PvdA-fractie stelt derhalve voor om agendapunt 17 aan de orde te stellen in de commissie Bestuur & Financiën. Dhr. Moll (GroenLinks) geeft te kennen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PvdA-fractie stelt derhalve voor om agendapunt 17 aan de orde te stellen in de commissie Bestuur & Financiën. Dhr. Moll (GroenLinks) geeft te kennen"

Transcriptie

1 Verslag van de vergadering van de statencommissie II Economie & Mobiliteit op woensdag 3 december 2003 van 9.00 uur tot uur in de Statenzaal van het Provinciehuis in Groningen. Aanwezige leden: dhr. W. Haasken (voorzitter; VVD), dhr. A. Engelsman (VVD); dhr. J.L.H. Köller (PvdA), dhr. J.J. Dijkstra (PvdA), dhr. R.D. Rijploeg (PvdA), dhr. H. Nijboer (PvdA); dhr. M.J. Jager (CDA), dhr. F.J. van der Span (CDA); dhr. J. Roggema (ChristenUnie), H. Staghouwer (ChristenUnie); mw. I.S. Bulk (SP), C. Swagerman (SP); dhr. H.C. Moll (GroenLinks), dhr. W. van der Ploeg (GroenLinks); mw. D.J. Hoekzema-Buist (PvhN), dhr. T.J. Zanen (PvhN). Afwezig: mw. M.J. Edzes-Posthumus (D66), mw. F.Q. Gräper-van Koolwijk (D66). Voorts aanwezig: dhr. J.C. Gerritsen (gedeputeerde), dhr. T.A. Musschenga (gedeputeerde), dhr. H. Bleker (gedeputeerde); mw. R. Hut (secretaris); dhr. H.J. Falkema (Milieufederatie Groningen); dhr. Th. Poggemeier (Verslagbureau Groningen; verslag dhr. E.J.R. ter Veldhuis) en ambtelijke bijstand. 1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heet alle aanwezigen van harte welkom. Hij deelt mee dat een persbericht is verstrekt met betrekking tot miljoeneninvesteringen voor de infrastructuur in het Noorden. Dhr. Nijboer heeft een aantal mensen verzameld om enkele zaken ten aanzien van verkeer en vervoer te bespreken. Voor de bespreking is de datum gesteld van van uur. De provinciale afdelingen zullen nader ingaan op de weg Winsum-Onderdendam, de ringwegenproblematiek, de treinverbinding naar Bremen, etc. Er is een brief binnengekomen van de Milieufederatie met betrekking tot de Zuiderzeelijn. De voorzitter stelt voor deze brief te voegen bij agendapunt 17. Voorts maakt de voorzitter gewag van het feit dat er op een presentatie van de Fietsersbond zal plaatsvinden na afloop van de commissievergadering. 2. Regeling van werkzaamheden: - voorstellen vreemd aan de orde van de dag; Er zijn geen voorstellen vreemd aan de orde van de dag. - vaststelling van de agenda De voorzitter deelt mee dat gedeputeerde Bleker heeft verzocht om agendapunt 9 naar voren te schuiven. De commissie gaat hiermee akkoord. Dhr. Falkema van de Milieufederatie heeft zich gemeld als inspreker over het onderwerp van de Zuiderzeelijn. De voorzitter stelt voor om agendapunt 17 naar voren te halen en te behandelen in aansluiting op agendapunt 9, om vervolgens te continueren met de agendapunten 8, 10, 11, etc. Zulks wordt met instemming bejegend door de commissie. Dhr. Nijboer (PvdA) vraagt waarom agendapunt 17 in de commissie Economie & Mobiliteit is geagendeerd. Hij stelt dat de commissie Bestuur & Financiën het geschikte gremium is de volksraadpleging ten aanzien van de Zuiderzeelijn te behandelen. De 1

2 PvdA-fractie stelt derhalve voor om agendapunt 17 aan de orde te stellen in de commissie Bestuur & Financiën. Dhr. Moll (GroenLinks) geeft te kennen bekend te zijn geweest met het feit dat er een voorstel zou verschijnen, reden waarom hij de kwestie langdurig heeft kunnen beschouwen. Zijns inziens zijn er weinig argumenten om agendapunt 17 in de commissie Bestuur & Financiën te behandelen. Het onderwerp is tot op heden altoos met de gedeputeerde Musschenga belicht. Ook bij de wisseling van het College is daar weinig aan veranderd. Dhr. Moll stelt derhalve dat het debat uitstekend in de commissie Economie & Mobiliteit kan worden gevoerd, temeer daar er brieven aan zijn toegevoegd. Het thema verkeer en vervoer is daardoor dominant aanwezig. Tot slot meldt dhr. Moll nog een praktisch punt. Mocht de commissie besluiten het agendapunt over te hevelen naar de commissie Bestuur & Financiën, dan is dit geen enkele garantie dat het onderwerp hedenavond in die commissie zal worden behandeld. Het is waarschijnlijker dat de behandeling dan veel later plaats zal vinden. Dhr. Moll is van mening dat het goed zou zijn om over dit thema dat GroenLinks overigens ook in de Staten aan de orde gesteld zou willen zien nu van gedachten te wisselen. Als er onverhoopt een aspect van Bestuur & Financiën onderbelicht zou blijven, dan hebben de Staten in de beleving van de dhr. Moll volop de gelegenheid om dit te corrigeren tijdens het statendebat over dit onderwerp. Dhr. Jager (CDA) merkt op dat de CDA-fractie evenals GroenLinks van mening is dat het debat zou moeten worden gevoerd met de verantwoordelijke portefeuillehouder die overigens waarschijnlijk best bereid zou zijn om ook in andere commissies te verschijnen. De Staten hebben de agenda s echter gezamenlijk geaccordeerd. De CDAfractie hecht er wel aan dat, op het moment dat zaken als communicatie en eventuele volksraadpleging nader zijn uitgewerkt, deze neer te leggen bij de commissie Bestuur & Financiën, die hier inhoudelijk gezien beter op aansluit dan de commissie Economie & Mobiliteit. Laatstgenoemde commissie betreft immers met name de techniek en het verkeersaspect. Dhr. Roggema (ChristenUnie) stelt dat de fractie van de ChristenUnie er geen bezwaar tegen zou hebben gehad wanneer agendapunt 17 zou zijn afgevoerd, maar dan had dit voor de vergadering al moeten zijn besloten. Nu het punt eenmaal op de agenda staat, pleit dhr. Roggema ervoor het te behandelen. Mw. Bulk (SP) geeft er eveneens de voorkeur aan agendapunt 17 nu in de commissie te behandelen. De voorzitter constateert dat er een meerderheid is om het agendapunt 17 op de agenda te houden. Er is inderdaad in de Staten besloten om het punt op de agenda van de commissie Economie & Mobiliteit te zetten. Wel erkent de voorzitter dat het altijd enigszins discutabel is op welke agenda dergelijke onderwerpen dienen te worden geplaatst. Er is geen enkel beletsel om de gedeputeerde uit te nodigen in de commissie Bestuur & Financiën, waar gedeputeerde Musschenga normaal niet verschijnt. De voorzitter stelt voor om, alles overwegende, het agendapunt te laten staan. Dhr. Nijboer (PvdA) gaat hier alsnog mee akkoord, maar schaart zich achter dhr. Jager om in het vervolg een duidelijk criterium te handhaven bij de verdeling van de agendapunten over de commissies, gezien het feit dat er nu enige ondoorzichtigheid bestaat. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) merkt op dat agendapunt 13 een tweetal brieven van de FNV over projecten die het BOA (Bureau Ontwikkeling Arbeidsmarktprojecten) heeft uitgevoerd, aan de orde stelt. Inmiddels hebben de statenleden een andere brief over het BOA ontvangen. Dhr. Van der Ploeg acht het daarom goed de andere commissieleden te laten weten dat de fractie van GroenLinks de intentie heeft om de betreffende brief ter behandeling door de Staten te agenderen, zodat de woordvoerders van de fracties zich daarop kunnen voorbereiden. Een punt is echter wel dat er een onderzoek was aangekondigd. Dhr. Van der Ploeg neemt aan dat dit onderzoek ook is afgerond. Het zou verstandig zijn wanneer het College de resultaten van het onderzoek ter beschikking zou 2

3 kunnen stellen aan de commissie. Voor de huidige agenda betekent een en ander dat beide brieven kunnen worden besproken, maar het betreft een uitvoeringstraject van de achterliggende discussie over het BOA. De fractie van GroenLinks kiest er derhalve voor het accent te leggen in de statenvergadering. De voorzitter constateert dat het onderwerp BOA meegenomen zal worden naar de statenvergadering. Hij vraagt dhr. Van der Ploeg of hij gewaagde van een aanvullend verzoek met betrekking tot een onderzoek. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) oppert dat bekend is het is ook in de toezeggingenlijst opgenomen dat er een onderzoek gaande is of is geweest. Voor het debat is het goed kennis te nemen van betreffend onderzoek. De fractie van GroenLinks verzoekt het College om de resultaten van het onderzoek ter beschikking te stellen van de statenleden. Dhr. Jager (CDA) vraagt in reactie op de opmerkingen van dhr. Van der Ploeg of het niet raadzamer zou zijn om agendapunt 13 te schrappen om het onderwerp mee te nemen naar het debat dat blijkbaar in de Staten plaats zal vinden, teneinde de discussie niet tweemaal te hoeven houden. Als hieraan gekoppeld het College de toezegging kan doen om de resultaten van het onderzoek ter beschikking te stellen, dan is een goed gefundeerd debat beter mogelijk. De voorzitter constateert dat het voorstel van dhr. Jager bredere steun geniet. Dhr. Dijkstra (PvdA) kan zich voorstellen dat de brief met betrekking tot de organisatorische aanpassing van het BOA, waar dhr. Van der Ploeg waarschijnlijk op doelde, betrokken wordt bij de behandeling van agendapunt 13. De voorzitter antwoordt dat dit correct is, maar dat dhr. Jager nu het voorstel doet om agendapunt 13 nu van de agenda te verwijderen om het onderwerp plenair in de Staten te behandelen. Dhr. Dijkstra (PvdA) gaat hiermee akkoord, al stelt hij benieuwd te zijn naar de reactie van de gedeputeerde op betreffende brief. In elk geval wenst dhr. Dijkstra in de huidige vergadering te worden geïnformeerd over de actuele ontwikkelingen rondom het BOA. De voorzitter concludeert dat in dat geval agendapunt 13 op de agenda gehandhaafd dient te blijven. Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) legt uit dat de brief past in een bredere bezinning op het arbeidsmarktbeleid. Het College heeft een onderzoek laten uitvoeren. Aan het rapport wordt momenteel gewerkt; het zal ongeveer over een week verschijnen. Het rapport zal de statenleden zo spoedig mogelijk worden toegestuurd. Het College biedt aan om in de komende commissievergadering een presentatie over dit onderwerp en voorlichting te geven. Over anderhalve week zullen de statenleden de stukken compleet voorgelegd krijgen. De voorzitter stelt, de woorden van de gedeputeerde beluisterend, dat er in dat geval niet de eerstvolgende statenvergadering over dit onderwerp zal kunnen worden gesproken. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) interrumpeert en doet kond van het feit dat de fractie van GroenLinks het onderwerp voor de eerste statenvergadering zal aanmelden. De brief is naar inhoud niet specifiek aan de statenleden gestuurd, maar aan alle relaties van het BOA. In de brief staat een aantal beleidsmatige trajecten die voor discussie in de Staten vatbaar zijn. Dhr. Van der Ploeg herhaalt zijn verzoek om het onderzoek om deze reden ter beschikking te stellen, eventueel met enige versnelling van de redactionele aanpassingen dhr. Van der Ploeg heeft namelijk vernomen dat het onderzoek een maand geleden reeds was voltooid. De voorzitter geeft de concrete vraag van dhr. Van der Ploeg door aan de gedeputeerde. Kan het onderzoek zo snel mogelijk ter beschikking komen van de statenleden voor de behandeling van de eerstvolgende statenvergadering? 3

4 Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) verduidelijkt dat de brief waarvan dhr. Van der Ploeg rept niet louter is gestuurd aan relaties van het BOA, maar ook afzonderlijk aan de statenleden. Het onderzoek komt over anderhalve week beschikbaar. De voorzitter vraagt de commissie of zij af wenst te zien van de behandeling van agendapunt 13 in de huidige vergadering. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) legt uit dat GroenLinks zich aansluit bij het voorstel van de CDA-fractie om de brief van de agenda af te halen. In de richting van dhr. Dijkstra stelt dhr. Van der Ploeg dat de vragen over het BOA aan de orde kunnen worden gesteld bij de behandeling van het financiële aspect. De voorzitter stelt vast dat agendapunt 13 wordt afgevoerd van de agenda. Dhr. Swagerman (SP) oppert dat de SP-fractie akkoord gaat met het besluit, maar dhr. Swagerman wenst niet te verbloemen dat hij het een tamelijk ongelukkige planning acht. Er gaat een brief uit naar buitenstaanders over een onderwerp waarover de Staten nog moeten worden geraadpleegd. Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) preciseert dat de brief niet alleen aan buitenstaanders en relaties is gestuurd, maar ook afzonderlijk aan de statenleden. De reden is dat de gedeputeerde de commissieleden zo tijdig mogelijk wenst te informeren. Dhr. Swagerman (SP) lijkt het verstandiger om een en ander te koppelen, niet op het moment dat het onderzoek nog niet kan worden geleverd. Hij pleit voor een iets betere planning, opdat het gehele onderwerp in een keer kan worden behandeld. De voorzitter concludeert andermaal dat is besloten om het agendapunt 13 van de agenda te schrappen. De agenda is hiermee vastgesteld. 3. Gelegenheid tot spreken voor niet-statenleden (m.b.t. de geagendeerde onderwerpen) De voorzitter nodigt dhr. Falkema uit het woord te voeren. Dhr. Jager (CDA) vraagt of het niet mogelijk is om dhr. Falkema het woord te geven als het punt op de agenda wordt besproken. De voorzitter legt uit dat de agenda reeds is vastgesteld. Hij heet dhr. Falkema welkom en legt uit dat hij vijf minuten spreektijd heeft, waarna de statenleden de gelegenheid hebben om informatieve vragen te stellen. Dhr. Falkema (Milieufederatie Groningen) geeft aan dat de Milieufederatie Groningen een brief heeft doen uitgaan, mede namens de Milieufederaties van Drenthe, Friesland en Flevoland. De Milieufederatie is zeer betrokken bij het project Zuiderzeelijn. Op dit moment is de volksraadpleging actueel. De statenleden hebben hierover een brief ontvangen van de stuurgroep. Dhr. Falkema meldt dat de Milieufederatie positief staat tegenover het initiatief van de stuurgroep om de bevolking bij het project Zuiderzeelijn te betrekken. Het is belangrijk om de bevolking bij het project te betrekken, vermits het een belangrijk project betreft, waar veel geld mee is gemoeid en het gaat om belangrijke keuzen met betrekking tot de toekomst van Groningen. Het project leeft sterk in de media en onder de bevolking. De Provinciale Staten vormen een gekozen orgaan dat handelt namens de bevolking. Dit is een gelegenheid om te vernemen hoe de bevolking over dit project denkt en te onderzoeken of de heersende opvatting onder de bevolking overeenkomt met de richting die de Staten en de stuurgroep opgaan. Daarnaast is het een kans om de bevolking te betrekken bij de provinciale politiek en het Zuiderzeelijnproject. Dhr. Falkema roept de statenleden op deze kans te baat te nemen. De Milieufederaties hebben enkele kanttekeningen ten aanzien van het voorstel van de stuurgroep over de volksraadpleging. Het voorstel dat nu voorligt betreft het ruwe conceptprogramma van eisen. In de praktijk betekent dit dat het alleen betrekking heeft op de twee snelste varianten van de Zuiderzeelijn. De inspraak van de bevolking wordt daarnaast beperkt tot de inpassing in het landschap. De bevolking krijgt geen stem over de fundamentele keuze van het type treinverbinding en de vraag of het bedrag dient te 4

