Handleiding Portfolio assessment UvA-docenten
|
|
- Nathan Boender
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Handleiding Portfolio assessment UvA-docenten najaar 2005
2 Inleiding In het assessment UvA-docent wordt vastgesteld welke competenties van het docentschap door u al verworven zijn en welke onderdelen nog aandacht moeten krijgen. Ten behoeve van dit assessment stelt u een portfolio samen. Hierin verzamelt u materiaal waarmee u bewijst, verantwoordt en aantoont welke ervaringen al zijn opgedaan en over welke competenties u al beschikt. Aan de hand van uw portfolio voeren twee assessoren het CriteriumGericht Interview (CGI) met u. Dit is een gesprek waarin de assessoren het competentieprofiel in kaart brengen. Het CGI duurt één uur. Het is van belang om in uw portfolio die ervaringen (kenmerkende of authentieke situaties) en ontwikkelingen te beschrijven en producten op te nemen die uw competentieniveau als docent en de ontwikkelingen daarin, het beste weergeven. 1
3 Inhoud van het portfolio In het portfolio neemt u de volgende negen onderdelen op: 1. Een uitgebreid curriculum vitae aangevuld met kopieën van diploma's. 2. Gegevens van de werkplek - naam, adres en telefoon van de werkplek; - naam direct leidinggevende; - omvang van de aanstelling. 3. Uw motivatie om UvA-docent te zijn Beschrijf daarbij: - welk beeld u heeft van het beroep van docent en waar u dat beeld op baseert; - uw affiniteit met studenten; - uw affiniteit met het vak; - uw affiniteit met leren; - andere relevante zaken. 4. Het in kaart brengen van uw docenthandelingen U gebruikt hierbij de competenties die relevant zijn voor het assessment. Voor het meten van deze competenties zijn gedragsindicatoren als hulpmiddel benoemd. Deze gedragsindicatoren zijn in lijsten weergegeven. U vult deze lijsten voor uzelf in. Het resultaat is een ingeschat profiel van reeds verworven bekwaamheden die relevant zijn voor het docentschap. Deze ervaringen kunnen zijn opgedaan in werk- of opleidingsverband en ook in educatieve situaties, in vrije tijd of privé. 5. Het in kaart brengen van uw competenties aan de hand van uw ervaringen Op pagina 10 wordt een toelichting per competentiegebied gevraagd. U beschrijft hierin ervaringen (kenmerkende of authentieke situaties) die u heeft opgedaan en die van belang zijn voor het werken als docent. U beschrijft dit per competentiegebied, tevens formuleert u leervragen per competentiegebied. De onderdelen 4 en 5 zijn belangrijke uitgangspunten bij het CriteriumGericht Interview (CGI). 6. Studentevaluaties Dit onderdeel van het portfolio bestaat uit enkele studentevaluaties met uw commentaar hierbij. U kunt hierbij eigen studentevaluaties gebruiken of studentevaluaties die door de opleiding worden gebruikt. 7. Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw mentor Op pagina 12 en 13 vindt u hetzelfde formulier als bij onderdeel 4. U geeft dit aan uw mentor ter gedachtebepaling. Tevens vraagt u uw mentor met behulp van de vragen op pagina 11 een toelichting hierbij te schrijven. Onderdeel van het portfolio is ook het verslag van een lesobservatie door uw mentor. 8. Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw collega Op pagina 15 en 16 vindt u hetzelfde formulier als bij onderdeel 4. U geeft dit aan uw collega ter gedachtebepaling. Tevens vraagt u uw collega met behulp van de vragen op pagina 14 een toelichting hierbij te schrijven. Onderdeel van het portfolio is ook het verslag van een lesobservatie door uw collega. 2
4 9. Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw leidinggevende Op pagina 18 en 19 vindt u hetzelfde formulier als bij onderdeel 4. U geeft dit aan uw leidinggevende ter gedachtebepaling. Tevens vraagt u uw leidinggevende met behulp van de vragen op pagina 17 een toelichting hierbij te schrijven. Onderdeel van het portfolio is ook het verslag van een lesobservatie door uw leidinggevende. 3
5 4 Het in kaart brengen van uw docenthandelingen In de lijst op pagina 8 en 9 Docenthandelingen worden professionele handelingen waaruit de bekwaamheden van de docent blijken weergegeven. Bij het invullen geeft u per onderwerp aan in welke mate u denkt dat u een bepaald gedrag vertoont of beheerst. U doet dit door telkens één van de bolletjes bij het aangegeven gedrag zwart te maken. De notatie loopt steeds in dezelfde richting. Voorbeeld: ik beheers dit ik beheers dit in hoge mate helemaal niet Het invullen van sommige onderdelen is misschien lastig als u weinig ervaring heeft in onderwijs of begeleiding. Gebruik dan ook eventueel andere ervaringen. Zelfkennis is de basis tot leren 4
6 UvA-docentencompetenties Vooraf Uitgangspunt is dat iedere docent aan de UvA beschikt over voldoende kennis van het eigen vakgebied en van de relaties met andere vakgebieden. De beschrijving van competenties richt zich niet op de vakinhoud maar op de didactische en professionele aspecten van het handelen van de docent. De samenhang tussen vakkennis en professionele houding is van invloed op de wijze waarop de docent zijn taken uitvoert. Deze samenhang is schematisch weergegeven in onderstaand figuur. 1. Professionele houding De professionele houding van een docent is de basis voor zijn/haar functioneren als vakspecialist. Een positieve houding ten opzichte van het onderwijs, studenten en collega s en een groot verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van het eigen functioneren bepalen voor een belangrijk deel de professionele houding. De mate waarin de docent over deze competenties beschikt, kleurt de manier waarop de docent de inhoudelijke competenties inzet. Deze houdingsaspecten zijn de zogenoemde onderwatercompetenties van de docenten: zij zijn niet zo zichtbaar maar wel van grote invloed op hoe een docent zich gedraagt en opstelt. Daarom worden deze aspecten als eerste genoemd. Juist bij onderwatercompetenties is het van groot belang om deze te koppelen aan de inhoud van de functie en aan de andere competenties. Pas dan komen ze tot leven, gaan ze iets betekenen en bieden ze een basis voor gesprek. De houding van de UvA docent kenmerkt zich door: enthousiasme voor het vak; hoge verwachtingen over de prestaties en motivatie van studenten; 5
