Aan de slag met cumlaude Learning voor begeleiders

Transcriptie

1 Aan de slag met cumlaude Learning voor begeleiders cumlaude Learning

2 Een woord vooraf Wij stellen je terugkoppeling zeer op prijs. Heb je vragen en opmerkingen over cumlaude Learning en de documentatie? Neem dan contact op met Three Ships Support. Disclaimer Three Ships enterprises werkt volgens vaste procedures om ervoor te zorgen dat de informatie in deze documentatie correct en actueel is. Three Ships enterprises kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor mogelijke onvolkomenheden in dit document of voor ongewenste resultaten en/of schade die voortkomt uit het gebruik van de informatie die dit document biedt. Neem bij twijfel altijd contact op met Three Ships Support. Contactgegevens Three Ships Support Telefoon: +31 (0) Ticket indienen: PUBLICATIEDATUM VERSIENR AANPASSING 18 augustus Eerste gepubliceerde versie. THREE SHIPS ENTERPRISES BV, 18-AUG-16 Wil je deze documentatie extern verspreiden, aanpassen voor intern gebruik, of anderszins dupliceren? Neem dan eerst even contact met ons op. ii

3 Inhoud EEN WOORD VOORAF... II INHOUD... III NOTATIE... V 1 LEREN KAN ALTIJD EN OVERAL Mogelijkheden voor docenten en begeleiders De onderwerpen in deze handleiding CUMLAUDE LEARNING IN VOGELVLUCHT De menu s, werkruimten en portaalpagina s De delen van het scherm Navigeren in cumlaude Learning De online help Rechten in cumlaude Learning COMMUNICEREN IN CUMLAUDE LEARNING en Externe webmail checken Het forum Zien welke gebruikers ingelogd zijn DOSSIERS BEKIJKEN EN BEOORDELEN Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Dossiers beoordelen STUDENTEN BEGELEIDEN Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Contactgroepen toevoegen Wijzigingen en ongelezen documenten bekijken Thermometers instellen HET PORTFOLIO INZIEN EN BIJWERKEN Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Portfoliodelen bekijken Documenten toevoegen en bewerken Logboek volgen iii

4 7 COMPETENTIEPROFIELEN INZIEN EN BIJWERKEN Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Competentieprofielen bekijken Competentieprofielen wijzigen PROJECTEN BEGELEIDEN Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Wijzigingenoverzicht bekijken Projectthermometers aflezen Logboek volgen Fasering aanpassen Beoordelingen geven TOETSRESULTATEN BEKIJKEN Toetsresultaten bekijken (cumlaude Exam-toetsen) Toetsresultaten bekijken vanuit Studieroutes N@Tschool!-toetsen corrigeren Wat heb je nodig? Wat moet je doen? Toetsen handmatig corrigeren Resultaten van automatische correctie bekijken en aanpassen BIJLAGE 1: GEBRUIKERS EN GROEPEN SELECTEREN iv

5 Notatie In dit document gebruiken we de volgende symbolen en tekstopmaak: Verwijst naar een ander document of een andere locatie in dit document waar je gedetailleerde informatie vindt over het onderwerp. Geeft een belangrijk gebruiksaspect of andere bijzonderheid aan. Geeft een tip. Vetgedrukte tekst Vetgedrukte tekst met haken (>) Tekst in Courier New Geeft vaste programmaonderdelen aan, zoals velden, tabbladen en menuopties. Bijvoorbeeld: klik op Bekijken om een bijlage te bekijken. Duidt een reeks handelingen aan. Bijvoorbeeld: Ga naar (Meer > Communicatie >) Webmail. Geeft variabelen aan, zoals bestandsnamen en namen van functies en permissies. Bijvoorbeeld: Om een groep als geadresseerde te kunnen toevoegen, is de functie USER_ALLOW_MAIL_TO_GROUPS vereist. We gebruiken de instructie 'Klik met de rechtermuisknop' om aan te duiden dat je met je secundaire muisknop moet klikken om het contextmenu te openen. Als je de muis hebt ingesteld voor linkshandig gebruik, lees je hier dus 'Klik met de linkermuisknop'. v

6 Hoofdstuk: Leren kan altijd en overal 1 Leren kan altijd en overal Met cumlaude Learning kun je een complete studie ontwikkelen, begeleiden en succesvol laten afronden. Bied cursussen, toetsen en projecten aan en zet digitale portfolio s op, faciliteer competentiegericht onderwijs en begeleid en coach lerenden. Serveer eenvoudig lesmateriaal of opdrachten uit en laat mensen samenwerken. Met het meegeleverde cumlaude Author kun je ook zelf eenvoudig digitale lesmaterialen maken. Werken waar het je uitkomt Cumlaude Learning is webbased en is in alle grote webbrowsers (Internet Explorer, Firefox, Chrome en Safari) te gebruiken. Zo heb je altijd en overal toegang tot de omgeving. Het uiterlijk van de leeromgeving is aan te passen met elementen van de huisstijl van je organisatie. Zo blijven gebruikers altijd in hun vertrouwde omgeving. Passend voor elke organisatie De modulaire opbouw van cumlaude Learning biedt je veel flexibiliteit. Het pakket is naar jou behoeften in te regelen en uit te breiden. En is prima in fases in te voeren. Zo is het mogelijk voor elke organisatie en onderdelen daarvan een passende leeromgeving te maken. Cumlaude Learning bestaat uit de volgende modules: Smartportaal Cursus Toets Portfolio Project Competentiemanagement Begeleiden en coachen Informeren en communiceren Author 6

7 Hoofdstuk: Leren kan altijd en overal Daarom werken met cumlaude Learning: Lerenden kunnen waar en wanneer zij dat willen aan de slag. Begeleiders hebben direct inzicht in de voortgang en resultaten van lerenden. Leermaterialen zijn eenvoudig te beheren, structureren en ontwikkelen. Inzet naar behoefte door modulaire structuur. Eenvoudig uit te breiden met extra s zoals studieplanning, virtueel klaslokaal en plagiaatdetectie. 1.1 Mogelijkheden voor docenten en begeleiders Iedere organisatie en ieder organisatieonderdeel kan dus zelf bepalen welke combinatie van cumlaude Learning-functionaliteit wordt ingezet. Afhankelijk van de gemaakte keuzen, kun je als docent of begeleider de volgende basismogelijkheden vinden in cumlaude Learning: je eigen studiematerialen online toegankelijk maken aanvullende informatiebronnen maken en publiceren digitale projectgroepen opzetten toetsen samenstellen en toetsresultaten bekijken communiceren met je leerlingen of studenten via de leeromgeving Als je organisatie gebruikmaakt van digitale portfolio's en e-learning op basis van competentieprofielen, heb je ook de mogelijkheid portfoliodelen en persoonlijke competentieprofielen van leerlingen of studenten in te zien en hen te begeleiden bij hun keuzen en leerproces. 1.2 De onderwerpen in deze handleiding Deze handleiding richt zich op docenten of begeleiders die verantwoordelijk zijn voor de begeleiding van leerlingen of studenten, de begeleiders. Als begeleider vind je hier alle informatie die je nodig hebt om snel aan de slag te gaan met cumlaude Learning. Je vindt de nodige informatie in de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 2: cumlaude Learning in vogelvlucht Hoofdstuk 3: Communiceren in cumlaude Learning Hoofdstuk 4: Dossiers bekijken en beoordelen Hoofdstuk 5: Studenten begeleiden Hoofdstuk 6: Het portfolio inzien en bijwerken Hoofdstuk 7: Competentieprofielen inzien en bijwerken Hoofdstuk 8: Projecten begeleiden Hoofdstuk 9: Toetsresultaten bekijken Aparte handleiding voor onderwijsontwikkelaars en docent-auteurs Voor docenten die zelf materialen maken voor de leeromgeving, de onderwijsontwikkelaars en docent-auteurs, is de handleiding Aan de slag met cumlaude Learning voor onderwijsontwikkelaars en docent-auteurs beschikbaar. 7

8 Hoofdstuk: Leren kan altijd en overal Opmerkingen bij het lezen van de handleiding Deze handleiding is gebaseerd op een standaard cumlaude Learning-huisstijl. Het zou kunnen dat de kleuren in de versie die je organisatie gebruikt, afwijken van de kleuren van de hier getoonde schermafbeeldingen. In cumlaude Learning heb je vaak meerdere mogelijkheden om een bepaalde actie uit te voeren. De meeste acties worden gestart vanaf de menubalk. Acties kunnen echter ook beschikbaar zijn via het contextmenu of het actiepaneel. Deze handleiding beschrijft, indien mogelijk, alleen acties uit de menubalk en het actiepaneel. Doordat cumlaude Learning meeschaalt met de hoogte en breedte van de browser zonder in te leveren op leesbaarheid ( responsive design ) kunnen sommige onderdelen anders worden getoond, afhankelijk van de grootte van je browser bij het opstarten van het portaal of een werkruimte. Zo kunnen sommige werkruimten uit het portaalmenu Meer ook los op de menubalk worden getoond, en bij voldoende ruimte op de menubalk wordt er geen menu Meer getoond maar worden alle werkruimten daaruit los getoond. Hiernaast kunnen in de werkruimten Portfolio, Projecten, Portfoliosjablonen beheren, Projecten beheren en Materialenbank, de acties Knippen, Kopiëren, Plakken en Verwijderen op de menubalk, los worden getoond of gegroepeerd onder Beheren. Bij verwijzingen in deze handleiding naar werkruimten die los op de menubalk kunnen worden getoond en naar acties die kunnen worden gegroepeerd, wordt het menu tussen haakjes gezet, bijvoorbeeld: (Meer > Studie >) Portfolio en (Beheren >) Kopiëren. Houd er verder rekening mee dat de weergave van menu s en acties in je browser als gevolg van responsive design kunnen afwijken van de schermafbeeldingen in deze handleiding. Tenslotte nog een opmerking over de woordkeuze: omwille van de helderheid wordt in deze handleiding gesproken over studenten. In plaats hiervan kun je echter ook deelnemers, cursisten of leerlingen lezen. 8

9 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht 2 cumlaude Learning in vogelvlucht Dit hoofdstuk voert je in vogelvlucht door cumlaude Learning. Je kunt het gebruiken om vertrouwd te raken met het programma. Je krijgt hier uitleg over: de hoofdonderdelen van het programma: het smartportaal, de werkruimten, de portaalpagina s, de menubalk en het kruimelpad de namen van de elementen op het scherm de navigatiemogelijkheden in het programma de online help-functie de rechten van gebruikers in het programma 2.1 De menu s, werkruimten en portaalpagina s Cumlaude Learning bestaat uit een smartportaal, en diverse werkruimten en portaalpagina s. Daarnaast zijn links in de applicatie een menubalk, en bovenaan de applicatie een kruimelpad beschikbaar. Als je inlogt in cumlaude Learning zie je het smartportaal. 9

10 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht Jouw organisatie kan echter ook standaard met een portaalpagina starten: Het smartportaal Het smartportaal is een pagina die de laatst geopende elementen en notificaties weergeeft. Bovenaan het smartportaal zie je gekleurde tegels, één voor de laatst geopende elementen (Laatst geopend) en de overige voor werkruimten waarvan notificaties worden getoond (Postkantoor, Nieuws, enz.). Heeft een werkruimte geen notificaties, dan is de tegel transparant. Door op een tegel te klikken zie je de informatie van het onderdeel, met links daarvan een verticale strook in de kleur van de tegel. Ook verschijnt dan bovenaan het smartportaal een balk waarmee je kunt wisselen tussen de verschillende onderdelen. Bij het scrollen door het smartportaal wordt hierin telkens automatisch het actieve onderdeel geselecteerd. Met het pijltje boven de onderdeel-informatie keer je weer terug naar alle tegels. De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle tegels, met een beschrijving van elke tegel en het bijbehorende informatie-overzicht. TEGEL BESCHRIJVING Laatst geopend De tegel toont geen extra informatie. Het overzicht toont de laatst geopende onderdelen (op dit moment alleen nog de 5 laatst geopende studieroutes). Door op een onderdeel te klikken, kun je naar het onderdeel gaan. Postkantoor De tegel toont hoeveel ongelezen berichten er zijn in het Postkantoor. Het overzicht toont deze berichten. Door op de verzender of het onderwerp van een bericht te klikken, kun je naar het bericht gaan. Nieuws De tegel toont hoeveel ongelezen nieuwsberichten er zijn in de widget Nieuws. Het overzicht toont deze berichten. Vanuit het 10