5 worden besteed aan een zweeftrein of aan andere zaken. Naar inzicht van de Milieufederaties zijn de vragen die aan de orde worden gesteld niet de vragen die onder de bevolking leven. De bevolking zal waarschijnlijk niet begeesterd zijn door een volksraadpleging zoals deze nu wordt voorgesteld. Er wordt een kans gemist om de bevolking echt bij het project te betrekken. Daarnaast heeft de stuurgroep zelf in de stukken aangegeven dat het Zuiderzeelijn vooral wordt gezien als de zweeftrein. Dit beeld dient gecorrigeerd te worden, hetgeen niet zijn beslag krijgt in een volksraadpleging over louter de twee snelste varianten. De volksraadpleging zou, naar de opvatting van de Milieufederaties, moeten gaan over de vragen die onder de bevolking leven. Volgens de Milieufederaties spitsen deze vragen zich vooral toe op de kwestie of regionale middelen moeten worden besteed aan een snelle verbinding of aan andere zaken, en daarnaast de vraag welke variant van de Zuiderzeelijn dient te worden gekozen, indien het project doorgang vindt. De voorzitter dankt dhr. Falkema voor zijn bijdrage. Hij constateert dat er bij de statenleden geen behoefte bestaat tot het stellen van informatieve vragen. 4. Vaststelling verslag van de Commissie Economie & Mobiliteit van 29 oktober 2003 Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) merkt op dat op blz. 8 onderaan een aantal getallen worden genoemd. Het getal ton CO² in de duurzame energie dient te worden veranderd in ton CO². De voorzitter gewaagt van het feit dat in het verslag staat aangegeven dat hij, naar aanleiding van een vraag van dhr. Köller, in het Presidium de glastuinbouw ter sprake zou brengen en de vraag zou voorleggen op welke wijze dit onderwerp in de commissie aan de orde zou dienen te komen. Dhr. Haasken geeft aan de kwestie glastuinbouw niet in het Presidium naar voren te hebben gebracht, maar er met de verantwoordelijke gedeputeerde over te hebben gesproken. De gedeputeerde heeft aangegeven de commissie te zullen benaderen met een brief, teneinde een aantal onderwerpen aan te reiken. In deze brief zal ook een aantal procedurevoorstellen worden gedaan voor de bespreking van het betreffende onderwerp. Het verslag wordt vastgesteld. 5. Toezeggingenlijst Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) veronderstelt dat toezegging 2 ( Gedeputeerde Musschenga zal de commissie het concept-communicatieplan inzake de informatiecampagne Zuiderzeelijn toezenden ) van de lijst kan worden geschrapt, aangezien het plan inmiddels voorligt. Ten aanzien van toezegging 8 ( Het College zegt toe zorgvuldig te zullen informeren over Groningen Airport Eelde en het businessplan zal vertrouwelijk ter inzage worden gesteld ) en toezegging 9 ( Met betrekking tot het eindrapport evaluatie onderzoek Recreatiebungalowsector Groningen wordt toegezegd dat er een gewijzigd besluit komt. Bij besluit 1 zal het woord voorlopig worden geschrapt en bij besluit 2 geldt niet alleen een maximum van 10 recreatiebungalows, maar ook van chalets. ) geldt hetzelfde. Voorts merkt dhr. Van der Ploeg op dat er voor de huidige vergadering een stuk had moeten liggen over Groningen Seaports, hetgeen niet het geval is. Naar aanleiding van dit thema las dhr. Van der Ploeg in het verslag van het Presidium dat dhr. Haasken als voorzitter van de commissie Economie & Mobiliteit meende dat er besloten zou zijn dat het thema in de commissie Bestuur & Financiën zou worden geagendeerd. Dit bevreemdde dhr. Van der Ploeg enigszins, aangezien er in de commissie Economie & Mobiliteit is afgesproken dat het in de commissie zou worden besproken. De voorzitter ontkent dat er afspraken zijn gemaakt. Hij heeft in het Presidium geopperd dat hij zich zou kunnen voorstellen dat het onderwerp ook in de commissie Bestuur & Financiën zou worden besproken, omdat het een onderwerp betreft dat niet direct een inhoudelijke component bevat, maar met name een bestuurlijke component, 5

6 te weten de verhouding met de gemeenteraden van Delfzijl en van Eemsmond. Om deze reden heeft dhr. Haasken het voorstel in het Presidium gedaan. Er is op dat moment in het Presidium echter geen besluit over genomen. De voorzitter geeft voorts aan zich niet te kunnen herinneren dat de commissie Economie & Mobiliteit heeft besloten het te bespreken. Mocht dit wel het geval zijn, dan is dhr. Haasken gaarne bereid zich naar dit besluit te voegen. De Staten beslissen bovendien in welke commissie het wordt besproken. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) werpt tegen dat de commissie over haar eigen agenda beslist. Het ligt in de rede om Seaports in de commissie Economie & Mobiliteit te bespreken, aangezien het onderwerp steeds in deze commissie aan bod is geweest. Dhr. Van der Ploeg verwees naar een conceptverslag van het Presidium waarin wordt gesteld dat dhr. Haasken refereerde aan afspraken dat het in de commissie Bestuur & Financiën zou worden geagendeerd. Dhr. Van der Ploeg kent deze afspraken niet. Wel is hij het eens met dhr. Haasken, wanneer hij stelt dat er een bestuurlijk aspect aan het onderwerp is verbonden. De commissie Economie & Mobiliteit is het primaire aanspreekpunt voor de gedeputeerde ten aanzien van dit thema. De voorzitter erkent er op dit moment niet meer aan toe te kunnen voegen. Hij zegt toe de opmerking van dhr. Van der Ploeg mee te zullen nemen in de vergadering van het Presidium. Dhr. Musschenga (gedeputeerde) deelt ten aanzien van de toezeggingen het volgende mede: Toezegging 1. ( Gedeputeerde Musschenga zegt toe de commissie op de hoogte te stellen van zijn bevindingen omtrent de effecten van de tolheffing in Duitsland. ) Het mag bekend worden verondersteld dat de tolheffing opnieuw is uitgesteld. Waarschijnlijk zal de tolheffing pas halverwege 2004 worden ingevoerd indien men aan Duitse zijde tenminste eindelijk klaar is. Op dit moment kan over de effecten van de tolheffing worden gesteld dat naar aanleiding van onderzoek, dat ook in kamervragen aan de orde is gekomen, weinig tot geen effecten worden verwacht voor de wegen. Dit wordt gerelateerd aan het feit dat het tamelijk kostbaar is om aan de ene kant de tolheffing niet te willen betalen en aan de andere kant te moeten omrijden. Toezegging 11. ( Schriftelijke beantwoording zal plaatsvinden van de vraag van de heer Haasken met betrekking tot de onveilige verkeerssituatie op de weg Hoogezand Zuidlaren bij Kropswolde. ) De commissie zal schriftelijk worden geïnformeerd. Het College is momenteel druk bezig oplossingen voor dit probleem te vinden in samenwerking met de gemeente. Dergelijke oplossingen kosten geld, en de gemeente is bereid om te onderzoeken of de raad extra middelen kan vrijmaken. Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) deelt ten aanzien van de toezeggingen het volgende mede: Toezegging 3. ( Gedeputeerde Gerritsen zegt de commissie een discussienota toe over Groningen Seaports vóór de volgende commissievergadering. ) Het College heeft gisteren ( ) een brief vastgesteld over Seaports. Aan de tekst dient nog het een en ander te gebeuren. Vermoedelijk zal de brief eind deze week de commissieleden worden toegestuurd. Toezegging 4. 6

7 ( Gedeputeerde Gerritsen zegt toe dat, zodra conclusies bekend zijn, hij een notitie inzake de organisatie van het arbeidsmarktbeleid zal zenden. Stand van zaken: onderzoek wordt dit najaar afgerond. ) De gedeputeerde merkt op deze toezegging reeds aan de orde te hebben gesteld. Toezegging 9. ( Met betrekking tot het eindrapport evaluatieonderzoek Recreatiebungalowsector Groningen wordt toegezegd dat er een gewijzigd besluit komt. Bij besluit 1 zal het woord voorlopig worden geschrapt en bij besluit 2 geldt niet alleen een maximum van 10 recreatiebungalows, maar ook van chalets. ) De gedeputeerde merkt op dat deze toezegging is uitgevoerd. Toezegging 10. ( De reeds eerder gedane toezegging evaluatie erfgoedlogies wordt nagekomen (schriftelijk bij het verslag) ) Deze toezegging kan blijven staan, aldus de gedeputeerde. Er wordt aan gewerkt. Toezegging 12. ( De Staten zullen zo spoedig mogelijk worden geïnformeerd over de uitwerking van de toeristische promotie en marketing. ) De gedeputeerde verwacht hierover nog voor het kerstreces nadere mededelingen te kunnen doen. Er wordt druk gewerkt aan de uitwerking. De voorzitter dankt de gedeputeerden voor hun toelichting. Voorts deelt hij mee dat de commissie een half jaar geleden heeft besloten om met name de toezeggingen uit de vorige periode van het College van de toezeggingenlijst te halen. Het College was druk doende om de toezeggingen die nog in die lijst voorkwamen af te werken. Dhr. Haasken acht het verstandig om de volgende commissievergadering een heldere korte toelichting te krijgen over datgene wat er met die toezeggingen is gebeurd. 6. Mededelingen gedeputeerde(n) Dhr. Musschenga (gedeputeerde) deelt mee dat er vragen zijn gesteld vanuit de PvdAfractie omtrent het spoorvervoer richting Duitsland van RSCG Veendam (RSCG: Rail Service Centrum Groningen). De vragen zijn niet goed doorgekomen, waardoor ze eigenlijk te laat worden beantwoord. Dinsdag worden ze in het College behandeld. Dhr. Van der Span heeft dezelfde vragen gesteld. Op korte termijn kan de commissie antwoord op deze vragen tegemoet zien. In de tussentijd wordt er ook bestudeerd of adequate informatie is in te winnen over de vraag waarom een en ander niet via Nieuweschans kan en derhalve drie dagen met de betreffende trein in Nederland moet worden rondgezeuld voor de grens kan worden gepasseerd. Er ligt een persbericht voor ten aanzien van het landsdelig overleg dat heeft plaatsgevonden. In de pers heeft men de opvattingen van de Colleges kunnen vernemen. Uit de bewoordingen van het College valt op te maken dat het College gezien s lands financiën niet met hoge verwachtingen naar Den Haag is vertrokken. Voor het gehele Noorden vanaf Zwolle beziend, constateren de Colleges dat er toch behoorlijke progressie is geboekt op een aantal dossiers. Dit geeft het persbericht ook aan. Met name is Zwolle- Meppel met het knooppunt Lankhorst belangrijk. Dit knooppunt was tot nu toe nimmer bespreekbaar, maar dit is nu toegezegd en er is geld voor gefourneerd. Voor het College is ook van belang dat ten aanzien van het Kolibri-project de verwachtingen vanuit de Begroting niet bijster hoog waren gespannen. Het was opgenomen als regionaal project, iets wat op zich gunstig was. Er wordt nu 10 miljoen euro in het Mobiliteitsfonds gedeponeerd. Dit is het Mobiliteitsfonds Groningen-Assen, zoals het College feitelijk de regiovisie heeft benoemd, teneinde toch middelen in een fonds te krijgen. In het kader van voortgangsgesprekken heeft het College de toezegging gekregen wederom op het Ministerie te mogen verschijnen. Dit geldt ook voor het thema N33, een heikele kwestie 7

8 die vaak in de commissie aan de orde wordt gesteld. Zodra de essentiële wegkenmerken zijn vastgesteld in de Tweede Kamer en dit zal eerdaags plaatsvinden zal het Ministerie circa euro spenderen om de N33 een stuk veiliger te maken. Voor de Colleges van Groningen en Drenthe was met name van belang dat de provincies, op het moment van actualisering van het plan ten aanzien van de N33, dat reeds enkele jaren in Den Haag ligt, een en ander gereed zullen hebben. Dit zal in de eerste helft van 2004 het geval zijn. Op dat moment mogen de provincies bij het overleg in het Haagse aanschuiven. Tot nu toe werd dit niet toegezegd, stellende dat de verkeersbewegingen een dusdanig karakter hebben dat er geen urgentie aan verleend kon worden. De N33 wordt nu opgenomen in de komende Begrotingen van het Ministerie. Ook ten aanzien van het vervolgtraject van de vaarweg Lemmer-Delfzijl, een punt dat zijdelings bij de bespreking aan de orde kwam, bestaat nu overeenstemming met Rijkswaterstaat. De besprekingen zullen verder worden gevoerd om groen licht te krijgen. Dit is van belang gezien het feit dat ook de Noordzeebrug hierin is opgenomen. Het verhogen van deze brug is zonde van het oponthoud en het geld, aldus het College. De brug is nu op 9 m 50 opgenomen. Het College zal hier nog met het Ministerie over dienen te overleggen. Rijkswaterstaat Noord-Nederland is het eens met de zienswijze van het College. Dit betekent wel, dat de spoorbrug Zuidhorn in de tweede fase verkeert. Over deze spoorbrug worden besprekingen gevoerd om de verdubbeling in een keer aan te brengen. Het zou zonde zijn om nu 34 miljoen euro te spenderen, terwijl voor een paar miljoen extra het dubbele tot stand kan worden gebracht. Bovendien is het niet ondenkbaar dat er anders nog eens 30 miljoen euro moet worden uitgegeven aan de brug die verderop in het traject ligt. De spoorlijn verkeert in de tweede fase met enkele bruggen in Friesland en uitvoeringswerken in het Van Starkenborghkanaal en het Eemskanaal. Op zich, zo constateert de gedeputeerde, zijn het zeer positieve zaken. Het spoordossier waarvan wordt gerept, is een dossier dat in zijn huidige staat negatief is voor de reizigers die vanuit het westen naar het noorden en vice versa reizen, aangezien er in een aantal gevallen een knip in Zwolle bestaat. Dit heeft extra overstappen tot gevolg. Wanneer men vanuit Delfzijl komt, dient men in Groningen en Zwolle over te stappen en als men pech heeft ook nog in Amersfoort. Dergelijke zaken heeft het College op het Ministerie in beeld gebracht. Er wordt nu bestudeerd of de huidige situatie gehandhaafd dient te blijven. Het College heeft aangegeven belang te hechten aan de bespreking van het spoordossier. De gedeputeerde deelt mede dat men nu daadwerkelijk doende is de fluistertrein gestalte te geven, iets wat hij ook reeds in de commissie Landschap, Water en Milieu aan de orde stelde, omdat dit raakt aan het thema geluid. De fluistertrein is de goederentrein die met name s nachts langs Hoogezand rijdt. De treinstellen worden het komende half jaar verder voorzien van nieuwe wielen, wieldempers en remmen, teneinde het geluid te verminderen. Op het moment dat de treinstellen in gebruik zijn genomen en het effect kan worden beoordeeld zal het College hier in Hoogezand-Sappemeer, waar de klachten ontsprongen, aandacht aan besteden, de bewoners inlichten over de genomen maatregelen en verzoeken aan te geven of er sprake is van een merkbare verbetering. Het heeft tamelijk lang geduurd, gezien het feit dat er twaalf à dertien projecten in Nederland waren aangemeld, waar slechts één project van is overgebleven. De beoordeling in Den Haag van al deze projecten heeft uiteraard de nodige tijd gekost. In de toekomst zal niet alleen de goederentrein die door de provincie rijdt op deze wijze zijn aangepast, maar meerdere goederentreinen die door Nederland rijden, mits uiteraard is vastgesteld dat een merkbare verbetering tot stand is gekomen. Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) merkt ten aanzien van de ICT-projecten het volgende op. Het College is doende met glasvezelringen. Er wordt goede voortgang geboekt met het Reitdieptracé. Binnenkort zal de commissie per brief worden geïnformeerd over de stand van zaken. De brief is nog niet geheel compleet, gezien het feit dat het ook speelt in diverse gemeenten. De gedeputeerde merkt op dat er in SNN-verband een haalbaarheidsonderzoek wordt verricht naar de mogelijkheden en de manieren waarop tot een openbare aanbesteding zou kunnen worden overgegaan, de financieringsmogelijkheden van de 100 procent breedbanddekking. Te constateren valt 8