7 respect, belangstelling en waardering voor de inbreng van de individuele student; gerichtheid op het leerproces van studenten en de eigen verantwoordelijkheid van studenten; tijd voor en laagdrempeligheid in het contact met studenten; verantwoordelijkheidsgevoel voor en leiderschap over het onderwijs en het eigen functioneren; reflectie op het eigen handelen als docent; werk maken van je eigen professionele ontwikkeling; bewustzijn van de consequenties van de groeiende diversiteit van de studentenpopulatie van de UvA; bewust omgaan met interculturele diversiteit; gerichtheid op het bevorderen bij de student van een wetenschappelijk-kritische benadering en probleemoplossend denken; gerichtheid op handhaving van het academisch niveau. 2. Ontwerpen van onderwijs Ontwerpen van onderwijs is een belangrijk taakgebied dat met name bestaat uit het ontwerpen van een krachtige leeromgeving met de daarbij behorende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en ict in het onderwijs. De competenties met betrekking tot dit taakgebied. De docent is in staat: de doelstellingen van zijn onderwijsonderdeel te concretiseren binnen het gehele onderwijsprogramma; een krachtige leeromgeving te ontwerpen, met effectieve en motiverende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en multimedia; toetsen en evaluatieprocedures te ontwerpen die aansluiten bij het gewenste leerresultaat. 3. Uitvoeren van onderwijs Na het ontwerp volgt de uitvoering van onderwijs, uiteraard ook een belangrijke taakgebied. Bij de uitvoering van het onderwijs spelen vele aspecten een rol. Voor een goede uitvoering van het onderwijsproces zal een docent deze aspecten moeten beheersen. De competenties met betrekking tot dit taakgebied. De docent is in staat: in te spelen op de beginsituatie van de studenten en de daarin voorkomende variatie; voor het specifieke onderwijs relevante, voor de student motiverende en onderwijskundig verantwoorde werkvormen te hanteren; de interactie binnen het groepsproces te begeleiden en te optimaliseren; in te spelen op feedback van studenten, de eigen inbreng en interesse van studenten richtinggevend te laten zijn voor het onderwijsproces; individuele studentprojecten, presentaties van studenten, studieopdrachten en werkstukken effectief te begeleiden; zijn onderwijs te (laten) evalueren en bij te stellen op basis van de evaluatiegegevens; studenten te beoordelen en op basis daarvan de student over het vervolg van de studie te adviseren. 6
8 4. Begeleiden van studenten Begeleiden van studenten is een vierde belangrijk taakgebied. Het begeleiden van studenten tijdens het onderwijs is onderdeel van het taakgebeid uitvoeren van onderwijs. Maar ook buiten het contactonderwijs begeleidt de docent studenten. Het belang dat hieraan wordt gehecht is dusdanig dat hiervoor apart competenties worden benoemd. De competenties met betrekking tot dit taakgebied. De docent is in staat: verschillende begeleidingsmodellen te hanteren, afhankelijk van de leerstijl of strategieën van de student; individuele studentprojecten, stages, (doctoraal)scripties en afstudeeronderzoeken te begeleiden en te beoordelen; de individuele student adequaat door te verwijzen naar andere functionarissen, zoals studieadviseurs. 5. Ontwikkelen en organiseren van onderwijs De docent maakt deel uit van een organisatie en werkt samen met collega s. Om als docent en als collega goed te functioneren zijn aparte competenties nodig. De docent is in staat: het eigen werk zo in richten dat fysiek en psychisch functioneren mogelijk is en blijft; een constructieve bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het onderwijs, deel te nemen en/of leiding te geven aan commissies of werkgroepen, beheer- en bestuurstaken uit te voeren; goed met collega s te kunnen communiceren en samenwerken. 7
9 4a Docenthandelingen Door u zelf in te vullen Naam kandidaat: Ik beheers dit volledig geheel niet 1 Professionele houding 1.1 Ik ben enthousiast voor het vak. 1.2 Ik heb hoge verwachtingen over de prestaties en motivatie van studenten. 1.3 Ik heb respect, belangstelling en waardering voor de inbreng van de individuele student. 1.4 Ik ben gericht op het leerproces van studenten en de eigen verantwoordelijkheid van studenten. 1.5 Ik heb tijd voor en ben laagdrempelig in het contact met studenten. 1.6 Ik heb verantwoordelijkheidsgevoel voor en leiderschap over het onderwijs en het eigen functioneren. 1.7 Ik reflecteer op mijn eigen handelen als docent. 1.8 Ik maak werk van mijn eigen professionele ontwikkeling. 1.9 Ik ben bewust van de consequenties van de groeiende diversiteit van de studentenpopulatie van de UvA Ik ga bewust om met interculturele diversiteit Ik ben gericht op het bevorderen bij de student van een wetenschappelijk-kritische benadering en probleemoplossend denken Ik ben gericht op de handhaving van het academisch niveau. 2 Ontwerpen van onderwijs 2.1 Ik concretiseer de doelstellingen van mijn onderwijsonderdeel binnen het gehele onderwijsprogramma. 2.2 Ik kan een krachtige leeromgeving ontwerpen, met effectieve en motiverende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en multi-media. 2.3 Ik ontwerp toetsen en evaluatieprocedures die aansluiten bij het gewenste leerresultaat. 3 Uitvoeren van onderwijs 3.1 Ik speel in op de beginsituatie van de studenten en de daarin voorkomende variatie. 3.2 Ik hanteer voor het specifieke onderwijs relevante, voor de student motiverende en onderwijskundig verantwoorde werkvormen. 3.3 Ik ben in staat de interactie binnen het groepsproces te begeleiden en te optimaliseren. 3.4 Ik speel in op feedback van studenten, de eigen inbreng en laat de interesse van studenten richtinggevend zijn voor het onderwijsproces. 8
10 3.5 Ik begeleid individuele studentprojecten, presentaties van studenten, studieopdrachten en werkstukken op een effectieve manier. 3.6 Ik evalueer mijn eigen onderwijs en stel het bij op basis van de evaluatiegegevens. 3.7 Ik ben in staat studenten te beoordelen en op basis daarvan de student over het vervolg van de studie te adviseren. 4. Begeleiden van studenten 4.1 Ik hanteer verschillende begeleidingsmodellen, afhankelijk van de leerstijl of strategieën van de student. 4.2 Ik begeleid en beoordeel individuele studentprojecten, stages, (doctoraal)scripties en afstudeeronderzoeken. 4.3 Ik verwijs de individuele student adequaat door naar andere functionarissen, zoals studieadviseurs. 5 Ontwikkelen en organiseren van onderwijs 5.1 Ik richt mijn eigen werk zo in dat fysiek en psychisch functioneren mogelijk is en blijft. 5.2 Ik lever een bijdrage aan de ontwikkeling van het onderwijs, neem deel en/of geef leiding aan commissies of werkgroepen, en voer beheer- en bestuurstaken uit. 5.3 Ik kan goed met collega s communiceren en samenwerken. 9
