Herroeping van de beheersbevoegdheid bij de commanditaire vennootschap

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Herroeping van de beheersbevoegdheid bij de commanditaire vennootschap"

Transcriptie

1 Herroeping van de beheersbevoegdheid bij de commanditaire vennootschap Katrien van de Wijdeven ANR & U Scriptie begeleider: Mr. M.I. Zeldenrust-Visch Tweede lezer: Mr. Dr. L.L.M. Prinsen Afstudeerrichting: Ondernemingsrecht Afstudeerdatum: 25 januari 2018

2 Woord vooraf Voor u ligt mijn scriptie waarin het personenvennootschapsrecht centraal staat. Dit rechtsgebied speelt slechts een kleine rol in het curriculum van de bachelor en master Ondernemingsrecht. Tijdens mijn stage bij Loyens & Loeff op de praktijkgroep Investment Management, heb ik nader met personenvennootschappen kennis mogen maken. Deze stage en de problematiek omtrent de CV in de praktijk hebben mij geïnspireerd voor het onderwerp van deze scriptie. Een speciaal dankwoord gaat uit naar mijn scriptiebegeleider Marlise Zeldenrust-Visch. Ik wil haar graag bedanken voor de prettige samenwerking alsook de persoonlijke betrokkenheid die zij heeft getoond tijdens het scriptieproces. Deze scriptie geldt als het sluitstuk van mijn studietijd. Bij de totstandkoming hiervan heb ik van mijn ouders, familie en vrienden veel steun ondervonden. Daarnaast wil ik Elly Castelijns bedanken voor haar hulp in de slotfase. Moge deze scriptie met veel plezier gelezen worden! Tilburg, 16 januari 2018 Katrien van de Wijdeven 1

3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Lijst met gebruikte afkortingen... 4 Inleiding Aanleiding Probleemstelling Opzet van deze scriptie... 6 I. De commanditaire vennootschap en haar plaats in het recht Inleiding Personenvennootschappen Kenmerken van de maatschap De CV als gekwalificeerde maatschap en haar plaats in de wet Kenmerken van de CV De CV is geen gekwalificeerde vorm van de VOF Varianten op de CV Ontwikkelingen in het personenvennootschapsrecht Afsluiting II. De beheersbevoegdheid Inleiding Definitie van beheer Intern bestuur versus externe vertegenwoordiging Bestuursbevoegdheden van de beherende vennoot Bestuursbevoegdheden van de commanditaire vennoot Het beheersverbod; beperkte leer en ruime leer Ontwikkeling van de uitleg van het beheersverbod De invloed van jurisprudentie: Lunchroom Katterug & Distriport Afsluiting III. Herroeping van de beheersbevoegdheid Inleiding Herroeping in de CV-overeenkomst Wettelijke regeling voor herroeping Toepasselijkheid Art. 7A:1673 7A:1676 BW voor de CV: een eigen visie Literatuuronderzoek art. 7A:1673 7A:1676 BW Oplossing en voorstel Modernisering Personenvennootschappen

4 7. Afsluiting IV. Herroeping in de praktijk Inleiding De CV in de praktijk Herroeping in de praktijk Alternatieven voor herroeping van de beherende vennoot Aansprakelijkheid bij herroeping Afsluiting Conclusie en aanbevelingen Literatuurlijst Literatuur Regelgeving Jurisprudentie Overig Bijlage Bijlage I

5 Lijst met gebruikte afkortingen AFM A-G BV BW CV DNB Hof HR KvK MKB NV Rb. VOF Voorstel Werkgroep Wft WvK Autoriteit Financiële Markten Advocaat Generaal besloten vennootschap Burgerlijk Wetboek commanditaire vennootschap De Nederlandsche Bank gerechtshof Hoge Raad Kamer van Koophandel Midden- en Klein Bedrijf naamloze vennootschap rechtbank vennootschap onder firma het voorstel in het Rapport van de Werkgroep Personenvennootschappen de Werkgroep Personenvennootschappen Wet financieel toezicht Wetboek van Koophandel 4

6 Inleiding 1. Aanleiding Bij de commanditaire vennootschap zijn de commanditaire vennoten de geldschieters van de vennootschap, terwijl het bestuur in handen is van de beherende vennoot. Het is de commanditaire vennoten verboden om daden van beheer te verrichten of werkzaam te zijn voor de vennootschap vanwege het beheersverbod. Overtreden zij dit verbod, dan zijn zij, evenals de beherende vennoot, hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden en verbintenissen van de vennootschap. In feite bevinden de commanditaire vennoten en de beherende vennoot zich in een principaal-agentrelatie. De beherende vennoot draagt verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid voor het gevoerde bestuur van de commanditaire vennootschap. Hij is de agent van alle vennoten tezamen. Het is daarom van groot belang voor de commanditaire vennoten om een bekwame beherende vennoot aan te wijzen die de vennootschap zorgvuldig en naar best vermogen zal beheren. Maar wat als de commanditaire vennoten niet langer willen dat de in de vennootschapsovereenkomst aangewezen beherende vennoot de vennootschap bestuurt? Welke mogelijkheden bestaan er in dat geval om de beherende vennoot zijn bestuursbevoegdheid te ontnemen? In deze scriptie zal worden stilgestaan bij de herroepingsmogelijkheden die de vennoten van een commanditaire vennootschap hebben om de besturende vennoot zijn bestuursbevoegdheid te ontnemen. In het Nederlandse bedrijvenlandschap is de commanditaire vennootschap voor verschillende type ondernemingen aangewend. Zo worden bijvoorbeeld private-equityfondsen (belegginginstellingen in de zin van de Wft) vaak gestructureerd als commanditaire vennootschap. De redenen hiervoor zijn overwegend fiscaal gedreven. In de overeenkomsten die ten grondslag liggen aan deze vennootschappen, worden dikwijls omtrent het bestuur allerlei afspraken gemaakt, onder andere over de herroeping van de bestuursbevoegdheid. Deze scriptie richt zich enerzijds op de geldigheid van deze afspraken en anderzijds op de situatie waarin een regeling omtrent dit onderwerp in de vennootschapsovereenkomst ontbreekt. Bij het lezen van deze scriptie zal duidelijk worden dat de wettelijke regeling voor herroeping van de beheersbevoegdheid bij de commanditaire vennootschap allerminst helder is. Allereerst komt dit doordat het personenvennootschapsrecht zoals dat op de dag van vandaag gebruikt wordt, sterk verouderd en nogal diffuus is. Wanneer men erin slaagt de regelgeving te doorgronden, zal men zien dat er veel onduidelijkheden bestaan over de toepasbaarheid van de regelgeving op de commanditaire situatie. In deze scriptie tracht ik deze knelpunten te traceren en zal tevens een oplossing voor dit probleem aandragen. 5

7 2. Probleemstelling De volgende onderzoeksvraag staat in deze scriptie centraal: In hoeverre en op welke wijze kan de bestuursbevoegdheid van de beherende vennoot bij de commanditaire vennootschap worden herroepen? 3. Opzet van deze scriptie Om een antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag, heb ik deze scriptie als volgt opgebouwd. In het eerste hoofdstuk zullen de grondslagen van de CV uiteen worden gezet met het doel deze rechtsfiguur te doorgronden en haar plaats in het recht inzichtelijk te maken. Het doel van hoofdstuk twee is om het onderwerp herroeping van de beheersbevoegdheid in het juiste perspectief te plaatsen. In dit hoofdstuk zal daarom worden ingegaan op de beheersbevoegdheid bij de CV. Aan de orde komt het onderscheid tussen de interne bestuursbevoegdheid en de externe vertegenwoordiging. Er zal worden uiteengezet welke rol beide type vennoten bij de CV daarin (mogen) vervullen. Vervolgens wordt in het derde en vierde hoofdstuk ingegaan op de probleemstelling die ten grondslag ligt aan deze scriptie. De herroepingsmogelijkheden bij de CV zullen nader worden bekeken aan de hand van literatuur en jurisprudentie. In hoofdstuk drie zullen de bijdragen omtrent dit onderwerp van diverse auteurs met elkaar worden vergeleken. Daarnaast wordt ook besproken op welke manier het nieuwste Wetsvoorstel Personenvennootschapsrecht kan bijdragen aan de hervorming van de bepalingen omtrent de beheersbevoegdheden bij de CV. In hoofdstuk vier wordt antwoord gegeven op een aantal praktische vragen ten aanzien van de probleemstelling en zal worden stilgestaan bij de uitwerking van herroeping in de praktijk. Ik eindig deze scriptie met een conclusie, waarin ik de probleemstelling zal beantwoorden en een aanbeveling zal doen. 6

8 I. De commanditaire vennootschap en haar plaats in het recht 1. Inleiding De commanditaire vennootschap (hierna: CV) is een vennootschapsvariant zonder rechtspersoonlijkheid waarbij onder een gemeenschappelijke naam een bedrijf wordt uitgeoefend, maar waar een aantal vennoten slechts risico draagt tot het bedrag van hun inbreng. 1 De vennoten die een beperkt risico dragen worden de commanditaire vennoten (ook wel commandieten of stille vennoten) genoemd. Naast één of meerdere commanditaire vennoten kent de CV één of meerdere beherende vennoten (ook wel complementaire vennoten, gewone vennoten of gecommanditeerde vennoten 2 ). Deze treden naar buiten toe op als de beheerders van de vennootschap en zijn hoofdelijk aansprakelijk voor alle schulden en verbintenissen van de CV. In dit hoofdstuk zullen de grondslagen van de CV uiteen worden gezet met als doel deze rechtsfiguur te doorgronden en haar plaats in het recht inzichtelijk te maken. In de eerste paragraaf zal worden ingegaan op de personenvennootschappen, het species waartoe de CV behoort. De grondfiguur van de CV is de maatschap, daarom zullen in de tweede paragraaf de kenmerken van deze figuur worden bekeken en zal ook het onderscheid tussen de stille en openbare maatschap aan bod komen. In de derde paragraaf zal de plaats van de CV in de wet worden besproken. Vervolgens zullen in de daarop volgende paragrafen de essentialia van de CV worden uiteengezet, het onderscheid tussen de CV en vennootschap onder firma wordt aangescherpt en de BV-CV constructie wordt aangehaald. In de laatste paragraaf worden in het kort de ontwikkelingen in het personenvennootschapsrecht besproken. 2. Personenvennootschappen De CV behoort, naast de maatschap en de vennootschap onder firma (hierna: VOF), tot de personenvennootschappen. Anders dan de kapitaalvennootschappen hebben deze vennootschappen geen rechtspersoonlijkheid. Derhalve is kenmerkend voor personenvennootschappen dat dier vennoten persoonlijk aansprakelijk zijn voor de schulden van de vennootschap, uitgezonderd de commanditaire vennoten van een CV. 3 Personenvennootschappen kunnen in feite worden beschouwd als duurzame samenwerkingsverbanden gebaseerd op een overeenkomst. 4 Daarom zijn de bepalingen met betrekking tot rechtshandelingen in boek 3 BW en het overeenkomstenrecht (specifiek de bepalingen over obligatoire wederkerige overeenkomsten) in boek 6 BW van toepassing op de overeenkomsten die aan personenvennootschappen ten grondslag liggen. 5 Voor het sluiten van dergelijke overeenkomsten gelden geen wettelijke vereisten, ze zijn vormvrij. Om te bepalen of er sprake is van een 1 V.A.E.M. Meijers, Van personenvennootschappen, Deventer: Kluwer 2013, p Deze laatste term verdient volgens Tervoort de voorkeur; A.J.S.M. Tervoort, Het bestuursverbod bij de commanditaire vennootschap (diss. Erasmus Universiteit Rotterdam), Deventer: Kluwer 2013, p Tervoort, Het bestuursverbod bij de commanditaire vennootschap 2013, p J.J.M. Grapperhaus, 1.2 De personenvennootschap in het system van het burgerlijk wetboek, in: Groene Serie Personenassociaties, Deventer: Wolters Kluwer (online). 5 A.J.S.M. Tervoort, Grondslagen van geldend en toekomstig personenvennootschapsrecht, in: De toekomst van het ondernemingsrecht, Deventer: Kluwer,

