Nieuwsbrief Decentralisatie in Suriname

Transcriptie

1 Nieuwsbrief Decentralisatie Jaargang 1, no Redactie en Uitgeverij: Project Preparation and Implementation Unit (PPIU) Project-Coordinator: mr. B. Ahmadali Redactieadres Anton Dragtenweg 208, Paramaribo Suriname Phone: (597) Fax: (597) via_activa@yahoo.com Site: Inhoud website: Introductie Algemene Projectinfo. Suriname: - Facts and Figures - Als deel van Zuid- Amerika en Caricom Infodoc I, II, III, IV Infobrochure 1,2,3,4 Nieuwsbrief, no. 1,2,3 Decentralisatie in de media Gerelateerde krantenberichten Bent u een vriend van de decentralisatie? Laat het merken door uw reactie op ons adres. Nieuwsbrief Decentralisatie in Suriname Redactioneel In verband met de verschuiving van de datum van de implementatie van het Decentralisatie Programma (het IDB-project: Decentralization and Local Government strengthening Program / DLGSP) naar 1 september 2001, is per 1 mei 2001, de aanvankelijke startdatum, de tweede brugperiode van de Project Prepararation and Implementation Unit (PPIU) ingegaan. In haar verslag over de periode februari t/ april, 2001 vermeldt de PPIU dat met tevredenheid kan worden teruggeblikt, omdat er vooruitgang is geboekt door de meest strategische activiteiten van de time line in samenwerking met de IDB en de Minister van Regionale Ontwikkeling, de heer Romeo van Russel te realiseren. De IDB heeft de Vereniging van de Nederlandse Gemeenten (VNG-International) kunnen inhuren voor het verrichten van een haalbaarheidsstudie over het DLGSP. De VNG heeft in de periode van 25 maart-25 april, 2001 de studie voltooid en haar rapport aan de IDB en de Regering aangeboden. De Minister en de PPIU hebben binnen enkele dagen het rapport van commentaar kunnen voorzien, waarop het eindrapport volgde. De PPIU heeft ook haar advies uitgebracht aan de Minister van Regionale ontwikkeling in de vorm van een bijdrage aan de besluitvorming door de regering. De Minister van Financien, Humphrey Hildenberg en de Minister van Regionale Ontwikkeling zijn overeengekomen om de counterpart fund van US$ verspreid over drie jaar in de staatsbegroting op te nemen. Ook heeft Minister van Russel in overleg met de Minister van Plos, Drs. Stanley Raghoebarsing, een Nota voor het komend beleidsoverleg tussen Suriname en Nederland ingediend voor de financiering van het counterpart fund uit de verdragsmiddelen. De Mission Chief van het IDB-project, Robert Daughters, heeft het eind-concept van het DLGSP en de Logical Frame Work gereedgemaakt, deeluitmakende van het zgn Loandocument, dat voor de aanvraag van de lening een bedrag van US$ zal dienen ter financiering van de projectkosten. issie van Phil Rosenberg afgewikkeld. Deze Internationale expert heeft samen met de PPIU-expert, Mahender Pershad het Model Betterment Districtsverordening uitgewerkt, alsook samen met de Centrale Lands Accountantsdienst de laatste hand gelegd aan de handleiding voor het begrotings- en financieel beheer in de districten. De Tweede Brugperiode van mei tot eind augustus 2001 De PPIU heeft met Drs. Silvano Tjong Ahin, Sector Specialist van de IDB in Paramaribo overeenstemming bereikt over het werkplan en de time line voor de komende periode. In deze periode zal de PPIU het Ministerie van Regionale Ontwikkeling ondersteunen met het opstellen van een Vacature Plan, een DLGSP-Office Plan, een Consensus & Promotion Plan, een Project Presentatie Map en een algemene brochure over het DLGSP voor het grote publiek. Verwachtbaar zijn ook projectpresentaties op verzoek van politieke partijen, ngo s e.a. stakeholders. In de maand mei bestudeert de regering het VNG-rapport en alle commentaren, voorstellen en aanbevelingen over het DLGSP en neemt de besluiten, waarna de voorlichtingsmachine over het decentralisatieprogramma van de regering op gang komt. Hiervoor zullen de maanden juni en juli benut worden. De maand augustus is belangrijk voor de regering en IDB om volledige overeenstemming over de implementatie te hebben bereikt om alle posities in te vullen die nodig zijn voor de implementatiefase. Hieraan gaat vooraf de goedkeuring van de leningsaanvraag door de IDB in Washington D.C./USA.

