Boerderij in de kijker

Transcriptie

1 Beleidsplan Boerderij in de kijker Gegevens vereniging: Vereniging Boerderij in de kijker Contactpersoon : Michelle Poort Adres: E. Meijsterlaan CK Utrecht Tel: Mail: info@boerderijindekijker.nl Website: Partners: Utrecht- en Utrecht-West: Milieudienst Noord-West Utrecht (4 NME centra), NMC Utrecht. Noorderpark- en Kromme Rijn: NME Houten, Milieudienst Zuidoost-Utrecht, team NMC, Agrarische Natuurverenigingen Noorderpark en Kromme Rijn. ANV Kromme Rijnstreek 1

2 Inhoud: Deel 1: Situatieschets Boerderij in de kijker Wat is Boerderij in de kijker? Uit welke boerderijlessen kunnen scholen kiezen? Voor wie is het? Waar liggen de agrarische bedrijven? Wie waarborgt de kwaliteit van de lessen? Kunnen boeren lesgeven? Is een boerderijbezoek verantwoord? Wat kost het? Hoe loopt de aanmelding en roostering? Leerkrachten een leerlingen zijn enthousiast Overzicht van aantal aanmeldingen per gemeente Financiering Initiatiefnemers en partners Bestuur & organisatie Deel 2: strategie en plan van aanpak Strategie Plan van aanpak Begroting v.a Financieringsplan v.a Toelichting begroting en financiering 2

3 Vooraf In het eerste deel van het beleidsplan wordt een situatieschets gegeven van Boerderij in de kijker, wijze van organisatie, de doelstellingen en doelgroepen. Het tweede deel gaat in op strategiekeuze, plan van aanpak 2012 t/m 2014, middelen en financiering. DEEL 1 SITUATIESCHETS BOERDERIJ IN DE KIJKER Wat is Boerderij in de kijker? Boerderij in de kijker is een vereniging van circa 40 educatieboeren- en boerinnen met een agrarisch bedrijf in de Utrechtse Venen, Noorderpark en Kromme Rijngebied van de provincie Utrecht. De doelstelling van de vereniging is de toegankelijkheid van het platteland te vergroten voor kinderen van 6 tot 10 jaar. Dit wil de vereniging bereiken door kwalitatief hoogwaardige boerderijlessen aan te bieden aan basisscholen in de provincie Utrecht. Doel van deze boerderijlessen is kinderen te laten ontdekken waar hun voedsel vandaan komt en ze te laten onderzoeken wat er leeft en groeit op de boerderij. Want vreemd genoeg denken veel kinderen dat groente, melk of eieren uit de fabriek komen! Vereniging Boerderij in de kijker werken samen met 7 lokale / regionale centra voor Natuur- en Milieueducatiecentra. Deze centra zorgen voor o.m. de jaarlijkse roostering, dragen samen met de educatieboeren- en boerinnen zorg voor de kwaliteit van het lesaanbod op de boerderij en voor de communicatie met de boeren en de scholen. Uit welke boerderijlessen kunnen scholen kiezen? De NME-centra hebben een tweetal praktische boerderijlessen ontwikkeld voor basisscholen in de provincie Utrecht. De Koeien van Boer Jan Boerderijles voor kinderen in groep 3 en 4 van de basisschool. Het thema van deze les is het ontdekken en beleven van dieren op en rond de boerderij. SUPERBOER Boerderijles voor kinderen in groep 5 en 6 van de basisschool. Het thema van deze les is de herkomst van ons voedsel. De boerderijlessen De Koeien van Boer Jan en SUPERBOER bestaan uit een aantal lessen in de klas met behulp van werkbladen en een docentenhandleiding. Deze lessen in de klas worden gecombineerd met een bezoek aan een boerderij. Hierbij gaat het niet zomaar om een excursie of een rondleiding. De kinderen volgen op de boerderij een interactieve belevingsroute met opdrachten op het erf, in de stallen en in het weiland. Voor wie is het? De boerderijlessen zijn bestemd voor groepen 3, 4, 5 en 6 van de basisscholen in de volgende gemeenten: Bunnik De Bilt De Ronde Venen Houten Stichtse Vecht Oudewater Utrecht Utrechtse Heuvelrug Woerden Woudenberg Wijk bij Duurstede Zeist. Een aantal bedrijven (circa 14) ontvangen ook groepen van de Buiten Schoolse Opvang. Dit loopt buiten de financiering om van Boerderij in de kijker, maar er wordt wel gebruik gemaakt van het lesaanbod. Er zal komende jaren nog worden bekeken hoe de educatieboeren hun aanbod voor BSO kunnen verbeteren en promoten. 3