9 dat de aanbieders KPN en Essent steeds verdergaan met de uitrol van respectievelijk ADSL en kabel. Het College blijft een dekking van 100 procent nastreven. Voorts maakt de gedeputeerde gewag van het feit dat het College het toerdatarapport aan de statenleden zal doen toekomen. In het toerdatarapport wordt de jaarlijkse stand van zaken in de sector toerisme voor 2002 geschetst. Het rapport ziet er goed uit, want het aantal overnachtingen stijgt met vier procent, terwijl dit cijfer landelijk slechts twee procent is. De werkgelegenheid in de sector neemt toe met acht procent, waar het landelijke beeld een stijging van drie procent laat zien. Geheel sluitende verklaringen zijn voor deze goede resultaten niet te geven, maar gewezen kan worden op een aantal evenementen dat heeft plaatsgevonden: de start van de Giro, Noorderzon, Swinging Groningen, etc. Ondanks de problemen met het NNBT heeft de toeristische sector het heel behoorlijk gedaan in Dhr. Musschenga (gedeputeerde) meldt voor de volledigheid dat er volgende week in de Colleges van Groningen en Drenthe aanbestedingen Stads- en Streekvervoer Bus aan de orde zijn. Voor de potentiële vervoerders is het derhalve op dit moment spannend aan wie de gunning zal worden verleend. Dhr. Bleker (gedeputeerde) geeft te kennen geen mededelingen te hebben. Dhr. Moll (GroenLinks) reageert op het betoog van gedeputeerde Musschenga over de N33. Het is op zich lovenswaardig dat de rijksoverheid nu in het kader van Duurzaam Veilig geld uittrekt voor de N33. De paradox van het besluit van Minister Peijs is dat daarmee de N33 nog niet duurzaam veilig wordt. De gedeputeerde meldde dat het College binnenkort bij het overleg op het Ministerie mag aanschuiven. Dhr. Moll is zeer benieuwd wat de insteek van dit overleg zal zijn. Beoogt de Minister een vergroting van de veiligheid van de weg of is het haar te doen om het capaciteitsprobleem van de weg? Deze vraag heeft ook betekenis voor de strategie die het College zou kunnen volgen. Indien de insteek van de Minister is om de weg veiliger te maken, dient er wellicht een ander type studie naar de Minister te worden gezonden om haar te overtuigen, aldus dhr. Moll. De fractie van GroenLinks is benieuwd naar de insteek van de gedeputeerde met de studies die nu plaatsvinden om aan te schuiven bij de Minister en met resultaat terug te komen. Dhr. Jager (CDA) vraagt gedeputeerde Gerritsen of het streven naar de breedbanddekking van 100 procent, hetgeen meegenomen wordt in het onderzoek naar een eventuele aanbesteding, uiteindelijk de eis is die op tafel komt te liggen. Vermoedelijk is een dekking van 100 procent niet haalbaar, waardoor een eventuele aanbesteding evenmin haalbaar zal zijn. Dhr. Jager neemt derhalve aan dat het louter een streven van het College betreft. Dhr. Rijploeg (PvdA) prijst aansluitend op het thema breedbanddekking het College met het feit dat men niet al te heftig van stapel loopt, daar nu blijkt dat de commerciële partijen reeds veel werk verzetten. Het is goed dat het College rustig heeft gereageerd op de aandrang van D66 en ook enigszins van het CDA. Dhr. Jager (CDA) riposteert, stellende dat de CDA-fractie in eerste instantie het voorstel van de NOM geen steun verleende, vanwege dezelfde argumenten die dhr. Rijploeg nu te berde brengt, te weten dat marktpartijen de verantwoordelijkheid hebben. Hij keurt de opmerking van dhr. Rijploeg dan ook af. Dhr. Rijploeg (PvdA) heeft nog een vraag met betrekking tot de cadeautjes die het kabinet nu plotseling met Sinterklaas uit de hoed tovert. Er komt 10 miljoen euro beschikbaar voor het Mobiliteitfonds. Dhr. Rijploeg vraagt de gedeputeerde of dit geld daadwerkelijk zal worden gebruikt om de schep in de grond te zetten en niet zal worden besteed aan het eindeloos maken van plannen en het lobbyen. Dhr. Engelsman (VVD) vraagt gedeputeerde Musschenga of in het dossier Lemmer- Delfzijl ook de zeesluizen in Delfzijl zijn opgenomen. 9

10 Dhr. Swagerman (SP) benadrukt dat de insteek inzake de N33 optimaal dient te zijn, te weten een verdubbeling tot aan de Eemshaven, zoals ook in het programma van het College staat aangegeven. De voorzitter constateert dat de mededelingen van de gedeputeerden aanleiding heeft gegeven tot een vragenronde. Dhr. Musschenga (gedeputeerde) stelt dat het College bij de Minister zal aanschuiven om te bewerkstelligen dat de verdubbeling van de N33 doorgang vindt. Uit de gesprekken op het Ministerie is gebleken dat de financiële middelen zodanig zijn dat het wellicht niet mogelijk is om de weg in één keer vanaf Assen tot de A7 want dit is hetgeen dat feitelijk in het bestuursakkoord staat vermeld te verdubbelen. Op het moment dat het College aanschuift gaat het om mogelijke oplossingen om tot de verdubbeling te komen. Dit blijft de inzet van het College. Dhr. Moll (GroenLinks) begrijpt uit de woorden van de gedeputeerde dat hij verdubbeling belangrijker acht dan veiligheid. Dhr. Musschenga (gedeputeerde) bevestigt dit, maar stelt dat de veiligheid ook gebaat is bij de verdubbeling. De structuur van de weg, bijvoorbeeld van Assen naar de rotonde Gieten, zal er bij een verdubbeling heel anders uitzien. Bij faseringen is de vraag actueel welke delen eerst zullen moeten worden verdubbeld. Dit is feitelijk de insteek van het College bij het overleg op het Ministerie. Tot dusverre is gesproken over het deel tot aan de A7. Verdubbeling tot aan de Eemshaven, zoals de SP-fractie voor ogen staat, dient te wachten tot de weg in zijn huidige hoedanigheid eerst is afgemaakt. Nadat het eerste deel is verdubbeld kan worden onderzocht waar er nog bottlenecks optreden. Indien het nodig is zal het College ook pleiten voor een verdubbeling van het verdere traject. Feitelijk is het een kwestie van het benutten van mogelijkheden die worden gegeven. Enige flexibiliteit is geboden, maar van belang is wel dat er vooruitgang wordt geboekt. In antwoord op de vraag van dhr. Rijploeg stelt de gedeputeerde dat de provincie geen 10 miljoen euro heeft gekregen voor het maken van plannen. In het DB en in de stuurgroep Regiovisie zal worden overlegd over de vraag hoe de inzet van de 10 miljoen zal geschieden. Er is voldoende onderzoek geweest om dit geld te vrijwaren van onderzoek. De zeesluis is niet opgenomen in het dossier over de vaarweg Lemmer-Delfzijl, verduidelijkt de gedeputeerde in de richting van dhr. Engelsman. Het dossier betreft de eerste fase, die tot en met de Noordzeebrug loopt. Het College heeft aangegeven na afronding van de eerste fase plannen in te willen dienen voor de tweede fase. Dit kan de goedkeuring van het Ministerie wegdragen. Dit zou ten aanzien van de problematiek van de zeesluis in Delfzijl betekenen dat men achteraan in de rij komt te staan. Menigeen zal opperen dat dit veel te lang zal duren. Deze discussie wordt nu ook separaat gevoerd in de Tweede Kamer en met de Minister. De zeesluis komt in het traject Lemmer-Delfzijl op de laatste plaats, maar het College tracht de zeesluis naar voren te halen middels de gesprekken met de fracties van de Tweede Kamer en met europarlementariërs. Dhr. Zanen (PvhN) vraagt of de Noordzeebrug hetzelfde is als de Noorderhogebrug. Dhr. Musschenga (gedeputeerde) legt uit dat het de brug aan de noordkant betreft die men oversteekt wanneer men over de Eemshavenweg de stad Groningen binnenrijdt. Dhr. Zanen (PvhN) constateert dat het de Noorderhogebrug betreft. Dhr. Musschenga (gedeputeerde) vervolgt zijn betoog en merkt op dat de plannen van Rijkswaterstaat aanvankelijk inhielden de brug eerst op te vijzelen tot 7 m 20, aangezien dit goedkoper is. Later zou dan een verhoging volgen tot 9 m 50. Het College achtte dit een onzinnige oplossing. Bovendien zou dit tot gevolg kunnen hebben dat de provincie opdraait voor de kosten van het vervolgtraject. Het College is er in geslaagd om de plannen van Rijkswaterstaat van tafel te krijgen. De spoorbrug wordt nu aan het begin van de tweede fase gezet. Aan de noordkant van de stad wordt de zaak nu in één keer op hoogte gebracht, iets waar ook het College van B&W zeer mee ingenomen is. 10

11 Dhr. Gerritsen (gedeputeerde) stelt in antwoord op de vraag van dhr. Jager dat het College uiteraard geen eisen zal stellen die onmogelijk verwezenlijkt kunnen worden. Het College streeft naar een breedbanddekking van 100 procent. 7. Ingekomen stukken (ter kennisneming): Brief van GS van 24 oktober 2003, nr /43/A.20, VV, betreffende Rapport 'Basisgegevens Verkeer en Vervoer Mobiliteit in de provincie Groningen'. Niemand wenst het woord te voeren naar aanleiding van de ingekomen stukken. 9. Brief van GS van 10 oktober 2003, nr /41/A.11, EZ, betreffende toezenden position paper Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en plattelandsontwikkeling/europees Regionaal Beleid/de structuurfondsen Dhr. Köller (PvdA) gewaagt van vier voorliggende brieven. Hij neemt aan dat alle onderdelen van de position paper in de commissie Economie & Mobiliteit kunnen worden behandeld. De neiging bestaat om de discussie die de afgelopen veertien dagen heeft plaatsgevonden met betrekking tot de midterm review van het Kompas opnieuw te voeren. Dhr. Köller zal zich hiervan weerhouden. Wel heeft hij een aantal opmerkingen over de brief die aan dhr. Bolkestein is gestuurd, met name over de criteria die in de nabije toekomst bij de uitbreiding van de EU waarschijnlijk Dhr. Jager (CDA) interrumpeert dhr. Köller en vraagt hem over welke brief hij rept. Dhr. Jager kent de brief aan dhr. Bolkestein niet. Dhr. Roggema (ChristenUnie) geeft aan dat de brief wel degelijk bij de stukken is gevoegd. Dhr. Köller (PvdA) stelt dat hij nu slechts de meest duidelijke brief aanroert. Met name als het gaat over de criteria die in de toekomst wellicht zullen veranderen als de Europese Unie wordt uitgebreid met tien nieuwe lidstaten. Er wordt voorgesteld om een ander criterium in te voeren om in aanmerking te kunnen komen voor regionale steun, te weten een terugherleiden op de regio en niet op het land. Dit acht dhr. Köller een handige vondst, die verder dient te worden uitgebouwd. De tweede brief betreft het landbouwbeleid en plattelandsontwikkeling. Dit is vastgelegd in het Kompas en tevens in het rapport Vitaal Platteland. De brief geeft aan dat meer ingezet moet worden op een integraal beleid met betrekking tot het platteland. Plattelandsbeleid is niet louter hergroeperen van bomen en bossen, maar ook een kwestie van aandacht schenken aan de mensen die er wonen en de wijze waarop het platteland wordt ingericht en gebruikt. Het is naar inzicht van dhr. Köller een goede insteek, die resulteert in een soort plattelandseconomie die meer body krijgt dan tot op heden in het Kompas, met name omdat de subsidies voor de sector tamelijk achterbleven. De volgende brief wenst dhr. Köller niet voor het voetlicht te houden, aangezien de brief een onbegrijpelijk karakter draagt. De vierde brief geldt de voortzetting van de structuurfondsen. Hier hoeft weinig over te worden gezegd, want het is al benoemd in het Kompas. Dhr. Köller heeft niet de noodzaak tot aanpassingen of aanvullingen kunnen ontdekken. Het onderwijs en het arbeidsmarktbeleid is ook aan de orde geweest in het Kompas-programma voor Er is toegezegd dat er een notitie zal verschijnen met betrekking tot de opmerkingen die zijn gemaakt in de midterm review en die naar opvatting van de PvdA-fractie onvoldoende zijn verwoord in het Kompas Door allerlei technische problemen konden betreffende opmerkingen niet meer worden opgenomen. Het lijkt dhr. Köller raadzaam om als commissie het komende voorjaar over dat punt, met name over de 11