2 DLGSP Eind-concept en Logical Frame Work van het Decentralisatie Programma De omvangrijkheid, de gecompliceerdheid en een vrij ingewikkelde keten van opeenvolgende en op elkaar afgestemde activiteiten kunnen bij de bestudering van het IDB-project: Decentralization and Local Government Strengthening Program (DLGSP) de verschillende doelgroepen tot zeer uiteenlopende conclusies leiden. Reden waarom Projectcoordinator, Mr. B. Ahmadali, de onderstaande toelichting heeft geschreven voor een gelijkgerichte benadering van het Decentralisatieprogramma, kortweg als DLGSP of het Programma aangegeven. Het beste kan het DLGSP kortweg begrepen worden uit The Logical Framework, waarin het Programma is geplaatst. In een afzonderlijke brochure zijn ook de volledige teksten van de Nederlandse versie van het Eind- Concept van het Decentralisatieprogramma (Het Programma) en The Logical Frame Work opgenomen. Het Eind-concept van het Programma is thans in studie bij de regering van Suriname. Het doel van het programma Om fiscaal en administratief levensvatbare overheidsinstituten voor de districten in Suriname in te voeren De opzet van het Programma Om de Districten in Suriname een eigen wettelijk kader te geven en een institutionele versterking, noodzakelijk voor een zelfstandig. fiscaal / financieel beheer/management van het district - in het geval van pilotdistricten -, om hen alvast in staat te stellen publieke (technische) werken zelfstandig uit te voeren. De uitkomst van het Programma op lange termijn (omstreeks september 2004) 1. Een kern van wettelijke regelingen (hervorming) is aangenomen en een lange termijn strategie voor de sector is geformuleerd 2. De kern van institutionele en financiële voorzieningen in de districten is gevestigd 2.1 De kern van administratieve en planningstechnieken zijn in werking gesteld 2.2 De basistechnieken en systemen voor begroting- en financieel beheer en voor een financieel transparante praktijk zijn in werking gesteld 2.3 Het vermogen om eigen inkomsten te genereren en te beheren, gevestigd 2.4 De technieken voor de burgerparticipatie ingevoerd 3. Het institutioneel kader voor de sector regionaal/districtsbestuur is versterkt 4. De belangrijkste elementen voor een tweede fase, vervolgprogramma (DLGSP-II) zijn geformuleerd 5. Basiselementen voor de ondersteunende activiteiten van het Programma (Program management) voltooid. Op middellange termijn zal het volgende zijn bereikt (omstreeks maart 2003) De pilotdistricten zijn door het Programma gecertificeerd op het 2 e niveau van institutionele versterking. Technische en wettelijke documenten zijn gereed voor de wettelijke hervormingen. Wetsontwerpen, wetswijzigingen, en staatsbesluiten zijn ontworpen en goedgekeurd door de Raad van Ministers en de Staatsraad. Studie over het bestuur van Paramaribo is afgerond. TOR s goedgekeurd voor studies van (1) model districtspersoneelsbeleid en (2) lange termijn strategie voor decentralisatie. Districts-Administrateurs zijn aangeworven en gecontracteerd voor de pilodistricten en de twee non-pilotdistricten Pre-investment projecten (PIP) goedgekeurd door MRO en DR s voor pilotdistricten en twee non-pilotdistricten. 40% van de PIP s in de pilotdistricten gerealiseerd. Kantoorrehabilitatie Plan door MRO goedgekeurd voor de pilotdistricten en de twee non-pilotdistricten. De nieuwe staf voor de bezetting van sleutelposities voor begroting- en financieel beheer (BFM) geïnstalleerd. BFM-handleiding goedgekeurd. Basis software pakket voor BFM ontwikkeld en in de pilotdistricten geïnstalleerd. De eerste fase van een veelomvattende training en technische bijstand aan de pilotdistricten afgerond. De pilotdistricten hebben hun eigen begroting voorbereid met in achtneming van de BFM-handleiding. Het Belasting Administratief Systeem (BAS) voor de districten ontworpen, gecomputeriseerd, goedgekeurd en uitgetest.