4 Waar liggen de agrarische bedrijven? De bedrijven liggen in de Utrechtse Venen, Noorderpark en Kromme Rijn. De ligging van de bedrijven is te zien op de googlemapskaart op de website: Wie waarborgt de kwaliteit van de boerderijlessen? Vereniging Boerderij in de kijker heeft de boerderijlessen samen met lokale NME-centra ontwikkeld. Samen zorgen ze ook voor een continue verbetering van de kwaliteit van de boerderijlessen. Kunnen boeren lesgeven en om welke type boerderijen gaat het? De deelnemende boeren en boerinnen zijn opgeleid tot professionele educatieboeren. De boerderij is bij deze programma s een volwaardig verlengstuk van de school! Er is keus uit fruitteeltbedrijven, vleesveebedrijven, kaasboerderijen en melkveebedrijven. Scholen kiezen zelf de boerderij die ze willen bezoeken. Is een bezoek aan een boerderij verantwoord? Een bezoek aan een boerderij is niet gevaarlijk, maar er zijn wel een paar regels. Die staan beschreven in de handleiding voor docenten. Verder is er op alle deelnemende boerderijen een boer of boerin aanwezig met een diploma bedrijfshulpverlening (BHV) en alle boerderijen voldoen aan de kwaliteitseisen die de vereniging heeft gesteld. Wat kost het? Tot nu toe zijn de boerderijlessen in de meeste gemeenten nog gratis, dankzij diverse sponsoren en subsidies. Of ze gratis blijven hangt af van toekomstige sponsorbijdragen en gemeentelijke bijdragen. De complete boerderijles kost 125 euro per groep, inclusief het bezoek aan een boerderij, werkbladen en een docentenhandleiding. Hoe loopt de aanmelding en roostering? Basisscholen kunnen zich online aanmelden voor de boerderijlessen De Koeien van Boer Jan en SUPERBOER via Voor meer informatie nemen scholen contact op met de lokale NMEcentra. Betrokken NME centra zijn: 1. Natuur- en Milieucommunicatie Utrecht (scholen Utrecht) 2. NME Breukelen (scholen Breukelen, Kockengen, Loenen aan de Vecht, Loenersloot, Vreeland, Abcoude, Baambrugge) 3. MEC Maarssen (scholen Maarssen en Tienhoven) 4. NME Woerden en Oudewater 5. NME-centrum de Woudreus (scholen De Hoef, Mijdrecht, Wilnis, Vinkeveen) 6. Milieudienst Zuidoost-Utrecht, team NMC (scholen Bunnik, De Bilt, Zeist, Utrechtse Heuvelrug, Woudenberg, Wijk bij Duurstede). 7. NME Houten 4

5 Leerkrachten, ouders, kinderen en boeren zijn enthousiast! In west (Utrechtse Venen & stad Utrecht) is gestart in voorjaar Leerkrachten, ouders, kinderen en boeren reageerden erg enthousiast. Dat bleek ook uit de evaluatie, de brieven en vele tekeningen die door de kinderen naar de boer / boerin zijn gestuurd. Vaak zie je dezelfde scholen het jaar daarop weer terugkeren! Het enthousiasme heeft mede geresulteerd in een stijging van het aantal aanmeldingen van 127 in 2007 naar circa 260 nu. Dit is een bereik van gemiddeld 40% van alle groepen 3 t/m 6. Op zoveel belangstelling hadden de initiatiefnemers bij de start in 2007 niet gerekend! NME-organisaties geven aan dat het project het best lopend product is dat zij in hun aanbod hebben opgenomen. In oost (Noorderpark en Kromme Rijn) is in 2010 gestart. Ook hier zijn de proeflessen geëvalueerd met de