9 personenvennootschap en zo ja, van welke vorm, wordt er gekeken of de overeenkomst de materiële kenmerken van de desbetreffende personenvennootschap bevat. 6 In de volgende paragrafen zal worden beschreven om welke kenmerken dit gaat. De maatschap kan worden gezien als de algemene vorm van de personenvennootschap. De CV en de VOF kunnen op hun beurt worden beschouwd als gekwalificeerde vormen van de maatschap. 7 Om die reden zijn de bepalingen, behoudens enkele uitzonderingen, omtrent maatschap in boek 7A titel 9 van het Burgerlijk Wetboek ook op de CV en VOF van toepassing Kenmerken van de maatschap De CV is in de eerste plaats een maatschap. Het is daarom van belang om na te gaan wanneer een samenwerking wordt gezien als maatschap. Uit art. 7A:1655 BW volgt dat een overeenkomst kan worden aangemerkt als maatschapsovereenkomst indien deze voldoet aan de volgende materiële kenmerken; twee of meer personen verbinden zich om iets in gemeenschap te brengen, met als doel om gemeenschappelijk voordeel te delen. De volgende drie kenmerken moeten hieraan worden toegevoegd; het ontbreken van onderlinge ondergeschiktheid, activiteit en zeggenschap. 9 Hieronder zal ik deze essentialia nader toelichten. Uit de kenmerken genoemd in art. 7A:1655 BW valt af te leiden dat de maatschapsovereenkomst gericht is op samenwerking tot een gemeenschappelijk doel. 10 Daar onderscheidt de maatschap zich van andere contractuele samenwerkingen zoals bijvoorbeeld arbeidsovereenkomsten, participatieovereenkomsten en geldleningen. 11 Bij zulke contractuele samenwerkingen wordt er weliswaar samengewerkt om samen een overeenkomst te sluiten, maar lopen de belangen van de participanten niet parallel. Dit laatste is bij de maatschapsovereenkomst wel het geval; de belangen van de betrokken participanten zijn immers gericht op een gemeenschappelijk doel. In art. 7A:1662 BW is neergelegd waar de inbreng van maten in de gemeenschap in kan bestaan, namelijk geld, goederen, genot van goederen en arbeid. Met in gemeenschap brengen wordt bedoeld: aan de gezamenlijke maten ter beschikking stellen. 12 Het algemene doel van iedere maatschap is tweeledig; enerzijds is dat voordeel behalen (hiermee wordt bedoeld elk stoffelijk voordeel, winst in de ruimste zin van het woord) en anderzijds is dat het behaalde voordeel delen. 13 Dit laatste betekent dat alle maten meedelen in het behaalde voordeel en daarvan niet kunnen worden uitgesloten. 6 Grapperhaus, in: GS Personen-associaties, J.M.M. Maeijer, Maatschap, VOF, Commanditaire vennootschap, uit Asser/Maeijer 5-V 1995/350. Deventer: Wolters Kluwer 1995 (online). 8 Grapperhaus, in: GS Personen-associaties, P.L. Wery, Hoofdzaken maatschap, vennootschap onder firma en commanditaire vennootschap, Deventer: Kluwer 2003, p Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/6. 11 Asser/Maeijer 5-V 1995/ Wery 2003, p Wery 2003, p

10 Het volgende kenmerk, het ontbreken van onderlinge ondergeschiktheid, staat niet expliciet in de wet maar vloeit hoofdzakelijk voort uit arresten van de Hoge Raad. 14 Samen met de kenmerken die zijn beschreven in art. 7A:1655 BW die samenwerking impliceren vormt dit kenmerk de eis van affectio societatis. Dit houdt in dat uit de vennootschapsovereenkomst is af te leiden dat de vennoten de wil hebben om samen te werken op basis van onderlinge gelijkheid. 15 De affectio societatis is een klassieke eis en onderscheidt de vennootschappelijke samenwerking (of vennootschap) van een gewone samenwerking. Deze eis houdt niet in dat de rechtspositie van alle vennoten hetzelfde moet zijn en dat zij allen evenveel moeten inbrengen, maar hun positie moet van dezelfde natuur zijn, zij moeten in wezen gelijkberechtigd zijn. 16 Het kenmerk van het ontbreken van onderlinge ondergeschiktheid an sich is voornamelijk relevant om de maatschapsovereenkomst te onderscheiden van de arbeidsovereenkomst. Bij deze laatste is namelijk wel sprake van een gezagsverhouding of ondergeschiktheid. 17 Daarnaast kent de maatschap het activiteitskenmerk. Het activiteitskenmerk volgt niet expliciet uit de wet, maar kan wel worden afgeleid uit de bewoordingen van art. 7A:1683 sub 2 BW. Dit artikel geeft een opsomming van situaties tot ontbinding van de maatschap; een van die situaties is door volbrenging der handeling, die het onderwerp der maatschap uitmaakt. Met handeling wordt hier bedoeld een activiteit bedrijven. 18 Dit betekent dat er een activiteit wordt bedreven ten einde het voordeel te behalen. In de praktijk wordt doorgaans in de overeenkomst een arbeidsterrein aangewezen, dit is ook wel het specifieke doel van de maatschap. Zo n arbeidsterrein beschrijft de activiteit van de maatschap. Denk bijvoorbeeld aan een maatschap met als doel de uitoefening van een tandartsenpraktijk. 19 Aan het activiteitskenmerk is vrijwel altijd voldaan, daarom is er weinig rechtspraak over dit kenmerk te vinden. 20 Het laatste kenmerk voor de maatschap is zeggenschap, dit kenmerk volgt eveneens uit arresten van de Hoge Raad. De Hoge Raad laat medezeggenschap in verschillende arresten een rol spelen bij de beoordeling of bepaalde overeenkomsten kunnen worden aangemerkt als maatschapsovereenkomsten. 21 Het zeggenschapskenmerk betekent simpelweg dat alle maten zeggenschap hebben in de wijze waarop het doel van de maatschap wordt nagestreefd en wat er moet worden gedaan met behaalde winst. 14 Enkele van deze arresten zijn: HR 2 januari 1935, NJ 1935/1504 en HR 4 november 1994, NJ 1996/ Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/ M.J.A. van Mourik, De personenvennootschap (Studiepockets Privaatrecht nr. 22), Zwolle: Tjeenk Willink, Wery 2003, p Wery 2003, p Wery 2003, p Wery 2003, p Enkele van deze arresten zijn; HR 7 mei 1952, NJ 1953/363; HR 27 januari 1960, NJ 1960/235; HR 8 maart 1989, NJ 1989/817. 9

11 Als een samenwerkingsvorm de bovengenoemde kenmerken bevat is zij aan te merken als een maatschap. Zoals eerder genoemd gelden voor maatschapsovereenkomsten geen wettelijke vereisten maar zijn deze vormvrij. Aan de hand van feiten en gedragingen wordt bepaald of er sprake is van een maatschap. 22 Dit geldt ook voor de VOF en de CV. Zo wordt een samenwerking, welke voldoet aan alle (materiële) kenmerken van de CV, aangemerkt als CV, ook als partijen dit in de overeenkomst niet of anders hebben verwoord. 23 Een toonaangevende uitspraak hierin is het Dierenartsen-arrest. 24 Daarin werd bevestigd dat een maatschapsovereenkomst stilzwijgend tot stand kan komen, ook als partijen zich hiervan niet bewust zijn of als er geen specifieke overeenkomst aan de samenwerking ten grondslag ligt. Zelfs als door de partijen aanvankelijk een andere samenwerkingsvorm wordt beoogd kan deze evolueren tot maatschapsovereenkomst en komen de partijen met elkaar in een maatschapverhouding te staan. 25 Verder kan er een onderscheid worden gemaakt tussen stille en openbare maatschappen. Een openbare maatschap is een maatschap welke onder een gemeenschappelijke naam aan het rechtsverkeer deelneemt. Hieronder wordt verstaan: op een voor derden duidelijk kenbare wijze onder een bepaalde naam aan het rechtsverkeer deelnemen. 26 Een stille vennootschap daarentegen neemt niet onder een gemeenschappelijke naam deel aan het rechtsverkeer. Het onderscheid tussen openbare en stille maatschappen zegt dus iets over de verhouding van de vennoten ten opzichte van derden. De openbare maatschap en stille maatschap zijn voor wat de interne en externe verhoudingen betreft in beginsel aan dezelfde wetgeving onderworpen. 27 Ik zal wegens omvang en irrelevantie voor deze scriptie hier niet verder op ingaan. Wel is van betekenis dat kenmerkend is voor de VOF en tevens voor de (openbare) CV, dat zij onder een gemeenschappelijke naam een bedrijf uitoefent, conform art. 16 WvK. De VOF is daarom per definitie een openbare maatschap. De relevantie hiervan zal verderop in dit hoofdstuk nader worden toegelicht. 4. De CV als gekwalificeerde maatschap en haar plaats in de wet De hierboven besproken kenmerken voor de maatschap gelden ook voor de CV omdat, zoals eerder genoemd, de CV een gekwalificeerde vorm van maatschap is. De CV heeft naast het zijn van een maatschap nog een aantal eigen bijzondere kenmerken. Ik zal deze in de volgende paragraaf toelichten. We hebben gezien dat de regels omtrent maatschap in titel 9 van Boek 7A BW van toepassing zijn op de CV. Daarnaast is er in de derde titel van het Wetboek van Koophandel aanvullende regelgeving voor de VOF en de CV neergelegd. Een aantal bepalingen in deze titel zijn in het bijzonder bedoeld voor de CV, te weten; art. 19, 20, 21 en 30 lid 2 WvK. De overige artikelen in de derde titel van het Wetboek 22 Mohr/Meijers 2013, p Asser/Maeijer 5-V 1995/ HR 2 september 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ3876 (Dierenartsen). 25 HR 2 september 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ3876, met nt. Van Schilfgaarde (Dierenartsen). 26 Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/15; HR 5 november 1976, NJ 1977/586 (Moret Gudde Brinkman). 27 Mohr/Meijers 2013, p

