 1,79 2,54 L99 Andere ziekte bewegingsapparaat NotDist ,46 7,25 7,85 8

9 Tabel B2: De 30 meest gestelde diagnoses in de periode volgens geslacht. 1 Vrouw Man plaats ICPC2-code en diagnose aantal JCG ICPC2-code en diagnose aantal JCG 1 R74 Acute infectie bovenste luchtwegen R74 Acute infectie bovenste luchtwegen R80 Influenza R80 Influenza R78 Acute bronchitis/bronchiolitis R78 Acute bronchitis/bronchiolitis D73 Verondersteld infect gastro-enteritis D73 Verondersteld infect gastro-enteritis U71 Cystitis/andere urineweginfectie L03 Symptomen/klachten lage-rug R77 Acute laryngitis/tracheitis R77 Acute laryngitis/tracheitis L03 Symptomen/klachten lage-rug L87 Bursitis/tendinitis/synoviitis nao L83 Neksyndroom H71 Otitis media acuta/myringitis R75 Acute/chronische sinusitis R75 Acute/chronische sinusitis L87 Bursitis/tendinitis/synoviitis nao S16 Buil/kneuzing R76 Acute tonsillitis R76 Acute tonsillitis H71 Otitis media acuta/myringitis L83 Neksyndroom S16 Buil/kneuzing S74 Dermatomycose P76 Depressieve stoornis L86 Rugsyndroom met uitstralende pijn L86 Rugsyndroom met uitstralende pijn D84 Ziekte oesophagus R05 Hoesten R05 Hoesten L92 Schoudersyndroom D87 Stoornis maagfunctie S74 Dermatomycose L92 Schoudersyndroom D87 Stoornis maagfunctie K86 Hypertensie zonder orgaanbeschadiging D84 Ziekte oesophagus R96 Astma X72 Genitale candidiasis vrouw S18 Scheurwond/snijwond A04 Algemene moeheid/zwakte F70 Infectieuze conjunctivitis S88 Contacteczeem R83 Andere infectie luchtwegen K86 Hypertensie zonder orgaanbeschadiging P76 Depressieve stoornis L18 Spierpijn L18 Spierpijn R96 Astma L99 Andere ziekte bewegingsapparaat F70 Infectieuze conjunctivitis S88 Contacteczeem D93 Irritable bowel syndrome H81 Overmatig cerumen R83 Andere infectie luchtwegen L02 Symptomen/klachten rug L99 Andere ziekte bewegingsapparaat H70 Otitis externa

10 C. DEEL 1: LITERATUURSTUDIE De behandeling van epicondylitis lateralis: oraal NSAID versus infiltratie met corticosteroïden versus kinesitherapie. 1. Abstract ACHTERGROND: Epicondylitis lateralis is een frequent voorkomend probleem in de huisartsenpraktijk. Tal van therapeutische opties worden aangewend om een zo snel mogelijke pijnverlichting te bekomen, doch een gouden therapeutische standaard lijkt hiervoor niet te bestaan. DOELSTELLING: We willen nagegaan welke conservatieve therapie nu het meest effectief is voor de behandeling van epicondylitis lateralis met betrekking tot beperking van werkonbekwaamheid en pijnvermindering, en dit op korte en op lange termijn (respectievelijk minder lang dan zes weken en langer dan zes maanden na het starten van de therapie). We beperken ons tot de -in onze ogen- meest gebruikte therapieën: een oraal NSAID, een infiltratie met corticosteroïden en kinesitherapie, en dan meer bepaald oefentherapie en specifieke manipulatietechnieken. METHODE : We verrichtten een uitgebreid literatuuronderzoek van 1/1/2000 tot 3/2/2008, waarbij we ons toespitsten op richtlijnen en systematische reviews. Waar nodig vulden we aan met dubbelblind gerandomiseerde klinische studies waarin bovengenoemde therapieën onderling werden vergeleken, hetzij vergeleken werden met een placebo en/of relatieve rust. RESULTATEN: We vonden twee bruikbare richtlijnen, één bespreking in Clinical Evidence, zes systematische reviews en zeven RCT s. CONCLUSIES: Voor het effect op werkonbekwaamheid vonden we onvoldoende literatuur om conclusies te trekken. Voor wat betreft pijnstilling op korte termijn lijkt een infiltratie met corticosteroïden de voorkeur te genieten, een oraal NSAID kan een alternatief zijn bij contra-indicaties. Op lange termijn lijkt men best te opteren voor (excentrische) oefentherapie. Toch is de beschikbare literatuur op heden van onvoldoende kwaliteit om hieruit sterk gefundeerde conclusies te mogen trekken. 10

11 2. Achtergrond en doelstellingen Epicondylitis lateralis, ook wel tenniselleboog genoemd, is een aandoening die zich manifesteert met pijn op of rond de laterale epicondylus humeri die al dan niet uitstraalt naar de onderarm. Deze pijn neemt toe bij beweging van de pols en bij druk op of rond de epicondylus lateralis. Dorsale flexie van de pols tegen weerstand bij gestrekte elleboog geeft eveneens toename van de pijn. In wisselende mate is er eveneens sprake van krachtsverlies ter hoogte van de extensoren van de voorarm. 2 Binnen de huisartsenpraktijk is epicondylitis lateralis een frequente pathologie. Uit de registratie van INTEGO leren we dat tussen 1999 en 2003 de incidentie van epicondylitis lateralis 5,96 per 1000 patiënten bedroeg. Rekening houdend met het geslacht werd er bij vrouwen een incidentie van 6,18 per 1000 patiënten gezien, bij mannen 5,75 per 1000 patiënten. Hoewel de benaming tenniselleboog anders doet vermoeden, kan slechts een klein percentage van de epicondylitiden rechtstreeks gelinkt worden aan de beoefening van deze sport. Wel is het zo dat deze pathologie het meest frequent voorkomt in de leeftijdscategorieën jaar (34,2 % van de patiënten met epicondylitis lateralis) en jaar (55,6 % van de patiënten met epicondylitis lateralis. 1 Zodoende komt 89,8 % van de tennisellebogen voor tussen de leeftijd van 25 en 64 jaar en is het dus met andere woorden voornamelijk de actieve bevolking die door deze pathologie getroffen wordt. Daarenboven treedt de aandoening meestal op ter hoogte van de dominante arm. De duur en het beloop van de klachten zijn vaak wisselend. Gemiddeld wordt de duur van een ziekte-episode geschat op negen maanden, waarna de klachten vaak spontaan verdwijnen. 2 Ondanks het feit dat epicondylitis lateralis een frequent gegeven is binnen de huisartsenpraktijk, lijkt er over de therapie hiervan nog steeds geen eenduidigheid te bestaan. In de aanpak van epicondylitis lateralis worden er immers tal van therapieën naar voren geschoven, gaande van allerhande strikt fysische behandelingen tot zelfs heelkundig ingrijpen. Algemeen wordt aanvaard dat epicondylitis lateralis een zelflimiterende aandoening is, waarbij de symptomen bij 70 à 80 % van de patiënten verdwijnen binnen het jaar na aanvang van de klachten. 3,4 Zodoende is een afwachtend beleid zeker te verdedigen. Twaalf maanden is echter voor de meeste patiënten een onaanvaardbaar lange tijd om pijn te hebben. Daarenboven is het voornamelijk de actieve bevolking die getroffen wordt door deze 11

12 aandoening en is het aannemelijk dat de pijn, de functionele hinder en de duur van de klachten een niet te onderschatten werkonbekwaamheid met zich meebrengen. Om deze redenen wordt er in de praktijk dan ook meestal geopteerd voor een minimaal invasieve therapie om een snelle pijnvermindering te bekomen evenals een snelle werkhervatting. 3 Voor de keuze van deze therapie bestaat er echter een waaier van opties. Het doel van volgend literatuuronderzoek is dan ook om op een systematische manier de efficiëntie van verschillende behandelingen bij epicondylitis lateralis na te gaan. Hierbij zullen we ons beperken tot de - in onze ogen - meest gebruikte behandelingsstrategieën in de huisartsenpraktijk: behandeling met een oraal NSAID, lokale infiltratie met corticosteroïden en kinesitherapie. Voor deze laatste groep zullen we ons beperken tot oefentherapie en manipulatietechnieken, en zullen we de strikt fysische technieken zoals ultrasone, ionisatie, laser, enz. buiten beschouwing laten. Zoals reeds aangehaald, is het voornamelijk de actieve bevolking die door deze aandoening getroffen wordt en is het aannemelijk dat de klachten leiden tot een wisselende mate van werkonbekwaamheid. De duur van deze werkonbekwaamheid, of het effect op werkhervatting, bij de verschillende bovengenoemde behandelingsopties lijkt ons dan ook een eerste relevant eindpunt voor onze literatuurstudie. Als tweede eindpunt willen we het effect op pijnvermindering nagaan, aangezien het hier toch voornamelijk een pijnprobleem betreft. Deze twee eindpunten willen we bestuderen op korte en op lange termijn waarbij we respectievelijk minder lang dan zes weken en langer dan zes maanden na het starten van de behandeling voorop stellen. 5 12