scholen en zijn de reacties erg positief. Voor de kinderen is het een hele belevenis om ineens oog in oog met koeien te staan. Leerkrachten en ouders waren vol lof over de gastvrijheid waarmee ze op de boerderij zijn ontvangen. Hieronder een overzicht van aanmeldingen per gemeente. aantal groepen 2009 aantal groepen 2010 aantal aanmeldingen 2011 (incl verwachte na-inschrijvingen) Gemeenten die meedraaien v.a. 2007: Groepen B.O. Groepen B.O. Groepen B.O. Utrecht Woerden Oudewater De Ronde Venen De Ronde Venen: Abcoude Stichtse Vecht: Breukelen Stichtse Vecht: Loenen Stichtse Vecht: Maarssen TOTAAL-West Gemeenten die meedraaien v.a. 2010: Groepen B.O. Groepen B.O. Groepen B.O. Naast de bijna kinderen komen er per 4/5 kinderen ook nog ouders en leerkrachten mee. Totaal zijn dat er circa Bunnik De Bilt Zeist Wijk bij Duurstede Utrechtse Heuvelrug Woudenberg Houten TOTAAL-Oost Totaal Bereik BIDK

6 Financiering tot op heden Boerderijeducatie is tot nu toe, dankzij vele tijdelijke financiers, voor de scholen tot en met 2011 nog gratis (m.u.v. groepen uit Maarssen). Het streven is om het aanbod aan te kunnen blijven bieden tegen lage kosten voor de scholen omdat wij denken dat we daarmee het bereik behouden van minimaal kinderen per jaar. Wel is het streven om de subsidie geleidelijk af te bouwen om de scholen eraan te laten wennen dat ze moeten gaan betalen. Om dit mogelijk te maken heeft de vereniging subsidie- en sponsorverzoeken gestuurd aan de gemeenten in oost en de Rabobanken in het gehele gebied (Oost en West) en mogelijk zullen nog andere sponsoren worden benaderd. Wie hebben tot nu toe op projectbasis meegefinancierd? Financiers Utrecht-West (vanaf 2005) Regeling Kwaliteit Groene Hart; VSB fonds; Provincie Utrecht; gemeente Abcoude; gemeente Breukelen; gemeente De Ronde Venen; gemeente Loenen aan de Vecht; gemeente Oudewater; gemeente Utrecht; gemeente Woerden; Rabobank Rijn en Veenstromen, Rabofonds Dividend voor de Samenleving; Rabobank Utrecht; Rabobank Hilversum-Vecht en Plassen; Milieudienst Noord-West Utrecht; Natuur- en Milieucommunicatie Utrecht; Onderlinge Verzekeringen Haarrijn; Rotary Haarzuilens. Financiers Noorderpark en Kromme Rijn ( ) Leader Kromme Rijn; Europese Unie; Provincie Utrecht Agenda Vitaal Platteland; Het Fonds Duurzame Ontwikkeling Land- en Tuinbouw, gemeente Houten, Milieudienst Zuidoost-Utrecht. Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland Initiatiefnemers en partners: Het project is een initiatief van Agrarische Natuurvereniging De Utrechtse Venen, in samenwerking met de Milieudienst Noord-West Utrecht, Natuur- en Milieucommunicatie-Utrecht en LTO-Noord. In 2008 werd de vereniging opgericht en in 2010 is het project in Noorderpark en Kromme Rijn gestart. Partners in dit project zijn: Milieudienst Zuidoost-Utrecht, NME Houten, Agrarische Natuurverenigingen Kromme Rijn en Noorderpark. Bestuur & organisatie: Het bestuur van de vereniging heeft tot op heden gefunctioneerd met 7 leden waarvan 3 bijnaam genoemd in de statuten (het DB). Zij waren vanaf 2008 verantwoordelijk voor het reilen en zeilen binnen de vereniging in de west kant. Voor de uitbreiding naar Noorderpark en Kromme Rijn is er in 2009 een projectgroep opgericht die verantwoordelijk is voor de uitvoering van het project Noorderpark en Kromme Rijn. Deze project groep zal per 1 januari, met het beëindigen van het project, worden opgeheven. De resultaten van het project worden dan ook definitief overgedragen aan het bestuur. In de zomer van 2011 is het bestuur opnieuw samengesteld. Er zijn nu 7 leden en 4 bestuursondersteuners. Tevens is er een Huishoudelijk Reglement opgesteld en vastgelegd. De samenwerkingsafspraken met het NME zijn inmiddels geformaliseerd via ondertekening van een afsprakenlijst door de vereniging en 7 NME-ogranisaties. 6

7 DEEL 2 STRATEGIE & PLAN VAN AANPAK Strategie: Van een gratis naar een betaald product De vereniging en haar partners zouden bij voorkeur een gratis product boerderijeducatie willen aanbieden aan de scholen om zodoende een hoog bereik te halen (40% van alle groepen 3,4, 5 en 6 van de basisscholen in ons werkgebied). Dat is in Utrecht-West ook een aantal jaren gelukt. Maar door de bezuinigingen bij de overheden is een gratis aanbod niet meer realistisch. We moeten de huidige doelgroep gaan voorbereiding op een betaald product. In oost willen we in 2012, gezien de relatieve onbekendheid van Boerderij in de kijker, nog een jaar een gratis aanbod. En zullen we daarna de subsidie gaan afbouwen. Het streven is om in het gehele werkgebied van de vereniging in 3 jaar de subsidie geleidelijk af te bouwen. Om dit mogelijk te maken heeft de vereniging in het voorjaar van 2011 subsidie- en sponsorverzoeken gestuurd aan de gemeenten in oost en de Rabobanken in het gehele gebied (Oost en West) en mogelijk zullen nog andere sponsoren worden benaderd. Extra aandacht voor kwaliteit, promotie en werving Omdat we toewerken naar een betaald product wordt het des te belangrijker dat de vereniging en haar leden en partners de kwaliteit van het product hoog houden en dat we onze extra inspannen voor de promotie en werving van scholen. Welke concrete acties we gaan ondernemen zullen we nog nader uitwerken. Doelgroepen De vereniging blijft zich als hoofddoelgroep inzetten voor het primair onderwijs in de 12 gemeenten binnen het werkgebied van de 7 betrokken centra voor Natuur- en Milieu Educatie. De doelgroep kan zich komende jaren op eigen initiatief van de leden en of partners uitbreiden naar BSO of scholen uit andere gemeenten. De organisatie en financiering loopt in dat geval buiten het bestuur om. Oprichting werkgroepen Het voorstel is om in 2011 twee werkgroepen op te richten: een voor de promotie van de vereniging en een voor nevendoelgroepen zoals BSO s en Voortgezet Onderwijs. De werkgroep promotie zal in eerste instantie een wervingscampagne op zich gaan nemen naar voorbeeld van die van 2011 in oost. Ook zal de promotiewerkgroep zich gaan bezighouden met de andere promotieactiviteiten beheer en uitgifte van promotiemiddelen. De werkgroep nevendoelgroepen zal zich gaan bezighouden met nevenaanbod voor bijv. Centra voor Buitenschoolse Opvang of mogelijkheid bekijken of er ook een aanbod kan worden gedaan vanuit de leden voor het Voortgezet Onderwijs. Wijze van uitvoering: De uitvoering zal gebeuren door de leden van de vereniging en de NME-organisaties onder verantwoordelijkheid van het bestuur. Het bestuur van de vereniging bestaat uit 7 bestuurders en 4 bestuursondersteunders (allen vrijwilligers). De samenstelling en taken bestuur zijn vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement behorend bij de statuten. Daarnaast zal het NME taken op zich nemen die zijn beschreven in het Huishoudelijk Reglement. Plan van aanpak : In zullen de educatieboerderijen en partners de volgende activiteiten uitvoeren: 1) Behouden en versterken van het netwerk aan educatieboerderijen. Het werven van nieuwe leden. Nieuwe leden zullen geworven worden indien de vraag stijgt of vanwege uitval van leden of omdat meer gemeenten willen meedoen. Nieuwe leden zullen voordat ze worden toegelaten tot het netwerk een 2-daagse training boerderijeducatie moeten volgen en moeten een certificaat voor Bedrijfs Hulp verlening (BHV) halen. 7

8 Het volgen van een jaarlijkse herhalingstraining BHV door de huidige leden (dit is wettelijk verplicht bij groepsontvangst). Het organiseren van netwerkbijeenkomsten. De leden komen per jaar 2 maal bijeen om ervaringen uit te wisselen. Eenmaal bij de start van het lesseizoen in maart en eenmaal in de zomer. De laatste bijeenkomst is een ledenvergadering waarin allerlei punten worden besproken die van belang zijn voor de continuïteit van de vereniging. 2) Lesmateriaal De huidige leden zorgen zelf voor onderhoud en beheer van hun lesmateriaal. Waar nodig en indien de financiering toereikende is zullen voor nieuwe leden setjes lesmateriaal worden aangeschaft (zoals emmers, opdrachtkaarten, werkbladen, zoekkaarten, loepjes, weegschaal, kunstkoe etc). 3) Werving en promotie richting scholen. Er wordt per jaar bekeken hoe de promotie op te pakken richting de scholen. Dit zal in nauwe samenwerking met de betrokken centra voor Natuur- en Milieueducatiecentra nader worden bepaald en uitgevoerd. Te denken valt aan een promotiecampagne Boer zoekt school waarbij de educatieboeren of boerinnen persoonlijk melkpakkenpost met een promotiefolder brengen aan de leerkrachten van groepen 3, 4, 5 en 6. Zo n campagne leverde voor 2011 in Utrecht Oost veel extra aanmeldingen op en is interessant om te herhalen in West. Promotiemiddelen die we beogen in te zetten: a. Website. De huidige website zal worden ge-update: b. Folder. De folder uit 2011 zal komende jaren via de leden worden verspreid. c. Er zal een nieuwe kleurplaat worden ontwikkeld die wordt meegegeven aan de kinderen van groepen 3 en 4. d. Woordpuzzel om mee te geven aan kinderen van groepen 5 en 6. e. Ansichtkaart voor promotiecampagne Boer zoekt school f. Brieven via het NME t.b.v. mailings g. Aanvullend PR materiaal t.b.v. aanvullende doelgroepen. Nog nader te onderzoeken 4) Roostering en uitvoering van boerderijlessen De roostering zal uitgevoerd worden vanuit de zeven betrokken centra voor Natuur- en Milieueducatie (kosten hiervoor vallen buiten de begroting van de vereniging). De educatiebedrijven zullen jaarlijks circa 500 groepen ontvangen uit de 12 gemeenten. Dit aantal is gebaseerd op feitelijke inschrijvingen met een lichte stijging naar 40% van alle groepen 3,4, 5 en 6 in de 12 gemeenten. De educatieboeren- en boerinnen ontvangen per les 100,- onkostenvergoeding. Ze zijn er inclusief voorbereiding circa 4 uur mee bezig. Mogelijk zal het aanbod worden uitgebreid naar meer gemeenten. Dat hangt af van financiering en werkgebieden van de betrokken instellingen van NME-centra. Als nieuwe gemeenten willen aansluiten zal ook een deel arbeidsinzet en financiering van die gemeente moeten komen. 5) Ontwikkelen aanvullend educatief aanbod voor nevendoelgroepen Nevendoelgroepen zijn: Centra voor Buitenschoolse Opvang of Kinder Dag Verblijven. Er zijn tot op heden 15 bedrijven die naast scholenontvangst ook openstaan voor ontvangst van groepen die komen via B.S.O. en / of kinderdagverblijven. Er zal door de belanghebbende leden voor deze doelgroepen een professioneel aanbod worden uitgewerkt. 6) Samenwerking met de VooorleesExpress Er loopt in nog een samenwerkingsproject met de VoorleesExpress om tijdens de zomervakantie groepen kinderen uit achterstandswijken van de stad Utrecht een boerderijprogramma te kunnen aanbieden. De vereniging is voornemens om te kijken hoe dit initiatief voortgezet kan worden. Financiering hiervoor loopt via de VoorleesExpress en wordt betaald vanuit het Stimuleringsfonds Rabobank Utrecht e.o.. 7) Samenhang en samenwerking De vereniging zal samenwerking zoeken met andere initiatieven op het gebied van boerderijeducatie in Nederland zoals de boerderijschool en boerderijeducatie Gooi en Vecht en Amsterdam. Doel van deze samenwerking is om elkaar te inspireren en van elkaar te leren. 8) Evaluatie In 2012 zal de vereniging haar activiteiten en ingezette koers evalueren en dit plan van aanpak actualiseren. 8

9 N.B: dit plan van aanpak zijn de voorgestelde werkzaamheden behorend bij de begroting en zal uiteraard moeten worden aangepast als er niet voldoende financiering wordt gevonden. Begroting Boerderij in de kijker v.a Kosten per boerderijles, inclusief leerkrachtenhandleiding 125 Opbouw kosten per les: onkosten educatiebedrijf 100 kosten voor vereniging, promotie, BHV training, bijeenkomsten, materiaal, training nieuwe deelnemers / leden: 25 kosten per gemeente aantal groepen x 125,-* kosten Scholen uit gemeente Utrecht Scholen uit gemeente Woerden Scholen uit gemeente de Ronde Venen (De Ronde Venen) Scholen uit gemeente de Ronde Venen (Abcoude) Scholen uit Stichtse Vecht (Breukelen) Scholen uit Stichtse Vecht (Loenen) Scholen uit Stichtse Vecht (Maarssen) Scholen uit gemeente Oudewater scholen uit gemeente Zeist Scholen uit gemeente Houten Scholen uit gemeente Woudenberg Scholen uit gemeente Bunnik Scholen uit gemeente De Bilt Scholen uit gemeente Wijk bij Duurstede Scholen uit gemeente Utrechtse Heuvelrug Totaal Totaal aantal kinderen Aantal begeleiders (ouders / leerkrachten) 3268,75 Opbouw algemene verenigingskosten kosten werving nieuwe leden (1 per jaar) cursus EHBO/ BHV verlengingscursus (40 per jaar a 70,- p.p.) voor de basistraining Boerderijeducatie en 100,- voor basistraining BHV lesmateriaal op de boeren bedrijven, nieuwe setjes kosten netwerkbijeenkomsten zaalhuur etc 600 promotie (kleurplaat, presentatie, folder herdruk, website, wervingscampagne "Boer zoekt school") uren en onkosten (bestuurs)leden onkostenvergoeding bestuursleden Bestuurskostsen (administratie, boekhouding, porto) * het aantal groepen is een inschatting op basis van inschrijvingen voorgaande jaren met een verwachte lichte stijging. Het bereik is gemiddeld 40% van alle groepen 3 t/m 6 in de bovengenoemde gemeenten. 9

10 Financieringsvoorstel Boerderij in de kijker stand 4 okt 2011, vetgedrukte bedragen zijn zeker kosten : conceptvoorstel financiering Gemeente jaar aantal Kosten (125,- Gemeenten Rabobank groepen per Bijdrage scholen Totaal financiering kosten per les voor scholen UTRECHT Woerden De Ronde Venen Stichtse Vecht: Breukelen Stichtse Vecht: Loenen Stichtse Vecht: Maarssen ,00 100, , , ,00 61, , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,00 0, , , , ,00 0, , ,00 93, , , , ,00 750,00 0,00 750, ,00 62, ,00 750,00 0,00 750, ,00 62, ,00 750,00 0,00 750, ,00 62, ,00 375,00 375,00 0,00 750, ,00 375,00 375,00 750,00 62, ,00 375,00 375,00 750,00 62, , , ,00 0, , , ,00 0, , ,00 62, , ,00 0, , ,00 62,5 Oudewater Bunnik Zeist Woudenberg Houten De Bilt Wijk bij Duurstede Utrechtse Heuvelrug ,00 480,00 520,00 520, , ,00 480,00 520, , ,00 0, , , , , , , , ,00 562,50 562, ,00 31, , , ,00 62, , , , , , , , , ,00 31, , , , ,00 62, ,00 0,00 750, ,00 62, ,00 0, , ,00 0, , , , , , , , , , ,00 31, , , , ,00 62, , , , , , , , , ,00 31, , , ,00 62, , , , , , ,00 875, ,00 31, , , ,00 62, , , , , , , , , ,00 31, , , , ,00 62,5 * NB: kosten per les voor scholen weten we pas definitief als alle subsidieverzoeken behandeld zijn. 10

11 Toelichting begroting & financiering Begroting: De kosten die zijn opgenomen: 1) Kosten voor de lesvergoeding van de boeren (a 100,- per les). Totaal 523 lessen per jaar. De inschatting is op basis van inschrijvingen in de voorgaande jaren: circa 40% van de totale groepen 3, 4, 5, en 6 van het Basisonderwijs in de gemeenten waar het project draait. 2) Kosten voor de vereniging. Die kosten zijn als volgt opgebouwd: a. Kosten herhalingscursus BHV (Bedrijfs Hulp Verlening) voor 40 leden b. Kosten training 1 nieuw lid per jaar (basis training boerderijeducatie en training BHV) c. Lesmateriaal (nieuwe setjes, max 1 per jaar) d. Kosten netwerkbijeenkomsten / ledenvergaderingen (2 per jaar) e. Promotiekosten f. Vacatievergoeding (bestuurs)leden. g. Overige kosten bestuur (boekhouding, administratie,porto) Werkzaamheden voor materiaalbeheer, bijeenkomsten organiseren promotiecampagne organiseren, opzetten BSO activiteiten etc, zijn niet begroot. Deze worden in eigen tijd uitgevoerd. Financieringsplan: Kromme Rijn en Noorderpark: De financiering voor west ziet er anders uit dan voor oost. Dit heeft ermee te maken dat het product in oost nog maar draait sinds 2010 en het nog bekendheid moet krijgen bij de scholen. Het streven is dan ook om het aanbod in ieder geval in 2012 nog gratis te laten zijn en het daarna af te bouwen naar een kwart van de prijs in 2013 en halve prijs in We hebben in eerste instantie de gemeenten en Rabobank Kromme Rijn, Utrechtse Heuvelrug, Woudenburg-Lunteren om een bijdrage gevraagd. De Rabobanken Utrechtse Heuvelrug en Woudenberg hebben inmiddels toegezegd. Utrecht stad en Utrechtse Venen: In Utrecht stad en de gemeenten in de Utrechtse Venen draait het project sinds De scholen hebben sindsdien gratis gebruik kunnen maken van het aanbod. Daar zullen we vanaf 2012 de scholen om een bijdrage gaan vragen die elk jaar een stukje hoger zal zijn. Omdat de provinciale bijdrage (die aanvankelijk voor 5 jaar was toegezegd) plotseling vanwege de bezuinigingen is stopgezet en omdat ook gemeenten bezuinigen, is er voor sommige gemeenten vanaf 2012 onvoorzien geen financiering meer. Hierdoor worden scholen in een keer geconfronteerd met een hoge eigen bijdrage omdat er geen middelen meer zijn om de fasering in te bouwen. Wij denken dat daardoor scholen sneller zullen gaan afhaken. Aanvullende financiering is dus nodig. Daarom zijn sponsorbijdragen en donaties erg welkom. De stand van zaken financiering in West is per gemeente ook nog verschillend: Alleen voor de gemeenten Woerden en Oudewater is er voor de helft van het bedrag een toezegging t/m Abcoude en de Ronde Venen hadden aanvankelijk ook toegezegd, maar vanwege de gemeentelijke herindeling in 2011 is deze bijdrage pr 2012 afgelopen. Dat geldt ook voor Stichtse Vecht (Breukelen en Loenen financierden eerst wel, Maarssen niet). Stad Utrecht heeft voor 4 jaar bijgedragen aan het project. Wethouder Den Besten heeft aangegeven dat de scholen het hierna zelf moeten betalen. We hebben daarom v.a geen financieringsverzoek aan de gemeente Utrecht meer ingediend. We hebben voor West wederom verzoeken gedaan voor financiering Er is inmiddels een toezegging gedaan door enkele Rabobanken. Stand van zaken financiering: Het definitieve financieringsplan zal pas duidelijk worden na behandeling van de subsidieverzoeken, sponsor en donatieverzoeken. We weten dat vermoedelijk in de laatste maand van