11 5 Het in kaart brengen van uw competenties aan de hand van uw ervaringen In het vorige onderdeel Het in kaart brengen van uw docenthandelingen heeft u uw gedrag gescoord aan de hand van (voor het onderwijs) kenmerkende situaties. In dit onderdeel verzoeken wij u volgens de hieronder gestelde vragen 1 t/m 3 bij elk competentiegebied uw ervaringen en vaardigheden te beschrijven, zo veel mogelijk ondersteund met concrete voorbeelden. 1. Welke ervaringen heeft u al met betrekking tot deze competentie? Het gaat hierbij om het beschrijven van kenmerkende situaties uit uw praktijkervaring die relevant zijn voor het aantonen van uw ervaring en competentie. Denk daarbij vooral aan reeds opgedane ervaringen in het onderwijs, maar ook ervaring(en) buiten het onderwijs (betaald en onbetaald). Bij het beschrijven van ervaringen buiten het onderwijs is het van groot belang de vertaalslag van die ervaringen naar het onderwijs te maken. 2. Op welke onderdelen acht u zichzelf voldoende competent? Wat zijn uw sterke kanten? Als er competenties zijn waarbinnen u uzelf op dit moment een competent UvA-docent acht, dan dient u daar bewijsstukken voor toe te voegen. Dit kunnen bijvoorbeeld zijn: feedback van een collega (lesobservatie of feedbackverslag), verwijzing naar de videoband van een eigen les en reflectie op die les, voorbeelden van zelf ontwikkeld lesmateriaal of opdrachten, feedback van studenten (bijvoorbeeld in een enquête). Geef bij elk bewijsstuk aan welke bekwaamheid u daarmee aan wilt tonen. 3. Wat wilt u met betrekking tot de competenties verder ontwikkelen? Formuleer dit in de vorm van leervragen en probeer daarbij zo concreet en specifiek mogelijk te zijn. 4. Ruimte voor verdere opmerkingen 10
12 6 Studentevaluaties Dit onderdeel van het portfolio bestaat uit enkele studentevaluaties met uw commentaar hierbij. U kunt hierbij eigen studentevaluaties gebruiken of studentevaluaties die door de opleiding worden gebruikt. 11
13 7 Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw mentor Naam docent: Naam mentor: Bijgevoegd vindt u een lijst met professionele handelingen waaruit de bekwaamheden van de docent blijken. Wilt u zo vriendelijk zijn deze lijst door te nemen en te gebruiken als achtergrond materiaal bij het beantwoorden van de onderstaande vragen en opdrachten? 1. In hoeverre beschikt de docent over de diverse competenties? Kunt u dit toelichten aan de hand van uw observaties en ander onderwijservaringen van de docent? 2. Wat ziet u als sterke kanten van de betrokkene? 3. Welke kanten vragen volgens u verbetering? 4. De lesobservatie De docent zal in overleg met de leidinggevende zelf richting moeten geven aan de observatieopdracht. Bij een lesobservatie komen vooral de uitvoerende competenties aan bod. Het is dan ook raadzaam om de gedragsindicatoren die bij deze competenties genoemd worden door te nemen en te bekijken welke gedragsindicatoren in het bijzonder aandacht zullen krijgen tijdens de observatie. Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van door de eigen opleiding ontwikkelde observatie-instrumenten of evaluatieformulieren. De observant maakt een verslag en de docent voegt dit toe aan het portfolio, met de eigen reflecties toegevoegd. 5. Ruimte voor verdere opmerkingen 12
14 7a Docenthandelingen Voor uw mentor Naam docent: Naam mentor: Beheerst dit volledig geheel niet 1 Professionele houding 1.1 De docent is enthousiast voor het vak. 1.2 De docent heeft hoge verwachtingen over de prestaties en motivatie van studenten. 1.3 De docent heeft respect, belangstelling en waardering voor de inbreng van de individuele student. 1.4 De docent is gericht op het leerproces van studenten en de eigen verantwoordelijkheid van studenten. 1.5 De docent heeft tijd voor en is laagdrempelig in het contact met studenten. 1.6 De docent heeft verantwoordelijkheidsgevoel voor en leiderschap over het onderwijs en het eigen functioneren. 1.7 De docent reflecteert op zijn eigen handelen als docent. 1.8 De docent maakt werk van zijn eigen professionele ontwikkeling. 1.9 De docent is bewust van de consequenties van de groeiende diversiteit van de studentenpopulatie van de UvA De docent gaat bewust om met interculturele diversiteit De docent is gericht op het bevorderen bij de student van een wetenschappelijk-kritische benadering en probleemoplossend denken De docent is gericht op de handhaving van het academisch niveau. 2 Ontwerpen van onderwijs 2.1 De docent concretiseert de doelstellingen van zijn onderwijsonderdeel binnen het gehele onderwijsprogramma. 2.2 De docent kan een krachtige leeromgeving ontwerpen, met effectieve en motiverende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en multimedia. 2.3 De docent ontwerpt toetsen en evaluatieprocedures die aansluiten bij het gewenste leerresultaat. 3 Uitvoeren van onderwijs 3.1 De docent speelt in op de beginsituatie van de studenten en de daarin voorkomende variatie. 3.2 De docent hanteert voor het specifieke onderwijs relevante, voor de student motiverende en onderwijskundig verantwoorde werkvormen. 3.3 De docent is in staat de interactie binnen het groepsproces te 13
15 begeleiden en te optimaliseren. 3.4 De docent speelt in op feedback van studenten, de eigen inbreng en laat de interesse van studenten richtinggevend zijn voor het onderwijsproces. 3.5 De docent begeleidt individuele studentprojecten, presentaties van studenten, studieopdrachten en werkstukken op een effectieve manier. 3.6 De docent evalueert zijn eigen onderwijs en stelt het bij op basis van de evaluatiegegevens. 3.7 De docent is in staat studenten te beoordelen en op basis daarvan de student over het vervolg van de studie te adviseren. 4. Begeleiden van studenten 4.1 De docent hanteert verschillende begeleidingsmodellen, afhankelijk van de leerstijl of strategieën van de student. 4.2 De docent begeleidt en beoordeelt individuele studentprojecten, stages, (doctoraal)scripties en afstudeeronderzoeken. 4.3 De docent verwijst de individuele student adequaat door naar andere functionarissen, zoals studieadviseurs. 5 Ontwikkelen en organiseren van onderwijs 5.1 De docent richt zijn eigen werk zo in dat fysiek en psychisch functioneren mogelijk is en blijft. 5.2 De docent levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het onderwijs, neemt deel en/of geeft leiding aan commissies of werkgroepen, en voert beheers- en bestuurstaken uit. 5.3 De docent kan goed met collega s communiceren en samenwerken. 14