11 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht TEGEL BESCHRIJVING Projecten Portfolio Forums overzicht kun je berichten lezen (eventueel via een link), en acties op berichten uitvoeren. De tegel toont hoeveel wijzigingen er zijn in het wijzigingenoverzicht in Projecten vanaf de installatie van cumlaude Learning, en daarna vanaf elk moment dat je de wijzigingen reset. Dit laatste kan met de knop Notificaties wissen rechts van de titel boven het overzicht. Het overzicht toont de wijzigingen. De tegel toont hoeveel wijzigingen er zijn in het wijzigingenoverzicht in Portfolio vanaf de installatie van cumlaude Learning, en daarna vanaf elk moment dat je de wijzigingen reset. Dit laatste kan met de knop Notificaties wissen rechts van de titel boven het overzicht. Het overzicht toont de wijzigingen. De tegel toont hoeveel nieuwe en gewijzigde onderwerpen en reacties er zijn in de forums in Forums, vanaf de installatie van cumlaude Learning, en daarna vanaf elk moment dat je de notificatie reset. Dit laatste kan met de knop Notificaties wissen rechts van de titel boven het overzicht. Het overzicht toont alle forums uit Forums, met bij elk forum het totaal aantal onderwerpen en reacties. Vergrendeld De tegel en het overzicht tonen hoeveel elementen door de gebruiker zijn vergrendeld. Via een link in het overzicht kan naar het overzicht Vergrendelde elementen worden gegaan. Het smartportaal wordt ververst bij het opstarten van cumlaude Learning en bij elk bezoek aan het smartportaal. Je opent het smartportaal door in de menubalk op Dashboard of in het kruimelpad op de homeknop startpagina is). Portaalpagina te klikken (als het smartportaal de Een portaalpagina is een pagina die naar wens kan worden ingericht door widgets op de pagina te plaatsen en door de pagina- en widget-instellingen te wijzigen. Het aanpassen van een portaalpagina kan via het menu rechtsboven op de pagina. Er zijn twee typen portaalpagina s: algemene portaalpagina s waartoe meerdere gebruikers toegang kunnen hebben, en persoonlijke portaalpagina s die alleen voor jou zichtbaar zijn. Je opent een portaalpagina door eerst het smartportaal te openen, en daarna achtereenvolgens op de keuzelijst in het kruimelpad en de portaalpagina te klikken. Algemene portaalpagina s vallen onder de categorie Portaal, persoonlijke portaalpagina s onder de categorie Mijn portaal. Via de keuzelijst kun je ook naar portaalpagina s zoeken, (eigen) portaalpagina s aanmaken, portaalpagina s sorteren en het hele overzicht tonen. 11

12 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht Werkruimte Een werkruimte is de ruimte waarin je werkt. Afhankelijk van welke werkruimte het betreft, kun je er bijvoorbeeld gebruikers begeleiden of studierouteresultaten bekijken. Werkruimten worden geopend via de menubalk. Menubalk Links in het programma zie je de menubalk met de menuopties en menu s waartoe je toegang hebt. De menu s (Meer en/of Beheer) geven toegang tot alle werkruimten die je mag openen (in de menu s ingedeeld in categorieën), m.u.v. Postkantoor. Zo kun je in het menu Meer, in de categorie Coaching, bijvoorbeeld de werkruimten Begeleiden, Studierouteresultaten en Aangeboden dossiers zien: Hiernaast kunnen sommige werkruimten uit het menu Meer ook los op de menubalk beschikbaar zijn, zodat je ze direct kunt openen (de menuopties met een naam eronder). Bij voldoende ruimte zie je alle menuopties uit het menu Meer los, en wordt het menu Meer niet meer getoond. De werkruimte Postkantoor kan worden geopend met het icoon menubalk. bovenaan in de De menu s bevatten de volgende werkruimten: Meer: werkruimten voor het gebruik van cumlaude Learning en de begeleiding van gebruikers (met name voor eindgebruikers en begeleiders), Als begeleider kun je hier onder andere: o overzichten van toetsen en studieroutes bekijken o de studievoortgang van je studenten volgen 12

13 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht o o o o o o o o o o documenten bekijken die zijn ingeleverd voor een inleveropdracht toetsresultaten bekijken SCORM-resultaten bekijken projecten begeleiden portfolio s van je studenten inzien assessmentdossiers beoordelen studieroutes inzien die je begeleidt projecten raadplegen waarin je begeleider bent berichten sturen zien welke gebruikers zijn ingelogd Beheer: werkruimten voor het beheer van cumlaude Learning en de ontwikkeling van materialen (met name voor beheerders en onderwijsontwikkelaars en docent-auteurs). Tenslotte vind je in de menubalk nog enkele vaste elementen. Dit zijn van boven naar beneden en van links naar rechts: je afbeelding (of de standaardafbeelding als er geen afbeelding is ingesteld). een knop waarmee je het postkantoor kunt openen:. Bij ongelezen berichten kan de knop een notificatie tonen. Door op de knop te klikken wordt het postkantoor geopend en verdwijnt ook de notificatie. Controle op ongelezen berichten gebeurt bij het opstarten en elke 5 minuten. een knop waarmee je direct kunt zoeken naar cumlaude Learning-onderdelen (op dit moment alleen nog studieroutes):. Vanuit de zoekfunctie kun je daarna met Geavanceerd zoeken naar materialen (en onderdelen) zoeken. een knop waarmee je kunt wisselen tussen geopende werkruimten en (portaal) pagina s, en deze eventueel kunt sluiten:. De knop geeft ook aan hoeveel werkruimten en (portaal)pagina s er openstaan. een knop waarmee je de online help kunt openen:. En naast je afbeelding (na het klikken erop): een link waarmee je je persoonlijke instellingen kunt openen een link waarmee je kunt uitloggen (om met een andere inlognaam weer in te loggen) De menubalk is altijd zichtbaar ongeacht waar je je bevindt in de applicatie. 13

14 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht Kruimelpad Via het kruimelpad kun je portaalpagina s en het smartportaal openen, terugkeren naar het startscherm of de werkruimte, of wisselen tussen onderdelen binnen dezelfde werkruimte, en kun je zien welke werkruimte of (portaal)pagina je op dat moment open hebt staan. Het kruimelpad toont achtereenvolgens een homeknop, de geopende (portaal)pagina of werkruimte, en eventueel het geopende onderdeel. Het kruimelpad is altijd zichtbaar, ongeacht waar je je bevindt in de applicatie. Voor toegang tot menuopties, informatie op het smartportaal, werkruimten, portaalpagina s, en het kunnen wijzigen van portaalpagina s moet je over de juiste functionele rechten beschikken. 2.2 De delen van het scherm Het scherm in de diverse werkruimten is opgebouwd uit een aantal vaste delen. In de volgende afbeelding zie je de werkruimte Aangeboden dossier uit het menu Meer afgebeeld, met de namen van de schermdelen erbij. menubalk linkerpaneel rechterpaneel De menubalk bevat (menu s met) menuopties voor de werkruimte. Het linkerpaneel (of: verkennerpaneel) gebruik je om elementen uit een structuur te 14

15 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht selecteren. In het rechterpaneel kun je het geselecteerde element bewerken. Sommige werkruimten gebruiken een actiepaneel in plaats van een menubalk, en tabbladen in het rechterpaneel, bijvoorbeeld Studierouteresultaten: Tabbladen Actiepaneel Het actiepaneel bevat de acties die betrekking hebben op de werkruimte. Op de tabbladen kun je het geselecteerde element bewerken. 2.3 Navigeren in cumlaude Learning Om van de ene werkruimte of (portaal)pagina naar de andere te gaan, kun je: in de menubalk op Meer of Beheer klikken en de werkruimte uit het menu selecteren; in de menubalk op de losse menuoptie van de werkruimte klikken; in de menubalk op Geopende werkruimten en (portaal)pagina s klikken en de geopende werkruimte/(portaal)pagina uit de lijst selecteren: Werkruimten en (portaal)pagina s die je hebt geopend, blijven open staan. Hierdoor worden ze bij terugkeer sneller geladen. Via de knop Geopende werkruimten en (portaal)pagina s kun je zien welke er open staan. 15

16 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht in het kruimelpad op Smartportaal of de portaalpagina klikken, en vervolgens in de keuzelijst op de gewenste (portaal)pagina klikken. Om te wisselen tussen werkruimte-onderdelen, kun je: in het kruimelpad op het geopende onderdeel klikken en een ander onderdeel selecteren. Om terug te keren naar het startscherm, kun je: in het kruimelpad op de homeknop klikken. Je kunt een werkruimte of (portaal)pagina sluiten door: achtereenvolgens op de knop Geopende werkruimten en (portaal)pagina s en het kruisje achter de werkruimte/(portaal)pagina te klikken. De laatste werkruimte of (portaal)pagina kun je niet sluiten. Om de route naar een werkruimte in de menubalk weer te geven, gebruikt deze handleiding de volgende notatie: menunaam > categorienaam > werkruimtenaam (bij een beheerwerkruimte: zonder beheren ), bijvoorbeeld: Beheer > Studie > Materialenbank of (Meer > Studie >) Studieroute. 2.4 De online help Voor de taken die je het meest zult uitvoeren, vind je in deze handleiding alle instructies die je nodig hebt. Daarnaast kun je binnen het programma gebruikmaken van de contextgevoelige online help. Deze kun je vanuit een werkruimte of portaalpagina oproepen door linksonder in de menubalk op Help te klikken. Ook vanuit sommige cumlaude Learningonderdelen, zoals wizards of velden, kun je de help oproepen; dit kan met de knop Help of het icoon. Hieronder zie je hoe je de help opent vanuit de werkruimte Wie zijn online?. 16

17 Hoofdstuk: cumlaude Learning in vogelvlucht Mocht je vragen hebben over het programma die niet beantwoord kunnen worden met behulp van de online help of deze handleiding, dan kun je contact opnemen met je cumlaude Learning-applicatiebeheerder of projectcoördinator, die zelf altijd terechtkunnen bij de afdeling Support van Three Ships. 2.5 Rechten in cumlaude Learning Iedere gebruiker in cumlaude Learning krijgt rechten toegewezen. Iemands rechten bepalen tot welke delen van cumlaude Learning hij toegang heeft en welke handelingen hij daar mag uitvoeren. Afhankelijk van de toegekende rechten, kan iemand een bepaalde rol in cumlaude Learning vervullen, bijvoorbeeld die van student, begeleider of applicatiebeheerder. Deze hoeft niet altijd te corresponderen met zijn rol in de fysieke wereld. Als je als begeleider ook verantwoordelijk bent voor het aanmaken van studieroutes, krijg je bijvoorbeeld ook rechten om studieroutes op te zetten in de werkruimte Studieroutes beheren. Waarom ziet cumlaude Learning er bij mij anders uit? Een belangrijk gevolg van de toekenning van rechten en de rol(len) die men daarmee binnen cumlaude Learning vervult, is dat gebruikers met verschillende rollen als het ware verschillende programma's zien. Sommige werkruimten zijn niet voor iedereen toegankelijk. Zo krijgen studenten de beheerwerkruimten niet te zien, gewoonweg omdat ze daar geen taken hoeven uit te voeren. Dit principe werkt ook door op lagere niveaus in het programma. Dat betekent dat je soms een bepaalde menuoptie niet kunt gebruiken. Die optie is dan bedoeld voor iemand met een ander rechtenniveau. Ook kan het voorkomen dat je in de online help een instructie hebt gevonden die je niet kunt uitvoeren, omdat de beschreven functionaliteit voor jou niet toegankelijk is. Je zult dan een beroep moeten doen op een gebruiker met een ander rechtenniveau (meestal je cumlaude Learning-applicatiebeheerder of degene die binnen cumlaude Learning de administratietaken uitvoert). Als dit heel vaak voorkomt, kun je je applicatiebeheerder vragen om je meer rechten toe te kennen. 17

