ONTWERP, BOUW EN MILIEUKUNDE BeysT^fcvarenbeek J^^kofflen:

Transcriptie

1 ONTWERP, BOUW EN MLEUKUNDE BeysT^fcvarenbeek J^^kofflen: Van Dun Advies BV Dorpsstraat TE Ulicoten T Postel ET Someren T College van B&W van gemeente Hilvarenbeek Postbus 5080 AA Hilvarenbeek Ulicoten, Uw kenmerk: Onderwerp: E info@vandunadvies.nl F Ons kenmerk: HW/011076_F045 aanvullende gegevens in het kader van omgevingsvergunning milieu (milieu-neutraal veranderen) locatie: Nijssenstraat 4 Haghorst BAN NL56 RABO BC RABONL2U KvK BTW B01 Geacht College, Op 20 september hebben we in opdracht van A.A.C. Reijrink van Rejo Bekersberg B.V. (KvK-nummer gevestigd aan de Voorste Welder 6, 5089 RA te Haghorst) een concept-aanvraag voor een omgevingsvergunning (milieu-neutraal veranderen) ingediend voor het bedrijf op het adres Nijssenstraat 4, 5089 NZ te Haghorst. Op 7 oktober zijn hiervoor aanvullende gegevens ingediend. N.a.v. deze aanvullende gegevens hebben we op 15 november een nieuw verzoek om aanvulling ontvangen. Deze opmerkingen hebben we verwerkt in deze brief en bijbehorende bijlagen. Hiermee is de aanvraag compleet voor definitief in te dienen. Het bedrijf beschikt in de huidige situatie over een vergunning voor het houden van 200 melk- en kalfkoeien en 140 stuks vrouwelijk jongvee (d.d ). n deze vergunning zijn inbegrepen de aanleg van een mestbassin voor de opslag van drijfmest, het aanleggen van 4 nieuwe sleufsilo's in de noordoost hoek van de inrichting, het verlengen van de bestaande sleufsilo, het oprichten van een nieuwe voerloods en het oprichten van een nieuwe aardappelloods in de zuidoosthoek van de inrichting. Ten opzichte van deze vigerende vergunning is op een melding activiteitenbesluit geaccepteerd voor de opslag van vaste mest - maximaal 600 m - in de voormalige sleufsilo welke is gelegen naast het mestbassin. Vanuit de omgeving is de wens gekomen om de vergunde aardappelloods en sleufsilo's aan de oostzijde van het bouwvlak niet te plaatsen. Na het voeren van een omgevingsdialoog heeft Dhr. A.A.C. Reijrink ingestemd om hier gehoor aan te geven. Er is hiertoe een principeverzoek tot wijziging van het bouwvlak bij uw gemeente ingediend. Mede in afwachting tot uw reactie hierop zijn de bedoelde aardappelloods en sleufsilo's tot op heden niet gerealiseerd en wordt er momenteel ook nog geen vee gehouden op onderhavige locatie. Dit laatste ook omdat de realisatie van de voeropslag niet mogelijk is voordat de procedure tot het wijzigingen van het bouwvlak is doorlopen. Onderhavig bedrijf heeft tevens veel gronden in gebruik ten bate van de akkerbouwtak. Het bedrijf bestaat dus uit twee takken, namelijk een akkerbouwbedrijf en een rundveehouderij. Beide takken kunnen elk afzonderlijk als volwaardig bedrijf betiteld worden. Het akkerbouwbedrijf is reeds in werking, zij het zonder de vergunde aardappelloods. Het bouwen van de nieuwe stal en sleufsilo's en het gaan houden van melkvee zal geschieden zodra de bouwvlakprocedure is doorlopen en daarna de benodigde omgevingsvergunning, voor hetgeen nog niet is vergund, is verleend. n de huidige vergunning is opgenomen dat enkel mest van eigen vee opgesl Behoort bij besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente reeds bestaande mestbassin. Op de akkerbouwgronden in eigen gebruik dien Hilvarenbeek van worden aangewend, dit valt onder primair agrarisch gebruik. Derhalve wenst afkomstig van derden op te slaan in de reeds bestaande mestopslagvoorzieni Namens dezen, Teamleider Ruimtelijke Ordening & Vergunningen n