16 8 Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw collega Naam docent: Naam collega: Bijgevoegd vindt u een lijst met professionele handelingen waaruit de bekwaamheden van de docent blijken. Wilt u zo vriendelijk zijn deze lijst door te nemen en te gebruiken als achtergrond materiaal bij het beantwoorden van de onderstaande vragen en opdrachten? 1. In hoeverre beschikt de docent over de diverse competenties? Kunt u dit toelichten aan de hand van uw observaties en andere onderwijservaringen van de docent? 2. Wat ziet u als sterke kanten van de betrokkene? 3. Welke kanten vragen volgens u verbetering? 4. De lesobservatie De docent zal in overleg met de collega zelf richting moeten geven aan de observatieopdracht. Bij een lesobservatie komen vooral de uitvoerende competenties aan bod. Het is dan ook raadzaam om de gedragsindicatoren die bij deze competenties genoemd worden door te nemen en te bekijken welke gedragsindicatoren in het bijzonder aandacht zullen krijgen tijdens de observatie.daarnaast kan gebruik gemaakt worden van door de eigen opleiding ontwikkelde observatie-instrumenten of evaluatieformulieren. De rapportage van de lesobservatie geeft u aan de docent, die het verslag toevoegt aan het portfolio, met de eigen reflecties daarop. 5. Verdere opmerkingen 15
17 8a Docenthandelingen Voor uw collega Naam docent: Naam collega: Beheerst dit volledig geheel niet 1 Professionele houding 1.1 De docent is enthousiast voor het vak. 1.2 De docent heeft hoge verwachtingen over de prestaties en motivatie van studenten. 1.3 De docent heeft respect, belangstelling en waardering voor de inbreng van de individuele student. 1.4 De docent is gericht op het leerproces van studenten en de eigen verantwoordelijkheid van studenten. 1.5 De docent heeft tijd voor en is laagdrempelig in het contact met studenten. 1.6 De docent heeft verantwoordelijkheidsgevoel voor en leiderschap over het onderwijs en het eigen functioneren. 1.7 De docent reflecteert op zijn eigen handelen als docent. 1.8 De docent maakt werk van zijn eigen professionele ontwikkeling. 1.9 De docent is bewust van de consequenties van de groeiende diversiteit van de studentenpopulatie van de UvA De docent gaat bewust om met interculturele diversiteit De docent is gericht op het bevorderen bij de student van een wetenschappelijk-kritische benadering en probleemoplossend denken De docent is gericht op de handhaving van het academisch niveau. 2 Ontwerpen van onderwijs 2.1 De docent concretiseert de doelstellingen van zijn onderwijsonderdeel binnen het gehele onderwijsprogramma. 2.2 De docent kan een krachtige leeromgeving ontwerpen, met effectieve en motiverende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en multimedia. 2.3 De docent ontwerpt toetsen en evaluatieprocedures die aansluiten bij het gewenste leerresultaat. 3 Uitvoeren van onderwijs 3.1 De docent speelt in op de beginsituatie van de studenten en de daarin voorkomende variatie. 3.2 De docent hanteert voor het specifieke onderwijs relevante, voor de student motiverende en onderwijskundig verantwoorde werkvormen. 3.3 De docent is in staat de interactie binnen het groepsproces te 16
18 begeleiden en te optimaliseren. 3.4 De docent speelt in op feedback van studenten, de eigen inbreng en laat de interesse van studenten richtinggevend zijn voor het onderwijsproces. 3.5 De docent begeleidt individuele studentprojecten, presentaties van studenten, studieopdrachten en werkstukken op een effectieve manier. 3.6 De docent evalueert zijn eigen onderwijs en stelt het bij op basis van de evaluatiegegevens. 3.7 De docent is in staat studenten te beoordelen en op basis daarvan de student over het vervolg van de studie te adviseren. 4. Begeleiden van studenten 4.1 De docent hanteert verschillende begeleidingsmodellen, afhankelijk van de leerstijl of strategieën van de student. 4.2 De docent begeleidt en beoordeelt individuele studentprojecten, stages, (doctoraal)scripties en afstudeeronderzoeken. 4.3 De docent verwijst de individuele student adequaat door naar andere functionarissen, zoals studieadviseurs. 5 Ontwikkelen en organiseren van onderwijs 5.1 De docent richt zijn eigen werk zo in dat fysiek en psychisch functioneren mogelijk is en blijft. 5.2 De docent levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het onderwijs, neemt deel en/of geeft leiding aan commissies of werkgroepen, en voert beheers- en bestuurstaken uit. 5.3 De docent kan goed met collega s communiceren en samenwerken. 17
19 9 Het in kaart brengen van uw docenthandelingen door uw leidinggevende Naam docent: Naam leidinggevende: Bijgevoegd vindt u een lijst met professionele handelingen waaruit de bekwaamheden van de docent blijken. Wilt u zo vriendelijk zijn deze lijst door te nemen en te gebruiken als achtergrond materiaal bij het beantwoorden van de onderstaande vragen en opdrachten? 1. In hoeverre beschikt de docent over de diverse competenties? Kunt u dit toelichten aan de hand van uw observaties en andere onderwijservaringen van de docent? 2. Wat ziet u als sterke kanten van de betrokkene? 3. Welke kanten vragen volgens u verbetering? 4. De lesobservatie De docent zal in overleg met de collega zelf richting moeten geven aan de observatieopdracht. Bij een lesobservatie komen vooral de uitvoerende competenties aan bod. Het is dan ook raadzaam om de gedragsindicatoren die bij deze competenties genoemd worden door te nemen en te bekijken welke gedragsindicatoren in het bijzonder aandacht zullen krijgen tijdens de observatie.daarnaast kan gebruik gemaakt worden van door de eigen opleiding ontwikkelde observatie-instrumenten of evaluatieformulieren. De rapportage van de lesobservatie geeft u aan de docent, die het verslag toevoegt aan het portfolio, met de eigen reflecties daarop. 5. Verdere opmerkingen 18
20 9a Docenthandelingen Voor uw leidinggevende Naam docent: Naam leidinggevende: Beheerst dit volledig geheel niet 1 Professionele houding 1.1 De docent is enthousiast voor het vak. 1.2 De docent heeft hoge verwachtingen over de prestaties en motivatie van studenten. 1.3 De docent heeft respect, belangstelling en waardering voor de inbreng van de individuele student. 1.4 De docent is gericht op het leerproces van studenten en de eigen verantwoordelijkheid van studenten. 1.5 De docent heeft tijd voor en is laagdrempelig in het contact met studenten. 1.6 De docent heeft verantwoordelijkheidsgevoel voor en leiderschap over het onderwijs en het eigen functioneren. 1.7 De docent reflecteert op zijn eigen handelen als docent. 1.8 De docent maakt werk van zijn eigen professionele ontwikkeling. 1.9 De docent is bewust van de consequenties van de groeiende diversiteit van de studentenpopulatie van de UvA De docent gaat bewust om met interculturele diversiteit De docent is gericht op het bevorderen bij de student van een wetenschappelijk-kritische benadering en probleemoplossend denken De docent is gericht op de handhaving van het academisch niveau. 2 Ontwerpen van onderwijs 2.1 De docent concretiseert de doelstellingen van zijn onderwijsonderdeel binnen het gehele onderwijsprogramma. 2.2 De docent kan een krachtige leeromgeving ontwerpen, met effectieve en motiverende studeeractiviteiten, werkvormen, leermiddelen, studiemateriaal en multimedia. 2.3 De docent ontwerpt toetsen en evaluatieprocedures die aansluiten bij het gewenste leerresultaat. 3 Uitvoeren van onderwijs 3.1 De docent speelt in op de beginsituatie van de studenten en de daarin voorkomende variatie. 3.2 De docent hanteert voor het specifieke onderwijs relevante, voor de student motiverende en onderwijskundig verantwoorde werkvormen. 3.3 De docent is in staat de interactie binnen het groepsproces te 19