12 invulling van de Europese Sociale Fondsen, van gedachten te wisselen. Het is een zaak voor de gedeputeerde van EZ, maar dhr. Köller vermoedt dat ook de gedeputeerde van Landbouw over de betreffende Europese zaken wenst te spreken. Tot slot gewaagt dhr. Köller van een aardige passage in de besluitenlijst van GS. Hij trof er een oude bekende aan, te weten de meekrapwortel (Rubia tinctorum). Het gaat in de landbouw in de provincie om een drietal producten, waar op grote schaal op wordt ingezet. Het Rubia-project uit het begin van de jaren 1990, waar dhr. Köller over spreekt, was zijns inziens een typisch voorbeeld van experimenten die in de landbouw worden gezet. Dhr. Köller legt uit dat de meekrapwortel wordt verbouwd om er natuurlijke rode kleurstof uit te winnen. Buiten de meekrapwortel kan er alleen natuurlijke rode kleurstof worden gewonnen uit een luis die op de Canarische eilanden op een cactus parasiteert. Natuurlijke rode kleurstof wordt overwegend gebruikt in Campari en lippenstift, zo deelt dhr. Köller de aanwezigen ter informatie mede. De voorzitter verzoekt dhr. Köller af te ronden. Dhr. Köller (PvdA) wenst met zijn betoog aan te geven dat hij niet tegen experimenten is, maar dat het hem in de besluitenlijst opviel dat het project, waar men veertien jaar geleden buitengewoon enthousiast over was, nog extra geld behoeft omdat het finaal is mislukt. Dhr. Köller acht het goed dat de provincie investeert in allerlei alternatieve vormen van landbouw, maar hij houdt hier één criterium bij aan: Je moet er stamppot van kunnen maken! Dhr. Jager (CDA) deelt mee dat de CDA-fractie de nota Europa-strategie een stuk helderder vond dan de position paper met betrekking tot het Europees regionaal beleid. Onduidelijk is bijvoorbeeld de betekenis van de term polycentrische economie of de eligibiliteit van een nieuw te definiëren doelstelling. Dhr. Jager acht het gebruik van dergelijke termen niet bevorderlijk voor het begrip van een stuk dat de eigen positie duidelijk moet maken. Inhoudelijk heeft het CDA geen opmerkingen over het stuk. Met betrekking tot de position paper van het landbouwbeleid ontbrak naar inzicht van de CDA-fractie een ontwikkeling, te weten de industriële toepassing vanuit de landbouw in noordelijk verband, bijvoorbeeld de nieuwe moutfabriek van Bavaria. Dergelijke zaken creëren door nieuwere toepassingen veel afzet in Noord-Nederland, een goede ontwikkeling volgens het CDA. Derhalve zou dienen te worden bestudeerd of op de locatie van de Eemshaven meer van dat soort bedrijven mogelijk zijn, zodat de landbouw, die van nature sterk is in Noord-Nederland, daarmee ook extra afzetmarkten krijgt en de positie verstevigt. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) acht het interessant dat het CDA nieuwe vormen en industriële toepassingen bepleit, maar zijns inziens is de productie van bier een van de oudste bestaande technieken. Het is uiteraard een positieve ontwikkeling waar wellicht een vervolg aan kan worden gegeven. Het belangrijkste bij het in ogenschouw nemen van het landbouwbeleid is een ketengerichte benadering, want de producten die de boeren produceren worden gekocht en verkocht en hebben een bepaalde prijs. Al deze aspecten hangen met elkaar samen. De position paper is allang verstuurd en rondgegaan, in die zin is het napraten. De vraag is gerechtvaardigd of het debat zou moeten gaan over het landbouwbeleid, al staat dit op de agenda. Er zijn enkele opmerkingen over te maken. De fractie van GroenLinks zal zich straks richten op het rapport van de commissie Rabbinge, zoals zij ook reeds heeft aangekondigd op de gezamenlijke statenvergadering om het in elk geval op de agenda te krijgen van het Algemeen Bestuur van het SNN. Er bestaat ook de mogelijkheid om het komende half jaar in de commissie Economie & Mobiliteit in breder verband over het landbouwbeleid te discussiëren, want er is een politieke discussie gaande in het kader van de Europese verkiezingen. In die zin is het actueel wat de gevolgen zijn voor de Groninger boeren en de industriële bedrijven die gerelateerd zijn aan de landbouwproductie. GroenLinks is er niet van overtuigd zich te kunnen vinden in de lijn zoals deze door de verschillende Colleges is uitgestippeld, want de indruk bestaat dat de Colleges tamelijk veel nadruk leggen op grootschalige verdergaande innoverende ontwikkelingen. De GroenLinks- 12

13 fractie heeft de indruk dat juist die boeren heel vernieuwend, modern en ontwikkeld zijn. Daar ligt niet het probleem waar de overheid een rol in zou moeten spelen. De overheid zou zich juist moeten richten op de kleinere boeren die moeten omschakelen, een transitieproces moeten doormaken en te maken krijgen met het probleem van de verbreding van de activiteiten en van armoede. Een en ander heeft ook met landschapsbeheer en groenontwikkeling te maken. Alle elementen staan wel in de position paper vermeld, maar de gelegde accenten kunnen de GroenLinks-fractie niet overtuigen. Het valt te betreuren dat er weinig draagvlak is voor deze position paper. De discussie is nog onvoldoende gevoerd. Dhr. Van der Ploeg hoopt dat het rapport van de Commissie Rabbinge alsnog de kans zal bieden om het draagvlak, ook bij de boeren, van de grond te krijgen. Dhr. Roggema (ChristenUnie) stelt dat na alles wat er al gezegd is op de Dag van het Noorden ( ) dit hier en daar wordt herhaald. Hij acht het hoogdravende taalgebruik in de position paper ongewenst. De statenleden begrijpen de termen al niet, laat staan de leek. Mw. Bulk (SP) merkt op de brief aan dhr. Bolkestein niet te hebben ontvangen. De position paper roept wel de brief van de Raad van het Landelijk Gebied in herinnering, waarin ook de gevolgen van het Europees beleid voor de boeren en het Noorden enigszins werden belicht. Mw. Bulk sluit zich aan bij dhr. Van der Ploeg wanneer hij stelt dat het vooral voor de kleinere boeren niet gunstig is. De prachtige plannen om zoveel mogelijk te doen aan natuurbehoud en soortendiversiteit komen naar het inzicht van mw. Bulk ook in het geding. Een discussie is op zijn plaats. Mw. Bulk vraagt zich af of zij te pessimistisch is of dhr. Köller juist te optimistisch is. Dhr. Zanen (PvhN) merkt op dat er twee notities voorliggen, een over regionaal beleid, de ander over de landbouw. Hij heeft een aantal vragen aan de gedeputeerde. In de eerste plaats constateert dhr. Zanen dat een pleidooi wordt gehouden voor een regionale opbouw van het ESF. Nu krijgt de nationale overheid nog de middelen en zet deze middelen vanuit een nationale planning in. Het pleidooi behelst de middelen aan de regio te geven. De PvhN-fractie informeert of er kansen zijn dat de regio zelf mede invulling zal kunnen gaan geven aan het ESF. In de tweede plaats wordt er een pleidooi gehouden voor een nieuw te definiëren doelstelling 2 als het gaat om de Europese structuurfondsen. Er wordt gesproken over het besteedbare inkomen van een regio als maatstaf voor de vraag of er extra steun dient te worden verleend of niet. Het zou goed zijn om enige helderheid te krijgen over de wijze waarop dit functioneert. Als derde punt noemt dhr. Zanen het noordelijk programma Vitaal Platteland. Hij heeft begrepen dat alle provincies gezamenlijk stelling hebben genomen ten aanzien van het plattelandsbeleid, maar speciaal voor het Noorden is het programma Vitaal Platteland geformuleerd. Wellicht betreft het de voorliggende stukken. Het programma Vitaal Platteland heeft een tweetal aspecten: aan de ene kant een vitale agrarische bedrijfstak, kortom het versterken van de bestaande bedrijven, en aan de andere kant een aantal andere zaken, zoals bereikbaarheid en een schoon milieu. Dhr. Zanen vraagt de gedeputeerde of de vitaliteit refereert aan het aantal landbouwbedrijven, het aantal mensen dat werkzaam is in de sector of aan andere zaken. Tot slot merkt dhr. Zanen op dat wordt gerept over een investeringsbudget Landelijk Gebied, opgezet door het Ministerie van LNV. Hij vraagt hoe dit zich zal verhouden tot de drie noordelijke provincies. Heeft het investeringsbudget een directe relatie met deze provincies? De voorzitter maakt namens de VVD een aantal opmerkingen. Als liberaal doet het dhr. Haasken deugd dat er statenbreed grote interesse bestaat voor datgene wat de liberaal Bolkestein heeft geschreven. De position paper Landbouwbeleid beschouwt de VVDfractie als een goed stuk. De paper onderschrijft het belang van de landbouw en de vitaliteit van het platteland. Dit is van groot belang voor Noord-Nederland, waar circa 80 procent van de ruimte in gebruik is. De landbouw in Noord-Nederland leunt voor een belangrijk deel op de agrarische marktordeningsproducten, aanzienlijk meer dan elders in het land het geval is. Terecht wordt gesteld dat de vitale agrarische bedrijfstak de drager 13

14 van het plattelandsbeleid moet blijven. Van belang is welke definitie voor het platteland wordt gehanteerd. Dhr. Haasken zou het toejuichen wanneer elke lidstaat zijn eigen definitie kent. Het maakt een groot verschil uit of men in de provincie Groningen, in Frankrijk of in Zweden is gevestigd. Het Nederlandse platteland is Europees gezien relatief dichtbevolkt. In de brief aan dhr. Veerman stelt het SNN dat de tweede pijler middelen regionaal beleid gebruikt moet kunnen worden voor de transitie van de landbouw naar een meer eigentijdse agrobusiness. Overblijvende middelen uit de tweede pijler zouden ook kunnen en moeten worden gebruikt voor een betere verkaveling, waterhuishouding en ontsluiting. De VVD-fractie onderschrijft deze opvatting van het SNN. Dhr. Bleker (gedeputeerde) doet kond van het feit dat ook hem de Europese vaktermen zijn opgevallen. De position papers zijn niet gericht aan de Staten van Groningen of de boeren in Groningen, maar zij zijn bestemd voor de Europese commissie en de burelen rondom de Europese commissarissen, derhalve is het taalgebruik enigszins aangepast. In antwoord op de vraag over Europese structuurfondsen stelt de gedeputeerde dat de Nederlandse regering zich tot op heden op het standpunt heeft gesteld dat door de uitbreiding van Europa met tien minder welvarende landen geen reden meer bestaat voor regionale steun in rijke landen. Men beschouwt dit als rondpompen van geld. Nu blijkt dat het standpunt van de Nederlandse regering in Europa steeds minder wordt gedragen. Nederland blaast in Europa weliswaar altijd hoog van de toren, maar het is niet zo dat het land altijd aan het langste eind trekt, aldus de gedeputeerde. Het zou daarom zo kunnen zijn dat Noord-Nederland op deze wijze wordt gered door andere Europese landen, want de kans is nu vrij groot dat ook voor een land als Nederland wel Europees regionaal geld beschikbaar blijft. Vraag is dan welke Nederlandse gebieden voor steun in aanmerking komen. Een criterium als besteedbaar inkomen is in dat geval een goede maatstaf, al moet hierbij worden aangegeven dat de bestedingsrichting door Europa niet zo zeer wordt gekoppeld aan achterstanden in sociale zin, maar aan het versterken van de potenties van regio s om een bijdrage te leveren aan de Europese welvaart. De vraag rijst derhalve wat de potenties van Noord-Nederland zijn, met name op het terrein van technologie en kennis. Door deze potenties uit te buiten zou de economische bijdrage van een regio als Noord-Nederland in Europa versterkt worden. Het criterium op grond waarvan een regio recht heeft op steun, is een ander criterium dan het criterium dat geldt voor de bestedingsrichting van de middelen. In Nederland en Noord-Nederland zal men derhalve alert moeten zijn op de criteria van de besteding van middelen. Nederland heeft in 1999 ten aanzien van het ESF een les geleerd onder het toenmalige kabinet Kok. Het Nederlandse beleid is altijd zeer consistent los van de vraag hoe de samenstelling is van het kabinet. De regering verklaart steeds dat er geen geld moet worden rondgepompt. Vervolgens wordt Nederland op het laatste moment toch geld aangeboden en dan blijkt dat er in Nederland nog niet goed is nagedacht over de criteria van besteding. Men zou kunnen constateren dat dit ook met het ESF is gebeurd. In de nieuwe ronde dient dit voorkomen te worden. Het zou wenselijk zijn als Noord-Nederland kans maakt op een regionaal ESF, en wel zonder interventie van een nationale staat, maar de gedeputeerde twijfelt eraan of deze wens gehonoreerd gaat worden. In Nederland is de invloed van de nationale staat op de besteding van Europese middelen altijd groot geweest, anders dan bijvoorbeeld in Spanje. Dhr. Zanen (PvhN) vraagt of dit betekent dat de eventuele regionale opsplitsing van het ESF-budget voor Nederland een besluit zou zijn van de Nederlandse regering. Dhr. Bleker (gedeputeerde) beaamt dit. De Nederlandse regering dient hieraan haar medewerking te verlenen. Dhr. Zanen (PvhN) informeert of het College daartoe een voorstel doet in de position paper. Dhr. Bleker (gedeputeerde) bevestigt dit en vult aan dat ook de Europese commissie haar fiat dient te geven. 14

15 De gedeputeerde merkt ten aanzien van de landbouw op dat de notitie van het College over het algemeen wordt gesteund. In de richting van dhr. Jager legt de gedeputeerde uit dat de position paper zich met name op de primaire sector richt, omdat de veranderingen als gevolg van het nieuwe gemeenschappelijke landbouwbeleid zich concentreren op de primaire sector. De subsidiestromen in de primaire sector zullen veranderen. Dit laat onverlet dat het College dient te blijven streven naar behoud en versterking van de industriële verwerkingscapaciteit in de eigen regio. Er kan lang worden gedebatteerd over de vraag of het College te zeer de nadruk legt op grootschaligheid, etc. Men kan ook de agrarische sector in de provincie Groningen karakteriseren en zich afvragen wat veel voorkomende ondernemersstrategieën zijn in de regio in de agrarische sector. Als dit eenmaal bekend is kunnen wegen worden gezocht om de condities te verbeteren waaronder de ondernemersstrategieën succesvol zullen zijn. Dit is de benadering die het College verkiest. Het College zal niet het motto small is beautiful tot beleid verheffen en alternatieve teelt met nadruk stimuleren, maar uitgaan van het feit dat de boeren primair ondernemers zijn die zullen reageren op een nieuwe financiële Europese en mondiale context. Vervolgens tracht het College de richting die bedrijven over het algemeen kiezen, in kaart te brengen om dan te bestuderen welke rol is weggelegd voor de regionale overheid om de condities te verbeteren. Hiermee zijn twee aspecten verbonden, namelijk schaalvergroting Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) interrumpeert en constateert dat het beleid van het College sterk marktvolgend is. Het is de vraag of de overheid hierin überhaupt een rol zou moeten spelen, want als de landbouw zonder inmenging van de overheid functioneert en de historie van de landbouw wijst aan dat dit inderdaad het geval is, zeker in Nederland, want er is een zeer goed speelveld, kennisontwikkeling en samenwerking tussen de verschillende partijen ligt het probleem louter bij die boeren en ondernemers die niet meekunnen in het proces. Daar zou de provinciale overheid zich meer mee moeten bemoeien. Dhr. Bleker (gedeputeerde) stelt in reactie op de opmerking van dhr. Van der Ploeg dat ook daarvoor het College de vraag opgeld doet naar de keuzen die zowel grote als kleine ondernemers maken. Vervolgens onderzoekt het College welke condities er regionaal kunnen worden verbeterd om de keuzen succesvol voor de ondernemers te laten aflopen. Dit gaat niet vanzelf, want terugblikkend naar de ontwikkeling vanaf 1950 in Nederland blijkt dat de overheid enorm veel heeft gedaan aan het scheppen van voorwaarden ten aanzien van landinrichting, kennisontwikkeling, financiering van deze aspecten, enzovoorts. Er is wel eens de gedachte geopperd dat deze ontwikkeling nu is voltooid. De gedeputeerde is zeer verheugd dat in de Tweede Kamer Minister Veerman op vragen van met name het CDA en de VVD, maar ook vanuit de PvdA heeft geantwoord dat hij veronderstelt dat de voortgaande ontwikkeling die de agrarische sector in Nederland doormaakt opnieuw de vraag doet rijzen in welke mate de overheid, inzake landinrichting of andere vormen, de condities voor de agrarische sector verder moet verbeteren. Er is recent overleg geweest tussen het Ministerie en het College, en het College zal specifiek voor Groningen in beeld brengen welke inrichtingsopgaven in het landelijk gebied voortvloeien uit het nieuwe Europese landbouwbeleid, gelet op de structuur van de agrarische sector. De middelen die als het ware worden afgeroomd vanuit de directe steun aan de agrarische sector komen beschikbaar voor een ander doel, niet voor dorpshuizen en recreatiepaadjes, maar voor zaken die de structuur van de agrarische sector versterken en inkomensgenererend werken. Vandaar dat ook het College heeft gesteld dat dit de volgorde dient te zijn waar het gaat om besteding van zaken. Er dient een maximale inzet te worden gepleegd om ervoor te zorgen dat het landbouwgeld dat in Groningen wordt afgeroomd weer naar Groningen terugvloeit. Daarnaast is een maximale inspanning vereist om dit geld te besteden aan structuurversterking van de agrarische sector en inkomensgenererende activiteiten. Dit kan overigens ook investeren in natuur zijn, want ook investeringen in natuur kunnen inkomensgenererend werken voor de boer. 15