2 aanwending op de landbouwgronden welk behoren tot het eigen akkerbouwbedrijf welk op deze locatie reeds is gevestigd. Wanneer de melkveestal is gebouwd en er melkvee gehouden wordt, wordt naar gelang van de mestproductie van het eigen vee ook minder mest van derden worden aangetrokken. Deze verhouding verschuift totdat de stal volledig bezet is en er geen mest van derden meer wordt aangetrokken voor de bemesting van de eigen gronden. mmers, als het eigen vee er is, is ook geen mest van derden meer noodzakelijk. Aangezien het mestbassin groter is dan m en groter dan 750 m 2, valt deze wijziging buiten het activiteitenbesluit. Een omgevingsvergunning milieu neutrale verandering kan worden verleend indien wordt voldaan aan de voorwaarden uit artikel.10, lid, van de Wabo. Deze schrijven voor dat: De realśseríng van de met deze aanvraag beoogde verandering van de inrichting niet zal ledden tot ander of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning zijn toegestaan, niet zal leiden tot ontstaan van een andere 'inrichtingdan waarvoor vergunning is verleend en niet m.e.r. plichtig is. Het opslaan van mest in de aanwezige mestopslagvoorzieningen is reeds vergund. Met de opslag van mest van derden wordt enkel het gebruik aangevuld, ten bate van aanwending op eigen gronden. Er vinden geen wijzigingen in de opslagvoorzieningen plaats, dan wel in de aard van het bedrijf, een plattegrondtekening van de bedrijfsopzet is als bijlage bijgevoegd. Het bedrijf blijft ongewijzigd een akkerbouwbedrijf annex melkveebedrijf. Dat enkele gebouwen daarvoor nog niet gerealiseerd zijn doet daar niets aan af. mmers, tot het moment dat de rundveetak in werking wordt gebracht is nog steeds de akkerbouwtak wel aanwezig op het bedrijf conform de verleende vergunning. Van het ontstaan van een andere inrichting is dus geen sprake. gevolgen voor geluid Een akoestisch onderzoek voor onderhavige locatie is gemaakt (zie bijlage). Er is geen toename in het aantal vervoersbewegingen door deze tijdelijke wijziging. Het aantal aan- en afvoerbewegingen voor het verpompen van de mest van derden het mestbassin in zal toenemen. Maar zolang er geen vee op het bedrijf wordt gehouden zijn er geen aan- en afvoerbewegingen voor het ophalen van melk, afleveren van kracht- en bijvoerproducten en aan- en afvoer van vee. Er wordt tevens geen maïs en gras in- en uitgekuild, wat zorgt voor piekmomenten qua geluidshinder. Binnen de geluidsruimte van de vigerende vergunning kan de mest van derden worden aangevoerd. De afvoer van de mest naar eigen gronden is reeds in de geldende vergunning opgenomen. Zodra er wel vee wordt gehouden en het aantal dieren groeit tot de vergunde aantallen, worden de opslag van mest evenredig gewijzigd. Hoe meer vee, hoe meer opslag van eigen mest en hoe minder opslag van mest afkomstig van derden. De vervoersbeweging zullen hierbij in aantal niet wijzigen. De mest wordt wel altijd op landbouwgronden aangewend welke behoren tot het eigen bedrijf. m.e.r. beoordeling Onderhavige bedrijfsontwikkeling is niet m.e.r. plichtig omdat de aard van de activiteiten op de projectlocatie niet veranderd. Er wordt enkel mest van derden opgeslagen ten opzichte van mest van eigen vee. Tevens is de opslag van mest niet genoemd in het besluit m.e.r. als activiteit waarvoor een m.e.r. beoordeling verplicht is. Pagina 2 van 6

