VOLWASSENENONDERWIJS. Technisch. Lineaire opleiding HOKTSP. 2-jarige opleiding. 960 lestijden ELEKTRONICA. (Nieuw) Organisatie: Onderwijsniveau: Duur:



Vergelijkbare documenten
Elektronica monteur, Technicus Elektronica

Hoofdstuk 1: De OPAMP

Fig. 5.1: Blokschema van de 555

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Vermogenelektronica Code 7371 Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 160 studiebelasting

ECTS-fiche. Elektro-mechanica HBO5. toegepaste mechanica

Overzicht modulefiches Elektromechanica TSO3

Analoge en Digitale Elektronica

1 Gelijkstroomkringen 17

Lijst mogelijke examenvragen Analoge Elektronica

ECTS-fiche. 1. Identificatie HBO5. Code 7368 Lestijden 80 Studiepunten n.v.t. 100% Ingeschatte totale 160 studiebelasting

GEÏNTEGREERDE PROEF. VTI Sint-Laurentius. Pakketweegschaal. Industriële informatie & communicatietechnologie SCHOOLJAAR

Labo digitale technieken

Inleiding elektronica Presentatie 1

4.3.7 De triodengrootheden versus de anodestroom De dissipatie en het vermogen De statische triodenkarakteristieken van

INLEIDING. Veel succes

Elektrische Netwerken

HOOFDSTUK 3: Netwerkanalyse

Elektronische Basisschakelingen Oefenzitting 1

Klasse B versterkers

ECTS-fiche HBO5 100 %

HOOFDSTUK 2: Elektrische netwerken

Uitwerking studie stimulerende toets Embedded Signal Processing (ESP)

Inleiding Digitale Techniek

Logische Schakelingen

Hoofdstuk 7: Algemene versterkingstechniek

TENTAMEN Versterkerschakelingen en Instrumentatie (EE1C31)

2 Elementaire bewerkingen

Operationele versterkers

BSO TWEEDE GRAAD. vak TV ELEKTRICITEIT 2000/057. (vervangt 98036) 1 u/week. IT-e

Bijlage 11 - Toetsenmateriaal

vanwege het hoge rendement weinig warmte-ontwikkeling vanwege de steile schakelpulsen genereert de schakeling sterke hf-stoorsignalen

Condensator = passieve component bestaande uit 2 geleiders (platen) met een isolator/diëlectricum(lucht, papier, kunststoffen) tussen.

In- en uitgangssignalen van microprocessoren

Schakelcursus Elektrotechniek

V: Snelheidsregeling van DC-motor

VOLWASSENENONDERWIJS

De Arduino-microcontroller in de motorvoertuigentechniek (3)

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission of the publisher.

Hoofdstuk 4: Gestabiliseerde voedingen

Formularium Elektronische Systemen en Instrumentatie. Hanne Thienpondt

Sensoren Introductie Weerstandtechniek Brug van Wheatstone Basis Opamp schakelingen Opampschakelingen voor gevorderden

Theory DutchBE (Belgium) Niet-lineaire dynamica in elektrische schakelingen (10 punten)

De overgang van een gelineariseerde schakeling naar signaalverwerkingsblok

Onderzoek werking T-verter.

STROOMSENSOR BT21i Gebruikershandleiding

Inductiemeter via de parallelle poort

Digitale systemen. Hoofdstuk De digitale regelaar

Hybride voertuigen (2)

Hoofdstuk 5: Signaalverwerking

Digitaal is een magisch woord

Pajottenlandse Radio Amateurs. De multimeter

Referentieniveaus uitgelegd. 1S - rekenen Vaardigheden referentieniveau 1S rekenen. 1F - rekenen Vaardigheden referentieniveau 1F rekenen

WISKUNDE D HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Praktijkinstructie Industriële automatisering 3 (ICT09.3/CREBO:53270)

De AT90CAN microprocessor van ATMEL in de motorvoertuigentechniek (3)

Inleiding Digitale Techniek

DR-ET1-X. Deelreglement Elektrische schema- en schakeltechniek ET-1

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 1 september 2007 STUDIEGEBIED ICT. Modulaire opleiding Informatica: Programmeren AO IC 002

Slimme schakelingen (2)

Hoofdstuk 4. Digitale techniek

Hoofdstuk 5: Laagfrequent vermogenversterkers

EXAMENONDERDEEL ELEKTRONISCHE INSTRUMENTATIE (5GG80) gehouden op maandag 2 mei 2005, van 9.00 tot uur.

Universiteit Twente EWI. Practicum ElBas. Klasse AB Versterker

De transferfunctie of de versterkingsfactor van een schakeling is gelijk aan de verhouding van de uitgangsspanning op de ingangsspanning.

ECTS-fiche. 1. Identificatie. HBO5 Mechanica sterkteleer Code 7363 Lestijden 80 Studiepunten n.v.t. 100% Ingeschatte totale 160 studiebelasting

Zelf een hoogspanningsgenerator (9 kv gelijkspanning) bouwen

Hoofdstuk 2 Elektronische Systemen en Instrumentatie

Schakelcursus Elektrotechniek

Technische Opleidingen

Update B van 13 /11/ 2009: in versie A van 3 /11 /2009 fout voeding LM324

Elektrische Netwerken 27

Studiewijzer Inleiding Digitale Techniek, versie 1.6, , J.E.J. op den Brouw

ACE-GROEP T Centrum voor Volwassenenonderwijs. Vesaliusstraat Leuven. Telefoon: 016/ Fax: 016/ Leerplan. Graduaat Elektronica

VOLWASSENENONDERWIJS

Engineering Embedded Systems Engineering

Inleiding Digitale Techniek

Alternator 1. De functie van de wisselstroomgenerator of de alternator 2. De werking/ basisprincipe van de wisselstroomgenerator

Algemene beschrijving van de regelprogramma's

Praktisch bestaan er enkele eenvoudige methoden om een decimaal getal om te zetten naar een binair getal. We bespreken hier de twee technieken.

Hoofdstuk 4: De gelijkrichting

ZEKER WERK STERK AFDELING ELEKTRICITEIT ELEKTRICITEIT ELEKTRONICA TECHNISCH TWEEDE EN DERDE GRAAD

9.2 Bepaal de harmonische tijdsfuncties die horen bij deze complexe getallen: U 1 = 3 + 4j V; U 2 = 3e jb/8 V; I 1 =!j + 1 ma; I 2 = 7e!jB/3 ma.

Leren over het leerdoel van de praktische opdracht en de komende lessen.

spanning. * Deel het verschil daarvan en deel dat getal door de gewenste stroom om de weerstandswaarde te krijgen.

Tentamen Elektronische Signaalbewerking (ET2405-D2) 25 augustus 2008, 14:00 17:00 uur. [Nienke, gefeliciteerd met je verjaardag!]

DR-ET2-X. Deelreglement Toegepaste Elektrische aandrijving en besturingstechniek (ET-2)

Elektronicapracticum. een toepassing van complexe getallen. Lesbrief

Inhoudsopgave De condensator

Hoofdstuk 3: JFET-versterkerschakelingen

Logische functies. Negatie

Hoofdstuk 2: Praktische opampschakelingen 1

GESTABILISEERDE VOEDING

Inleiding Vermogenversterkers en de Klasse A versterker

Rekenkunde, eenheden en formules voor HAREC. 10 april 2015 presentator : ON5PDV, Paul

1 Inleiding proportionaal-hydrauliek

Inhoud Auteurs IV Woord vooraf V

Meettechniek en regelaars

Alles op de kop. Dobbelsteen D02i werkt precies andersom! Johan Smilde

Opgaven bij hoofdstuk 12

Opleiding. Elektromechanica. Code. Da2 PLC. Academiejaar Semester: - 5&6 avondtraject. Studieomvang. 6 studiepunten.

