Jaarverslag 2012. sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek



Vergelijkbare documenten
Jaarverslag Mulier Instituut, Utrecht

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Nispen (SP) over de deprivatisering van sportaccommodaties (2016Z14822).

Monitor sportbeleid Marcia de Jong Dorine Collard Koen Breedveld. Annex 1 bij Beleidsdoorlichting Sport. W.J.H.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Jaarverslag sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek

4-meting Topsportklimaat Factsheet Investeringen, prestaties & waardering

Sport en lokaal beleid: meten is weten

Sportdeelname van kinderen en jongeren in armoede

Het gaf mij veel energie om een eigen evenement te organiseren.

...en word partner van SPORTNEXT!

Sport, Bewegen en Onderwijs: kansen voor de toekomst

Sport en bewegen in de opvang

Annelies Knoppers Hoogleraar pedagogiek en didactiek van sport en lichamelijke opvoeding Universiteit Utrecht

Exploitatie en beheer van buitensportaccommodaties

Team Breda Breda brengt het samen 2

4-meting Topsportklimaat Factsheet Topsportfase

Trendrapport. Fitnessbranche Paul Hover, Stephan Hakkers en Koen Breedveld (red.)

Jaarrekening van het KONINKLIJK NEDERLANDS HISTORISCH GENOOTSCHAP. te Den Haag

Persbericht. Sport & Society-onderzoekers scoren in NWO/ZonMW programma Sport

bloed, zweet en tranen

PUBLICATIEJAARREKENING NOC*NSF

De mensen van de Vierdaagse. Hidde Bekhuis en Koen Breedveld

Financiële aspecten van sport

12 Sportbeleidsstukken

SportAanbiedersMonitor 2012

Sportaccommodatiegebruik in de toekomst: implicaties van trends en ontwikkelingen

Duurzaam investeren? Zet in op wat werkt! maak kennis met erkende interventies uit de praktijk

Sport en Economie. Arnhem, november 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Projectplan EersteWereldoorlog.nu Samenvatting

Monitoren van Sport en Bewegen in Nederland

JAARREKENING van het KONINKLIJK NEDERLANDS HISTORISCH GENOOTSCHAP. te Den Haag

Sportweetje. Het Katwijkse. sportieve toekomst! naar een. Nieuws, trends en tips voor een gezond en sportief verenigingsleven

Sportvoorzieningen en sportdeelname in stad en land

Exploitatievormen sportaccommodaties

Wat is de aard en omvang van uw aanstelling en hoe is uw onderzoeksgroep

Beleidsplan v1.0. november oktober 2019

Kennisinfrastructuur sport

Beste leden, ereleden, vertegenwoordigers van onze zeer gewaardeerde partners,

BELEIDSPLAN. Brederodestraat VG Amsterdam Nederland. info@stichtingopen.nl Rabobank: NL44RABO

Stichting Nederlands Debat Instituut. Rapport inzake de Jaarrekening 11 januari 2013 tot en met 31 augustus 2014

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Uitbreiding deelname Programma Sport en Bewegen in de Buurt

Economische impact Bèta College & Delta Academy

Statutaire zetel: Post/bezoekadres Kromme Nieuwegracht 6

Juni Visie op Sportbeleid VVD Smallingerland

Meedoen! sportbonden en verenigingen aan zet? Wat te verwachten: Programma Meedoen Alle Jeugd door Sport

Jaarrekening van het KONINKLIJK NEDERLANDS HISTORISCH GENOOTSCHAP. te Den Haag

Jaarverslag W.J.H. Mulier Instituut, centrum voor sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek

Chris Visscher Hoogleraar jeugdsport, met specifieke accenten op talentontwikkeling en op sport en school Rijksuniversiteit Groningen

Stichting Vrienden van Onze Taal s-gravenhage

JAARREKENING van het KONINKLIJK NEDERLANDS HISTORISCH GENOOTSCHAP. te Den Haag

Stichting GetOud. Rekening en Verantwoording

Anders georganiseerd sporten: verder kijken dan de sportvereniging

Beweegrichtlijnen en beleid

Visie Maatschappelijk Verantwoord Verenigen

Handleiding. Hoe gebruik je deze verenigingsbox?

Meer Maat(jes)werk in Special Heroes 2.0

Van: het Algemeen Bestuur van de Stichting Topsport Overijssel, Regio Twente

André Bolhuis ter gelegenheid van afsluitende bijeenkomst. Het afblazen van de Olympische Spelen 2028 in Nederland heeft veel

Nr. 53 Brief van de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Infrastructuur en Milieu

Jaarverslag Stichting OpenDoor

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 april 2018 Betreft voortgang sportakkoord

Samen vormgeven aan de toekomst

Plan van aanpak. Taskforce op zoek naar Evenwicht. Achtergrond bij Agendapunt 3 van de AV van NOC*NSF op 18 mei

Subsidies en fondsen: Kansen voor de sport

Toekomstscenario s voor schoolsport

Roadmap Institute for Positive Health. April 2016 Stichting IPH

Agnes Elling Topsport kan leiden tot eenzijdige identiteit

De sportwereld voor het hbo. Jan de Leeuw

FINANCIEEL JAARVERSLAG 2017 pagina Verslag van de penningmeester 3

Startnotitie Digitaal Platform voor presentatie van het beste en mooiste van de Vlaams-Nederlandse culturele samenwerking

Voorwoord 3. Publiciteit en activiteiten 4. Externe contacten, partners en Comité van aanbeveling 5. Kennisontwikkeling 6. Interne organisatie 7

Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Publicatieoverzicht 2014

Jaarverslag W.J.H. Mulier Instituut centrum voor sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek

Verdiepingsonderzoek buurtsportcoaches 2014: Verbreding en structurele samenwerking

Scala college en Leonardo College worden Topsport Talentschool

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen

De Algemene Vergadering wordt gevraagd in te stemmen met de Begroting 2016 van NOC*NSF

RAPPORT. Aan het bestuur van Stichting Go and Tell Zeewolde. inzake de jaarrekening 2014

Sport en bewegen binnen het Sociaal Domein Breng beweging in de drie D s!

Stichting Vrienden van Onze Taal s-gravenhage

Financieel jaarverslag 2015

Subsidieregels Hof van Twente 2016

REGIOVERGADERING VOORJAAR 2012 KNVB ZAALVOETBAL

ONDERZOEK LEGACY LE GRAND DEPART TOUR DE FRANCE UTRECHT Lectoraat Praktijkgerichte Sportwetenschap

Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel

aan toe dat ik hemzelf en de sprekers van vanmiddag al bij voorbaat dank zeg

voor sport en voor jou!

1. Waarom is het systeem van talentherkenning in Nederland nog relatief onderontwikkeld?

Actielijnen transitie

BAOZW/U Lbr.12/006

Jongeren winnen veel met sport GERARD DIELESSEN, ALGEMEEN DIRECTEUR NOC*NSF:

Nu met themasponsoring! Dagelijks contact met uw doelgroep! Partnermogelijkheden ontmoeten inspireren co-creëren

CHARTER. Netherlands Academy of Philanthropy

Stichting Adelante Challenge - Beleidsplan

Transcriptie:

Jaarverslag 2012 12 sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek 1

Inhoudsopgave 5 7 9 12 15 24 26 28 29 30 33 42 Van het bestuur 2012: een jaar vol sport en emotie Organisatie Kerntaken en doelstellingen Personeel Financiën Activiteiten 2012 Publicaties Opdrachtgevers 2012 In debat In de media Website, nieuwsbrief & social media Opinie Bijlagen Publicatieoverzicht 2012 Nevenfuncties 2012 3

Alles bij elkaar was 2012 een emotievol sportjaar, met mooie, maar ook minder mooie momenten. De schaduwkant van de sport moet niet worden verdoezeld, maar behoeft aandacht van onderzoek en beleid.

