De wisselwerking tussen naheffen en navorderen omtrent belastingheffing over arbeidsinkomsten. M.M.N. Douven
|
|
- Sterre Jacobs
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 De wisselwerking tussen naheffen en navorderen omtrent belastingheffing over arbeidsinkomsten M.M.N. Douven
2 1. Inleiding Elk jaar krijgen werknemers een uitnodiging tot het doen van een aangifte inkomstenbelasting. In veel situaties is dit een vooraf ingevulde digitale aangifte waarbij het arbeidsinkomen en de afgedragen loonbelasting al is opgenomen. Nadat de werknemer informatie over zijn inkomen heeft verstrekt legt de inspecteur een aanslag inkomstenbelasting op. In de praktijk ervaren wij dat werknemers er vaak geen rekening mee houden dat er nog (aanvullende) belasting verschuldigd kan zijn. De werkgever houdt al loonheffing in op het brutoloon en de werknemer ervaart dit alsof hiermee de belasting over zijn inkomen uit dienstbetrekking (grotendeels) is betaald. In de meeste gevallen klopt dit ook, maar wat als de ingehouden loonheffing niet juist is berekend? Of wat als er helemaal geen of te weinig loonbelasting is afgedragen? Bij wie verhaalt de inspecteur dan de belastingschuld? Gaat de inspecteur de belastingschuld naheffen bij de werkgever of navorderen de werknemer? Dit artikel gaat in op de wisselwerking tussen de loon- en inkomstenbelasting, toegespitst op de bevoegdheid van de inspecteur om deze belasting na te heffen en/of na te vorderen en de (verschillende) termijn die bij deze bevoegdheden speelt. Eerst wordt de systematiek van het naheffen (paragraaf 2) en navorderen (paragraaf 3) weergegeven. Daarna bespreek ik de reden voor het verschil in systematiek (paragraaf 4) en komt de wisselwerking tussen naheffen in de loonbelasting en navorderen in de inkomstenbelasting ter sprake (paragraaf 5). Vervolgens wordt het verschil in de verlengde termijn in internationale situaties besproken (paragraaf 6), waarbij dit probleem nader wordt toegelicht aan de hand van een praktijkvoorbeeld (paragraaf 7). Tenslotte wordt er een analyse gegeven over de houdbaarheid van de verlengde navorderingstermijn (paragraaf 8) en wordt het artikel afgesloten met een conclusie (paragraaf 9). 2. Naheffen De loonbelasting wordt geheven door een inhouding op het loon op het tijdstip waarop het loon wordt genoten. Doorgaans is dit het moment waarop het loon ook wordt uitbetaald door de werkgever. Deze ingehouden belasting wordt door de inhoudingsplichtige (de werkgever) op aangifte afgedragen. Indien belasting die op aangifte behoort te worden voldaan of afgedragen, geheel of gedeeltelijk niet is betaald, kan de inspecteur de te weinig geheven belasting naheffen. Behalve dat de bevoegdheid tot het opleggen van een naheffingsaanslag vervalt na vijf jaren zijn er weinig wettelijke voorschriften verbonden aan de bevoegdheid van de inspecteur om loonbelasting te mogen naheffen. De bevoegdheid tot het opleggen van een naheffingsaanslag kan echter wel beperkt worden door algemene beginselen van behoorlijk bestuur. In paragraaf vijf wordt er kort ingegaan op hoe deze beginselen zich onder andere kunnen uitpakken bij het opleggen van een naheffingsaanslag loonheffingen.
3 3. Navorderen De inkomstenbelasting op arbeidsinkomen wordt geheven bij wege van aanslag, nadat de belastingplichtige een aangifte heeft ingediend. Hierop mogen voorheffingen (zoals de loonbelasting) in aftrek worden genomen. Indien achteraf blijkt dat een inkomstenbelastingaanslag ten onrechte achterwege is gelaten of tot een te laag bedrag is vastgesteld kan de inspecteur de te weinig geheven belasting, onder voorwaarden, navorderen. De grond tot navorderen moet zijn gelegen in 'enig feit', dus er is geen mogelijkheid tot navorderen indien er slechts sprake was van een veranderend inzicht bij de inspecteur. Daarnaast dient dit feit voor de inspecteur een nieuw feit te zijn of heeft de belastingplichtige te kwader trouw gehandeld. Naast de wettelijke vereisten, spelen ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur een belangrijke rol bij het bepalen of de inspecteur kan en mag navorderen. Het recht op navorderen verloopt in principe na vijf jaren volgend op het betreffende belastingjaar. De bevoegdheid van de inspecteur tot navordering is in tijd beperkt om de rechtszekerheid van de belastingplichtige te waarborgen. Onder omstandigheden kan er sprake zijn van een verlengde navorderingstermijn, hier wordt in paragraaf 6 nog nader op ingegaan. 4. Wisselwerking naheffen en navorderen De reden van het onderscheid tussen naheffen en navorderen is gelegen in het verschil in techniek van heffing van de belastingen die worden nageheven of nagevorderd. De loonheffing is een afdracht op aangifte, waarbij de werkgever belasting inhoudt van de werknemer en deze afdraagt aan de Belastingdienst. Het gaat dus om een indirecte belasting die niet wordt geheven van de uiteindelijke drager van de belasting. Dit in tegenstelling tot de inkomstenbelasting, waarbij er middels een belastingaanslag direct bij de uiteindelijk belastingplichtige wordt geheven. Een ander verschil tussen de aangifte- en aanslagbelasting is dat bij een aangiftebelasting de inhoudingsplichtige zelf verantwoordelijk is voor formalisering van de materiële belastingschuld. Dit is anders bij een aanslagbelasting waarbij de belastingplichtige wordt geacht alle informatie op te geven die nodig is om de aanslag vast te stellen (middels een aangifte). Vervolgens legt de inspecteur de aanslag op aan de belastingplichtige. In dit geval is het de inspecteur die de belastingschuld formaliseert en pas daarna ontstaat er een betalingsverplichting voor de belastingplichtige. De gevolgen van bovengenoemde verschillen tussen een aangifte- en aanslagbelasting zijn dat er verschillen bestaan in de bevoegdheid van een inspecteur tussen het corrigeren van een aangifte loonheffingen en een aanslag inkomstenbelasting. Voor naheffen gelden minder strikte voorwaarden dan voor navorderen, aangezien er bij de aangifte loonheffingen nog geen officieel beoordelingsmoment is geweest. De aanwezigheid van een nieuw feit is bij naheffing daarom niet vereist. Bij een aanslagbelasting heeft de inspecteur al kans gehad om