13 3. Literatuuronderzoek 3.1. Zoektermen Als zoektermen gebruikten we tennis elbow (tenniselleboog voor de Nederlandstalige literatuur) en epicondylitis Databanken In een eerste fase van onze literatuurstudie zochten we naar bestaande richtlijnen in volgende databanken: de aanbevelingen van Domus Medica, de CBO-richtlijnen (Centraal Begeleidingsorgaan), de richtlijnen van het Kenniscentrum, de standaarden van het Nederlands Huisartsen Genootschap, Guideline Finder UK, HEN WHO (Health Evidence Network World Health Organization), New Zealand Guidelines Group, National Guideline Clearinghouse en Clinical Evidence. Allen toegankelijk via CEBAM (Belgisch Centrum voor Evidence-Based Medicine). Systematische reviews werden gezocht via volgende databanken: NICE (National Institute for Health and clinical Excellence), The Cochrane Library, PEDro (Physiotherapy Evidence Database), HTA (Health Technology Assessment) en DARE (Database of Abstracts of Reviews of Effectiveness). Bijkomend zochten we gerandomiseerde klinische studies (RCT) via Medline, PEDro en The Cochrane Library Selectiecriteria Onze zoektocht vond plaats op 3/2/2008. We zochten enkel in de Nederlandstalige en Engelstalige literatuur, gepubliceerd vanaf 1/1/2000. Enkel systematische reviews met betrekking tot NSAID, infiltratie met corticosteroïden en/of manuele en oefentherapie werden meegenomen. Voor wat betreft de klinische studies moest er enerzijds sprake zijn van een dubbelblinde randomisatie. Anderzijds moest er een duidelijke vergelijking plaatsvinden tussen twee of meerdere behandelingsgroepen, waarbij twee of meer van bovengenoemde therapieën onderling werden vergeleken, hetzij vergeleken werden met een placebo of een afwachtend beleid en/of relatieve rust. 13

14 4. Resultaten 4.1. Flow chart resultaten In de Nederlandstalige richtlijnen vonden we enkel de standaard Epicondylitis van het Nederlands Huisartsen Genootschap. Deze dateert echter van 1997 en valt dus buiten onze selectiecriteria. Guideline Finder UK, HEN WHO en de New Zealand Guidelines Group gaven geen resultaten. National Guideline Clearinghouse leverde onder de zoekterm tennis elbow zes hits, de zoekterm epicondylitis leverde er vier. Na toepassing van onze selectiecriteria en overlap van de resultaten konden we uiteindelijk twee artikels weerhouden. 6,7 Aanvullend zochten we in Clinical Evidence waar we onder Musculoskeletal Disorders nog Tennis elbow als resultaat vonden. 8 (Tabel C1) Voor wat betreft de systematische reviews vonden we via NICE en HTA geen resultaten. Door overlap van een aantal resultaten via The Cochrane Library, PEDro en DARE weerhielden we uit deze bronnen uiteindelijk zes verschillende systematische reviews: één hiervan handelt over de behandeling met NSAID 9, één over injectie met corticosteroïden 5, drie hebben betrekking op fysiotherapeutische behandelingen en de zesde systematische review vergelijkt kinesitherapie, injectie met corticosteroïden en rust onderling 13. (Tabel C2) Een zoektocht naar bijkomende RCT s die aan onze criteria voldeden, leverde ons nog zeven bruikbare studies: twee hiervan hebben betrekking op fysiotherapeutische behandelingen 14,15, twee handelen over lokale injectie met corticosteroïden 16,17, één studie vergelijkt een lokale injectie met corticosteroïden met kinesitherapie of een combinatie van beiden 3 en tot slot twee studies waarbij kinesitherapie, injectie met corticosteroïden en relatieve rust onderling worden vergeleken 18,19. Bijkomend vonden we nog een achtste studie waarbij de behandelingsgroep een fysiotherapeutisch oefenprogramma voor thuis toegewezen kreeg en vergeleken werd met een controlegroep waarin de patiënten verschillende andere vormen van conventionele therapieën kregen (onder andere een injectie met corticosteroïden, stretching of geen interventie). 20 In dit studieopzet vond er echter geen randomisatie plaats. Zodoende zullen we dit artikel niet gebruiken voor ons tweede eindpunt, namelijk het effect op pijn. Omdat dit echter de enige bijkomende studie is waarbij er tevens gekeken werd naar werkonbekwaamheid, zullen we, 14

15 ondanks het niet voldoen aan onze selectiecriteria, deze bron wel kort aanhalen in de bespreking van ons eerste eindpunt, namelijk het effect op werkonbekwaamheid. 15

16 Tabel C1: Flow chart: resultaten richtlijnen. NGC; National Guideline Clearinghouse. NZ GG; New Zealand Guidelines Group. HEN WHO; Health Evidence Network World Health Organization. GF UK; Guideline Finder UK. NHG; Nederlands Huisartsen Genootschap. CBO; Centraal BegeleidingsOrgaan 16

17 Tabel C2: Flow chart: resultaten systematische reviews. NICE; National Institute for Health and Clinical Excellence. PEDro; Physiotherapy Evidence Database. HTA; Health Technology Assessment. DARE; Database of Abstracts of Reviews of Effectiveness. 17

18 4.2. Eindpunt 1: Effect op werkhervatting De enige richtlijn waarin we hierover iets terugvonden, was deze van de Work Loss Data Institute, teruggevonden via National Guideline Clearinghouse. Hierin konden we lezen dat epicondylitis lateralis een werkonbekwaamheid van 0 tot 42 dagen met zich meebrengt, afhankelijk van de soort (handen)arbeid, waarbij het type arbeid echter niet verder gespecificeerd wordt. (Tabel C3) 6 Bijkomend dienen we hier op te merken dat er geen onderscheid gemaakt wordt tussen de duur van werkonbekwaamheid bij de verschillende behandelingsmodaliteiten die wij onder de loep nemen, zodat we hieruit onvoldoende conclusies kunnen trekken voor de eerste van onze twee vraagstellingen. Tabel C3: Werkhervatting bij epicondylitis lateralis. 6 Return-To-Work Pathways Epicondylitis, Lateral Without surgery, modified work: 0 days Without surgery, regular manual work: 7 days Without surgery, heavy manual work: 42 days Without surgery, heavy manual vibrating work, if cause of disability: indefinite In de andere bovengenoemde databanken vonden we noch andere richtlijnen, noch systematische reviews die dit eindpunt bestudeerden. Ook onze zoektocht naar bijkomende RCT s met betrekking tot dit onderwerp leverde geen resultaten. Wel vonden we één prospectieve, niet-gerandomiseerde studie (Nilsson et al.) 20 waarbij er wel gekeken werd naar het effect op werkonbekwaamheid. In deze Zweedse studie kreeg de behandelingsgroep (51 patiënten) een specifiek oefenprogramma voor thuis toegewezen samen met ergonomisch advies en een bandage van de elleboog waar nodig. De controlegroep (27 patiënten) kreeg geen gestandaardiseerde behandeling maar werd, afhankelijk van de symptomatologie en/of de behandelend arts, behandeld met een injectie met corticosteroïden, een NSAID, lokale gels, stretching of een afwachtend beleid. Gedurende de vier behandelingsmaanden stelde men in de interventiegroep vast dat 18% van de patiënten één of meerdere dagen ziekteverlof had opgenomen (6 tot 122 dagen, gemiddeld 14 dagen). In de controlegroep bedroeg dit 48% van de patiënten (2-183 dagen, gemiddeld 55 18