18 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning 3 Communiceren in cumlaude Learning Je kunt om te beginnen communiceren met je studenten en met andere cumlaude Learning-gebruikers, zoals je collega's en de applicatiebeheerder: via cumlaude Learning Het voordeel van cumlaude Learning is dat je binnen cumlaude Learning kunt blijven werken: je hoeft geen andere programma's op te starten. Bovendien heb je geen last van ongevraagde , doordat het om een gesloten systeem gaat. Je vindt de optie linksboven in de menubalk (werkruimte Postkantoor ): Daarnaast kun je er gebruik van maken vanuit andere werkruimten. Als je bijvoorbeeld de voortgangsgegevens van een project bekijkt vanuit de werkruimte Begeleiden, kun je contact opnemen met de deelnemende studenten via de menuoptie Bericht sturen. Andere communicatiemogelijkheden vind je in de categorie Communicatie in het menu Meer. Via deze categorie kun je onder andere: je externe webmail raadplegen discussiëren via forums zien welke andere cumlaude Learning-gebruikers ingelogd zijn 3.1 en Het postkantoor in cumlaude Learning biedt dezelfde mogelijkheden als gangbare e- mailprogramma's. Standaard heeft het postkantoor vijf mappen voor berichten en berichtsjablonen: Postvak IN, Sjablonen, Concepten, Verzonden en Verwijderd. Berichten worden in cumlaude Learning in de conversatieweergave getoond, dat wil zeggen dat zowel het oorspronkelijke bericht als alle antwoorden erop worden getoond, waardoor één gesprek ontstaat. Het laatste bericht staat bovenaan. 18

19 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning Het getal naast Postvak IN, Verwijderd of een eigen map geeft aan hoeveel ongelezen berichten er zijn. Hierbij telt elk ongelezen, aan jou geadresseerd bericht in een conversatie mee. Berichten lezen en afhandelen 1. Ga naar de werkruimte Postkantoor: klik bovenaan in de menubalk op. Je komt automatisch in Postvak IN, waar je in het linkerpaneel je binnengekomen berichten ziet. Bij berichten die uit meerdere berichten bestaan, wordt vermeld uit hoeveel berichten de conversatie bestaat. Ongelezen berichten worden gemarkeerd met een rode balk, vetgedrukte tekst en het icoon: Binnen een bericht worden ze gemarkeerd met een rode balk. Om alle berichten op de getoonde pagina als (on)gelezen te markeren: kies Meer > Alles als (on)gelezen markeren. Om een selectie als (on)gelezen te markeren: vink de berichten aan en kies Meer > Selectie als (on)gelezen markeren. Hierbij worden ook de berichten binnen een bericht meegenomen. 2. Klik op een bericht om het te openen. Ook binnen een conversatie kun je een bericht openen door erop te klikken. Je ziet dan onder andere de menuopties van het bericht. Om alle berichten te: o openen, klik je op Uitklappen: o weer te sluiten, klik je op Inklappen: Een bericht kan van jou zijn (van mij), alleen aan jou gericht (aan mij) of aan meerdere gebruikers gericht zijn (meerdere ontvangers). Klik voor alle adresseringsgegevens op Details. Je ziet hier ook of een ontvanger het bericht heeft geopend: 19

20 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning (niet geopend) of (geopend) 3. Bijlagen worden onder aan een bericht getoond. Klik op Bekijken om een bijlage te bekijken. Sluit de bijlage weer met het kruisje in de rechterbovenhoek. Om een bijlage op je computer te bewaren: klik op Downloaden, kies de bewaaroptie (bijvoorbeeld Save File) en klik op OK. Het bestand wordt opgeslagen in de downloadmap op je computer. Om een bijlage in cumlaude Learning te bewaren: klik op In materialenbank opslaan, selecteer de map en klik op OK. 4. Om een antwoord aan de verzender te sturen, klik op Beantwoorden: Typ je bericht en klik op Verzenden. Voor een antwoord aan de verzender en alle ontvangers, klik je op Allen beantwoorden: Om het bericht door te sturen, klik je op Doorsturen: Voeg bovendien de geadresseerde(n) toe (zie voor instructies de paragraaf Bericht sturen). Bij het beantwoorden of doorsturen van een bericht in een conversatie worden alle voorgaande berichten meegenomen. 5. Je kunt het bericht eventueel archiveren of verwijderen. Voor: archiveren: kies Verplaatsen naar en selecteer de map, Om eigen mappen te maken om je berichten in te archiveren: klik links van Postvak IN op, kies Nieuwe map, geef een naam op en klik op OK. 20

21 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning Om een eigen map weer te verwijderen: vink de map aan en klik op Verwijderen. verwijderen: kies Verwijderen Bij het verwijderen wordt een bericht naar de map Verwijderd verplaatst. Van hieruit kun je het later definitief verwijderen. Om een bericht uit een conversatie te verwijderen, klik je bovenaan dat bericht op: Voor het afdrukken van een enkel bericht of een hele conversatie, klik je respectievelijk boven aan het bericht of de conversatie op: Wijzig eventueel de printinstellingen en klik op OK. Alleen datgene wat je op het scherm ziet, wordt afgedrukt, inclusief adresseringsgegevens. Om ook de berichtenstructuur van berichten af te drukken, klik je vóór het afdrukken op: Bericht sturen 1. Ga naar de werkruimte Postkantoor: klik bovenaan in de menubalk op. 2. Kies Opstellen. Voeg de geadresseerden toe. 3. Typ achter Aan... minstens de eerste 2 letters van: een woord uit de naam van de groep, een woord uit de naam van de gebruiker of de inlognaam van de gebruiker. En selecteer de gebruiker of groep uit de lijst die verschijnt. Herhaal dit voor elke gebruiker of groep die je wilt toevoegen. 21

22 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning Om gebruikers en groepen via een selectievenster te selecteren: klik op, selecteer de gebruikers en/of groepen en klik op OK (zie bijlage 1 voor uitgebreide instructies). Wil je een gebruiker of groep weer verwijderen, klik dan op het kruisje links van de gebruiker of groep. Om een groep als geadresseerde te kunnen toevoegen, is de functie USER_ALLOW_MAIL_TO_GROUPS vereist. Stuur je regelmatig een bericht naar dezelfde gebruikers of een bericht met dezelfde tekst, dan kun je een sjabloon gebruiken waarin deze gegevens al zijn ingevuld. Om een sjabloon te maken: klik in het linkerpaneel op om alle mappen te tonen, selecteer de map Sjablonen, kies Nieuw sjabloon, vul de gegevens in, klik op Opslaan en sluit het sjabloon met het kruisje in de rechterbovenhoek. Om het sjabloon te gebruiken: klik in het linkerpaneel op om alle mappen te tonen, selecteer de map Sjablonen, klik op het sjabloon, en kies Sjabloon gebruiken. 4. Om ook een kopie te sturen: klik op Cc/Bcc (voor een Cc-veld) en eventueel Bcc (voor een Bcc-veld), en selecteer de gebruikers en/of groepen. 5. Geef het onderwerp van het bericht op. 6. Typ je bericht in het berichtveld onderaan. Met de opmaakopties kun je je tekst opmaken, of een afbeelding of link toevoegen. Houd de muis boven een optie om te zien wat deze doet. Voor tekenopmaak (lettergrootte, vet, enzovoort): klik op een woord of selecteer tekst. Voor alinea-opmaak (centreren, opsommingstekens, enzovoort): klik in een alinea of selecteer alinea s. Kies vervolgens de opmaakoptie. Om wijzigingen ongedaan te maken of opnieuw toe te passen, klik een of meer keer op: of 22

23 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning 7. Om een bijlage mee te sturen: klik achter Onderwerp op. Voor een: bestand van schijf: kies Nieuw bestand uploaden, selecteer het bestand op je computer en klik op Open. document uit de materialenbank: kies Document uit materialenbank toevoegen, selecteer het document en klik op OK. link naar een document in de materialenbank: kies Link naar document in materialenbank, selecteer het document en klik op OK. Let op! Doordat het hier om een link gaat, zijn wijzigingen in het oorspronkelijke document ook zichtbaar in de bijlage. Je kunt een document uit de materialenbank niet meerdere keren aan een bericht koppelen. Een bijlage kan de gebruikte ruimte voor mail bij zender en ontvanger verhogen: o een bestand van schijf en een document uit de materialenbank bezetten x MB bij beiden; o een link bezet 0 MB bij beiden, behalve als de link naar een externe gebruiker wordt gestuurd. In dat geval bezet de link 0 MB bij zender en x MB bij ontvanger (deze krijgt het document). Om je gebruikte ruimte te bekijken: klik rechtsboven in het portaal op je naam of afbeelding en kies Instellingen (optie Gebruikte opslagruimte onder Mail). Om een toegevoegde bijlage weer te verwijderen: klik op het kruisje links van de bijlage. 8. Klik op Verzenden of druk op Ctrl+Enter (alleen mogelijk vanuit het berichtveld) om het bericht te versturen. Een verstuurd bericht verschijnt in de map Verzonden. 23

24 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning Wil je het bericht nog niet versturen maar wel bewaren, klik dan op Opslaan. Het bericht wordt opgeslagen in de map Concepten, vanwaar je het later kunt versturen. Om het bericht te printen: klik op Afdrukken. In verschillende werkruimten vind je in de menubalk, het actiepaneel of een contextmenu, de actie Bericht sturen, waarmee je snel een bericht kunt sturen aan een persoon of een groep. Je kunt op deze manier gebruikmaken van zonder dat je eerst de werkruimte Postkantoor hoeft te openen. 3.2 Externe webmail checken Je kunt binnen cumlaude Learning ook je externe raadplegen als je de beschikking hebt over een webmail-account bij bijvoorbeeld Gmail of Outlook.com. Dit kan via Webmail. Ga naar (Meer > Communicatie >) Webmail. Er wordt een nieuw tabblad geopend met de website van je webmailprovider. Je kunt nu inloggen met je mailadres. Om naar je webmail te kunnen gaan, moet je je webmailsite hebben ingesteld. Als je dit nog niet hebt gedaan, verschijnt er automatisch een melding: klik hierin op Ja, typ in de instellingen achter Webmailsite de URL van je webmailprovider (bijvoorbeeld of en kies Opslaan en sluiten. 3.3 Het forum In Forums tref je alle forums aan waaraan je kunt deelnemen. Dit kunnen forums zijn die zijn opgenomen in projecten of studieroutes, maar ook algemene forums. Door middel van forums kun je discussies opstarten over uiteenlopende onderwerpen. Forums die aan een project of studieroute zijn gekoppeld, worden ook in de werkruimten Projecten en Studieroutes getoond. 24

25 Hoofdstuk: Communiceren in cumlaude Learning Verwijzing Zie de online help voor informatie over het deelnemen aan forums. 3.4 Zien welke gebruikers ingelogd zijn Via de werkruimte Wie zijn online? kun je zien wie er op dit moment aan het werk zijn in cumlaude Learning. Ook kun je berichten sturen naar gebruikers. Verwijzing Zie de online help voor informatie over de werkruimte Wie zijn online?. 25

26 Hoofdstuk: Dossiers bekijken en beoordelen 4 Dossiers bekijken en beoordelen Studenten die informatie willen tonen aan hun medestudenten of die documenten willen laten beoordelen door hun begeleider, kunnen deze informatie in hun portfolio verzamelen in een dossier en dit vervolgens aanbieden aan de gewenste gebruikers. Aangeboden dossiers verschijnen bij de ontvangers ervan in de werkruimte Aangeboden dossiers. Vanuit deze werkruimte kunnen dossiers worden bekeken en is het mogelijk notities en feedback aan dossiers toe te voegen. De notities en feedback, en ook wijzigingen die nog door de eigenaar worden aangebracht, zijn direct zichtbaar voor alle gebruikers die toegang hebben tot het dossier (dat wil zeggen de eigenaar en de ontvangers). Als begeleider kun je in de werkruimte Aangeboden dossiers: assessmentdossiers beoordelen die je studenten aan jou hebben aangeboden aangeboden showdossiers van cumlaude Learning-gebruikers bekijken De aanduiding showdossier of assessmentdossier geeft de status van een dossier aan. Een assessmentdossier is een bevroren dossier dat niet meer kan worden gewijzigd, terwijl een showdossier nog wel kan worden gewijzigd. Een dossier kan bestaan uit een enkele HTML-pagina (webpagina-dossier), of een verzameling bestanden die via links op een HTML-pagina of inhoudsopgaven kunnen worden bekeken (website-dossier). Wat heb je nodig? Je hebt toegang nodig tot de werkruimte Aangeboden dossiers. Hiervoor moet aan jou de functie USER_ACCESS_RECEIVED_DOSSIERS zijn toegekend. 26

27 Hoofdstuk: Dossiers bekijken en beoordelen Wat moet je doen? Dossiers beoordelen (paragraaf 4.1) 4.1 Dossiers beoordelen 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Aangeboden dossiers. Als er assessmentdossiers voor je klaarstaan ter beoordeling, vind je deze in de map Inbox. Ongelezen dossiers worden vetgedrukt weergegeven. In de kolom Type en aan het icoon kun je zien of het om een assessmentdossier of showdossier gaat. 2. Selecteer een dossier en kies Bekijken om de inhoud te bekijken en commentaar te geven door middel van notities en feedback. Een website-dossier kan ook via de inhoudsopgaven worden bekeken: klik met de rechtermuisknop op het dossier en kies Inhoudsopgave bekijken. Je kunt nu geen notities of feedback toevoegen. Inhoudsopgaven worden in het linkerpaneel getoond, onder de naam van het dossier. Open een inhoudsopgave door op het plusje te klikken en selecteer de onderdelen die je wilt bekijken. 3. Om een notitie toe te voegen: klik op Toevoegen, typ je tekst in het vak onder Notitie toevoegen en klik op Toevoegen. Selecteer eventueel een ander icoon bij de notitie: (standaardicoon ), neutraal, negatief of positief. Vink Privé aan, als je wilt dat de notitie alleen zichtbaar is voor jou en niet voor andere gebruikers (inclusief de eigenaar). Voor een notitie met bijlage: sluit het dossier met het kruisje in de rechterbovenhoek, klik met de rechtermuisknop op het dossier en kies de gewenste optie. 27

28 Hoofdstuk: Dossiers bekijken en beoordelen Voor een: o notitie met bijlage: kies Notitie met bijlage toevoegen o, klik op selecteer een bestand, selecteer een bestand van schijf en klik op Open, notitie met bijlage gebaseerd op een sjabloon: kies Notitie met bijlage van sjabloon toevoegen, selecteer het sjabloon (bijvoorbeeld een Word-document), klik op OK, bewerk het document, sla je wijzigingen op, sluit het document, en keer terug naar cumlaude Learning. Kies vervolgens eventueel een icoon en typ je tekst. Let op! Een toegevoegde notitie kan niet meer worden gewijzigd of verwijderd. 4. Om feedback op een notitie te geven: klik onder de notitie op Notitiefeedback (x), klik op Toevoegen, typ je tekst in het vak onder Notitiefeedback toevoegen, en klik op Toevoegen. Selecteer eventueel een ander icoon bij de feedback. Let op! Toegevoegde feedback kan niet meer worden gewijzigd of verwijderd. Klik bovenaan op Notities tonen om weer terug te keren naar alle notities. 5. Als je klaar bent, sluit het dossier dan met het kruisje in de rechterbovenhoek. Om je aandacht op het dossier te houden, kunt het weer op ongelezen zetten, het wordt dan vetgedrukt getoond: selecteer het dossier en kies Markeren als ongelezen. Bepaal ook eventueel je eindbeoordeling en breng de student daarvan op de hoogte (bijvoorbeeld via een cumlaude Learning-bericht). 28

29 Hoofdstuk: Dossiers bekijken en beoordelen 6. Om het dossier te archiveren: selecteer het dossier, kies Knippen, selecteer de map Gearchiveerd, en kies Plakken. Met knippen en plakken kun je het dossier eventueel ook weer terugplaatsen in de inbox. Onder Inbox en Gearchiveerd kun je ook submappen voor je dossiers maken: selecteer Inbox of Gearchiveerd, kies Nieuwe map, geef de naam op, en klik op OK. Om een map weer te verwijderen: selecteer de map en kies Verwijderen. 7. Om het dossier te verwijderen: selecteer het dossier en kies Verwijderen. Met de optie Verwijderen wordt een dossier niet echt verwijderd, maar alleen naar de map Verwijderd verplaatst. Van hieruit kan het altijd weer worden teruggeplaatst in de inbox of de map Gearchiveerd, middels knippen en plakken. De map Verwijderd kan onzichtbaar worden gemaakt: kies Meer > Voorkeuren en vink Map Verwijderd tonen uit. Zet de optie weer aan als je de map weer wilt tonen. 29

30 Hoofdstuk: Studenten begeleiden 5 Studenten begeleiden Om grote groepen studenten in cumlaude Learning effectief te kunnen begeleiden, is er de werkruimte Begeleiden. In deze werkruimte kun je alle informatie bekijken en eventueel wijzigen die voor jou van belang is bij het begeleiden je studenten. Dit gaat om gegevens over projecten, het portfolio, competentieprofielen, dossiers, studieroutes, inleveropdrachten en toetsen. Bij het zoeken naar informatie vormen gebruikers en groepen het uitgangspunt: door een gebruiker of groep te selecteren, krijg je de beschikking over de gegevens van de gebruiker(s). Een student kan in de werkruimte Voortgang alle informatie bekijken die voor hem interessant is bij het studeren. Gebruikers en groepen worden in de werkruimte Begeleiden geordend in contactgroepen op de portaalpagina van de werkruimte. Mogelijk zie je op de portaalpagina al een aantal standaard contactgroepen. Afhankelijk van je rechten, kunt contactgroepen toevoegen en/of de standaard contactgroepen verwijderen. Er zijn contactgroepen die automatisch met gebruikers en groepen worden gevuld (bijvoorbeeld Studieroutebegeleiding en Projectbegeleiding), maar je kunt ook je eigen contactgroepen samenstellen (met Mijn contactpersonen en Nieuwe contactgroep). Van een gebruiker of groep die je selecteert, zie je alleen die informatie die je als begeleider mag zien. Of je de gegevens ook daadwerkelijk kunt openen of bewerken, hangt af van welk type begeleider je bent en welke rechten je hebt. Om je te assisteren, zijn er wijzigingenoverzichten beschikbaar waarop je kunt zien welke activiteiten gebruikers in een bepaalde periode hebben uitgevoerd en welke 30

31 Hoofdstuk: Studenten begeleiden documenten je nog niet hebt gelezen. Op basis daarvan kun je besluiten of het nodig is ergens verder in te duiken. Hiernaast kun je je persoonlijke thermometers instellen om gebruikers beter te kunnen begeleiden. Wat heb je nodig? Je hebt toegang nodig tot de werkruimte Begeleiden. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_COACH_MODULE zijn toegekend. Je hebt rechten nodig om thermometers te kunnen instellen. Deze heb je met de functie USER_ALLOW_COACH_THERMOMETER. Tenslotte heb je rechten nodig om studieroute-informatie, toetsinformatie, portfoliodelen, dossiers, competentieprofielen en projecten van studenten te kunnen bekijken en eventueel te kunnen wijzigen. Deze rechten heb je onder andere als je individueel begeleider van een gebruiker bent of begeleider van een studieroutepublicatie waarin de student deelnemer is. Voor het inzien en wijzigen van portfoliodelen en competentieprofielen heb je daarnaast bovendien de functies USER_ACCESS_OTHER_PORTFOLIOS en USER_ACCESS_OTHER_COMPETENCE_PROFILES nodig. Wat moet je doen? contactgroepen toevoegen (paragraaf 5.1) wijzigingen en ongelezen documenten bekijken (paragraaf 5.2) thermometers instellen (paragraaf 5.3) het portfolio inzien en bijwerken (hoofdstuk 6) competentieprofielen inzien en bijwerken (hoofdstuk 7) projecten begeleiden (hoofdstuk 8) Verwijzing Instructies voor het bekijken van toetsinformatie en studieroute-informatie vind je in de online help. 5.1 Contactgroepen toevoegen Om informatie over gebruikers of groepen te kunnen raadplegen, moeten er contactgroepen met die gebruikers of groepen op de portaalpagina staan. Met voldoende rechten, kun je zelf contactgroepen toevoegen vanuit de widgetgalerie. De volgende contactgroepen kunnen beschikbaar zijn: Individuele begeleiding (vereist de functie USER_ALLOW_COACH_USERS): wordt automatisch gevuld met alle gebruikers waarvan je individueel begeleider bent, dat wil zeggen waaraan je direct als begeleider bent gekoppeld via de actie Begeleiders beheren; 31

32 Hoofdstuk: Studenten begeleiden Portfoliobegeleiding (vereist USER_ACCESS_OTHER_PORTFOLIOS): wordt automatisch gevuld met alle gebruikers die je begeleidt als deelnemer in het portfolio van die gebruiker; het maakt hierbij niet uit welk deelnemersprofiel je hebt; Projectbegeleiding (vereist USER_ALLOW_COACH_PROJECTS): wordt automatisch gevuld met alle gebruikers die je begeleidt als deelnemer in het project van die gebruiker; het maakt hierbij niet uit welk deelnemersprofiel je hebt; Studieroutebegeleiding (vereist USER_ALLOW_COACH_COURSES): wordt automatisch gevuld met alle gebruikers die zijn gekoppeld aan studieroutepublicaties waarvan je begeleider bent; Mijn contactpersonen: kun je zelf vullen met gebruikers en groepen; Contactgroepen die je zelf hebt gemaakt met de widget Nieuwe contactgroep. Hiernaast is er nog een widget: Nieuwe contactgroep: hiermee kun je nieuwe contactgroepen op de pagina plaatsen en zelf vullen met gebruikers en groepen. Behalve in Begeleiden kun je ook in Wie zijn online? contactgroepen samenstellen. De contactgroepen in beide werkruimten worden gedeeld, met uitzondering van: Individuele begeleiding, Portfoliobegeleiding, Projectbegeleiding en Studieroutebegeleiding (alleen in Begeleiden) en Alle ingelogde gebruikers (alleen in Wie zijn online?). Contactgroep toevoegen 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Klik bovenaan de pagina op het menu: en kies Widgetgalerie tonen. 3. Klik op de contactgroep en sleep deze naar de gewenste plek op de pagina (je kunt ook direct slepen). Sluit de widgetgalerie met Widgetgalerie verbergen in het menu. Voor een zelf samen te stellen contactgroep: kies Mijn contactpersonen, Nieuwe contactgroep, of een contactgroep die je zelf hebt gemaakt. Voor een contactgroep die automatisch wordt gevuld: kies een van de andere contactgroepen. 32