Transcriptie:

VOLWASSENENONDERWIJS Organisatie: Lineaire opleiding Onderwijsniveau: HOKTSP Duur: 2-jarige opleiding Aantal lestijden: 960 lestijden Studiegebied: Technisch Afdeling: ELEKTRONICA Vakken: AV Hogere algebra 80/0/ lt TV Elektriciteit 80/0 lt TV Algemene elektronica 160/0 lt TV Labo elektronica 120/120 lt TV Technologie 40/0 lt TV Industriële regeltechniek 0/80 lt TV Toegepaste elektronica 0/80 lt TV Microcomputer technieken 0/80 lt TV Automatisering 0/80 lt TV Kostprijsberekening 0/40 lt Leerplannummer: 2003/798L (Nieuw) Nummer Inspectie: 02-03/581/G

OSP HOKT Categorie: Technisch 1 INHOUD Visie... 2 Beginsituatie... 3 Algemene doelstellingen... 4 Leerplandoelstellingen / leerinhouden... 5 Hogere Algebra 80 lt... 5 Elektriciteit 80 lt... 6 Algemene Elektronica - deel Analoge Technieken 160 lt... 7 Algemene Elektronica - deel Digitale Technieken...12 Technologie 40 lt...16 Labo Elektronica 1 e jaar - analoge technieken/digitale technieken 120 lt...19 Toegepaste Elektronica 80 lt...23 Labo Elektronica 2 de jaar - deel toegepaste elektronica 120 lt...29 Labo Elektronica 2 de jaar - deel regeltechniek...31 Industriële Regeltechniek 80 lt...33 Automatisering 80 lt...36 Microcomputertechnieken 80 lt...40 Kostprijsberekening 40 lt...43 Lessentabel...46 Elektronica 1 e studiejaar 12 lestijden per week...46 Elektronica 2 e studiejaar 12 lestijden per week...47 Methodologische wenken...48 Pedagogisch-didactische wenken...48 Didactische hulpmiddelen...49 Evaluatie...50 Bibliografie...51

OSP HOKT Categorie: Technisch 2 VISIE Profiel van de gegradueerde in de Elektronica: De opleiding van de gegradueerde in de Elektronica beoogt duidelijk de bedrijfstechnische vorming tot een uitvoerend niveau met hoge deskundigheid. De gegradueerde moet kunnen doorgroeien tot middenkaders in grote ondernemingen en topkaders in kleine tot middelgrote ondernemingen. Uit het beroepsgerichte karakter van deze opleiding mag niet geconcludeerd worden dat het beroepsprofiel een alles determinerende factor is. Ook de persoonlijkheidsvorming moet de nodige aandacht krijgen, o.a. door het aanleren van kritisch constructieve attitudes t.o.v. maatschappelijke problemen. In dit perspectief kunnen we in het profiel van gegradueerde in de Elektronica drie fundamentele aspecten onderscheiden die elk een deel van het vereiste leerpakket bepalen. A. De polyvalente basisvorming. De gediplomeerde moet de nodige basiskennis meekrijgen om zich te kunnen verder specialiseren voor zijn specifieke taak in het bedrijf en om zich te kunnen aanpassen aan de snelle evolutie. Essentieel voor de basisvorming is: - wiskundige vorming - communicatievaardigheden - bedrijfstechnische vorming - aankweken van de veiligheidsreflex. B. Een beroepsgerichte vorming met het oog op later te vervullen functies. - ontwerpen, ontwikkelen - ondersteuning en opleiding van uitvoerders - commercieel-technische ondersteuning - toezicht houden op veiligheid met de welzijnswet als fundamenteel gegeven. C. Een persoonlijkheidsvorming. Naarmate de professionele bekwaamheid toeneemt, wordt meestal ook de verantwoordelijkheid groter. Dit vereist de dwingende eigenschap om zich voortdurend aan te passen en zich bij te werken in nieuwe situaties en innovaties, met name door bijscholing en of zelfstudie. Het bijbrengen van deze attitudes moet een geïntegreerd deel van de opleiding vormen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 3 BEGINSITUATIE De toelatingsvoorwaarden zijn decretaal bepaald: - wie een diploma of getuigschrift van het algemeen of technisch secundair onderwijs heeft behaald, of - wie een diploma of getuigschrift van een hoger secundaire technische leergang (HSTL) heeft behaald, of - wie een brevet van het aanvullend secundair beroepsonderwijs (7 de leerjaar) heeft behaald, of - wie 21 jaar is en slaagt voor een toelatingsexamen. Er wordt geen bijkomende voorkennis vereist.

OSP HOKT Categorie: Technisch 4 ALGEMENE DOELSTELLINGEN De opleiding zelf stelt zich tot doel een volwaardig diploma Hoger Onderwijs van het Korte Type af te leveren en cursisten met voorkennis bij te scholen in hun specialiteit of in een andere discipline zodat ze zich kunnen kwalificeren als hooggeschoolde technici. De THOKT-OSP cursist krijgt een praktische opleiding, onderbouwd door een brede theoretische achtergrond, waarbij uitdrukkelijk geleerd wordt een verband te leggen tussen theorie en praktijk. De theorie staat steeds ten dienste van de praktische werkelijkheid. De afgestudeerde moet in staat zijn elektronische kringen te ontwerpen, te realiseren, te onderhouden en te beheren, dit zowel op het procesniveau als op het elektronisch niveau. De opleiding richt zich op het begrijpen en analyseren, het economisch verantwoord ontwerpen en realiseren van elektronische systemen in de domeinen van de automatisering. Het begrijpen omvat vooreerst de basiskennis van elektriciteit, elektronica, analoge en digitale technieken, technologie van de componenten en wiskunde. Het omvat vervolgens een kennisverruiming met betrekking tot bouwelementen en systemen, schemaanalyse, industriële elektriciteit, vermogenselektronica, digitale signaalverwerking, regeltechniek, PLCtechnieken, microprocessoren en controllers. Het realiseren omvat voornamelijk laboratoriumoefeningen i.v.m. analoge en digitale technieken, PLCautomatisering, regeltechniek en microprocessor en controllertechnieken. Ook de industriële informatica komt aan bod onder de vorm van CAE en CAD. Het is de bedoeling om de cursisten in het van kostprijsberekening een inzicht te verschaffen in de kostenbepalende factoren binnen een bedrijf, zij doen dit voornamelijk aan de hand van rekenvoorbeelden en oefeningen. Het opleidingsconcept is uitgewerkt in twee basis pijlers: A. ALGEMENE BASISVORMING Dit moet de cursist in staat stellen om met eenzelfde voorkennis aan het 2 de jaar te beginnen. Voornamelijk de verschillen tussen algemeen en technisch secundair onderwijs worden hier weggewerkt. Voor de cursist die reeds geruime tijd is afgestudeerd en in het bezit is van een diploma secundair onderwijs, bieden we zo de mogelijkheid om de wetenschappelijke basis opnieuw in te oefenen. B. TECHNOLOGISCHE VERDIEPING Dit gedeelte beoogt een grondige kennis van de analoge en digitale technieken als voorbereiding tot de meer specifieke vakken. De theoretische vorming en praktische oefeningen worden gedeeltelijk geïntegreerd aangeboden. Hierdoor wordt het praktisch werk beklemtoond. Het labo- en projectwerk neemt een belangrijke plaats in. Een hooggeschoolde technicus moet inzicht hebben in projectorganisatie, planning, veiligheid en kwaliteit.