4 alle relevante feiten te beoordelen voordat de aanslag definitief is opgelegd. Daarom zijn er strikte voorwaarden voor het corrigeren van de belastingaanslag. 5. Keuze tussen naheffen en navorderen Maar wat betekent dit nu in de praktijk? De Hoge Raad heeft beslist dat een naheffing van loonbelasting achterwege blijft indien de desbetreffende loonbestanddelen reeds in een aanslag inkomstenbelasting betrokken zijn. Ook wanneer te voorzien is dat deze bestanddelen in een aanslag inkomstenbelasting zullen worden betrokken blijft een naheffingsaanslag loonheffingen in beginsel achterwege. Dit heeft mede te maken met het algemene beginsel van behoorlijk bestuur. De inspecteur staat echter vrij in de afweging en beoordeling hiervan. Hij kan er bijvoorbeeld voor kiezen om toch een naheffingsaanslag op te leggen wanneer de loonbelasting opzettelijk niet is afgedragen of wanneer hij invorderingsproblemen voorziet bij de belastingplichtige in de inkomstenbelasting. Naheffen en navorderen zijn met name bedoeld ter behoud van de bevoegdheid om belasting te heffen wanneer er in een belastingjaar geen of te weinig loonheffing is ingehouden en dit niet is gecorrigeerd bij de aanslag inkomstenbelasting voor dat betreffende belastingjaar. Dient er in dat geval een naheffingsaanslag loonheffingen te worden opgelegd bij de werkgever? Of dient er een navorderingsaanslag inkomstenbelasting opgelegd te worden bij de werknemer? Voor beide suggesties valt iets te zeggen. Zoals zojuist vermeld, blijft een naheffingsaanslag loonheffingen in principe achterwege wanneer de betreffende belasting nog geïnd kan worden door de aanslag inkomstenbelasting. Wanneer de aanslag inkomstenbelasting voor het betreffende belastingjaar al definitief is vastgesteld (of juist onterecht niet is opgelegd) staat het de inspecteur in beginsel vrij om te kiezen voor naheffing van de loonheffingen of navordering van inkomstenbelasting. Enerzijds valt te betogen om van de inhoudingsplichtige werkgever na te heffen, aangezien de werkgever doorgaans aangemerkt dient te worden als een professionele partij waarvan verwacht mag worden dat de (loonbelasting)administratie en afdracht op orde is. Ook is het vaak vanuit invorderingsperspectieven eenvoudiger om bij een grotere en professionele partij, in casu de werkgever, na te heffen, in plaats van na jaren nog aan te kloppen bij een onwetende belastingplichtige burger. Anderzijds valt er ook iets te zeggen voor een navordering in de inkomstenbelasting, want de werknemer is de uiteindelijk belastingplichtige op wie de belasting had behoren te drukken. Aangezien er geen loonbelasting is afgedragen zal deze waarschijnlijk ook niet zijn ingehouden op het loon en heeft de werknemer onterecht een belastingvoordeel genoten. Daarnaast speelt het nog mee dat, zoals hiervoor besproken, er voor het naheffen van de loonbelasting minder strenge eisen gelden dan voor navordering. Echter, de Hoge Raad heeft geoordeeld dat er geen loonbelasting nageheven mag worden indien navordering van inkomstenbelasting niet mogelijk is vanwege de afwezigheid van een nieuw feit.
5 Het staat de inspecteur dus in principe vrij om te kiezen voor een naheffing van loonbelasting of navordering van inkomstenbelasting. Zodra er voor een bepaald inkomensbestanddeel een naheffingsaanslag loonheffingen is opgelegd mag er echter geen navorderingsaanslag inkomstenbelasting meer opgelegd worden en vice versa. 1 Dit vind ik een logische conclusie, aangezien naheffen van loonbelasting naast het navorderen van inkomstenbelasting dubbele belasting tot gevolg zou hebben. Toch blijkt uit diverse jurisprudentie dat, ondanks het feit dat de loonbelasting fungeert als voorheffing op de inkomstenbelasting, onder bepaalde omstandigheden beide aanslagen tot stand blijven. Dit voornamelijk vanwege uitvoeringstechnische standpunten bij de belastingdienst en de separate werkwijze van de inspecteur loonheffingen en de inspecteur inkomstenbelasting. 6. Verschil in termijn Dat de wisselwerking tussen naheffen en navorderen niet altijd soepel verloopt komt ook tot uiting in de termijn. In principe heeft de inspecteur bij beide rechtsfiguren een bevoegdheid om tot vijf jaar terug een navorderings- of naheffingsaanslag op te leggen. In lid 4 van art. 16 AWR (navorderen) staat echter een uitbreiding van de bevoegdheid van navorderen tot 12 jaar. Deze verruimde termijn geldt voor gevallen waarbij een inkomensbestanddeel dat in de Nederlandse belastingheffing betrokken behoort te worden, wordt gehouden of is opgekomen in het buitenland. Deze verlengde navorderingstermijn geldt ook voor arbeidsinkomsten. De rechtvaardiging voor de uitbreiding van de navorderingstermijn is gelegen in de gedachte dat de belastingdienst onvoldoende mogelijkheden heeft om (binnen 5 jaar) buitenlandse inkomsten op het spoor te komen in verband met ontoereikende controlemogelijkheden, het ontbreken van inlichtingenverplichtingen en de onmogelijkheid van een efficiënte uitvoering in het buitenland. Deze uitbreiding komt niet terug bij de bevoegdheid tot naheffen. Uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat een afwijkende termijn voor de navordering gerechtvaardigd wordt geacht indien het gaat om feiten en omstandigheden waarop de normale controlebevoegdheden van de fiscus niet kunnen worden toegepast. Hierbij speelt het een rol of door de wijze van uitbetaling de inkomensbestanddelen buiten het zicht van de Nederlandse fiscus zijn gebleven. Het is hierbij niet van belang of de belastingplichtige al dan niet de intentie heeft gehad om het geld buiten het zicht van de fiscus te houden. Dit betekent dat de verlengde navorderingstermijn van toepassing kan zijn op werknemers indien zij buiten Nederland wonen en uit Nederland arbeidsinkomsten krijgen die aan de Nederlandse belastingheffing zijn onderworpen of als werknemers in Nederland arbeidsinkomsten uit het buitenland (bijv. een buitenlandse vestiging) ontvangen.