19 dagen). In de behandelingsgroep was er tijdens de behandeling dus 30% minder werkonbekwaamheid dan in de controlegroep (p=0,001). Na de behandelingsperiode werden de patiënten nog zes maanden verder opgevolgd: in de interventiegroep had nog 14% ziekteverlof opgenomen (5-170 dagen, gemiddeld 82 dagen), in de controlegroep 33% (7-193 dagen, gemiddeld 33 dagen). Er was dus een verschil van 19% in de patiënten die ziekteverlof opnamen, doch dit verschil bleek niet significant (p=0,07). 20 Ook bleek de gemiddelde duur van ziekteverlof na zes maanden in de interventiegroep beduidend langer dan deze in de controlegroep Eindpunt 2: Effect op pijn Oraal NSAID versus injectie met corticosteroïden versus kinesitherapie Via National Guideline Clearinghouse vonden we een richtlijn van de American College of Occupational and Environmental Medecine. Deze beschrijft een matig evidence-based bewijs voor het positieve effect van orale NSAID evenals voor het positieve effect van een injectie met corticosteroïden. Er wordt hier echter geen onderscheid gemaakt tussen het effect op korte en op lange termijn. Voor thuisoefeningen stelt deze richtlijn dat er onvoldoende bewijs is om zich uit te spreken over een positief dan wel negatief effect. Noch over oefentherapie in kader van een fysiotherapeutisch beleid, noch over manipulatietechnieken wordt er hier een uitspraak gedaan. 7 Clinical Evidence vat samen dat het aannemelijk is dat een injectie met corticosteroïden een positief effect heeft op pijn (op korte termijn). Voor een oraal NSAID (op lange termijn) en voor oefentherapie en mobilisatie vinden zij onvoldoende bewijs om een correcte uitspraak te doen met betrekking tot de effectiviteit. Ook hier is er onvoldoende concretisering voor wat betreft korte en lange termijn. 8 We vonden noch een systematische review, noch een klinische studie die deze drie behandelingen onderling vergeleek. Een optimale uitspraak hieromtrent kunnen we dus niet doen. Wel vonden we literatuur die twee van onze vooropgestelde behandelingsopties onderling vergeleek, of vergelijkingen deed met een placebogroep. Vandaar dat we in de 19

20 verdere bespreking telkens een vergelijking zullen trachten te maken tussen een behandeling versus een placebo, of een vergelijking tussen twee van onze vooropgestelde therapeutische strategieën. De belangrijkste leidraad die we hierbij zullen gebruiken is de bespreking van Clinical Evidence, daar deze behoorlijk compleet is en in zijn bespreking voornamelijk gebruik maakte van de systematische reviews die wij eveneens terugvonden in onze literatuurzoektocht. Waar mogelijk zullen we de resultaten, gehaald uit Clinical Evidence, aanvullen met bijkomend materiaal uit systematische reviews en/of gerandomiseerde klinische studies Effect van oraal NSAID Hiervoor maken we gebruik van Clinical Evidence. De enige systematische review waarop Clinical Evidence zich hier baseert is deze van Green et al. 9, dezelfde die wij via onze zoektocht terugvonden. Bijkomende literatuur die aan onze criteria voldeed, werd hierover niet teruggevonden. a. Oraal NSAID versus placebo Binnen de systematische review van Green et al. 9 vergeleken twee RCT s (Labelle et al., 1997; Hay et al. 1999) een oraal NSAID met een placebo. In de RCT van Labelle et al. werd diclofenac gebruikt, in deze van Hay et al. naproxen. Omwille van onverenigbaarheden kon er geen meta-analyse plaatsvinden van deze twee studies. De RCT van Labelle et al. leverde beperkt bewijs dat diclofenac in vergelijking met placebo de pijn verminderde op korte termijn (WMD -13.9, 95% CI tot -4.6). De pijnanalyse gebeurde aan de hand van een visuele analoge schaal. Er werd niet gekeken naar het effect op lange termijn. De RCT van Hay et al. vond geen significant verschil in pijnvermindering tussen naproxen en placebo, en dit zowel op korte als op lange termijn. (Tabel C4) 8,9 Tabel C4: Resultaten Hay 1999: Naproxen versus placebo 9 Gemeten pijn op een schaal van 0-9 (0=minste pijn, 9=meeste pijn) Time of assessment Naproxen Placebo Baseline pain 4 ( ) 5 (4-7) 4 week pain 4 (2-6) 3.5 (2-6) 6 month pain 1 (0-3) 1 (0-2.25) 12 month pain 0 (0-2) 0 (0-2) 20

21 b. Oraal NSAID versus injectie met corticosteroïden Binnen dezelfde systematische review van Green et al. 9 werden er initieel vier RCT s gevonden die het effect van een oraal NSAID vergeleken met een lokale injectie met corticosteroïden. Omwille van onvolledige resultaten konden er uiteindelijk slechts twee RCT s (Hay et al., 1999; Saartok et al., 1986) geïncludeerd worden voor een meta-analyse. In de RCT van Hay et al. gebruikte men naproxen 500 mg versus methylprednisolone 20 mg plus lidocaïne. Saartok et al.gebruikte naproxen 500 mg versus betamethasone 6 mg plus lidocaïne plus een oraal placebo. Een meta-analyse van de resultaten van deze twee RCT s toonde op korte termijn (na vier weken) een significant verschil in pijn ten voordele van de infiltratie met corticosteroïden (RR 3.06, 95% CI ). Op langere termijn (na 26 weken) toonde Hay et al. echter een significant beter resultaat op pijn van orale NSAID ten opzichte van een infiltratie met corticosteroïden (RR 1.71, 95% CI ). 8,9 c. Oraal NSAID versus kinesitherapie Hierover werd er geen uitspraak gedaan in Clinical Evidence. Bijkomende literatuur werd door ons niet gevonden Effect van lokale injectie met corticosteroïden Ook hiervoor baseren we ons grotendeels op Clinical Evidence. De twee systematische review en één van de drie bijkomende RCT s die Clinical Evidence hier gebruikt, zijn dezelfde als twee van de systematische reviews 5,11 en één RCT 17 die wij hierover terugvonden. Wij vonden nog twee bijkomende systematische review 12,13 en 4 bijkomende RCT s 3,16,18,19. De RCT van Smidt et al. 18 werd reeds gebruikt in de systematische review van Bisset et al. 11 en Trudel et al. 12. a. Lokale injectie met corticosteroïden versus placebo De systematische review van Smidt et al. 5 bevat twee RCT s (Day et al., 1978; Saartok et al., 1986) waarbij een lokaal corticosteroïd vergeleken werd met een injectie met een salineoplossing (= placebo). De eerste RCT van Day et al. vergeleek de injectie van 1 ml methylprednisoloneacetaat met 1 ml saline 0.9%. Men vond hier een significante globale 21

22 verbetering op korte termijn in het voordeel van het corticosteroïd (RR 0.11, 95% CI ), doch het effect op pijn op zich werd in deze studie niet gemeten. De tweede RCT van Saartok et al. bestudeerde dit effect wel. Hierbij werd echter 1 ml betamethasone plus 0.5 ml prilocaïne plus oraal placebo vergeleken met naproxen 250 mg plus 1.5 ml saline, zodat er strikt genomen niet gesproken kan worden van lokale injectie met corticosteroïden versus placebo. De resultaten van deze RCT worden als dusdanig dan ook niet opgenomen in dit deel van de bespreking. De systematische reviews van Bisset et al. 11 en van Trudel at al. 12 maakten beide gebruik van één enkele RCT (Smidt et al., 2002) 18 waarbij een injectie met corticosteroïden (1 ml triamcinoloneacetaat plus 1 ml lidocaïne 2%) vergeleken werd met een afwachtende houding en kinesitherapie. In vergelijking met de groep met een afwachtend beleid ondervond de groep, behandeld met corticosteroïden, significant beterschap op korte termijn. De RCT van Newcomer et al. 17, gebruikt in Clinical Evidence, vergeleek de injectie met corticosteroïden met een placebo-injectie, waarbij er een significant verschil op pijn werd gevonden op 8 weken en op 6 maanden ten voordele van corticosteroïden. Als meetmethode gebruikte men de visuele analoge pijnschaal waarbij er voor injectie met corticosteroïden een verbetering werd gevonden van 24.3 versus 8.9 voor de placebo-injectie (p=0.04; CI niet weergegeven). 8 Wij vonden nog twee bijkomende systematische review, evenals drie bijkomende RCT s over dit onderwerp. De systematische review van Trudel et al. 12 werd reeds aangehaald, deze van Nimgade et al. 13 stelt dat op korte termijn een injectie met een corticosteroïd superieur is ten opzichte van een placebo, op lange termijn valt dit voordeel weg. Van de drie bijkomende RCT s, was een eerste een studie deze van Tonks et al. 3 Hierin werden vier groepen vergeleken: afwachtende houding, enkel een injectie met corticosteroïden (10 mg triamcinoloneacetaat plus lidocaïne 2%), enkel kinesitherapie en een combinatie van injectie plus kinesitherapie. De evaluatie gebeurde aan de hand van een gestandaardiseerde vragenlijst. In vergelijking met de afwachtende houding deed een injectie met corticosteroïden het hier na zeven weken significant (p<0.001) beter (verbetering van 2.92, 95% CI ). In een studie van Bisset et al. 19 werd een injectie met corticosteroïden vergeleken met mobilisatie- en oefentherapie en met een afwachtend beleid. 22