3 Effecten op Natura-2000 n dit kader van deze aanvraag is onderzocht wat de gevolgen van onderhavige veranderingen zijn op Natura-2000 gebieden. Ten aanzien van de effecten voor Natura 2000-gebieden wordt uitsluitend rekening gehouden met het projecteffect, zijnde de toename van de aan-en afvoerbewegingen, en het stationair draaien van de motor tijdens verpompen van drijfmest (afkomstig van de mest van derden) waarbij de NO -emissie van het zwaar verkeer gevolgen kan hebben voor wat betreft stikstofdepositie op de Natura-2000 gebieden. Daarbij kan worden opgemerkt dat de hoeveelheid mest dat in het mestbassin wordt gepompt en in later stadium weer eruit wordt gepompt en uitgereden, geheel binnen de reeds vergunde natuurbeschermingswetvergunning valt. Dit wijzigt met de onderhavige aanvraag immers niet. De hoeveelheid verdringingslucht en daarmee eventueel vrijkomende ammoniakemissie blijft daarmee binnen de vergunde bedrijfssituatie waarvoor tevens op 5 september 201 een vergunning Nb-wet is verleend (Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, kenmerk C /465168). x Voor onderhavige verandering (aanvoer van mest van derden) is uitsluitend de NOx-emissie afkomstig van het zwaar verkeer aan te merken als project-effect. n de praktijk zal echter geen sprake zijn van een toename van het aantal vervoersbewegingen door deze tijdelijke wijziging, omdat er zolang er geen vee op het bedrijf gehouden wordt er immers ook geen aan- en afvoerbewegingen zijn voor het ophalen van melk, afleveren van kracht- en bijvoerproducten en aan- en afvoer van vee, in- en uitkuilen van voer etc. De effecten kunnen middels het rekenmodel Aerius inzichtelijk worden gemaakt. Dit rekenmodel is gebaseerd op de meest recente kennis op het gebied van de emissie, de verspreiding en depositie van stikstof uit verschillende bronnen. n het rekenmodel zijn uitgebreide databestanden aanwezig met emissiegetallen van verschillende voertuigen (o.a. tractoren). Berekening projecteffect Als project-effect is aangemerkt de extra vervoersbewegingen en het stationair draaien van de motor ten tijde van het verpompen van de mest. vergunde mestproductie: 140 stuks vrouwelijk jongvee x 11 m drijfmest/dierplaats/jaar = m drijfmest/jaar 200 stuks melk- en kalfkoeien x 26 m drijfmest/dierplaats/jaar = m drijfmest/jaar totaal = m drijfmest/jaar Berekening projecteffect Als project-effect is aangemerkt de extra vervoersbewegingen en het stationair draaien van de motor ten tijde van het verpompen van de mest. Op jaarbasis wordt maximaal m drijfmest aangewend. nvoergegevens rekenmodel Aeruus (emissie Noĵ Rekening houdende met de worst-case worden op jaarbasis maximaal vrachten (tractor met mesttank inhoud 15 m drij fmest per vracht) drijfmest aangevoerd en maximaal vrachten afgevoerd. Het verpompen van de mest duurt maximaal 0,25 uur per vracht. n het rekenmodel Aerius kan met behulp van de emissiecalculator de No -emissie worden berekend. Hiervoor kan een selectie worden gemaakt van het type werktuig (inclusief vermogen, en bouwjaar). Daarbij moet na selectie het aantal draaiuren per jaar worden ingevoerd. n onderstaande tabel is een berekening gemaakt van de worst-case ten aanzien van het aantal draaiuren. x tabel berekening draaiuren overzicht bronnen D activiteiten m e t v r a c h t w a g e n s aantal vrachten b e d r i j f s d u u r / v r a c h t in u u r 1 verpompen mest tractoren aanvoer 0,25 verpompen mest tractoren afvoer 0,25 draaiuren per jaar 112,5 112,5 draaiuren totaal D 225 activiteiten m e t v r a c h t w a g e n s aantal vrachten r i j a f s t a n d in m. totale rijafs tand m / s (10 k m / u u r ) T o t a a l se c. b e d r i j f t i j d u r e n d r a a i u r e n (afgerond) 1 2 rijroute tractoren aanvoer , ,65 rijroute tractoren afvoer , , draaiuren totaal 10 Pagina van 6 1