6 7. Praktijkvoorbeeld Uit de hiervoor besproken materie blijkt dat het risico voor de verlengde navorderingstermijn van het in buitenland opgekomen of gehouden arbeidsinkomen bij de werknemer ligt. Toch kan het verschil van de verlengde termijn in navordering en naheffen in de praktijk tot uitvoeringsproblemen leiden. Een voorbeeld maakt dit duidelijk. Indien een internationaal bedrijf werknemers in dienst heeft die vanuit het buitenlandse moederbedrijf gedeeltelijk voor een Nederlandse vestiging werken, is er (onder omstandigheden) een Nederlandse belastingplicht voor deze werknemers. Indien het bedrijf er na een aantal jaren achter komt dat zij ten onrechte geen aangifte loonheffingen in Nederland hebben gedaan voor deze werknemers, bestaat er een verschillende naheffings- en navorderingstermijn. Het bedrijf wilt de werknemers ontlasten en de ten onrechte niet ingehouden en afgedragen loonheffingen alsnog zelf voldoen bij de Belastingdienst. Dit kan in de praktijk erg lastig zijn aangezien de fiscus er voor kan kiezen om de vrijwillige nabetaling/naheffing niet te accepteren. Zij hebben in principe de vrijheid om te kiezen of ze via de loonheffingen (maximaal 5 jaar terug) of de inkomstenbelasting (in dit geval maximaal 12 jaar terug) het niet in de heffing betrokken arbeidsinkomen gaan naheffen/navorderen. Het risico dat de fiscus het aanbod van het bedrijf om schoon schip te maken niet accepteert, en haar geld gaat navorderen via de inkomstenbelasting bij de werknemers zelf, zal in de praktijk meewegen in de afweging of een bedrijf überhaupt naar de fiscus zal stappen. Het is naar mijn mening een slechte zaak dat er een verschil bestaat in de verlengde navorderings- en naheffingstermijn bij buitenlands inkomen, aangezien dit voor onduidelijkheid en onzekerheid zorgt bij de belastingplichtigen. Ook zou deze onzekerheid en onduidelijkheid geen rol mogen spelen bij een werkgever bij de afweging om al dan niet naar de fiscus te stappen. Het is mij uit de wetsgeschiedenis niet duidelijk geworden waarom de wetgever heeft gekozen voor een verschil in termijn voor navorderen en naheffen in geval van inkomen dat is gehouden of opgekomen in het buitenland. 8. Houdbaarheid verlengde navorderingstermijn De verlengde navorderingstermijn is ingevoerd bij een wetsvoorstel dat volgde op een motie van Reitsma en De Grave in de eind jaren 80. Zij stelden een onbeperkte navorderingstermijn voor bij in het buitenland gehouden of opgekomen vermogensbestanddelen. Uiteindelijk is het dus niet tot een onbeperkte termijn gekomen, maar is de verlengde navorderingstermijn wel toegepast voor zowel uit vermogensbestanddelen voortvloeiende inkomsten alsook voor andere in het buitenland opgekomen en gehouden inkomensbestanddelen. Men kan zich afvragen of de verlengde navorderingstermijn nog houdbaar is in deze moderne tijden. Reden voor invoering was de ontoereikende controlemogelijkheden
7 van de fiscus, het ontbreken van inlichtingenverplichtingen en de onmogelijkheid van een efficiënte uitvoering in het buitenland. Met de moderne technologie en internationale uitwisselingsmogelijkheden van gegevens zijn de grensoverschrijdende controlemogelijkheden voor de Belastingdienst de laatste jaren enorm toegenomen. De noodzaak van de verlenging van de termijn naar 12 jaar in internationale situaties is daarom afgenomen en betoogt zou kunnen worden dat de rechtszekerheid voor de belastingplichtige burger moet prevaleren. Het Europese Hof Van Justitie heeft destijds geoordeeld dat de verlengde navorderingstermijn in buitenlandse situaties in beginsel een schending is van het gemeenschapsrecht. Het betreft namelijk een verboden beperking van het vrije verkeer van diensten en kapitaal tussen de lidstaten van de Europese Unie. Deze schending kan echter gerechtvaardigd zijn om zodoende de doeltreffendheid van fiscale controle te waarborgen en belastingfraude te bestrijden. De regeling mag echter niet verder gaan dan noodzakelijk is om dit doel te bereiken. Om dit te bepalen zegt het Hof van Justitie dat er onderscheid gemaakt kan worden tussen de situatie dat de fiscus wel of niet beschikt over voldoende aanwijzingen. Ik verwacht dat de fiscus met de hedendaagse moderne technieken en informatieuitwisselingssystemen eerder beschikt over informatie of aanwijzingen omtrent grensoverschrijdend inkomen en daarom zal er tegenwoordig minder snel sprake zijn van een gerechtvaardigde schending. Helaas is deze tendens, het minder snel aannemen van een gerechtvaardigde schending van het unierecht, nog niet zichtbaar binnen de Nederlandse rechtspraak. Vooralsnog is de verlengde termijn van 12 jaar in internationale situaties, in geval van navordering, dan ook nog geldend recht. 9. Conclusie De verschuldigde loon- en inkomstenbelasting wordt op verschillende manieren vast gesteld. Dit komt vanwege het verschil in systematiek tussen aangifte- en aanslagbelastingen. Indien de belastingheffing over arbeidsinkomsten onjuist is vastgesteld mag de Belastingdienst in principe tot 5 jaar terug de belastingschuld vereffenen. Wanneer er sprake is van arbeidsinkomsten die niet juist in de belastingheffing is betrokken bestaat er in de praktijk onduidelijkheid over wanneer er tot naheffen en wanneer tot navorderen over kan worden gegaan. Deze onduidelijkheid zorgt voor rechtsonzekerheid bij belastingplichtigen. Onderdeel van de onduidelijkheid in de wisselwerking tussen navorderen en naheffen is het verschil bij de verlengde termijn in buitenland situaties. Het is onduidelijk waarom dit verschil bestaat. Daarnaast is de verlengde termijn in buitenland situaties naar mijn mening niet echt meer noodzakelijk en mogelijk in strijd met Europees recht vanwege de hedendaagse moderne technologie en internationale uitwisselingsmogelijkheden voor de Belastingdienst.