23 Het effect op pijn werd gemeten aan de hand van een pijnschaal op 100. In vergelijking met een afwachtend beleid spraken ook hier de resultaten op korte termijn (6 weken) in het voordeel van de injectie (SMD 31.3, 99% CI ). Op langere termijn waren de resultaten echter in het voordeel van het afwachtend beleid (26 weken: SMD -11.4, 99% CI tot 0.1). Een derde studie van Altay et al. 16 vergeleek een injectie met 2 ml lidocaïne met een injectie met 1 ml lidocaïne plus 1 ml triamcinolone. Strikt genomen kan men dit niet als placebo beschouwen. Aangezien er in beide groepen echter lidocaïne gebruikt wordt, besluiten we toch deze studie op te nemen in de bespreking. Beide groepen bestonden initieel uit 60 patiënten, de injectie gebeurde aan de hand van een speciale tettering techniek waarbij er per injectie 40 à 50 kleine shots werden gegeven. Er was geen significant verschil tussen beide groepen (p>0.05) op korte en op lange termijn. b. Lokale injectie met corticosteroïden versus oraal NSAID Cfr. supra. c. Lokale injectie met corticosteroïden versus kinesitherapie De systematische reviews van Smidt et al. 5 en Trudel et al. 12 bestonden uit éen RCT (Verhaar et al., 1996) die een lokale injectie met corticosteroïden (1ml triamcinoloneacetaat 1% plus 1 ml lidocaïne) vergeleek met kinesitherapie (frictie plus manipulatie). Na zes weken was er een significant verschil op pijn ten voordele van een injectie (RR O.61, 95% C ). 5,8 Op lange termijn verviel dit positief effect. Strikt genomen is men natuurlijk niet zeker dat dit effect te danken is aan het corticosteroïd dan wel aan de lidocaïne, zeker niet zo men de bovengenoemde resultaten van Altay et al. in beschouwing neemt, waarbij er geen significant verschil gevonden werd tussen lidocaïne en de combinatie van corticosteroïden plus lidocaïne. 16 De systematische reviews van Bisset et al. 11 en Trudel et al. 12 bevatten ook één RCT (Smidt et al., 2002) 18 waarin een lokale injectie met 1 ml triamcinoloneacetaat plus 1 ml lidocaïne 2% vergeleken werd met fysiotherapie (ultrasone plus diepe dwarse frictie plus oefentherapie gedurende zes weken) en een afwachtend beleid. Na zes weken was er een significante beterschap in de injectiegroep vergeleken met de fysiotherapeutisch behandelde groep (SMD , 95% CI tot -0.82). Na één jaar bleek de injectie met corticosteroïden echter 23

24 significant minder effectief in vergelijking met de kinesitherapie (SMD 0.40, 95% CI ). In een door ons extra gevonden RCT van Tonks et al. 3 werden vier groepen vergeleken: afwachtende houding, enkel een injectie met corticosteroïden (10 mg triamcinoloneacetaat plus lidocaïne 2%), enkel kinesitherapie (oefentherapie) en een combinatie van injectie plus kinesitherapie. De evaluatie van pijn gebeurde aan de hand van een gestandaardiseerde vragenlijst. In vergelijking met de fysiotherapeutisch behandelde groep, deed de groep die een injectie kreeg het hier na zeven weken significant (p<0.001) beter (verbetering van 2.92, 95% CI ). Voor kinesitherapie werd er geen significant effect gevonden (p=0.27), noch voor de combinatiebehandeling van een injectie plus kinesitherapie (p=0.65). De opmerking die we hier dienen te maken, is dat het totaal aantal geïncludeerde patiënten vrij laag was (48 in totaal), en dat er zodoende maar 12 patiënten per behandelingsgroep waren. Tevens was er een hoge drop out in beide groepen waar kinesitherapie deel uitmaakte van de behandeling (5 in elke groep). Mogelijks zorgde een snelle pijnverlichting in deze groepen ervoor dat deze patiënten niet terugkeerden, en werpt dit een heel ander licht op de resultaten, doch zekerheid hieromtrent hebben we niet. Een tweede bijkomende RCT van Bisset et al. 19 vergeleek een injectie met corticosteroïden (1 ml triamcinoloneacetaat plus 1 ml lidocaïne 1%) met mobilisatie- en oefentherapie en met een afwachtend beleid. In vergelijking met het fysiotherapeutisch beleid spraken ook hier de resultaten op korte termijn (6 weken) in het voordeel van de injectie (SMD 15.8, 95% CI ). Op langere termijn (26 weken) waren de resultaten echter in het voordeel van het fysiotherapeutisch beleid (SMD -16.5, 95% CI tot -5.1) Effect van kinesitherapie Clinical Evidence maakte gebruik van 1 systematische review 11 en één bijkomende RCT (Selvanetti et al., 2003). Wij vonden nog twee bijkomende systematische reviews 10,12 en twee bijkomende RCT s 14,15 waarvan we de resultaten konden betrekken in de bespreking. a. Kinesitherapie versus placebo De systematische review van Bisset et al. 11 bestond slechts uit één enkele RCT (Smidt et al., 2002) 18 die drie groepen vergeleek: oefentherapie plus massage plus ultrasone versus een 24

25 injectie met corticosteroïden versus een afwachtende houding. Tussen de groep met de gecombineerde fysische interventies en de groep met afwachtend beleid werd er noch na zes weken (SMD 0.26, 95% CI 0.10 tot 0.61), noch na één jaar (SMD 0.26, 95% CI tot 0.61) een significant verschil in pijnvermindering gevonden. Twee kleinere RCT s binnen bovengenoemde systematische review onderzochten het effect van manipulatie van de elleboog in de behandeling van epicondylitis lateralis. Er werd een onmiddellijk positief effect gevonden op pijnvrije kracht (SMD 1.28, 95% CI ). Het effect op langere termijn werd niet bestudeerd. De RCT van Silvanetti et al. waarop Clinical Evidence zich baseerde, vergeleek excentrische oefentherapie plus proprioceptieve neuromusculaire oefeningen plus counseling met placebo (ultrasound plus counseling) en vond dat de behandelingsgroep significant minder pijn vertoonde na elf maanden therapie (pijnschaal niet verder gedefinieerd 34,9 met oefentherapie, 15,7 met placebo, p=0.0001). Over het effect op korte termijn wordt er hier geen uitspraak gedaan. 8 Een bijkomende systematische review vantrudel et al. 12 bevatte nog één RCT s (Vicenzino et al., 2001) die specifieke mobilisatie vergeleek met placebo en een snel pijnstillend effect beschreef tijdens en vlak na de behandeling ten opzichte van placebo b. Enkele fysiotherapeutische behandelingen onderling vergeleken - oefentherapie versus ultrasone plus frictie De systematische review van Smidt et al vergeleek allerhande fysiotherapeutische technieken onderling. Eén enkele studie binnen deze review toonde een groot positief effect van oefentherapie vergeleken met ultrasone plus frictiebehandeling (SMD -0.95, 95% CI tot -0.26). Andere studies binnen deze review waren niet conclusief omwille van lage studiekwaliteit, kleine studiepopulaties en te grote heterogeniciteit, zowel voor wat betreft de interventietechnieken als de doelstellingen van de studies. 25

26 - Stretching versus excentrische oefentherapie Svernlöv et al. 14 voerden een studie uit van in totaal 38 patiënten die gerandomiseerd werden in een groep die enkel stretchoefeningen kreeg en een groep die excentrische oefentherapie kreeg. De therapie duurde twaalf weken en er werd geëvalueerd na drie, zes en twaalf maanden therapie. In de groep die excentrische oefentherapie kreeg, beschouwde 71% van de patiënten zich als volledig hersteld ten opzichte van slechts 39% in de stretchinggroep. - Gestandaardiseerd passief rehabilitatieprogramma versus excentrische oefentherapie Ook Croisier et al. 15 toonde in een studie, bestaande uit 92 patiënten, aan dat excentrische oefentherapie voordeel kan bieden ten opzichte van een passief rehabilitatieprogramma. In de groep die excentrische oefentherapie kreeg, was er na één maand behandeling een significante daling in de pijnsensatie. c. Kinesitherapie versus oraal NSAID Cfr. supra. d. Kinesitherapie versus injectie met corticosteroïden Cfr. supra. 26