12 van Koophandel zijn in ieder geval van toepassing op de VOF. Voor zover de vennoten van de CV naar buiten toe optreden als beherende vennoten, zijn deze overige bepalingen in de derde titel ook op hen van toepassing. 28 Ter verduidelijking; bij een VOF zijn alle deelnemers tezamen hoofdelijk verbonden tegenover derden. Een CV wijkt hier in zoverre vanaf dat de mogelijkheid bestaat om als vennoot vermogen in te brengen zonder hoofdelijk verbonden te zijn, voorwaarde hiervoor is dat de commanditaire vennoot geen beheershandelingen mag verrichten (het beheersverbod in art. 20 lid 2 WvK). Dus voor zover vennoten van de CV extern optreden als beherend vennoten ligt het in de rede dat zij aan de verplichtingen in de derde titel van het Wetboek van Koophandel moeten voldoen. In art. 15 WvK wordt bepaald dat de vennootschappen in de derde titel (dat zijn dus de VOF en de CV) naast de bepalingen in het Wetboek van Koophandel en het Burgerlijk Wetboek (meer specifiek titel 9 boek 7A) worden geregeerd door de overeenkomsten van partijen. Hierin is gecodificeerd dat de relatie tussen vennoten van de CV een contractuele relatie is Kenmerken van de CV De CV heeft naast het zijn van een maatschap nog twee bijzondere kenmerken; ten eerste strekt de vennootschap tot uitoefening van een bedrijf onder een gemeenschappelijke naam en ten tweede wordt er onderscheid gemaakt tussen een of meerdere vennoten die het beheer voeren (de beherende vennoten) en een of meerdere vennoten die kapitaal inbrengen en niet bevoegd zijn om voor de vennootschap beheershandelingen te verrichten (de commanditaire venoten). Het eerste bijzondere kenmerk van de CV geldt zowel voor de VOF als de CV. Dit volgt uit art. 16 WvK waarin staat: De vennootschap onder eene firma is de maatschap, tot de uitoefening van een bedrijf onder eenen gemeenschappelijken naam aangegaan. Hieruit blijkt dat openbaarheid een kenmerk is van de CV (en van de VOF), want eerder zagen we dat het onderscheid tussen de openbare maatschap en stille maatschap afhangt van het wel of niet onder een gemeenschappelijke naam deelnemen aan het rechtsverkeer. Zoals eerder opgemerkt is de VOF daarom per definitie een openbare maatschap. Voor de CV zou dit logischerwijze ook zo gelden, ware het niet dat de CV ook voorkomt in de stille variant. Volgens de meeste auteurs, waaronder Maeijer en van Olffen, zijn de wettelijke bepalingen voor de CV niet van toepassing op de zogenoemde stille commanditaire vennootschap maar enkel op CV s die zijn aan te merken als openbare commanditaire vennootschap. 30 De stille CV is volgens deze schrijvers geen CV in de zin van de wet en hoeft niet te worden ingeschreven in het handelsregister. 31 Er zijn daarentegen in het verleden ook auteurs geweest die betoogden dat openbaarheid niet essentieel is voor de CV. Het is volgens hen ook mogelijk dat de beherend vennoot op eigen naam handelt en dat naar 28 Mohr/Meijers 2013; dit volgt ook uit art. 19 lid 2 Wvk. 29 J.M. Blanco Fernández, commentaar op Burgerlijk Wetboek 7A, in: Tekst & Commentaar Ondernemingsrecht, Deventer: Kluwer 1992 (online). 30 Asser/Maeijer 5-V 1995/352; Mohr/Meijers 2013, p. 158; Van Mourik 1993/6. 31 Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/

13 buiten toe niet kenbaar is dat achter de beherend vennoot een stille vennoot staat. De regelgeving voor de CV zou dan ook van toepassing zijn op de stille CV, behalve de verplichting tot inschrijving in het handelsregister. 32 In deze scriptie zal ik de opvatting van Maeijer en van Olffen volgen, omdat deze inmiddels algemeen is aanvaard. 33 Met de CV zal daarom de CV met een openbaar karakter worden bedoeld, tenzij expliciet anders vermeld. Dit opgemerkt hebbende, wil ik eveneens ingaan op de eerste zinssnede van het eerste bijzondere kenmerk; tot uitoefening van een bedrijf. Volgens de wetsgeschiedenis is er alleen sprake van een bedrijf indien de betrokkene regelmatig en openlijk in zekere kwaliteit optreedt om voor zichzelf winst te behalen. 34 Dit betekent dat van een bedrijf geen sprake is als de vennootschap strekt tot uitoefening van een of enkele incidentele project(en) (in dat geval wordt niet voldaan aan het kenmerk uitoefening van een bedrijf en zal de samenwerking worden aangemerkt als gewone maatschap). 35 Het tweede bijzondere kenmerk van de CV is het onderscheid tussen beherende vennoten en commanditaire vennoten. Daarmee verschilt de CV wezenlijk van de VOF. Deze eigenschap is vastgelegd in art. 19 WvK. Een of meerdere beherende vennoten zijn belast met het beheer van de vennootschap en een of meerdere commanditaire vennoten fungeren als geldschieters voor de vennootschap. Ten opzichte van de VOF kan het voor vennoten aantrekkelijk zijn om voor deze structuur te kiezen. Bij de VOF zijn namelijk álle vennoten hoofdelijk verbonden voor de verbintenissen van de onderneming conform art. 18 WvK, in tegenstelling tot de CV waar de commanditaire vennoten niet hoofdelijk zijn verbonden. Hier staat wel tegenover dat de commanditaire vennoten zich afzijdig moeten houden van beheershandelingen of werkzaamheden voor de vennootschap (art. 20 lid 2 WvK) en de vennootschap mag niet de naam van een commandiet als handelsnaam hanteren (art. 20 lid 1 Wvk). Reden hiervoor is dat tegenover externe partijen geen verwarring mag ontstaan over de positie van de commanditaire vennoot bij de vennootschap. Het moet voor hen duidelijk zijn dat deze slechts deelneemt bij wijze van geldschieting en dat zij niet van doen hebben met een hoofdelijk aansprakelijke vennoot. 36 Om diezelfde reden worden ook de gegevens van commanditaire vennoten niet opgenomen in het handelsregister. 37 Overtreedt de commanditaire vennoot de bepalingen in art. 20 WvK, dan is hij op grond van art. 21 WvK voor alle schulden en verbintenissen van de vennootschap hoofdelijk verbonden. Aangaande de positie van de commanditaire vennoot wordt er dikwijls gesproken over beperkte aansprakelijkheid. 38 Echter, gebruik van deze terminologie is in juridische zin niet juist. 39 Extern is de 32 Wery 2003, p. 100; Kist-Visser 1914, p. 337 e.v.; Polak 1935, p. 313 e.v.; Scholten, WPNR 1928/ Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/ Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/ Wery 2003, p Aser/Maeijer & Van Olffen 7-VII* 2010/360 e.v. 37 Mohr/Meijers 2013, p Zie bijvoorbeeld HR 15 maart 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY7840, m.nt. Blanco Fernández. 39 Tervoort, Het bestuursverbod bij de commanditaire vennootschap 2013, p

14 commandiet in het geheel niet aansprakelijk zolang hij de verboden in lid 1 en 2 van art. 20 WvK niet overtreedt. Intern brengt de commanditaire vennoot evenals de beherend vennoot iets in gemeenschap, dan wel zegt een bepaalde inbreng toe. Op grond van art. 20 lid 3 WvK deelt de commanditaire vennoot slechts voor het bedrag van díe inbreng mee in de vennootschapsverliezen, hij is niet verplicht genoten winst terug te geven. Het gebruik van de term beperkte aansprakelijkheid is hier ongelukkig gekozen, omdat dit de indruk wekt dat de commanditaire vennoot voor een beperkt bedrag aansprakelijk is tegenover crediteuren van de vennootschap. Tervoort merkt daarom op het dat beter is om te spreken van een beperkte draagplicht in plaats van beperkte aansprakelijkheid. 40 De toepassing van het beheersverbod en de sanctie in art. 21 WvK hebben door de jaren heen voor veel jurisprudentie gezorgd. Want wanneer heeft een vennoot nu daden van beheer verricht? De laatste stand van zaken met betrekking tot deze vraag is te vinden in het Katterug-arrest en Distriport-arrest. In HR Katterug overwoog de Hoge Raad dat voor de beantwoording van de vraag in hoeverre de sanctie van art. 21 WvK zou moeten worden opgelegd, mede van belang kan zijn of de wederpartij van de hoedanigheid van de commanditaire vennoot op de hoogte was of behoorde te zijn, en dat steeds van belang is of de aangesproken commanditaire vennoot ter zake van zijn handelen een verwijt valt te maken. 41 In deze zaak hadden de commanditaire vennoten de schijn gewekt dat zij optraden als beherende vennoten. De wederpartij was op de hoogte van de hoedanigheid van de commanditaire vennoten. Volgens de Hoge Raad was dit mede van belang voor de vraag of bij de wederpartij een onjuiste indruk zou zijn ontstaan. Daarnaast heeft een rechter volgens de Hoge Raad de mogelijkheid te oordelen dat de sanctie van art. 21 WvK in een onevenredige verhouding staat tot de overtreding van art. 20 WvK. Het Katterug-arrest stond hiermee haaks op het uit 1943 stammende Walvius-arrest waarin de Hoge Raad bepaalde dat voor de overtreding van het beheersverbod het niet van belang is of de wederpartij van een CV op de hoogte was of behoorde te zijn van de hoedanigheid van de desbetreffende commanditaire vennoot. 42 Op het moment dat de Hoge Raad uitspraak deed in de Katterug-zaak, lag de zaak Distriport voor aan de Hoge Raad. De beherende vennoot en de commanditaire vennoten van Distriport CV waren allen bv s. De bestuurders van de beherend vennoot en de commanditaire vennoten waren dezelfde natuurlijke personen. Bij onderhandelingen met de Provincie over een stuk grond vertegenwoordigden zij Distriport CV. Daarom zouden de commanditaire vennoten volgens de Provincie het beheersverbod hebben overtreden. De rechtbank en het hof gingen aanvankelijk in deze redenering mee. Kort daarna volgde het oordeel van de Hoge Raad in de Katterug-zaak. In lijn met HR Katterug overwoog de Hoge Raad in HR Distriport dat er géén sprake was van overtreding van het beheersverbod. Het enkele bestaan van een personele unie tussen de (middellijk) bestuurder of bestuurders van een of meer commanditaire 40 Tervoort, Het bestuursverbod bij de commanditaire vennootschap 2013, p HR 29 mei 2015, ECLI:NL:HR:2015:1413 (Katterug). 42 HR 15 januari 1943, NJ 1943/201 (Walvius). 13