2012: een jaar vol sport en emotie In 2012 bestond het Mulier Instituut 10 jaar. Dit is gevierd met vele evenementen, variërend van de Olympische Spelen tot de Mulier sportdag. Het was ook een emotievol jaar, waarbij diepe dalen (de dood van grensrechter Richard Nieuwenhuizen) wisselden met grote hoogten (de sprong van Epke). Van het bestuur Bij het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut is in 2012 stilgestaan met diverse activiteiten. In mei werd Haarlem bezocht. Daar begon de naamgever van het instituut met een aantal jongens te voetballen op de Koekamp, volgens de spelregels die hij uit Engeland had meegenomen. Achteraf weten we dat hiermee de aanzet is gegeven tot de georganiseerde sport in Nederland. Later in het jaar is een kleine, aan het werk van Mulier gewijde tentoonstelling geopend in de vergaderruimte van het instituut. Het jubeljaar is afgesloten met een speciaal Mulierdebat, waarin werd gereflecteerd op tien jaar sportonderzoek en -beleid. In de Tour en op Wimbledon was Nederland amper zichtbaar en ook het EK Voetbal verliep niet helemaal naar wens. De Olympische en Paralympische Spelen in Londen boden daarentegen een prachtig sportfestijn en hadden ook voor Nederland een mooie gouden glans. Het nieuwe kabinet werd hierdoor echter niet geïnspireerd, en heeft de ambitie om de Spelen in 2028 in Nederland te organiseren, geschrapt. Waar lange tijd werd gedacht dat Olympisch een soort premium merk was, werd in 2012 duidelijk dat veel mensen bij Olympisch niet als eerste denken aan het hoogste of mooiste in de sport, maar eerder aan geldverspilling, grote risico s en megalomanie. Iets waar Nederland zich niet aan moet willen wagen, zeker niet in tijden van crisis. Er waren meer ontwikkelingen in de sport die werken als koren op de molen van hen die twijfelen aan de zin van (top)sport, zoals de dopingaffaires in de wielersport, match fixing en het geweld op en rond voetbalvelden. Wat opvalt is dat in discussies over deze ontwikkelingen emoties vaak de overhand hebben over een meer zakelijke en rationele benadering. Sport maakt grote krachten los, waarmee wereldrecords scherper worden gesteld, maar ook de auto s worden bekrast of de tuinen vernield van goedwillende scheidsrechters en bestuurders, die de sport proberen te leiden op een manier die de moderne sportconsument niet zint. Alles bij elkaar was 2012 een emotievol sportjaar, met mooie, maar ook minder mooie momenten. De schaduwkant van de sport moet niet worden verdoezeld, maar behoeft aandacht van onderzoek en beleid. Welke condities zijn bevorderlijk voor onsportief gedrag, en wat voor mogelijkheden zijn er bijvoorbeeld met goed sportbestuur of meer deskundige begeleiding en instructie om die condities zodanig te beïnvloeden dat dit gedrag in omvang en intensiteit kan afnemen? Sportiviteit en respect is één van de thema s waar het Mulier Instituut zich in 2013 op zal richten, naast andere speerpunten als het bewegingsonderwijs, sportdeelname en lokaal accommodatiebeleid. Op wetenschappelijk verantwoorde wijze, en met gepaste vreugde als Nederland zich plaatst voor het WK in Brazilië. Hugo van der Poel en Koen Breedveld Raad van bestuur / directie 5

Kerntaken en doelstellingen Het Mulier Instituut is een onafhankelijke en landelijk opererende stichting, die werkt zonder winstoogmerk. Het doel van het Mulier Instituut is de bevordering van het sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek en de beleidseffectiviteit op het terrein van sport. Dit doel wordt nagestreefd door: Organisatie & personeel het uitvoeren van fundamenteel en praktijkgericht onderzoek, gesubsidieerd en/of in opdracht van derden; het volgen van ontwikkelingen op het terrein van sport en samenleving, het samenstellen van tijdreeksen en het doen van trendanalyses; het ontsluiten, verspreiden en in debat brengen van de uitkomsten van sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek; het bevorderen van aanstellingen van (bijzonder) hoogleraren en lectoren op het terrein van sociaalwetenschappelijk sportonderzoek; het faciliteren van (externe) sportonderzoekers, begeleiden van afstudeerders en het bieden van stageplaatsen. Het Mulier Instituut is in 2002 opgericht als bundeling van sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek dat tot dan toe bij verschillende universiteiten plaatsvond. Het bestuur van de stichting zorgde voor de afstemming van dat onderzoek en bestond uit vertegenwoordigers van de verschillende participerende universiteiten. Het bestuur stelde meerjarenonderzoekprogramma s samen, die voor subsidie werden ingediend bij VWS. Vanaf 2013 subsidieert VWS het verdiepende onderzoek door te participeren in het NWO-onderzoeksprogramma Sport, waarvoor in 2012 voorstellen konden worden ingediend. Begin 2013 is duidelijk geworden dat het Mulier Instituut de komende vier jaar bij de uitvoering van vier NWO-programma s betrokken is. Het ontwikkelen van nieuwe programmalijnen en het vinden van financiering voor verdiepend sportonderzoek is een taak die voor een belangrijk deel moet gaan toevallen aan het Netherlands Institute for Sport Science and Innovation (NISSI i.o.). Het Mulier Instituut steunt de ontwikkeling van dit ene landelijke coördinatiepunt voor al het sportonderzoek. Besloten is de coördinerende taak op het vlak van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek over te hevelen van het Mulier Instituut naar NISSI. Het werk van het instituut speelt zich af op drie terreinen: volgen, begrijpen en verspreiden. 1. Het instituut ziet het als kerntaak om de trends en ontwikkelingen in de sport en in het sportbeleid te volgen. Het investeert daartoe in eigen gegevensverzamelingen alsmede in kennis over databestanden van derden (zoals CBS, SCP) en in het opstellen van richtlijnen voor het uitvoeren van onderzoek (zoals de RSO, Richtlijn Sportdeelname Onderzoek). Het Mulier Instituut onderhoudt al enige jaren eigen tijdreeksen zoals een Verenigingsmonitor en een Nationaal Sportonderzoek en investeert in kennis over sportaccommodaties. Via het Measure-netwerk volgt ze nauwgezet de ontwikkelingen in sport en sportbeleid in andere (Europese) landen. De financiering voor deze activiteiten is afkomstig uit het Meerjarenprogramma dat door VWS wordt gefinancierd, aangevuld met middelen uit opdrachtonderzoek en eigen investeringen. 7

2. In aanvulling hierop is het onderzoek binnen het Mulier Instituut er op gericht om actuele vraagstukken en bredere veranderingen te begrijpen door diepgravender, meer verklarende studies te verrichten naar oorzaken en achtergronden. Het instituut beziet sport en hiermee verweven terreinen, waaronder in het bijzonder de lichamelijke opvoeding, als onderdeel van de samenleving. Het heeft oog voor de veranderende maatschappelijke context waarin sport gestalte krijgt en probeert tot theorieontwikkeling te komen om veranderingen in de sport beter te begrijpen, en waar nodig en gewenst tot effectieve interventies te komen. Het handelt hierbij om wetenschappelijk, probleemgestuurd beleidsonderzoek met een innovatief, longitudinaal en/of internationaal vergelijkend karakter. De middelen hiervoor kwamen in 2012 uit het Meerjarenprogramma, maar zullen de aankomende jaren vooral afkomstig zijn uit het NWO-onderzoeksprogramma Sport (en daarmee vergelijkbare geldstromen). Daarnaast biedt het opdrachtonderzoek soms ruimte voor wetenschappelijke verdieping en investeert het instituut ook zelf in projecten. 3. Het Mulier Instituut rekent het ook tot haar kerntaken om resultaten uit sportonderzoek, van zichzelf en van anderen zo goed mogelijk te verspreiden. Het Mulier Instituut investeert daarom in kennisoverdracht, tussen sportonderzoekers onderling alsmede tussen onderzoekers, beleidsmakers, politici en andere geïnteresseerden en belanghebbenden. Hiertoe organiseert het debatten en congressen, levert bijdragen aan vaktijdschriften en aan congressen van derden, biedt stagemogelijkheden aan studenten, neemt zitting in commissies, publiceert overzichtstudies en nieuwsbrieven, en investeert in een up-to-date semi-openbare bibliotheek. Het instituut werkt op dit vlak nauw samen met verschillende organisaties (zoals bijvoorbeeld NISB, KVLO, Gehandicaptensport Nederland en NOC*NSF, maar ook universiteiten, hogescholen en andere kennisorganisaties). De financiering voor deze activiteiten is primair afkomstig uit het Meerjarenprogramma, aangevuld met eigen investeringen. Stichting Het bestuur van de Stichting WJH Mulier Instituut bestond sinds zijn oprichting uit vertegenwoordigers van de in de stichting participerende universiteiten. In 2012 waren dat: prof. dr Paul Verweel (Universiteit Utrecht, voorzitter) prof. dr Maarten van Bottenburg (Universiteit Utrecht, lid) prof. dr Ruud Koning (Rijksuniversiteit Groningen, penningmeester, tot 14 maart 2012) dr ir Hugo van der Poel (tot 1-2-2012). Sinds 2011 kende de stichting statutair een Raad van Advies. In 2012 waren er geen leden in de Raad benoemd. In 2012 zijn bestuur en directie overeengekomen dat de ontwikkelingen in het sportonderzoek het minder logisch maken dat het bestuur van de stichting wordt gevormd door vertegenwoordigers van universiteiten. Bestuur en directie achtten het wenselijk dat de stichting wordt geleid door een Raad van Bestuur/directie, bijgestaan door een Raad van Toezicht. De daartoe benodigde statutenwijziging wordt/is in 2013 geëffectueerd. De Raad van Advies is opgeheven.