27 5. Bespreking en besluit van de literatuurstudie Het doel van deze literatuurstudie was om na te gaan wat het effect was van een oraal NSAID, een lokale injectie met corticosteroïden of kinesitherapie bij de diagnose van epicondylitis lateralis. We stelden twee eindpunten voorop, namelijk het effect op werkhervatting en het effect op pijn, en dit op korte en op lange termijn. Hoewel dit ons een zeer relevant eindpunt lijkt aangezien het voornamelijk de actieve bevolking is die door deze aandoening getroffen wordt, vonden we voor wat betreft de werkhervatting nauwelijks literatuur terug. De enige richtlijn waarin we hierover iets terugvonden, was deze van de Work Loss Data Institute, teruggevonden via National Guideline Clearinghouse. Hierbij werd er een duur van werkonbekwaamheid gevonden gaande van 0 tot 42 dagen, afhankelijk van het type arbeid. Onderscheid in deze duur tussen de verschillende behandelingsmodaliteiten werd echter niet gemaakt. Uit de prospectieve, niet-gerandomiseerde studie van Nilsson et al. kunnen we mogelijks wel besluiten dat een intensief thuisprogramma en ergonomisch advies kan leiden tot een beperking van het ziekteverlof. Er waren echter te veel beperkingen in deze studie om dit besluit te mogen trekken; een sterk verschillend aantal patiënten in beide groepen (51 versus 27) met tevens een hoge drop-out (8 patiënten in de interventiegroep, 15 patiënten in de controlegroep), geen vergelijking met één enkele andere therapie maar wel met tal van behandelingsopties en tot slot was er geen dubbelblinde randomisatie. Op basis van deze gegevens kunnen we dus onmogelijk een geldig besluit trekken over welk van de drie bovenstaande therapieën het snelste leidt tot werkhervatting. Bijkomende, gerichte studies zullen hiervoor nodig zijn. Als we kijken naar het effect op pijnvermindering, zouden we uit bovenstaand literatuuronderzoek kunnen besluiten dat er (beperkt) bewijs is voor een positief effect op pijn op korte termijn van zowel een oraal NSAID als een lokale injectie met corticosteroïden als kinesitherapie wanneer deze behandelingen vergeleken worden met placebo. Op lange termijn zijn er aanwijzingen voor een positief effect van kinesitherapie vergeleken met placebo. Wanneer de therapieën onderling vergeleken worden, lijkt een injectie met corticosteroïden het op korte termijn beter te doen dan kinesitherapie of een oraal NSAID. Op lange termijn echter lijkt een kinesitherapie beduidend gunstigere resultaten te geven dan een injectie met 27

28 corticosteroïden, en geniet binnen de groep van de kinesitherapie excentrische oefentherapie de voorkeur. Ook zijn er aanwijzingen dat een oraal NSAID op lange termijn iets meer effect lijkt te hebben dan een corticosteroïdeninjectie. De resultaten van verschillende studies zijn soms echter tegenstrijdig. Ook vonden we slechts beperkte literatuur terug die voldeed aan onze selectiecriteria en bestonden de gevonden reviews en meta-analyses vaak maar uit een beperkt aantal RCT s, die zelf vaak maar uit een kleine studiepopulatie bestonden. Daarenboven was er vaak een verschil in de onderzoeksvragen en het studieopzet van de RCT s onderling, zodat een onderlinge vergelijking of een meta-analyse soms moeilijk uit te voeren was. Ook het gebruik van verschillende producten (verschillende NSAID s, andere corticosteroïden), het gebruik van combinaties van therapieën en het onvolledig beschrijven van de gebruikte therapie en/of de dosissen, maakte vergelijkingen en correcte besluittrekkingen moeilijk. De enige exacte conclusie die we op basis van bovenstaand literatuuronderzoek dan ook kunnen trekken, is dat er nog steeds onvoldoende geweten is welk van deze behandelingen nu de voorkeur geniet, zowel voor wat betreft het effect op werkhervatting als voor wat betreft de pijnvermindering. Er zullen dus hoe dan ook grote, kwalitatieve studies nodig zijn waarbij er een onderlinge vergelijking gebeurt tussen de verschillende behandelingsmodaliteiten. Pas dan zal er misschien een concreet en correct antwoord geformuleerd kunnen worden op onze twee onderzoeksvragen. Wanneer we echter op basis van bovenstaande literatuurstudie een voorlopige richtlijn zouden moeten opstellen, zouden we volgende aanpak adviseren: Bij beperkte pijnklachten of wanneer er geen noodzaak is tot snelle werkhervatting is een afwachtend beleid te verdedigen, maar kan men ook opteren voor een fysiotherapeutische aanpak, waarbij excentrische oefentherapie dan de voorkeur lijkt te genieten. Is er echter sprake van uitgesproken pijn, of is een snelle werkhervatting het doel, dan opteert men best voor een injectie met corticosteroïden, ermee rekening houdend dat dit mogelijks op langere termijn minder gunstige resultaten geeft. Bij contra-indicaties voor corticosteroïden of zo de patiënt geen injectie wenst, is een behandeling met een oraal NSAID een waardig alternatief. 28

29 D. DEEL 2: REGISTRATIE In welke mate is er bij de diagnosestelling van epicondylitis lateralis eveneens een probleem ter hoogte van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil? 1. Abstract ACHTERGROND: Voor een frequent probleem als epicondylitis lateralis bestaat er nog steeds geen gouden therapeutische standaard. Daarenboven zijn er in de literatuur aanwijzingen dat specifieke manipulatietechnieken van de schouder en de cervicale wervelzuil verlichting kunnen brengen bij een epicondylitis lateralis. DOELSTELLING: In welke mate zijn er bij de diagnose van epicondylitis lateralis tevens afwijkingen ter hoogte van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil, dewelke mogelijks aan de grondslag liggen van de ellebooglast? METHODE : Aan de hand van een gesystematiseerd klinisch onderzoek verrichtten we een bescheiden registratieproject in twee huisartsenpraktijken, met een totaal van vier huisartsen en één HAIO. De registratieperiode duurde drie maanden. RESULTATEN: De registratie leverde ons veertien patiënten met een epicondylitis lateralis. Op basis van leeftijd en geslacht kwam deze groep overeen met de populatie geregistreerd door INTEGO. Bij zeven van de veertien patiënten (50%) werden er bij uitgebreid klinisch onderzoek één of meerdere afwijkingen gevonden ter hoogte van de ipsilaterale schouder en/of de cervicale wervelzuil. De afwijkingen ter hoogte van de cervicale wervelzuil waren meer uitgesproken dan deze ter hoogte van de schouder. CONCLUSIES: Het is mogelijk dat er bij een deel van de patiënten inderdaad een hogerop liggend probleem aan de grondslag ligt van de gediagnosticeerde epicondylitis lateralis. Bij gebrek aan een therapeutisch luik schiet ons registratieproject echter tekort om hierover exacte conclusies te kunnen trekken. 29

Samenvatting*en*conclusies* *

Samenvatting*en*conclusies* * Samenvatting*en*conclusies* * Kwaliteitscontrole-in-vaatchirurgie.-Samenvattinginhetnederlands. Inditproefschriftstaankwaliteitvanzorgenkwaliteitscontrolebinnende vaatchirurgie zowel vanuit het perspectief

Nadere informatie

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie. Samenvatting De primaire doelstelling van het onderzoek was het onderzoeken van de lange termijn effectiviteit van oefentherapie en de rol die therapietrouw hierbij speelt bij patiënten met artrose aan

Nadere informatie

Factsheet Manuele therapie en therapeutische mogelijkheden bij zuigelingen (0-1 jaar)

Factsheet Manuele therapie en therapeutische mogelijkheden bij zuigelingen (0-1 jaar) 1/4 Manuele therapie en therapeutische mogelijkheden bij zuigelingen (0-1 jaar) Auteurs F. Driehuis, MSc, FT Prof. dr. M.W.G. Nijhuis - van der Sanden, KFT E. R. I. C. Saedt, MT B. H. van der Woude, MT

Nadere informatie

Chapter 11. Nederlandse samenvatting

Chapter 11. Nederlandse samenvatting Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Reumatoïde artritis (RA) is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door ontstekingen van de gewrichten. Symptomen die optreden zijn onder andere pijn,

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

CHAPTER 8. Samenvatting

CHAPTER 8. Samenvatting CHAPTER 8 Samenvatting Samenvatting 8. Samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene introductie. Doel van dit proefschrift is om de kosten en effectiviteit van magnetische resonantie (MR) te evalueren indien

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Samenvatting 11 Samenvatting Bloedarmoede, vaak aangeduid als anemie, is een veelbesproken onderwerp in de medische literatuur. Clinici en onderzoekers buigen zich al vele jaren over de oorzaken en gevolgen

Nadere informatie

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Auteur: Veronique Verhoeven Augustus 2009 Conclusie van deze opvolging

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43013 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hofstede, S.N. Title: Optimization of care in orthopaedics and neurosurgery Issue

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Samenvatting Binnen het domein van hart- en vaatziekten is een bypassoperatie de meest uitgevoerde chirurgische ingreep. Omdat bij een hartoperatie het borstbeen wordt doorgesneden en er meestal