8 Noten 1. Uiteraard ligt dit uitgangspunt complexer zodra de werkgever behalve geen afdracht aan de belastingdienst ook geen belasting heeft ingehouden op het loon van de werknemer. In dat geval speelt namelijk nog mee dat de betaling van de loonheffing (die als voorheffing fungeert) door de werkgever gezien kan worden als een voordeel voor de werknemer.
9 Ernst & Young LLP Accountancy Belastingen Transacties Advies Over Ernst & Young Michelle Douven is verbonden aan Ernst & Young Belastingadviseurs LLP Tel: Verschenen in: Beloning en Belasting 2017 nr november 2017, een uitgave van Euroforum te Eindhoven Ernst & Young is wereldwijd toonaangevend op het gebied van accountancy, belastingen, transacties en advies. Onze mensen delen wereldwijd dezelfde waarden en staan voor kwaliteit. Wij maken het verschil door onze mensen, onze cliënten en de samenleving te helpen hun mogelijkheden optimaal te benutten. Voor meer informatie: Disclaimer Dit bericht is met grote zorgvuldigheid samengesteld. Voor mogelijke onjuistheid en/of onvolledigheid van de hierin verstrekte informatie aanvaardt Ernst & Young geen aansprakelijkheid, evenmin kunnen aan de inhoud van dit bericht rechten worden ontleend. Ernst & Young 2017
HOOGTE VAN DE BOETE Bij inkeer op basis van artikel 65 ALB blijft de oplegging van een vergrijpboete achterwege.
ARUBA Artikel 65 ALB Ingeval een belastingplichtige of inhoudingsplichtige alsnog een juiste en volledige aangifte doet, dan wel juiste en volledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt, vóórdat
Nadere informatieBesluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/6832M, Staatscourant 2010, 20507
Algemene wet inzake rijksbelastingen. Besluit heffingsrente Directoraat-generaal Belastingdienst, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/6832M, Staatscourant 2010, 20507
Nadere informatieWel of geen compartimentering? R.W. Vaessen
Wel of geen compartimentering? R.W. Vaessen Grensoverschrijdend werken, ingewikkeld? Belastingverdragen bieden duidelijke regels en vaak kan relatief eenvoudig worden vastgesteld in welk land de arbeidsbeloning
Nadere informatieHet hoe en waarom van de belastingheffing
Hoofdstuk 1 Het hoe en waarom van de belastingheffing 1.1 Onderscheid in belastingen De sociale, economische maar ook de juridische gevolgen van de belastingheffing verschillen naar gelang het type belasting.
Nadere informatieAlgemene wet inzake rijksbelastingen
2 hoofdstuk Algemene wet inzake rijksbelastingen Oefenopgaven Opgave 2.1 a. De feitelijke omstandigheden zijn van belang (art. 4 AWR). Het belangrijkste criterium is waar het gezin verblijft en waar het
Nadere informatieConcept uitvoeringsbesluiten informatieverplichting. Artikel I (artikel 12bis van het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001)
Concept uitvoeringsbesluiten informatieverplichting Artikel I (artikel 12bis van het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001) I. Na artikel 12 wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 12bis Belastbare
Nadere informatieHoge Raad 7 januari 1970, nr Algemene beginselen van behoorlijk bestuur BNB 1970/78
HR 7 januari 1970, Vertrouwen op beleid 1 Vertrouwen op beleid 7 januari 1970, nr. 16.201 AX6845 BNB 1970/78 Voorafgaande beslissing: Gerechtshof Amsterdam 23 januari 1969 Belanghebbende beroept zich op
Nadere informatieDe verleggingsregeling: een ondergeschoven kindje? J.M. Neijts
De verleggingsregeling: een ondergeschoven kindje? J.M. Neijts Bij een internationale uitzending van werknemers binnen concernverband zijn er tal van zaken waarmee rekening moet worden gehouden op het
Nadere informatieDe leer van Scheltens
De leer van Scheltens Geschikt of ongeschikt? Naam : Kim Hooghiemstra Studierichting : Fiscaal recht Administratienummer : 813145 Datum : 23 oktober 2011 Begeleider : Prof. mr. J.L.M. Gribnau Inhoudsopgave
Nadere informatieGeef de ondernemer bij in de afgelopen vijf jaar te veel betaalde btw altijd toegang tot de fiscale rechter! NLFiscaal opinie
Auteurs: Roelof Vos / Ron Jeronimus NLFnummer: NLF Opinie 2018/0039 Geef de ondernemer bij in de afgelopen vijf jaar te veel betaalde btw altijd toegang tot de fiscale rechter! NLFiscaal opinie Als een
Nadere informatieInhoudsopgave. Voorwoord / 13. Lijst van gebruikte afkortingen / 17. Inleiding / 21. Algemene bepalingen / 23
Voorwoord / 13 Lijst van gebruikte afkortingen / 17 1 Inleiding / 21 2 Algemene bepalingen / 23 2.1 De reikwijdte van de AWR / 23 2.2 De begripsbepalingen van de AWR / 25 2.2.1 Inleiding / 25 2.2.2 Begripsbepalingen
Nadere informatieRegeling. pagina 1 van 8
Regeling voor een doelmatige belastingheffing over inkomsten uit sparen en beleggen, welke verworven zijn door participanten in een fiscaal transparante GmbH & Co. KG. Heerlen, pagina 1 van 8 1.