15 vennoten en de (middellijk) bestuurder of bestuurders van een of meer beherend vennoten kan niet leiden tot toepassing van de sanctie van art. 21 WvK. Wel kan deze omstandigheid van belang zijn bij het beantwoorden van de vraag of bij een wederpartij redelijkerwijs een onjuiste indruk heeft kunnen ontstaan over de hoedanigheid waarin de commanditaire vennoot aan het handelsverkeer deelnam. Daarbij geldt dat, behoudens tegenbewijs, een persoon die zowel een beherende vennoot als een commanditaire vennoot kan vertegenwoordigen, bij het verrichten van een beheershandeling heeft gehandeld namens de beherende vennoot. 43 In deze twee recente uitspraken is sanctie op overtreding van het beheersverbod in art. 21 WvK verder ingeperkt. Daardoor lijkt de scheidslijn tussen de bevoegdheden van beherende vennoten en commanditaire vennoten dunner geworden. Verderop in deze scriptie zullen deze arresten uitgebreider worden behandeld en zal worden besproken welke invloed zij hebben op de beheersbevoegdheid van vennoten bij de CV. 6. De CV is geen gekwalificeerde vorm van de VOF Zoals hierboven uiteengezet is een samenwerking een CV indien deze in de eerste plaats een maatschap is, daarnaast als deze strekt tot uitoefening van een bedrijf onder een gemeenschappelijke naam en bovendien twee soorten vennoten kent, te weten een of meerdere beherende vennoten en een of meerdere commanditaire vennoten. Een VOF is een maatschap waarin een bedrijf wordt uitgeoefend onder een gemeenschappelijke naam. Wie enkel deze kwalificaties volgt zal tot de conclusie komen dat de CV een gekwalificeerde vorm van de VOF is, namelijk een VOF met twee soorten vennoten. Deze opvatting wordt ook in de literatuur opgemerkt en verdedigd. 44 Echter, volgens Maeijer mag de CV niet als een gekwalificeerde vorm van de VOF worden beschouwd, maar bestaan zij naast elkaar. 45 Maeijer verdedigt dit standpunt door te wijzen op een dwingendrechtelijk kenmerk van de VOF uit art. 18 WvK. Hierin is bepaald dat in een VOF elk der vennoten, voor de verbintenissen der vennootschap, hoofdelijk is verbonden. Bij een CV met één beherend vennoot is hiervan geen sprake. De bepaling spreekt immers van meerdere vennoten die elk voor het geheel verbonden vennoten zijn. Maar ook als de CV twee of meerdere beherende vennoten heeft zal zij alsnog strijdig zijn met art. 18 WvK want de commanditaire vennoot zal dan niet hoofdelijk verbonden zijn en daarmee is niet elk der vennoten hoofdelijk verbonden. 46 Volledigheidshalve wil ik het volgende opmerken: in lid 2 van art. 19 WvK is bepaald dat een vennootschap gelijktijdig een VOF kan zijn ten aanzien van de beherende vennoten en een CV ten aanzien van de commanditaire vennoten. Dit houdt in dat als een CV meerdere beherende vennoten heeft, er tussen deze vennoten een VOF bestaat. Met als gevolg dat de bepalingen betreffende de VOF 43 HR 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2516 (Distriport). 44 Zie o.a. F.J.F.M. Duynstee, Commanditaire vraagstukken (diss.), Zwolle: Tjeenk Willink Asser/Maeijer 5-V 1995/ Asser/Maeijer 5-V 1995/

16 op hen van toepassing zijn. De vennoten treden namelijk naar buiten toe op als beherende vennoten en zijn daarom hoofdelijk verbonden voor de schulden van de CV Varianten op de CV De CV komt in verschillende structuren voor. Zo is het mogelijk dat de beherende vennoten en/of commanditaire vennoten BV s zijn. Dit was ook het geval bij HR Distriport waar de aandeelhouders c.q. bestuurders van de beherende vennoot (een BV) tevens de aandeelhouders c.q. bestuurders van de commandieten (ook BV s) waren. Dit wordt de BV-CV constructie genoemd. Redenen voor dit soort constructies zijn dikwijls fiscaal van aard. De vraag bij dit soort constructies is of deze niet leiden tot overtreding van het beheersverbod. In de vorige paragraaf hebben we bij HR Distriport gezien dat een personele unie tussen de bestuurders van de beherend vennoot en commanditaire vennoten niet leidt tot overtreding van het beheersverbod uit art. 20 WvK. Wel kan een personele unie van belang zijn bij het beantwoorden van de vraag of bij een wederpartij redelijkerwijs een onjuiste indruk heeft kunnen ontstaan over de hoedanigheid van de commandiet Ontwikkelingen in het personenvennootschapsrecht Zoals we hierboven hebben gezien is de huidige wetgeving omtrent het personenvennootschapsrecht vrij diffuus. Op verschillende plaatsen in het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Koophandel vindt men bepalingen die op personenvennootschappen van toepassing zijn. Ook is niet altijd duidelijk welke bepalingen op welk type personenvennootschap van toepassing zijn. Wie de wetsbepalingen leest zal aan het archaïsch taalgebruik kunnen afleiden dat het personenvennootschapsrecht oud is en in de loop der jaren weinig is gewijzigd. Meerdere malen is gepoogd om het uit 1838 stammende personenvennootschapsrecht te hervormen, maar tot op heden tevergeefs. 49 Zo is meer dan eens geprobeerd om de bepalingen in het Wetboek van Koophandel te schrappen en deze onder te brengen in een nieuwe titel in boek 7 BW. In 1972 heeft Van Grinten hiertoe een eerste ontwerp geschreven maar tot wetgeving is dit ontwerp nooit gekomen. In 2002 kwam Maeijer met een nieuw ontwerp gebaseerd op het ontwerp van Van Grinten. Ook Maeijer stelde voor een nieuwe titel 13 voor boek 7 BW te introduceren. Een belangrijke verandering in Maeijer s ontwerp zou een introductie zijn van nieuwe openbare vennootschappen met de mogelijkheid tot verkrijging van rechtspersoonlijkheid. Een andere fundamentele wijziging was dat er geen onderscheid meer zou worden gemaakt tussen beroep of bedrijf om de maatschap van de VOF te onderscheiden, maar er zou enkel onderscheid worden gemaakt tussen stille vennootschappen en openbare vennootschappen. 50 Dit ontwerp werd met succes door de Tweede Kamer ontvangen, maar strandde in de Eerste Kamer. 51 Volgens voormalig minister van Veiligheid en Justitie, Ivo Opstelten, was de reden hiervoor dat de beoogde gebruikers van de regeling geen behoefte 47 Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht 1992, art. 19 Wvk. 48 HR 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2516 (Distriport). 49 Grapperhaus, in: GS Personen-associaties, Mohr/Meijers 2013, p Mohr/Meijers 2013, p

17 hadden aan nieuwe personenvennootschappen, voornamelijk vanwege de hiermee samenhangende kosten. 52 Het personenvennootschapsrecht is nog altijd niet hervormd, ondanks dat modernisering van het personenvennootschapsrecht door velen wenselijk wordt geacht. 53 Daarom is er in 2012 een groep gevormd door juristen uit zowel de wetenschap als het bedrijfsleven om te komen tot een nieuwe regeling voor de personenvennootschap; de Werkgroep Personenvennootschappen (hierna: de Werkgroep). 54 De Werkgroep heeft een conceptwetsvoorstel gemaakt en dit voorstel op 26 september 2016 aangeboden aan de minister. De huidige stand van zaken is dat de ministerraad op 9 december 2016 heeft ingestemd met een modernisering van het ondernemingsrecht, welke ook een nieuwe regeling voor personenvennootschappen zal omvatten. 55 Dit lijkt opnieuw een stap in de richting van hervorming. Echter voorlopig zullen personenvennootschappen geregeerd blijven door de regelgeving uit 1838 en zal de tijd leren op welke termijn en in welke vorm hervorming van het personenvennootschapsrecht doorgang zal vinden. 9. Afsluiting We hebben gezien dat de figuur van de CV onderdeel is van het personenvennootschapsrecht. Personenvennootschappen zijn samenwerkingsverbanden die stoelen op een overeenkomst en worden daarom beheerst door het overeenkomstenrecht. De CV is een bijzondere vorm van de maatschap. De regelgeving omtrent maatschap in titel 9 van boek 7A BW is daarom ook op de CV van toepassing. Daarnaast zijn de bepalingen in de derde titel van het Wetboek van Koophandel (deels) voor de CV bedoeld. Kenmerkend voor de CV is dat zij 1) in de eerste plaats maatschap is, 2) daarnaast strekt tot uitoefening van een bedrijf onder een gemeenschappelijke naam en 3) bovendien bestaat uit twee soorten vennoten. Dit zijn i) een of meerdere beherende vennoten die naar buiten toe optreden als beheerders van de vennootschap en hoofdelijk zijn verbonden voor alle schulden en ii) een of meerdere commanditaire vennoten die slechts risico dragen tot het bedrag van hun inbreng (art. 19 lid 1 WvK). Daar staat wel tegenover dat zij geen beheershandelingen mogen verrichten voor de vennootschap (art. 20 lid 2 WvK). Indien zij dit beheersverbod overtreden staat hierop de sanctie van art. 21 WvK; hoofdelijke verbondenheid. Over de uitleg van het beheersverbod is veel jurisprudentie verschenen. In de recente arresten Katterug en Distriport legt de Hoge Raad de lat voor sanctionering van het beheersverbod hoger waardoor de scheidslijn tussen beherend vennoten en commanditaire vennoten dunner wordt. Tot slot is 52 Kamerstukken I 2011/12, en Zie o.a. A.J.S.M. Tervoort, Het personenvennootschapsrecht en zijn toepassing in de praktijk, JONDR 2012/47; I.I. van Tuyll van Serooskerken, Het gevaar van de personenvennootschap, Bb 2017/ H. Boschma & J. Wezeman, De personenvennootschap op weg naar 2020, AA maart Rapport van de Werkgroep Personenvennootschappen, Modernisering personenvennootschappen, september 2016, te vinden op: nieuws/2016/09/26/werkgroep-presenteert-regeling-voor-personenvennootschappen. 16

18 er herhaaldelijk gepoogd het uit 1838 stammende personenvennootschapsrecht te moderniseren. Tot op heden heeft hervorming geen doorgang gevonden. Op initiatief van de Werkgroep Personenvennootschappen staat er een nieuwe regeling voor personenvennootschappen op de agenda van de ministerraad, maar nog onduidelijk is of, en op welke termijn dit zal worden gerealiseerd. 17