Nadere informatie

Biopsychosociaal model

Biopsychosociaal model Biopsychosociaal model binnen de behandeling van whiplash-patiënten Wendy Peeters, MScMT Dr. Arianne Verhagen Prof. dr. Rob Oostendorp 1 23-03-2001 Doel presentatie State of the art wetenschappelijke evidentie

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Heupklachten. Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen

Heupklachten. Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen Heupklachten Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen Dept of General Practice / Dept of Orthopedics Erasmus MC University Medical Center Rotterdam Heupklachten Prevalentie

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 beschrijft een systematisch literatuuroverzicht waarin studies worden samengevat die de effectiviteit, op bewegingsuitslag, hebben

Hoofdstuk 2 beschrijft een systematisch literatuuroverzicht waarin studies worden samengevat die de effectiviteit, op bewegingsuitslag, hebben Samenvatting Artrose is een aandoening van de gewrichten en wordt in het dagelijkse leven ook wel slijtage genoemd. Artrose kan in alle gewrichten optreden maar komt voornamelijk voor in de gewrichten

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 179 In dit proefschrift werden de resultaten beschreven van studies die zijn verricht bij volwassen vrouwen met symptomen van bekkenbodem dysfunctie. Deze symptomen komen frequent voor en kunnen de kwaliteit

Nadere informatie

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015 Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk Lies Braam, verpleegkundig specialist neurologie 26 maart 2015 V &VN neurocongres Definitie EBP Bij EBP gaat het om klinische beslissingen op basis van

Nadere informatie

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH) Samenvatting (summary in Dutch) Samenvatting In hoofdstuk 1 wordt de algemene introductie van dit proefschrift beschreven. De nadruk in dit proefschrift lag op patiënten met hoofd-halskanker (HHK) en

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting en Conclusie

Chapter 10. Samenvatting en Conclusie Chapter 10 Samenvatting en Conclusie 91 SAMENVATTING EN CONCLUSIE De thesis behandelt de resultaten van chirurgie op de thoracale sympaticusketen en bestaat inhoudelijk uit twee delen en een scharnierartikel

Nadere informatie

Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis)

Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis) Tenniselleboog (Epicondylitis Lateralis) TENNISELLEBOOG (EPICONDYLITIS LATERALIS) WAT IS EEN TENNISELLEBOOG? Een tenniselleboog is een veel voorkomende aandoening. Een tenniselleboog is een degeneratieve

Nadere informatie

samenvatting 127 Samenvatting

samenvatting 127 Samenvatting 127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.

Nadere informatie

Dagelijkse dosis visolie verbetert de prestaties van leerlingen bij nationale examens

Dagelijkse dosis visolie verbetert de prestaties van leerlingen bij nationale examens Onderzoek naar niewe medicijnen duurt jaren en doorloopt een aantal verschillende stadia. Tenslotte worden de medicijnen op mensen getest in klinische trials. Bij stap 1 wordt de veiligheid getest op gezonde

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Toelichting bij de criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een

Nadere informatie

Tenniselleboog. Laterale epicondylitis

Tenniselleboog. Laterale epicondylitis Tenniselleboog Laterale epicondylitis Inhoudsopgave Wat houdt het in?... 1 Waardoor ontstaat het?... 1 Symptomen... 2 Behandeling... 2 Wat houdt het in? Een laterale epicondylitis, beter bekend onder

Nadere informatie

Bij gebrek aan bewijs

Bij gebrek aan bewijs Bij gebrek aan bewijs kennis is macht! internet in de spreekkamer P.A. Flach Bedrijfsarts Arbo- en milieudienst RuG 09-10-2006 1 3 onderdelen 1. Wat is EBM 2. Zoeken in PubMed 3. Beoordelen van de resultaten

Nadere informatie

PROGRAMMA OVERZICHT Evidence Based Midwifery (EBM) Oktober December 2015, i.s.m. VLOV, CEBAM, KCE en. expertisecel Moeder & Kind

PROGRAMMA OVERZICHT Evidence Based Midwifery (EBM) Oktober December 2015, i.s.m. VLOV, CEBAM, KCE en. expertisecel Moeder & Kind PROGRAMMA OVERZICHT Evidence Based Midwifery (EBM) Oktober December 2015, i.s.m. VLOV, CEBAM, KCE en expertisecel Moeder & Kind DAG 1: Vrijdag 23 oktober 2015 LOCATIE : Begeleiding: Afvaardiging VLOV,

Nadere informatie

Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties?

Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties? Home no. 3 Juni 2018 Eerdere edities Verenso.nl Acetylcysteine bij ouderen met COPD. Reduceert acetylsteine exacerbaties? Critical Appraisal of Topics Mariëlle Winters mariellewinters@gmail.com Aanleiding

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

PIM: diagnoses (CAS-code) per economische sectie na 9 maanden

PIM: diagnoses (CAS-code) per economische sectie na 9 maanden PIM: diagnoses (CAS-code) per economische sectie na 9 maanden deelnemers: 187 Totaal aantal meldingen: 1159 Economische sectie A: landbouw, bosbouw en visserij N613 Carpale-tunnelsyndroom 2 E601 Diabetes

Nadere informatie

Kritische reflectie over alternatieve geneeswijzen voor rugpijn

Kritische reflectie over alternatieve geneeswijzen voor rugpijn Kritische reflectie over alternatieve geneeswijzen voor rugpijn N. Fraeyman Maart 2012 1 Scope van de presentatie 1. Afbakening van het onderwerp 2. Alternatieve therapieën en rugpijn 3. Bestuderen van

Nadere informatie

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift 153 SAMENVATTING Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift Angst en depressie zijn de meest voorkomende psychische stoornissen, de ziektelast is hoog en deze aandoeningen brengen hoge kosten met

Nadere informatie

Behandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar

Behandeling van een trigger finger. Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar Behandeling van een trigger finger Loes van Boxmeer & Emma Wassenaar Overzicht Inleiding PICO Zoekstrategie & Flowchart Artikelen Chirurgie Anatomie Open vs percutaan Conclusie Inleiding Klinische symptomen

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 168 Samenvatting 169 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Bij circa 13.5% van de ouderen komen depressieve klachten voor. Met de term depressieve klachten worden klachten bedoeld die klinisch relevant zijn, maar niet

Nadere informatie

Chirurgie. Tenniselleboog / epicondylitis lateralis. Afdeling: Onderwerp:

Chirurgie. Tenniselleboog / epicondylitis lateralis. Afdeling: Onderwerp: Afdeling: Onderwerp: Chirurgie / epicondylitis lateralis 1 Epicondylitis lateralis Inleiding Deze folder geeft u een informatie over de behandelingsmogelijkheden van een tenniselleboog. Het is goed u te

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Samenvatting Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Ergotherapie is een paramedisch beroep dat gericht is op het verbeteren van het zelfstandig functioneren door het individu in de voor die persoon

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Intake formulier fysiotherapie / manuele therapie

Intake formulier fysiotherapie / manuele therapie Intake formulier fysiotherapie / manuele therapie Om een duidelijk beeld van uw klachten en de herstelmogelijkheden te krijgen verzoeken wij u bijgaande gegevens en vragen in te vullen en dit formulier

Nadere informatie

Cover Page. Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general practice Issue Date: 2014-05-14

Cover Page. Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general practice Issue Date: 2014-05-14 Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/25761 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Smelt, Antonette Title: Treatment of migraine : from clinical trial to general

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Inleiding.