3 BAS geïnstalleerd en operationeel in 3 pilotdistricten. Drie pilotdistricten innen inkomsten uit eigen bronnen en assisteren de Huurwaardebelastingsdienst bij het innen van de huurwaardebelasting. Handleiding betreffende burgerparticipatie geformuleerd. Plan voor burgerparticipatie geformuleerd en door de pilotdistricten goedgekeurd. In drie pilotdistricten zijn Informatiecentra voor de bevolking geopend. Handleiding voor publieke (technische) werken geformuleerd en goedgekeurd. In de pilotdistricten management systemen ingevoerd voor uitvoering van technische werken. Handleiding voor de training om projecten te formuleren en bestedingsplan op te stellen geformuleerd en goedgekeurd. Voorlopige ontwerpen van de als training bedoelde preinvesteringsprojecten in 3 pilotdistricten gereedgemaakt (voor elke district 2 projecten van elk US$ , betreffende rehabilitatie en onderhoud van secundaire en tertiaire zandwegen) Studie over organisatiestructuur van het Ministerie van Regionale Ontwikkeling (MRO) goedgekeurd door de regering. MRO strategisch plan goedgekeurd. MRO kantoor gerehabiliteerd en voorzien van equipment. Consultants voor de Huurwaardebelastingdienst gecontracteerd en equipment geïnstalleerd. Netwerk voor de uitwisseling van informatie voor districten ingevoerd en functioneren met 2 bijeenkomsten per jaar. 10 plaatselijke trainers/consultants door DLGSP gecertificeerd. Ontwerp van een demand-driven projectformuleringssysteem geïnitieerd. TOR s voor onderzoekstudies goedgekeurd. TOR s goedgekeurd voor feasibility studies en voorlopige ontwerpen voor de projecten die in de pijplijn zijn voor het eerste DLGSP-II jaar. Een Adviesraad voor DLGSPopgezet. PIU volledig bemand. 80% van de middenlange activiteiten uit DLGSP voltooid. 50% publieke opinie is positief over DLGSP. 80% van de middellange termijn doelen van Marketing Plan voltooid Tegen het einde van het Programma zal het volgende zijn bereikt (september, 2004) Twee non-pilotdistricten zijn door het Programma gecertificeerd. De pilotdistricten zijn op niveau 3 gecertificeerd. Alle wetsontwerpen goedgekeurd door DNA. Studie over bestuur van Sipaliwini afgerond. Model personeelsbeleid voor de districten goedgekeurd door de Raad van Ministers, tenminste voor een district. Lange termijn decentralisatie strategie goedgekeurd door de Raad v. Ministers. Strategisch Ontwikkelingsplan geformuleerd en goedgekeurd voor pilotdistricten. Rehabilitatiewerken van de districtskantoren gerealiseerd en kantoren voorzien van equipment en ook geïnstalleerd in de pilotdistricten en twee non-pilotdistricten. In twee non-pilotdistricten: Nieuwe BFM-staf en basis computer software pakket geïnstalleerd; de uitgebreide training voor de eerste fase voltooid. Elk pilodistrict onderwerpt de districtsbegroting aan een openbare hoorzitting. Drie pilotdistricten bieden aan de DR een rapport inzake de uitvoering van de begroting. Eén begroting uit elk der pilotdistricten is volledig uitgevoerd en het corresponderende financieel verslag voorbereid. Drie van de genoemde rapporten goedgekeurd door externe accountant. Pilotdistricten innen meer huurwaardebelasting, andere rechten en heffingen dan de overheid in de overeenkomstige periode daarvoor inden en in dezelfde gebiden voor de start van het DLGSP.. BAS geïnstalleerd en operationeel in alle pilotdistricten en twee non-pilotdistricten. Vier pilotdistricten in staat om de huurwaardebelasting en de vermakelijkheidsbelasting zelfstandig te innen en te beheren. Twee districten hebben middelen geïnd door middel van bijzondere aanslagen op basis van overeenkomst met de bevolking om gedeeltelijk te participeren in de financiering van plaatselijke investeringsprojecten. Plan voor bevolkingsparticipatie geformuleerd en goedgekeurd in twee non-pilotdistricten. (One-stop) Info Centra voor de bevolking in alle pilotdistricten operationeel.