33 Hoofdstuk: Studenten begeleiden Bij het kiezen van de widget Nieuwe contactgroep, wordt de contactgroep bovendien in de widgetgalerie toegevoegd. Je kunt deze dan eventueel meerdere keren op de pagina gebruiken. Bepaal nu de instellingen voor de contactgroep en welke informatie je wilt zien via de contactgroep. 4. Klik op het menu van de contactgroep en kies Bewerken. 5. Alleen bij een contactgroep gebaseerd op de widget Nieuwe contactgroep: geef bij Titel de naam van de contactgroep op. 6. Vink onder Begeleidingsonderdelen de tabbladen aan die je wilt tonen bij selectie van een gebruiker of groep (sommige gelden voor gebruikers, andere voor groepen). Let op! Als je geen toegang hebt tot bepaalde informatie van een gebruiker of groep, kan dit behalve door onvoldoende rechten dus ook komen doordat het betreffende begeleidingsonderdeel niet is aangevinkt in de contactgroep vanwaaruit je de informatie opent. Wijzig eventueel de hoogte van de contactgroep (in pixels). Stel bij Aantal gebruikers per pagina in hoeveel gebruikers er in de lijst- en iconenweergave op een pagina worden getoond. Vink onder Wijzigingenoverzicht de optie Automatisch laden aan als je het wijzigingenoverzicht van een groep automatisch wilt laden bij het openen ervan of bij het kiezen van een andere optie bij Wijzigingen sinds (anders moet je het handmatig laden). Het nadeel hiervan is wel dat altijd de wijzigingen van de hele groep worden geladen, wat enige tijd kan duren bij een grote groep. Bij handmatig laden kun je ook alleen de wijzigingen van één of enkele gebruikers laden. Stel bij Begintabblad gebruiker en Begintabblad groep in welk tabblad wordt geopend bij het bekijken van de informatie van een gebruiker of groep. 7. Klik op Opslaan om je instellingen te bewaren. 8. Bij de contactgroep Mijn contactpersonen of een contactgroep gebaseerd op de widget Nieuwe contactgroep: voeg gebruikers en/of groepen toe. Klik hiervoor 33

34 Hoofdstuk: Studenten begeleiden boven aan de contactgroep op Leden toevoegen en/of groepen en klik op OK., selecteer de gebruikers Verwijzing Zie bijlage 1 voor instructies over het selecteren van gebruikers en groepen. Om een gebruiker of groep te verwijderen: klik op het menu bij de gebruiker of groep, kies Uit contactgroep verwijderen en klik op OK. Het is niet mogelijk losse gebruikers of groepen uit een toegevoegde groep te verwijderen; je kunt alleen de groep als geheel verwijderen. 9. Wijzig eventueel de weergave van de gebruikers in de contactgroep: klik op het menu van de contactgroep en kies de weergave (Lijst, Iconen of Boom). In de contactgroepen Projectbegeleiding en Studieroutebegeleiding kun je via de boomweergave een project of de informatie van een studieroute openen. Om een contactgroep te verwijderen: o van de pagina: klik op het menu en kies Widget verwijderen. o van de pagina en uit de widgetgalerie (alleen bij een contactgroep gebaseerd op de widget Nieuwe contactgroep): klik op het menu Contactgroep verwijderen. en kies 5.2 Wijzigingen en ongelezen documenten bekijken Van elke gebruiker die je begeleidt kun je een individueel wijzigingenoverzicht raadplegen. Hierin kun je zien: wat er in een bepaalde periode is gewijzigd in de competentieprofielen, portfoliodelen, dossiers, projecten, toetsen en studieroutes van de gebruiker; welke documenten je nog niet hebt gelezen in de projecten of in het portfolio van de gebruiker; 34

35 Hoofdstuk: Studenten begeleiden wanneer de gebruiker voor het laatst was ingelogd, of hij op dit moment is ingelogd, of andere algemene informatie over de gebruiker bekijken. Naast het individuele wijzigingenoverzicht, kun je ook een groepsoverzicht bekijken, met wijzigingen voor alle leden van een groep. In dit overzicht zie je: in welke onderdelen wijzigingen hebben plaatsgevonden, bijvoorbeeld in projecten of competentieprofielen; of er documenten zijn in de projecten of in het portfolio van de gebruiker die je nog niet hebt gelezen; alle thermometerstanden die je voor gebruikers hebt ingesteld. Individueel wijzigingenoverzicht bekijken 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op de gebruiker. Dit is hetzelfde als op het menu bij de gebruiker klikken en Voortgang bekijken kiezen. Kies eventueel een filter om gebruikers makkelijker te kunnen vinden. Je ziet dan alleen de gebruikers die voldoen aan het filter. Je kunt ook boven aan de contactgroep op Voortgang bekijken klikken (het voortgangsvenster toont dan alle gebruikers en groepen uit de contactgroep) en daarna de gebruiker selecteren. 4. Selecteer het tabblad Wijzigingen. 35

36 Hoofdstuk: Studenten begeleiden Onder Gebruikersinformatie zie je de algemene informatie van de gebruiker, en eronder de wijzigingen van de afgelopen week. Als de gebruiker een persoonlijke pagina heeft, kun je deze openen via de link Persoonlijke pagina in de gebruikersinformatie. 5. Om wijzigingen van een andere periode te zien: kies achter Wijzigingen sinds het begintijdstip van de periode. Je ziet nu alle wijzigingen vanaf het gekozen tijdstip tot nu toe. Klik op een link naar een portfoliodeel, competentieprofiel, document, (...), of klik achter een portfoliologboek, projectforum, (...) op om het element in een apart venster te openen. Sluit het element weer met het kruisje in de rechterbovenhoek. Kies Verversen om ook de laatste wijzigingen te zien. 6. Om een overzicht van alle ongelezen documenten te zien: kies achter Wijzigingen sinds Ongelezen documenten. Je ziet nu alle documenten uit projecten en portfoliodelen van de gebruiker die je nog niet hebt gelezen. Klik op een documentlink om het document te bekijken. De inhoud wordt getoond met toegevoegde notities en feedback. Eventueel kun je notities en feedback toevoegen. Sluit het document weer met het kruisje in de rechterbovenhoek. Kies Verversen bekijken. om te zien welke documenten je hierna nog moet 36

37 Hoofdstuk: Studenten begeleiden Wijzigingenoverzicht van een groep bekijken 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de groep deel uitmaakt. 3. Klik op de groep. Dit is hetzelfde als op het menu bij de groep klikken en Voortgang bekijken kiezen. Je kunt ook boven aan de contactgroep op Voortgang bekijken klikken (het voortgangsvenster toont dan alle gebruikers en groepen uit de contactgroep) en daarna de groep selecteren. 4. Selecteer het tabblad Wijzigingen. In de kolom zie je de ingestelde thermometerstanden en in de overige kolommen de gewijzigde onderdelen van de afgelopen week (alleen als het overzicht automatisch wordt geladen). Bij een gebruiker kunnen de volgende iconen worden getoond: o o : de wijzigingen zijn nog niet geladen en handmatig laden is nodig, : er zijn geen wijzigingen bij de gebruiker, o : er zijn wijzigingen bij de gebruiker. Als een onderdeel is gewijzigd wordt in de betreffende kolom het icoon getoond. Houd de muis boven een icoon in de kolomkop om te zien welke wijzigingen in de kolom worden getoond (er verschijnt een tooltip). Als de wijzigingen nog niet zijn geladen en je ze wilt zien, kies dan Wijzigingenoverzicht laden. 37

38 Hoofdstuk: Studenten begeleiden Verwijzing Zie de volgende paragraaf voor instructies over het instellen van thermometers. 5. Voor de wijzigingen van een andere periode, of om te zien of er nog ongelezen documenten zijn, kies je achter Wijzigingen sinds het begintijdstip van de periode waarover je de wijzigingen wilt zien of Ongelezen documenten. Kies vervolgens Wijzigingenoverzicht laden automatisch wordt geladen. als het wijzigingenoverzicht niet Per gebruiker wordt getoond welke onderdelen zijn gewijzigd of of er ongelezen documenten zijn. Omdat het laden van wijzigingen bij een groep met veel gebruikers enige tijd kan duren, kun je ook alleen de wijzigingen van één of enkele gebruikers laden (niet mogelijk bij automatisch laden): selecteer eerst de gebruiker(s) en laad daarna het wijzigingenoverzicht. Je kunt meerdere gebruikers selecteren door ze aan te klikken terwijl je de Ctrl-toets ingedrukt houdt. 6. Klik op het icoon in een onderdeelkolom om naar het wijzigingen-overzicht van de gebruiker, met de wijzigingen/ongelezen documenten, te gaan. 5.3 Thermometers instellen Door thermometers in te stellen voor gebruikers, kun je in één oogopslag zien hoe een gebruiker functioneert. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Thermometer instellen. 4. Kies de thermometerwaarde en voeg eventueel een opmerking toe. 5. Klik op OK. 38

39 Hoofdstuk: Studenten begeleiden De gekozen thermometerwaarde wordt in de contactgroep achter de gebruiker getoond, en in het groepswijzigingenoverzicht in de kolom achter de gebruiker. Om een aanpassing van de thermometerstand in de contactgroep te kunnen zien, moet deze eerst worden ververst. Dit kan met het icoon rechtsboven aan de contactgroep. Om een thermometerwaarde te wissen: klik in het venster Thermometer instellen op Thermometer wissen. 39

40 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken 6 Het portfolio inzien en bijwerken Een portfolio geeft een student de beschikking over een eigen opslagruimte binnen cumlaude Learning waarin hij: alle documenten kan inzien en beheren die te maken hebben met zijn opleiding of werk, zoals cijferlijsten, werkstukken, of documenten die betrekking hebben op een opleidings- of activiteitenplan; dossiers kan samenstellen, bijvoorbeeld op basis van documenten in het portfolio. Deze dossiers kunnen eventueel worden gepubliceerd of vrijgegeven ter beoordeling door ze aan te bieden aan cumlaude Learning-gebruikers of externe personen; competentieprofielen kan raadplegen, om te zien welke competenties hij kan of moet verwerven; gespreksnotities kan maken en raadplegen. Gespreksnotities kunnen op verschillende manieren worden gebruikt, bijvoorbeeld als logboek of om afspraken mee vast te leggen. Een portfolio kan bestaan uit een map Portfolio, waarin alle documenten en dossiers worden beheerd, een map Competentieprofielen, waarin alle informatie is te vinden over competenties, en een map Gespreksnotities waarin de gespreksnotities van de student worden bewaard. Dit hoofdstuk geeft instructies voor hoe u, als begeleider, kunt meekijken in de map Portfolio en eventueel wijzigingen kunt aanbrengen. 40

41 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken Verwijzing Informatie over de map Competentieprofielen vind je in hoofdstuk 7 Competentieprofielen inzien en bijwerken. In de online help vind je informatie over de map Gespreksnotities. De map Portfolio bevat: een algemeen wijzigingenoverzicht, waarop de student, of jij als begeleider, alle wijzigingen in de map Portfolio vanaf een bepaald tijdstip kan bekijken en kan zien welke ongelezen documenten de student of jij nog niet hebt gelezen (afhankelijk van wie kijkt); eventueel een dossiermap, waarbinnen de student dossiers kan samenstellen; eventueel een of meer portfoliodelen, waarin de student alle eigen documenten kan beheren en (als hij daar rechten voor heeft) de administratieve documenten kan inzien die de organisatie bijhoudt over zijn studieresultaten en -voortgang. Als de gebruikers in je organisatie de beschikking hebben over portfolio's, kun je hen op twee manieren begeleiden. Zo kun je op ieder moment meekijken in de portfoliodelen van de studenten die je begeleidt, via de werkruimte Begeleiden. Hiernaast kun je de assessmentdossiers met bestanden die gereed zijn voor beoordeling bekijken in de werkruimte Aangeboden dossiers, zodra de studenten deze dossiers hebben vrijgegeven. Verwijzing Zie hoofdstuk 4 Dossiers bekijken en beoordelen voor informatie over het bekijken van aangeboden dossiers. Wat heb je nodig? Om portfoliodelen te kunnen bekijken en wijzigen, heb je: toegang tot de werkruimte Begeleiden nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_COACH_MODULE zijn toegekend. toegang tot portfoliodelen van een gebruiker nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_OTHER_PORTFOLIOS zijn toegekend en dien je deelnemer te zijn in de portfoliodelen van de gebruiker of jezelf bij het openen van de portfoliodelen als deelnemer toe te voegen. Dit laatste is mogelijk als je individueel begeleider van de gebruiker bent en de permissies Portfolio inzien en Portfolio beheren hebt, of als je over de functie MNGT_MODIFY_PORTFOLIOS beschikt. 41

42 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken Verder dienen in je deelnemersprofiel permissies te zijn ingesteld voor de acties die je wilt kunnen uitvoeren en dien je rechten te hebben op mappen waar je bij moet kunnen. Als individueel begeleider van een gebruiker met de permissies Portfolio inzien en Portfolio beheren, zie je alle portfoliodelen van de gebruiker. Met de functie MNGT_MODIFY_PORTFOLIOS zie je alle portfoliodelen van alle gebruikers. Neem contact op met je applicatiebeheerder als je niet de juiste rechten hebt. Wat moet je doen? portfoliodelen bekijken (paragraaf 6.1) documenten toevoegen en bewerken (paragraaf 6.2) logboek volgen (paragraaf 6.3) 6.1 Portfoliodelen bekijken 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op de gebruiker. 4. Kies Portfolio openen. Wil je eerst een overzicht van portfoliodelen bekijken, selecteer dan het tabblad Portfoliodelen (of Profiel en portfolio, als je ook toegang hebt tot competentieprofielen). Je ziet nu alle portfoliodelen die je mag zien. De map Portfolio in het portfolio van de gebruiker wordt geopend met alle portfoliodelen waartoe je toegang hebt. Het primaire portfoliodeel wordt als eerste getoond en is automatisch geselecteerd. Over het algemeen zal dit het deel zijn waarin je kijkt. 42

43 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken Klik op het icoon naast een portfoliodeel om het te openen. 5. Als je nog geen deelnemer bent in het portfoliodeel, krijg je een melding om jezelf toe te voegen. Klik op Ja om dat te doen. Koppel jezelf vervolgens aan een deelnemersprofiel: kies Deelnemersprofiel toevoegen venster Leden toevoegen en klik op OK., selecteer jezelf in het Verwijzing Zie bijlage 1 voor een instructies over het selecteren van gebruikers en groepen. Je kunt de rechten van je deelnemersprofiel aanpassen: selecteer in het venster Deelnemersprofielen beheren het deelnemersprofiel, kies Eigenschappen, vink de rechten aan en klik op OK. Om een nieuw deelnemersprofiel aan te maken: selecteer in het venster Deelnemersprofielen beheren het portfoliodeel, kies Deelnemersprofiel, geef een naam op, kies het type van het profiel, vink de rechten aan en klik op OK. 6. Je kunt nu door de onderdelen van het portfoliodeel bladeren door ze te selecteren of ze te openen met het icoon. Als voor het portfoliodeel automatisch studieroutemappen worden aangemaakt, vind je deze in de werkruimte-map (let op: deze kan anders heten bij jouw organisatie). Je ziet alleen de mappen voor de studieroutes die de student volgt en waarvan je begeleider bent. Als in het portfoliodeel een map Bibliotheekmappen beschikbaar is, kun je hierin studiemateriaal of algemene documenten bij het studiemateriaal plaatsen, zoals persoonlijke opleidingsplannen en activiteitenplannen. De map Bibliotheekmappen is een gezamenlijke map voor alle gebruikers die een portfoliodeel hebben op basis van hetzelfde portfoliosjabloon. 43

44 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken 7. Verder kun je in het portfoliodeel: wijzigingen en ongelezen documenten bekijken documenten bekijken en notities toevoegen mappen aanmaken en documenten toevoegen en bewerken het logboek volgen en berichten toevoegen 8. Met Bestand > Sluiten kun je het portfoliovenster weer sluiten en terugkeren naar de werkruimte Begeleiden De volgende paragrafen behandelen het toevoegen en bewerken van documenten en het volgen en bijwerken van het logboek. Verwijzing Zie de online help voor informatie over het bekijken van wijzigingen en ongelezen documenten en over het toevoegen van notities aan documenten. 6.2 Documenten toevoegen en bewerken In mappen waarop je schrijfrechten hebt in een portfoliodeel kun je documenten toevoegen en bewerken. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Portfolio openen. 4. Open het portfoliodeel. 5. Als je schrijfrechten hebt op een map, kun je: een bestand, webpagina, website, Author-project, internetlink of materiaallink bewerken door het/deze te selecteren en Bewerken, Webpagina Editor, Website Editor, Bewerken of Silverpoint Editor te kiezen (welke opties er worden getoond, hangt af van het documenttype); een nieuwe versie van een bestand, webpagina, website of Author-project, van je computer in cumlaude Learning uploaden door met de rechtermuisknop op het cumlaude Learning-document te klikken en Nieuwe versie uploaden te kiezen; een nieuw bestand van schijf uploaden door de map te selecteren en Uploaden te kiezen; een nieuwe webpagina, website, internetlink, materiaallink, nieuw Authorproject of nieuw Author-project met de Silverpoint Editor aanmaken door 44

45 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken de map te selecteren en Nieuw > Webpagina / Website / Internetlink / Materiaallink / Author-project of Authorproject met Silverpoint Editor te kiezen, of een nieuw bestand, nieuwe webpagina, website, Author-project, internetlink of materiaallink baseren op een sjabloon (Nieuw > Van sjabloon... ). 6. Klik op het kruisje in de rechterbovenhoek om het venster te sluiten en terug te keren naar de werkruimte Begeleiden. 6.3 Logboek volgen In het logboek van een portfoliodeel kun je berichten uitwisselen met de student en andere gebruikers die toegang hebben tot het portfoliodeel. Of er een logboek beschikbaar is, hangt van de definitie van het portfoliodeel. Of je het logboek kunt bekijken en berichten kunt toevoegen, hangt af van de rechten in je deelnemersprofiel. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Portfolio openen. 4. Open het portfoliodeel. 5. Selecteer Logboek. Het logboek verschijnt en de bijdragen daaraan van de deelnemers. 45

46 Hoofdstuk: Het portfolio inzien en bijwerken Kies Verversen om ook de laatste logboekberichten te zien. 6. Om een bericht toe te voegen: klik op de knop Nieuw logboekbericht. 7. Typ je tekst in de beschikbare velden en klik op OK. Let op! Je kunt een toegevoegd logboekbericht niet wijzigen of verwijderen. 8. Klik op het kruisje in de rechterbovenhoek om het venster te sluiten en terug te keren naar de werkruimte Begeleiden. 46

47 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken 7 Competentieprofielen inzien en bijwerken Het kan zijn dat er bij jouw opleiding competenties zijn opgesteld die studenten kunnen of moeten verwerven, bijvoorbeeld door bewijsstukken aan te leveren of door bepaalde studieroutes af te ronden. Een verzameling competenties die een student zich eigen kan of moet maken, wordt een competentieprofiel genoemd. Binnen het competentieprofiel zijn de competenties geordend in een of meer tabellen, die ook wel competentiematrices worden genoemd. De volgende afbeelding toont een competentieprofiel, bestaande uit één competentiematrix. Een student kan over meerdere competentieprofielen beschikken. Deze zijn ondergebracht in de map Competentieprofielen in het portfolio van de student. Naast competentieprofielen bevat de map Competentieprofielen ook een algemeen wijzigingenoverzicht, waarop de student, of je als begeleider, alle wijzigingen in de map Competentieprofielen vanaf een bepaald tijdstip kan bekijken. Als de gebruikers in jouw organisatie werken met competentieprofielen, kun je hen begeleiden door vanuit de werkruimte Begeleiden mee te kijken in hun competentieprofielen. Op deze manier kun je de voortgang van de gebruikers volgen. Eventueel kun je ook wijzigingen aanbrengen. Wat heb je nodig? Om competentieprofielen te kunnen bekijken en wijzigen, heb je: toegang tot de werkruimte Begeleiden nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_COACH_MODULE zijn toegekend. toegang tot de competentieprofielen van een gebruiker nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_OTHER_COMPETENCE_PROFILES zijn toegekend en dien je individueel begeleider van de gebruiker te zijn met de 47

48 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken permissies Competentieprofielen inzien en Competentieprofielen beheren. Wat moet je doen? Competentieprofielen bekijken (paragraaf 7.1) Competentieprofielen wijzigen (paragraaf 7.2) 7.1 Competentieprofielen bekijken 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op de gebruiker. 4. Kies Competentieprofielen openen. De map Competentieprofielen in het portfolio van de gebruiker wordt geopend met alle competentieprofielen van de gebruiker. Op het tabblad Competentieprofielen (of Profiel en portfolio, als je ook toegang hebt tot portfoliodelen) in Begeleiden, kun je eventueel al direct een competentieprofiel selecteren. 5. Selecteer een competentieprofiel. Je ziet alle competenties uit dat profiel, gegroepeerd per competentiematrix. Bij elke competentie kunnen aanvullende criteria zijn opgenomen die de student kan of moet behalen. Bij de competenties en competentiecriteria staat tevens de status vermeld. Zo kun je zien hoever de student gevorderd is. De status van een competentiecriterium wordt aangeduid met een gekleurd blokje. In de legenda onder de competentiematrix kun je zien voor welke status een bepaalde kleur staat. Het kan zijn dat van competenties alleen de status wordt getoond en je geen competentienamen ziet. Je kunt de naam dan bekijken via de tooltip van de competentie. Eventueel zie je via de tooltip ook een beschrijving. 48

49 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken Als een competentieprofiel uit meerdere competentiematrices bestaat en je alleen de informatie van een specifieke competentiematrix wilt weergeven, open dan het competentieprofiel in het verkennerpaneel en selecteer daaronder de competentiematrix. 6. Klik op het kruisje in de rechterbovenhoek om het venster te sluiten en terug te keren naar de werkruimte Begeleiden. 7.2 Competentieprofielen wijzigen Met voldoende rechten, kun je het competentieprofiel van de gebruiker wijzigen. Je kunt dan: de gebruiker inschrijven op studieroutes die bij competenties worden aangeboden of uit studieroutes uitschrijven; de status van competenties en bijbehorende competentiecriteria wijzigen; logboekberichten toevoegen bij competenties; bewijsstukken opnemen bij competenties om aan te tonen dat de competentie is behaald; extra competenties toevoegen aan het competentieprofiel. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op de gebruiker. 4. Kies Competentieprofielen openen. De map Competentieprofielen in het portfolio van de gebruiker wordt geopend met alle competentieprofielen van de gebruiker. 5. Selecteer het competentieprofiel. 6. Klik op de competentie die je wilt wijzigen. Een venster verschijnt met de details van de competentie. 7. Om de gebruiker in te schrijven op studieroutes of uit studieroutes uit te schrijven, klik je in het rechterpaneel op Studieroutes. Onder Geselecteerde studieroutes zie je alle studieroutes waarop de gebruiker is ingeschreven. Studieroutes waarop de gebruiker nog kan worden ingeschreven staan onder Beschikbare studieroutes. 49