19 II. De beheersbevoegdheid 1. Inleiding In het vorige hoofdstuk zijn de basisprincipes met betrekking tot de CV uiteengezet. In de volgende hoofdstukken zal worden gefocust op het onderwerp dat centraal staat in deze scriptie; de herroeping van de beheersbevoegdheid van de beherend vennoot bij de CV. Om dit onderwerp in perspectief te plaatsen zal in hoofdstuk II dieper in worden gegaan op de beheersbevoegdheid bij de CV. In de eerste paragraaf wordt toegelicht wat er onder beheren wordt verstaan. In paragraaf twee wordt er dieper op deze bevoegdheid ingegaan; er kan een onderscheid worden gemaakt tussen de interne bestuursbevoegdheid en de daaruit voortvloeiende externe vertegenwoordigingsbevoegdheid. Vervolgens zal in de daaropvolgende paragrafen worden behandeld welke beheersbevoegdheden de verschillende vennoten bij de CV hebben. Zoals u weet onderscheidt de CV zich van andere personenvennootschappen vanwege haar twee verschillende type vennoten. Eerst wordt de bestuursbevoegdheid van beherende vennoten besproken. Vervolgens wordt de bestuursbevoegdheid van commanditaire vennoten besproken. Hierbij zullen de laatste ontwikkelingen worden besproken en zal worden gereflecteerd welke gevolgen die hebben voor de interne c.q. externe bestuursbevoegdheden van zowel beherende als commanditaire vennoten. Enkele opmerkingen vooraf: een groot deel van de analyse in de hierna volgende hoofdstukken is ook van toepassing op de maatschap en/of de VOF. Maar omdat deze scriptie is toegelegd op de CV, zal de toepasselijkheid van bepaalde regels met betrekking tot andere personenvennootschappen niet steeds worden aangehaald. Daarnaast zullen de termen vennootschapsovereenkomst, maatschapsovereenkomst, overeenkomst van maatschap en cv-overeenkomst inwisselbaar voor komen. Met deze begrippen zal de overeenkomst die ten grondslag aan de CV ligt worden bedoeld, tenzij expliciet anders wordt vermeld. 2. Definitie van beheer In de relevante bepalingen in de negende titel van boek 7A Burgerlijk Wetboek en de derde titel van boek 1 Wetboek van Koophandel wordt gesproken over beheer. In feite wordt met deze term bedoeld wat wij tegenwoordig met bestuur bedoelen. Namelijk al het handelen dat tot de normale maatschappelijke werkzaamheden van de CV behoort en in overeenstemming is met het specifieke doel van deze CV. 56 Met het specifieke doel wordt niet het algemene doel uit art. 7A:1655 BW bedoeld (het behalen en delen van voordeel), maar de activiteit waarvoor de CV is opgericht, welk doel is vastgelegd in de CV-overeenkomst. 57 De term bestuur is meer op zijn plaats dan de thans in de wet gebruikte term beheer. Beheer zou namelijk de indruk kunnen wekken dat beschikkingsdaden, zoals bijvoorbeeld de eigendomsoverdracht van onroerende goederen, daar niet onder zouden kunnen vallen. Dit is niet per 56 Asser/Maeijer 5-V 1995/ Zie ook de uitleg omtrent het activiteitskenmerk in Hoofdstuk 1.2 van deze scriptie. 18

20 se juist, omdat handelingen die tot de normale maatschappelijke werkzaamheden behoren het doorslaggevende kenmerk is voor beheer/bestuur en dat betekent niet per definitie dat het niet mag gaan om handelingen van vervreemding of bezwaring. Bijvoorbeeld: als een CV haar bedrijf maakt van de handel in onroerende goederen en daarom dagelijks bezig is met de overdracht van onroerende goederen, behoort dit tot de normale maatschappelijke werkzaamheden van de betrokken CV en vallen deze handelingen onder het beheer/bestuur van die CV. 58 Om die reden oppert ook de Werkgroep Personenvennootschappen om de term beheer te vervangen door bestuur. 59 Raaijmakers is kritisch over deze verandering in terminologie. Onder andere omdat de term bestuur kenmerkend is voor de organisatie van rechtspersonen uit boek 2 BW. Dat zou er toe kunnen leiden dat de opvattingen met betrekking tot de positie en aansprakelijkheid van bestuurders uit het vennootschapsrecht te veel zouden doorsijpelen in de ontwikkeling van het personenvennootschapsrecht. 60 Van beheren moet duidelijk beschikken worden onderscheiden. Met beschikken bedoeld men de handelingen die buíten de normale maatschappelijke werkzaamheden van de CV behoren. 61 Hier zal in de volgende paragraaf nader op worden ingegaan. In lijn met de ontwikkelingen in het personenvennootschapsrecht zullen de termen beheer en bestuur, beheren en besturen, beheersbevoegdheid en bestuursbevoegdheid in deze scriptie inwisselbaar worden gebruikt. 3. Intern bestuur versus externe vertegenwoordiging In de vorige paragraaf is gedefinieerd wat er onder bestuur wordt verstaan. Samenvattend heeft degene die de bestuursbevoegdheid heeft in beginsel de bevoegdheid om alle handelingen te verrichten die, in overeenstemming met het specifieke doel van de CV, tot de normale maatschappelijke werkzaamheden van deze CV behoren. 62 Uit wetshistorie komt niet duidelijk naar voren of met de bestuursbevoegdheid tevens de vertegenwoordigingsbevoegdheid is bedoeld. 63 Door Maeijer en van Olffen wordt er vanuit gegaan dat uít de bestuursbevoegdheid, de bevoegdheid om de CV te vertegenwoordigen voortvloeit. 64 Hieruit volgt dat degene die belast is met de bestuursbevoegdheid (bij personenvennootschappen is dit in de regel een vennoot) tevens vertegenwoordigingsbevoegd is. Blanco Fernández redeneert eveneens dat de vertegenwoordigingsbevoegdheid veelal een elementair onderdeel is van de bestuursbevoegdheid, omdat voor de verwezenlijking van het specifieke doel van de CV in de regel ook externe handelingen vereist zijn. 65 Voor de CV geldt bovendien het uitgangspunt van art. 17 WvK, wat inhoudt dat iedere beherende vennoot in beginsel is bevoegd de vennootschap te vertegenwoordigen, 58 Asser/Maeijer 5-V 1995/ Werkgroep personenvennootschappen, Rapport Modernisering personenvennootschappen, september M.J.G.C. Raaijmakers, Pitlo. Het Nederlands burgerlijk recht. Deel 2. Ondernemingsrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2017, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p. 123 en 126; A.J.S.M. Tervoort, Beheren en Beschikken, in: Groene Serie Personenassociaties, Deventer: Wolters Kluwer (online, actueel t/m 20 oktober 2017). 62 Asser/Maeijer 5-V 1995/ Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht 1992, art 7A:1673 BW. 64 Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/55, 76 en Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht, art 7A:1673 BW; art. 17 WvK. 19

21 hierover later meer. 66 Ergo, er wordt een onderscheid gemaakt tussen twee soorten bestuursbevoegdheden. 67 Ten eerste is er de bestuursbevoegdheid welke ziet op de interne verhoudingen in de CV (in de literatuur spreekt men doorgaans over de bestuursbevoegdheid ). Om verwarring te voorkomen zal ik deze bevoegdheid steeds aanduiden als de interne bestuursbevoegdheid. Ten tweede is er de vertegenwoordigingsbevoegdheid welke het de hiertoe gerechtigde bestuurders mogelijk maakt om de CV richting externe partijen te vertegenwoordigen. Ik zal deze bevoegdheid in mijn verdere scriptie de externe vertegenwoordigingsbevoegdheid noemen. Eerst wil ik nader ingaan op de interne bestuursbevoegdheid. Raaijmakers wijst erop dat er een onderscheid kan worden gemaakt tussen kernaangelegenheden die alle vennoten aangaan (beschikken) en het dagelijks bestuur welke onder de verantwoording valt van een of meerdere daartoe aangewezen besturende vennoten (beheren). 68 Bij organisatorisch complexere CV s en CV met vele vennoten zal het belang van een duidelijk onderscheid tussen kernaangelegenheden en dagelijks bestuur groter zijn. 69 Deze grotere CV s hebben een zodanig aantal vennoten dat een situatie waarin zij zich allen intensief bezighouden met het bestuur geen optie is. Er zal in zo n situatie een duidelijkere delegatie van bevoegdheden aan besturende vennoten zijn. De overige vennoten zullen in zo n grote vennootschap alleen worden betrokken bij besluiten over kernaangelegenheden, dit geldt bij de CV óók voor commanditaire vennoten. 70 Kernaangelegenheden zijn onder meer onderwerpen aangaande wijzigingen in de CV-overeenkomst, het vaststellen van strategie en beleid, aanpassing van het specifieke doel van de CV, wijzigingen in het ledenbestand 71 van de CV en regels daaromtrent (toetreding, uittreding en overdracht), wijziging in de winstrechten, dividenden, ontbinding van de CV, wijzigingen in bevoegdheden van beheer/bestuur, taakverdeling en externe vertegenwoordiging, reorganisatie van de CV en vaststelling van de jaarrekening. 72 Dan is de vraag wie of welke vennoten binnen een CV belast zijn met het interne bestuur (aangeduid als Geschäftsführung ) en welke zaken hieronder vallen. 73 Voor de maatschap worden de interne verhoudingen ten aanzien van dit onderwerp geregeld in art. 7A:1673 tot en met 7A:1676 BW. 74 In beginsel gelden deze regels ook voor CV als zijnde een gekwalificeerde maatschap. Echter is de vraag of deze regels één op één kunnen worden toegepast op de CV. In de literatuur wordt opgemerkt dat deze maatschapsbepalingen minder goed toepasbaar zijn op situaties waar zowel beherende- als 66 Tervoort, Het Nederlandse personenvennootschapsrecht, Wolters Kluwer: Deventer 2015, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p. 125; Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/74. Mohr/Meijers 2013, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Raaijmakers spreekt naast vennoten ook over leden van de personenvennootschap; Pitlo/Raaijmakers 2017, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/74; Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht, art 7A:1673 BW. 20

22 commanditaire vennoten deel van uitmaken. 75 Ik zal hier later uitgebreider op terug komen. De volgende zaken worden als voorbeelden van intern bestuur genoemd: beheer van de administratie, boekhouding en documenten, het aansturen van personeel en personeelsbeleid, het beheer van materiele en immateriële activa, het nemen van besluiten omtrent financieringen, investeringen en andere aangelegenheden voor de CV die in de vennootschapsovereenkomst niet worden aangeduid als kernaanlegenheden. 76 Zoals eerder genoemd is de CV-overeenkomst vormvrij en zijn de bepalingen in titel 9 van boek 7A BW veelal regelend van aard. 77 Het is daarom aan de vennoten zelf om de CVovereenkomst in te richten en zo te bepalen welke bevoegdheden onder het bestuur vallen en welke niet. 78 Met de vertegenwoordigingsbevoegdheid (aangeduid als Vertretung ) bij de CV wordt bedoeld: de bevoegdheid om handelingen voor de CV te verrichten tot het aangaan van zaakschulden. 79 De CV c.q. de beherende vennoten worden in relatie met derden door deze handelingen gebonden, de commanditaire vennoten niet. 80 Simpel gezegd is het de bevoegdheid om voor en namens de CV met derden te handelen. 81 Vertegenwoordiging ligt in het verlengde van het interne bestuur omdat het in zekere zin de externe effectuering is van het intern gevormde beleid. 82 In de volgende paragrafen wordt er een antwoord gegeven op de vraag wie in hoeverre welke bestuursbevoegdheden heeft bij de CV. Ik zal op een gestructureerde manier trachten deze vraag te beantwoorden naar huidige regelgeving. Ik zal enerzijds de interne bestuursbevoegdheid en anderzijds de externe vertegenwoordigingsbevoegdheid bespreken voor beide soorten vennoten bij de CV. We zullen zien dat het voor de beherende vennoot ook nog verschil maakt of om één of meerdere beherende vennoten gaat. Zodoende zal achtereenvolgens worden besproken: 1) de externe vertegenwoordigingsbevoegdheid van één of meerdere beherende vennoten, 2) de interne bestuursbevoegdheid van één of meerdere beherende vennoten, 3) de externe vertegenwoordigingsbevoegdheid van de commanditaire vennoot, 4) de interne bestuursbevoegdheid van de commanditaire vennoot. 4. Bestuursbevoegdheden van de beherende vennoot Het eerste deel van het antwoord op de bevoegdheidsvraag van de beherende vennoot ligt besloten in art. 17 WvK. Conform dit artikel zijn de beherende vennoten, zowel tezamen als iedere beherende vennoot afzonderlijk, bevoegd voor de vennootschap te handelen, gelden uit te geven en te ontvangen, en verbintenissen voor de vennootschap met derden aan te gaan, tenzij dit (voor een van de vennoten) 75 Mohr/Meijers 2013, p Pitlo/Raaijmakers 2017, p Tervoort, Het Nederlandse personenvennootschapsrecht 2015, p Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht, art 7A:1673 BW. 79 Asser/Maeijer 5-V 1995/ Asser/Maeijer & Van Olffen 7-VII 2017/ Pitlo/Raaijmakers 2017, p Blanco Fernández, in: T&C Ondernemingsrecht, art 7A:1673 BW. 21