4 n het rekenmodel is een rijlijn opgenomen voor het zwaar verkeer binnen de inrichtingsgrens van- en naar de mestopslag. Tevens is een puntbron ingevoerd ter plaatse van het laad- en lospunt van het mestbassin. Hierbij is rekening gehouden met de rijlijn en puntbron zoals reeds opgenomen in het akoestisch onderzoek (onderdeel van deze aanvraag). overzicht rjiijn en puntbron (print screen Aerius) overzicht nvoergegevens bron 1: V 1 ii - ' Af ÜMGJLATOH is -V i Pagina 4 van 6

5 overzicht invoergegevens bron 2: f- Ojl^aMÉHTMiiiľKip^flii^'^in'^^ht ť' MflWS^ OU.OJATQF į *, f~] " ' FiriiulĒjřjřVťJM «mtillai + ^ -aīmsïsíįv -ii mi» Į BwfftBíiiiTilīüefBJK w - ' 'i iini;*nt«fii '"rytyl * ' k l r ' l! ; "' Resultaten Aerius-berekening n de berekening is het effect op Natura-2000 gebieden berekend. De totale NOx emissie van in totaal 24,6 kilo (projecteffect) leidt niet tot een effect op Natura-2000 gebieden. De totale emissie is te gering om een effect te veroorzaken. Er is derhalve geen sprake van een toename van stikstofdepositie op Natura-2000 gebieden. Een kopie van de berekening is als bijlage toegevoegd. De verandering leidt dus niet tot nadeligere effecten voor wat betreft de stikstofdepositie op Natura 2000 gebieden. De toename van de NOx-emissie blijft milieu-neutraal. Gezien het vorenstaande dient er dus geconcludeerd te worden dat wordt voldaan aan de voorwaarden voor het verlenen van een omgevingsvergunning milieu neutrale verandering. Telling totaal aan- en afvoerbewegngen van drijf mest Zoals hierboven aangegeven wordt op jaarbasis maximaal m drijfmest aangewend. Deze maximale hoeveelheid aanvoer wordt geregistreerd middels een logboek en de aanvoerbonnen van mest. We verzoeken u hiertoe voorwaarden op te nemen in de vergunningvoorschriften. Conclusie Gezien het vorenstaande dient er dus worden geconcludeerd dat wordt voldaan aan de voorwaarden voor het verlenen van een omgevingsvergunning milieu neutrale verandering. Derhalve verzoeken wij u het tijdelijk, zolang er geen vee wordt gehouden, dan wel de veestapel nog niet gegroeid is naar de aantallen zoals vergund, het opslaan van mest van derden ten bate van de eigen grond, in de al aanwezige en vergunde mestopslagvoorzieningen, toe te staan middels het verlenen van de hierbij gevraagde omgevingsvergunning milieu neutrale verandering. Pagina 5 van 6

6 Bijlagen Bij deze brief treft u de volgende aanvullende gegevens aan: - Aerius berekening; - akoestisch rapport (Greten Raadgevende ngenieurs, Rwm1149abAO.fa, van ) Vertrouwende op een positieve medewerking uwerzijds, verblijven wij namens dhr. A.A. Reijrink. Hoogachtend, Van Dun Advies BV H. Wilborts Pagina 6 van 6