16 Dhr. Swagerman (SP) stelt dat de filosofie altijd big is beautiful is geweest: schaalvergroting en industrialisering van de landbouw. In Nederland is dit in verregaande mate doorgevoerd. Daar komt nu echter een eind aan, want de kostprijs van de Nederlandse producten is dusdanig hoog en heeft zoveel subsidies opgeslokt dat het niet langer haalbaar is. Er zal een uitbreiding van de Europese Unie plaatsvinden met landen met een goedkopere productie. Binnen Europa verschuift derhalve grootschalige en geïndustrialiseerde landbouw. Naar inzicht van dhr. Swagerman betekent dit dat het beleid wel degelijk het credo small is beautiful zou moeten hanteren om een rendabele bedrijfsvoering voor de boeren na te streven. Dhr. Swagerman onderschrijft de opvatting van de gedeputeerde dat dan de inkomenssfeer in ogenschouw dient te worden genomen. De SP-fractie pleit voor een omschakeling ten gunste van de kleinschalige boer, want de grote boer heeft niet de toekomst. Dhr. Bleker (gedeputeerde) merkt op dat het College uiteindelijk niet voor de ondernemer bepaalt waar hij de toekomst in ziet. Dit moet vooral zo blijven, aldus de gedeputeerde. Het College kiest er niet voor om structureel het inkomen voor boeren die een bepaalde keuze hebben gemaakt, aan te vullen. De lijn is vast te stellen wat het gros van de boeren in de diverse categorieën (melkveehouderij, akkerbouw, etc.) gaat doen. Dit is niet één pot nat, het dient goed in kaart te worden gebracht. De gedeputeerde voelt er echter niets voor om als overheid het boerenheil te verkondigen door de boeren aan te sporen vooral kleinschalig te worden of te blijven en op te dragen over te gaan op alternatieve teelten. Voor een enkele boer zou dit wellicht een optie zijn, maar voor veel andere boeren is dit geen optie. De schaal is een keuze die de ondernemer zelf dient te maken. Dhr. Köller (PvdA) merkt op dat het aloude spanningsveld tussen de boer en de ondernemer van enkele jaren geleden weer de kop op zou kunnen steken. Het is een prima zaak dat mal en contramal in de stukken beter tot uitdrukking komen en dat daarop wordt ingezet. Het College heeft al aangegeven dat een leefbaar platteland niet alleen een kwestie is van bomen en vossen, maar ook van mensen. Dhr. Köller vraagt zich af in hoeverre er een spanningsveld zal ontstaan tussen de belangen van de ene groep, te weten de bewoners die het platteland als het ware beleven, en de mensen die hun brood moeten verdienen met het platteland. Dhr. Köller is het eens met dhr. Van der Ploeg dat het rapport Rabbinge in de commissie tegen het licht zou moeten worden gehouden, want het rapport geeft met name dit spanningsveld duidelijk aan. Dhr. Bleker (gedeputeerde) oppert dat dhr. Köller in eerste termijn terecht heeft aangegeven dat de plattelandseconomie veel meer is dan de agrarische economie. Recentelijk heeft het College onderzoek laten doen naar de behoefte aan bedrijventerreinen in een gebied als het Westerkwartier. Uit dit onderzoek blijkt hoe gevarieerd de economische structuur op het platteland inmiddels is geworden. Er hebben zich ook bedrijven gevestigd die eerder in het Zernike-park te verwachten zouden zijn. Waar het gaat om de economische ontwikkeling dient het College goed in beeld brengen wat de kracht is van de plattelandseconomie los van de agrarische economie en welke ondersteunende voorwaarden zouden moeten worden gecreëerd en dit kan ook in het kader van het rapport Rabbinge. De gedeputeerde kan niet aangeven of het spanningsveld waar dhr. Köller over repte, dan zal optreden. In antwoord op de vraag van dhr. Zanen over het investeringsbudget Landelijk Gebied legt de gedeputeerde uit dat het vergelijkbaar is met het budget Stedelijke Vernieuwing. Het betreft een breed beschikbaar budget voor ontwikkelingen op het platteland, gelden die nu via de landrichting, gebiedsgericht beleid en allerlei stroompjes op de provincie afkomen. De bedoeling is dat de regelingen nog wel blijven bestaan, maar dat de regelingen niet op zichzelf met geld zijn gevuld en er sprake is van één budget en de regio s kunnen uitmaken hoe dat via de regelingen weggezet zou moeten worden. Er wordt overwogen om dit in noordelijk verband te doen. Het College van GS van Groningen is er geen voorstander van om het budget om te zetten in een noordelijk budget. Er bestond ook de gedachte om het ISV-budget (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) een noordelijk budget te laten zijn, maar het College staat op het 16

17 standpunt dat het een budget van de drie provincies dient te zijn. Er zijn wel afspraken gemaakt over het naar elkaar doorsluizen van geld in geval van provinciale overschotten en tekorten. Er komt derhalve een soort noordelijk koepelprogramma met daaronder die afzonderlijke provinciale programma s en een afzonderlijk provinciaal budget. In tweede termijn Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) komt terug op het element grootschaligheid en het marktvolgend karakter van het beleid van de provincie. De gedeputeerde stelt feitelijk dat goed wordt onderzocht wat er in de landbouw gebeurt en dat het College de landbouw zodanig accommodeert dat de landbouw zich kan ontwikkelen. Er zijn echter ook andere voorwaarden die van belang zijn, zeker als het om de provincie Groningen gaat. Dit element mist GroenLinks in het beleid van het College. Het betreft het thema natuur en landschap. Natuurontwikkeling brengt randvoorwaarden met zich mee. De randvoorwaarden moeten in feite worden vertaald naar de individuele boer. Op het moment dat dit niet als uitgangspunt worden genomen, bestaat er een tegenstelling in visie iets wat het debat uiteraard ten goede komt. Dhr. Van der Ploeg constateert dat de gedeputeerde zich voor een groot deel laat leiden door cliëntèlisme. Zo vormen de 70 ha in Meerstad een spanning tussen natuur en andere ontwikkelingen. Er dient een keuze gemaakt te worden tussen de ecologische hoofdstructuur en de landbouw. Indien de 70 ha doorgang vindt, zoals de gedeputeerde voorstaat, dan is de keuze van het College duidelijk. De voorzitter heeft de indruk dat de opmerkingen van dhr. Van der Ploeg buiten het agendapunt vallen. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) ontkent, stellende dat hij de implicaties voor het landbouwbeleid aanroert. Dhr. Jager (CDA) stelt dat op het moment dat 80 procent van het ruimtelijk gebruik agrarisch is gebonden het relaas van dhr. Van der Ploeg in een enigszins ander daglicht komt te staan. Op het moment dat de provincies niet voorwaardenscheppend voor de boeren zijn, zal er een gigantisch probleem ontstaan met de 80 procent ruimtelijke capaciteit. Wellicht is het de droomwens van dhr. Van der Ploeg om de 80 procent ruimtelijke capaciteit te besteden aan EHS, maar dan zou zich met name ten aanzien van de inwoners van het platteland een probleem ontvouwen, want het platteland is onderdeel van het karakter van het Noorden, iets waar het Noorden trots op kan zijn en zuinig mee moet zijn. De provinciale overheid moet er ook voor zorgen dat er een toekomst is voor degenen die het land bewerken. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) dient dhr. Jager van repliek, aangevende dat hij vanzelfsprekend de 80 procent ruimtelijke capaciteit niet wenst om te zetten in EHS. Zijn punt is dat het College eenzijdig naar de randvoorwaarden voor de ontwikkeling van de landbouw verwijst en niet of minder naar de randvoorwaarden voor andere aspecten, zoals het landschap en natuurontwikkeling. De feiten aangaande natuurontwikkeling zijn bekend: deze zijn abominabel. Mw. Bulk (SP) geeft aan dat zij reeds in eerste termijn naar aanleiding van de stukken had geconstateerd dat de plannen niet echt positief zijn voor de kleinere boeren en voor de natuurinrichting. Na de beantwoording door de gedeputeerde is zij hier nog steeds van overtuigd. Mw. Bulk vraagt de gedeputeerde of hij slechts geloof hecht aan de komst van een regionale ESF. Dhr. Roggema (ChristenUnie) constateert dat de gedeputeerde van mening is dat het taalgebruik in een brief afhangt van de instantie waar het stuk voor is bestemd. Daarmee gaf de gedeputeerde bijna te kennen dat ook hijzelf geen wijs werd uit het taalgebruik in de brief. De strekking is echter duidelijk: houdt brieven leesbaar voor iedereen. Het inhoudelijke aspect van het thema landbouw heeft voor de ChristenUnie vanzelfsprekend grote waarde. 17

18 Dhr. Bleker (gedeputeerde) erkent zich voor een ogenblik in de commissie Landschap, Water in Milieu te hebben gewaand. De discussie over de vraag of er een goede balans is tussen aan de ene kant natuurwaarden en economische ontwikkeling op het platteland aan de andere kant, wenst de gedeputeerde vooral in voornoemde commissie te voeren. De gedeputeerde merkt op het bijzonder te vinden dat de natuurinzet van het College wordt afgemeten aan 30 ha ecologische hoofdstructuur meer of minder op een totaaloppervlakte van ha in de provincie Groningen. Als GroenLinks op dit standpunt staat geeft de partij er blijk van snel tevreden te zijn. Als het College elders 30 ha zou toevoegen, zou het College weer de goedkeuring kunnen wegdragen van GroenLinks Dhr. Köller (PvdA) wenst dhr. Bleker mee te geven dat het een kleine stap voor de mens is, maar een grote stap voor de mensheid. Dhr. Bleker (gedeputeerde) legt uit dat het College duidelijk zijn positie inzake regionale ESF kenbaar heeft gemaakt. Als de commissie eveneens zou pleiten voor de regionale ESF, acht de gedeputeerde het de plicht van het College om toe te voegen wat de verwachting is ten aanzien van de haalbaarheid. De gedeputeerde heeft aangegeven dat hij de haalbaarheid sterk betwijfelt. Desalniettemin blijft het College streven naar een regionale ESF, maar het zal een lastige opgave worden om dit gerealiseerd te krijgen. Het College zal zijn best doen om nieuwe stukken in elk geval van adequate correcte toelichting te voorzien, voor zover het College verplicht is om Europese terminologie te gebruiken. De discussie over landbouw en natuur zal waarschijnlijk verder plaatsvinden bij het verschijnen van het rapport Rabbinge. Mw. Bulk opperde dat de provincie de kleine boeren in de steek laat. De gedeputeerde ontkent dit. Het College brengt simpelweg in kaart welke keuzen agrariërs maken, zowel groot als klein. Dan gaat het College na welke voorwaarden de provinciale overheid kan creëren om de sector indirect te ondersteunen. Dit kunnen ook de kleinere melkveehouderijbedrijven in het Westerkwartier zijn. Mw. Bulk (SP) werpt tegen dat zij niet stelde dat de provincie de kleine boeren en de natuur in de steek laat, maar benadrukte dat het Europese beleid een bedreiging voor de kleine boeren en de natuur inhoudt. Dhr. Bleker (gedeputeerde) erkent dit ruiterlijk. Mw. Bulk (SP) stelt dat de provincie wellicht extra zou moeten inzetten om de kleine boeren en de natuur te behouden. Dhr. Bleker (gedeputeerde) gewaagt van het feit dat vele verschillende taxaties mogelijk zijn van de mate waarin het Europese beleid bepaalde typen van bedrijven bedreigt. Een relatief klein melkveehouderijbedrijf met relatief weinig rentelasten heeft meer ruimte om te manoeuvreren dan de boer met 1 miljoen liter melk en een gigantische lening bij de bank. De schaal van een bedrijf zegt niet altijd iets over de kwetsbaarheid en gevoeligheid voor nieuw Europees beleid. De voorzitter constateert dat de brieven voldoende zijn besproken. Hij stelt voor om de brieven niet door te sturen naar de plenaire vergadering in de Staten. Aldus wordt besloten. Dhr. Van der Ploeg (GroenLinks) meldt dat de Raad van State vandaag (3 december 2003) met een besluit over de baanverlening is gekomen. Zo-even is er een persbericht aan dhr. Van der Ploeg overhandigd. De kop van het persbericht luidt: Raad van State vernietigt baanverlenging vliegveld Eelde. Gedurende de aangekondigde pauze wenst dhr. Van der Ploeg overleg met de andere fracties om te bepalen of het zinvol is om het agendapunt te laten staan, gelet op het besluit van de Raad van State. pauze 18

