MANUELE THERAPIE Onderzoek Patiënt Naam Datum : I. Patiëntengegevens Geslacht: M / V Leeftijd:... Lengte:... cm Gewicht:... kg Beroep:...Werkvoorwaarden:... Sport:... II. Anamnese : Inventaris van het actueel probleem A) PIJN 1. Waar pijn? ((aanduiden op de body chart) lokalisatie uitgestrektheid uitstralingen?( aanduiden met pijl) - bij welke beweging, houding? 2. Wanneer is de pijn begonnen? 3. Hoe zijn de problemen begonnen? Trauma of spontaan? Plots of progressief? 1
4. Soort pijn : dof (chronische pijn, C) brandend (OS-elementen, C) acuut (scherp, A-δ) stekend (loose body, onvolledige ruptuur) ochtendpijn 5. Evolutie pijn vlug traag toename afname veranderende intermitterend constante- recidiverend 6. Invloeden die toename / afname pijn geven welke beweging of houding vermeerdert de pijn? (beschrijf de houding of beweging) welke beweging of houding vermindert de pijn? (beschrijf de houding of beweging) verloop pijn volgens dag nacht ritme? (belasting, rust, houding,...) 7. Noteer op de VAS-schaal de mate van pijn aangegeven door de patiënt (links = geen pijn; rechts = ondraaglijke pijn) 0 10 8. Op andere plaats pijn? (Noteer op de body-chart met een 2 en analyseer deze pijn met dezelfde vragen als bij de primaire pijn) 9. zijn er andere problemen? B) MOTORISCHE FUNCTIESTOORNISSEN Geluiden klikken, kraken, lokalisatie en ogenblik van het geluid Bewegingsmogelijkheden amplitudo kwaliteit van de beweging eindgevoel 2
C) SENSIEBELE FUNCTIESTOORNISSEN daling: hypo-esthesie / anesthesie - hypo-algesie / analgesie toename: hyer-esthesie - hyperalgesie verandering: paresthesie / allodynie D) VEGETATIEVE FUNCTIESTOORNISSEN vasomotorische problemen (warm koud overdreven transpiratie kippenvel pilo-erectores) hyperalgesische zone III. BIJKOMENDE ANAMNESE a) RX, bloedonderzoek? b) Welke therapie tot nu toe? (kine, osteo,.) c) Medicamenten d) Tractus anamnese tractus locomotorius tractus respiratorius: hoesten, dyspoe, zuchten, mucus tractus circulatorius: hartkloppingen, oedeem, angina pectoris tractus digistivus: maagklachten, buikklachten, slikproblemen, constipatie, diarhee, gebrek aan eetlust,... tractus uro-genitalis: incontinentieproblemen, menstruatie-problemen,.. tractus CZS: hoofdpijn, evenwichtsstoornis, tractus van de visus: zichtproblemen, oorproblemen: doofheid, tinitus, vertigo, psycho-emotioneel IV. FAMIALE ANAMNESE familiale aandoeningen erfelijke aandoeningen V. SAMENVATTENDE BEOORDELING probleem = lokaal segmentaal sympathisch klachten / oorzaken / gevolgen (CIIDH) 3
FUNCTIE-ONDERZOEK 1. BASIS-ONDERZOEK: 2. SPECIFIEK ONDERZOEK : 4
3. NEUROLOGISCH ONDERZOEK : A. Perifeer neurologisch onderzoek dermatoom strijking hyper = + prikken hyper = + Spier zwakte Reflexeneshyper = + hypo = - hypo = - = - hypo = - C5 Biceps C6 Radius C7 Triceps C8 ------ T1 ------ L2 ------ L3 4-ceps L4 4-ceps L5 Achilles S1 ------ B. Onderzoek met inbegrip van het sympathisch systeem 1. Palpatie: onderzoek in buiklig, noteer de regio en de lateraliteit - Palpatie met de handrug : neurovegetatieve reacties zoals: warmte, koude, transpiratie - Huidrollen (Kibler) paravertebraal - paravertebrale irritatie van de huid na fricties met de vingertoppen (zones de Head) - Laterale druk tegen de processus spinosi (pijnprovocatie) 2. SLUMP. - 1 : Laat de meest pijnlijke houding of beweging uitvoeren van het aangedane gewricht. - 2 : voer de sympathische SLUMP uit. - 3 : laat de P de pijnlijke beweging terug uitvoeren. Noteer of er toename van pijn is. 5
C. neurodynamische tests 1. SLR (basistest + Bragard + NFT) 2. PKB 3. 4 ULNTT: tension test - ULNTT 1: plexus brachialis n medianus - ULNTT 2: n medianus - ULNTT 3: n radialis - ULNTT 4: n ulnaris 6
RESULTATEN VAN HET KLINISCH REDENEREN 1. Welke structuur provoceert de pijn? (gewricht - kapsel - pees - spier - zenuw) 2. Welke structuren spelen een rol in het behandelproces van de pijn? (gewricht - kapsel - pees - spier zenuw - segmenten, sympathicus, diafragma) 3. Welke elementen hebben een invloed op de behandeling van de pijn? (houding stress - medicamenten ) 4. Indicaties / contra-indicaties voor behandeling ) 5. Prognose: (goede slechte aantal behandelingen voorzien?) BEHANDELPLAN 1. Technieken: 2. Behandelfrequentie : 7
EVOLUTIE EN EVALUATIE : 8