21 begeleiden en te optimaliseren. 3.4 De docent speelt in op feedback van studenten, de eigen inbreng en laat de interesse van studenten richtinggevend zijn voor het onderwijsproces. 3.5 De docent begeleidt individuele studentprojecten, presentaties van studenten, studieopdrachten en werkstukken op een effectieve manier. 3.6 De docent evalueert zijn eigen onderwijs en stelt het bij op basis van de evaluatiegegevens. 3.7 De docent is in staat studenten te beoordelen en op basis daarvan de student over het vervolg van de studie te adviseren. 4. Begeleiden van studenten 4.1 De docent hanteert verschillende begeleidingsmodellen, afhankelijk van de leerstijl of strategieën van de student. 4.2 De docent begeleidt en beoordeelt individuele studentprojecten, stages, (doctoraal)scripties en afstudeeronderzoeken. 4.3 De docent verwijst de individuele student adequaat door naar andere functionarissen, zoals studieadviseurs. 5 Ontwikkelen en organiseren van onderwijs 5.1 De docent richt zijn eigen werk zo in dat fysiek en psychisch functioneren mogelijk is en blijft. 5.2 De docent levert een bijdrage aan de ontwikkeling van het onderwijs, neemt deel en/of geeft leiding aan commissies of werkgroepen, en voert beheers- en bestuurstaken uit. 5.3 De docent kan goed met collega s communiceren en samenwerken. 20
Beschrijving van competenties als hulpmiddel bij het beoordelen en accrediteren van onderwijskwaliteit
Beschrijving van competenties als hulpmiddel bij het beoordelen en accrediteren van onderwijskwaliteit Toelichting Het is de kerntaak van een accreditatie-instituut om de kwaliteit van een te beoordelen
Nadere informatie2. Relevantie Blijkt uit de keuze voor de literatuur de relevantie van de ontwikkeling van kennis van het beroepsveld?
Bijlage 1 (Opleidings)literatuur Bij de waardering van in het kader van de accreditatie te beoordelen - door de opleiding voorgeschreven -literatuur worden de volgende criteria gehanteerd: 1. Variatie
Nadere informatie!"#$%&'$'#() *+,-.+%'+)$'$"/-'0/1&)2&34""51&'$))!678$+/&#-&#
!"#$%&'$'#( *+,-.+%'+$'$"/-'0/1&2&34""51&'$!678$+/&#-&# voorjaar 2010 9#1+:$0+;("
Nadere informatieRapport Docent i360. Test Kandidaat
Rapport Docent i360 Naam Test Kandidaat Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het
Nadere informatiecompetentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan
Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO
Nadere informatieBeschrijving Basiskwalificatie onderwijs
universitair onderwijscentrum groningen hoger onderwijs Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs 2008-2009 september 2008 Basiskwalificatie onderwijs 2 Wat is de basiskwalificatie onderwijs (BKO)? De basiskwalificatie
Nadere informatiePedagogisch Didactisch Getuigschrift
HOGESCHOOL ROTTERDAM Pedagogisch didactisch getuigschrift Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Handleiding voor de coach Instituut voor Lerarenopleidingen Versie 24.11.16 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3
Nadere informatieScoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren
Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Let op: momenteel wordt gewerkt aan een instrument dat beoordeelt aan de hand van de nieuwe bekwaamheidseisen
Nadere informatiePortfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:
Pro-U assessment centrum Eigendom van: Blad 1 Persoonlijke gegevens Naam en voorletters Adres Postcode en woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Onderwijsinstelling E-mailadres Docentbegeleider Geboortedatum
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Milieunatuurwetenschappen
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Milieunatuurwetenschappen Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de bacheloropleiding
Nadere informatieDe vijf kerncompetenties van het competentieprofiel beginnend hbo-docent
1 De vijf kerncompetenties van het competentieprofiel beginnend hbo-docent Een competentie is een bekwaamheid die tot uiting komt (in kritische beroepssituaties) in effectief gedrag. Deze bekwaamheid is
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Psychologie
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Psychologie Een vrijstelling op basis van praktijkervaring is alleen mogelijk voor vier cursussen uit de bacheloropleiding, te weten
Nadere informatieCompetenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht
Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te
Nadere informatieCompetentiemeter docent beroepsonderwijs
Competentiemeter docent beroepsonderwijs De beschrijving van de competenties in deze competentiemeter is gebaseerd op: - de bekwaamheidseisen uit de Algemene Maatregel van Bestuur als uitwerking van de
Nadere informatieHandleiding voor het laten erkennen van Eerder Verworven Competenties
Handleiding voor het laten erkennen van Eerder Verworven Competenties Inhoudsopgave Inleiding EVC-document 1 Verloop EVC-procedure 2 Competentieprofiel 3 Bewijsmateriaal 8 Instructies voor het invullen
Nadere informatieEindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)
Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam
Nadere informatieFUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1
FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1 Functie-informatie Functienaam Docent LD Type 1 Salarisschaal 12 Functiebeschrijving Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een instelling voor voortgezet
Nadere informatieAvans ontwikkelrichtlijn voor docenten
Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten Toelichting De Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten betreft de vier deelgebieden waarop docenten binnen Avans Hogeschool zich, conform het Avans professionaliseringsplan,
Nadere informatieHET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD. ILS Nijmegen
HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD ILS Nijmegen Mei 2009 Voorwoord: Dit voorstel voor een competentieprofiel van de spd is ontworpen op verzoek van de directies van ILS- HAN en ILS-RU door de productgroep
Nadere informatieHandleiding Mbo-hbo doorstroomassessment jij en het hbo ..een succesvolle combinatie?
Handleiding jij en het hbo..een succesvolle combinatie? Inhoudsopgave Leeswijzer 3 Inleiding 4 1. Het portfolio 5 1.1 Kwaliteitseisen 5 1.2 Samenstelling van het portfolio 5 1.3 Inleveren portfolio 6 1.4
Nadere informatieRapport Docent i360. Angela Rondhuis
Rapport Docent i360 Naam Angela Rondhuis Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het
Nadere informatieBijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG
Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Matt Huntjens ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/excursie
Nadere informatiePortfolio vrijstellingsverzoek op grond van praktijkervaring
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid Door relevante praktijkervaring ontstaat voor u de mogelijkheid vrijstelling te krijgen voor maximaal 5 modulen
Nadere informatieFUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LC Type 1
FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LC Type 1 Functie-informatie Functienaam Docent LC Type 1 Salarisschaal 11 Functiebeschrijving Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een instelling voor voortgezet
Nadere informatieAantekenformulier van het assessment PDG
Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende
Nadere informatieMBO-HBO DOORSTROOMASSESSMENT
MBO-HBO DOORSTROOMASSESSMENT Jij en het hbo. een succesvolle combinatie? 1 UNIEKE KANS Jij en het hbo..een succesvolle combinatie? Unieke kans..test jezelf voor het hbo! Krijg zicht op jezelf Ontdek je
Nadere informatieBeoordelingsrapport. Keimaat is een product van b&t begeleiding en training B.V.
Beoordelingsrapport Keimaat is een product van b&t begeleiding en training B.V. Beoordelingsrapport van: mevr. K. Rozegeur Dit beoordelingsrapport is gemaakt op: 8 juli 2010 Beoordelingsperiode: augustus
Nadere informatieCompetentievenster 2015
Windesheim zet kennis in werking Competentievenster 2015 TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING WINDESHEIM Inleiding 3 Het competentievenster van de tweedegraads lerarenopleidingen van Hogeschool Windesheim vormt
Nadere informatieSWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen
SWOT-ANALYSE Met een SWOT-analyse breng ik mijn sterke en zwakke punten in kaart. Deze punten heb ik vervolgens in verband gebracht met de competenties van en leraar en heb ik beschreven wat dit betekent
Nadere informatieCompetentieprofiel van de opleider CHVG
Competentieprofiel van de opleider CHVG Competentieprofiel van de opleider per competentiegebied 0. Competentiegebied: handelen als expert De opleider beantwoordt aan het competentieprofiel van de betreffende
Nadere informatieALEXANDER GIELE Competentiemonitor Ingevuld door : C.M.T. Ruppert Ingevuld op : 19 december 2013
ALEANDER GIELE Competentiemonitor Ingevuld door : C.M.T. Ruppert Ingevuld op : 19 december 2013 Deze monitor is ingevuld op basis van een eerste gesprek, een lesobservatie en een nagesprek (soms in andere
Nadere informatieBekwaamheidseisen of competenties docenten LC
Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC Bekwaamheidseisen docenten LC vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven
Nadere informatieAssessment Startbekwaam
Assessment Startbekwaam Rapportage Studiejaar 2014-2015 Hogeschool Rotterdam Instituut voor Lerarenopleidingen 1 Basisgegevens KANDIDAAT Voor- en achternaam: Studentnummer: Opleiding: Studentstatus: Naam
Nadere informatieCOMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT
DE SBL competenties COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid
Nadere informatiekempelscan K1-fase Eerste semester
kempelscan K1-fase Eerste semester Kempelscan K1-fase eerste semester 1/6 Didactische competentie Kern 3.1 Didactisch competent Adaptief omgaan met leerlijnen De student bereidt systematisch lessen/leeractiviteiten
Nadere informatieBEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3
BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar die interpersoonlijk competent is, geeft op een goede manier leiding aan leerlingen (individueel en in
Nadere informatieOnderwerp Opdracht. 1. Competentiescan. Ondersteun een cursist bij het opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan voor de opleiding.
Onderwerp 1. Competentiescan Geef met behulp van de competentiescan aan wat u als leercoach-in-opleiding al beheerst en wat u wilt leren. 2. Intake Bespreek met een cursist de competentiescan. 3. Persoonlijk
Nadere informatieEvaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017
Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Om de kwaliteit van de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te behouden en te verbeteren worden met ingang van december
Nadere informatieBijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG
Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie
Nadere informatieSpinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept
Spinnenweb t.b.v. evaluatie stand van zaken implementatie Zo.Leer.Ik! concept Dit document beschrijft het model dat binnen het netwerk ontwikkeld wordt om: Aan de ene kant te dienen als een leidraad om
Nadere informatieBijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG
Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Eindproduct (aankruisen) X in beeld/lesgeven op pad/ecursie aan
Nadere informatieS t a g e w e r k p l a n
S t a g e w e r k p l a n Student Academie voor Beeldende Vorming Naam: Sonja van de Valk Telefoonnummer: 0648174505 Studentnummer: 2705141 e-mail: sonjavandevalk@hotmail.com Stage Studiejaar: 2016-2017
Nadere informatieRapport Docent i360. Angela Rondhuis
Rapport Docent i360 Naam Angela Rondhuis Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor je ligt het
Nadere informatieHet gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen
Daniëlle Ramp, competentie ontwikkeling, oriënterende stage 1. Interpersoonlijk competent Contact maken Stimuleren om op een eigen manier te leren Klimaat voor scheppen 2. Pedagogisch competent Begeleiding
Nadere informatieScholing Passend Onderwijs voor de Onderwijsassistent. Versie: 26-11-2015. 1. De competenties.
Scholing Passend Onderwijs voor de Onderwijsassistent. Versie: 26-11-2015 Passend Onderwijs betekent thuis nabij onderwijs voor bijna elk kind uit de buurt. De diversiteit in de school zal hierdoor toenemen.
Nadere informatieHieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Nadere informatieBekwaamheidseisen of competenties docenten LD
Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen docenten LD vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven
Nadere informatieSTAGE WERKPLAN ACADEMIE VOOR BEELDENDE VORMING/ Sonja van de Valk
Let op!!! Dit is een groeidocument. Dat wil zeggen dat dit werkplan regelmatig bijgesteld zal moeten worden. Bekijk per competentie eerst waar je mee wilt beginnen. Vul nog niet meteen alles in. Zorg er
Nadere informatieBBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP
BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Het begrip portfolio komt oorspronkelijk uit de wereld van kunst en architectuur. Kunstenaars en architecten kunnen bij hun sollicitaties
Nadere informatieProfessionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs
Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs Angelique van het Kaar Risbo Erasmus Universiteit Rotterdam 7 november 2012 Overzicht onderwerpen Training Didactische
Nadere informatieEVC-traject Wft-Pensioenverzekeringen WFTNIVO
EVC-traject Wft-Pensioenverzekeringen WFTNIVO Handleiding voor de kandidaat Bijgewerkt: 19 maart 2013 1 Contactgegevens: WFTNIVO Villawal 11 3432 NX Nieuwegein Tel. 030 6023075 info@wftnivo.nl www.wftnivo.nl
Nadere informatiekempelscan P2-fase Studentversie
kempelscan P2-fase Studentversie Pedagogische competentie Kern 2.1 Pedagogisch competent Pedagogisch handelen Je draagt bij aan een veilige leef- en leeromgeving in de groep O M V G Je bent consistent
Nadere informatieEindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011
Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Welke middelen kan een docent tijdens zijn les gebruiken / hanteren om leerlingen van havo 4 op het Sophianum meer te motiveren? Motivatie
Nadere informatieASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie
ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie Naam student: Klas: Fase: startbekwaam NHL emailadres: 1 e kans / herkansing / algehele herkansing
Nadere informatieBijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG
Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Gerwin Haveman ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven x
Nadere informatiePORTFOLIO Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO) Naam : Functie : Faculteit : Instituut : Telefoonnummer : Datum :
PORTFOLIO Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO) Naam : Functie : Faculteit : Instituut : Email : Telefoonnummer : Datum : 1 Inhoud Onderwijscv... 3 1. Onderwijsvisie... 7 2. Didactisch ontwerp en uitwerking
Nadere informatieBijlage 5: Formulier tussenevaluatie
Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet
Nadere informatie1. Interpersoonlijk competent
1. Interpersoonlijk competent De docent BVE schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer in het contact met deelnemers en tussen deelnemers, en brengt een open communicatie tot stand. De docent BVE geeft
Nadere informatieBijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG
Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Gerwin Haveman ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op
Nadere informatieCompetenties. De beschrijvingen van de 7 competenties :
Inhoud Inleiding...3 Competenties...4 1. Interpersoonlijk competent...5 2. Pedagogisch competent...5 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent...6 4. Organisatorisch competent...6 5. Competent in samenwerking
Nadere informatieDe 10 basiscompetenties van de leraar
De 10 basiscompetenties van de leraar Woord vooraf 1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen 2 De leraar als opvoeder 3 De leraar als inhoudelijk expert 5 8 36 52 4 De leraar als organisator
Nadere informatieFunctieprofiel: Docent Functiecode: 0104
Functieprofiel: Docent Functiecode: 0104 Doel Voorbereiden en uitvoeren van ontwikkelde onderwijsonderdelen en participeren in uitvoering van onderwijsevaluaties en ontwikkeling en/of onder begeleiding
Nadere informatiePortfolio voor medewerkers Natuurlijk leren Parels ontstaan door schuring
Portfolio voor medewerkers Natuurlijk leren Parels ontstaan door schuring Authentiek leiderschap Pedagogische tact Ruimte geven Hoge verwachtingen Authentiek contact! Ik heb zelfvertrouwen. Ik heb hoge
Nadere informatieKPB 1: Lesgeven en Stageverslag
Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn 2014-2015 KPB 1: Lesgeven en Stageverslag Cursuscode Cohort 2013: LGWKLG01P1 (bachelor); LGAKLG01P1 (associate) Cohort 2014: LGWKLG01P1 (bachelor); LGAKLG01P1
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten
Nadere informatieBeoordelingsinstrument voor het beoordelen van het portfolio en werkplekleren (rubrics)
Beoordelingsinstrument voor het beoordelen van het portfolio en werkplekleren (rubrics) Beschrijving van het beoordelingsinstrument Niveaus Er worden in dit beoordelingsinstrument vier niveaus onderscheiden
Nadere informatieMbo-hbo. doorstroomassessment. Voor een bewuste stap naar het hbo
Mbo-hbo doorstroomassessment Voor een bewuste stap naar het hbo www.hva.nl/decanen/mbo.htm Inhoudsopgave 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Mbo-hbo doorstroomassessment Voor een bewuste stap naar het hbo Waarom een
Nadere informatieTOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd
TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE Praktijk 8 Deeltijd Titel vak: Praktijk 8 Kwartaal: 4 Voltijd/deeltijd: Deeltijd Studiejaar: 2 Datum versie: April 2013 ECTS: 5 Assessoren: Vakcoördinator: Caroline Zijlstra, Chris
Nadere informatieZelfevaluatie. Inleiding:
Sabine Waal Zelfevaluatie Inleiding: In dit document heb ik uit geschreven wat mijn huidige niveau is en waar ik mij al zoal in ontwikkeld heb ten opzichte van de zeven competenties. Elke competentie heb
Nadere informatieKPB Observeren en differentiëren
2014-2015 Cursuscode: Cohort 2012: LGWKOD40P2 Cohort 2013: LGWKOD40P2 Cohort 2014: LGWKOD40P2 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Werken aan competenties 3 Praktijkopdracht observeren en differentiëren 3 Bijlage
Nadere informatieInformatie werkplekleren
Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase
Nadere informatieChecklist competenties begeleiding
Checklist competenties begeleiding In het onderzoek Leer hoe ik leer worden door de respondenten aandachtsgebieden genoemd die zij van belang achten bij het ontwikkelen van transfer van theorie naar praktijk.