50 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken Voor inschrijven: klik op de link Toevoegen aan mijn selectie bij de studieroutepublicatie. De publicatie wordt toegevoegd onder Geselecteerde studieroutes en kan door de gebruiker worden gevolgd vanuit zijn studieroutewerkruimte. Voor uitschrijven: klik op de link Uit selectie verwijderen bij de studieroutepublicatie. De publicatie komt nu weer onder Beschikbare studieroutes te staan en is niet meer beschikbaar in de studieroutewerkruimte van de gebruiker. Let op! Als een gebruiker zichzelf inschrijft, kan hij hier ook weer worden uitgeschreven door zichzelf of door u. Als je een gebruiker inschrijft, wordt hij door de administratie toegevoegd en kan hij daarna alleen via de werkruimte Studieroutes beheren weer worden uitgeschreven. Om alle studieroutes te zien waarop de gebruiker is ingeschreven via de competenties uit het competentieprofiel: open het competentieprofiel in het verkennerpaneel en klik daaronder op Studieroutes. Om te zien welke competenties aan een studieroute zijn gekoppeld: klik op het menu bij de studieroute en kies Gekoppelde competenties bekijken. 8. Om de status te wijzigen van: de competentie: kies in de keuzelijst onder Status een andere status, een competentiecriterium: kies in de keuzelijst achter het competentiecriterium een andere status. Deze statussen zijn onafhankelijk van elkaar. Je kunt de status van de competentie bijvoorbeeld direct op Behaald zetten, zonder dat je de statussen van de competentiecriteria wijzigt. De namen van de statussen kunnen anders zijn, afhankelijk van hoe ze zijn gedefinieerd. 9. Om een logboekbericht toe te voegen, klik je in het rechterpaneel op Logboek en klik je op Nieuw bericht. 50

51 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken Typ je bericht in het venster dat verschijnt en klik op OK. Let op! Een toegevoegd bericht kun je niet meer wijzigen of verwijderen. 10. Om een bewijssstuk toe te voegen, klik je in het rechterpaneel op Bewijsstukken. Klik vervolgens op de link Bewijsstuk toevoegen, kies de locatie van het bewijsstuk, klik op Bladeren... en selecteer je bewijsstuk: Bij Lokale schijf: klik op selecteer een bestand, selecteer een bestand van schijf, klik op Open, en selecteer een locatie in de materialenbank om je bewijsstuk in op te slaan. Bij een van de andere locaties: selecteer een document of dossier uit cumlaude Learning. Klik op OK om het bewijsstuk toe te voegen in het venster Bewijsstuk toevoegen, voeg eventueel een toelichting toe, en klik op OK om het bewijsstuk toe te voegen in het venster Competentiedetails. In de competentie wordt nu een link opgenomen naar het document of dossier. Let op! Doordat er een link wordt toegevoegd in plaats van het document of dossier zelf, zijn wijzigingen die later in het document of dossier worden aangebracht ook zichtbaar in het bewijsstuk. 11. Als je klaar bent, klik dan op OK om het venster te sluiten. Je wijzigingen worden nu automatisch opgeslagen. 12. Om het competentieprofiel uit te breiden met extra competenties, klik je met de rechtermuisknop op het competentieprofiel en kies je Competentie koppelen. 51

52 Hoofdstuk: Competentieprofielen inzien en bijwerken Het onderstaande venster verschijnt: Selecteer de gewenste competenties door ze afzonderlijk aan te vinken of door Alle competenties selecteren te kiezen, en klik op OK. Voordat je Alle competenties selecteren kiest: open eventueel eerst in het linkerpaneel Competentiematrices en selecteer een competentiematrix als je alleen de competenties van een bepaalde competentiematrix wilt selecteren. Klik nogmaals op afzonderlijke competenties of kies Alle competenties deselecteren om competenties weer te deselecteren. Je kunt alleen de extra competenties toevoegen of verwijderen. Competenties die al deel uitmaakten van het competentieprofiel kun je niet wijzigen. 52

53 Hoofdstuk: Projecten begeleiden 8 Projecten begeleiden Studenten kunnen binnen cumlaude Learning samenwerken in projecten. Dit doen zij in de werkruimte Projecten als het project losstaand toegankelijk is, of in de werkruimte Studieroutes als het project deel uitmaakt van een studieroute. De volgende afbeelding toont een project (geselecteerde onderdeel) in Projecten: Binnen een project kunnen de studenten in ieder geval: documenten uitwisselen en bewerken; commentaar leveren op documenten; communiceren met elkaar en met de begeleider door te mailen. Verder kunnen ze eventueel: aanvullende studiematerialen bekijken; communiceren met elkaar en met de begeleider middels een logboek; discussiëren en communiceren via een forum; hun mening over het verloop van het project geven door thermometers in te stellen; documenten in fasen inleveren om ze te laten beoordelen of te tonen aan andere projectdeelnemers ( faseproducten ); beoordelingen van de begeleider van het project, projectdeelnemers en faseproducten bekijken (en eventueel zelf beoordelingen geven); evaluaties van de begeleider van notities en faseproducten bekijken (en eventueel zelf evaluaties toevoegen). Afhankelijk van de projectdefinitie heb je in een project een aantal instrumenten waarmee je het project kunt volgen en sturen: wijzigingenoverzicht projectthermometers een logboek projectfasering beoordelingen 53

54 Hoofdstuk: Projecten begeleiden evaluaties In dit hoofdstuk vind je instructies voor het gebruik van deze instrumenten. Verwijzing Voor informatie over evaluatie kun je de online help raadplegen. Er zijn twee manieren waarop je naar een project kunt gaan dat je begeleidt: via de werkruimte Projecten: je gaat hier uit van het project en hebt direct toegang tot alle projecten waaraan je deelneemt. via de werkruimte Begeleiden: je gaat hier uit van individuele gebruikers. Door een gebruiker te selecteren heb je toegang tot de projecten van de gebruiker. Als je vervolgens een project opent, heb je dezelfde mogelijkheden als wanneer je het zou openen via de werkruimte Projecten. In dit hoofdstuk wordt de toegang via de werkruimte Begeleiden beschreven. Wat heb je nodig? Om projecten te kunnen begeleiden, heb je: toegang tot de werkruimte Begeleiden nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ACCESS_COACH_MODULE zijn toegekend. toegang tot projecten van een gebruiker nodig. Hiervoor moet aan jou het functionele recht USER_ALLOW_COACH_PROJECTS zijn toegekend. Verder moet je als deelnemer zijn toegevoegd aan de projecten en moeten er voldoende rechten zijn ingesteld in je deelnemersprofiel. Wat moet je doen? Bij het begeleiden van een project kun je gebruikmaken van de volgende mogelijkheden: wijzigingenoverzicht (paragraaf 8.1) projectthermometers (paragraaf 8.2) logboek (paragraaf 8.3) projectfasering (paragraaf 8.4) beoordelingen (paragraaf 8.5) 8.1 Wijzigingenoverzicht bekijken De projectwerkruimte van een gebruiker heeft een algemeen wijzigingenoverzicht en daarnaast heeft ook elk afzonderlijk project een wijzigingenoverzicht. Je kunt hierop zien welke wijzigingen in een bepaalde periode hebben plaatsgevonden en welke documenten je nog niet hebt gelezen in alle projecten of het betreffende project. 54

55 Hoofdstuk: Projecten begeleiden Bovendien kun je vanaf een wijzigingenoverzicht direct documenten bekijken en er notities en feedback aan toevoegen, of rechtstreeks naar een project(onderdeel) gaan. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op de gebruiker. 4. Kies Projecten openen. Wil je eerst een overzicht van de projecten van een gebruiker bekijken, selecteer dan het tabblad Projecten. Je ziet nu alle projecten waarop je rechten hebt, gesorteerd op projectnaam. Verwijzing In de online help zie je welke projecten in het projectoverzicht worden getoond. De projectwerkruimte van de gebruiker wordt geopend met alle projecten waartoe je toegang hebt. 5. Voor wijzigingen en ongelezen documenten in: alle projecten: klik in het verkennerpaneel direct onder Projecten op Wijzigingenoverzicht. een specifiek project: open het project en klik daaronder op Wijzigingenoverzicht. Alle wijzigingen van de afgelopen week worden getoond. 6. Om wijzigingen van een andere periode te zien: kies achter Wijzigingen sinds het begintijdstip van de periode. Je ziet alle wijzigingen vanaf het gekozen tijdstip tot nu toe. Klik op een projectlink of op het icoon achter een element of projectonderdeel om naar de locatie van het element of project(onderdeel) te gaan. Of klik op een document- of dossierlink om het element in een apart venster te openen. Sluit het element weer met het kruisje in de rechterbovenhoek. 55

56 Hoofdstuk: Projecten begeleiden Kies Verversen om ook de laatste wijzigingen te zien. In het notitiepaneel bij een document of dossier dat je bekijkt zie je alle toegevoegde notities, dat wil zeggen zowel de notities die voor iedereen zichtbaar zijn als je privénotities. Om alleen de notities bij de huidige documentversie of je privénotities te zien, klik je rechtsboven op Versie of Privé. Klik op Notities om weer alle notities weer te geven. Om een notitie toe te voegen: klik op Toevoegen, typ je tekst in het vak onder Notitie toevoegen, selecteer eventueel een ander icoon bij de notitie (neutraal, negatief of positief ), vink eventueel Privé aan als je wilt dat de notitie alleen zichtbaar is voor jou en niet voor andere gebruikers (inclusief de eigenaar), en klik op Toevoegen. Om feedback op een notitie te geven: klik onder de notitie op Notitiefeedback (x), typ je tekst in het vak onder Notitiefeedback toevoegen, selecteer eventueel een ander icoon bij de feedback, en klik op Toevoegen. (De teller achter Notitiefeedback geeft aan hoe vaak er feedback op de notitie is gegeven.) Let op: toegevoegde feedback kan niet meer worden gewijzigd of verwijderd. 7. Om een overzicht van alle ongelezen documenten te zien: kies achter Wijzigingen sinds Ongelezen documenten. Je ziet nu alle ongelezen documenten uit alle projecten of uit het project waarin je je bevindt. Klik op het icoon te gaan. achter een document om naar de locatie van het document Of klik op een documentlink om het document in een apart venster te openen. De inhoud wordt getoond met toegevoegde notities en feedback. Eventueel kun je notities en feedback toevoegen. Sluit het document weer met het kruisje in de rechterbovenhoek. In de mappen in projecten zijn ongelezen documenten te herkennen doordat ze vetgedrukt worden weergegeven. Kies Verversen om te zien welke documenten je hierna nog moet bekijken. 56

57 Hoofdstuk: Projecten begeleiden 8.2 Projectthermometers aflezen De deelnemers aan een project kunnen dagelijks door het instellen van een thermometer, aangeven hoe ze de samenwerking en voortgang in het project ervaren. Of er thermometers beschikbaar zijn, hangt af van de projectdefinitie. Of je je eigen thermometer mag instellen en/of je thermometers van anderen mag bekijken, hangt af van de rechten in je deelnemersprofiel. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Projecten openen. 4. Selecteer het project en kies Begeleiding > Thermometers. Het venster Thermometers verschijnt. Hierin kun je voor iedere dag sinds de start van het project de thermometerstanden bekijken. De standen kunnen variëren van -5 tot en met Voor de thermometerstanden van alle projectdeelnemers samen: selecteer Projectthermometer in het linkerpaneel. In het rechterpaneel worden de gemiddelde, minimum en maximum thermometerstand per dag getoond. 57