Hoofdstuk 1. Inleiding. 159 Hoofdstuk 1. Inleiding. Huisartsen beschouwen palliatieve zorg, hoewel het maar een klein deel van hun werk is, als een belangrijke taak. Veel ongeneeslijk zieke patiënten zijn het grootse deel van

Nadere informatie

IMPLEMENTATIE VAN ASTMA EN COPD IN DE HUISARTSENPRAKTIJK

IMPLEMENTATIE VAN ASTMA EN COPD IN DE HUISARTSENPRAKTIJK IMPLEMENTATIE VAN ASTMA EN COPD IN DE HUISARTSENPRAKTIJK 29 januari + 30 januari 2015 KADERHUISARTS SCHAKEL TUSSEN WETENSCHAP EN PRAKTIJK DISCLOSURE BELANGEN SPREKERS: GEEN BELANGENVERSTRENGELING KADERHUISARTS

Nadere informatie

Conclusies Orthopedie

Conclusies Orthopedie Conclusies Orthopedie Grote interdokter variatie, bij vrijwel gelijke incidentie GC Marne is bovengemiddeld duur voor Z&Z : 8% duurder Hoge kosten orthopedie wordt veroorzaakt door: 34% meer verwijzingen

Nadere informatie

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters Literatuuronderzoek Systematische Review Meta-Analyse KEMTA Andrea Peeters Waarom doen? Presentatie 1. Begrippen systematische review en meta-analyse 2. Hoe te werk gaan bij het opzetten van een review

Nadere informatie

voer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest)

voer eventueel de ULTT uit voor de plexus brachialis en n. medianus (uitsluittest) Diagnostisch proces Anamnese/lichamelijk onderzoek screenen op rode vlaggen rode vlaggen: vermoeden van ernstige pathologie (nekpijn graad IV) geen rode vlaggen huisarts of verwijzend specialist Vaststellen

Nadere informatie

)DFWVKHHW- +HWDDQGHHOYDQFKURQLVFKH]RUJLQGHH[WUDPXUDOHI\VLRWKHUDSLH

)DFWVKHHW- +HWDDQGHHOYDQFKURQLVFKH]RUJLQGHH[WUDPXUDOHI\VLRWKHUDSLH )DFWVKHHW- +HWDDGHHOYDFKURLVFKH]RUJLGHH[WUDPXUDOHI\VLRWKHUDSLH De huidige regering heeft het voornemen om de aanspraken op fysiotherapeutische zorg (verder) te beperken. Verschillende maatregelen worden

Nadere informatie

Ruggespraak. Ruggespraak. Presentatie Ariette Sanders - Netwerkbijeenkomst Platform Gedeelde Besluitvorming - Maart 2013 RUGPIJN? agenda.

Ruggespraak. Ruggespraak. Presentatie Ariette Sanders - Netwerkbijeenkomst Platform Gedeelde Besluitvorming - Maart 2013 RUGPIJN? agenda. agenda Ruggespraak Kennismaking Achtergrond van het onderzoek Methode Resultaten Discussie Conclusie A.R.J. Sanders1, W.Verheul2, T.Magneé2, H.M.Pieters, P. Verhaak2, N.J. de Wit1,, J.M. Bensing2 RUGPIJN?

Nadere informatie

ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis frozen shoulder

ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis ZorgSaam Ziekenhuis frozen shoulder frozen shoulder 1 Inleiding De term frozen shoulder werd voor het eerst beschreven door de Amerikaanse chirurg Ernest Codman in 1934. De aandoening wordt zeer frequent beschreven in de medische literatuur

Nadere informatie

Hypermobiliteitssyndroom. Lentesymposium, 24 maart 2012 Dr. Katrien Van Rie Fysische geneeskunde & revalidatie

Hypermobiliteitssyndroom. Lentesymposium, 24 maart 2012 Dr. Katrien Van Rie Fysische geneeskunde & revalidatie Hypermobiliteitssyndroom Lentesymposium, 24 maart 2012 Dr. Katrien Van Rie Fysische geneeskunde & revalidatie Veralgemeende pijnklachten? Recidiverende gewrichtsblokkages? Recidiverende gewrichts(sub)luxaties?

Nadere informatie

25 jaar whiplash in Nederland

25 jaar whiplash in Nederland 25 jaar whiplash in Nederland Vanuit een fysiotherapeutisch perspectief Maarten Schmitt M.Sc 1 2 Fysiotherapeut & manueeltherapeut Hoofd van de Divisie Onderwijs Stichting Opleidingen Musculoskeletale

Nadere informatie

CVS en totale parenterale nutritie. EBM-werkgroep Els De Baerdemaeker

CVS en totale parenterale nutritie. EBM-werkgroep Els De Baerdemaeker CVS en totale parenterale nutritie EBM-werkgroep Els De Baerdemaeker Klinische vraag AG krijgt aanvraag voor TPN met als indicatie CVS AG wenst te weten of er wetenschappelijke evidentie is voor het gebruik

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING Hoofdstuk 1 is de algemene introductie over de inhoud van dit proefschrift. Depressie en angststoornissen zijn de meest voorkomende psychische stoornissen en brengen een grote

Nadere informatie

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MARION SPIJKERMAN VGCT CONGRES, 13 NOVEMBER 2015 OVERZICHT Introductie Methode Resultaten Discussie Mindfulness en ACT interventies als ehealth:

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Vallen komt in alle leeftijdsgroepen voor, maar vormt vooral bij ouderen een groot gezondheidsprobleem. Onder een val wordt verstaan een gebeurtenis waarbij de betrokkene onbedoeld op de grond of een lager

Nadere informatie

Evidence zoeken @ WWW

Evidence zoeken @ WWW Evidence zoeken @ WWW Dirk Ubbink Evidence Based Surgery 2011 Informatie Jaarlijks: >20.000 tijdschriften en boeken MEDLINE: >6.700 tijdschriften Jaarlijks 2 miljoen artikelen gepubliceerd 5500 publicaties

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag?

Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag? Fysiotherapie en Benigne Pijn: Welke vraag? Prof. dr. Rob A.B. Oostendorp Nederlands Paramedisch Instituut Amersfoort UMC St Radboud, Nijmegen Werkgroep Onderzoek Kwaliteit AANDACHTSPUNTEN doel conventionele

Nadere informatie

Inhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6

Inhoud. inleiding de schouder 1 9. Redactie 1 0. Auteurs 1 1. Voorwoord 1 6 Redactie 1 0 Auteurs 1 1 Voorwoord 1 6 inleiding de schouder 1 9 1 Patiënten met schoudersyndromen in de huisarts- en fysiotherapiepraktijk 2 1 Inleiding 2 2 Patiënten met schoudersyndromen in de huisartspraktijk

Nadere informatie

Evidence based behandeling van cervicobrachialgie

Evidence based behandeling van cervicobrachialgie Evidence based behandeling van cervicobrachialgie Dr. Niels-Jan Hendrickx 7de Herfstsymposium Fysische Geneeskunde en Revalidatie CERVICOBRACHIALGIE: diagnose en behandeling 20/10/2018 Evidence-based medicine?

Nadere informatie

Huisarts of hometrainer?

Huisarts of hometrainer? Huisarts of hometrainer? In het literatuuroverzicht werden zes studies opgenomen. Vier studies onderzochten het effect van training op ziekteverzuim, drie daarvan bestudeerden tevens de effecten op klachten

Nadere informatie

Mindfulness bij somatoforme stoornissen. Hiske van Ravesteijn psychiater i.o.

Mindfulness bij somatoforme stoornissen. Hiske van Ravesteijn psychiater i.o. Mindfulness bij somatoforme stoornissen Hiske van Ravesteijn psychiater i.o. Mindfulness-based cognitieve therapie (MBCT) bij somatoforme stoornissen Onverklaarde lichamelijke klachten 20% Persisterende

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Chapter 11

Nederlandse samenvatting. Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Chapter 11 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de resultaten van een groot vragenlijstonderzoek over de epidemiologie van chronisch frequente hoofdpijn in de Nederlandse

Nadere informatie

161 Samenvatting L L sub01-bw-spaetgens - Processed on: Processed on:

161 Samenvatting L L sub01-bw-spaetgens - Processed on: Processed on: Samenvatting 161 162 Samenvatting 163 Samenvatting Jicht is een gewrichtsontsteking, ook wel artritis genoemd, en is wereldwijd de meest voorkomende reumatische aandoening. Jicht komt vaker voor bij mannen

Nadere informatie

Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma

Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma. Fysiotherapie na acceleratie deceleratie trauma Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Hans Allaart Fysiotherapeut Sport Fysiotherapeut Orthopedische Manueel Th. Dryneedling Fysiotherapie na acceleratie

Nadere informatie

Samenvatting en beschouwing

Samenvatting en beschouwing Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (MW van der Linden, GP Westert, DH de Bakker, FG Schellevis. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen

Nadere informatie

Chapter 7. Nederlandse samenvatting

Chapter 7. Nederlandse samenvatting Chapter 7 Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Lumbosacraal radiculair syndroom Het lumbosacraal radiculair syndroom is de aandoening die in de Nederlandse volksmond bekend staat als een

Nadere informatie

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

Comorbiditeit & richtlijnen: gaat dat samen?