OSP HOKT Categorie: Technisch 5 / HOGERE ALGEBRA 80 LT 1 - alle bewerkingen met de complexe getallen. 1 Complexe getallen - toepassen van de complexe getallen op de wisselstroomtheorie; - parallelschakelingen - faseverschuivingen. 2 - oefeningen oplossen wat betreft de afgeleiden van functies. 2 Afgeleiden van functies - vraagstukken oplossen over maxima en minima. 3 - oefeningen met logaritmen; Neperiaanse, Brigse e.a. 3 Logaritmen 4 - oefeningen oplossen wat betreft de integralen van functies. - oplossen van vraagstukken betreffende oppervlakteberekening met behulp van de integralen. 4 Integralen - integratie door substitutie - partiele integratie

OSP HOKT Categorie: Technisch 6 ELEKTRICITEIT 80 LT 1 - kringen oplossen met weerstanden en gelijkspanningsbronnen. 1 Herhaling gelijkstroomtheorie 2 - oplossen van serieschakelingen, resonantieschakelingen, parallelschakelingen in de wisselstroomtheorie. 2 Wisselstroomtheorie 3 - tekenen het vectordiagram van serie- en parallelschakelingen in de wisselstroomtheorie. 3 Tekenen van vectordiagram 4 - oplossen van wisselspanningskringen met behulp van complexe getallen. 4 Complexe getallen 5 - theorie en oefeningen over de transformator toepassen 5 Transformator 6 - werking verklaren van de verschillende draaistroommotoren. 6 Wisselstroommotoren

OSP HOKT Categorie: Technisch 7 ALGEMENE ELEKTRONICA DEEL ANALOGE TECHNIEKEN 160 LT 1 - het begrip elektrische energie in een kring toelichten en berekenen. - het begrip elektrische stroom in een kring toelichten en berekenen. - de wet van Ohm in elektrische netwerken toepassen. - de stelling van Thévenin in elektrische netwerken toepassen. - het gebruik van spanningsdelers in onbelaste en belaste toestand verklaren en toepassen. 1 Elektrische grootheden 1.1 Elektrische energie 1.2 Elektrische stroom 1.3 Wet van Ohm 1.4 Stelling van Thévenin 1.5 Spanningsdelers 1.6 Elektrisch vermogen 1.7 Elektrische bronnen - de vermogendissipatie in een weerstand toelichten en toepassen. - het begrip stroom- en spanningsbron verklaren. 2 2 Stroomgeleiding - de voorstelling van een halfgeleiderkristal tekenen en toelichten. - het begrip elektrische stroom in zuiver en gedopeerd Si verklaren. 2.1 Stroomgeleiding doorheen geleiders 2.2 Stroomgeleiding doorheen halfgeleiders - het ontstaan van een PN-junctie aantonen. - het gedrag van een PN-overgang als schakelaar verklaren. 3 3 Passieve lineaire componenten - een weerstandslijn in een assenstelsel tekenen. 3.1 Fundamentele begrippen over weerstanden

OSP HOKT Categorie: Technisch 8 - een belastingslijn construeren en het instelpunt bepalen. - weerstanden indelen naar hun specifieke kenmerken. 3.2 Fundamentele begrippen over condensatoren 3.3 Fundamentele begrippen over spoelen - het begrip capaciteit van een condensator verklaren en toepassen. - het laadproces in een RC-keten met constante spanningsbron verklaren en toepassen. - het ontlaadproces in een RC-keten met constante spanningsbron verklaren en toepassen. - het begrip zelfinductiespanning verklaren en toepassen. - het laden en ontladen van een spoel verklaren en grafisch weergeven. 4 4 Dioden - de werking van een diode verklaren. - de karakteristieken van een diode interpreteren en tekenen. - het onderscheid tussen de statische en dynamische weerstand van een diode aantonen. 4.1 Diodekarakteristieken 4.2 Diode als kringelement 4.3 Diode in begrenzerschakelingen - de vervangschema s van een diode aangeven en toepassen. - de vermogendissipatie in een diode verklaren en toepassen. - de temperatuurafhankelijkheid van de diodekarakteristiek toelichten. - het instelpunt van een diode in een DC-keten bepalen. - het instelpunt van een diode in een AC-keten bepalen. - het gedrag van een diode in een begrenzerschakeling verklaren en grafisch uitwerken.

OSP HOKT Categorie: Technisch 9 5 - het stroomverloop in een eenfasige gelijkrichtschakeling afleiden. - de werking van eenfasige gelijkrichtschakelingen verklaren. - het stroomverloop in een eenfasige gelijkrichtschakeling afleiden. - de werking van afvlakschakelingen met filter verklaren. - elementaire berekeningen op eenfasige gelijkrichtschakelingen uitvoeren. 5 Gelijkrichterschakelingen 5.1 Eenfasige enkelzijdige gelijkrichting 5.2 Eenfasige dubbelzijdige gelijkrichting 5.3 Afvlakschakelingen met C-filter 5.4 Afvlakschakelingen met RC-filter 5.5 Afvlakschakelingen met LC-filter 5.6 Spanningsvermenigvuldigers 5.7 Driefasige gelijkrichterschakelingen - filtercomponenten berekenen. - de werking van spanningsvermenigvuldigers verklaren en hun schema tekenen. - het schema van een driefasige gelijkrichtschakeling tekenen. 6 6 Zenerdiode - de spanning-stroomkarakteristieken van Zenerdioden verklaren. - de karakteristieke grootheden van een Zenerdiode definieren. 6.1 Spanning-stroomkarakteristieken 6.2 Karakteristieke grootheden 6.3 Spanningsstabilisatie - het principe van spanningsstabilisatie grafisch afleiden. - de Zenerdiode als spanningsreferentiebron toelichten. - een spanningsstabilisator met Zenerdiode ontwerpen. - de gegevens van Zenerdiodes in databladen interpreteren. 7 7 Bipolaire transistoren - de elementaire werking van een transistor verklaren. - de elementaire transistor vergelijkingen toepassen. 7.1 Werking van een transistor 7.2 Statische transistorkarakteristieken

OSP HOKT Categorie: Technisch 10 - de statische transistorkarakteristieken verklaren en grafisch weergeven. - belastingslijnen construeren en instelpunten bepalen. - de versterkingsfactoren van een transistorversterker grafisch afleiden. - de instelparameters voor een GES-schakeling berekenen. - de stabilisatie van het instelpunt verklaren. 7.3 Belastingslijnen 7.4 Grafische afleiding van de versterking 7.5 Instellen van een transistor in GES 7.6 Stabilisatie 7.7 Transistor als wisselspanningsversterker 7.8 Signaalvervangingsschema 7.9 Transistor als gelijkspanningsversterker - de transistor als wisselspanningsversterker grafisch verklaren en de versterkingsfactoren afleiden. - het h-parameter model van een eenvoudige versterker tekenen. - koppel- en ontkoppelcondensatoren berekenen. - het principe van een transistor gelijkspanningsversterker verklaren. 8 8 Bipolaire transistor als schakelaar - de schakeleigenschappen van een elektronische schakelaar benoemen. - de schakeltijden aangeven en verklaren. 8.1 Schakelkarakteristiek van een schakelaar 8.2 Schakeltijden 8.3 Vermogendissipatie tijdens het schakelen - de vermogendissipatie bij verschillende belastingsvormen bespreken. 9 9 Unipolaire transistoren - de elementaire werking van een JFET verklaren. - de elementaire werking van een MOSFET verklaren. - de verschilpunten tussen bi- en unipolaire transistoren aangeven. 9.1 Werking van de JFET 9.2 Werking van de MOSFET 9.3 Toepassingen met FET s

OSP HOKT Categorie: Technisch 11 - de verschilpunten tussen JFET en MOSFET aangeven. - de statische karakteristieken verklaren en grafisch weergeven. - belastingslijnen construeren en instelpunten bepalen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 12 ALGEMENE ELEKTRONICA DEEL DIGITALE TECHNIEKEN 1 - zich een algemeen begrip vormen van informatieverwerking. - een informatieverwerkingssysteem beschrijven. - analoge en digitale signalen onderscheiden. - het binair talstelsel toepassen. - het verloop van een digitaal signaal voorstellen. 1 Voorstelling van informatie 1.1 Informatie 1.2 Verschil analoge en digitale informatie 1.3 Voordelen van digitale signalen 1.4 Tweewaardige elementen 1.5 Binair talstelsel 1.6 Transmissie van digitale signalen 2 - de eigenschappen, de logische vergelijkingen en de tekensymbolen van de basispoorten en afgeleide poorten begrijpen en toepassen. - bij gegeven ingangssignalen het uitgangssignaal afleiden voor de verschillende typen van poorten. - uit een gegeven waarheidstabel de logische vergelijking afleiden. - van een gegeven praktisch probleem de logische vergelijking opstellen, zelfs indien het een probleem in tekstvorm betreft. 2 Binaire poorten en basisfuncties 2.1 Binaire logica 2.2 Waarheidstabel en tijdsdiagram 2.3 Elementaire basisfuncties en basispoorten 2.4 Afgeleide basisfuncties en afgeleide poorten 2.5 Verband tussen de logische vergelijking, het schema, de waarheidstabel en het tijdsdiagram 2.6 In- en uitgangspolariteit van logische componenten - een eenvoudige logische vergelijking uitwerken tot een praktisch te realiseren schema. - het tijdsvolgorde diagram opstellen van een eenvoudig probleem.

OSP HOKT Categorie: Technisch 13 3 3 Vereenvoudigen van logische functies 4 4 Talstelsels - de opbouw van een talstelsel voorstellen. - de omzetting van het ene talstelsel naar het andere uitvoeren. 4.1 Talstelsels DEC-BIN-HEX 4.2 Conversiemethodes tussen de verschillende stelsels 4.3 Voorstelling van positieve en negatieve getallen - positieve en negatieve getallen voorstellen en omrekenen volgens de drie gangbare methodes. 5 5 Codes en codeomvormers - een gegeven decimaal, binair of hexadecimaal getal om zetten in BCD-voorstelling. - de drie meest gebruikte BCD-codes uitschrijven. 5.1 Numerische codes 5.2 Alfanumerische codes 5.3 Codeomvormers - de transformatie van een decimaal-, binair- of hex-gegeven naar ASCII-voorstelling uitvoeren, en omgekeerd. - zelf een eenvoudige combinatorische codeomvormer analyseren en/of ontwerpen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 14 6 - een logische vergelijking theoretisch uitwerken met digitale bouwstenen zodat ze kan gerealiseerd worden met zo weinig mogelijk componenten. - de meest geschikte keuze van de te gebruiken I.C. s maken. - de juiste in- en uitgangskring kiezen. 6 Ontwerp van combinatorische schakelingen 6.1 Ontwerpprocedure 6.2 Ontwerp met basispoorten 6.3 Ontwerp met NOF-poorten 6.4 Ontwerp met NEN-poorten 6.5 Ontwerpvoorbeelden 7 - de werking van een comparator begrijpen. - aan de hand van databladen de mogelijkheden van een bepaalde comparator opzoeken. - een comparator toepassen in een praktische schakeling. 7 Comparatoren 7.1 1-bit comparator 7.2 2-bit comparator 7.3 4-bit comparator 7.4 74xx85 magnitude comparator 8 - de inwendige opbouw van een multi-/demultiplexer begrijpen. - de verschillende mogelijkheden van een praktische schakeling kunnen ontleden. 8 Multiplexer en demultiplexer 8.1 4 naar 1 multiplexer 8.2 1 naar 4 demultiplexer 8.3 elementaire datacommunicatie - een multi-/demultiplexer schakelen in de verschillende toepassingsgebieden. - een praktische toepassing zelf ontwerpen en realiseren. 9 9 Flipflops - de eigenschappen van de verschillende soorten flipflops benoemen. - de eigenschappen van een flipflop afleiden uit de toestandentabel of uit de karakteristieke tabel. 9.1 SR flipflop 9.2 Anti-dender schakeling 9.3 Startstop schakeling 9.4 Links/rechts sturing met vergrendeling

OSP HOKT Categorie: Technisch 15 - de eigenschappen van een flipflop bepalen uit het functiesymbool. - de werking van een flipflop analyseren in een bestaande schakeling. 9.5 JK flipflop 9.6 D flipflop 9.7 D latch - voor een bepaalde toepassing de meest geschikte flipflop kiezen. 10 10 Tellers - de principeschakelingen van de verschillende soorten tellers herkennen in een bepaald I.C. - van een bestaand I.C. opzoeken hoe hij moet gestuurd en verbonden worden om een bepaalde telfunctie te realiseren. 10.1 Geïntegreerde synchrone tellers 10.2 Geïntegreerde asynchrone tellers 10.3 Ontwerp van synchrone tellers - dit aan de hand van een schakeling, tijdvolgordediagrammen, functietabel en het functiesymbool. - de functietabellen zelf opstellen na een theoretische studie van de schakeling. - tijdvolgordediagrammen ontleden en zelf afleiden. - meerdere I.C. s in cascade schakelen om de telcapaciteit uit te breiden. - eenvoudige praktijkschakelingen zelf ontwerpen m.b.v. de gegevens verstrekt door de fabrikant.

OSP HOKT Categorie: Technisch 16 TECHNOLOGIE 40 LT 1 - de uitvoeringsvormen van vaste weerstanden aanduiden. - de E-reeksen toepassen. - het kleurcodesysteem hanteren. - de belastbaarheid van vaste weerstanden bepalen. 1 Technologie van lineaire weerstanden 1.1 Indeling 1.2 Uitvoeringsvormen 1.3 Standaardwaarden 1.4 Kleurcodesysteem 1.5 Belastbaarheid 2 - de uitvoeringsvormen van potentiometers aanduiden. - de karakteristieken bespreken en tekenen. 2 Technologie van variabele weerstanden 2.1 Uitvoeringsvormen van potentiometers 2.2 Uitvoeringsvormen van trimmers - de belastbaarheid berekenen. 3 3 Technologie van condensatoren - de verschillende uitvoeringsvormen van condensatoren aanduiden. - hun voornaamste eigenschappen bespreken. - het begrip verliesfactor verklaren. - het gedrag van een condensator in een wisselstroomketen bespreken. - de wisselstroomweerstand van een condensator bepalen. - het kleurcodesysteem praktisch gebruiken. 3.1 Indeling 3.2 Verliesfactor 3.3 Papier- en MP-condensator 3.4 Kunststofcondensatoren 3.5 Keramische condensatoren 3.6 Elektrolytische condensatoren 3.7 Tantalium condensatoren 3.8 Kleurcode 3.9 Variabele condensatoren

OSP HOKT Categorie: Technisch 17 4 - de verschillende uitvoeringsvormen van spoelen aanduiden. - hun voornaamste eigenschappen bespreken. - het vervangschema tekenen en verklaren. - het gedrag van een spoel in een wisselstroomketen bespreken. - de wisselstroomweerstand van een spoel bepalen. - het begrip nettransformator formule technisch verklaren. 4 Technologie van spoelen 4.1 Indeling 4.2 Symbolen 4.3 Vervangschema 4.4 Nettransformator 4.5 Aanpassingstransformator 4.6 Spaartransformator 4.7 Relais - het begrip spaartransformator verklaren. - het begrip aanpassingstransformator verklaren. - het begrip relais verklaren. 5 5 Passieve niet-lineaire componenten - de verschillende uitvoeringsvormen van NTC- en PTC-weerstanden aanduiden. - de weerstand-temperatuurkarakteristiek van NTC- en PTCweerstanden tekenen en verklaren. - de spanning-stroomkarakteristiek van NTC- en PTC-weerstanden tekenen en verklaren. - via het tekenen van belastingslijnen toepassingen oplossen. 5.1 NTC-weerstanden 5.2 PTC-weerstanden 5.3 VDR-weerstanden 5.4 MDR-weerstanden 5.5 LDR-weerstanden 5.6 Hall-sensoren - de verschillende uitvoeringsvormen van VDR-weerstanden aangeven. - de spanning-stroomkarakteristiek van een VDR-weerstand verklaren en grafisch weergeven. - het Halleffect verklaren. - de U/B-karakteristiek van een Hallsensor tekenen en