Nadere informatieNavordering in de 21 e eeuw
Navordering in de 21 e eeuw Universiteit van Tilburg Master Fiscaal Recht Examencommissie - mevrouw mr. A.M.E. Nuyens - de heer prof. mr. dr. J.L.M. Gribnau M.A.L.G.M. Verstappen ANR: 414771 Mei 2013 Voorwoord
Nadere informatieBelastingrecht voor het ho 2012
Belastingrecht voor het ho 2012 Uitwerkingen opgaven Deel 9 Formeel belastingrecht Henk Guiljam Noordhoff Uitgevers Groningen Belastingrecht voor het ho 2012 Uitwerkingen Noordhoff Uitgevers Groningen
Nadere informatieRapport. Datum: 5 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/307
Rapport Datum: 5 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/307 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de Belastingdienst/Directie Particulieren Utrecht haar beroep tegen de afwijzing door de Belastingdienst/Particulieren
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Rijnmond. Datum: 5 juni 2012. Rapportnummer: 2012/0095
Rapport Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Rijnmond. Datum: 5 juni 2012 Rapportnummer: 2012/0095 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst zijn verzoek om ambtshalve vermindering
Nadere informatieHet kenbaarheidsvereiste nader bezien
Het kenbaarheidsvereiste nader bezien Hoe staat het anno 2012 met de rechtszekerheid van de belastingplichtige? V.J.M.J. Noordholland de Jong Instituut & opleiding: Tilburg University Master Tax Law Examencommissie:
Nadere informatieEXAMENPROGRAMMA. Moderne Bedrijfsadministratie (MBA) Vakopleiding Bedrijfsadministratie & Accountancy (VBA ) Examen Belastingwetgeving niveau 5 Niveau
Diplomalijn(en) Financieel-Administratief Diploma('s) Moderne Bedrijfsadministratie (MBA) Vakopleiding Bedrijfsadministratie & Accountancy (VBA ) Eamen Belastingwetgeving niveau 5 Niveau 5 (vergelijkbaar
Nadere informatieDe werkkostenregeling internationaal belicht.
De werkkostenregeling internationaal belicht. Over de werkkostenregeling (hierna: WKR) is al veel geschreven en gesproken. De internationale aspecten van de werkkostenregeling zijn echter onderbelicht
Nadere informatieKWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR
KWADE TROUW VAN DE BELASTINGADVISEUR IN DE ZIN VAN ARTIKEL 16 AWR Inleiding In artikel 16 AWR is bepaald dat een feit dat de inspecteur bekend was of redelijke wijs bekend had kunnen zijn geen grond voor
Nadere informatieDe staatssecretaris van Financiën,
Directoraat-Generaal Belastingdienst Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2550 EA Den Haag Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 18 oktober 2007 3 oktober 2007 DGB 2007-05297
Nadere informatieMet RJ-Uiting zijn de ontwerp-bepalingen van RJ-Uiting definitief gemaakt, met inachtneming van ontvangen commentaren.
RJ-Uiting 2013-1: Crisisheffing Algemeen Met RJ-Uiting 2013-1 zijn de ontwerp-bepalingen van RJ-Uiting 2012-5 definitief gemaakt, met inachtneming van ontvangen commentaren. De bepalingen van deze RJ-Uiting
Nadere informatieChecklist - Grensoverschrijdende arbeid
Checklist - Grensoverschrijdende arbeid Grensoverschrijdende arbeid neemt steeds meer toe en heeft allerlei gevolgen voor de werknemer, zijn de gezinsleden en zijn werkgever(s). Bij het bepalen van de
Nadere informatieFormalistische Hongaarse aanpak aangepakt. G.J. van Bruggen
Formalistische Hongaarse aanpak aangepakt G.J. van Bruggen Mr. G.J. van Bruggen BtwBrief 2017/66 Het HvJ heeft recent uitspraak gedaan in de zaak Farkas. 1 Het gaat om een situatie waarin ondernemer Farkas
Nadere informatieBent u al DBA proof?
Bent u al DBA proof? Per 1 mei 2016 is de VAR afgeschaft, zoals wellicht u al bekend. Vanaf voornoemde datum kunnen opdrachtgever en opdrachtnemer een overeenkomst sluiten, waaruit moet blijken dat de
Nadere informatieAanslagbelasting vs aangiftebelasting binnen de ring die automatisering heet
Aanslagbelasting vs aangiftebelasting binnen de ring die automatisering heet Naam : Ramon de Jonge Studierichting : Fiscale economie Administratienummer : 197444 Datum : 23-01-2012 Begeleider : Prof. mr.
Nadere informatieMOTIVERING CASSATIEBEROEPSCHRIFT
MOTIVERING CASSATIEBEROEPSCHRIFT Cassatiemiddelen Schending van het recht, in het bijzonder doel en strekking van artikel 16 lid 2 letter c van de Algemene Wet Rijksbelastingen (hierna ook: I6,2,c AWR),
Nadere informatieGerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK
Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK op het beroep van de Stichting X te Y tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid
Nadere informatieRegeling zorgverzekering
Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 1 september 2005, nr. Z/VV-2611957, houdende regels ter zake van de uitvoering van de Zorgverzekeringswet (), laatstelijk gewijzigd bij
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2017:4777
ECLI:NL:GHARL:2017:4777 Instantie Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 16/00619 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Nadere informatieMasterthesis. Aanslagbelastingen versus aangiftebelastingen; onhoudbaar verschil in het licht van het nieuwe feit?
Masterthesis Aanslagbelastingen versus aangiftebelastingen; onhoudbaar verschil in het licht van het nieuwe feit? Everything should be made as simple as possible, but not simpler Albert Einstein Naam:
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2017:2886 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00546
ECLI:NL:GHAMS:2017:2886 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 13-07-2017 Datum publicatie 09-08-2017 Zaaknummer 16/00546 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger
Nadere informatie2010 -- Formeel recht -- Deel 2
formeel belastingrecht (FE) les 2 programma Inleiding de aangifte aanslagbelasting aangiftebelasting navordering en naheffing indeling van het recht Veel gebruikte indelingen van het recht zijn: publiekrecht
Nadere informatieOp het bovenstaande geldt een aantal uitzonderingen. Niet verzekerd zijn de volgende categorieën ingezetenen:
Basisverzekering ziektekosten Per 1 februari 2013 is de Landsverordening basisverzekering ziektekosten (hierna: BVZ) van kracht geworden. Dit memo behandelt uitsluitend de heffing en inning van de inkomensafhankelijke
Nadere informatieBELEIDSREGELS INZAKE HET TOEKENNEN VAN AMBTSHALVE VERMINDERINGEN
BELEIDSREGELS INZAKE HET TOEKENNEN VAN AMBTSHALVE VERMINDERINGEN Het Dagelijks Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Rivierenland (hierna de BSR); Gelet op het bepaalde in artikel
Nadere informatieDGA Nieuwsbrief: Belastingplan 2014 c.a.