Comorbiditeit & richtlijnen: gaat dat samen? Comorbiditeit & richtlijnen: gaat dat samen? TRANZO ZORGSALON 14 oktober 2010 Marjolein Lugtenberg TRANZO, UvT/ PZO, RIVM Richtlijnen o Ter verbetering van kwaliteit van zorg o Bron van evidence-based

Nadere informatie

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE Drs. Willemke Stilma Docent verpleegkunde HvA Mede met dank aan dr. Anne Eskes 1 INHOUD 5 stappen EBP Formuleren van een klinische vraagstelling PICO Zoekstrategie

Nadere informatie

CAT in het bakkie!! Workshop Quick & Dirty evidence zoeken

CAT in het bakkie!! Workshop Quick & Dirty evidence zoeken CAT in het bakkie!! Workshop Quick & Dirty evidence zoeken dr. Evelien I.T. de Schepper huisarts-epidemioloog, post-doc onderzoeker (Erasmus MC) Alex N. Bastick huisarts-epidemioloog, promovendus (Oosterhout

Nadere informatie

Samenvatting. Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2

Samenvatting. Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2 Samenvatting 125 Samenvatting Hoofdstuk 1 Gedurende de laatste 20 jaar is binnen de IVF de aandacht voornamelijk uitgegaan naar de verbetering van zwangerschapsresultaten. Hierdoor is er te weinig aandacht

Nadere informatie

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,

Nadere informatie

Samenvatting. BurcIn Ünlü Ince. Recruiting and treating depression in ethnic minorities: the effects of online and offline psychotherapy

Samenvatting. BurcIn Ünlü Ince. Recruiting and treating depression in ethnic minorities: the effects of online and offline psychotherapy Samenvatting 194 Dit proefschrift start met een algemene inleiding in hoofdstuk 1 om een kader te scheppen voor de besproken artikelen. Migratie is een historisch fenomeen die vaak resulteert in verbeterde

Nadere informatie

Dirk Ubbink. Evidence Based Surgery Workshop 2010

Dirk Ubbink. Evidence Based Surgery Workshop 2010 Dirk Ubbink Evidence Based Surgery Workshop 2010 Jaarlijks: 20.000 tijdschriften 17.000 nieuwe boeken MEDLINE: >6.700 tijdschriften jaarlijks 2 miljoen artikelen gepubliceerd 5500 publicaties per dag!

Nadere informatie

Functioneel Welzijn. Nek, schouders en pols

Functioneel Welzijn. Nek, schouders en pols Functioneel Welzijn Nek, schouders en pols 1 Definitie en structuur van de nek Je nek (cervicale wervelkolom) bestaat uit 7 wervels en strekt zich van de schedel tot het bovenlichaam. 2 Oorzaken van nekpijn

Nadere informatie

Sciatica MED Trial resultaten na 1 jaar

Sciatica MED Trial resultaten na 1 jaar Sciatica MED Trial resultaten na 1 jaar Micro endoscopische operatie (buisjesmethode) voor lage rughernia minder effectief U doet mee aan de Sciatica MED Trial, het doelmatigheidsonderzoek naar de behandeling

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 121 Nederlandse samenvatting Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) hebben een verhoogd risico op de ontwikkeling van microvasculaire en macrovasculaire complicaties. Echter,

Nadere informatie

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart

Nadere informatie

Valpreventie in woonzorgcentra Stand van zaken met betrekking tot de effectiviteit van valpreventiemaatregelen

Valpreventie in woonzorgcentra Stand van zaken met betrekking tot de effectiviteit van valpreventiemaatregelen Valpreventie in woonzorgcentra Stand van zaken met betrekking tot de effectiviteit van valpreventiemaatregelen Koen Milisen RN, PhD & Ellen Vlaeyen, RN, MSN Expertisecentrum Val- en fractuurpreventie Vlaanderen

Nadere informatie

Katrien De Reu, Universiteit Gent. Promotor: Professor Dr. Anselme Derese, Universiteit Gent. Co-promotor: Dr. Stefan Heytens, Universiteit Gent

Katrien De Reu, Universiteit Gent. Promotor: Professor Dr. Anselme Derese, Universiteit Gent. Co-promotor: Dr. Stefan Heytens, Universiteit Gent Oefentherapie bij aanhoudende lage rugpijn. Literatuurstudie en praktijkproject: is verwijzing voor oefentherapie haalbaar en nuttig in de huisartsenpraktijk? Katrien De Reu, Universiteit Gent Promotor:

Nadere informatie

Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool?

Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Henk Martens, reumatoloog Sint Maartenskliniek Nijmegen 29-11-2013 inleiding echografie in de reumatologie/door de reumatoloog echogeleide interventies

Nadere informatie

5-jaars Follow-up van de FAME studie

5-jaars Follow-up van de FAME studie 5-jaars Follow-up van de FAME studie WCN Congres 2015, Amsterdam 20-11-2015 Drs. L.X. van Nunen namens de FAME studiegroep Potential conflicts of interest Ik, Lokien X. van Nunen, heb GEEN conflicts of

Nadere informatie

Jackelien Van Laere Dienst Orthopedie en Traumatologie Universitair ziekenhuis Gent. Belang van fysiotherapie - revalidatie

Jackelien Van Laere Dienst Orthopedie en Traumatologie Universitair ziekenhuis Gent. Belang van fysiotherapie - revalidatie Jackelien Van Laere Dienst Orthopedie en Traumatologie Universitair ziekenhuis Gent Belang van fysiotherapie - revalidatie Mijn link met osteoporose Dienst traumatologie VKO Arbeidsongevallen Na val Spontane

Nadere informatie

Iedereen ervaart wel eens lichamelijke klachten. Soms is hiervoor een duidelijke oorzaak, zoals een beschadiging of een ontsteking, maar vaak is er ge

Iedereen ervaart wel eens lichamelijke klachten. Soms is hiervoor een duidelijke oorzaak, zoals een beschadiging of een ontsteking, maar vaak is er ge LEKENSAMENVATTING Iedereen ervaart wel eens lichamelijke klachten. Soms is hiervoor een duidelijke oorzaak, zoals een beschadiging of een ontsteking, maar vaak is er geen duidelijke medische verklaring

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

KLACHTEN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

KLACHTEN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. KLACHTEN EN AANDOENINGEN BLOK 1 (TOP 100-150) LIJST VAN KLACHTEN EN AANDOENINGEN BLOK I (top 100-150) Inleiding Enige jaren geleden bleek dat er behoefte bestond aan

Nadere informatie

Voorspellende factoren voor terugkeer naar werk en arbeidsongeschiktheid na behandeling voor colorectaal carcinoom

Voorspellende factoren voor terugkeer naar werk en arbeidsongeschiktheid na behandeling voor colorectaal carcinoom Voorspellende factoren voor terugkeer naar werk en arbeidsongeschiktheid na behandeling voor colorectaal carcinoom KRING BIJEENKOMST 2 OKTOBER 2017 Chantal den Bakker Onderzoeksvraag Welke factoren zijn

Nadere informatie

Onderzoeksdesigns. Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis

Onderzoeksdesigns. Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis Onderzoeksdesigns Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis Inhoud Inleiding Wetenschappelijk bewijs Opdracht Verschillende onderzoekdesigns De drie componenten van evidence-based practice Wetenschappelijk

Nadere informatie

Nederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting

Nederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting 197 198 Samenvatting In het proefschrift worden diverse klinische aspecten van primaire PCI (Primaire Coronaire Interventie) voor de behandeling van een hartinfarct onderzocht.

Nadere informatie

Stage-opdracht deskundigheidsbevordering

Stage-opdracht deskundigheidsbevordering Stage-opdracht deskundigheidsbevordering Naam: Marthe Verwater Studentnummer:09011129 Klas: HDT 2 Inhoudsopgave: 1.Voorbereiding... Blz.3 2.Literatuurstudie...... Blz.4 3.Verslag... Blz.8 2 Stage opdracht

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier

Richtlijn Nekpijn. Jasper Bier Richtlijn Nekpijn Jasper Bier Inhoud Doelstellingen en uitgangspunten richtlijn De richtlijn Indeling van patiënten, subgroepen en diagnostiek Een casus Interventies en behandelprofielen Waarom deze richtlijn

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

COMPUTERWERK. Multidisciplinaire Richtlijn NVAB. Dr. Erwin. M. Speklé, Eur.Erg. Voorzitter Human Factors NL

COMPUTERWERK. Multidisciplinaire Richtlijn NVAB. Dr. Erwin. M. Speklé, Eur.Erg. Voorzitter Human Factors NL COMPUTERWERK Multidisciplinaire Richtlijn NVAB Dr. Erwin. M. Speklé, Eur.Erg. Voorzitter Human Factors NL PROGRAMMA Begripsbepaling computerwerk Uitgangspunten en doel Inhoud richtlijn Behandeling vragen

Nadere informatie

1 Epidemiologie van multipel myeloom en de ziekte van Waldenström

1 Epidemiologie van multipel myeloom en de ziekte van Waldenström 1 Epidemiologie van multipel myeloom en de ziekte van Waldenström Dr. S.A.M. van de Schans, S. Oerlemans, MSc. en prof. dr. J.W.W. Coebergh Inleiding Epidemiologie is de wetenschap die eenvoudig gezegd

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over het nut van de griepprik (2011Z20885).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over het nut van de griepprik (2011Z20885). > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 30 79 11 F 070 30

Nadere informatie