OSP HOKT Categorie: Technisch 18 verklaren. - een aantal uitvoeringsvormen opsommen. - een aantal toepassingen bespreken en verklaren. - het principe van de MDR verklaren. - de weerstandslijn van een MDR tekenen en bespreken. - het inwendig foto-elektrisch effect verklaren. - de weerstand-belichtingssterktekarakteristiek tekenen en verklaren. - een aantal toepassingen bespreken en verklaren. 6 6 Bijzondere dioden - het Schottky-effect verklaren en bespreken. - de stroom-spanningskarakteristiek tekenen en verklaren. - de schakeltijden aanduiden. - het inwendige van een PIN-diode tekenen, en de eigenschappen bespreken. - het werkingsprincipe van een capaciteitsdiode verklaren. - het symbool en vervangingsschema ervan tekenen en bespreken. 6.1 Schottky-diode 6.2 PIN-diode 6.3 Capaciteitsdiode 6.4 Fotodiode 6.5 LED-diode 6.6 7-segmentsdisplay 6.7 LASER-diode - de stroom-spanningskarakteristiek van een fotodiode tekenen en verklaren. - de principeopstelling verklaren. - de lichtuitzending door een PN-junctie verklaren. - de uitgestraald vermogen-stroomkarakteristiek tekenen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 19 LABO ELEKTRONICA 1 E JAAR ANALOGE TECHNIEKEN/DIGITALE TECHNIEKEN 120 LT 1 - werken met de basismeetapparatuur uit de elektrometrie. 1 Spanning en stroombronnen - toelichting geven omtrent de nauwkeurigheid van een meting. - rekening houden met inwendige weerstand van een meettoestel. - bij metingen in een gelijkstroomkring de theoretische wetmatigheden verifiëren. - het verschil duiden tussen spanning en stroombronnen. 2 - de stelling van Thévenin proefondervindelijk vaststellen. 2 Stelling van Thévenin - de theoretische wetmatigheden verifiëren. 3 - de nauwkeurigheid van een meting bepalen. 3 Foutzoeken - een foutanalyse op een schakeling toepassen. 4 - de diode karakteristiek proefondervindelijk vaststellen. 4 Diode karakteristiek - de theoretische wetmatigheden verifiëren. - datasheets gebruiken. 5 - schakelingen met diodes analyseren. 5 Diode modellen - de theoretische wetmatigheden duiden. - datasheets toepassen. 6 - gelijkricht schakelingen analyseren. 6 Gelijkrichting - de theoretische wetmatigheden verifiëren. - datasheets toepassen. 7 - de werking v.d. verschillende filters proefondervindelijk vaststellen. 7 Afvlak filters - de theoretische wetmatigheden verifiëren.

OSP HOKT Categorie: Technisch 20 8 - de schakelingen met diodes analyseren. 8 Spanningsvermenigvuldiging - de theoretische wetmatigheden duiden. 9 - de schakelingen met diodes analyseren. 9 Begrenzers - de theoretische wetmatigheden duiden. 10 - de schakelingen met diodes analyseren. 10 DC clampers - de theoretische wetmatigheden duiden. 11 - de werking van een Zener diode proefondervindelijk vaststellen. 11 Zener diode - de theoretische wetmatigheden analyseren. 12 - de werking van een Zener stabilisatie proefondervindelijk vaststellen. 12 Zener stabilisatie - de theoretische wetmatigheden analyseren. - informatiebronnen zoals datasheets gebruiken. 13 - de werking van opto-elektronische componenten proefondervindelijk vaststellen. 13 Opto-componenten - de theoretische wetmatigheden analyseren. - informatiebronnen zoals datasheets gebruiken. 14 - de transistor karakteristieken opnemen en interpreteren. 14 Transistor karakteristieken - de theoretische wetmatigheden analyseren. - datasheets hanteren en gebruiken. 15 - een transistor instellen volgens een bepaald werkpunt. 15 Transistor instelling - instel varianten analyseren. - de theoretische wetmatigheden analyseren. - datasheets oordeelkundig toepassen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 21 16 - de werking van drivers proefondervindelijk analyseren. 16 LED drivers 17 - het koppelen en ontkoppelen van signalen verklaren. 17 Koppel en ontkoppel condensatoren - de theoretische wetmatigheden analyseren. 18 - de werking van LF versterkers proefondervindelijk vaststellen. 18 LF versterkers - de theoretische wetmatigheden analyseren. 19 - de werking van LF versterkers in cascade proefondervindelijk vaststellen. 19 LF versterkers in cascade - de theoretische wetmatigheden analyseren. 20 - de JFET karakteristieken opnemen en interpreteren. 20 JFET karakteristieken - de theoretische wetmatigheden analyseren. - datasheets hanteren en gebruiken. 21 - de JFET instellen volgens een bepaald werkpunt. 21 JFET instelling - instel varianten analyseren. - de theoretische wetmatigheden analyseren. - datasheets oordeelkundig toepassen. 22 - de werking van een FET versterker proefondervindelijk vaststellen. 22 JFET versterkers - de theoretische wetmatigheden analyseren. 23 - een aantal FET toepassingen proefondervindelijk analyseren en verklaren. 23 JFET toepassingen 24 - een aantal VMOS toepassingen proefondervindelijk analyseren en verklaren. 24 VMOS toepassingen

OSP HOKT Categorie: Technisch 22 25 - de werking van thiristoren en triacs proefondervindelijk verklaren. 26 - de kantelfrequenties van passief filters proefondervindelijk bepalen en analyseren. 25 Thyristoren en triacs 26 Kantelpunten en passief filters 27 - logische basispoorten toepassen en schakelingen analyseren. 27 Logische basisschakelingen 28 - Schmitt-triggers toepassen en schakelingen proefondervindelijk analyseren. 28 Schmitt-trigger 29 - de verschillende soorten flipflop s praktisch toepassen. 29 Bistabiele multivibratoren SR-D-JK 30 - code-omvormers en decoders ontwerpen. 30 Code-omvormers en decoders 31 - adders toepassen en ontwerpen. 31 Optelschakelingen 32 - de verschillende soorten tellers toepassen en schakelingen analyseren. 32 Tellers asynchroon synchroon modulon 33 - multiplexer en de-multiplexer toepassen en schakelingen analyseren. 33 Multiplexers

OSP HOKT Categorie: Technisch 23 TOEGEPASTE ELEKTRONICA 80 LT 1 - de eigenschappen van een versterker toelichten in functie van zijn toepassingsgebied. - de amplitude-karakteristiek van een versterker tekenen en verklaren. - de fase-karakteristiek van een versterker tekenen en verklaren. 1 Frequentieafhankelijkheid van versterkers 1.1 Frequentiekarakteristieken 1.2 Vervorming 1.3 Ruis 1.4 Versterker met tegenkoppeling - het begrip bandbreedte toelichten en toepassen. - het begrip relatieve amplitude-karakteristiek bespreken en toepassen. - de indeling van versterkers toelichten en verklaren. - het begrip Fouriersynthese verklaren en grafisch weergeven. - het begrip Fourieranalyse verklaren. - het begrip frequentiespectrum verklaren en weergeven. - de verschillende soorten vervorming benoemen en omschrijven. - het begrip distortiefactor verklaren. - het begrip ruis toelichten en verklaren. - het ontstaan van ruis aantonen en de signaal/ruis verhouding berekenen. - een tegengekoppelde versterker blokschematisch weergeven en bespreken. - de transferfunctie van een tegengekoppelde versterker opstellen. - de verschillende soorten feedback bondig omschrijven

OSP HOKT Categorie: Technisch 24 - de eigenschappen van tegenkoppeling samenvatten, bespreken en toepassen. - het theorema van Miller verklaren en toepassen. 2 2 Operationele versterker - het begrip ideale operationele versterker verklaren. - het wisselstroomgedrag van een operationele versterker bespreken en verklaren. - de transferfunctie tekenen en verklaren. - het begrip verschilversterker tekenen en bondig bespreken. - het begrip CMRR verklaren en toepassen. 2.1 Inleiding 2.2 Verschilversterker 2.3 Praktische uitvoering 2.4 Wisselstroomgedrag 2.5 Beveiligingen 2.6 Specificaties - een aantal beveiligingen bespreken. - de belangrijkste op-amp specificaties bespreken. - op-amp databladen interpreteren en praktisch gebruiken. 3 3 Tijdsonafhankelijke schakelingen - het schema van een inverterende versterker tekenen en verklaren. - het schema van een niet-inverterende versterker tekenen en verklaren. - het schema van een spanningsvolger tekenen en verklaren. - het schema van een verschilversterker tekenen en verklaren. - de transferfunctie s opstellen en toepassen. - in- en uitgangsweerstanden bepalen. 3.1 Inverterende versterker 3.2 Niet inverterende versterker 3.3 Spanningsvolger 3.4 Verschilversterker 3.5 Instrumentatieversterker 3.6 Sommeerversterker 3.7 Actieve stroombron 3.8 Actieve spanningsbron - een fout-analyse uitvoeren.

OSP HOKT Categorie: Technisch 25 - de verschilversterker als foutdetector in de regeltechniek verklaren. - de twee basis schema s van een instrumentatieversterker tekenen en toepassen. - het schema van een sommeerversterker tekenen en toepassen. - het begrip zero/span converter verklaren en ontwerpen. - de op-amp als actieve stroombron verklaren en tekenen. - een 4-20mA loop ontwerpen. - de op-amp als actieve spanningsbron tekenen en verklaren. 4 4 Tijdsafhankelijke schakelingen - het schema van een integrator tekenen en verklaren. - het schema van een differentiator tekenen en verklaren. - de transferfuncties afleiden. 4.1 Actieve integrator 4.2 Actieve differentiator 4.3 Toepassingen - het gedrag bij stapvormig ingangssignaal aantonen. - het gedrag bij sinusvormig ingangssignaal aantonen. - het schema van een gecompenseerde integrator tekenen en bespreken. - het schema van een gedempte differentiator tekenen en bespreken. - de integratie- en differentatiefouten toelichten en hun ontstaan aantonen. - het begrip frequentie naar spanning omzetting verklaren en toepassen. - het begrip pulshoogte naar tijd omzetting verklaren en toepassen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 26 - het begrip tijd naar spanning omzetting verklaren en toepassen. - het begrip DC-spanning naar tijd omzetting verklaren en toepassen. - een regelketen blokschematisch bespreken in functie van op-amp toepassingen. 5 5 Niet-lineaire schakelingen - het schema van een niet-inverterende nuldoorgangsdetector tekenen en verklaren. - het schema van een inverterende nuldoorgangsdetector tekenen en verklaren. - het schema van een niveaudetector tekenen en verklaren. - het schema van een venstercomparator tekenen en verklaren. - het schema van een enkelzijdige precisie gelijkrichter tekenen en verklaren. 5.1 Spanningscomparator 5.2 Precisie gelijkrichter 5.3 Schmitt-trigger 5.4 Sample en holdtrap 5.5 Astabiele generator 5.6 Monostabiele generator 5.7 Functiegenerator - het schema van een dubbelzijdige precisie gelijkrichter tekenen en verklaren. - het schema van een Schmitt-trigger tekenen en verklaren. - de transferfuncties grafisch weergeven. - een niveaudetector ontwerpen. - het principe schema van een sample en holdtrap tekenen en verklaren. - de karakteristieke tijden bij het toepassen van een S/H trap aanduiden en toelichten. - toepassingen met astabiele en monostabiele multivibratoren bespreken en toelichten.

OSP HOKT Categorie: Technisch 27 - het schema van een driehoeksgolfgenerator bespreken. - het schema van een zaagtandgenerator bespreken. - het schema van een sinusgolfgenerator bespreken. - het schema van een blokgolfgenerator bespreken. - een functiegenerator blokschematisch bespreken. 6 6 Actieve filters - de indeling van actieve filters toelichten. - de basis filtertypes wiskundig duiden. - de verschillende VCVS-filters toelichten. 6.1 Indeling 6.2 Filtertypes 6.3 VCVS-filters - de VCVS-ontwerptabellen toepassen. 7 7 Analoge oscillatoren - een oscillator blokschematisch voorstellen en de oscilleervoorwaarden afleiden. - de basisschema s van LC-oscillatoren bondig bespreken. - het schema van een Wienbrugoscillator tekenen en verklaren. 7.1 Basisschema 7.2 LC-oscillatoren 7.3 RC-oscillatoren 7.4 Kristaloscillatoren - het schema van een RC-faseverschuivingsoscillator tekenen en verklaren. - de oscilleervoorwaarden wiskundig afleiden. - het begrip frequentiestabilisatie bespreken. - het begrip amplitudestabilisatie bespreken. - de opstelling van een kristaloscillator toelichten. - het piezo-elektrisch effect bespreken. - de resonantiekrommen tekenen en verklaren. - het principe van een kwadratuur oscillator toelichten.

OSP HOKT Categorie: Technisch 28 8 - een binair gewogen D/A-omzetter tekenen en verklaren. - een R/2R laddernetwerk D/A-omzetter tekenen en verklaren. - een omzetter via geschakelde stroombronnen tekenen en verklaren. - D/A-parameters en definities verklaren en toepassen. - de regeling van een DC-motortoerental blokschematisch verklaren. - een single digital ramp A/D-omzetter verklaren en toepassen. - een tracking A/D-omzetter verklaren en toepassen. 8 A/D en D/A convertoren 8.1 Voorstelling van informatie 8.2 Digitaal-analoog omzetters 8.3 Praktische uitvoering 8.4 Parameters en definities 8.5 Toepassingen 8.5 Analoog-digitaal omzetters 8.6 Praktische uitvoering 8.7 Parameters en definities 8.8 Toepassingen - een successive approximation A/D-omzetter verklaren en toepassen. - een parallel A/D-omzetter verklaren en toepassen. - een single slope A/D-omzetter verklaren en toepassen. - een dual slope A/D-omzetter verklaren en toepassen. - A/D-parameters en definities verklaren en toepassen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 29 LABO ELEKTRONICA 2 DE JAAR DEEL TOEGEPASTE ELEKTRONICA 120 LT 1 1 Transistorversterker 2 3 4 - een transistorversterker proefondervindelijk ontwerpen. - via elementaire berekeningen de meting ondersteunen. - op-amp data-bladen hanteren en toepassen. - het begrip offset via metingen aantonen. - een op-amp als versterker praktisch toepassen. - via berekeningen de meting ondersteunen. - een op-amp als niet-lineaire component praktisch toepassen. - via transferfuncties de werking verduidelijken. 1.1 Voorversterker 1.2 Eindversterker 1.3 Verschilversterker 1.4 Verschilversterker met constante stroombron 2 Op-Amp inwendig 2.1 ua 741 data-bladen 2.2 Compensatie instelstromen 2.3 Compensatie offset spanning 3 Op-Amp versterker 3.1 Inverterende versterker 3.2 Niet-inverterende versterker 3.3 Sommator 3.4 Subtractor 3.5 Impedantie converter 3.6 Verschilversterker 3.7 Stroombron 3.8 Spanningsbron 3.9 Zero/span converter 3.10 AC spanningsversterker 4 Op-Amp niet lineair 4.1 Comparator 4.2 Schmitt trigger 4.3 Astabiele multivibrator 4.4 Monostabiele multivibrator

OSP HOKT Categorie: Technisch 30 5 5 Op-Amp tijdafhankelijk 6 7 - de op-amp als tijdafhankelijk element toepassen. - aan de hand van deze metingen verschillende toepassingen verklaren. - de werking van een op-amp dataverwerkingssysteem proefondervindelijk aantonen. - aan de hand van deze metingen verschillende toepassingen verklaren. - een probleem formuleren, en in samenhang brengen met andere facetten uit de techniek. - vaktechnische kennis verdiepen en verbreden. - vaktechnische kennis in de praktijk toepassen. - adequaat waarnemen en rapporteren. - zelfstandig ontwikkelen. - sociale vaardigheden in de praktijk brengen. - belangstelling opbrengen voor de economische aspecten van een probleem. - in teamverband functioneren. - zorgsystemen in de praktijk toepassen. 5.1 Integrator 5.2 Differentiator 5.3 Driehoekgolf generator 5.4 Zaagtand generator 5.5 Functie generator 5.4 Afvlakken via diode netwerk 5.5 Bepalen vierkantswortel via diode netwerk 5.6 Eerste en tweedeorde delay netwerk 6 Op-Amp dataverwerking 6.1 Analoog/digitaal converter 6.2 Digitaal/analoog converter 6.3 Pulsbreedte discriminator 6.4 Spanning/frequentie converter 6.5 Hybride vermenigvuldiger 7 Projectwerk 7.1 Voorstudie 7.2 Verantwoorde oplossing 7.3 Uitvoering 7.4 Presentatie

OSP HOKT Categorie: Technisch 31 LABO ELEKTRONICA 2 DE JAAR - DEEL REGELTECHNIEK 1 1 Regelprocessen - de invloed van de proportionele versterking en de tijdconstante op het sprongantwoord van het regelproces evalueren. - de invloed van een variërende storingswaarde op het sprongantwoord evalueren. 1.1 Regelproces van eerste-orde met P-actie 1.2 Regelproces van derde-orde met P-actie 1.3 Regelproces met I-actie - het tijdsverloop met verschillende storingswaarden evalueren. 2 2 Regelaars - de invloed van de proportionele versterking op het gedrag van de regelaar evalueren. - de invloed van de integratietijd op het gedrag van de regelaar evalueren. - de invloed van de differentiatietijd op het gedrag van de regelaar evalueren 2.1 P-regelaar 2.2 PI-regelaar 2.3 PID-regelaar 2.4 Tweestandenregelaar - de regelzone door vergelijking van het sprong- en het stijgantwoord verklaren en duiden. - de invloed van P,I en D actie van een PID-regelaar door het opnemen van het sprongantwoord evalueren. - het schakelverloop van een tweestandenregelaar verklaren. - het begrip schakelhysteresis verklaren en duiden. 3 3 Regelkringen - de invloed van het regelgedrag op de blijvende fout evalueren en aan tonen. - de invloed van de nasteltijd op het rendement van de regelaar evalueren. 3.1 P-T1 proces geregeld door P en PI-regelaar 3.2 P-T1 proces geregeld door tweestandenregelaar 3.3 P-T3 proces geregeld door P en PD-regelaar 3.4 P-T3 proces geregeld door PID-regelaar

OSP HOKT Categorie: Technisch 32 - de principiële werking van een tweestandenregelaar aan tonen en duiden. - het regelverloop met verschillende instelwaarden op nemen en evalueren. 3.5 P-T3 proces geregeld door tweestandenregelaar 3.6 I-regelproces met en zonder dode tijd 3.7 Simulatie van een positieregeling - de neiging tot oscillatie van een regelkring verklaren - de invloed van een D-actie op een P-regelaar evalueren. - de invloed van de dode tijd in een hoger-orde regelproces op het rendement van de regelaar evalueren. - de werking van een tweestandenregelaar met terugkoppeling omschrijven en evalueren. - het zinvol gebruik van een P-regelaar in een I-regelproces verklaren. - de problemen die optreden tijdens de optimalisatie van voedingsmechanismen duiden. 4 4 Optimalisatie - proefondervindelijk de instelwaarden van een regelaar bepalen om zodoende te komen tot optimalisatie. - vanuit het Bode-diagram een Nyquistcurve opstellen, om zodoende de regelbaarheid van een kring te evalueren. 4.1 Methode van Chien, Hrones en Reswick 4.2 Methode van Ziegler en Nichols 4.3 Bode-diagram, Nyquistcurve en regelbaarheid van een proces 5 - een toerentalregelproces bespreken en evalueren. 5 Kenmerken toerentalregelproces 6 - een temperatuurregelproces bespreken en evalueren. 6 Kenmerken temperatuurregelproces 7 - een aandrijfsysteem bespreken en evalueren. 7 Aandrijving in vier kwadranten 8 - een servo-positieregeling bespreken en evalueren. 8 Servo-positieregeling

OSP HOKT Categorie: Technisch 33 INDUSTRIËLE REGELTECHNIEK 80 LT INHOUDEN 1 1 Inleiding - het vakgebied omschrijven binnen het kader van de procesautomatisatie. - de basisvoorwaarden benoemen en duiden. 1.1 Doelstellingen 1.2 Belang van meet- en regeltechniek 1.3 Basisvoorwaarden 2 2 Basisbegrippen - de basisbegrippen uit de meet- en regeltechniek opnoemen, typeren en toepassen. - de basisbegrippen uit eigen beweging identificeren. - het begrip regelen vastleggen door het beschrijven van voorbeelden. - de stabilisatiewerking van een regeling verklaren. - een elektronische regeling beschrijven d.m.v. de functies. 2.1 Verschil tussen sturen en regelen 2.2 Automatisch en manueel regelen 2.3 Principiële opbouw van een regelkring 2.4 Feedback en feedforward regeling 2.5 Tegengesteld werkende regelaars 2.6 Volgsysteem en procesregeling 2.7 Internationale benamingen - de functies in een gesloten regelketen klasseren in blokken. 3 3 De regelaar - de statische karakteristiek en versterkingsfactor van een P- regelaar verklaren. - het verband tussen proportionele band en versterking afleiden. - het stapantwoord van een P-regelaar zonder en met voorinstelling afleiden. - het stapantwoord van een I-regelaar in een open kring bepalen. - de integratietijd van een I-regelaar afleiden. 3.1 Inleiding 3.2 Indeling van regelaars 3.3 Soorten regelaars 3.4 Aan- uit regeling 3.5 Proportionele regeling 3.6 PI-regelaar 3.7 PD-regelaar 3.8 PID-regelaar

OSP HOKT Categorie: Technisch 34 INHOUDEN - het stapantwoord van een PI-regelaar met parameters bepalen. - de genormaliseerde formules van een PI-regelaar verklaren. - de functie van de D-regelaar verklaren. - het stapantwoord van een PD-regelaar afleiden. - de genormaliseerde formules van een PD-regelaar opstellen. - de PD-actie vergelijken met een P- en D-actie. - het stapantwoord van een PID-regelaar afleiden. - de genormaliseerde formules van een PID-regelaar opstellen. 4 4 Eigenschappen van het proces - de statische karakteristiek en versterkingsfactor van een proces bepalen. - het dynamisch gedrag van een proces onderzoeken. - het verschil tussen een zelfregelend en niet-zelfregelend proces formuleren. - de stapresponsie van de elementaire processen weergeven. - de tijdconstante van de elementaire processen bepalen. - het begrip dode tijd aanduiden. - de regelbaarheid van processen onderscheiden. 4.1 Statische proceskarakteristiek en versterking 4.2 Dynamisch gedrag van een proces 4.3 Zelfregelend en niet-zelfregelend proces 4.4 Nulde-orde proces 4.5 Eerste-orde proces 4.6 Tweede-orde proces 4.7 Proces van n-de orde 4.8 Proces met dode tijd 4.9 Regelbaarheid van processen 5 5 Instellen van regelaars - de verschillende criteria voor het optimaal uitregelen toepassen. - de opgenomen stapantwoorden ontleden. 5.1 Algemeen 5.2 Procesparameters zijn gekend 5.3 Open kring methode 5.4 Gesloten kring methode

OSP HOKT Categorie: Technisch 35 INHOUDEN - storingsantwoorden ontleden. 5.5 Trial and error methode 5.6 Mogelijkheden bij moderne regelaars 5.7 Adaptieve instellingregelaar 6 6 Meervoudige regelkringen - de instrumentensymbolen lezen. - uit een schema getekend met instrumentensymbolen het blokschema afleiden en verklaren. - vanuit enkelvoudige regelkringen de bedoelingen van meervoudige regelkringen inzien. - de bewegingen van variabelen binnen een schema volgen. - een split range en cascaderegeling herkennen. 6.1 Verklaring symbolen 6.2 Enkelvoudige en meervoudige regelkring 6.3 Split range regeling 6.4 Cascaderegeling 6.5 Verhoudingsregeling 6.6 Feedforward regeling 6.7 Multivariabele controle 6.8 Gecentraliseerde controle 6.9 Distributed controle 7 7 Fuzzy logic - het begrip vage logica omschrijven binnen de regeltechniek. - het begrip fuzzy controller verklaren. - de basisbewerkingen uit de vage logica omschrijven. 7.1 Historiek 7.2 Uitgangspunten 7.3 Principes en begrippen - de belangrijkste eigenschappen van een fuzzy controller aantonen. 8 8 Overzicht van de belangrijkste meettechnieken - een overzicht van de belangrijkste passieve en actieve meetsensoren geven. - het principe van de belangrijkste metingen verklaren. - het begrip meetzender duiden in combinatie met de sensor. 8.1 Algemeen 8.2 Temperatuurmetingen 8.3 Drukmetingen 8.4 Niveaumetingen 8.5 Debietmetingen 8.6 Verplaatsingssensoren

OSP HOKT Categorie: Technisch 36 AUTOMATISERING 80 LT 1 1 Hardware - bij een opgegeven sturing bepalen welke componenten zullen aangesloten worden aan de ingangen en uitgangen van de PLC. - het begrip PLC verklaren. 1.1 Soorten 1.2 Koppeling 1.3 I/O en analoge kaarten - aan de hand van een blokschema de verschillende delen van een PLC benoemen. - het principeschema van een besturing met PLC opstellen, rekening houdend met de geldende normen en technische specificaties. de belangrijkste kenmerken van analoge in- en uitgangen opsommen. 2 2 Opbouw van een programma - de verschillende bouwstenen opsommen, juist benoemen en hun typisch gebruik verklaren. - programma s opstellen waarbij gebruik wordt gemaakt van meerdere bouwstenen binnen één PLC-programma. 2.1 OB 2.2 FC 2.3 FB 2.4 DB 3 3 Gebruik van de software - de verschillende instructies, die gebruikt worden bij het ingeven, editeren en testen van een PLC-programma toepassen. - de verschillende stadia, die bij het testen van een PLCprogramma worden doorlopen verklaren en toepassen.

OSP HOKT Categorie: Technisch 37 4 4 Binaire instructies 5 5 Geheugen SR en RS op verschillende manieren programma s opstellen, waarbij de geheugenwerking door de PLC wordt gerealiseerd. 6 6 Flankdetectie PF en NF - de functie van flankdetectie en dynamische verwerking van ingangssignalen verklaren. - het begrip dynamische ingang in PLC-programma s verwerken. 7 7 Oefeningen in FBD, LAD en STL - duidelijk het onderscheid maken tussen de verschillende programmeertalen FBD, LAD en STL. - de voor- en nadelen van de verschillende programmeertalen opsommen. - elementaire toepassingen in deze programmeertalen oplossen. 8 8 Grafcet methode - de verschillende basisprincipes van de grafset methode verwoorden en toelichten. - deze structuren in het PLC-programma verwerken.

OSP HOKT Categorie: Technisch 38 9 9 Timer - aan de hand van signaal-tijddiagrammen het onderscheid tussen de verschillende beschikbare tijdfuncties verklaren. - de verschillende tijdfuncties in PLC-programma s verwerken. 9.1 Puls 9.2 Verlengde puls 9.2 Inschakel 9.4 Inschakel met geheugenwerking 9.5 Uitschakelvertraging 10 10 Tellers - de verschillende telfuncties verklaren. - de verschillende telfuncties in PLC-programma s verwerken. 10.1 Up 10.2 Dn 10.3 Updn 11 11 Vergelijkings- en rekenkundige functies - laad- en transferfuncties toepassen bij het opstellen van PLCprogramma s. - programma s opstellen waarbij de digitale operatie gebaseerd is op het vergelijken van numerieke grootheden. - digitale bewerkingen verklaren en toepassen, gebruik makend van twee accu s. - eenvoudige rekenkundige functies, zoals optellen en aftrekken, toepassen in een PLC-programma. 12 12 Gebruik van globale DB - het typisch gebruik van globale DB s verklaren. - programma s opstellen waarbij gebruik wordt gemaakt van globale DB s.

OSP HOKT Categorie: Technisch 39 13 13 FC temp variabelen formele parameters - het typisch gebruik van FC temp variabelen verklaren. - formele parameters hanteren binnen een programma structuur. 14 14 FB met instantie en multi instantie DB - het typisch gebruik vanfb s met instantie en multi instantie DB s verklaren. - deze parameters hanteren binnen een PLC-programma. 15 15 WinCC scada pakket - een project in WinCC aanmaken. - een tag lijst opstellen en variabelen definiëren. - werken met de grafische editor. - standaard, smart en windows objecten aanmaken. - het startbeeld definiëren. - WinCC in runtime gebruiken. - dynamische velden initialiseren, zoals I/O, bar, directe verbinding, events, dynamische dialoog, tekstverandering, kleurverandering, text list, via C-taal, tijd en datum. - presentatie opbouwen in WinCC.

OSP HOKT Categorie: Technisch 40 MICROCOMPUTERTECHNIEKEN 80 LT 1 - het blokschema van een computersysteem samenstellen en benoemen. - de principiële werking van de aangehaalde blokken begrijpen. 1 Microcomputerbegrippen 1.1 Algemeenheden 1.2 Blokschematisch - verbanden leggen tussen de verschillende blokken. 2 2 Architectuur van de microprocessor - de basisopbouw van een microprocessor aangeven en omschrijven. - de functie van ieder blok begrijpen. - de onderlinge samenhang tussen de verschillende blokken inzien. - de lengte van een instructie bepalen. 2.1 Praktisch blokschema 2.2 Blokschema van de CPU 2.3 Programmeermodel van de CPU 2.4 Elementair data-transport 2.5 Datastroom 2.6 Ontwikkelsysteem globaal bekeken - de uitvoeringsvolgorde van een instructie beschrijven. - de uitvoeringstijd van een toepassing berekenen. - het verloop van een programma in de CPU volgen en bespreken. 3 3 Adresseringsmethoden - de verschillende adresseringsmethoden aanduiden en omschrijven. - de verschillende adresseringsmethoden toepassen en identificeren. 3.1 Inleiding 3.2 Inherent Implied 3.3 Onmiddellijke Immediate 3.4 Directe Direct Zero-page-short

OSP HOKT Categorie: Technisch 41 - het programmeermodel van de verschillende processoren interpreteren. 3.5 Absolute Extended 3.6 Geïndexeerde Indexed 3.7 Indirecte 3.8 Relatieve 4 - de verschillende programmeermogelijkheden naar inzicht toepassen. - een assembler gevarieerd aanwenden. - een instructieset interpreteren en toepassen. - programmastroomschema s lezen en toepassen. 4 Elementaire programmeertechnieken 4.1 Inleiding 4.2 Programmastroomschema s 4.3 Bespreking instructieset 4.4 Assembler Disassembler 4.5 Practicumopgaven - elementaire toepassingen zelf schrijven en uitwerken. 5 5 Instructieset - een instructieset gevarieerd aanwenden. - de afzonderlijke instructies typeren en uitwerken. - de afzonderlijke instructies binnen een groter geheel toepassen. 5.1 Indeling van de instructies 5.2 Instructieset 5.3 Stack operaties 6 6 Programmeervoorbeelden - eenvoudige programmeervoorbeelden analyseren. - eenvoudige programmeervoorbeelden zelf schrijven en dynamisch testen. 6.1 Eenvoudige voorbeelden 6.2 Voorbeelden op teksten 6.3 Code omzetting 6.4 Tabellen en lijsten 6.5 Tijdsvertragingen

OSP HOKT Categorie: Technisch 42 7 - de verschillende mogelijkheden van in- en uitvoertechnieken omschrijven. - de verschillende soorten in- en uitvoertechnieken benoemen. - de principes van de verschillende soorten communicatie bespreken. 7 In- en uitvoertechnieken 7.1 Algemeen 7.2 Probleemstelling 7.3 Parallel interface technieken 7.4 Seriële interface technieken - zelfstandig eenvoudige interface toepassingen softwarematig uitwerken. 8 8 Interruptaanvragen - de verschillende interrupt mogelijkheden benoemen en omschrijven. - de verschillende mogelijkheden bij het afhandelen van interrupts omschrijven en toepassen. - zelfstandig interrupt toepassingen softwarematig uitwerken. 8.1 Definitie 8.2 Interrupts bij microprocessoren 8.3 Interrupt-polling 8.4 Handshaking 9 9 Adresdecodering - de verschillende technologische vormen van adresdecodering benoemen en omschrijven. - zelfstandig een adresdecodering ontwerpen. - een decodering analyseren vanuit een gegeven schema. 9.1 Inleiding 9.2 Technologie 9.3 Rechtstreekse decodering 9.4 Decodering via poorten 9.5 Decodering via decoders 9.6 Decodering via optellers 9.7 Decodering via ROM-PROM-EPROM