19 17. Brief van GS van 24 oktober 2003, nr /43/A.10, VV, betreffende Procedures Zuiderzeelijn en Masterplan Zuiderzeelijn Dhr. Moll (GroenLinks) acht het enigszins merkwaardig hoe het gesteld is met de situatie ten aanzien van de Zuiderzeelijn, want anderhalf jaar geleden is er een statenbesluit genomen. De bedoeling van het statenbesluit was om als provincies een overeenkomst te sluiten met het Rijk. Op dit moment is er nog steeds geen sprake van een handtekening van het Rijk onder deze overeenkomst. Wellicht dat deze handtekening in de maand december alsnog zal worden gezet. Dhr. Moll erkent dat hij al vele brieven heeft ontvangen waarin werd aangekondigd dat ondertekening zou plaatsvinden. De Minister heeft zeer onlangs uitgebreid met de SNN-provincies overleg gevoerd. Drie van de vier provincies hebben te maken met de Zuiderzeelijn. Dhr. Moll vermoedt dat de Minister haar kaarten in de hand heeft gehouden en niet is ingegaan op voorzichtige vragen vanuit de SNN-Colleges of haar al bekend was wat op 19 december 2003 zou worden besloten. De discussie kan eigenlijk worden beperkt, omdat eerst moet worden gewacht op de handtekening van het Rijk onder de conceptovereenkomst. Aan de andere kant maakt dhr. Moll graag van de gelegenheid gebruik om toch over de stukken die de stuurgroep heeft geproduceerd te discussiëren. Als er op een bepaald moment in Den Haag een besluit wordt genomen, dan zal op basis van de stukken van de stuurgroep een aantal nieuwe stappen worden gezet door de provincie, derhalve is het zinnig om daarover verder debat te voeren. Het gaat voornamelijk om de voorstellen rond de inpassing van de raadpleging in de procedure. Er is al eerder over het idee van raadpleging gesproken en er was volgens dhr. Moll al een datum vastgesteld voor het begin van de campagne. Op dit moment voert de commissie een procedureel juiste discussie over de wijze waarop de raadpleging kan passen in de procedure die conform de conceptovereenkomst loopt. GroenLinks acht een tweetal aspecten van belang. Aan de ene kant is van belang hoe de raadpleging wordt vormgegeven en wat de status van de volksraadpleging is. Nu de hele procedure weer op tafel komt heeft de fractie van GroenLinks de behoefte om een andere vraag op te werpen. Wellicht zal GroenLinks deze vraag in de Staten moeten herhalen, omdat het antwoord op deze vraag wellicht tamelijk ingewikkeld is. In het verleden heeft de fractie van GroenLinks benadrukt het belangrijk te vinden dat ergens in de procedure een besluit kan worden genomen door de Staten dat in principe referendabel is. De fractie van GroenLinks is in een aantal gevallen bewust voorstander van het instrument referendum. Aan de andere kant betekent het referendabel zijn van het besluit, dat en dat is tevens de visie van GroenLinks op het referendum de bevolking in de gelegenheid wordt gesteld expliciet haar mening te geven over het besluit dat een bestuursorgaan heeft genomen. In de ogen van de GroenLinks-fractie is dit een goed evenwicht tussen aan de ene kant de verantwoordelijkheid die volksvertegenwoordigers individueel, maar ook als collectief dragen en dat aan de andere kant de bevolking de kans krijgt om op besluiten in te gaan en via het referendum het bestuursorgaan te adviseren om het besluit al dan niet uit te voeren. De tijdelijke referendumwet biedt hier allerlei procedures voor. Het is zeer verleidelijk om als GroenLinks voortdurend te roepen dat er een referendum moet worden georganiseerd, maar in de visie van GroenLinks is het de koninklijke weg om ervoor te zorgen dat besluiten worden genomen die in principe referendabel zijn, waarmee de bevolking langs haar weg zonder formele politieke interventie de wil tot uitdrukking kan brengen om, als er voldoende handtekeningen zijn ingebracht, het referendum te doen plaatsvinden. Anderhalf jaar geleden is deze kwestie ook aan de orde geweest. Destijds hebben de Staten enigszins ontwijkende antwoorden gekregen van de Commissaris. GroenLinks vindt het enerzijds belangrijk dat er referenda kunnen worden gehouden rond de besluitvorming van de Zuiderzeelijn, anderzijds is de fractie ook van mening dat dit in het huidige bestel ook aan de bevolking is om dit aan te vragen en dat de Staten niet per decreet moeten voorstellen om een referendum te organiseren. Vervolgens stelt dhr. Moll het specifieke punt van de raadpleging in de provincie Groningen aan de orde. De stukken over de raadpleging lezende rijst er een aantal vragen. De eerste vraag betreft wie degene is die de raadpleging organiseert. Dhr. Moll bekruipt het gevoel dat de stuurgroep de raadpleging aan het organiseren is. De 19

20 stuurgroep is echter geen orgaan dat democratische verantwoordelijkheden heeft. De suggestie en de invloed die de stuurgroep daarop heeft acht de fractie van GroenLinks enigszins oneigenlijk. De taak van de stuurgroep levert ideeën aan het College die deze ideeën gaarne in ontvangst neemt. Het College organiseert vervolgens de raadpleging. Aan de andere kant geeft ook deze constructie van de raadpleging enigerlei problemen voor de fractie van GroenLinks, want dit betekent ook dat de verantwoordelijkheid voor de communicatie van de raadpleging en de aard van de raadpleging door het College van GS wordt vastgesteld. Juist als de stuurgroep in de stukken ventileert dat er veel onduidelijkheden bestaan, lijkt het dhr. Moll raadzaam ervoor te zorgen dat partijen een rol krijgen die niet nadrukkelijk partij zijn geweest zijn ten aanzien van de kwestie. Nu lijkt dit wel het geval te zijn, zoals een aantal zinnen in het voorstel al aangeeft. Veel partijen hebben geopperd dat het om veel meer zou moeten gaan dan de keuze zweeftrein of niet. In de vormgeving van de raadpleging blijken alleen de vragen die bij de politici leven enigszins worden ingekleurd. Het bredere maatschappelijke debat over de vraag of in dit project geld moet worden gestoken en de vraag welke variant dan aan de orde is komt in de stukken niet nadrukkelijk naar voren. GroenLinks pleit voor een drietal zaken. 1) De raadpleging dient aan te sluiten bij datgene wat er onder de bevolking leeft. Derhalve dient in kaart te worden gebracht wat er onder de bevolking leeft. 2) Er dient geen a priori stroomlijning te worden gegeven van de aspecten die wel en de aspecten die niet aan de orde zijn. De kaders van bestuurders sluiten doorgaans niet volledig aan bij de kaders van de burgers. Het zou daarom onjuist zijn om een bepaald kader aan de bevolking voor te leggen. Dit zou de bevolking nog verder van de politiek doen verwijderen. 3) Er dient een soort waarborg te zijn voor een enigszins onafhankelijke vormgeving van de raadpleging. Het draagt veel risico s in zich om de raadpleging te laten organiseren door een extern bureau. Aan de andere kant is een organisatie primair van het College van GS of de stuurgroep Zuiderzeelijn naar inzicht van GroenLinks ook niet gewenst. Tussenvormen zijn denkbaar. De Staten moeten het onderling eens worden en een standpunt formuleren. Een tussenvorm zou een klankbordgroep kunnen zijn waarin alle partijen in de Staten zijn vertegenwoordigd. Deze zou de campagne kunnen sturen. Wellicht is het mogelijk om nog revolutionairder te zijn en voor te stellen om een maatschappelijke klankbordgroep in het leven te roepen. Mw. Bulk (SP) constateert dat GroenLinks het huidige voorstel tot de raadpleging afwijst en pleit voor een tussenvoorstel met een klankbordgroep. Dhr. Moll gewaagde van het feit dat het referendum referendabel zou moeten zijn. Mw. Bulk vraagt dhr. Moll of beide zaken elkaar niet weerspreken. Dhr. Moll (GroenLinks) antwoordt dat het referendum in de ogen van GroenLinks het recht is van de burger. De bestuurders dienen de besluitvorming zodanig in te richten dat er momenten zijn dat de burger via een referendum daar ook stemtechnisch invloed op kan uitoefenen en uitvoering van besluiten kan tegenhouden. De raadpleging is een traject dat eerder speelt. Het kan overigens wel een goede opwarming zijn voor een referendum. De raadpleging is voor de fractie van GroenLinks een instrument dat een functie kan hebben om aan de Staten voordat ze een besluit moeten nemen inzichtelijk te maken welke opvattingen er onder de bevolking leven, mits deze niet worden gefilterd. De raadpleging dient voor-input te leveren om als Staten besluitvorming te kunnen nemen. Dit laat naar inzicht van de GroenLinks-fractie onverlet dat na raadpleging en besluitvorming er een referendum mogelijk moet zijn, want de raadpleging is geen vervanging van het referendum, maar hooguit een soort toevoeging om de besluitvorming beter te doen plaatsvinden. Dhr. Roggema (ChristenUnie) constateert dat het dossier snel in omvang toeneemt. De handtekening van het Rijk is nog steeds niet onder de conceptovereenkomst gezet. Op 19 december 2003 is het mogelijk eindelijk zover. De fractie van de ChristenUnie informeert bij de gedeputeerde hoe de opvattingen zijn van de deelnemende provincies. Met name Friesland laat immers nogal eens afwijkende geluiden horen. Voorts vraagt dhr. Roggema of deze opvattingen ook invloed hebben op de raadplegende lijn die wordt uitgezet. De ChristenUnie is een voorstander van de raadpleging. De ChristenUnie wenst 20

Vergadering van De commissie Onderzoek van de Rekening. 15 april 2009 COR2008-11. Status verslag Concept. de heer Romijn

Vergadering van De commissie Onderzoek van de Rekening. 15 april 2009 COR2008-11. Status verslag Concept. de heer Romijn Verslag Vergadering van De commissie Onderzoek van de Rekening Vergaderdatum Kenmerk 15 april 2009 COR2008-11 Status verslag Concept Verslaglegging door Telefoonnummer W.L. Walkate (Notuleerservice Nederland)

Nadere informatie

2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu hebben verschillende fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de

Nadere informatie

3. Gelegenheid tot spreken voor niet-statenleden (m.b.t. de geagendeerde onderwerpen) Er hebben zich geen insprekers gemeld.

3. Gelegenheid tot spreken voor niet-statenleden (m.b.t. de geagendeerde onderwerpen) Er hebben zich geen insprekers gemeld. Verslag van de vergadering van de statencommissie Economie & Mobiliteit (commissie II), gehouden op woensdag 25 februari 2004 van 09.00 uur tot 13.00 uur in de Blauwe Zaal (kamer C 319) van het Provinciehuis

Nadere informatie

De voorzitter constateert dat de commissieleden positief staan tegenover een presentatie.

De voorzitter constateert dat de commissieleden positief staan tegenover een presentatie. Verslag van de vergadering van de statencommissie II Economie & Mobiliteit op woensdag 29 oktober 2003 van 9.00 uur tot 12.00 uur in de Blauwe Zaal (kamer C319) van het Provinciehuis in Groningen. Aanwezige

Nadere informatie

Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Verkeer en Milieu van 9 januari 2013

Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Verkeer en Milieu van 9 januari 2013 Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Verkeer en Milieu van 9 januari 2013 Agendapunt Voorstel Besluit / toezegging Actie 1 a) Opening en mededelingen De voorzitter, de heer De Vree,

Nadere informatie

Notulen van de openbare commissievergadering ABM

Notulen van de openbare commissievergadering ABM NotulenvandeopenbarecommissievergaderingABM Datum: Aanvangstijd: Eindtijd: Locatie: donderdag21juni2018 20.00uur 20.40uur RaadzaalgemeentehuisvanHuizen Aanwezig Voorzitterencommissiegriffier J.W.Meijerman(voorzitter)

Nadere informatie

gemeente Eindhoven Betreft openbare vergadering van 15 januari 2013, locatie commissiekamer, aanvang 18.45 uur, einde 19.15 uur.

gemeente Eindhoven Betreft openbare vergadering van 15 januari 2013, locatie commissiekamer, aanvang 18.45 uur, einde 19.15 uur. gemeente Eindhoven Griffie gemeenteraad Commissiesecretariaat Behandeld door J.Verheugt Telefoon (040) 238 2103 Verzenddatum 27 februari 2013 Verslag commissie Maatschappij en Cultuur (cie MC) Betreft

Nadere informatie

De toegevoegde brief wordt behandeld als agendapunt 10. De agenda is daarmee vastgesteld.

De toegevoegde brief wordt behandeld als agendapunt 10. De agenda is daarmee vastgesteld. Verslag van de vergadering van de statencommissie Economie en Mobiliteit, gehouden op woensdag 19 oktober 2005, van 09.30 uur tot 11.50 uur in de (tijdelijke) statenzaal van het Provinciehuis te Groningen.

Nadere informatie

Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie van 12 mei 2010

Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie van 12 mei 2010 Besluitenlijst van de vergadering van de Statencommissie Mobiliteit, Kennis en Economie van 12 mei 2010 Agendapunt Voorstel Besluit / toezegging Actie 1 19:00 uur Opening De voorzitter heet iedereen welkom

Nadere informatie

Bijlage 1 Overzicht besluitvorming Zuiderzeelijn

Bijlage 1 Overzicht besluitvorming Zuiderzeelijn Bijlage 1 Overzicht besluitvorming Zuiderzeelijn 1998 Kabinet - Verslag Algemeen Overleg 16-4-1998, kamerstuk 25017, nr. 9 Naar aanleiding van aanbeveling van Commissie Langman om de mogelijkheden van

Nadere informatie

Afwezig: mw. I.S. Bulk (SP), dhr. H. Staghouwer (ChristenUnie), dhr. M.J. Jager (CDA), dhr. J.L.H. Köller (PvdA) en mw. D.J. Hoekzema-Buist (PvhN).

Afwezig: mw. I.S. Bulk (SP), dhr. H. Staghouwer (ChristenUnie), dhr. M.J. Jager (CDA), dhr. J.L.H. Köller (PvdA) en mw. D.J. Hoekzema-Buist (PvhN). Verslag van de vergadering van de statencommissie Economie en Mobiliteit, gehouden op woensdag 15 juni 2005, van 09.00 uur tot 12.26 uur in de statenzaal van het Provinciehuis te Groningen. Aanwezige leden:

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

Leden van de Provinciale Staten Provincie Flevoland Postbus AB LELYSTAD. Geachte leden van de Provinciale Staten Provincie Flevoland,

Leden van de Provinciale Staten Provincie Flevoland Postbus AB LELYSTAD. Geachte leden van de Provinciale Staten Provincie Flevoland, gemeente Leden van de Provinciale Staten Provincie Flevoland Postbus 55 8200 AB LELYSTAD Uw brief van Onderwerp resultaten Stuurgroep Standpuntbepaling Provinciale Herindeling Uw kenmerk Bijlagen 1 Ons

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten. Nr.: 2003-20.133/47/A.20, EZ Groningen, 20 november 2003

Aan de leden van Provinciale Staten. Nr.: 2003-20.133/47/A.20, EZ Groningen, 20 november 2003 Aan de leden van Provinciale Staten Nr.: 2003-20.133/47/A.20, EZ Groningen, 20 november 2003 Behandeld door : Schouwstra, P. Telefoonnummer : (050) 3164080 Antwoord op : Bijlage : Onderwerp : digitale

Nadere informatie

BESLUITENLIJST. Voorronde Open Huis. Datum: 10 september 2015 Onderwerp: Discussienota herziening subsidiebeleid

BESLUITENLIJST. Voorronde Open Huis. Datum: 10 september 2015 Onderwerp: Discussienota herziening subsidiebeleid BESLUITENLIJST Voorronde Open Huis Datum: 10 september 2015 Onderwerp: Discussienota herziening subsidiebeleid Aanwezig: Voorzitter: dhr. J. Buzepol Locogriffier: mw. A. van Wees (locogriffier) Leden:

Nadere informatie

Nr Vergadering: 24 mei 2016 Onderwerp: Besluitenlijst raadsvergadering 21 juni 2016

Nr Vergadering: 24 mei 2016 Onderwerp: Besluitenlijst raadsvergadering 21 juni 2016 1 Nr. 5.16 Vergadering: 24 mei 2016 Onderwerp: Besluitenlijst raadsvergadering 21 juni 2016 Aanwezig: De heer J.B. Wassink, voorzitter raad Mevrouw J. Hofman, griffier Mevrouw C. Oosterbaan, PvdA De heer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 681 Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke

Nadere informatie

Besluiten Provinciale Staten 24 juni 2015 Algemene Beschouwingen bij de Voorjaarsnota 2015

Besluiten Provinciale Staten 24 juni 2015 Algemene Beschouwingen bij de Voorjaarsnota 2015 p e r s b e r i c h t e-mail: website: statengriffie@provinciegroningen.nl www.provinciegroningen.nl PS-besluitenlijst, nr. 123, 25 juni 2015 Besluiten Provinciale Staten 24 juni 2015 Algemene Beschouwingen

Nadere informatie

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 25 september 2012 in de raadzaal

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 25 september 2012 in de raadzaal Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 25 september 2012 in de raadzaal Voorzitter: M.A.P. Michels Griffier: J. van der Meer Aanwezig: PvdA: J.W. Nanninga, W.