58 Hoofdstuk: Projecten begeleiden Als je in het rechterpaneel een dag selecteert, kun je in het onderste gedeelte bekijken welke deelnemers op die dag hun thermometer hebben ingesteld. 6. Voor de thermometerstanden van een individuele gebruiker: selecteer die gebruiker in het linkerpaneel. 7. Sluit het venster door op het kruisje in de rechterbovenhoek te klikken. 8.3 Logboek volgen In het logboek kunnen de deelnemers aan een project berichten plaatsen voor de andere deelnemers en voor hun begeleider. Of er een logboek beschikbaar is, hangt af van de projectdefinitie. Of je het logboek kunt bekijken en berichten kunt toevoegen, hangt af van de rechten in je deelnemersprofiel. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Projecten openen. 4. Open het project. 5. Selecteer Logboek. Het logboek verschijnt en de bijdragen daaraan van de deelnemers. Kies Verversen om ook de laatste logboekberichten te zien. 6. Om een bericht toe te voegen: klik op de knop Nieuw logboekbericht. 7. Typ je tekst in de beschikbare velden en klik op OK. 58

59 Hoofdstuk: Projecten begeleiden Let op! Je kunt een toegevoegd logboekbericht niet wijzigen of verwijderen. 8. Klik op het kruisje in de rechterbovenhoek om het venster te sluiten en terug te keren naar de werkruimte Begeleiden. 8.4 Fasering aanpassen Je kunt de fasering van een project aanpassen door nieuwe fasen aan te maken. Of projectfasering beschikbaar is, hangt af van de projectdefinitie. Of je de projectfasering mag aanpassen, hangt af van de rechten in je deelnemersprofiel. Een nieuwe fase aanmaken 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Projecten openen. 4. Open het project. 5. Selecteer het onderdeel Fasering en kies Nieuw > Fase. Hiermee open je het venster Nieuwe fase. 59

60 Hoofdstuk: Projecten begeleiden 6. Geef een naam en eventueel een beschrijving op voor de fase. 7. Selecteer eventueel een begindatum en -tijd en een einddatum en -tijd voor de fase. Klik hiervoor in het betreffende veld, selecteer een datum uit de kalender of een tijd uit de keuzelijst en klik op OK. 8. Geef aan of documenten vóór de begindatum mogen worden toegevoegd en of ze automatisch worden bevroren als de einddatum is verstreken door eventueel de betreffende vakjes aan te vinken. 9. Klik op OK. De fase wordt aangemaakt. 8.5 Beoordelingen geven Binnen een project kunnen beoordelingen worden gegeven aan de hele projectgroep of aan individuele deelnemers. Of beoordelingen beschikbaar zijn, hangt af van de projectdefinitie. Of je beoordelingen kunt geven, hangt af van de rechten in je deelnemersprofiel. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Begeleiden. 2. Ga naar de contactgroep waarvan de gebruiker deel uitmaakt. 3. Klik op het menu bij de gebruiker en kies Projecten openen. 4. Selecteer het project en kies Begeleiding > Beoordelingen. Het venster Beoordelingen verschijnt. 60

61 Hoofdstuk: Projecten begeleiden Als het venster nog geen deelnemers bevat, verschijnt het venster Deelnemer toevoegen. Klik hierin op Ja als je deelnemers wilt beoordelen, selecteer de deelnemers en klik op OK. Hierna kun je op elk moment deelnemers toevoegen via Deelnemer toevoegen. Verwijzing Zie bijlage 1 voor instructies over het selecteren van gebruikers en groepen. 5. Voor het beoordelen van: het project: selecteer het project, een deelnemer: selecteer de deelnemer. 6. Kies Nieuwe beoordeling. 7. Geef een naam op voor de beoordeling (bijvoorbeeld Tussentijdse beoordeling, Eindbeoordeling of Opmerking) en klik op OK. Er wordt een conceptversie van de beoordeling gemaakt. Deze is nog niet zichtbaar voor de deelnemers. 8. Selecteer de beoordeling en vul eventueel onderaan de criteria in (mits gedefinieerd). Vul bij elk criterium een waarde in of maak een keuze uit een keuzelijst. 9. Selecteer de beoordeling en kies Publiceren om de beoordeling te tonen aan de projectdeelnemers. Om een beoordeling te bekijken: selecteer de beoordeling en kies Bekijken. Een gepubliceerde beoordeling kun je niet meer wijzigen, wel eventueel verwijderen: selecteer de beoordeling en kies Verwijderen. 61

62 Hoofdstuk: Toetsresultaten bekijken 9 Toetsresultaten bekijken Toetsen kunnen worden gebruikt om te zien hoe ver een student is met de stof (formatief toetsen) of als beoordelingsinstrument (summatief toetsen). Daarnaast kunnen toetsen en ook vragen als oefenmateriaal worden aangeboden. Zo kan bijvoorbeeld een interactief werkboek worden gerealiseerd met verwijzingen naar de theorie vanuit oefenvragen. Voor studenten heeft dit als voordeel dat ze met vragen kunnen oefenen op het moment dat het hen het beste uitkomt. Als een student een toets of vraag bij het studiemateriaal selecteert, wordt er een viewer geopend die de toets of vraag afspeelt. De student kan daarbij tips en feedback krijgen. Als het gaat om een officiële toets, dan kan deze worden ingeleverd. Een toets die wordt ingeleverd, wordt automatisch nagekeken. Dit gebeurt op basis van een instelling in de toets (minimaal vereiste resultaat om voor een vraag te slagen). Jij kunt de resultaten van de automatische correctie bekijken. Verwijzing Behalve de hierboven genoemde toetsen, die zijn gemaakt in de werkruimte Toetsen en vragen beheren (cumlaude Exam), kunnen er in jouw omgeving nog N@Tschool!-toetsen in gebruik zijn. N@Tschool!-toetsen kunnen zowel handmatig als automatisch worden nagekeken. In het laatste geval heb je bovendien de mogelijkheid om de automatische correctie aan te passen. Zie paragraaf 9.3 voor de correctie van N@Tschool!-toetsen. 9.1 Toetsresultaten bekijken (cumlaude Exam-toetsen) 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Studierouteresultaten. 62

63 Hoofdstuk: Toetsresultaten bekijken 2. Klik in de widget op de studieroute, en selecteer vervolgens de publicatie of een groep eronder. 3. Selecteer het tabblad Toetsen en SCORM. Je ziet van alle deelnemers eventueel algemene informatie en de toets- en SCORM-gegevens. Elke toets en elk SCORM-onderdeel wordt in een aparte kolom getoond (de bovenstaande afbeelding toont de gegevens van de toets Landen ). Als je het icoon Automatisch nagekeken en gepubliceerd ziet, gaat het om een toets die automatisch is gecorrigeerd. in een veld De kleur van een toetsveld toont hoe ver de gebruiker is gevorderd met de toets. Verder toont het toetsveld eventueel de uitslag van de toets en een icoon dat de uitslag aanduidt. In de legenda rechtsonder kun je zien voor welke status een bepaalde kleur of een bepaald icoon staat. Bij oefentoetsen, die niet kunnen worden ingeleverd, blijft het toetsveld wit. 4. Klik in het veld om de toetsresultaten te bekijken. 63

64 Hoofdstuk: Toetsresultaten bekijken 9.2 Toetsresultaten bekijken vanuit Studieroutes Als begeleider kun je, met voldoende rechten, ook vanuit de werkruimte Studieroutes, toetsresultaten bekijken. 1. Ga naar (Meer > Studie >) Studieroutes. 2. Open de studieroute door erop te klikken. 3. Klik op de knop Begeleiden rechts in de menubalk. Je ziet nu de publicatie(s) waaraan je deelneemt met eronder knoppen waarmee je naar de resultaten kunt gaan. 4. Klik op de knop Resultaten - Alle deelnemers (voor de resultaten van alle deelnemers), of op de knop van een groep (voor de resultaten van die groep). De resultaten worden in een apart venster geopend. Als je klaar bent, sluit het venster dan met het kruisje in de rechterbovenhoek. 9.3 N@Tschool!-toetsen corrigeren Het nakijken van N@Tschool!-toetsen kan zowel handmatig als automatisch gebeuren. In het laatste geval heb je achteraf de mogelijkheid om de automatische correctie aan te passen. 64

65 Hoofdstuk: Toetsresultaten bekijken Wat heb je nodig? Om toetsen te kunnen corrigeren: heb je de clientversie van cumlaude Learning nodig (deze is vereist voor de beheerwerkruimten voor toetsen en voor toetscorrectie); heb je toegang nodig tot de werkruimte Studierouteresultaten. Dit heb je met de functie USER_ACCESS_COACH_RESULTS; dien je begeleider te zijn in een publicatie van de studieroute die de toetsen bevat. Je kunt dan de toetsen nakijken van alle deelnemers die aan de publicatie zijn gekoppeld. Wat moet je doen? toetsen handmatig corrigeren (paragraaf 9.3.1) resultaten van automatische correctie bekijken en aanpassen (paragraaf 9.3.2) Verwijzing Het is ook mogelijk een antwoordbestand met toetsantwoorden van studenten automatisch te laten nakijken. Dit doe je in de werkruimte Toetsverwerking. In de online help staat beschreven hoe je dit doet Toetsen handmatig corrigeren Je kunt toetsen geheel of gedeeltelijk handmatig corrigeren en studenten feedback geven op hun antwoorden en het behaalde resultaat. 1. Ga naar (Meer > Coaching >) Studierouteresultaten. 2. Klik in de widget op de studieroute, en selecteer vervolgens de publicatie of een groep eronder. Om de studieroute te vinden in de widget: kies bij Filter de optie waaronder de studieroute valt (Alles, Favorieten, Lopend, Afgerond of de studiebank) en typ bij Zoeken de beginletters van de studieroute tot deze verschijnt, of blader naar de studieroute. Welke opties bij Filter beschikbaar zijn, hangt af van de instellingen van de widget. Om de getoonde filteropties te wijzigen: Klik op het menu, kies Bewerken en vink bij Filteropties de gewenste opties aan. 3. Selecteer het tabblad Toetsen en SCORM. 65

66 Hoofdstuk: Toetsresultaten bekijken Je ziet van alle deelnemers eventueel algemene informatie en de toets- en SCORM-gegevens. Elke toets en elk SCORM-onderdeel wordt in een aparte kolom getoond (zie de bovenstaande afbeelding toont de gegevens van de toets Landen ). Als je het icoon Automatisch nagekeken toets die automatisch is gecorrigeerd. in een veld ziet, gaat het om een Bij Vereist handmatig nakijken gaat het om een toets waarbij ervoor is gekozen om de correctie handmatig uit te voeren, of om een toets die slechts gedeeltelijk automatisch kon worden nagekeken omdat deze vragen bevat die niet geschikt zijn voor automatische correctie. De kleur van een toetsveld toont hoe ver de gebruiker is gevorderd met de toets. Verder toont het toetsveld eventueel de uitslag van de toets en iconen die de nakijkstatus en de uitslag aanduiden. In de legenda rechtsonder kun je zien voor welke status een bepaalde kleur of een bepaald icoon staat. Bij oefentoetsen, die niet kunnen worden ingeleverd, blijft het toetsveld wit. 4. Klik in het veld van een afgeronde toets die je handmatig wilt nakijken, op het icoon Vereist handmatig nakijken. 66