Nadere informatieHandleiding Nivometing SVMNIVO Kandidaat SCVM
Handleiding Nivometing SVMNIVO Kandidaat SCVM Contactgegevens: Laatst bijgewerkt: 29 februari 2012 1 SVMNIVO Postbus 774 3430 AT Nieuwegein Tel. 030-60 230 60 Fax. 030-60 370 32 info@svmnivo.nl www.svmnivo.nl
Nadere informatieProfiel mobiliteitscoach
Profiel mobiliteitscoach 22-02- 2014 PROFIEL MOBILITEITSCOACH De mobiliteitscoach werkt in een organisatie met mobiliteitsprocessen. Hij/zij werkt aan het organiseren van het inductieproces van studenten
Nadere informatiePOP Martin van der Kevie
Naam student: Martin van der Kevie Studentnr.: s1030766 Studiefase: leerjaar 1 Datum: 18 okt 2009 Interpersoonlijk competent Overzicht wat leerlingen bezig houdt dit kun je gebruiken tijdens de les. Verder
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:
Nadere informatieBeoordelingsrapport Studie en Werk 1B - voltijd
Beoordelingsrapport Studie en Werk 1B - voltijd 2016-2017 Inleiding: Bij Studie en Werk 1B word je beoordeeld op je leerproces én je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. De beoordeling
Nadere informatieVerantwoording gebruik leerlijnen
Verantwoording gebruik leerlijnen In de praktijk blijkt dat er onder de deelnemers van Samenscholing.nu die direct met elkaar te maken hebben behoefte bestaat om de ontwikkeling van de beroepsvaardigheden
Nadere informatieBijlage 7 Opdracht Bekwaamheidsproef 2 (studentenmateriaal)
Bijlage 7 Opdracht Bekwaamheidsproef 2 (studentenmateriaal) Inleiding Gedurende de studie zijn er een aantal momenten waarin je moet aantonen in hoeverre je de competenties voor het beroep van leraar beheerst.
Nadere informatieBeroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE
BIJLAGE D: SFORMULIEREN BEROEPSPRODUCTEN Bij de beroepsproducten wordt steeds een variant op onderstaand formulier gebruikt. De nadere invulling van de variant is afhankelijk van de geselecteerde criteria
Nadere informatieVan mbo-er naar succesvolle hbo-student Workshop doorstroom HBO - KNMP/SBA platformdag AA
Van mbo-er naar succesvolle hbo-student Workshop doorstroom HBO - KNMP/SBA platformdag AA Oefening van mbo-er naar succesvolle hbo-student Toelichting Als docent aan de opleiding voor apothekersassistent
Nadere informatieTraining Resultaatgericht Coachen
Training Resultaatgericht Coachen met aandacht voor zingeving Herken je dit? Je bent verantwoordelijk voor de gang van zaken op je werk. Je hebt alle verantwoordelijkheid, maar niet de bijbehorende bevoegdheden.
Nadere informatieROC Friese Poort. UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE
BIJLAGE D: SFORMULIEREN BEROEPSPRODUCTEN Bij de beroepsproducten wordt steeds een variant op onderstaand formulier gebruikt. De nadere invulling van de variant is afhankelijk van de geselecteerde criteria
Nadere informatieCompetentieprofiel mentor jeugdzorg 1
Competentieprofiel mentor jeugdzorg 1 Karin Kleine, projectleider Ontwikkeling traineeship HBO-afgestudeerden Marjolein van Dijk, opleidingsadviseur Jeugdzorg Nederland 3 juli 2013 1 Dit document is geschreven
Nadere informatieBKO-vragenlijst Individueel traject
BKO-vragenlijst Individueel traject Naam : Faculteit : E-mailadres : Telefoonnummer : Datum : Deze vragenlijst is bedoeld om inzicht te krijgen in uw onderwijswerkzaamheden. De onderwerpen die aan bod
Nadere informatieBijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s
Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Supplement l. Functie instructeur Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 1 sub l Besluit personeel veiligheidsregio s 1.1 Algemene
Nadere informatieDeel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017
Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017 Introductie Dit is de checklist voor de aios en opleider om halverwege de periode samen te bespreken hoe het opleiden gaat.
Nadere informatieVrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Bedrijfskunde
Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Bedrijfskunde Het doel van vrijstelling op grond van praktijkervaring is om vast te stellen welke cursussen uit de bacheloropleiding
Nadere informatieITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)
ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed
Nadere informatieOm te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen:
1 Interpersoonlijk competent De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leefen werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van de leraar primair onderwijs en
Nadere informatieVoorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten van de basistraining
Voorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten van de basistraining Bij de trainingsbijeenkomsten hoort telkens een voorbereidingsopdracht. Het uitvoeren en (op papier) meenemen hiervan is noodzakelijk
Nadere informatieCompetentieprofiel voor coaches
Competentieprofiel voor coaches I. Visie op coaching Kwaliteit in coaching wordt in hoge mate bepaald door de bijdrage die de coach biedt aan: 1. Het leerproces van de klant in relatie tot diens werkcontext.
Nadere informatie1. Eigenaarschap zelfstandigheid verantwoordelijkheid ondernemendheid zelfsturing en zelfregulatie
Persoonlijke ontwikkeling en socialisatie analyseren / plannen / creëren / representeren van jezelf (LOCO) 1. Eigenaarschap zelfstandigheid verantwoordelijkheid ondernemendheid zelfsturing en zelfregulatie
Nadere informatieZelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W
Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument
Nadere informatieMICROTEACHING: een kort lesfragment door een student gegeven aan medestudenten.
Inhouden en doelen van de opdrachten in de praktijkcomponent van de SLO en de GLO van BEO MICROTEACHING: een kort lesfragment door een student gegeven aan medestudenten. de student geeft 10 à 20 minuten
Nadere informatieHet portfolio kan met betrekking tot de fasen en stappen uit het protocol de volgende functies vervullen:
Bijlage 3 Portfolio 1 Handleiding persoonlijk coach 1.1 Doel van een portfolio Op steeds meer scholen voor voortgezet onderwijs en vervolgopleidingen wordt gewerkt met portfolio s. Met het portfolio laat
Nadere informatieReflectievragen voor het ontwerpen van een traject met werkplekleren
voor het ontwerpen van een traject met werkplekleren Doelstelling Dit instrument is bedoeld voor het management van een opleiding en opleidingsteams. Het reikt reflectievragen aan voor het ontwerpen van
Nadere informatieBijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s
Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Supplement h. Functie docent Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 1 sub h Besluit personeel veiligheidsregio s 1.1 Algemene
Nadere informatiePortfoliobegeleiding. Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl
Portfoliobegeleiding Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl Agenda Welkom Kennismaking Uitleg bijeenkomst Werkplekleren Inhoud portfolio Portfolio-opdrachten Eindkwalificaties Reflectie op de kernopgaven
Nadere informatieHOGESCHOOL WINDESHEIM
HOGESCHOOL WINDESHEIM Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het
Nadere informatie