4 70% van de bezoekers van de Info Centra geobserveerd; indiceert tevredenheid over de gebezigde informatietechnieken door de Info Centra. Vervolg technisch bijstand in management technieken voltooid. De trainings-preinvesteringsprojecten geformuleerd en gerealiseerd in de pilotdistricten. Training voor projectformulering en opmaken vanbestedingsplannen in de pilotdistricten voltooid. 50% van de aanbevelingen uit de MRO-studie gerealiseerd, in het bijzonder betrekking hebbende op de afdeling districtsbestuur, de begroting/financiële afdeling en de civieltechnische afdeling. Nieuwe staf voor de afdeling districtsbestuur, financiële en de civieltechnische afdeling. Het Info Netwerk opgenomen in de wet en het contributiesysteem. Nog 10 andere trainers/consultants door DLGSP gecertificeerd. 50% van de aanbevelingen uit de MRO-studie gerealiseerd, in het bijzonder betrekking hebbende op de afdeling districtsbestuur, de begroting/financiële afdeling en de civieltechnische afdeling. 80% van het herziene DLGSP Implementatie Plan voltooid. 50% goedkeuring van DLGSP, zijdens publiek. DLGSP program management volledig in handen van de PIU. De uitvoeringscapaciteit van het Programma De sequence van het Programma is zodanig in elkaar gezet, waarbij rekening is gehouden met de uitvoeringscapaciteit: 1. Het financieel aspect. Er is beperkte capaciteit aanwezig om uit eigen middelen de 30% counterpart fund ad US$ te financieren; 2. Het management aspect: De Project Implementation Unit (PIU) moet in staat zijn het Programma te kunnen uitvoeren, waarmee bij de fasering van het Programma rekening is gehouden en wel als volgt: De PIU houdt zich gedurende de eerste helft van het Programma bezig met de institutionele versterking van de 5 pilotdistricten, de studie van Paramaribo en voorbereiding van trainingsprojecten en gedurende de tweede helft van het Programma met de certificatie van de pilotdistricten, voorbereiding institutionele versterking van de 2 non-pilotdistricten, voorbereiding van DLGSP-II, uitvoeren van de trainingsprojecten in de pilotdistricten. De PIU wordt gedurende anderhalf jaar technisch ondersteund door een Internationale consultant, de Resident Advisor, in de daarop volgende periode van anderhalf jaar moet de PIU zelfstandig kunnen opereren om aan het einde van het Programma volledig getraind en bemand te zijn om DLGSP-II te implementeren. 3. Er is ook uitgegaan van de omstandigheid dat er weinig deskundig kader zowel bij de centrale overheid, in de districten als onder de particulieren, te vinden zijn wanneer het gaat om local government. 4. Er is overeenstemming met de IDB bereikt om de Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG- International) te betrekken om de PIU technisch bijstand te geven bij de implementatie van DLGSP. De omvangrijkheid van het DLGSP 1. Het DLGSP is een veelomvattend programma met een keten van opeenvolgende en in elkaar sluitende activiteiten om - gedurende drie jaar en tijdens een vervolgprogramma - de speciale opzet van het DLGSP en de gestelde doelen te realiseren. 2. Het DLGSP is veel meer dan het certificeren van vijf pilotdistricten gedurende drie jaar. 3. Het DLGSP omvat in feite alle 10 districten: a) een groep van 5 pilotdistricten, Nickerie, Wanica, Para, Commewijne en Marowijne, zullen halverwege het Programma institutioneel versterkt (2 e niveau) zijn en aan het einde van het Programma gecertificeerd (3 e niveau), hetgeen betekent volledig versterkt EN financieel bevoegd om gedurende DLGSP-II op eigen kracht de voorbereide projecten uit de pijplijn, in uitvoering te nemen; b) twee (2) non-pilotdistricten zullen aan het einde van het Programma ook institutioneel versterkt en gecertificeerd zijn, halverwege het Programma zal met de voorbereiding worden begonnen. De selectie van deze twee districten moet nog plaatsvinden. c) De studie over Paramaribo, die direct bij de start van het Programma begint, zal halverwege het Programma al afgerond zijn. Hier zit de mogelijkheid om de institutionele versterking (2 e niveau) en de certificatie procedure (3 e niveau) onmiddellijk in te zetten om aan het einde van het Programma gecertificeerd te zijn voor deelname aan DLGSP-II voor de uitvoering van investeringsprojecten uit de pijplijn voor het vervolgprogramma. De studie zal ook aanwijzen welke additionele voorzieningen er getroffen moeten worden om zulks mogelijk te maken. d) De studie over Sipaliwini zal aan het einde van het Programma afgerond zijn. De institutionele versterking en certificatie van Sipaliwini vinden plaats in de periode van DLGSP-II.