Personeel Het Mulier Instituut had begin 2012 een personeelsformatie van 22 fte (directie, office management en onderzoekers). Aan het einde van het jaar was het personeelsbestand 21,5 fte. Werknemers & fte 35 30 25 20 27 21,5 9 Het percentage ziekteverzuim lag in 2012 op 5,5 procent (in 2011 2,2 procent). Deze groei wordt verklaard door langdurig ziekteverzuim en privé omstandigheden van enkele collega s. Exclusief het langdurige verzuim komt het verzuim in 2012 uit op 1,3 procent. 15 10 5 0 2009 2010 2011 2012 Aantal werknemers Aantal fte Het Mulier Instituut kent een relatief jonge leeftijdsopbouw. De gemiddelde leeftijd van de medewerkers in 2012 was 38 (één jaar ouder dan in 2011). 35 30 25 Leeftijd personeel In 2012 is de man-vrouwverdeling nagenoeg evenredig geworden (in 2011 nog 62% vrouwen). In de opleidingsachtergrond is te zien dat het aantal gepromoveerden in 2012 steeg naar 4. Aantal personen 20 15 10 5 0 2009 2010 2011 2012 <30 jaar 30-40 jaar 40-50 jaar > 50 jaar 35 Opleidingsniveau 30 25 Aantal personen 20 15 10 5 0 20 19 21 17 2 3 3 4 2009 2010 2011 2012 Gepromoveerd WO HBO MBO Anders

Directie/Bestuur prof. dr Koen Breedveld dr ir Hugo van der Poel (vanaf 1 februari 2012) Office management Elise van Dinther-Schoenmakers secretarieel medewerkster drs Madeleine Frelier financieel-administratief medewerkster drs Saskia de Groot-Nuijten office manager Maria Vissers-Mathijssen (tot 31-1-2012) medewerkster huishoudelijke dienst Christine Vos financieel medewerkster Onderzoekers Sven Bakker MSc. junior-onderzoeker Justus Beth MSc. junior-onderzoeker drs Astrid Cevaal onderzoeker dr Dorine Collard onderzoeker dr Agnes Elling senior onderzoeker & wetenschapsontwikkeling drs Remko van den Dool senior-onderzoeker Stephan Hakkers MSc. junior-onderzoeker drs Anneke von Heijden onderzoeker drs Remco Hoekman senior-onderzoeker ir Karin Hoenderkamp onderzoeker drs Paul Hover senior-onderzoeker Marcia de Jong junior-onderzoeker drs Janine van Kalmthout onderzoeker drs Fons Kemper senior-onderzoeker drs Caroline van Lindert senior-onderzoeker dr Jo Lucassen senior-onderzoeker Niels Reijgersberg MSc. onderzoeker Fleur van Rens MSc. junior-onderzoeker (tot 31 augustus 2012) David Romijn MSc. onderzoeker Froukje Smits MSc. junior-onderzoeker (tot 31 oktober 2012) Jacco van Sterkenburg senior-onderzoeker (van 1 maart tot 31 oktober 2012) Jerzy Straatmeijer MSc. junior-onderzoeker (vanaf 1 november 2012) Mirjam Stuij MSc. onderzoeker drs Harold van der Werff onderzoeker Ester Wisse MSc. onderzoeker Onderzoeksassistenten Sarah de Bakker Aline van Bedaf MSc. (tot 1 september 2012) Kim van den Heuvel Florian van Santen (tot 2 november 2012) Nynke Terpstra Lambert Wassink Het Mulier Instituut had in 2012 in totaal 9 stagiaires voor kortere of langere tijd in dienst. Een deel van hen is doorgestroomd naar de functie van onderzoeksassistent.

Nevenfuncties Het Mulier Instituut vindt het van belang dat medewerkers van de stichting over praktijkervaring beschikken ten aanzien van de manier waarop sport vorm krijgt in het dagelijkse leven. Om die reden waardeert het instituut het, als medewerkers (onbetaalde) nevenfuncties uitoefenen in de sport. Dergelijke nevenfuncties stellen medewerkers in staat om de sport beter te begrijpen, en bieden gelegenheid om vragen uit de praktijk op te halen. Redactiewerk voor tijdschriften wordt gezien als een goede manier om bij te dragen aan het verspreiden. Medewerkers hebben daarnaast veelal hun eigen redenen om tijd te investeren in deze en andere, vergelijkbare activiteiten. Zie bijlage Nevenfuncties voor een overzicht van de nevenfuncties die in 2012 door Mulier-medewerkers werden vervuld. Benoemingen Op donderdag 21 juni 2012 is Remco Hoekman, senior-onderzoeker van het Mulier Instituut gekozen als bestuurslid van de European Association for Sociology of Sport (EASS). Dat gebeurde bij het jaarcongres van EASS in Bern (Zwitserland). De EASS is opgericht in 2001 en is momenteel dé Europese gemeenschap voor sociaalwetenschappelijk sportonderzoek. EASS is onder andere uitgever van het tijdschrift European Journal for Sport and Society. 11 Hannu Itkonen (president), Kim Wickman (secretary general), Jeroen Scheerder (president elect) en Remco Hoekman (member of the extended board).

Financiën Het Mulier Instituut is een stichting zonder winstoogmerk. Het behaalt zijn inkomsten uit de uitvoering van langlopende onderzoeksprogramma s, aangevuld met opdrachtonderzoek voor met name overheden en sportorganisaties. Opbrengsten Jan 2012 1 jan 2012 1 jan 2012 Jan 2013 VWS VWS VWS Meerjarenprogramma 769.000 Overige opdrachten VWS 44.000 Overige projecten 1.236.000 0 300 600 900 1200 1500 In 2012 bedroeg de omzet in eigen beheer 2.049.000, 12 procent hoger dan in 2011 ( 1.814.000). Van de omzet in 2012 was ruim een derde afkomstig uit het Meerjarenonderzoeks-programma dat werd gefinancierd door het ministerie van VWS en dat werd uitgevoerd samen met universiteiten en hogescholen. 1 Twee derde van de inkomsten was afkomstig uit opdrachtonderzoek of uit projecten, in 2012 bijvoorbeeld voor Gehandicaptensport Nederland of voor het Platform Sport, Bewegen en Onderwijs. Kosten Personeelskosten 1.457.000 Huisvesting & organisatie 255.000 Projectkosten 318.000 0 300 600 900 1200 1500 Als onderzoeksinstituut vormen de kennis en expertise van de medewerkers het belangrijkste kapitaal van het instituut. De grootste kostenpost van het instituut heeft dan ook betrekking op personeelskosten. Dit betreft bijna driekwart van alle kosten. De overige kosten komen voort uit kosten voor huisvesting en voor organisatie (kantoor), en kosten die toe te rekenen zijn aan specifieke projecten. In 2012 bedroegen de totale kosten 2.030.000. Daarmee eindigde 2012 met een (verwacht) batig saldo van 19.000. 1 De omzet van de samenwerkende universiteiten en hogescholen binnen het Meerjarenonderzoeksprogramma, bedroeg 585.000 in 2012. Deze omzet komt bovenop de omzet die gerealiseerd is in eigen beheer.

Resultatenrekening x1000 euro 0 500 1000 1500 2000 2500 Kosten Batig saldo 1457 255 318 _ 769 1236 E 19.000 44 Opbrengsten + 13 Financiële situatie 2012 Eind 2012 kende de stichting, na het toevoegen van het batig saldo aan de reserves, een eigen vermogen van 301.000. Daarmee beschikt het instituut over een bescheiden financiële buffer om toekomstige tegenvallers op te vangen, mochten die zich voordoen. De bezittingen van het instituut bestaan voor de helft uit direct opvraagbare liquide middelen en verder vooral uit kortlopende vorderingen en vooruitvangen subsidies. De bescheiden post vaste activa betreft vooral investeringen in kantoormeubilair en -apparatuur. Balans 173 62 485 301 588 251 68 26 Activa 31-12-2012 (in x 1000) Passiva 31-12-2012 (in x 1000) Liquide middelen Debiteuren Overlopende activa Vaste activa Overlopende passiva Eigen vermogen Crediteuren Voorzieningen Vooruitzichten De vooruitzichten voor het instituut zijn niet ongunstig, al staan de onzekere economische tijden weinig stellige uitspraken toe. De belangrijkste aanpassing betreft de beëindiging van de directe bekostiging van het fundamentele onderzoek door het ministerie van VWS. Die bekostiging zal vanaf 2013 via NWO gaan lopen. Het ministerie van VWS heeft wel nog middelen toegezegd voor 2013 (en 2014) voor de functies volgen (monitoring) en verspreiden (debatten, overzichtspublicaties). Verwacht wordt dat de omzet voor 2013 op een vergelijkbaar peil zal uitkomen als in 2012.

Publicaties Het Mulier Instituut heeft in 2012 verschillende manieren verkend om de kennis over sport op een toegankelijke en doeltreffende manier te verspreiden. Daarbij is meer rekening gehouden met de wensen van gebruikers en mogelijkheden van de digitalisering van publicaties. Dit gebeurde in 2012 bijvoorbeeld in de vorm van factsheets en e-zines. Activiteiten 2012 Het Mulier Instituut heeft in 2012 in totaal 50 publicaties uitgebracht (in 2011 waren dat er 48). Hieronder vallen 32 rapporten, 3 Mulier light boeken, 7 boeken (Mulier Fonds, trendrapport), 2 e-zines en 7 factsheets. Daarnaast publiceerden onderzoekers van het Mulier Instituut een achttal artikelen in internationale journals. Met drie aansprekende publicaties uit 2012 leggen we de nadruk op de functies Volgen, Begrijpen en Verspreiden. De vierde publicatie is het essay ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut en geeft een overzicht van tien jaar sportonderzoek en -beleid in Nederland. Een compleet overzicht van alle 2012 publicaties is te vinden in de bijlage Publicaties 2012 achterin dit jaarverslag. 15

Volgen Fitnessbranche 2012 De afgelopen decennia werd de ontwikkeling van de fitnessbranche gekenmerkt door groei, zowel qua aanbod als qua deelname. Deze opmars hangt samen met het toegenomen gezondheidsbewustzijn en de maatschappelijke waardering voor een jong en slank voorkomen.

sportwereld geworden. Dat de fitnessbranche kan bijdragen aan het realiseren van beleidsdoelen van het Ministerie van VWS en NOC*NSF is illustratief voor de sterke positie die de De afgelopen decennia werd de ontwikkeling van de fitnessbranche gekenmerkt door groei, zowel qua aanbod als qua deelname. Deze opmars hangt samen met het toegenomen gezondheidsbewustzijn en de maatschappelijke waardering voor een jong en slank voorkomen. Inmiddels is de fitnessbranche een groot en betekenisvol segment binnen de Nederlandse Het Trendrapport Fitnessbranche 2012 is een initiatief van het Mulier Instituut. Het rapport schetst een actueel beeld van de vraag- en aanbodzijde van de Nederlandse fitnessbranche. wanneer de branche haar kwaliteiten benut, bijvoorbeeld door het breder inzetten van de beweegexpertise van fitnessondernemers bij sportverenigingen, scholen en welzijnsorganisaties. Hoewel er offers gebracht zullen gaan worden, lijkt er een rooskleurige toekomst voor de branche te lonken. staan voor uitdagingen, zoals het verhogen van de retentie, het structureel investeren in de kwaliteit van personeel en het aanscherpen van de positionering. Daarnaast gloren er kansen TrendrapporT Fitnessbranche 2012 branche voor staat. Voor het rapport is gebruikgemaakt van een keur aan bestaand cijfermateriaal. Daarnaast hebben meerdere professionals met kennis van de fitnesssector thematische hoofdstukken samengesteld. De combinatie van nieuwe cijfers, ondernemerstips en een internationaal perspectief maakt dit boek interessant voor ondernemers, beleidsmakers, Gelijktijdig wordt geconstateerd dat de deelname aan fitness stabiliseert, de groei van het aanbod afvlakt, concurrentie verhevigt en de druk op de omzet toeneemt. Fitnessondernemers TrendrapporT Fitnessbranche 2012 TrendrapporT Fitnessbranche 2012 Paul hover, stephan hakkers en Koen breedveld (red.) branche heeft weten te verwerven. en NOC*NSF de verantwoordelijkheid draagt om aan de buitenwereld uit te leggen waar de Rijksoverheid de van gesprekspartner als branche de omdat waardevol is marktschets Deze onderzoekers en marketeers in de Nederlandse sport- en fitnessbranche. 17 Paul Hover, Stephan Hakkers en Koen Breedveld (red.) Auteurs Paul Hover Stephan Hakkers Koen Breedveld Financiering Meerjarenprogramma (ministerie van VWS) In 2011 nam één op de vijf Nederlanders deel aan fitness. Circa twee derde deed dat bij één van de 1.650 fitnesscentra. De afgelopen decennia werd de ontwikkeling van de fitnessbranche gekenmerkt door groei, zowel qua aanbod als qua deelname. Deze opmars hangt samen met het toegenomen gezondheidsbewustzijn en de maatschappelijke waardering voor een jong en slank voorkomen. Inmiddels is de fitnessbranche een groot en betekenisvol segment binnen de Nederlandse sportwereld geworden. Dat de fitnessbranche in belangrijke mate bijdraagt aan het realiseren van beleidsdoelen van het ministerie van VWS en NOC*NSF is illustratief voor de sterke positie die de branche heeft weten te verwerven.

Begrijpen Evaluatie Topsport Talentscholen Sporttalenten op een Topsport Talentschool zijn meer tevreden over de combinatie tussen topsport en onderwijs dan sporttalenten op reguliere scholen. Met name sporttalenten met hoge trainingseisen hebben baat bij Topsport Talentscholen.

19 Auteurs Anneke von Heijden Agnes Elling Stephan Hakkers Niels Reijgersberg Fleur van Rens Ester Wisse Financiering Platform Sport, Bewegen en Onderwijs Sporttalenten op een Topsport Talentschool zijn meer tevreden over de combinatie tussen topsport en onderwijs dan sporttalenten op reguliere scholen. Het volgen van onderwijs op Topsport Talentscholen, waar het aantal contacturen met sporttalenten veelal aanmerkelijk minder is dan op reguliere scholen, levert dezelfde gemiddelde examencijfers op. Wel hebben sporttalenten op een Topsport Talentschool veelal meer studiejaren nodig voor de afronding van hun middelbare school en zakken ze vaker af naar een lager onderwijsniveau. Met name sporttalenten met hoge trainingseisen hebben baat bij Topsport Talentscholen. De belangrijkste reden om voor een Topsport Talentschool te kiezen, is omdat school en sport anders niet meer te combineren zijn. Ondanks de hogere trainingseisen zijn zij meer tevreden over de combinatie tussen topsport en onderwijs en vallen zij tevens niet vaker uit in de sport.

Verspreiden Samen voor Sportiviteit en Respect Inzet was om de trend van verharding en verruwing in de sport te doorbreken, en om te buigen naar normaal en plezierig omgaan met elkaar.

Je gaat het pas zien als je het door hebt Conclusies en slotbeschouwing van de monitor Samen voor Sportiviteit en Respect 2009-2012 Jo Lucassen, Janine van Kalmthout, Johan Steenbergen, Harold van der Werff, Froukje Smits en Marcia de Jong 21 Auteurs Jo Lucassen Janine van Kalmthout Johan Steenbergen (Kennispraktijk) Harold van der Werff Froukje Smits Marcia de Jong Van 2009 tot 2011 werkten elf sportbonden en NOC*NSF, onder leiding van de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond (KNHB), samen in het programma Samen voor Sportiviteit en Respect (SSR). Inzet was om de trend van verharding en verruwing in de sport te doorbreken, en om te buigen naar normaal en plezierig omgaan met elkaar. Het Mulier Instituut voerde in samenwerking met Kennispraktijk de monitoring van het programma SSR uit. Het monitoronderzoek biedt voor het vervolg van het programma SSR, het actieplan Naar een Veilig Sportklimaat (VSK) leerzame lessen. Financiering Koninklijke Nederlandse Hockeybond en Samen voor Sportiviteit en Respect

Verspreiden 10 jaar sportonderzoek en -beleid Zelden waren er zoveel cijfers over de sport beschikbaar. Maar weten we ook echt zoveel meer?

10 jaar sportonderzoek en -beleid Essay ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut 23 Koen Breedveld, Hugo van der Poel en Agnes Elling Auteurs Koen Breedveld Hugo van der Poel Agnes Elling Financiering Mulier Instituut Ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut, blikte het Mulier Instituut terug op tien jaar sportonderzoek en -beleid. Tien jaar verder, is het MI inmiddels drie maal verhuisd, de laatste maal in 2011 naar stadion Galgenwaard in Utrecht. In die periode werden twee grote onderzoeksprogramma s afgerond en werd een derde programma gestart - een programma dat in 2013 zal overgaan in het NWO-programma Sport: Meedoen. De auteurs hebben zich gericht op de drie aandachtsterreinen die van oudsher centraal staan in het werk van het Mulier Instituut: het sportbeleid en de sportvoorzieningen, het deelnemen aan sport, en de maatschappelijke betekenissen van sport. Voor elk van die thema s worden de ontwikkelingen in de afgelopen tien jaar belicht, en wordt er afgesloten met een bespiegeling voor de jaren die komen.

Opdrachtgevers 2012 In 2012 voerde het Mulier Instituut opdrachten uit voor een grote variëteit aan organisaties, met name afkomstig uit het publieke domein. 25

In debat Mulierdebatten De Mulierdebatten vormen een podium waarop onderzoeksgegevens over actuele ontwikkelingen in de sport worden gepresenteerd én bediscussieerd. Op 25 januari 2012 werd in stadion Galgenwaard in Utrecht het vijftiende Mulierdebat gehouden. Onderwerp van discussie waren de uitkomsten van het proefschrift van Jacco van Sterkenburg getiteld Race, ethnicity and the sport media. Daarin wordt geconcludeerd dat het gangbare maatschappelijke onderscheid tussen allochtoonautochtoon in de sportmedia vrijwel geen rol speelt. Tevens stelt hij echter dat de sportmedia wel deels bijdragen tot reproductie van etnischraciale stereotypen zoals zwarte mensen zijn van nature sneller en sterker dan witte mensen. In Nederland wordt 80 tot 90 procent van het sportbudget gestoken in sportvoorzieningen met de veronderstelling dat dit de sportdeelname ten goede komt. In het zestiende Mulierdebat op 6 juni 2012 met als thema Sport en ruimte liet Rick Prins (Eramus MC) op basis van zijn proefschrift Environmental influences on physical activity among adolescents zien dat de aanname door zijn Rotterdamse onderzoek niet wordt bevestigd. De aanwezigheid van sportfaciliteiten in de buurt hangt niet direct samen met sportgedrag bij jongeren. Echter is het een geruststelling dat een groter aanbod van sportfaciliteiten in de buurt het wel gemakkelijker maakt de intentie om te sporten om te zetten in feitelijke sportparticipatie. Zelden waren er zoveel cijfers over de sport beschikbaar. Maar weten we ook echt zoveel meer? Met deze vraag opende directeur Koen Breedveld op 12 december 2012 het Mulierdebat ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut. Dit zeventiende Mulierdebat was naar aanleiding van het Jubulem MI. In twee paneldiscussies werd onder de bezielende leiding van Paul Rosenmöller gediscussieerd over de betekenis van sportonderzoek en de rol van het Mulier Instituut. Terugkijkend klonken lovende woorden. Aan het einde van de avond sprak Jan Janssens, mede-oprichter en lector Sportbusiness Development, de wens uit dat we over 10 jaar meer bestaand onderzoek met meer vertrouwen behandelen en daadwerkelijk gebruiken.

Dag van het sportonderzoek Dag van het sportonderzoek 27 12 september 2012 Academie voor Sportstudies De Haagse Hogeschool www.dso2012.nl Dag van het Sportonderzoek De Dag van het Sportonderzoek (DSO) is een landelijk congres vóór en dóór sportonderzoekers. De dag biedt een unieke gelegenheid voor 12 september 2012 sportonderzoekers (universitair, hogeschool, commercieel, gevorderd én beginnend) om werk te presenteren en er over met elkaar in debat Academie voor Sportstudies te gaan. De derde Dag van het Sportonderzoek werd op 12 september 2012 gehouden in Den Haag, en viel samen met het 100-jarig bestaan De Haagse Hogeschool van de HALO. Tevens overhandigde drs G. Bruinooge, plv. Directeur- Generaal van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) het rapport www.dso2012.nl De bijdrage van sport aan de Nederlandse Economie aan Paul Huijts, directeur-generaal Volksgezondheid bij het ministerie van VWS. Keynote speaker was prof. dr Chris Gratton, met een presentatie over de vraag welke economische betekenis de sport heeft voor Europa. Drs G. Bruinooge, plv. Directeur-Generaal van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) overhandigde het rapport De bijdrage van sport aan de Nederlandse Economie aan Paul Huijts, directeur-generaal Volksgezondheid bij het ministerie van VWS tijdens DSO2012.

Media Onderzoekers van het Mulier Instituut zijn in 2012 meerdere malen op radio en televisie te horen en te zien geweest om toelichting te geven op actuele gebeurtenissen in de sportwereld. 28 Koen Breedveld over Olympisch vuur of waakvlam? in Hoe?zo!-radio, 17 juli 2012. Agnes Elling over Het zwarte gat na topsport in Studio Max live, Nederland 2, 23 oktober 2012.

29 Website, nieuwsbrief en social media In 2012 is mulierinstituut.nl bijna 50.000 keer bezocht door ongeveer 28.000 unieke bezoekers. Er werden 188.000 pagina s bezocht, wat neer komt op gemiddeld 3,75 pagina s per bezoek. Gemiddeld bevond een bezoeker zich 2.51 minuten op de website. De bezoekers waren voor 95 procent afkomstig uit Nederland (bron: Google Analytics). Maandelijks is in 2012 een nieuwsbrief verstuurd naar 450 abonnees. Op twitter wordt @mulierinstituut door meer dan 1.600 volgers gevolgd.

32 8% 0.4 Mld 28% 1.3 Mld Bron: CBS/HAN (2012). 64% 3.0 Mld Opinie Diverse onderzoekers van het Mulier Instituut schrijven columns en opiniestukken in verschillende tijdschriften en magazines zoals Sport & Strategie, SportLokaal, Sportnext.nl en Fit!magazine. fit!magazine DECEMBER 2012 - jaargang 11 - nummer 44 CoLumn remco hoekman Economische waarde van sport Te beginnen met de Dag van het Sportonderzoek dat deels in het teken stond van de bijdrage van sport aan de Nederlandse economie op basis van de publicatie van het CBS in samenwerking met Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). De toegevoegde waarde van sport voor de Nederlandse economie is goed dat wordt voortgebouwd op bestaande concepten, zoals de beweegkuur, 45+ voetbal en de pro- daarin becijferd op 4,7 miljard euro, overeenkomend met 1% van het bruto binnenlands product. De overheid, onderdeel van de niet-commerciële diensten, ducten uit het Meedoen programma. genereert een groot deel van deze toegevoegde Bij de meeste projecten hebben sportverenigingen waarde (1,6 miljard) en levert hiermee een mooie bijdrage aan de Nederlandse economie. een voorname rol en zijn gemeenten, sportservice organisaties of gezondheidsinstellingen als betrokken partijen opgevoerd. Dit is voor gemeenten een mooie Investeren in sport lijkt dus te lonen. Dat klinkt als testcase voor de gewenste grotere maatschappelijke een mooie aanleiding om de budgetten voor de Sportimpuls uit te breiden en de tweede ronde toch door- betrokkenheid en verantwoordelijkheid van sportverenigingen. Maatschappelijk Verantwoord Verenigingen wint aan belang op lokaal niveau en veel gegang te laten vinden. Van de 904 aanvragen in de eerste ronde konden er namelijk maar 170 gehonoreerd worden binnen het beschikbare budget. Mocht meenten spelen met het idee om wat terug te vragen voor de directe en indirecte subsidies die zij aan verenigingen verstrekken. De Sportimpuls zal uitwijzen in die tweede ronde er overigens komen, dan pleit ik in het kader van beleidsverantwoording wel voor heldere gekwantificeerde doelstellingen. hoeverre verenigingen in staat zijn voor een langere periode invulling te geven aan die rol. Een scan van de 170 gehonoreerde aanvragen laat een Los van de economische waarde van de sport zoals bewonderenswaardige diversiteit zien en een goede is becijferd door het CBS en de HAN zijn ook deze spreiding over verschillende doelgroepen. Neem bijvoorbeeld een zwemvereniging uit Oss die zich in gaat naar buiten gerichte sportverenigingen met de vele vrijwilligers goud waard voor de maatschappij. En zetten op kinderen èn hun ouders, die normaal op de verder laat het Jaarboek Sport zien dat sport een belangrijke meerwaarde kan hebben op diverse beleids- tribune wachten tot de training voorbij is en vanwege tijdgebrek vaak niet (meer) sporten. Of een E-fitness thema s, zoals gezondheid en welzijn en tolerantie. programma dat gebruikmaakt van interactieve bewegingsgames aansluitend bij de leefwereld van de Maar helaas ook dat op basis van onderzoek van Rebel/ Arup de kans op een kostendekkende exploitatie bij de jeugd om hen meer in beweging te brengen. Verder ben organisatie van de Olympische Spelen klein moet ik blij te zien dat ook ouderen en gehandicapten voldoende aandacht krijgen in de programma s. En is het worden geacht. Zo zitten er dus wel nadrukkelijk grenzen aan de economische meerwaarde van sport. SportLokaal 5 oktober 2012 / column remco Hoekman Ten tijde van het schrijven van deze column staat sportbeleid en sportonderzoek volop in de belangstelling. De gehonoreerde 170 projecten van de Sportimpuls, goed voor 11 miljoen, zijn bekendgemaakt. Het jaarboek Sport is net uit, waarin een uitgebreid overzicht wordt geboden van de meest relevante onderzoeken op verschillende beleidsvelden in de sport. Daarnaast vond op 12 september alweer de derde editie van de Dag van het Sportonderzoek plaats, met bijdragen van een breed scala aan sportonderzoekers met interessante discussies tot gevolg. in deze column een bloemlezing van interessante uitkomsten en initiatieven. > De toegevoegde waarde van sport voor de Nederlandse economie is becijferd op 4,7 miljard euro remco Hoekman is senior onderzoeker bij het Mulier instituut, in deze vaste column brengt hij sportonderzoek en sportbeleid samen. Een digitale versie van de column en bijbehorende documenten zijn te downloaden op www.mulierinstituut. nl/media_opinie/ columns/sport-lokaal.html. SportGErELatEErdE toegevoegde waarde: totaal NiET-COMMErCiëLE DiENSTEN GOEDErEN PrODUCENTEN COMMErCiëLE DiENSTEN De bijdrage van sport aan de Nederlandse economie. Grond wordt schaars. Vooral in het verstedelijkte westen van ons land. Hierdoor worden gemeenten gedwongen de sportvelden intensiever en multifunctioneel te gebruiken. Doen ze dat niet, dan lopen ze het risico dat de druk op dat stuk grond doorslaat ten gunste van woningbouw. Over de ins en outs van multifunctioneel gebruik van sportvelden praat SportLokaal met vier betrokkenen. > Sportvelden moeten steeds vaker Er wordt veel over multifunctioneel gebruik van sportvelden gepraat, maar de discussie richt zich nog te weinig op de concrete mogelijkheden. Dat constateert Ties joosten, directeur van kiwa isa Sport. kiwa isa Sport onderzoekt, certificeert en Om dit voor eens en altijd vast te stellen, onderzoekt de werkgroep Multifunctioneel gebruik, adviseert over onder meer sportvelden, ook bij multifunctioneel gebruik. ik mis een eenduidige onderdeel van de commissie kunstgras van de richtlijn wat je moet en kunt doen om verschillende sporten gebruik te laten maken van een- mogelijkheden. in de werkgroep zitten onder an- Branchevereniging Sport en Cultuurtechniek, de zelfde veld. kiwa isa Sport bekijkt weliswaar of dere aannemers, leveranciers, gemeenten, adviesbureaus en kiwa isa Sport. Het doel van de aan de wedstrijdnormen van de respectievelijke bonden wordt voldaan, maar aan multifunctioneel gebruik van een sportveld zit meer vast. De heden, met een eenduidige en heldere richtlijn werkgroep is, na inventarisatie van de mogelijk- organiserende gemeente wil graag weten: wanneer kan het wel en wanneer kan het niet? Welke gaan praten met onder meer NOC*NSF, de bon- te komen. Hiervoor zal de werkgroep binnenkort sporten kunnen worden gecombineerd? den en VSG. multifunctioneel worden gebruikt De bonden zullen water bij de wijn moeten doen Een ding staat voor Ties joosten al vast: bij multifunctioneel gebruik zullen de diverse bonden water bij de wijn moeten doen. in Engeland en Amerika zie ik veel multifunctionele sportvelden bij universiteiten en scholen. Daar kunnen diverse sporten samen op eenzelfde veld worden gespeeld, omdat een andere structuur dan een bond de normen bepaalt. LAng of kort in Nederland zijn zowel voetbal als hockey populair. Een reden voor gemeenten om beide sporten op een multifunctioneel veld te laten spelen. Hockey en voetbal zijn echter lastig te combineren. Ties joosten: Door de populariteit en dus hoge bezettingsgraad van de velden is het programmeren Tekst: IJdo Groot Sportveldenl 5 oktober 2012 / Sportvelden 33 Londen 2012 Verschillende onderzoekers van het Mulier Instituut zijn voorafgaand en tijdens de Olympische Spelen aanwezig geweest in Londen. In het kader van het project Olympische Kennis heeft Paul Hover deelgenomen aan verschillende conferenties. De uitkomsten en ervaringen die hierbij zijn verzameld worden in 2013 gepubliceerd. Niels Reijgersberg en Justus Beth zijn aanwezig geweest bij de officiële overhandiging van de derde Topsportklimaatmeting. Minister Schippers van VWS nam samen met André Bolhuis van NOC*NSF het boek Bloed, zweet en tranen en een moment van glorie (met bijdragen van Niels Rijgersberg en Agnes Elling) in ontvangst uit handen van prof. dr Maarten van Bottenburg. Om de hoek van het Olympic park door Paul Hover. André Bolhuis, Edith Schippers en Maarten van Bottenburg.

Mulier Instituut Arko Sports Media De Nationale Sportdeelname Quiz Op 3 december 2012 hebben Koen Breedveld en Harold van der Werff, tijdens de Papendal Sport Parade ter gelegenheid van het 100 jarig bestaan van NOC*NSF de Nationale Sportdeelname Quiz gepresenteerd. Deelnemers aan de workshop 90% van de Nederlanders wil sporten, maar ook mensen thuis konden online deelnemen aan de quiz waarin zestien vragen werden gesteld over sportdeelname in Nederland. In totaal werd de online quiz 419 keer ingevuld. Jaarboek Sport beleid en onderzoek editie 2011/2012 Jaarboek Sport beleid en onderzoek editie 2011/2012 31 Mulier Instituut Arko Sports Media Jaarboek Sport Het Jaarboek Sport 2011/2012 is gelanceerd op 5 september 2012, tijdens de Sportieve opening van het Parlementaire Jaar in Den Haag. Gebruik bibliotheek Boeken en andere publicaties in de bibliotheek van het instituut zijn een dankbare bron voor veel studenten die een bachelor- of masterscriptie schrijven over een sportonderwerp. In 2012 werd hier veelvuldig gebruik van gemaakt. Er werden in 2012 in totaal 1.317 digitale en papieren publicaties aan de collectie toegevoegd.

Publicatieoverzicht 2012 Wetenschappelijke (internationale) artikelen Bloemers, F., Collard, D., Chin a Paw, M.C., Mechelen, W. van, Twisk, J., & Verhagen, E. (2012). Physical inactivity is a risk factor for physical activity-related injuries in children. British Journal of Sports Medicine, 46(9), 669-74. Elling, A. (2012). Buitengewoon grensoverschrijdend. Sportervaringen van transgenders. Tijdschrift voor Genderstudies, 15(2), 45-60. Bijlagen Elling, A., Hilvoorde, I. van & Dool, R. van den (2012). Creating or awakening national pride through sporting success: A longitudinal study on macro effects in the Netherlands. International Review for the Sociology of Sport, Published online before print August 22. doi: 10.1177/1012690212455961. Elling, A., Hilvoorde, I. van & Dool, R. van den (2012). Topsport als motor voor nationale trots? Mens en maatschappij, 87(2), 101-124. Elling-Machartzki, A. & Smits, F. (2012). Samen douchen geen probleem? Reproductie en uitdaging van homonegativiteit in de sport. Tijdschrift voor Seksuologie, 36(4), 259-270. Kraaykamp, G., Oldenkamp, M. & Breedveld, K. (2012). Starting a sport in the Netherlands: A lifecourse analysis of the effects of individual, parental and partner characteristics. International Review for the Sociology of Sport, 47. doi: 1012690211432212. 33 Rens, F. van, Elling, A. & Reijgersberg, N. (2012). Topsport Talent Schools in the Netherlands: A retrospective analysis of the effect on performance in sport and education. International Review for the Sociology of Sport, Published online before print December 31. doi: 10.1177/1012690212468585. Sterkenburg, J. van & Knoppers, A. (2012). Sport as a contested racial/ethnic terrain. Processes of racialization in Dutch sport media and policy. Journal of Multicultural Discourses, 7(2), 119-136. Boeken, boekhoofdstukken, rapporten en factsheets (Mulier Instituut) Bakker, S. (2012). Ledenmonitor 2011. Een onderzoek onder de leden van de Koninklijke Nederlandse Tennisbond (KNLTB). (Intern rapport). Utrecht: Mulier Instituut. Bakker, S. & Poel, H. van der (2012). Ledenwerving en -behoud bij tennisverenigingen 2012. (Intern rapport). Utrecht: Mulier Instituut. Bottenburg, M. van, Dijk, B., Elling, A. & Reijgersberg, N. (2012). Bloed, zweet en tranen - en een moment van glorie. 3-meting topsportklimaat in Nederland. Nieuwegein: Arko Sports Media. - Elling, A. & Reijgersberg, N., Pijler 5(b): stoppen met topsport (pp.99-119) Bottenburg, M. van, Elling, A., Hover, P., Brinkhof, S. & Romijn, D. (2012). De maatschappelijke betekenis van topsport. Literatuurstudie in opdracht van het Ministerie van VWS. Nieuwegein: Arko Sports Media. Breedveld, K., Poel, H. van der & Elling, A. (2012). 10 jaar sportonderzoek en -beleid. Essay ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van het Mulier Instituut. Nieuwegein: Arko Sports Media.

Breedveld, K., Schrijvers, L., Terpstra, N., Rens, F. van, Jong, M. de & Eyssen, N. (red.) (2012). Jaarboek Sport: beleid en onderzoek. Editie 2011 / 2012. Nieuwegein: Arko Sports Media i.s.m. Mulier Instituut. Cevaal, A., Lindert, C. van & Romijn, D. (2012). Special Heroes bezien vanuit sportaanbieders. Utrecht: Mulier Instituut. Cevaal, A. & Romijn, D. (2012). Cruyff Courts monitor 2012. Resultaten van de vierde meting. Utrecht: Mulier Instituut. Collard, D. (2012). Factsheet Special Heroes, cluster 4. 0-meting, juni 2012. Utrecht: Mulier Instituut. Collard, D.& Hoekman, R. (2012). Sportdeelname in Nederland: 2006-2011. Factsheet. Utrecht: Mulier Instituut. Collard, D. & Hoekman, R. (2012). Tellen en vertellen. Opzet onderzoeksprogramma 2012-2014 Sportservice Haarlemmermeer. Utrecht: Mulier Instituut. Collard, D., Werff, H. van der, Crevels-van Hellemond, S. & Harlaar, M. (2012). De Sportieve School. Leerervaringen met het concept De Sportieve School. Proces- en effectevaluatie. Utrecht/Bilthoven: Mulier Instituut/Nederlandse Sport Alliantie. Dool, R. van den & Cevaal, A. (2012). Ondersteuningsrol Gehandicaptensport Nederland na 2012. (Intern rapport). Utrecht: Mulier Instituut. Dool, R. van den & Elling, A. (2012). Actieve leefstijl 2010, sport, bewegen en gezondheid. Utrecht: Mulier Instituut. Dool, R. van den, Jong, M. de, Cevaal, A. & Wassink, L. (2012). Monitor zo kan het ook! Beweegstimuleringsprogramma voor mensen met een verstandelijke handicap, het eindrapport. Utrecht: Mulier Instituut. Elling, A. (2012). Factsheet Euro 2012 en (sportieve) nationale trots. Utrecht: Mulier Instituut. Elling, A. (2012). Topsport en nationale trots. Paralympische Spelen 2012. Factsheet. Utrecht: Mulier Instituut. Elling, A. & Rens, F. van (2012). Draagvlakmeting Olympische Spelen 2028. 1-meting 2011. Utrecht: Mulier Instituut. Elling, A., Rens, F. van & Smits, F. (2012). Om mijn hersenen te trainen en voor de gezelligheid. Motieven voor en opbrengsten van deelname aan kennismakingscursussen bridge. Utrecht: Mulier Instituut. Elling, A. & Smits, F. (2012). Helmondse 13+ jeugd in beweging brengen. Verkenning sportbehoefte en -aanbod 13+ jeugd in Helmond. Utrecht: Mulier Instituut. Heijden, A. von, Boers, E., Hakkers, S. & Hilhorst, J. (2012). Impuls lokaal bekeken: verbinders in de tweede tranche. Verdiepingsonderzoek naar effecten én processen van de inzet van