Nadere informatie

STATENCOMMISSIE OMGEVINGSBELEID

STATENCOMMISSIE OMGEVINGSBELEID Aan: de leden van de Statencommissie Omgevingsbeleid (i.a.a. de overige statenleden) Assen, 2 november 2015 Behandeld door mevrouw R. Veenstra (0592) 36 51 89 Onderwerp: Vergadering woensdag 25 november

Nadere informatie

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : directie Werk Dossiernummer :

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : directie Werk Dossiernummer : RAPPORT Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : directie Werk Dossiernummer : 14.1.015 Klacht 1. Verzoeker stelt dat zijn klantmanager hem tijdens het evaluatiegesprek op

Nadere informatie

Uitnodiging. 1) Opening. 2) Mededelingen Mw. Gooijer heeft gemeld afwezig te zijn en haar reactie vooraf door te geven.

Uitnodiging. 1) Opening. 2) Mededelingen Mw. Gooijer heeft gemeld afwezig te zijn en haar reactie vooraf door te geven. Griffie Torenhove kamer 7.19 Martinus Nijhofflaan 2 Delft Behandeld door Anja van den Berg Telefoon 015 260 2416 Fax - afmvdberg@delft.nl Aan Werkgroep enquêteverzoek Telefoon 14015 Fax 015 260 24 29 Internet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 417 Kabinetsformatie 2010 Nr. 2 BRIEF VAN DE INFORMATEUR Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Hierbij zend ik u, daartoe

Nadere informatie

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage 11 november 2003 Nr. 2003-19.448, EZ Nummer 38/2003 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake aandelenoverdracht en baanverlenging van Groningen Airport Eelde N.V.

Nadere informatie

Statenvoorstel PS 04/06 A

Statenvoorstel PS 04/06 A Statenvoorstel PS 04/06 A Voorgestelde behandeling: PS-vergadering : 20 januari 2006 Statencommissie : Commissie Economie, Mobiliteit en Grote Stedenbeleid, 16 december 2005 Onderwerp Evaluatieonderzoek

Nadere informatie

PS-besluitenlijst d.d. 25 en 26 juni 2008

PS-besluitenlijst d.d. 25 en 26 juni 2008 PS-besluitenlijst d.d. 25 en 26 juni 2008 Aan deze openbare besluitenlijst kunnen geen rechten worden ontleend. Alleen de tekst van het door provinciale staten vastgestelde verslag bevat de formele besluitvorming

Nadere informatie

Verslag van het overleg van 11 mei Opening

Verslag van het overleg van 11 mei Opening Verslag van het overleg van 11 mei 2015 Aanwezigen: Dhr. B.J. van Bochove (voorzitter), Dhr. J. Lodders, vergezeld door Dhr. P. Spapens (Provincie Flevoland), Dhr. J. Fackeldey (Gemeente Lelystad), Dhr.

Nadere informatie

COALITIE-AKKOORD oktober 2012

COALITIE-AKKOORD oktober 2012 Lelystad, 31 oktober 2012 Aan de leden van Provinciale Staten van Flevoland, In uw vergadering van 17 oktober 2012 heeft u aan de fractievoorzitters van VVD, PvdA, CDA en ChristenUnie gevraagd een nieuwe

Nadere informatie

Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) 14 februari Status verslag Concept

Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) 14 februari Status verslag Concept Vergadering van Commissie Onderzoek van de Rekening (COR) Vergaderdatum 14 februari 2018 Kenmerk Status verslag Concept Verslaglegging door Telefoonnummer De heer L. Guilonard (extern) 070 4417507 Verslag

Nadere informatie

Aanpassingen vergaderstructuur. Voorstel. Inleiding. Toelichting vergaderstructuur

Aanpassingen vergaderstructuur. Voorstel. Inleiding. Toelichting vergaderstructuur Aanpassingen vergaderstructuur Voorstel 1. kennis nemen van de concept jaaragenda 2. vaststellen thematische indeling commissies 3. toevoegen beeldvormend deel, voorafgaand aan de reguliere commissievergadering

Nadere informatie

Stijn Smeulders / september 2017

Stijn Smeulders / september 2017 Agendapunt commissie: 5.4 steller telefoonnummer email Stijn Smeulders 06-14164246 stijn.smeulders@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 280559/287224 21 september 2017 portefeuillehouder

Nadere informatie

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 19 mei 2015 in de raadzaal

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 19 mei 2015 in de raadzaal Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 19 mei 2015 in de raadzaal Voorzitter: M.A.P. Michels Griffier: J. van der Meer Aanwezig: Gemeentebelangen: G. Kersaan,

Nadere informatie

1. Opening en mededelingen

1. Opening en mededelingen Verslag vergadering van de statencommissie II Economie & Mobiliteit op woensdag 17 september 2003 van 9.00 uur tot 13.40 uur in de Blauwe Zaal (kamer C319) van het Provinciehuis in Groningen. Commissieleden:

Nadere informatie

Stukken ter bespreking, opinievorming, etc., vooralsnog niet gericht op advisering aan PS

Stukken ter bespreking, opinievorming, etc., vooralsnog niet gericht op advisering aan PS Provinciale Staten Agenda SI Commissie : Sociale Infrastructuur Datum commissievergadering : 27 april 2005 Aanvangstijd en locatie : 9.30 uur 13.00 uur, 2 e koffiekamer, Dreef 3 Haarlem Commissievoorzitter

Nadere informatie

Vertrouwelijke informatie

Vertrouwelijke informatie Vertrouwelijke informatie Aanleiding Over het onderwerp vertrouwelijke informatie en het in beslotenheid vergaderen is op 9 maart jl. gesproken in de commissie Bestuur en Financiën en vervolgens op 16

Nadere informatie

p e r s b e r i c h t

p e r s b e r i c h t p e r s b e r i c h t e-mail: website: statengriffie@provinciegroningen.nl www.provinciegroningen.nl PS-besluitenlijst, nr. 134 Groningen, 2 juni 2016 Besluitenlijst Provinciale Staten 1 juni 2016 Woensdag

Nadere informatie

PS-besluitenlijst nr. Groningen, 5 juli Besluiten Provinciale Staten 4 juli 2012

PS-besluitenlijst nr. Groningen, 5 juli Besluiten Provinciale Staten 4 juli 2012 Besluiten Provinciale Staten 4 juli 2012 Provinciale Staten hebben gesproken over de uitwerking van de sportnotitie, de financiële situatie van Noordbaak, de dienstregeling en tarieven 2013 van het busvervoer

Nadere informatie

Besluitenlijst procedurevergadering Statencommissie Verkeer en Milieu van 26 oktober 2016

Besluitenlijst procedurevergadering Statencommissie Verkeer en Milieu van 26 oktober 2016 Besluitenlijst procedurevergadering Statencommissie Verkeer en Milieu van 26 oktober 2016 Agendapunt Besluit / toezegging Actie 1 a) Opening en mededelingen De voorzitter, mevrouw Oosterop-van Leussen,

Nadere informatie

Agenda Commissie Economie

Agenda Commissie Economie Datum 18-05-2018 Tijd 13:30-17:00 Agenda Commissie Economie Locatie Voorzitter Louise de Colignyzaal Dhr. Peter van Dijk Omschrijving Agenda commissie Economie 18 mei 2018 (18011805) 1 Opening en mededelingen

Nadere informatie

3. Gelegenheid tot s preken voor niet-statenleden (m.b.t. de geagendeerde onderwerpen)

3. Gelegenheid tot s preken voor niet-statenleden (m.b.t. de geagendeerde onderwerpen) Verslag van de vergadering van de Statencommissie Economie en Mobiliteit (commissie II), gehouden op woensdag 22 september 2004 van 09.00 uur tot 13.40 uur in de Statenzaal van het Provinciehuis te Groningen.

Nadere informatie

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft op 2 juni 2016 een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over zijn brief

Nadere informatie

Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE Inleiding

Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE Inleiding 1 Wijze van afhandelen van bezwaarschriften door Gedeputeerde Staten CBE03.068 1. Inleiding Op grond van de Algemene wet bestuursrecht is het mogelijk om tegen besluiten van Gedeputeerde Staten bezwaar

Nadere informatie

Aandeelhouderscommissie Eneco

Aandeelhouderscommissie Eneco Ter attentie van de aandeelhoudersvertegenwoordigers van Eneco Groep N.V. in de Colleges van Burgemeester en Wethouders Rotterdam, 25 april 2017 Aankondiging van het consultatieproces over het aandeelhouderschap

Nadere informatie

Notitie raadsvragen in soorten en maten

Notitie raadsvragen in soorten en maten Notitie raadsvragen in soorten en maten Aanleiding Het komt regelmatig voor dat raadsleden een vraag willen stellen aan het college. Over een voorstel dat het college aan de raad doet. Over een artikel

Nadere informatie

Advies: Bijgaande Raadsinformatiebrief betreffende een aantal items op de Lange Termijn Agenda (LTA)vaststellen en verzenden aan de raad

Advies: Bijgaande Raadsinformatiebrief betreffende een aantal items op de Lange Termijn Agenda (LTA)vaststellen en verzenden aan de raad VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & RAADSINFORMATIEBRIEF Van: G. Kraaijkamp Tel nr: 0620094919 Nummer: 17A.00840 Datum: 14 augustus 2017 Team: Beleid Sociaal Domein Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift

Nadere informatie

Besluiten- en actielijst openbare vergadering raadscommissie Algemene Zaken op 15 december 2008

Besluiten- en actielijst openbare vergadering raadscommissie Algemene Zaken op 15 december 2008 Aanwezig Commissieleden: de dames Boom, Van Boxtel, Vos, Zondervan en de heren Klinkhamer, T. Flens, Buijs Van der Heijden. Voorzitter: dhr. Ronner College: dhr. Möhlmann, dhr. Taams, dhr. Monen, dhr.

Nadere informatie

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer :

RAPPORT. Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer : RAPPORT Bestuursorgaan : het College van burgemeester en wethouders Onderdeel : OCSW Dossiernummer : 14.1.001 Klacht Verzoekers stellen dat zij als direct-belanghebbenden door de gemeente niet zijn betrokken

Nadere informatie

1. Onderwerp Geactualiseerde projectbladen Uitvoeringprogramma Regionaal Verkeer en VervoerPlan (UP RVVP) met bijlagen 2.

1. Onderwerp Geactualiseerde projectbladen Uitvoeringprogramma Regionaal Verkeer en VervoerPlan (UP RVVP) met bijlagen 2. Oplegvel 1. Onderwerp Geactualiseerde projectbladen Uitvoeringprogramma Regionaal Verkeer en VervoerPlan (UP RVVP) met bijlagen 2. Rol van het Platformtaak volgens Dagelijks Bestuur samenwerkingsorgaan

Nadere informatie

STATENCOMMISSIES SPREEKRECHT VOOR BURGERS. Uw stem in vergaderingen van Statencommissies

STATENCOMMISSIES SPREEKRECHT VOOR BURGERS. Uw stem in vergaderingen van Statencommissies STATENCOMMISSIES SPREEKRECHT VOOR BURGERS Uw stem in vergaderingen van Statencommissies Uw stem in vergaderingen van Statencommissies Provinciale Staten vertegenwoordigen als volksvertegenwoordigers het

Nadere informatie

Doel van de activiteit Bespreken van het raadsvoorstel en bepalen of het raadsvoorstel besluitrijp is t.b.v. de raadsvergadering van 16 januari 2014

Doel van de activiteit Bespreken van het raadsvoorstel en bepalen of het raadsvoorstel besluitrijp is t.b.v. de raadsvergadering van 16 januari 2014 POLITIEKE MARKT APELDOORN Voorzitter: G.L.Y. Bos Secretaris: A. Oudbier Notulist: J. Versteeg Onderwerp Voorstel Subsidieaanvraag i.h.k.v. de Beleidslijn gemeenten Datum 9 januari 2014 Tijdstip 19.00 20.00

Nadere informatie

mevrouw J.M. Kiep-de Jongh notulistenbureau Leeuwenburgh Vendrig

mevrouw J.M. Kiep-de Jongh notulistenbureau Leeuwenburgh Vendrig VERSLAG VOORBESPREKING Vaststelling beleidsdoelen concept Cultuurnota en daarnaast Implementatie subsidieregeling combinatiefuncties 17 november 2009 Samenvattend verslag van de openbare voorbespreking

Nadere informatie

In de notitie staat de rol van PS en de bijbehorende planning alsvolgt verwoord:

In de notitie staat de rol van PS en de bijbehorende planning alsvolgt verwoord: Utrecht, 4 november 2008 Pythagoraslaan 101 Tel. 030-2589111 Afdeling nummer : MOB : 2008INT231003 Onderwerp: Schriftelijke beantwoording ex art. 47 van het Reglement van Orde aan het College van Gedeputeerde

Nadere informatie

Geachte leden van de statengriffie,

Geachte leden van de statengriffie, Onze welgemeende excuses voor de verwarring maar helaas is in de laatste versie van de brief aan de Provinciale Staten zoals eerder vandaag gestuurd een naam van een collega Raadslid overschreven. Voor

Nadere informatie

BESLUITENLIJST VERGADERING VHL-BERAAD

BESLUITENLIJST VERGADERING VHL-BERAAD BESLUITENLIJST VERGADERING VHL-BERAAD Datum vergadering: woensdag 17 januari 2018 Locatie vergadering: Tijdstip: Voorzitter: Secretaris: Raadzaal, Stadhuis Vianen 19.30 uur A.F. Bonthuis, wnd. burgemeester

Nadere informatie

Besluitenlijst van de vergadering van de raad van de gemeente Eemsmond gehouden op donderdag 23 april 2015 in het gemeentehuis te Uithuizen.

Besluitenlijst van de vergadering van de raad van de gemeente Eemsmond gehouden op donderdag 23 april 2015 in het gemeentehuis te Uithuizen. Besluitenlijst van de vergadering van de raad van de gemeente Eemsmond gehouden op donderdag 23 april in het gemeentehuis te Uithuizen. Aanwezig: Voorzitter Griffier mevrouw M. van Beek mevrouw H. Hoekstra

Nadere informatie

2017D05509 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2017D05509 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2017D05509 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Economische Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen aan de Minister van Economische Zaken voorgelegd over de brief d.d.

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 4. Doetinchem, 14 februari 2018 ALDUS VASTGESTELD 22 FEBRUARI 2018

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 4. Doetinchem, 14 februari 2018 ALDUS VASTGESTELD 22 FEBRUARI 2018 Aan de raad AGENDAPUNT NR. 4 ALDUS VASTGESTELD 22 FEBRUARI 2018 Vaststellen gedachtenlijn naar de toekomst bedrijventerreinen West Achterhoek Te besluiten om: 1. De gedachtenlijn naar de toekomst voor

Nadere informatie

Verzoek aan provincie om bijdrage aanlegkosten Dorpensingel

Verzoek aan provincie om bijdrage aanlegkosten Dorpensingel Collegevoorstel Openbaar Onderwerp Verzoek aan provincie om bijdrage aanlegkosten Dorpensingel Programma Mobiliteit BW-nummer Portefeuillehouder H. Tiemens Samenvatting Bij de behandeling van de Zomernota

Nadere informatie

Besluiten- en actielijst hervatting openbare vergadering raadscommissie Algemene Zaken op 15 september 2008

Besluiten- en actielijst hervatting openbare vergadering raadscommissie Algemene Zaken op 15 september 2008 Aanwezig Commissieleden: Mw. Schaafsma, dhr. Van der Heijden, mw. Boom, mw. Vos, dhr. Klinkhamer, mw. Van de Pol, dhr. T. Flens, dhr. Ras Voorzitter: dhr. Ronner College: dhr. Möhlmann, dhr. Taams, dhr.