Aspecten van de aansprakelijkheid van de vennoten onderling en jegens derden in titel 7.13

Aspecten van de aansprakelijkheid van de vennoten onderling en jegens derden in titel 7.13 Aspecten van de aansprakelijkheid van de vennoten onderling en jegens derden in titel 7.13 M r. J. A. H e u r k e n s * Inleiding Gezien de uitgesproken verwachting van de staatssecretaris van Justitie,

Nadere informatie

Personenvennootschappen

Personenvennootschappen Personenvennootschappen mei 2006 mr De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch kan aansprakelijk worden gesteld voor schade

Nadere informatie

Wetsvoorstel Personenvennootschappen. 2 april 2007

Wetsvoorstel Personenvennootschappen. 2 april 2007 2 april 2007 Geschiedenis - huidige regeling dateert uit 1838-1972: Ontwerp Van der Grinten - 1998: Ontwerp Maeijer Stand van zaken op dit moment Belangrijke veranderingen: 1. Openbare vennootschap stille

Nadere informatie

VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN

VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN Inhoudsopgave VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN V XIII 1 KORTE KARAKTERISERING PERSONENVENNOOTSCHAP; HAAR PLAATS EN BETEKENIS IN HET NEDERLANDSE ONDERNEMINGSRECHT 1 1.1 Vennootschap is kapitaalvennootschap

Nadere informatie

College Maatschap, vof en CV. mr. S. van de Griek. Universiteit van de Nederlandse Antillen. Dinsdag 13 april 2010 van 19.00-20.

College Maatschap, vof en CV. mr. S. van de Griek. Universiteit van de Nederlandse Antillen. Dinsdag 13 april 2010 van 19.00-20. College Maatschap, vof en CV mr. S. van de Griek Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 13 april 2010 van 19.00-20.30 uur Personen vennootschappen 1. We zullen vandaag de personen vennootschappen

Nadere informatie

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1 De minister voor Rechtsbescherming drs. S. Dekker Postbus 20301 2500 EH Den Haag doorkiesnummer 088-361 33 17 e-mail wetgeving.rvdr@rechtspraak.nl bijlage(n) 1 onderwerp Advies Wet modernisering personenvennootschappen

Nadere informatie

Advies Wet modernisering personenvennootschappen

Advies Wet modernisering personenvennootschappen Advies Wet modernisering personenvennootschappen Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden en blinden.

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 8 september 2015 Mr. F.J.M.E. Koppenol 1 Onderwerpen Faillietverklaring versus Turboliquidatie Uitspraken HR personenvennootschappen Uitspraken Rechtbank wettelijke geschillenregeling

Nadere informatie

1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen

1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen Handelsregister 1. Inschrijvingsplicht voor rechtspersonen en ondernemingen Op grond van art. 5 aanhef en sub a Handelsregisterwet 2007 wordt een onderneming die in Nederland is gevestigd en die toebehoort

Nadere informatie

Statistieken. Antwoord Aantal Percentage

Statistieken. Antwoord Aantal Percentage Statistieken Naam formulier ZIFO_questionnaire_personenvennootschappen Titel formulier Gebruiker Admin, Rechtsgeleerheid Aantal vragen 22 Totaal aantal ingevuld 264 1. 1. Kunt u aangeven om welke redenen

Nadere informatie

De (wan)beherend vennoot

De (wan)beherend vennoot De (wan)beherend vennoot M r. B. N. M w a n g i e n m r. B. J. M. v a n d e W e t e r i n g * Inleiding De commanditaire vennootschap (hierna: de CV) is een veelgebruikt vehikel voor private equity-fondsen.

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Ministerie van Justitie en Veiligheid Ingediend op https://www.internetconsultatie.nl/moderniseringpersonenvennootschap Amsterdam, 29

Nadere informatie

Kenmerken samenwerkingsvormen ten behoeve van de provincie Zuid-Holland -overzicht ten behoeve van discussiedoeleinden-

Kenmerken samenwerkingsvormen ten behoeve van de provincie Zuid-Holland -overzicht ten behoeve van discussiedoeleinden- Kenmerken samenwerkingsvormen ten behoeve van de provincie Zuid-Holland -overzicht ten behoeve van discussiedoeleinden- Inleiding en uitgangspunten De provincie Zuid-Holland heeft te maken met verbonden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 238 Wijziging van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme en de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van

Nadere informatie

Het besturen van een vereniging en stichting

Het besturen van een vereniging en stichting Het besturen van een vereniging en stichting Roland van Mourik notaris Cursus Goed Bestuur Nijmegen 6 oktober 2009 Roland van Mourik 37 jaar 1990-1991 propaedeuse rechten te Leiden 1991-1996 notarieel

Nadere informatie

Drie ontwikkelingen in de rechtspraak van de Hoge Raad in 2015 over personenvennootschappen

Drie ontwikkelingen in de rechtspraak van de Hoge Raad in 2015 over personenvennootschappen Drie ontwikkelingen in de rechtspraak van de Hoge Raad in 2015 over personenvennootschappen 1 Inleiding De maatschap, de vennootschap onder firma (vof) en de commanditaire vennootschap (cv) zijn contractuele

Nadere informatie

Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited. [Separaat bijgevoegd]

Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited. [Separaat bijgevoegd] Bijlage 2 Bedrijfsplan GovUnited [Separaat bijgevoegd] Bijlage 3 Rechtsvormen Inleiding De keuze voor een juridische vorm van een zelfstandige samenwerkingsorganisatie kent diverse afwegingen. Ze verschillen

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang maart 2017 juni 2017 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343

Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Samenvatting Ondernemingsrecht R10343 Auteur: Dick Tillema Datum: 18 januari 2016 Opleiding: OU Bachelor Bedrijfskunde Ondernemingsrecht OU DT, januari juni 2016 Pag. 1 Hoofdstuk 1. Inleiding Nav Dorresteijn

Nadere informatie

Legal developments for the Trust sector: NEW OPPORTUNITIES! Personenvennootschappen 24 April 2012 Jeroen Eichhorn

Legal developments for the Trust sector: NEW OPPORTUNITIES! Personenvennootschappen 24 April 2012 Jeroen Eichhorn Legal developments for the Trust sector: NEW OPPORTUNITIES! Personenvennootschappen 24 April 2012 Jeroen Eichhorn DE INVOERING VAN TITEL 7.13 BW personenvennootschappen EEN NIEUWE BEDRIJFSVORM EN EEN OUDE

Nadere informatie

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN.

MBO+ / Intermediate vocational education. Raymond Reinhardt. 3R Business Development 3R ONDERNEMINGSVORMEN. MBO+ / Intermediate vocational education Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Natuurlijk persoon: het gaat hier om een mens; ieder mens heeft rechten en plichten

Nadere informatie

De aansprakelijkheid van de moderne commanditaire vennoot

De aansprakelijkheid van de moderne commanditaire vennoot De aansprakelijkheid van de moderne commanditaire vennoot M r. J. E. v a n N u l a n d * De Werkgroep Personenvennootschappen presenteerde onlangs haar rapport betreffende een nieuwe wettelijke regeling

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07000557 200606955/1. Datum uitspraak: 21 maart 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma A., gevestigd te Honselersdijk, appellante, tegen

Nadere informatie

Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s

Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s Rechtsvorm en gebruik van LLP s en LLC s Onderzoek door mr. J.M. Blanco Fernández en prof. mr. M. van Olffen (Van der Heijden Instituut, Radboud Universiteit Nijmegen) in opdracht van het Wetenschappelijk

Nadere informatie

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR.

dit erratum per bladzijde aangegeven. ALGEMENE INSTRUCTIE: - Schrap alle vermeldingen en tekst over OVR en CVR. ERRATUM BIJ FINANCIERING VOOR HET MKB, 6 e druk / 1 e oplage Opmerking: Er is een wetsvoorstel geweest tot wijziging van een aantal ondernemingsvormen. De wijzigingen en aanvullingen zijn - achteraf te

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang maart 2016 juni 2016 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

februari 2012 De volgende vormen van verbonden partijen kunnen worden onderscheiden.

februari 2012 De volgende vormen van verbonden partijen kunnen worden onderscheiden. februari 2012 Verbonden partijen en aanbesteding 1. Algemeen Het takenpakket van gemeenten en provincies is groot. Deze taken worden niet altijd door de eigen ambtelijke organisatie van de gemeenten en

Nadere informatie

JIN 2013/174, Hof Arnhem-Leeuwarden, , ECLI:NL:GHARL:2013:6823, , (annotatie) ECLI:NL:GHARL:2013:6823

JIN 2013/174, Hof Arnhem-Leeuwarden, , ECLI:NL:GHARL:2013:6823, , (annotatie) ECLI:NL:GHARL:2013:6823 JIN 2013/174 JIN 2013/174, Hof Arnhem-Leeuwarden, 17-09-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:6823, 200.090.368, (annotatie) INHOUDSINDICATIE Personenvennootschappen, Ontvankelijkheid maatschap GA DIRECT NAAR GEGEVENS

Nadere informatie

BELEGGINGSFONDSEN NAAR BURGERLIJK RECHT

BELEGGINGSFONDSEN NAAR BURGERLIJK RECHT BELEGGINGSFONDSEN NAAR BURGERLIJK RECHT EEN WETENSCHAPPELIJKE PROEVE OP HET GEBIED VAN DE RECHTSGELEERDHEID PROEFSCHRIFT TER VERKRIJGING VAN DE GRAAD VAN DOCTOR AAN DE RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN OP