combinatiefunctionarissen. Utrecht/Nijmegen: Mulier Instituut/Kennispraktijk-voor sport, onderwijs en gezondheid. Heijden, A. von, Elling, A. (red.), Hakkers, S., Reijgersberg, N., Rens, F. van & Wisse, E. (2012). Evaluatie Topsport Talentscholen. Nieuwegein: Arko Sports Media. Heijden, A. & Kalmthout, J. van (2012). De impuls van een combinatiefunctionaris, 2-meting. Utrecht: Mulier Instituut. Hoekman, R. & Hoenderkamp, K. (2012). Sportdeelname ambities ruimtelijk vertaald. Behoefte aan sportvoorzieningen in Rotterdam tot 2020. (Intern rapport). Utrecht: Mulier Instituut. Hoenderkamp, K., Hakkers, S., Bakker, S. & Hoekman, R. (2012). Ruimte voor sport in Groningen 2012-2030. Een vraag-aanbodanalyse van buitensport- en binnensportaccommodaties, 2012-2030. Utrecht: Mulier Instituut. 35 Hover, P., Hakkers, S. & Breedveld, K. (2012). Trendrapport fitnessbranche 2012. Nieuwegein/Utrecht: Arko Sports Media/Mulier Instituut. Hover, P. & Romijn, D. (2012). Factsheet sportevenementen. Katalysator voor participatie en cohesie? Utrecht: Mulier Instituut. Hover, P., Romijn, D. & Breedveld, K. (2012). Factsheet Spelen London 2012 als aanjager voor sportdeelname. Arnhem: Olympisch Vuur 2028. Hover, P. & Schendel, A. van (2012). Quick scan evaluatie sportevenementen. Utrecht/Breda: Mulier Instituut/NHTV. Kalmthout, J. van (2012). Gezonde sportkantine? Verkenning bij sportbestuurders. Utrecht: Mulier Instituut. Kalmthout, J. van (2012). Microkredietregeling voor sportverenigingen? Behoeftepeiling verenigingsbestuurders. Utrecht: Mulier Instituut. Kalmthout, J. van & Jong, M. de (2012). Je gaat het pas zien als je het doorhebt. Sportverenigingen aan de slag met sportiviteit en respect. Utrecht: Mulier Instituut. Kemper, A.B.A. (Mulier Instituut), Wals, H., (Huygens Instituut voor Nederlandse geschiedenis (KNAW)) Breuker, P. (De Sportwereld) & Heerma van Voss, L. (Huygens Instituut voor Nederlandse geschiedenis) (2012). Sport en maatschappij in Nederland. Contouren van een nieuw sporthistorisch onderzoeksprogramma. Utrecht: Mulier Instituut. Lucassen, J. (2012). Excellente trainer/coaches voor excellente sport. Ontwikkeling en invoering van een kwaliteitsassessment voor sportleiders. Nieuwegein/Utrecht: Arko Sports Media/Mulier Instituut. Lucassen, J., Kalmthout, J. van, Steenbergen, J., Werff, H., Smits, F. & Jong, M. de (2012). Je gaat het pas zien als je het door hebt Conclusies en slotbeschouwing van de monitor samen voor sportiviteit en respect 2009-2012. (e-zine, URL: www.mulierinstituut.nl/ssr). Nieuwegein: Arko Sports Media.

Lucassen, J., Reijgersberg, N. & Werff, H. van der (2012). Evaluatie leergang vakbekwaamheid bewegingsonderwijs via Pabo. Onderzoek onder pabo-opleidingen, scholen voor primair onderwijs en pabo-alumni. Utrecht: Mulier Instituut. Mulier Instituut (2012). Factsheet sport en onderwijs verbonden. Kwalitatief verdiepend onderzoek naar succesfactoren in samenwerking sport en onderwijs. Utrecht: Mulier Instituut. Oosterman, J., Hover, P. & Meijer, R. (2012). Overijssel en het Olympisch Plan. Betekenis voor economie, ruimte en innovatie. (Intern rapport). Amersfoort/Utrecht: DHV/Mulier Instituut. Reijgersberg, N., Dijk, B. & Collard, D. (2012). Topsport en onderwijs gecombineerd. Een inventarisatie en vergelijking van (buitenlandse) programma s in de schoolsetting op het gebied van talentontwikkeling. (Intern rapport). Utrecht: Mulier Instituut. Reijgersberg, N., Lucassen, J., Pot, N. & Hilvoorde, I. van (2012). Toekomstscenario s voor schoolsport. Inventarisatie, vergelijking en perspectieven van schoolsportactiviteiten in Nederland. Utrecht: Mulier Instituut. Reijgersberg, N., Lucassen, J., Pot, N. & Hilvoorde, I. van (2012). Toekomstscenario s voor schoolsport (verkorte versie). Utrecht: Mulier Instituut. Romijn, D. & Bakker, S. (2012). Quick scan binnensportbeleid Heerlen 2012. Utrecht: Mulier Instituut. Romijn, D., Bakker, S. & Poel, H. van der (2012). Quick scan sportbeleid in Maastricht 2012. Utrecht: Mulier Instituut. Romijn, D. & Kalmthout, J. van (2012). Verenigingsmonitor Haarlem 2012. Utrecht: Mulier Instituut. Romijn, D. & Kalmthout, J. van (2012). Vitaliteit sportverenigingen Schiedam 2012. Stand van zaken bij sportverenigingen in het perspectief van vitaliteit. Utrecht: Mulier Instituut. Smits, F. & Kalmthout, J. van (2012). Samen naar concreet sportief en tastbaar respect. De realisatie van actieplannen sportiviteit & respect van sportbonden onderzocht. Utrecht: Mulier Instituut. Werff, H. van der, Bedaf, A. van, Hoenderkamp, K & Breedveld, K. (2012). Zwemmonitor 2012. Een beeld van het aanbod van zwemwater in Nederland. Utrecht: Mulier Instituut. Werff, H. van der & Breedveld, K. (2012). Atletiekloket. Het kenniscentrum voor atletiek en loopsport. Utrecht: Mulier Instituut. Werff, H. van der & Kalmthout, J. van (2012). Minder klappen, meer applaus? Beeldvorming Nederlands publiek rondom voorkomen onwenselijk gedrag in de sport, 2011. Utrecht: Mulier Instituut. Werff, H. van der, Wisse, E. & Stuij, M. (2012). Sport en onderwijs verbonden. Kwalitatief verdiepend onderzoek naar succesfactoren in de samenwerking tussen sportverenigingen en scholen. Utrecht: Mulier Instituut.

Andere artikelen of bijdragen in vaktijdschriften/kranten Bakker, S. (2012). Inzicht in accommodatieverschillen. Centre Court (KNLTB), (3), 16-17. Bakker, S. (2012). Contributiehoogtes onder de loep genomen. Centre Court (KNLTB), (4), 18-19 Bakker, S. (2012). Sportdeelname komt (nog) niet uit startblokken. Sportnext.nl (www.sportnext.nl/ berichten/20121113_sportdeelname_komt_nog_niet_uit_startblokken), 13 november 2012. Bakker, S. (2012). Wat de tennisser vindt van gravelbanen en rode zandkunstgrasbanen. Gravel Magazine (KNLTB), november 2012, 23-24. Bakker, S. & Poel, H. van der (2012). Contributiehoogtes bij Nederlandse tennisverenigingen in beeld gebracht. Sportlokaal, 7(2), 48-49. 37 Beth, J.O. (2012). Sport, bewegen en onderwijs: kansen voor de toekomst. Lichamelijke Opvoeding, 100(1), 9-11. Beth, J.O. (2012). De daad bij het woord voegen. Sport & Strategie, 6(9), 23. Boers, E. & Heijden, A. von (2012). Inzet combinatiefunctionarissen heeft duidelijk resultaat. Sport Knowhow XL (URL: http://www.sportknowhowxl.nl/alleen-op-de-wereld/6966), 10 april 2012. Elling, A. (2012). Sport: ook een vrouwenzaak. Raffia, 24(3), 3-6. Hilvoorde, I. van & Elling, A. (2012). Sportsuccessen uitlaatklep voor nationale gevoelens. De Stentor, 9 juni 2012, 12. Hoekman, R. (2012). Mogelijkheden Sportatlas. Sportaccom, 25(6), 20-21. Hoekman, R. (2012). Ondernemende overheid. SportLokaal, 7(1), 26. Hoekman, R. (2012). Sportieve ruimte. SportLokaal, 7(2), 15. Hoekman, R. (2012). Goud. SportLokaal, 7(3), 17. Hoekman, R. (2012). Fitness 2.0. SportLokaal, 7(4), 12. Hoekman, R. (2012). Economische waarde van sport. SportLokaal, 7(5), 32. Hoekman, R. (2012). Jaloers. SportLokaal, 7(6), 36. Hoenderkamp, K. & Hoekman, R. (2012). Sport op de kaart. SportLokaal, 7(1), 11. Hoenderkamp, K & Hoekman, R. (2012). Sportaccommodaties ongelijk verdeeld? SportLokaal, 7(2), 18-19. Hover, P. (2012). Fitnesscentra en sportverenigingen: bouwen aan de Senseo van de sportbranche? Sportnext (www.sportnext.nl/berichten/20121005_fitnesscentra_en_sportverenigingen_bouwen_aan_ de_senseo_van_de_spo), 7 oktober 2012.