17 september 2013 DGA Nieuwsbrief: Belastingplan 2014 c.a. In het kader van en vooruitlopend op Prinsjesdag heeft de regering verschillende wetsvoorstellen bij de Tweede Kamer ingediend. De voor u mogelijk
Nadere informatieRapport. Rapport van een klacht over de Belastingdienst/Oost-Brabant. Datum: 11 december 2012. Rapportnummer: 2012/196
Rapport Rapport van een klacht over de Belastingdienst/Oost-Brabant Datum: 11 december 2012 Rapportnummer: 2012/196 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst belastingteruggaven verrekent
Nadere informatieDit jaar let de Belastingdienst extra op de kosten van de ondernemer en wordt ook het aantal
Nieuw jaar = nieuwe regels Het jaar 2014 is al weer een aantal weken oud. Een nieuw jaar zorgt ook weer voor nieuwe regels. In deze nieuwsflits een aantal belangrijke opmerkingen / wijzigingen voor 2014.
Nadere informatieArtikel 16, vierde lid, AWR dient te worden aangepast?!
Artikel 16, vierde lid, AWR dient te worden aangepast?! Naam: W.A.M. (Wendy) Peters Studierichting: Master fiscale economie Administratienummer: 503030 Datum van afsluiten scriptie: 19 november 2010 Samenstelling
Nadere informatieAccountantskantoor de Bot B.V.
Gebruikelijk loon voor de DGA, hoe te bepalen? Door de jaren heen zijn er diverse uitspraken door rechters geweest inzake de gebruikelijkloonregeling. Mede door aanpassingen en besluiten van de wetgever
Nadere informatieDate de réception : 01/12/2011
Date de réception : 01/12/2011 Resumé C-544/11-1 Zaak C-544/11 Resumé van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 104, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof
Nadere informatieMISBRUIK VAN RECHT Een nationaal, internationaal en unierechtelijk perspectief
MISBRUIK VAN RECHT Een nationaal, internationaal en unierechtelijk perspectief Discussiebijdrage Koen Verburg 12 mei 2016 Vereniging voor Belastingwetenschap 2016 STELLING: De constatering dat een feitencomplex
Nadere informatieRapport. Datum: 3 mei 2007 Rapportnummer: 2007/084
Rapport Datum: 3 mei 2007 Rapportnummer: 2007/084 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst niet de hem bekende inkomensgegevens over het jaar 2005 heeft gebruikt als basis voor het bepalen
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst Noord te Assen. Datum: 27 augustus Rapportnummer: 2012/132
Rapport Rapport over een klacht over de Belastingdienst Noord te Assen. Datum: 27 augustus 2012 Rapportnummer: 2012/132 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst/Noord/kantoor Assen niet
Nadere informatieEen onderzoek naar de afwijzing door de Belastingdienst van het verzoek tot terugbetaling van loonbelasting aan een vennootschap.
Rapport Afwijzing verzoek terugbetaling loonbelasting Een onderzoek naar de afwijzing door de Belastingdienst van het verzoek tot terugbetaling van loonbelasting aan een vennootschap. Oordeel Op basis
Nadere informatieVolgens onze gegevens kunt u geld terugkrijgen. Het kan al gauw gaan om een paar honderd euro. Ook als u weinig kosten hebt gemaakt.
Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt er over dat de Belastingdienst haar naar aanleiding van de aangifte op een Tz-formulier een aanslag met een te betalen bedrag heeft opgelegd. Zij diende die aangifte
Nadere informatie2. De door de gemeente Dongeradeel vanaf 2001 opgelegde aanslagen gemeentelijke belastingen heeft mevrouw W. steeds betaald.
Rapport 2 h2>klacht Mevrouw W. klaagt erover dat de gemeente Dongeradeel haar geen ambtshalve vermindering heeft toegekend met betrekking tot de aanslagen gebruikersbelastingen (afvalstoffenheffing, rioolrechten
Nadere informatieDe reikwijdte van de onderzoeksplicht van artikel 16 AWR
Bachelor Thesis De reikwijdte van de onderzoeksplicht van artikel 16 AWR Naam : Barry van Benthem Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 113496 Datum : Juni 2013 Examencommissie : Prof.
Nadere informatieInstituut Financieel Management
FFEBLR0111 IB (niet-winst) Instituut Financieel Management Opdracht 1b (inleveren in week 3) De tekst van artikel 1.2 Wet IB is per 1 januari 2011 ingrijpend gewijzigd. Vanaf 2001 t/m 2010 luidde de tekst
Nadere informatieDGB 2008-03325 U. Beantwoording vragen van de leden Remkes en Weekers (beiden VVD) over suppletieaangifte
Directoraat-Generaal Belastingdienst De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 25 augustus 2008 17 juni 2008 (2070822910)
Nadere informatieOvergang van onderneming: de aandachtspunten voor de loonheffingen. M.M.N. Douven
Overgang van onderneming: de aandachtspunten voor de loonheffingen M.M.N. Douven Bij het overnemen van een bedrijf is er een aantal zaken om rekening mee te houden. Hierbij gaat het in hoofdzaak om de
Nadere informatieZaak C-446/04. Test Claimants in the FII Group Litigation tegen
Zaak C-446/04 Test Claimants in the FII Group Litigation tegen Commissioners of Inland Revenue [verzoek van de High Court of Justice (England & Wales), Chancery Division, om een prejudiciële beslissing]
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2017:2442
ECLI:NL:RBNHO:2017:2442 Instantie Datum uitspraak 07-04-2017 Datum publicatie 14-04-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 15 _ 4669 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht
Nadere informatieA. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.
C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof
Nadere informatieDatum 9 september 2016 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Bashir over de regeling van de belastingrente
> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl
Nadere informatieWet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van t/m heden
De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van 01-01-2017 t/m heden Hoofdstuk VIII. S&O-afdrachtvermindering
Nadere informatieUitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 14/00423. Uitspraak op het hoger beroep van
Uitspraak GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 14/00423 Uitspraak op het hoger beroep van de heer a, wonende te b, hierna: belanghebbende, tegen de uitspraak
Nadere informatieFormeel recht -- Deel 2
formeel belastingrecht (FE) les 2 programma Inleiding de aangifte aanslagbelasting aangiftebelasting navordering en naheffing indeling van het recht Veel gebruikte indelingen van het recht zijn: publiekrecht
Nadere informatie138 De Pensioenwereld in 2014
17 138 De Pensioenwereld in 2014 Beleggingen 139 EU-claims: geen grijs gedraaide plaat Auteurs: Susan Groot Koerkamp en Erwin Nijkeuter In de meeste Europese landen worden of werden buitenlandse pensioenfondsen
Nadere informatieHet ontwerp zal zo spoedig mogelijk na de commentaarperiode definitief worden gemaakt.
RJ-Uiting 2012-5: Ontwerp - Toepassing Richtlijn 252 / Richtlijn B10 Voorzieningen met betrekking tot de crisisheffing en wijziging Richtlijn 271.6 Personeelsbeloningen Bezoldigingen van bestuurders en
Nadere informatieop het beroep van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, P, betreffende na te noemen naheffingsaanslag en beschikking.
Gerechtshof te 's-gravenhage tweede meervoudige belastingkamer 18 juli 2002 Nr. BK-00/01752 UITSPRAAK op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, P, betreffende na te noemen naheffingsaanslag
Nadere informatieAAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
Den Haag, 1 ;4 JAN 20U Kenmerk: DGB 2013-6846 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 3 december 2013, nr. 13/00495 en 13/00496, inzake n m m te M M betreffende
Nadere informatieVragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen
Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen Dit document bevat vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en de heffingskortingen. ib 801-1z*1fd INKOMSTENBELASTING
Nadere informatieMemorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID
Memorandum REENTE ELASTINGONTWIKKELINGEN MET ETREKKING TOT DE FISALE EENHEID Op 6 juni 2018 heeft de Staatssecretaris van Financiën het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid gepubliceerd. In
Nadere informatieRestitutie van lozingsrecht Gemeente Zaanstad Dienst Publiek
Rapport Gemeentelijke Ombudsman Restitutie van lozingsrecht Gemeente Zaanstad Dienst Publiek 18 juni 2008 RA0826587 Samenvatting Een man woont al 25 jaar op hetzelfde adres in Zaanstad. Zijn woning is
Nadere informatieHeeft de Staatsraad gehoord, na goedkeuring door de Nationale Assemblée, bekrachtigd de onderstaande wet: ARTIKEL I
2015 STAATSBLAD VAN DE REPUBLIEK SURINAME No. 43 'VVET van 27 maart 2015 houdende nadere wijziging van de Wet op de Loterijbelasting 1933 (G.B.1933 no. 103, geldende tekst G.B.1948 no. 157, zoals laatstelijk
Nadere informatieFiscale actualiteiten onderwijsinstellingen
Fiscale actualiteiten onderwijsinstellingen januari 2016 VAN REE. EEN FRISSE KIJK OP CIJFERS. Voorwoord In januari 2015 hebben wij onze brochure Onderwijsinstellingen en de fiscus uitgegeven. Inmiddels
Nadere informatieTax Alert Maart 2013. In deze editie:
Tax Alert Maart 2013 RSM Nederland Lucas Janssen Kantoor Maastricht +31 (0)43 363 90 50 ljanssen@rsm-wmv.nl Koen Dekker Kantoor Eindhoven +31 (0)40 295 00 15 kdekker@rsm-wmv.nl RSM België Gert van den
Nadere informatieVrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer
Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Inleiding Dit memo bevat de argumenten voor de fiscale aftrek van de premie betreffende het vrijwillige gedeelte van een beroepspensioenregeling bij
Nadere informatieheeft de eer namens burgemeester en wethouders van de gemeente Hilversum (Productie 1)
Nadere informatie
2 Wie kan een Verklaring arbeidsrelatie aanvragen? 3
Inhoud 1 Waarom deze brochure? 2 2 Wie kan een Verklaring arbeidsrelatie aanvragen? 3 3 Hoe vraagt u de verklaring aan? 4 4 Wat staat er in de Verklaring arbeidsrelatie? 4 4.1 De inkomsten behoren tot
Nadere informatieUitkeringen uit AOV (woongarant verzekering) terecht als periodieke uitkeringen (art. 3.100, lid 1, ond. b) belast
Uitkeringen uit AOV (woongarant verzekering) terecht als periodieke uitkeringen (art. 3.100, lid 1, ond. b) belast LJN: BY5803, Gerechtshof Amsterdam, 11/00737 Datum uitspraak: 22-11-2012 Datum publicatie:
Nadere informatieBeoordeling. h2>klacht
Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) op meerdere uitkeringen loonheffingskorting heeft toegepast, waardoor zij van de Belastingdienst
Nadere informatieECLI:NL:ORBBACM:2015:31
ECLI:NL:ORBBACM:2015:31 Instantie Datum uitspraak 29092015 Datum publicatie 05102015 Zaaknummer 2013/64800 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba,
Nadere informatieBronlandheffing op pensioenen in belastingverdragen: enkele details - Deel II
Bronlandheffing op pensioenen in belastingverdragen: enkele details - Deel II Uit secundaire regelgeving zijn nadere details af te leiden over bijzondere situaties waarin Nederland geacht wordt pensioenen
Nadere informatieBerekening inkomsten naar Duitse fiscale maatstaven
Inkomstenbelasting. Loonbelasting. Onbeperkte belastingplicht in Duitsland. Gebruik formulier Bescheinigung EU/EWR. Directoraat-generaal Belastingdienst, Cluster Fiscaliteit Mededeling van 1 december 2015,
Nadere informatieBLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband vastgoedinformatie, heffing en waardebepaling. Nr. 225 29 april 2016 Beleidsregels ambtshalve vermindering
Nadere informatiehttp://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx
pagina 1 van 6 LJN: BW3384, Gerechtshof Arnhem, 11/00577, 11/00578 en 11/00579 Datum 03-04-2012 uitspraak: Datum 20-04-2012 publicatie: Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:Inkomstenbelasting.