Nadere informatie

Ondernemingsrecht. Tekst tot titel 7.13 BW in werking treedt

Ondernemingsrecht. Tekst tot titel 7.13 BW in werking treedt 2009 Noordhoff Uitgevers bv Deel 4 Ondernemingsrecht Tekst tot titel 7.13 BW in werking treedt 15 Onderneming en ondernemingsvormen 16 Eenmanszaak en contractuele vennootschappen 17 Rechtspersonen in Boek

Nadere informatie

De overtredende commanditaire vennoot en de zelfstandigenaftrek

De overtredende commanditaire vennoot en de zelfstandigenaftrek De overtredende commanditaire vennoot en de zelfstandigenaftrek Tracey Hu-a-ng 5692512 Semester 2, studiejaar 2008/2009 10 juli 2009 Bachelorscriptie Begeleider : Dr. J.L. van de Streek Inhoud 1. Inleiding

Nadere informatie

1. Nieuwe regelgeving rond personenvennootschappen ( Drs. J.E. van den Berg * [1] )

1. Nieuwe regelgeving rond personenvennootschappen ( Drs. J.E. van den Berg * [1] ) 1. Nieuwe regelgeving rond personenvennootschappen ( Drs. J.E. van den Berg * [1] ) Momenteel ligt in de Eerste Kamer het wetsvoorstel Personenvennootschappen, met nieuwe regels voor de zogeheten 'personenvennootschappen'

Nadere informatie

Hoge Raad , ECLI:NL:HR:2015:588, (Carlande Dienstverlening CV/Pensioenfonds)

Hoge Raad , ECLI:NL:HR:2015:588, (Carlande Dienstverlening CV/Pensioenfonds) commentaar op Hoge Raad 13-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:588, (Carlande Dienstverlening CV/Pensioenfonds) datum 09-02-2018 auteur N.C. Canev Hoge Raad 13-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:588, (Carlande Dienstverlening

Nadere informatie

Huwelijksvermogensrecht journaal. September 2015

Huwelijksvermogensrecht journaal. September 2015 Huwelijksvermogensrecht journaal September 2015 Items Vinger aan de pols: Voorstel van wet 33 987, Literatuur en wetgevingsproces Ongehuwde samenlevers en vermogensregime Ongehuwden en alimentatie Pensioen

Nadere informatie

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT Datum: Kenmerk: De Minister van Justitie, mr A.H. Korthals Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Excellentie, inzake: Adviesaanvraag commissie vennootschapsrecht over het wetsvoorstel

Nadere informatie

Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder wet: Wet op het financieel toezicht.

Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder wet: Wet op het financieel toezicht. Besluit van [datum] houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 5:81, eerste lid, van de Wet op het financieel toezicht (Vrijstellingsbesluit overnamebiedingen Wft) Op voordracht van Onze Minister van

Nadere informatie

Enkele aspecten van de. van de commanditaire vennootschap onder het Wetsvoorstel. Personenvennootschappen

Enkele aspecten van de. van de commanditaire vennootschap onder het Wetsvoorstel. Personenvennootschappen Enkele aspecten van de commanditaire vennootschap onder het Wetsvoorstel Personenvennootschappen Inleiding Op 24 december 2002 werd de Tweede Kamer verblijd met een mooi kerstcadeautje: het wetsvoorstel

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang september 2015 december 2015 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting

AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting 1. Inleiding Dit wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid voor coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen om te kiezen voor een monistisch bestuursmodel.

Nadere informatie

I VERBINTENISSENRECHT 17

I VERBINTENISSENRECHT 17 I VERBINTENISSENRECHT 17 1 Inleiding in het recht 19 1.1 Inleiding 19 1.2 Recht en rechtsbronnen 20 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 22 1.2.4 Het gewoonterecht 23 1.3 Privaatrecht

Nadere informatie

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht

Verbintenissenrecht. Inleiding in het recht Inhoud I Verbintenissenrecht 17 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 in het recht 19 19 Recht en rechtsbronnen 19 1.2.1 Wetten 20 1.2.2 Verdragen 21 1.2.3 Jurisprudentie 23 1.2.4 Het gewoonterecht

Nadere informatie

1. De randvoorwaarden voor de moderne personenvennootschap

1. De randvoorwaarden voor de moderne personenvennootschap 1. De randvoorwaarden voor de moderne personenvennootschap Prof. mr. drs. D.F.M.M. Zaman 1.1 Personenvennootschappen Personenvennootschappen de maatschap, de vennootschap onder firma (VOF) en de commanditaire

Nadere informatie

Corporate Alert: de 403-verklaring

Corporate Alert: de 403-verklaring Corporate Alert: de 403-verklaring Kort na elkaar heeft de Hoge Raad twee uitspraken gedaan over vragen waartoe de 403- verklaring aanleiding geeft. De meest in het oog springende beslissing (HR 20 maart

Nadere informatie

verspreid zijn (Burgerlijk Wetboek en Wetboek van Koophandel) in één regeling worden ondergebracht, die een plaats krijgt in het Burgerlijk Wetboek.

verspreid zijn (Burgerlijk Wetboek en Wetboek van Koophandel) in één regeling worden ondergebracht, die een plaats krijgt in het Burgerlijk Wetboek. SPECIAL - Augustus 2007 De nieuwe personenvennootschap De huidige wetgeving voor personenvennootschappen (VOF, maatschap en CV) dateert grotendeels van 1838. Hoogste tijd voor modernisering dus, onder

Nadere informatie

PERSONEN VENNOOTSCHAPPEN

PERSONEN VENNOOTSCHAPPEN PERSONEN VENNOOTSCHAPPEN Versie PV2017/3.1 Juridische aspecten van personenvennootschappen Dit document behandelt in kort bestek de juridische aspecten van personenvennootschappen. Een personenvennootschap

Nadere informatie

CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL J. L. CRUZ VILAÇA van 8 maart 1988 *

CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL J. L. CRUZ VILAÇA van 8 maart 1988 * CONCLUSIE VAN ADV.-GEN. CRUZ VILAÇA ZAAK 136/87 CONCLUSIE VAN ADVOCAAT-GENERAAL J. L. CRUZ VILAÇA van 8 maart 1988 * Mijnheer de President, mijne heren Rechters, 1. De Hoge Raad der Nederlanden heeft het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 065 Aanpassing van de wetgeving aan en invoering van titel 7.13 (vennootschap) van het Burgerlijk Wetboek (Invoeringswet titel 7.13 Burgerlijk

Nadere informatie

Vernieuwing personenvennootschapsrecht

Vernieuwing personenvennootschapsrecht Vernieuwing personenvennootschapsrecht Is het wenselijk om het aansprakelijkheidsregime van de personenvennootschap, meer specifiek van de maatschap en de vennootschap onder firma, te wijzigen? Universiteit

Nadere informatie

Geachte heer Dekker, De Minister voor Rechtsbescherming Drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG. Datum 27 juni Uw kenmerk

Geachte heer Dekker, De Minister voor Rechtsbescherming Drs. S. Dekker Postbus EH DEN HAAG. Datum 27 juni Uw kenmerk De Minister voor Rechtsbescherming Drs. S. Dekker Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Datum 27 juni 2019 Uw kenmerk 2482798 Contactpersoon J.M.E. Smilde Onderwerp Advies ambtelijk voorontwerp wetsvoorstel personenvennootschappen.

Nadere informatie

Bepaalde dienstenverleners, zoals bijvoorbeeld artsen, maken veel gebruik van een personenvennootschap

Bepaalde dienstenverleners, zoals bijvoorbeeld artsen, maken veel gebruik van een personenvennootschap Bepaalde dienstenverleners, zoals bijvoorbeeld artsen, maken veel gebruik van een personenvennootschap Ter promotie van Curaçao en zijn financiële sector schreven de advocaten Sueena Francisco en Arthur

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 483 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met kwijting aan bestuurders en commissarissen Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Praktijkleergang Ondernemingsrecht

Praktijkleergang Ondernemingsrecht Praktijkleergang Ondernemingsrecht 7-daagse praktijkleergang / september 2014 december 2014 *basisniveau Doel van de praktijkleergang Ondernemingsrecht: Opfrissen van de huidige kennis van het ondernemingsrecht

Nadere informatie

Aandeelhouders STAK LOM

Aandeelhouders STAK LOM Memo Van : Joris de Leur Aan : Roelof van der Wielen (Uno Bedrijfsadviseurs) Datum : 16 februari 2017 Betreft : Realisatie LEM/LOM structuur Referentie : 225340/JL 1. Structuur 1.1. Uitgaande van een scheiding

Nadere informatie

1 Korte karakterisering personenvennootschap; haar plaats en betekenis in het Nederlandse ondernemingsrecht

1 Korte karakterisering personenvennootschap; haar plaats en betekenis in het Nederlandse ondernemingsrecht 1 Korte karakterisering personenvennootschap; haar plaats en betekenis in het Nederlandse ondernemingsrecht 1.1 Vennootschap is kapitaalvennootschap en personenvennootschap; korte karakteristiek van beide

Nadere informatie

Actualiteiten VOF, CV en maatschap. Matthijs van Rozen, notaris Arjen Westerdijk, advocaat

Actualiteiten VOF, CV en maatschap. Matthijs van Rozen, notaris Arjen Westerdijk, advocaat 1838 2016 Actualiteiten VOF, CV en maatschap Matthijs van Rozen, notaris Arjen Westerdijk, advocaat VOF, CV, maatschap 1838-1971 - 2011 -? Verouderde wetteksten Voorbeeld: Artikel 20 Wetboek van Koophandel:

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden De Europese Ministerraad hechtte op 25 juli 1985 zijn goedkeuring

Nadere informatie

Het Rapport van de Werkgroep personenvennootschappen: de belangrijkste voorgestelde wijzigingen in vogelvlucht

Het Rapport van de Werkgroep personenvennootschappen: de belangrijkste voorgestelde wijzigingen in vogelvlucht Mr DO Ohmann 1 Onder nem ing srecht Het Rapport van de Werkgroep personenvennootschappen: de belangrijkste voorgestelde wijzigingen in vogelvlucht 1 Inleiding In juni 2016 heeft de werkgroep personenvennootschappen

Nadere informatie

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met de modernisering van de vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen (Wet modernisering Vpb-plicht

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Dit artikel is gepubliceerd in het tijdschrift Juridisch up to Date, september 2008 Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Mr. dr. S. Parijs, CMS Derks Star Busmann

Nadere informatie

Nadere bestudering van de juridische merites en jurisprudentie leert, dat aan dit vraagstuk nogal wat haken en ogen zitten.