Nadere informatie

Verslag van de vergadering van de Wmo adviesraad Medemblik d.d. 28 april 2014

Verslag van de vergadering van de Wmo adviesraad Medemblik d.d. 28 april 2014 Verslag van de vergadering van de Wmo adviesraad Medemblik d.d. 28 april 2014 Aanwezig: Dhr. S.H. Koenen Dhr. H. Vrieze Mw. N. Swart-Kolenberg Mw. I. Koen-Paap Mw. E. Singer Mw. F. Fikry Mw. H. Sijm-Wissink

Nadere informatie

Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11).

Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11). Persoonsgebondenbudget Aan de orde is het VAO Persoonsgebondenbudget (AO d.d. 21/11). Mevrouw Bergkamp (D66): Voorzitter. Eigen regie en keuzevrijheid voor de zorg en ondersteuning die je nodig hebt, zijn

Nadere informatie

Afwezig: dhr. A. Engelsman (VVD), dhr. W. van der Ploeg (GL), mw. M.J. Edzes-Posthumus (D66).

Afwezig: dhr. A. Engelsman (VVD), dhr. W. van der Ploeg (GL), mw. M.J. Edzes-Posthumus (D66). Verslag van de statencommissie Ondernemend en Bereikbaar Groningen, d.d. 09-04-'2003 van 09.00 uur tot 11.15 uur in de Blauwe Zaal (C319) van het Provinciehuis Groningen Leden van de commissie: dhr. J.L.H.

Nadere informatie

VERGADERING. van het VIJFHEERENLANDEN-BERAAD. Datum: woensdag 1 februari Raadzaal, Stadhuis, Vianen

VERGADERING. van het VIJFHEERENLANDEN-BERAAD. Datum: woensdag 1 februari Raadzaal, Stadhuis, Vianen VERGADERING van het VIJFHEERENLANDEN-BERAAD Datum: woensdag 1 februari 2017 Tijdstip: Locatie: 19.30 uur Raadzaal, Stadhuis, Vianen Voorzitter: A.F. (André) Bonthuis, waarnemend burgemeester gemeente Zederik

Nadere informatie

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 11 mei 2010 om uur in de raadzaal

Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 11 mei 2010 om uur in de raadzaal Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Winsum op 11 mei 2010 om 19.30 uur in de raadzaal Voorzitter: M.A.P. Michels griffier: J. van der Meer Aanwezig: PvdA: J.W. Nanninga,

Nadere informatie

Resumé van de openbare commissievergadering Sociaal Domein

Resumé van de openbare commissievergadering Sociaal Domein Resumé van de openbare commissievergadering Sociaal Domein Datum: dinsdag 19 juni 2018 Aanvangstijd: 20:00 uur Eindtijd: 21.48 uur Locatie: Raadszaal gemeentehuis van Huizen Aanwezig: Voorzitter en commissiegriffier

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 193184 Datum : 17 november 2015 Programma : Woon en leefomgeving Blad : 1 van 5 Cluster : Ruimte Portefeuillehouder: dhr. H.C.V.

Nadere informatie

29 juni 2005 -aanvang 9.30 uur

29 juni 2005 -aanvang 9.30 uur 29 juni 2005 -aanvang 9.30 uur Agenda voor de vergadering van Provinciale Staten van Groningen op 29 juni 2005 Nummer Volgnummer Onderwerp: agenda voordracht 1 Notulen van de vergaderingen van 25 mei 2005

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland

Provinciale Staten van Noord-Holland Provinciale Staten van Noord-Holland ` Voordracht Haarlem, Onderwerp: Kaderstelling Europabeleid door Provinciale Staten Inleiding Op 11 juni 2007 jl. is door de commissie FEPO de werkgroep Europa ingesteld.

Nadere informatie

AL IN JANUARI 2007 BEREIKTEN WE MET HET MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN (EZ) VOLLEDIGE INSTEMMING OVER DE INHOUD VAN HET NIEUWE PROGRAMMA VOOR

AL IN JANUARI 2007 BEREIKTEN WE MET HET MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN (EZ) VOLLEDIGE INSTEMMING OVER DE INHOUD VAN HET NIEUWE PROGRAMMA VOOR 20 AL IN JANUARI 2007 BEREIKTEN WE MET HET MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN (EZ) VOLLEDIGE INSTEMMING OVER DE INHOUD VAN HET NIEUWE PROGRAMMA VOOR ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING KOERS NOORD: OP WEG NAAR

Nadere informatie

BESLUITENLIJST. Voorronde Open Huis Datum: 23 januari 2014 Onderwerp: Wmo beleidsplan 2012-2015; tussentijdse evaluatie

BESLUITENLIJST. Voorronde Open Huis Datum: 23 januari 2014 Onderwerp: Wmo beleidsplan 2012-2015; tussentijdse evaluatie BESLUITENLIJST Voorronde Open Huis Datum: 23 januari 2014 Onderwerp: Wmo beleidsplan 2012-2015; tussentijdse evaluatie Voorzitter: dhr. J.A. van Eck Griffie: mw. A.J. van Wees (locogriffier) Leden: Mw.

Nadere informatie

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep):

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): 1. haar in 2007 per e-mailbericht onjuiste informatie heeft verstrekt over haar rechten met betrekking tot de OV-Studentenkaart;

Nadere informatie

Openbaar lichaam PlusTeam. Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur

Openbaar lichaam PlusTeam. Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur Openbaar lichaam Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur Het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam ; Gelet op artikel 6 derde lid van de Gemeenschappelijke regeling openbaar lichaam ; Gelet op

Nadere informatie

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld 33750-VI Nr. Evaluatie Wet controle op rechtspersonen Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft een aantal vragen ter beantwoording voorgelegd

Nadere informatie

Commissie voor Ecologie en Handhaving

Commissie voor Ecologie en Handhaving Griffie Commissie voor Ecologie en Handhaving Datum commissievergadering : 1 februari 2013 Document nummer : 3340603 Behandelend ambtenaar : J.W.H.M. Dankers Directie/bureau : Staten Griffie : EH-0226

Nadere informatie

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard gemeente Valkenswaard Team Ruimtelijke ontwikkeling en economie 25-09-2013 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Definitie 3 3. Vergelijking veegplannen en postzegelbestemmingsplannen

Nadere informatie

29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005

29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005 vra2005vws-10 29 800 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld... 2005

Nadere informatie

DELTA NV verkeert in zwaar weer. Voornaamste oorzaak is de lage elektriciteitsprijs en het tollingcontract

DELTA NV verkeert in zwaar weer. Voornaamste oorzaak is de lage elektriciteitsprijs en het tollingcontract Onderwerp: Initiatiefvoorstel Zeeland solidariseert Initiatiefvoorstel met betrekking tot de problematiek van DELTA NV in relatie met de kerncentrale van het lid Temmink (GroenLinks ) Samenvatting DELTA

Nadere informatie

Besluitenlijst Commissie Regionale aangelegenheden, Economie en Financiën 13-03-2008

Besluitenlijst Commissie Regionale aangelegenheden, Economie en Financiën 13-03-2008 Besluitenlijst Commissie Regionale aangelegenheden, Economie en Financiën 13-03-2008 Besluitenlijst van de openbare vergadering van de raadscommissie Regionale aangelegenheden, Economie en Financiën d.d.

Nadere informatie

Reglement van Orde van het college

Reglement van Orde van het college Reglement van Orde van het college Burgemeester en Wethouders van de gemeente Tynaarlo; gelet op artikel 52 Gemeentewet besluiten vast te stellen het: Reglement van orde voor de vergaderingen en andere

Nadere informatie

Chronologisch feitenonderzoek

Chronologisch feitenonderzoek Chronologisch feitenonderzoek 1. Medio juni 2001 De heer De Jong van hogeschool Delta BV neemt telefonisch contact op met de financiële afdeling van de directie HBO naar aanleiding van het Hobeon onderzoek.

Nadere informatie

Reglement voor de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân

Reglement voor de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân Reglement voor de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân Algemeen Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a. algemeen bestuur : het algemeen bestuur van Wetterskip Fryslân b. dagelijks

Nadere informatie

Betreft vragen ex. Artikel 36 RvO Onderwerp: Besluit College verbod touringcars in binnenstad.

Betreft vragen ex. Artikel 36 RvO Onderwerp: Besluit College verbod touringcars in binnenstad. Aan het College van Burgemeester en Wethouders Van de gemeente Hoorn Nieuwe Steen 1 Hoorn. Betreft vragen ex. Artikel 36 RvO Onderwerp: Besluit College verbod touringcars in binnenstad. Geacht College,

Nadere informatie

Morgen, woensdag 8 juni 2016, bespreekt u in de commissie Ruimte en Leefbaarheid onder meer de partiële herziening VRM / PlanMER windenergie.

Morgen, woensdag 8 juni 2016, bespreekt u in de commissie Ruimte en Leefbaarheid onder meer de partiële herziening VRM / PlanMER windenergie. Geachte leden van Provinciale Staten van Zuid-Holland, Morgen, woensdag 8 juni 2016, bespreekt u in de commissie Ruimte en Leefbaarheid onder meer de partiële herziening VRM / PlanMER windenergie. In de

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Zienswijze op Regionale Agenda 2015-2018 MRE Registratienummer: 00529485 Op voorstel B&W d.d.: 18 november 2014 Datum vergadering: 9 december 2014 Portefeuillehouder:

Nadere informatie

- C O N C E P T - M.M. van der Wyck-Helmer (VVD)

- C O N C E P T - M.M. van der Wyck-Helmer (VVD) - C O N C E P T - KORT VERSLAG VAN DE EXTRA OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR, GEHOUDEN OP WOENSDAG 24 MAART 2010 OM 19.30 UUR IN DE RAADZAAL VAN HET GEMEENTEHUIS IN ZEVENBERGEN

Nadere informatie

2015D42193 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2015D42193 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2015D42193 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft op 5 november 2015 een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over zijn brief

Nadere informatie

K. Vlieg (bestuursondersteuner) Afwezig met kennisgeving: R.F. Staijen. Besluiten en toezeggingen. Agendapunt Opening

K. Vlieg (bestuursondersteuner) Afwezig met kennisgeving: R.F. Staijen. Besluiten en toezeggingen. Agendapunt Opening BESLUITENLIJST van de vergadering van het Algemeen Bestuur van het waterschap Noorderzijlvest gehouden op 19 juli 2017, aanvang 19.30 uur in het waterschapshuis te Groningen, Stedumermaar 1. Aanwezig:

Nadere informatie

Niet aanwezig: dhr. J.L.H. Köller (PvdA), dhr. H. Staghouwer (ChristenUnie), dhr. T.J. Zanen (PvhN).

Niet aanwezig: dhr. J.L.H. Köller (PvdA), dhr. H. Staghouwer (ChristenUnie), dhr. T.J. Zanen (PvhN). Verslag van de vergadering van de statencommissie Economie en Mobiliteit, gehouden op de Dag van de Verantwoording, woensdag 24 mei 2006, van 10.00 uur tot 11.00 uur in zaal A6 van het Provinciehuis te

Nadere informatie

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders X Openbaar Registratienummer: 210676 Datum voorstel: 28 april 2016 Niet openbaar Portefeuillehouder: De heer E. Vandermeulen Afdeling: LO Samenleving Agendapunt 6 Onderwerp/Titel: Vergadering Algemeen

Nadere informatie

COMMISSIE CULTUUR EN WELZIJN 13 JUNI 2001

COMMISSIE CULTUUR EN WELZIJN 13 JUNI 2001 COMMISSIE CULTUUR EN WELZIJN 13 JUNI 2001 Statenstuk 853, Encyclopedie van Drenthe ter gelegenheid van het 400-jarig provinciaal bestuur in 2003 (voorstel o. Voorjaarsnota 2001) De heer VAN DER SCHOOT

Nadere informatie

2015D08919 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2015D08919 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2015D08919 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG De vaste commissie voor Financiën heeft op 11 maart 2015 een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Financiën over zijn brief

Nadere informatie

B en W. nr d.d

B en W. nr d.d B en W. nr. 13.0175 d.d. 5-3-2013 Onderwerp Schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders van het raadslid E. Krijgsman (D66) d.d. 28 januari 2013 inzake het cameratoezicht bij station

Nadere informatie

ZITTING 2010 2014 A.1

ZITTING 2010 2014 A.1 ZITTING 2010 2014 A.1 BESLUITENLIJST VAN DE 89 e VERGADERING VAN HET DAGELIJKS BESTUUR VAN HET STADSGEWEST HAAGLANDEN, GEHOUDEN OP 13 oktober 2010, AANVANG 14.00 UUR TE DEN HAAG Aanwezig: mr. drs. G.A.A.

Nadere informatie

GEMEENTE REIMERSWAAL. Vastgesteld : 20 december 2016 Agendapunt : 4 Poststuk :

GEMEENTE REIMERSWAAL. Vastgesteld : 20 december 2016 Agendapunt : 4 Poststuk : Afsprakenlijst opinieraad GEMEENTE REIMERSWAAL Vastgesteld : 20 december 2016 Agendapunt : 4 Poststuk : 16.028114 Onderwerp Overzicht van conclusies en handelingen in de vergadering van de opinieraad van

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE AFDELINGSVERGADERING DEN HELDER

VERSLAG VAN DE AFDELINGSVERGADERING DEN HELDER Datum: 14 juni 2016. Plaats: Vergaderzaal kantoor VBM te Den Helder. Bestuur: D. Warnars (Voorzitter) W.J. Sanders. (secretaris) M. Huijsman. B. van Uggelen. (verhinderd) VERSLAG VAN DE AFDELINGSVERGADERING

Nadere informatie

Handboek Politiek. Derde Kamer der Staten-Generaal

Handboek Politiek. Derde Kamer der Staten-Generaal Handboek Politiek Derde Kamer der Staten-Generaal Hallo Kamerlid van de Derde Kamer der Staten-Generaal, Gefeliciteerd! Deze week ben jij een politicus. Je gaat samen met je klasgenoten discussiëren over

Nadere informatie

Aan Provinciale Staten

Aan Provinciale Staten www.prv-overijssel.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 425 25 25 Telefax 038 425 26 85 Uw kenmerk Uw brief Ons kenmerk Datum PS/2003/872 d.d.

Nadere informatie

Feitenrelaas Stuurgroep Bedrijventerrein West Achterhoek

Feitenrelaas Stuurgroep Bedrijventerrein West Achterhoek Feitenrelaas Stuurgroep Bedrijventerrein West Achterhoek Opgesteld door ir. R. Wolbers, secretaris van de Stuurgroep, d.d. 7 oktober 2013 Inleiding Dit feitenrelaas heeft betrekking op de bespreking en

Nadere informatie

2005-177. Oprichting van de Begeleidingscommissie Accountant

2005-177. Oprichting van de Begeleidingscommissie Accountant 2005-177 Oprichting van de Begeleidingscommissie Accountant Voorgestelde behandeling: - provinciale staten op 9 februari 2005 - fatale beslisdatum: n.v.t. Voorgestelde status: B-stuk Voorstel van het Presidium

Nadere informatie

Besluitenlijst van de commissievergadering Ruimtelijke Zaken van 8 december 2011

Besluitenlijst van de commissievergadering Ruimtelijke Zaken van 8 december 2011 Besluitenlijst van de commissievergadering Ruimtelijke Zaken van 8 december 2011 Datum: 8 december 2011 Aanvang: 20:00 uur Einde: 23:30 uur Vergaderlocatie: Raadzaal, raadhuis Voorzitter: Carlo van Esch

Nadere informatie