5 e) Aangenomen dat Saramacca als een van de non-pilotdistricten wordt aangewezen dan zal dit district ook tegen het einde van DLGSP-I gecertificeerd zijn. Aan deze keuze wordt de voorkeur gegeven, aangezien Saramacca in de voorbereidingsfase getipt was als een pilotdistrict en als zodanig reeds voor inputs heeft zorggedragen. f) De overige districten Coronie en Brokopondo worden gedurende DLGSP-II institutioneel versterkt en gecertificeerd voor deelname aan de uitvoering van eigen investeringsprojecten uit de pijplijn voor DLGSP-II. Voor het overige wordt verwezen naar de volledige teksten van het Eind-Concept van het Decentralisatie Programma en The Logical Frame Work. Beide zijn onderdelen van het Loan Document, dat tot stand is gekomen onder de verantwoordelijkheid van de IDB-Mission Chief, Robert Daughters, Washington D.C./USA, welk document klaar ligt voor de aanvraag van de lening bij de IDB voor de financiering van het DLGSP. Het wachten is op het resultaat van de door de regering uitgevoerde haalbaarheidsstudie over het DLGSP. Alle tot dusverre geproduceerde en verspreide project en infodocumenten kunnen met de verschijning van het eind-concept van het programma, The Logical Frame Work en de Cost Tables van het project worden gerekend tot background papers. NIMOS IN HET DLGSP DECENTRALISATIEPROGRAMMA Op 5 mei 2001 vond op het PPIU kantoor een bespreking plaats tussen de projectcoördinator en een delegatie van het nationaal Instituut voor milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS). De NINMOS-vertegenwoordigers waren vergezeld van twee internationale consultants, de heren Kent Hunter en Brian Betts. Onderwerp van de bespreking waren de aanbevelingen uit het rapport van de IDB consultant Iara Verocai betreffende Environmental Assessment and Management binnen het DLGSP. Tot de huidige taken van de districtscommissariaten behoren o.a. ook het ophalen en verwerken van vuil, die bij het doorvoeren van de decentralisatie zullen gaan behoren tot de autonome taken van de districtsautoriteiten en deel gaan uitmaken van de districtsbegroting. In de DLGSP-begroting is voor de districten voorgeschreven in hun implementatieplan een trainingsprogramma voor milieuzaken, onderzoek naar vuilophaal en verwerking, het betrekken van de districtsofficials en de bevolking en het maken van handleiding. Tussen de IDB en het Ministerie van Regionale Ontwikkeling is afgesproken dat Nimos aangewezen wordt om als local service provider de Project Implementation Unit (PIU) te assisteren bij de milieucomponenten in het DLGSP. Nimos heeft thans het Iara rapport en de Terms of Reference in bestudering om te komen met voorstellen over de vorm van participatie. PLANBUREAU EN HET DLGSP De Stichting Planbureau Suriname heeft na hearings met specifieke doelgroepen te hebben gehouden ook voor decentralisatie en regionale ontwikkeling een PAPER voorbereid om te dienen voor de formulering van het MOP (Meerjaren Ontwikkelings Programma). Het Ministerie van Regionale Ontwikkeling en de PPIU hebben in de hearings geparticipeerd, waardoor genoegzaam kon worden ingespeeld op het reeds geformuleerd eind concept van het decentralisatieprogramma, zoals het door de Inter-American Development Bank (IDB) het aan de regering van Suriname heeft aangeboden. Als beleid voor korte en middellange termijn ziet het Planbureau als volgt: De ontwikkelingsstrategie en beleid van de Regering houdt ondermeer in dat in de periode het decentralisatie proces krachtig ter hand zal worden genomen. Daarbij zal de locale overheid fiscaal en institutioneel worden versterkt, zodat deze in samenspraak met andere verantwoordelijke instanties initiatieven ter hand kan nemen op het gebied van de aanwending van de natuurlijke hulpbronnen, het ontwikkelen van de districtscentra en het vervaardigen van structuur-en bestemmingsplannen alsmede de verantwoordelijkheden kan dragen om de districten te ontwikkelen Interessant is het te vermelden dat op nationaal niveau (Planbureau, Nimos) positief en gericht wordt gedacht en gewerkt aan decentralisatie van bestuur en regelgeving, mede een basisvoorwaarde voor het welslagen van het DLGSP. De inleidende opmerking van het Planbureau wil ik de vrienden van de decentralisatie, mede gelet op de fase waarin het Progamma zich bevindt, niet onthouden:

6 Decentralisatie en regionale ontwikkeling zijn twee onlosmakelijk aan elkaar verbonden begrippen. Decentralisatie houdt in het delegeren van institutionele en financiële bevoegdheden van de Centrale Overheid naar lagere bestuursorganen in de verschillende bestuursgebieden (districten), die vanwege de Centrale Overheid zijn belast met het bestuur ter plaatse. Bij regionale ontwikkeling gaat het, strikt gesproken, om het tot ontwikkeling brengen van voormelde bestuursgebieden en wel op basis van de ontwikkelingsmogelijkheden van desbetreffende gebieden met medewerking en inspraak van de leefgemeenschappen ter plaatse. Bij decentralisatie en regionale ontwikkeling staat, gelet op bovenvermelde definities, de mens centraal, hetgeen inhoudt verhoging van welvaart en welzijn van de mensen in de verschillende bestuursgebieden (regionale spreiding van de welvaart en het welzijn) De Betterment regeling voor de districten De Bettermentregeling is ontworpen door de Internationale consultant in samenwerking met de PPIU, bijgestaan door Mahender Persad, die task manager is voor de inkomstengenererende componenten in het Decentralisatie Programma. De PPIU Coordinator, Mr. B. ahmadali schreef de onderstaande Toelichting op de ontwerp Bettermentregeling ten behoeve van de regering. A betterment or special assessment are charges levied for the improvements that benefit certain property owners as opposed to the general public. Betterment Tax is de officiële Engelse term, die zich moeilijk in het Nederlands laat vertalen. Ook het woord Tax in deze kan niet letterlijk worden opgevat. Het gaat immers niet om de heffing en inning van een belastingsoort. In feite gaat het hierbij om een bijzondere aanslag die wordt geheven op de categorie eigenaren en gebruikers van gronden en bezittingen, die bij het aanbrengen van verbeteringen door de locale overheid (ten algemeen nutte) er duidelijk beter van wordt. Bij verbetering van bestaande of bij aanleg van o.a. nieuwe infrastructurele werken kunnen met de bewoners / belanghebbenden in een bepaald gebied overeengekomen worden dat zij de daaraan verbonden kosten geheel of gedeeltelijk voor hun rekening nemen, aangezien zij als belanghebbenden er direct beter van worden. In deze zin worden de hier genoemde begrippen BETTERMENT TAX of SPECIAL ASSESSMENT gehanteerd. Dus, met betterment tax wordt niet het zelfde bedoeld als bestemmingsheffingsbelasting, waarbij de overheid zonder volksparticipatie en financiele bijdrage werken realiseert, de beterschap taxeert en eenzijding de te heffen belasting vaststelt en middels aanslag int. In onze situatie kunnen wij het best spreken van een Bijzondere Heffing vanwege de verbetering of beterschap, waarvan de direct belanghebbende burgers profijt hebben als gevolg van werken/voorzieningen die de lokale overheid in coőperatie met hen voorbereidt en uitvoert, waarbij duidelijk met hen wordt overeengekomen dat hun financiële bijdrage in de kosten - in verband met die verbetering, die hen dus ten voordeel strekt -, middels aanslag zal wordt geïnd en een eventueel batig saldo aan het einde van het project hen wordt gerestitueerd. Suriname heeft een vaste traditie van zelffinanciering van gemeenschapswerken. Een duidelijk voorbeeld hiervan zijn waterschappen, die omstreeks 1931 in verschillende districten werden ingesteld. Een waterschap is eigenlijk de vroegste vorm van een lagere overheid. Waterschappen zijn van oorsprong belast met waterbeheer, zoals onderhoud aan dijken, de afwatering en dergelijke. Waterschappen zijn publiekrechtelijke lichamen en ze oefenen dan ook overheidsgezag uit. Waterschappen verkrijgen hun inkomsten voor een groot deel uit een omslag van de kosten over de eigenaren en gebruikers van land in een waterschap. Andere belangrijke inkomsten zijn de ingezetenenomslag, een heffing van de inwoners in de waterschappen. Een waterschap onderscheidt zich van een district doordat de belanghebbenden bij de waterschapsvoorzieningen de kosten van het waterschap betalen. De koppeling van belang, betaling en zeggenschap is een wezenlijk kenmerk van de waterschappen Een ander voorbeeld, waarmee grote delen van de bevolking vertrouwd zijn, zijn de in 1938 ingestelde en in 1972 opgeheven dorpsgemeenten (Nickerie, Coronie, Saramacca, district Suriname (thans Wanica), Para, Commewijne en Marowijne) met een gekozen dorpshoofd (dorpsbestuur), eigen budgettaire bevoegdheden en eigen bron van inkomsten, zijnde de bijdrage van de ingezetenen in het onderhoud van wegen en lozingen en de daarin gelegen kunstwerken.

7 Waterschappen en de gewezen dorpsgemeenten zijn stille getuigen van een bepaalde ontwikkelingsgraad van de Surinaamse bevolking om eigen verantwoordelijkheden te kunnen dragen en geven dus het vertrouwen middels een nieuw te introduceren wettelijke voorziening op districtsniveau de belanghebbende ingezetenen van een gebied projectmatig te betrekken bij de financiëring van het onderhoud en verbetering van hun infrastructuur Voorbeelden - buiten de genoemde lagere publiekrechtelijke lichamen - zijn de uitvoering van gemeenschapswerken buiten de districtsbegroting om, gefinancierd door participatie van de plaatselijke bevolking (qua arbeid, financieel en materieel), na mobilisatie door de bestuursdienst en facilitering vanwege de districts-commissaris, een veel voorkomende praktijk die niet wettelijk geregeld is en daardoor grote mate van risico kent met vergaande konsekwenties. In vele districten zijn op deze wijze ontwateringskanalen gegraven, wateterkeringswerken aangelegd, wegen aangelegd, bruggen gebouwd, speeltuinen aangelegd, bevolkingstuinbouwverkavelingen gerealisserd, bibliotheken gebouwd, commissariaten uitgebreid en gerenoveerd, op vele dorpen kroetoehoso s gebouwd, mini drinkwaterleiding projecten uitgevoerd en steigers gebouwd, sportvelden en recreatiezalen aangelegd, etc., De zgn Bettermentverordening zal al deze aktiviteiten in de legale sfeer van de bestuurspraktijk met maximale bevolkingsparticipatie brengen. De lange traditie van de bevolkingsparticipatie bij financiëring van plaatselijke infrastrukturele werken rechtvaardigt om het districtsbestuur een wettelijk instrument als de Bettermentverodening te geven, waarbij de districten de bevoegdheid krijgen projectkosten van projecten ten algemeen nutte geheel of ten dele - op de grondeigenaren en -gebruikers, die er beter van worden, te verhalen. De Nederlandse versie van de Bettermentverordening is een vrije vertaling van de Engelse versie, die voorbereid is door de IDB-Consultant, Philip Rosenberg, bijgestaan door de PPIU-taskmanager, Mahender Persad, tijdens de Missie Rosenberg in de periode van 25 maart tot 6 april Dit document verkeert zich in de fase van becommentariering en heeft meer de status van een background paper dan een wetsontwerp. De PPIU beoogt met deze toelichting en de vrije vertaling van het ontwerp de materie toegankelijker te maken, gelet op de gecompliceerdheid ervan en het feit dat het nieuw is voor Suriname. De bedoeling is deze districtsverordening tijdens de implementatie van het Decentralisatieprogramma te introduceren en toe te passen, zo gauw een district zal zijn gecertificeerd. Kan zeer nuttig zijn, omdat de districten in dat stadium nog geen of onvoldoende inkomsten zullen genereren. Ook de structuren voor burgerparticipatie zullen dan al gereed zijn. Met Betterment or Special Assessment wordt bedoeld: Bijzondere Heffing.