Nadere informatieWijzigingen in de loonheffingskorting 2019 voor niet-inwoners van Nederland
Vakblad Grensoverschrijdend Werken nr. 20, februari 2019 www.grensoverschrijdendwerken.nl Wijzigingen in de loonheffingskorting 2019 voor niet-inwoners van Nederland Auteur: Nicole M.S.H. Janssen, werkzaam
Nadere informatieDE AMBTENAAR BELAST MET DE HEFFING VAN HET HOOGHEEMRAADSCHAP AMSTEL, GOOI EN VECHT
Besluit fiscale bestuurlijke boeten Amstel, Gooi en Vecht 2011 (AH 10/02) DE AMBTENAAR BELAST MET DE HEFFING VAN HET HOOGHEEMRAADSCHAP AMSTEL, GOOI EN VECHT Overwegende dat het gewenst is beleidsregels
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2017:2607
ECLI:NL:RBDHA:2017:2607 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 16-03-2017 Datum publicatie 01-06-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16_8226 IBPVV Belastingrecht
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 128 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2010) Nr. 19 HERDRUK 1 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 16
Nadere informatieDe voorzitter van de commissie, Dezentjé Hamming-Bluemink
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Financiën hebben enkele fracties de behoefte om over de brief van de staatssecretaris van Financiën, d.d. 8 juli 2011, inzake de motie
Nadere informatieInvorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars
Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars Besluit 31-03-2006 nr CPP06-507 Invorderingswet 1990. Aansprakelijkheid verzekeraars in verband met een inkomensvoorziening, een arbeids- of
Nadere informatieRapport. Datum: 21 augustus 2006 Rapportnummer: 2006/293
Rapport Datum: 21 augustus 2006 Rapportnummer: 2006/293 2 Klacht Verzoekers klagen erover dat de Belastingdienst/Noord/kantoor Groningen hun ten onrechte en ongevraagd de algemene heffingskorting heeft
Nadere informatieBELEIDSREGELS BESTUURLIJKE BOETEN GEMEENTELIJKE BELASTINGZAKEN DEN HAAG 2011
Gemeente Den Haag Ons kenmerk PBS/2011.19 RIS 179916 BELEIDSREGELS BESTUURLIJKE BOETEN GEMEENTELIJKE BELASTINGZAKEN DEN HAAG 2011 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, overwegende dat de komende
Nadere informatieTweede Kamer der Staten Generaal
Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 423 Verlenging van de in de Algemene wet inzake rijksbelastingen vervatte termijn van navordering voor vermogens en inkomensbestanddelen in
Nadere informatiePrejudiciële beslissing op vraag van: ECLI:NL:RBZWB:2017:1464
ECLI:NL:HR:2017:1324 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 14-07-2017 Datum publicatie 14-07-2017 Zaaknummer 17/01256 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:417
Nadere informatieBachelor Thesis. Het kerstpakket van de uitzendkracht uitgelicht in ratio van de loonsfeer. Naam. : J.J.M. van de Velde.
Bachelor Thesis Het kerstpakket van de uitzendkracht uitgelicht in ratio van de loonsfeer Naam : J.J.M. van de Velde Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 581066 Datum : December 2011
Nadere informatieWij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz.
Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere wetten in verband met de invoering van herziening bij aanslagbelastingen (Wet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst) VOORSTEL
Nadere informatieBeleidsregel ambtshalve vermindering gemeentelijke belastingen (met uitzondering van de onroerende zaakbelastingen)
CVDR Officiële uitgave van Berkelland. Nr. CVDR249013_1 29 mei 2018 Beleidsregel ambtshalve vermindering gemeentelijke belastingen (met uitzondering van de onroerende zaakbelastingen) Beleidsregel ambtshalve
Nadere informatieAlgemene wet inzake rijksbelastingen
Algemene wet inzake rijksbelastingen Wet van 2 juli 1959, houdende regelen, welke aan een aantal rijksbelastingen gemeen zijn, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2009, 612 HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN Artikel
Nadere informatieVOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN TUSSENKOMST Opgesteld door de Belastingdienst nr. 9015550000-09 19 10 2015
VOORBEELD MODELOVEREENKOMST ALGEMEEN TUSSENKOMST Opgesteld door de Belastingdienst nr. 9015550000-09 19 10 2015 Beoordeling overeenkomst Algemeen tussenkomst De Belastingdienst heeft, in samenwerking met
Nadere informatieIn artikel IID, onderdeel B, onder 2, wordt Europese gemeenschap telkens vervangen door: Europese Gemeenschap.
31 301 Fiscaal stimuleringspakket en overige fiscale maatregelen VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 1 In artikel IIC wordt aan het in onderdeel OA opgenomen artikel
Nadere informatieIn artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald.
looofoo ccts Den Haag, 2 8 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1237 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van >( Z 15 februari 2011, nr. 10/00160, inzake Bf^^^NP te ÜÜH betreffende
Nadere informatieWet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst ; Vooruitgang rechtsbescherming belastingplichtige? Sazgar Abdullah. Universiteit van Tilburg
Wet vereenvoudiging formeel verkeer Belastingdienst ; Vooruitgang rechtsbescherming belastingplichtige? Sazgar Abdullah Universiteit van Tilburg Master Fiscaal Recht ANR: 263676 Onder begeleiding van:
Nadere informatieDe nieuwe regels voor navordering
mr. I.R. J. Thijssen mr. A.A. Kan * De nieuwe regels voor navordering 1. Inleiding In vervolg op onder meer reacties uit een internetconsultatie 1 en het advies van de Raad van State, 2 heeft de staatssecretaris
Nadere informatieUitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Uitspraak van 26 maart 2014 [X] te [Z], belanghebbende, de directeur van de Belastingdienst/Rijnmond,
Uitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Team Belastingrecht meervoudige kamer nummer BK-13/01258 Uitspraak van 26 maart 2014 in het geding tussen: [X] te [Z], belanghebbende, en de directeur van de Belastingdienst/Rijnmond,
Nadere informatieECLI:NL:RBGEL:2017:3683
ECLI:NL:RBGEL:2017:3683 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 14-07-2017 Datum publicatie 17-07-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 1419 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht
Nadere informatie