Nadere bestudering van de juridische merites en jurisprudentie leert, dat aan dit vraagstuk nogal wat haken en ogen zitten. FINANCIERING VAN GROOT ONDERHOUD In de praktijk komt het regelmatig voor, dat een ouder appartementengebouw dringend aan renovatie en/of groot onderhoud toe is. In die gevallen doet de Vergadering van

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 200607461/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma appellante,, gevestigd te tegen de uitspraak in zaak nos.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 873 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ter verduidelijking van de artikelen 297a en 297b Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING 1 Het advies

Nadere informatie

In het consultatiedocument ligt de nadruk op de volgende drie voorgestelde maatregelen:

In het consultatiedocument ligt de nadruk op de volgende drie voorgestelde maatregelen: Consultatie Wet nadere beloningsmaatregelen financiële sector Uwe Excellentie, Namens de Vereniging van Vermogensbeheerders & Adviseurs (hierna: VV&A ) willen wij graag reageren naar aanleiding van de

Nadere informatie

Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen

Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen INHOUDSOPGAVE Voorwoord Woord vooraf Lijst van afkortingen V XV XIX Hoofdstuk 1. Onderzoeksopzet 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Probleem en probleemstelling: verouderde rechtsvorm en vergaande aansprakelijkheid

Nadere informatie

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015

Corporate Governance. Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate Governance Privaatrechtelijk speelveld Master Class Corporate Governance Mr. Jaap Maris 21 april 2015 Corporate governance Relevante bronnen van regelgeving (in volgorde van belangrijkheid) (Uitgangspunt

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1996 1997 Nr. 352 24 139 Regels met betrekking tot naar buitenlands recht opgerichte, rechtspersoonlijkheid bezittende kapitaalvennootschappen die hun werkzaamheid

Nadere informatie

De juridische organisatie van de onderneming

De juridische organisatie van de onderneming De juridische organisatie van de onderneming prof. mr. A.F.M. Dorresteijn dr. R.H. van het Kaar Tiende herziene druk Deventer - 2008 INHOUDSOPGAVE Woord vooraf/v Lijst van gebruikte afkortingen / XI Hoofdstuk

Nadere informatie

Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober uur. Mr A.A.M. Ruys-van Essen

Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober uur. Mr A.A.M. Ruys-van Essen Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober 2015 12.30-13.30 uur Mr A.A.M. Ruys-van Essen Gerechtshof s-hertogenbosch, 24 september 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:3736 EERDERE SCHENKINGEN GEEN

Nadere informatie

Evaluatie gevolgen van invoering Titel 7.13 BW voor fiscale kwalificatie buitenlandse samenwerkingsverbanden

Evaluatie gevolgen van invoering Titel 7.13 BW voor fiscale kwalificatie buitenlandse samenwerkingsverbanden Evaluatie gevolgen van invoering Titel 7.13 BW voor fiscale kwalificatie buitenlandse samenwerkingsverbanden Inleiding en achtergrond Op het moment van het schrijven van dit artikel is de datum van invoering

Nadere informatie

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht (o.a. flex) 28 oktober 2010 door ( Rotterdam Ellen Timmer (kantoor Belangrijke veranderingen in het Nederlandse ondernemingsrecht, onder meer: flexibilisering

Nadere informatie

De CV/BV in vogelvlucht

De CV/BV in vogelvlucht Mr. O. Laan * De CV/BV in vogelvlucht In geval van publiek-private samenwerking bij gebiedsontwikkeling wordt vaak gebruikgemaakt van de zogenoemde CV/BV-constructie om de samenwerking te structureren.

Nadere informatie

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau

BENELUX COUR DE JUSTICE GERECHTSHOF. Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF Zaak A 98/2 Campina Melkunie / Benelux-Merkenbureau Nadere conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda (stuk A 98/2/17) GRIFFIE REGENTSCHAPSSTRAAT 39 1000 BRUSSEL

Nadere informatie

Bijlage. Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister

Bijlage. Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister Bijlage Antwoorden op de vragen Wetsartikelenregister Jurisprudentieregister Versie 2016/2017 1 Inleiding recht Antwoorden Hoofdstuk 1 Antwoord 1: B Antwoord 2: B Antwoord 3: wetten (regelgeving), verdragen,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994 1995 24 139 Regels met betrekking tot naar buitenlands recht opgerichte, rechtspersoonlijkheid bezittende kapitaalvennootschappen die hun werkzaamheid

Nadere informatie

8 De maatschap als meerpartijenovereenkomst

8 De maatschap als meerpartijenovereenkomst 8 De maatschap als meerpartijenovereenkomst De aansprakelijkheid van de individuele maat nader beschouwd J. Nijland 1 INLEIDING In 2007 1 besprak ik in deze serie de mogelijkheid van samenloop tussen de

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 25 OKTOBER 2013 F.12.0198.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.12.0198.F SUPER MARCHÉ SOVET nv, Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001320 200700456/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma Chinees Japans Specialiteitenrestaurant A., gevestigd

Nadere informatie

INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de naamloze vennootschap: N.V. UNIVÉ HET ZUIDEN SCHADEVERZEKERINGEN, gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend

Nadere informatie

Recht in je opleiding

Recht in je opleiding Verbintenissenrecht el ondernemingsrecht Mr. C.W. de Ruiter Mr. R. Westra Tweede druk Boom Juridische uitgevers Den Haag 201 o Inhoud VERBINTENISSENRECHT I I.I 1.2 i-3 1.4 1.6 i-7 1.8 1.9 I.IO in het recht

Nadere informatie

SAMENWERKINGSMODALITEITEN STEDELIJKE VERNIEUWING DEN HELDER

SAMENWERKINGSMODALITEITEN STEDELIJKE VERNIEUWING DEN HELDER bureau vaor ru~mtclijke processen SAMENWERKINGSMODALITEITEN STEDELIJKE VERNIEUWING DEN HELDER Den Haag, 10 oktober 2006 Auteurs: Arjan Bregman Status: Concept Kenmerk: MP16O-samenwerkingsmodaliteiten.1482

Nadere informatie

College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen

College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen College Inleiding rechtspersonen en personenvennootschappen; oprichting van rechtspersonen Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 26 januari 2010 van 19.00-20.30 uur 1. Begrippen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 179 Wijziging van de Handelsregisterwet 2007, de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme en enkele andere wetten in verband

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 987 Voorstel van wet van de leden Berndsen-Jansen, Recourt en Van Oosten tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet

Nadere informatie

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht

Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Mr. CW.de Ruiter Mr. R.Westra Derde druk Boom Juridische uitgevers Den Haag Inhoud I VERBINTENISSENRECHT in het recht Recht en rechtsbronnen Wetten Verdragen Jurisprudentie

Nadere informatie

Datum 11 maart 2011 Betreft: Beperking van de aansprakelijkheid van de financiële toezichthouders

Datum 11 maart 2011 Betreft: Beperking van de aansprakelijkheid van de financiële toezichthouders > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 'S-GRAVENHAGE Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.minfin.nl

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Woord vooraf / V. Lijst van gebruikte afkortingen / XIII. HOOFDSTUK 1 Enkele begrippen / 1

INHOUDSOPGAVE. Woord vooraf / V. Lijst van gebruikte afkortingen / XIII. HOOFDSTUK 1 Enkele begrippen / 1 INHOUDSOPGAVE Woord vooraf / V Lijst van gebruikte afkortingen / XIII HOOFDSTUK 1 Enkele begrippen / 1 1.1 Onderneming / 1 1.2 Juridische organisatie / 3 1.3 Zeggenschap / 5 1.4 Ondernemingsvermogen /

Nadere informatie

Welkom namens. Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken. Rob Beks

Welkom namens. Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken. Rob Beks Welkom namens Bestuurdersaansprakelijkheid in incassozaken Rob Beks Onderwerpen Wat is bestuurdersaansprakelijkheid Soorten bestuurdersaansprakelijkheid Uitkeringstoets (nieuwe) BV-recht Vragen Wat is

Nadere informatie

Opfriscursus VOF, Maatschap en CV. 7 oktober 2015 mr. E.J. Loor

Opfriscursus VOF, Maatschap en CV. 7 oktober 2015 mr. E.J. Loor Opfriscursus VOF, Maatschap en CV 7 oktober 2015 mr. E.J. Loor I INLEIDENDE OPMERKINGEN Maatschap, VOF en CV Drie contractuele samenwerkingsvormen: de maatschap de vennootschap onder firma (VOF) de commanditaire

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve07001324 200608064/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, appellant, tegen

Nadere informatie

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012)

WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) WELKE JAS DRAAGT UW BEDRIJF? (UITGAVE 2012) Met jas bedoelen wij het juridische jasje, oftewel de rechtsvorm. Inleiding Het Nederlandse recht kent (onder meer) de volgende rechtsvormen: 1. eenmanszaak;

Nadere informatie

De personenvennootschap

De personenvennootschap s t u d i e p o c k e t s#p r iv a a t r e c h t De personenvennootschap 4e druk Prof. mr. M.J.A. van Mourik 1993 W.E.J. Tjeenk Willink Zwolle Inhoudsopgave Lijst van afkortingen XII A. ALGEMEEN DEEL I.

Nadere informatie

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven'

Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' Update ' toezicht op bestuur in relatie tot de rol van participatiemaatschappijen in hun portefeuillebedrijven' 1 Toezicht op bestuur Op 31 mei 2011 is het wetsvoorstel bestuur en toezicht (het "Wetsvoorstel")

Nadere informatie

College Vertegenwoordiging en. tegenstrijdig belang

College Vertegenwoordiging en. tegenstrijdig belang College Vertegenwoordiging en tegenstrijdig belang Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 9 februari 2010 van 19.00-20.30 uur Vertegenwoordiging en tegenstrijdig belang 1. Bestuur

Nadere informatie

Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten.

Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten. Recht les 1 Verplichtingen van de ondernemer - Publicatieplicht - Administratieplicht - Instellen OR Rechtspersoon = Dat is aansprakelijk dus niet de mensen die erachter zitten. Ondernemingsvormen zonder

Nadere informatie

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Auteur: Mr. T.L.C.W. Noordoven[1] Hoge Raad 23 maart 2012, JAR 2012/110 1.Inleiding Maakt het vanuit het oogpunt

Nadere informatie

Pagina 1/13. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure. Datum:

Pagina 1/13. Besluit Openbaar. 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure. Datum: Ons kenmerk: Zaaknummer: Datum: ACM/DC/2015/207679_OV 15.1185.20 15 december 2015 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op grond van artikel 2.9 Wet handhaving consumentenbescherming tot het opleggen

Nadere informatie

GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID

GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID GRONDSLAGEN BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID EEN MAATPAK VOOR DE BOARD ROOM D.A.M.H.W. Strik Kluwer - Deventer - 2010 Inhoudsopgave Lijst van gebruikte afkortingen XIII Hoofdstuk 1 Inleiding 1 1.1 Ter introductie

Nadere informatie

Wijziging van artikel 15ad Wet Vpb Einde aan de excessen of onnodig complexe wetgeving?

Wijziging van artikel 15ad Wet Vpb Einde aan de excessen of onnodig complexe wetgeving? Wijziging van artikel 15ad Wet Vpb Einde aan de excessen of onnodig complexe wetgeving? (verkorte versie ten behoeve van de internetconsultatie Enkele wijzigingen van specifieke renteaftrekbeperkingen

Nadere informatie

Twee aspecten van het begrip tegenstrijdig belang

Twee aspecten van het begrip tegenstrijdig belang Dit artikel uit is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme bezoeker Twee aspecten van het begrip tegenstrijdig belang Inleiding Met het arrest van de Hoge Raad van 3 mei 2002, het

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie