VOORWOORD DEEL I. HANDELS- EN ECONOMISCH RECHT. Wetboek van Koophandel. Distributiecontracten. Mededingingsrecht



Vergelijkbare documenten
Titel I. Vennootschap en rechtspersoonlijkheid. Titel II. Definities... 1

Vennootschappenrecht. Wetboek vennootschappen van 7 mei

ALGEMENE INHOUDSTAFEL

Deel I Vennootschappen Boek III Wijze van eigendomsverkrijging... 33

1. Auteursrecht. b. Europees Richtlijn 2009/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de

1. Auteursrecht. Hoofdstuk V. (De reproductie voor privé-gebruik. ter illustratie bij onderwijs of voor wetenschappelijk

INLEIDING: OVERGANGSREGELING EN INWERKINGTREDING DEEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN BOEK 1. Inleidende bepalingen... 22

Details. Short description. Table of contents. Table of contents (PDF) Basiswetteksten inzake handels- en economisch recht.

Deel I Arbeidsovereenkomsten Deel II Belasting over de Toegevoegde Waarde Deel III Beslag- en Uitvoeringsrecht... 42

BASISWETTEKSTEN INZAKE HANDELS- EN ECONOMISCH RECHT

Deel I. Handels- en economisch recht

DEEL I. BASISWETGEVING

Inhoud. INLEIDING... v. 1. WETTELIJKE CONTEXT Europa België... 1

1. Wettelijke context Europa België Vennootschap... 3

Deel I. Basiswetgeving. Deel III. Markten. Deel II. Wetgeving betreffende actoren. Wet van 19 april 2014 betreffende de alternatieve

Deel I. Basiswetgeving. Deel III. Markten. Deel II. Wetgeving betreffende actoren. Wet van 19 april 2014 betreffende de alternatieve

Deel I. Basiswetgeving. Deel III. Markten. Deel II. Wetgeving betreffende actoren. Wet van 3 augustus 2012 betreffende [de

Deel 1. Wetboek van koophandel

INHOUDSTAFEL. Wetboek van Koophandel... 30

Deel 1. Wetboek van koophandel

1. Uitvindingsoctrooi. a. Nationaal b. Europees Wetboek van economisch recht van 28 februari 2013 (Uittreksel)... 3

Vennootschapsrecht toegepast

Door het Wetboek van economisch recht opgeheven bepalingen

I. Statuut van de bestuurder

Deel I. Belangrijkste basiswetgeving

I. WIB92 1 I. WIB92. K.B. 10 april 1992 WIB Inhoudsopgave

Studenten verkoopsvoorwaarden

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Vennootschaps- en Financieel Recht... Ten geleide... enkele cijfers...

Algemene Inhoudsopgave

Boekdeel II. Deel 1. Algemeen. Deel 2. Vennootschappenrecht. Deel 3. De accountant en de belastingconsulent. Deel 4. Fiscaal strafrecht

Inhoud. Deel 1. Voorwoord 13

TITEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65

I. Federaal Sociaal Strafrecht

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring

DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK - BEGRIP

INHOUD. Voorwoord... v Inleiding Hoofdstuk I. Relevante begrippen bij de bepaling van het toepassingsgebied... 5

HOOFDSTUK II. DE VOORAFGAANDE VERSLAGPLICHT

Inhoud. vii. Deel 1 Algemene inleiding 1. 1 Inleiding 3. Deel 2 De structuur Onderneming, eenmanszaak en personenvennootschappen 49

INHOUD. Deel I Overdracht van ondernemingen

Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen 23 november 1965

Boekdeel I. Algemeen. Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende

Inhoudsopgave DEEL 1 INLEIDENDE BEGRIPPEN DEEL 2 ASPECTEN UIT HET BURGERLIJK RECHT

INHOUDSOPGAVE AUTEURS 3 VOORWOORD 5

De wet op de marktpraktijken. Procedure en sancties. TALLON Advocaat. larcier

Deel 1. Registratierechten

Inhoud. Inleiding en algemene bepalingen

Deel 1. Registratierechten

Inhoudstafel. Afdeling 2. Planningsmogelijkheden bij overnames in het licht van de antimisbruikregels... 5

Deel I Burgerlijk Wetboek (uitreksel), Opstal en Erfpacht Burgerlijk Wetboek Titel I Onderscheiding van de goederen...

Boekhoudrecht en W.Venn.

van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen.) (5 (...).) (5 (...).)

Koninklijke Besluiten Belasting over de Toegevoegde Waarde

Inhoudsopgave. Deel I Huurprincipes Burgerlijk Wetboek Boek III Wijze van eigendomsverkrijging Titel VIII Huur...

Ontbinding en vereffening

VENNOOTSCHAPSRECHT TOEGEPAST

VENNOOTSCHAPSRECHT TOEGEPAST

sai UITCEVERS Den Haag, 2004 INTELLECTUELE EIGENDOM Onder redactie van: mr P.G.F.A. Geerts, Rijksuniversiteit Groningen

ECTS-fiche VENNOOTSCHAPSRECHT MODULE KORTE OMSCHRIJVING. Academiejaar: vanaf

Inhoud. Deel 1 Ondernemingsrecht 12

Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde / 19

DE VEREFFENING VAN DE BVBA EN DE NV

Inhoudstafel De algemene vergadering 3.

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM

Deel 1. Wetboek van koophandel

BASISWETTEKSTEN INZAKE HET RECHT VAN DE INTELLECTUELE EIGENDOM

1.1 Wetgeving Nationale wetgeving Het internationale recht Rechtspraak Gewoonte 22 1.

Inhoud. 1 De vennootschap 25 2 De vereniging Algemeen De vzw en ivzw Andere verenigingen 27 3 De stichting 28

2de bach TEW. Vennootschapsrecht. Notities aangevuld uit wetboek. uickprinter Koningstraat Antwerpen.

Boekdeel I. Algemeen. Bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende

Beknopte inhoudsopgave

Aansprakelijkheid van bestuurders en zaakvoerders

INHOUD INLEIDING... 5

Inhoud DEEL 1 ALGEMENE INLEIDING BOEKHOUDING EN RAPPORTERING... 1 HOOFDSTUK 1 HISTORISCHE EVOLUTIE EVOLUTIE VAN DE BEGRIPPEN...

SOFINA SA Nijverheidstraat Brussel Gerechtelijke arrondissement Brussel (RPM Brussel)

Boekdeel I. Algemeen. Deel 1. Inkomstenbelastingen

Hoofdstuk V. Het Grondwettelijk Hof, de voorkoming en de regeling van conflicten. 1. Bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof

Inhoud. Voorwoord...v DEEL 1. AANGIFTE EN CONTROLE. Inleiding...3. Hoofdstuk 2. De aangifte als grondslag voor de btw-heffing...5

TWEEDE PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN BELGIE DE REGERING VAN NIEUW-ZEELAND TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

Vennootschapsvormen en de daaraan gekoppelde keuzes, en risico s. Bruno De Vuyst. VUB Starterseminarie 18 oktober 2007 NV:

Voorwoord Afdeling 4. Toegekende rechten... 39

INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF...

INHOUDSOPGAVE. LIJST DER VERKORT AANGEHAALDE WERKEN...vii HOOFDSTUK I. ALGEMENE REGELEN... 1

Boekdeel I. Algemeen. Deel 1. Inkomstenbelastingen. Deel 2. Met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen. zie afzonderlijk Boekdeel I

HOOFDSTUK 1 Aangifte inzake PB, VenB, RPB en BNI 3

Hervorming van het vennootschapsrecht Algemene bepalingen & Overzicht vennootschapsvormen

Modellen voor het vennootschapsleven 2011

De naamloze en besloten vennootschap. Hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen Advocaat te Amsterdam. Mr. M.P. Nieuwe Weme

Inhoudstafel. Inleiding 1. Titel 1 TOEGANGSVOORWAARDEN

De juridische organisatie van de onderneming

INHOUD. Voorwoord... v DEEL 1. DE AANGIFTE. Inleiding Hoofdstuk 1. De aangifteplichtigen Hoofdstuk 2. De aangiftetermijn...

1. Burgerlijk recht. Titel V. Het huwelijk... 19

Vennootschapsrecht in België. Harald De Muynck Kevin De Muynck

VERENIGINGEN EN VENNOOTSCHAPPEN

Belgisch Internationaal Privaatrecht

BOEKDEEL I. Deel 1. Internationaal en Europees recht. Deel 3. Strafrecht. Deel 2. Staatsrecht. Algemene inhoudstafel Boekdeel III...

(B.S., 14 november 1998)

Deel 1. Europees belastingrecht

Inhoud INLEIDING... 1 HOOFDSTUK 1. VERKOOPRECHTEN... 17

Wetboek economisch recht Pieter Van den Bossche Adviseur Fod Economie

Transcriptie:

VOORWOORD DEEL I. HANDELS- EN ECONOMISCH RECHT Wetboek van Koophandel Wetboek van Koophandel (Uittreksel).... 3 Boek I. Koophandel in het algemeen.............. 3 Wet houdende Titels I tot IV van het Wetboek van Koophandel 3 Titel I. Kooplieden............................... 3 Titel II. Huwelijksvoorwaarden van kooplieden............ 4 Titel III. Koopmansboeken.......................... 4 Titel IV. Bewijs van handelsverbintenissen............... 4 Wet betreffende het pand en de commissie.............. 4 Titel I. Pand.................................... 4 Titel II. Commissiecontract.......................... 5 Afdeling I. De commissionairs in het algemeen...... 5 Afdeling II. Commissionairs of consignatarissen..... 5 Wet betreffende de vervoerovereenkomst................ 6 Titel VIIbis. Vervoerovereenkomst..................... 6 Eerste hoofdstuk. Algemene bepalingen................... 6 Hoofdstuk II. Spoorwegvervoer.......................... 7 Gecoördineerde wetten op de wisselbrieven en orderbriefjes... 8 Titel VIII. Gecoördineerde wetten op wisselbrieven en orderbriefjes........................................ 8 Eerste afdeling. De wisselbrief.................. 8 Hoofdstuk I. Uitgifte en vorm van de wisselbrief............. 8 Hoofdstuk II. Endossement............................. 8 Hoofdstuk III. Acceptatie.............................. 9 Hoofdstuk IV. Aval.................................. 10 Hoofdstuk V. Vervaldag............................... 10 Hoofdstuk VI. Betaling............................... 10 Hoofdstuk VII. Recht van regres in geval van niet-acceptatie of nietbetaling........................................... 11 Hoofdstuk VIII. Tussenkomst........................... 13 Hoofdstuk IX. Wisselbrief in verscheidene exemplaren en wisselafschriften.......................................... 13 Hoofdstuk X. Tekstveranderingen........................ 14 Hoofdstuk XI. Verjaring............................... 14 Hoofdstuk XII. Algemene bepalingen..................... 14 Afdeling II. Het orderbriefje.................... 14 Afdeling III. Aanvullende bepalingen............. 15 Hoofdstuk I. Fondsbezorging........................... 15 Hoofdstuk II. Betaling van vermiste wisselbrieven............ 15 Hoofdstuk III. Bijzondere bepalingen..................... 16 Gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen...... 16 Titel IX. Handelsvennootschappen..................... 16 Wet betreffende de verzekeringen..................... 16 Titel X. Verzekering in het algemeen.................. 16 Eerste hoofdstuk. Algemene bepalingen................... 16 Hoofdstuk II. Personen die een verzekering kunnen aangaan.... 16 Hoofdstuk III. Verplichtingen van de verzekeraar en van de verzekerde............................................ 16 Hoofdstuk IV. Bewijs van de overeenkomst................ 18 Hoofdstuk V. Enige gevallen van ontbinding van de overeenkomst 18 Hoofdstuk VI. Verjaring.............................. 18 Titel XI. (opgeheven)............................. 18 Boek II. Zee- en binnenvaart.................... 18 Distributiecontracten Wet van 27 juli 1961 betreffende eenzijdige beëindiging van de voor onbepaalde tijd verleende concessies van alleenverkoop (B.S. 5 oktober 1961)........................ 18 Wet van 13 april 1995 betreffende de handelsagentuurovereenkomst (B.S. 2 juni 1995)............................... 19 Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten (B.S. 18 januari 2006, err. B.S. 13 februari 2006, 2e uitg.)............................... 23 Mededingingsrecht Gecoördineerde Wet van 15 september 2006 tot bescherming van de economische mededinging (B.S. 29 september 2006), inwerkingtreding 1 oktober 2006............. 24 Hoofdstuk I. Definities............................... 24 Hoofdstuk II. Mededingingspraktijken.................... 24 Afdeling 1. Restrictieve mededingingspraktijken.... 24 Afdeling 2. Concentraties..................... 25 Hoofdstuk III. Organen............................... 27 Afdeling 1. De Raad voor de Mededinging........ 27 Afdeling 2. (Algemene Directie mededinging)...... 29 Afdeling 3. Het beroepsgeheim................. 29 Afdeling 4. Onverenigbaarheden................ 30 Afdeling 5. De Commissie voor de Mededinging.... 30 Hoofdstuk IV. Procedures............................. 31 Afdeling 1. Onderzoeksprocedure............... 31 Afdeling 2. Specifieke onderzoeksregels betreffende restrictieve mededingingspraktijken.............. 32 Afdeling 3. Beslissing inzake restrictieve mededingingspraktijken............................. 32 Afdeling 4. Onderzoek inzake concentratie........ 34 Afdeling 5. Beslissing inzake concentratie......... 35 Afdeling 6. Onderzoek en beslissing tijdens een vereenvoudigde procedure bij concentraties............ 36 Afdeling 7. Voorlopige maatregelen.............. 36 Afdeling 8. Geldboeten en dwangsommen........ 37 Afdeling 9. Bekendmaking en kennisgeving........ 37 iii

Afdeling 10. Samenwerking met de Europese Commissie en de mededingingsautoriteiten van de andere lidstaten van de Europese Unie................... 38 Hoofdstuk V. Prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Cassatie 38 Hoofdstuk VI. Hoger beroep........................... 39 Hoofdstuk VII. Beroep tegen beslissingen van de sectoriële regulatoren............................................ 40 Hoofdstuk VIII. Voorzieningen in cassatie tegen de beslissingen van de Raad voor de Mededinging.......................... 40 Hoofdstuk IX. Bepalingen tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek............................................. 40 Hoofdstuk X. Strafbepalingen.......................... 41 Hoofdstuk XI. Andere bepalingen....................... 41 Hoofdstuk XII. Overgangsbepalingen..................... 42 Hoofdstuk XIII. Slotbepalingen......................... 43 Gecoördineerde versie van het Verdrag Europese Unie (Uittreksel)............... 45 Titel VI. Gemeenschappelijke regels betreffende de mededinging, de belastingen en de onderlinge aanpassing van de wetgevingen......................................... 45 Hoofdstuk 1. Regels betreffende de mededinging............ 45 Eerste afdeling. Regels voor de ondernemingen.... 45 Tweede afdeling. Steunmaatregelen van de staten.. 46 Verordening (EG) Nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag....... 46 Hoofdstuk I. De beginselen............................ 51 Hoofdstuk II. Bevoegdheden........................... 51 Hoofdstuk III. Beschikkingen van de commissie............. 51 Hoofdstuk IV. Samenwerking.......................... 52 Hoofdstuk V. Onderzoeksbevoegdheden.................. 53 Hoofdstuk VI. Sancties............................... 55 Hoofdstuk VII. Verjaring.............................. 56 Hoofdstuk VIII. Hoorzittingen en geheimhoudingsplicht....... 57 Hoofdstuk IX. Vrijstellingsverordeningen.................. 57 Hoofdstuk X. Algemene bepalingen...................... 57 Hoofdstuk XI. Overgangs-, wijzigings-en slotbepalingen........ 58 Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (de "EG-concentratieverordening")......... 59 Handelspraktijken en consumentenbescherming Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (B.S. 29 augustus 1991, err. B.S. 10 oktober 1991)......... 75 Hoofdstuk I. Algemene definities........................ 75 Hoofdstuk II. Voorlichting van de consument............... 76 Afdeling 1. Prijsaanduiding.................... 76 Afdeling 2. Aanduiding van de hoeveelheid........ 76 Afdeling 3. Benaming, samenstelling en etikettering van de produkten en van de diensten............. 77 Hoofdstuk III. Benaming van oorsprong................... 78 Hoofdstuk IV. Reclame (opgeheven)..................... 79 Hoofdstuk V. Algemene bepalingen betreffende de verkopen van produkten en diensten aan de consument.................. 79 Afdeling 1. Verplichting tot voorlichting van de consument..................................... 79 Afdeling 2. Onrechtmatige bedingen............. 79 Afdeling 3. Commissie voor Onrechtmatige Bedingen 81 Afdeling 4. Documenten betreffende de verkopen van produkten en van diensten..................... 81 Afdeling 5. Verlenging van de dienstenovereenkomst 82....................................... Afdeling 5. Uitvoering van de overeenkomst....... 82 Hoofdstuk VI. Bepaalde handelspraktijken................. 82 Afdeling 1. Verkopen met verlies................ 82 Afdeling 2. Aankondigingen van prijsverminderingen en -vergelijkingen............................ 83 Afdeling 3. Uitverkopen....................... 83 Afdeling 4. Opruimingen of solden.............. 84 Afdeling 5. Gezamenlijk aanbod van produkten en diensten................................... 85 Afdeling 6. Waardebonnen.................... 86 Afdeling 7. Openbare verkopen................. 87 Afdeling 8. Afgedwongen aankopen.............. 87 Afdeling 9. (Overeenkomsten op afstand)......... 87 Afdeling 10. Onwettige verkooppraktijken......... 92 Afdeling 11. Verkopen aan de consument gesloten buiten de onderneming van de verkoper.......... 92 Hoofdstuk VII. (Reclame en oneerlijke handelspraktijken)..... 93 Afdeling 1. Definities......................... 93 Afdeling 2. Vergelijkende reclame............... 93 Afdeling 3. Reclame en praktijken strijdig met de eerlijke gebruiken onder verkopers................. 94 Afdeling 4. Oneerlijke handelspraktijken jegens de consumenten.............................. 94 Afdeling 5. Gemeenschappelijke bepalingen....... 97 Hoofdstuk VIIbis. Consumentenakkoorden................ 98 Hoofdstuk VIII. Vordering tot staking..................... 99 Hoofdstuk IX. Waarschuwingsprocedure................... 101 Hoofdstuk X. Sancties................................ 101 Afdeling 1. Strafbepalingen.................... 101 Afdeling 2. Schrapping van de inschrijving......... 102 Hoofdstuk XI. Opsporing en vaststelling van de bij deze wet verboden daden......................................... 102 Hoofdstuk XII. Wijzigings-, opheffings- en overgangsbepalingen.. 103 Hoofdstuk XIII. Slotbepalingen.......................... 104 Richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt en tot wijziging van Richtlijn 84/450/EEG van de Raad, Richtlijnen 97/7/ iv

EG, 98/27/EG en 2002/65/EG van het Europees Parlement en de Raad en van Verordening (EG) nr. 2006/2004 van het Europees Parlement en de Raad ("Richtlijn oneerlijke handelspraktijken")................... 104 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen...................... 107 Hoofdstuk 2. Oneerlijke handelspraktijken................. 108 Deel 1. Misleidende handelspraktijken............ 108 Deel 2. Agressieve handelspraktijken............. 109 Hoofdstuk 3. Gedragscodes............................ 110 Hoofdstuk 4. Slotbepalingen........................... 110 Intellectuele rechten A. Algemeen................................ 114 Overeenkomst van 15 april 1994 inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom. - TRIPS (Bijlage 1c. bij de overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)) (PB 1994, L 336, 213). 114 Deel I. Algemene bepalingen en grondbeginselen.... 114 Deel II. Normen betreffende het bestaan, de reikwijdte en de gebruikmaking van rechten uit hoofde van de intellectuele eigendom.......................... 115 Titel 1. Auteursrecht en naburige rechten............... 115 Titel 2. Handelsmerken............................ 116 Titel 3. Geografische aanduidingen.................... 117 Titel 4. Tekeningen en modellen van nijverheid........... 118 Titel 5. Octrooien................................ 118 Titel 6. Ontwerpen voor schakelpatronen (topografieen) van geintegreerde schakelingen.......................... 120 Titel 7. Bescherming van niet openbaar gemaakte informatie. 120 Titel 8. Bestrijding van concurrentiebeperkende gedragingen in contractuele licenties.............................. 121 Deel III. Handhaving van de rechten uit hoofde van de intellectuele eigendom........................ 121 Titel 1. Algemene verplichtingen...................... 121 Titel 2. Civiele en administratieve procedures en corrigerende maatregelen.................................... 122 Titel 3. Voorlopige maatregelen...................... 123 Titel 4. Bijzondere vereisten in verband met maatregelen aan de grens (Wanneer een Lid alle controles op het vervoer van goederen over zijn grens met een ander Lid waarmede het deel uitmaakt van een douane-unie heeft afgeschaft, wordt van dat Lid niet verlangd dat het de bepalingen van deze Titel aan die grens toepast.)....................................... 123 Titel 5. Strafrechtelijke procedures.................... 124 Deel IV. Verwerving en instandhouding van rechten uit hoofde van de intellectuele eigendom en daarmede samenhangende procedures tussen partijen......... 125 Deel V. Voorkoming en beslechting van geschillen... 125 Deel VI. Overgangsregelingen................... 125 Deel VII. Institutionele regelingen. - Slotbepalingen.. 126 Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot bescherming van de industriële eigendom, herzien te Brussel op 14 december 1900, te Washington op 2 juni 1911, te 's-gravenhage op 6 november 1925, te Londen op 2 juni 1934, te Lissabon op 31 oktober 1958 en te Stockholm op 14 juli 1967 (B.S. 29 januari 1975)............................... 127 B. Procedure intellectuele rechten................. 137 Gerechtelijk wetboek (Uittreksel)......... 137 Hoofdstuk XIXbis. Rechtsplegingen inzake intellectuele rechten.. 137 Afdeling 1. Betreffende beslag inzake namaak..... 137 Afdeling 2. Voorlopige maatregelen toepasselijk op intellectuele eigendomsrechten.................. 139 Wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument (Uittreksel) (B.S. 29 augustus 1991, err. B.S. 10 oktober 1991).. 139 Wet van 15 mei 2007 betreffende de bestraffing van namaak en piraterij van intellectuele eigendomsrechten (B.S. 18 juli 2007).... 140 Hoofdstuk I. Inleidende bepaling........................ 140 Hoofdstuk II. Ongeoorloofde handel van goederen die inbreuk maken op een intellectueel eigendomsrecht in de zin van de Verordening (EG) nr. 1383/2003............................ 140 Afdeling 1. Definities......................... 140 Afdeling 2. Optreden van de douaneautoriteiten.... 140 Afdeling 3. Vervolging van de inbreuken op de douanewetgeving en strafsancties..................... 140 Hoofdstuk III. Sancties van inbreuken op bepaalde intellectuele eigendomsrechten.................................... 140 Afdeling 1. Strafbepalingen.................... 140 Afdeling 2. Waarschuwingsprocedure............ 142 Afdeling 3. Minnelijke schikking................ 142 Hoofdstuk IV. Opsporing en vaststelling van de inbreuken op de bepalingen van hoofdstuk III........................... 142 Hoofdstuk V. Coördinatie en opvolging van het optreden tegen namaak en piraterij................................... 144 Hoofdstuk VI. Wijzigings- en opheffingsbepalingen........... 144 Afdeling 1. Wijzigingen aangebracht aan de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten................................ 144 Afdeling 2. Wijzigingen aangebracht aan de wet van 31 augustus 1998 houdende omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn van 11 maart 1996 betreffende de rechtsbescherming van databanken.... 144 Afdeling 3. Wijzigingen aangebracht aan de wet van 30 juni 1994 houdende omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn van 14 mei 1991 betreffende de rechtsbescherming van computerprogramma's.. 144 Afdeling 4. Opheffingsbepalingen............... 145 Hoofdstuk VII. Inwerkingtreding........................ 145 v

C. Octrooirecht............................. 145 Wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien (B.S. 9 maart 1985)........... 145 Hoofdstuk I. Algemeenheden.......................... 145 Hoofdstuk II. Het uitvindingsoctrooi..................... 145 Afdeling 1. Algemene bepalingen............... 145 Afdeling 2. Het recht om een uitvindingsoctrooi te bekomen.................................... 147 Afdeling 3. De aflevering van het uitvindingsoctrooi. 147 Afdeling 4. Rechten en verplichtingen verbonden aan het uitvindingsoctrooi en aan de aanvraag ervan... 150 Afdeling 5. Het octrooi en de octrooiaanvraag als deel van het vermogen........................... 156 Afdeling 6. Nietigheid van het uitvindingsoctrooi... 157 Afdeling 7. Bescherming van de door het uitvindingsoctrooi verleende rechten...................... 157 Hoofdstuk III. Vertegenwoordiging voor de Dienst........... 158 Hoofdstuk IV. Diverse bepalingen....................... 161 D. Auteursrechten........................... 162 Wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten (B.S. 27 juli 1994)......................... 162 Hoofdstuk I. Auteursrecht............................. 162 Afdeling 1. Auteursrecht in het algemeen......... 162 Afdeling 2. Bijzondere bepalingen betreffende de werken van letterkunde.......................... 164 Afdeling 3. (Bijzondere bepalingen betreffende de werken van grafische of beeldende kunst)........... 164 Afdeling 4. Bijzondere bepalingen betreffende de audiovisuele werken........................... 165 Afdeling 4bis. Bijzondere bepalingen betreffende databanken................................. 166 Afdeling 5. Uitzonderingen op de vermogensrechten van de auteur.............................. 166 Afdeling 6. Gemeenschappelijke bepaling betreffende de geluidswerken en audiovisuele werken......... 168 Afdeling 7. Het uitgavecontract................ 168 Afdeling 8. Het opvoeringscontract............. 169 Hoofdstuk II. Naburige rechten......................... 169 Afdeling 1. Algemene bepaling................. 169 Afdeling 2. Bepalingen betreffende de uitvoerende kunstenaars............................... 169 Afdeling 3. Gemeenschappelijke bepalingen betreffende de producenten van fonogrammen en van de eerste vastleggingen van films....................... 170 Afdeling 4. Bepaling betreffende de verhuring van fonogrammen en van de eerste vastleggingen van films 171 Afdeling 5. Gemeenschappelijke bepalingen betreffende de uitvoerende kunstenaars en de producenten.. 171 Afdeling 6. - Bepalingen betreffende de omroeporganisaties.................................... 171 Afdeling 7. Gemeenschappelijke bepalingen voor de afdelingen 1 tot 6........................... 172 Hoofdstuk III. Mededeling aan het publiek per satelliet en doorgifte per kabel....................................... 173 Afdeling 1. Mededeling aan het publiek per satelliet. 173 Afdeling 2. Doorgifte via kabel................. 173 Hoofdstuk IV. (Het kopiëren voor eigen gebruik van werken en prestaties)........................................ 174 Hoofdstuk V. (De reproductie voor privé-gebruik of ter illustratie bij onderwijs of voor wetenschappelijk onderzoek) van werken die op grafische of soortgelijke wijze zijn vastgelegd.............. 174 Hoofdstuk Vbis. De reproductie en/of de mededeling van werken of prestaties ter illustratie bij onderwijs of voor wetenschappelijk onderzoek......................................... 175 Hoofdstuk VI. Bepalingen inzake openbare uitlening.......... 175 Hoofdstuk VII. Vennootschappen voor het beheer van de rechten. 175 Hoofdstuk VIII. Algemene bepalingen..................... 177 Afdeling 1. Toepassingsgebied.................. 177 Afdeling 1bis. Rechtsbescherming van technische voorzieningen en informati e betreffende het beheer van rechten................................ 177 Afdeling 2. Strafbepalingen.................... 178 Afdeling 3. Burgerlijke rechtsvordering ter zake van auteursrecht................................ 178 Afdeling 3bis. Vorderingen betreffende de toepassing van technische voorzieningen.................. 179 Afdeling 4. Overgangsbepalingen................ 180 Afdeling 5. Opheffingsbepalingen............... 180 Afdeling 6. Wijzigingsbepalingen................ 181 Afdeling 7. Inwerkingtreding................... 181 Wet van 30 juni 1994 houdende omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn van 14 mei 1991 betreffende de rechtsbescherming van computerprogramma's (B.S. 27 juli 1994)......................... 181 Wet van 31 augustus 1998 houdende omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn van 11 maart 1996 betreffende de rechtsbescherming van databanken (B.S. 14 november 1998)...................... 183 Hoofdstuk I. Voorafgaande bepaling...................... 183 Hoofdstuk II. Recht van de producenten van databanken....... 183 Afdeling 1. Begrippen en toepassingsgebied........ 183 Afdeling 2. Rechten van de producenten van databanken....................................... 183 Afdeling 3. Uitzonderingen op het recht van de producenten van databanken....................... 184 Afdeling 4. Rechten en verplichtingen van de rechtmatige gebruikers.............................. 184 Afdeling 5. Beschermingsgerechtigden............ 184 Afdeling 5bis. Rechtsbescherming van technische voorzieningen en van informatie betreffende het beheer van rechten............................ 184 Afdeling 5ter. Handhaving van de rechten......... 185 Afdeling 5quater. Vorderingen betreffende de toepassing van technische voorzieningen............... 186 Afdeling 6. Strafbepalingen.................... 186 Afdeling 7. Overgangsbepalingen................ 187 Hoofdstuk III. Wijzigingen in de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten................... 187 Hoofdstuk IV. Wijziging in het Gerechtelijk Wetboek......... 189 Hoofdstuk V. Algemene bepaling........................ 189 Hoofdstuk VI. Inwerkingtreding......................... 189 vi

E. Merken, Tekeningen of Modellen............... 189 Benelux-Verdrag van 25 februari 2005 inzake de intellectuele eigendom (merken en tekeningen of modellen), gedaan te Den Haag op 25 februari 2005 (B.S. 26 april 2006, eerste uitg., add. B.S. 24 augustus 2006)..... 189 Titel I. Algemene en institutionele bepalingen............. 189 Titel II. Merken.................................. 191 Hoofdstuk 1. Individuele merken........................ 191 Hoofdstuk 2. Depot, inschrijving en vernieuwing............. 192 Hoofdstuk 3. Toetsing op absolute gronden................. 193 Hoofdstuk 4. Oppositie............................... 193 Hoofdstuk 5. Rechten van de houder..................... 194 Hoofdstuk 6. Doorhaling, verval en nietigheid............... 195 Hoofdstuk 7. Overgang, licentie en andere rechten........... 197 Hoofdstuk 8. Collectieve merken........................ 197 Hoofdstuk 9. Bepalingen inzake Gemeenschapsmerken........ 198 Titel III. Tekeningen of modellen...................... 198 Hoofdstuk 1. Tekeningen of modellen..................... 198 Hoofdstuk 2. Depot, inschrijving en vernieuwing............. 199 Hoofdstuk 3. Rechten van de houder..................... 200 Hoofdstuk 4. Doorhaling, verval en nietigheid............... 201 Hoofdstuk 5. Overgang, licentie en andere rechten........... 202 Hoofdstuk 6. Samenloop met het auteursrecht.............. 203 Titel IV. Bepalingen gemeenschappelijk aan merken en tekeningen of modellen.................................. 203 Hoofdstuk 1. Gemachtigdenregister...................... 203 Hoofdstuk 2. Overige taken van het Bureau................ 203 Hoofdstuk 3. Rechterlijke bevoegdheid.................... 203 Hoofdstuk 4. Overige bepalingen........................ 204 Titel V. Overgangsbepalingen........................ 204 Titel VI. Slotbepalingen............................ 204 Verordening nr. 40/94 van 20 december 1993 van de Raad inzake het gemeenschapsmerk......................... 205 Verordening nr. 6/2002 van 12 december 2001 van de Raad betreffende gemeenschapsmodellen................ 205 F. Domeinnaam.............................. 205 Wet van 26 juni 2003 betreffende het wederrechtelijk registreren van domeinnamen (B.S. 9 september 2003)............... 205 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 205 Hoofdstuk II. Vordering tot staking....................... 205 Hoofdstuk III. Bepalingen tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek............................................. 206 Hoofdstuk IV. Slotbepaling............................. 206 Faillissement en continuïteit van ondernemingen Faillissementswet van 8 augustus 1997 (B.S. 28 oktober 1997, err. B.S. 7 februari 2001). 206 Titel I. Algemene bepalingen........................ 206 Titel II. Faillissement............................. 207 Hoofdstuk I. Aangifte, faillietverklaring en staking van betaling. 207 Hoofdstuk II. Gevolgen van het faillissement............... 209 Hoofdstuk III. Beheer en vereffening van de failliete boedel..... 210 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 210 Afdeling 2. Formaliteiten en beheer van het faillissement..................................... 211 Hoofdstuk IV. Aangifte en verificatie van de schuldvorderingen.. 214 Hoofdstuk IVbis. Over de verklaring van de personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde........... 216 Hoofdstuk V. Summiere rechtspleging tot sluiting van het faillissement............................................ 216 Hoofdstuk VI. Vereffening van het faillissement............. 217 Hoofdstuk VII. Soorten schuldeisers en hun rechten.......... 218 Afdeling I. Medeschuldenaars en borgen.......... 218 Afdeling II. Pandhoudende schuldeisers en schuldeisers op roerende goederen bevoorrecht......... 218 Afdeling III. Rechten van hypothecaire schuldeisers en van op onroerende goederen bevoorrechte schuldeisers..................................... 219 Afdeling IV. Gevolgen van het faillissement van de ene echtgenoot ten opzichte van de andere........... 219 Hoofdstuk VIII. Uitdeling aan schuldeisers................. 219 Hoofdstuk IX. Verkoop van de onroerende goederen van de gefailleerde............................................ 219 Hoofdstuk X. Terugvordering........................... 220 Titel III. Rehabilitatie............................. 220 Titel IV. Diverse bepalingen die verband houden met het faillissement........................................ 221 Hoofdstuk I. Wijzigingen in het Gerechtelijk Wetboek........ 221 Hoofdstuk II. Wijzigingen in de strafwetten................ 221 Hoofdstuk III. Wijzigingen in de fiscale wetten.............. 222 Hoofdstuk IV. Wijzigingen van verschillende aard............ 222 Titel V. Bepalingen waarvan de draagwijdte het faillissementsrecht overstijgt.................................. 223 Hoofdstuk I. Wijzigingen in het Gerechtelijk Wetboek........ 223 Hoofdstuk II. Wijzigingen in de strafwetten................ 223 Hoofdstuk III. Wijzigingen in de wetten op de handelsvennootschappen......................................... 223 Hoofdstuk IV. Opheffingsbepaling en inwerkingtreding........ 224 Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen (B.S. 9 februari 2009).......................... 224 Titel 1. Algemene bepalingen....................... 224 Titel 2. De gegevensverzameling en de handelsonderzoeken.. 225 Hoofdstuk 1. De gegevensverzameling.................... 225 Hoofdstuk 2. De kamers voor handelsonderzoek............ 226 vii

Hoofdstuk 3. Bewarende maatregelen.................... 226 Titel 3. Het minnelijk akkoord....................... 227 Titel 4. De gerechtelijke reorganisatie.................. 227 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen...................... 227 Afdeling 1. Doel van de procedure.............. 227 Afdeling 2. Het verzoek tot gerechtelijke reorganisatie en de daarop volgende procedure............... 227 Afdeling 3. Voorwaarden voor de opening van de procedure van gerechtelijke reorganisatie............ 228 Afdeling 4. Het vonnis over het verzoek tot gerechtelijke reorganisatie en de gevolgen ervan............ 228 Afdeling 5. Gevolgen van de beslissing tot reorganisatie....................................... 229 Afdeling 6. Verlenging van de opschorting........ 230 Afdeling 7. Wijziging van het doel van de procedure. 230 Afdeling 8. Voortijdige beëindiging en sluiting van de procedure................................. 230 Hoofdstuk 2. De gerechtelijke reorganisatie door een minnelijk akkoord............................................ 231 Hoofdstuk 3. De gerechtelijke reorganisatie door een collectief akkoord............................................ 231 Hoofdstuk 4. Gerechtelijke reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag................................... 233 Titel 5. Diverse bepalingen.......................... 235 Titel 6. Strafrechtelijke bepalingen.................... 235 Titel 7. Wijzigende bepalingen....................... 235 Titel 8. Opheffings- en overgangsbepalingen.............. 236 Verordening (EG) nr. 1346/2000 van 29 mei 2000 van de Raad betreffende insolventieprocedures.......................... 236 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen...................... 239 Hoofdstuk II. Erkenning van de insolventieprocedure......... 241 Hoofdstuk III. Secundaire insolventieprocedures............. 242 Hoofdstuk IV. Kennisgeving aan de schuldeisers en indiening van hun vorderingen.................................... 243 Hoofdstuk V. Overgangs-en slotbepalingen................ 244 DEEL II. VENNOOTSCHAPPENRECHT Wetboek van vennootschappen......... 259 Boek I. Inleidende bepalingen................... 259 Titel I. Vennootschap en rechtspersoonlijkheid............ 259 Titel II. Definities................................. 259 Hoofdstuk I. Genoteerde vennootschappen................. 259 Hoofdstuk II. Controle, moeder- en dochtervennootschappen... 259 Afdeling I. Controle.......................... 259 Afdeling II. Consortium....................... 260 Afdeling III. Verbonden en geassocieerde vennootschappen................................. 260 Afdeling IV. Deelneming en deelnemingsverhouding. 261 Hoofdstuk III. Grootte van vennootschappen en groepen....... 261 Afdeling I. Kleine vennootschappen............. 261 Afdeling II. Kleine groepen..................... 261 Titel III. Algemene strafbepaling...................... 262 Boek II. Bepalingen gemeenschappelijk aan alle vennootschappen............................... 262 Titel I. Algemene bepalingen........................ 262 Titel II. Verplichtingen van vennoten tegenover elkaar...... 262 Titel III. De verschillende wijze waarop de vennootschap eindigt 263 Boek III. De maatschap, de tijdelijke handelsvennootschap en de stille handelsvennootschap............ 264 Titel I. Definities................................. 264 Titel II. Bewijs.................................. 264 Titel III. Aansprakelijkheid van de vennoten............. 264 Titel IV. Vereffening.............................. 264 Boek IV. Bepalingen gemeenschappelijk aan de rechtspersonen geregeld in dit wetboek................. 265 Titel I. Internationaal privaatrechtelijke bepalingen........ 265 Titel II. Verbintenissen in naam van een vennootschap in oprichting.......................................... 265 Titel III. Organen................................ 265 Hoofdstuk I. Vertegenwoordiging van vennootschappen........ 265 Hoofdstuk II. Regels van beraadslaging en sanctie............ 265 Titel IV. De naam van een vennootschap................ 266 Titel V. Oprichting en openbaarmakingsformaliteiten....... 266 Hoofdstuk I. Vorm van de oprichtingsakte.................. 266 Hoofdstuk II. Openbaarmakingsformaliteiten............... 266 Afdeling I. Belgische vennootschappen........... 266 Afdeling II. Buitenlandse vennootschappen met een bijkantoor in België.......................... 269 Afdeling III. Buitenlandse vennootschappen die in België een openbaar beroep op het spaarwezen doen;maar er geen bijkantoor hebben............ 270 Hoofdstuk III. Strafbepalingen.......................... 270 Titel VI. De jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening. 271 Hoofdstuk I. Jaarrekening, jaarverslag en openbaarmakingsverplichtingen......................................... 271 Afdeling I. De jaarrekening..................... 271 Afdeling II. Het jaarverslag..................... 271 Afdeling III. Openbaarmakingsverplichtingen....... 272 Hoofdstuk II. Geconsolideerde jaarrekening, jaarverslag en openbaarmakingsverplichtingen............................. 274 Afdeling I. Toepassingsgebied.................. 274 Afdeling II. Algemeen: de consolidatieverplichting... 274 Afdeling III. Consolidatiekring en geconsolideerde jaarrekening................................ 275 Afdeling IV. Jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening................................... 276 Afdeling V. Openbaarmakingsverplichtingen....... 276 Hoofdstuk III. Koninklijke besluiten genomen ter uitvoering van deze titel en uitzonderingsbepalingen..................... 277 Hoofdstuk IV. Strafbepalingen.......................... 277 Hoofdstuk V. Administratieve geldboetes.................. 278 Titel VII. De controle van de jaarrekening en van de geconsolideerde jaarrekening............................... 278 viii

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen inzake controle........... 278 Afdeling I. Benoeming........................ 278 Afdeling II. Bezoldiging........................ 280 Afdeling III. Ontslag.......................... 281 Afdeling IV. Bevoegdheden..................... 281 Afdeling V. Aansprakelijkheid................... 282 Hoofdstuk II. Controle op de jaarrekening................. 282 Hoofdstuk III. Controle op de geconsolideerde jaarrekening..... 283 Afdeling I. Algemene regeling................... 283 Afdeling II. Koninklijke besluiten met betrekking tot de controle van de geconsolideerde jaarrekening...... 284 Hoofdstuk IV. Controle in vennootschappen waar een ondernemingsraad werd opgericht.............................. 284 Afdeling I. Aard van de controle................. 284 Afdeling II. Vennootschappen waar een commissaris is aangesteld................................. 284 Afdeling III. Vennootschappen waar geen commissaris is aangesteld................................ 285 Afdeling IV. Koninklijke besluiten met betrekking tot de controle op vennootschappen waar een ondernemingsraad werd opgericht..................... 285 Hoofdstuk V. Individuele onderzoeks- en controlebevoegdheid van vennoten.......................................... 285 Hoofdstuk VI. Deskundigen............................ 286 Hoofdstuk VII. Strafbepalingen......................... 286 Titel VIII. Procedure en gevolgen van nietigheid van vennootschappen en van besluiten van de algemene vergadering..... 286 Hoofdstuk I. Procedure en gevolgen van de nietigheid van vennootschappen en van overeengekomen wijzigingen in vennootschapsakten.............................................. 286 Hoofdstuk II. Procedure en gevolgen van de nietigheid van besluiten van de algemene vergadering......................... 287 Titel IX. Ontbinding en vereffening.................... 287 Hoofdstuk I. Voorstel tot ontbinding...................... 287 Hoofdstuk II. De gerechtelijke ontbinding van niet meer actieve vennootschappen.................................... 288 Hoofdstuk III. De vereffening........................... 288 Hoofdstuk IV. Strafbepaling............................ 290 Hoofdstuk V. Administratieve geldboete................... 291 Titel X. Rechtsvorderingen en verjaring................. 291 Boek V. De vennootschap onder firma en de gewone commanditaire vennootschap................... 291 Titel I. Definities................................. 291 Titel II. Aansprakelijkheid.......................... 292 Titel III. De overdracht van deelneming................. 292 Boek VI. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid............................... 292 Titel I. Aard en kwalificatie......................... 292 Titel II. Oprichting................................ 293 Hoofdstuk I. Bedrag van het kapitaal..................... 293 Hoofdstuk II. Plaatsing van het kapitaal................... 293 Afdeling I. Volledige plaatsing.................. 293 Afdeling II. Inbreng in natura................... 293 Afdeling III. Quasi-inbreng..................... 294 Hoofdstuk III. Storting van het kapitaal................... 295 Hoofdstuk IV. Oprichtingsformaliteiten................... 295 Hoofdstuk V. Nietigheid.............................. 295 Hoofdstuk VI. Aansprakelijkheid........................ 296 Titel III. Effecten en hun overdracht en overgang.......... 296 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 296 Hoofdstuk II. Aandelen............................... 297 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 297 Afdeling II. Aandelen zonder stemrecht........... 297 Hoofdstuk III. Certificaten............................. 297 Hoofdstuk IV. Obligaties.............................. 298 Hoofdstuk V. Overdracht en overgang van effecten........... 299 Afdeling I. Overdracht en overgang van aandelen: algemeen................................... 299 Afdeling II. Overdracht van aandelen onder levenden 299 Afdeling III. Overgang van aandelen ten gevolge van overlijden.................................. 299 Afdeling IV. Overdracht van obligaties............ 299 Titel IV. Organen................................ 299 Hoofdstuk I. Organen van bestuur en vertegenwoordiging...... 299 Afdeling I. Statuut van de zaakvoerders........... 299 Afdeling II. Bevoegdheid en werkwijze............ 300 Afdeling III. Aansprakelijkheid.................. 300 Hoofdstuk II. Algemene vergadering van vennoten........... 301 Afdeling I. Gemeenschappelijke bepalingen........ 301 Afdeling II. Gewone algemene vergadering........ 302 Afdeling III. Buitengewone algemene vergadering... 303 Hoofdstuk III. Vennootschapsvordering en minderheidsvordering. 303 Afdeling I. Vennootschapsvordering............. 303 Afdeling II. Minderheidsvordering............... 303 Hoofdstuk IV. Algemene vergadering van obligatiehouders..... 304 Afdeling I. Bevoegdheden..................... 304 Afdeling II. Bijeenroeping van de algemene vergadering...................................... 304 Afdeling III. Deelneming aan de algemene vergadering 304 Afdeling IV. Verloop van de algemene vergadering... 304 Afdeling V. Wijze van uitoefening van het stemrecht. 305 Titel V. Kapitaal................................ 305 Hoofdstuk I. Kapitaalverhoging......................... 305 Afdeling I. Gemeenschappelijke bepalingen........ 305 Afdeling II. Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in geld...................................... 306 Afdeling III. Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in natura.................................... 306 Afdeling IV. Aansprakelijkheid.................. 307 Hoofdstuk II. Kapitaalvermindering...................... 307 Hoofdstuk III. Instandhouding van het maatschappelijk kapitaal. 308 Afdeling I. Winstverdeling..................... 308 Afdeling II. Verkrijging van eigen aandelen of certificaten....................................... 308 Afdeling III. Verlies van het maatschappelijk kapitaal 310 Titel VI. Geschillenregeling......................... 311 Hoofdstuk I. De uitsluiting............................ 311 Hoofdstuk II. De uittreding............................ 312 Hoofdstuk III. Bekendmaking.......................... 312 ix

Titel VII. Duur en ontbinding........................ 312 Titel VIII. Strafbepalingen........................... 312 Boek VII. De coöperatieve vennootschap........... 313 Titel I. Bepalingen gemeenschappelijk aan alle coöperatieve vennootschappen.................................... 313 Hoofdstuk I. Aard en kwalificatie....................... 313 Hoofdstuk II. Oprichting.............................. 313 Afdeling I. Volledige plaatsing van het kapitaal..... 313 Afdeling II. Inhoud van de oprichtingsakte........ 313 Hoofdstuk III. Effecten en hun overdracht en overgang........ 313 Afdeling I. Algemeen......................... 313 Afdeling II. Overdracht en overgang van aandelen.. 314 Hoofdstuk IV. Wijzigingen in het vennotenbestand en in het kapitaal............................................. 314 Afdeling I. Wijzigingen in het vennotenbestand..... 314 Afdeling II. Uitkering van de waarde van de aandelen 315 Afdeling III. Wijzigingen in het gestorte kapitaal.... 315 Hoofdstuk V. Organen en controle...................... 315 Afdeling I. Bestuur.......................... 315 Afdeling II. Algemene vergadering van vennoten.... 315 Afdeling III. Controle........................ 316 Hoofdstuk VI. Duur en ontbinding...................... 316 Hoofdstuk VII. Strafbepalingen......................... 316 Titel II. Bepalingen eigen aan de coöperatieve vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid....................... 316 Hoofdstuk I. Oprichting.............................. 316 Afdeling I. Het vaste en veranderlijke gedeelte van het kapitaal................................... 316 Afdeling II. Plaatsing van het kapitaal............ 317 Afdeling III. Storting van het kapitaal............ 318 Afdeling IV. Oprichtingsformaliteiten............ 319 Afdeling V. Nietigheid........................ 319 Afdeling VI. Aansprakelijkheid.................. 319 Hoofdstuk II. Organen............................... 319 Afdeling I. Vertegenwoordigingsbevoegdheid...... 319 Afdeling II. Aansprakelijkheid.................. 319 Afdeling III. Algemene vergadering van vennoten... 320 Afdeling IV. Vennootschapsvordering en minderheidsvordering.................................. 321 Hoofdstuk III. Kapitaal............................... 321 Afdeling I. Kapitaalverhoging.................. 321 Afdeling II. Vermindering van het vaste gedeelte van het kapitaal................................ 323 Afdeling III. Instandhouding van het kapitaal...... 323 Hoofdstuk IV. Strafbepalingen......................... 325 Titel III. Wijziging van de aansprakelijkheid van de vennoten van een coöperatieve vennootschap..................... 325 Boek VIII. De naamloze vennootschap............. 325 Titel I. Aard en kwalificatie.......................... 325 Titel II. Oprichting................................ 326 Hoofdstuk I. Bedrag van het kapitaal.................... 326 Hoofdstuk II. Plaatsing van het kapitaal.................. 326 Afdeling I. Volledige plaatsing.................. 326 Afdeling II. Inbreng in natura.................. 326 Afdeling III. Quasi-inbreng.................... 327 Hoofdstuk III. Storting van het kapitaal................... 328 Hoofdstuk IV. Oprichtingsformaliteiten................... 328 Afdeling I. Wijze van oprichting................. 328 Afdeling II. Vermeldingen in de oprichtingsakte..... 328 Hoofdstuk V. Nietigheid.............................. 329 Hoofdstuk VI. Aansprakelijkheid........................ 329 Titel III. Effecten en hun overdracht en overgang.......... 330 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 330 Hoofdstuk II. De vorm van effecten....................... 330 Afdeling I. Effecten op naam................... 330 Afdeling II. Effecten aan toonder................ 330 Afdeling III. Gedematerialiseerde effecten......... 331 Hoofdstuk III. Categorieën van effecten.................... 333 Afdeling I. Aandelen.......................... 333 Afdeling II. Winstbewijzen..................... 334 Afdeling III. Obligaties........................ 334 Afdeling IV. Warrants......................... 336 Afdeling V. Certificaten....................... 336 Hoofdstuk IV. Overdracht en overgang van effecten........... 337 Afdeling I. Algemeen......................... 337 Afdeling II. Wettelijke beperkingen op de vrije overdraagbaarheid van effecten.................... 337 Afdeling III. Conventionele beperkingen op de vrije overdraagbaarheid van effecten................. 337 Afdeling IV. Gedwongen verkoop van effecten...... 338 Afdeling V. Openbaarmaking van belangrijke deelnemingen.................................... 338 Titel IV. Organen................................ 339 Hoofdstuk I. Bestuur en dagelijks bestuur.................. 339 Afdeling I. Raad van bestuur................... 339 Afdeling Ibis. Het Directiecomité................ 341 Afdeling II. Dagelijks bestuur................... 342 Afdeling III. Overschrijding van het doel........... 342 Afdeling IIIbis. Auditcomité.................... 342 Afdeling IV. Aansprakelijkheid.................. 343 Hoofdstuk II. Algemene vergadering van aandeelhouders....... 344 Afdeling I. Gemeenschappelijke bepalingen........ 344 Afdeling II. Gewone algemene vergadering......... 347 Afdeling III. Bijzondere algemene vergadering...... 348 Afdeling IV. Buitengewone algemene vergadering.... 348 Hoofdstuk III. Vennootschapsvordering en minderheidsvordering. 349 Afdeling I. Vennootschapsvordering.............. 349 Afdeling II. Minderheidsvordering............... 349 Hoofdstuk IV. Algemene vergadering van obligatiehouders...... 350 Afdeling I. Bevoegdheden...................... 350 Afdeling II. Bijeenroeping van de algemene vergadering...................................... 350 Afdeling III. Deelneming aan de algemene vergadering 350 Afdeling IV. Verloop van de algemene vergadering... 350 Afdeling V. Wijze van uitoefening van het stemrecht. 351 Titel V. Kapitaal................................. 352 Hoofdstuk I. Kapitaalverhoging......................... 352 Afdeling I. Gemeenschappelijke bepalingen........ 352 Afdeling II. Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in geld...................................... 353 x

Afdeling III. Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in natura.................................... 354 Afdeling IV. Het toegestane kapitaal.............. 355 Afdeling V. Kapitaalverhoging ten gunste van het personeel..................................... 356 Afdeling VI. Aansprakelijkheid.................. 357 Hoofdstuk II. Kapitaalvermindering...................... 357 Hoofdstuk III. Aflossing van het kapitaal................... 358 Hoofdstuk IV. Instandhouding van het kapitaal.............. 358 Afdeling I. Winstverdeling...................... 358 Afdeling II. Verkrijging van eigen effecten.......... 358 Afdeling III. Kruisparticipaties.................. 362 Afdeling IV. Verlies van maatschappelijk kapitaal.... 363 Titel VI. Geschillenregeling.......................... 363 Hoofdstuk I. Toepassingsgebied......................... 363 Hoofdstuk II. De uitsluiting............................ 363 Hoofdstuk III. De uittreding............................ 364 Hoofdstuk IV. Bekendmaking........................... 364 Titel VII. Duur en ontbinding........................ 365 Titel VIII. Strafbepalingen.......................... 365 Boek IX. De commanditaire vennootschappen op aandelen...................................... 366 Boek X. Vennootschappen met een sociaal oogmerk.. 366 Boek XI. Herstructurering van vennootschappen..... 366 Titel I. Inleidende bepalingen en definities............... 366 Hoofdstuk I. Inleidende bepaling........................ 366 Hoofdstuk II. Definities............................... 366 Afdeling I. Fusies............................ 366 Afdeling II. Splitsingen........................ 367 Afdeling III. Gelijkgestelde verrichtingen........... 367 Afdeling IV. Inbreng van een algemeenheid of van een bedrijfstak................................. 367 Titel II. De regeling inzake fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen.................................... 367 Hoofdstuk I. Gemeenschappelijke bepalingen............... 367 Afdeling I. Fusie of splitsing van vennootschappen in vereffening of van failliet verklaarde vennootschappen 367 Afdeling II. Rechtsgevolgen van fusie en splitsing.... 367 Afdeling III. Tegenwerpelijkheid van de fusie of splitsing...................................... 368 Afdeling IV. Zekerheidsstelling.................. 368 Afdeling V. Aansprakelijkheid................... 368 Afdeling VI. Nietigheid van de fusie of splitsing..... 369 Hoofdstuk II. Te volgen procedure bij fusie van vennootschappen. 369 Afdeling I. Procedure bij fusie door overneming..... 369 Afdeling II. Procedure bij fusie door oprichting van een nieuwe vennootschap......................... 371 Afdeling III. Procedure bij met fusie door overneming gelijkgestelde verrichtingen..................... 374 Hoofdstuk III. Te volgen procedure bij splitsing van vennootschappen.............................................. 376 Afdeling I. Procedure bij splitsing door overneming.. 376 Afdeling II. Procedure bij splitsing door oprichting van nieuwe vennootschappen...................... 378 Afdeling III. Procedure bij gemengde splitsing...... 381 Titel III. Inbrengen van een algemeenheid of van een bedrijfstak 381 Hoofdstuk I. Procedure............................... 382 Hoofdstuk II. Rechtsgevolgen........................... 382 Hoofdstuk III. Tegenwerpelijkheid....................... 382 Hoofdstuk IV. Zekerheidstelling......................... 382 Hoofdstuk V. Aansprakelijkheid........................ 383 Hoofdstuk VI. Inbreng gedaan door een natuurlijke persoon.... 383 Hoofdstuk VII. Sanctieregeling.......................... 383 Titel IV. Overdrachten van een algemeenheid of van een bedrijfstak....................................... 383 Titel V. Uitzonderingsbepalingen..................... 383 Titel Vbis. Bijzondere regels inzake grensoverschrijdende fusies 383 Hoofdstuk I. Gemeenschappelijke bepalingen............... 383 Afdeling I. Inleidende bepaling................. 383 Afdeling II. Vergoeding van de inbreng........... 384 Afdeling III. Rechtsgevolgen van grensoverschrijdende fusie...................................... 384 Afdeling IV. Tegenwerpelijkheid van de grensoverschrijdende fusie............................ 384 Afdeling V. Nietigheid van de grensoverschrijdende fusie....................................... 384 Hoofdstuk II. Te volgen procedure bij grensoverschrijdende fusie van vennootschappen................................ 384 Titel VI. Strafbepalingen........................... 386 Boek XII. Omzetting van vennootschappen......... 386 Titel I. Inleidende bepalingen........................ 386 Titel II. Formaliteiten die de beslissing tot omzetting van een vennootschap voorafgaan.......................... 387 Titel III. Besluit tot omzetting....................... 387 Titel IV. Aansprakelijkheid bij omzetting............... 388 Titel V. Bepaling eigen aan de vennootschap onder firma.... 388 Titel VI. Strafbepalingen........................... 389 Boek XIII. De landbouwvennootschap............. 389 Boek XIV. Het economisch samenwerkingsverband... 389 Boek XV. De Europese vennootschap............. 389 Titel I. Algemene bepalingen........................ 389 Hoofdstuk I. Definities............................... 389 Hoofdstuk II. Zetel.................................. 389 Hoofdstuk III. Rol van de werknemers.................... 389 Titel II. Oprichting............................... 389 Hoofdstuk I. Oprichting via fusie........................ 389 Afdeling I. Inleidende bepaling................. 389 Afdeling II. Procedure........................ 389 Afdeling III. Wettigheidscontrole................ 389 Afdeling IV. Inschrijving en openbaarmaking....... 390 Hoofdstuk II. Oprichting via holding..................... 390 Hoofdstuk III. Omzetting van een naamloze vennootschap in SE. 390 Hoofdstuk IV. Deelname aan een SE door een vennootschap die haar hoofdbestuur niet in de europese gemeenschap heeft...... 390 Titel III. Openbaarmakingsformaliteiten................ 390 Titel IV. Organen................................ 390 Hoofdstuk I. Bestuur................................ 390 xi

Afdeling I. Voorschriften die het monistisch en het dualistisch stelsel gemeen hebben............... 390 Afdeling II. Monistisch stelsel.................. 390 Afdeling III. Dualistisch stelsel.................. 391 Hoofdstuk II. Algemene vergadering van aandeelhouders...... 395 Afdeling I. Gemeenschappelijke bepalingen....... 395 Afdeling II. Gewone algemene vergadering........ 396 Afdeling III. Bijzondere algemene vergadering...... 396 Afdeling IV. Buitengewone algemene vergadering... 396 Hoofdstuk III. Vennootschapsvordering en minderheidsvordering 396 Titel V. Verplaatsing van de statutaire zetel.............. 396 Titel VI. Jaarrekening en geconsolideerde jaarrekening, en controle hierop - Specifieke bepalingen van toepassing op het dualistisch stelsel.................................... 397 Titel VII. Ontbinding, vereffening, insolventie en staking van de betalingen...................................... 397 Titel VIII. Omzetting van een SE in NV................. 397 Titel IX. Strafbepalingen............................ 397 Boek XVI. De Europese coöperatieve vennootschap... 398 Boek XVII. Diverse bepalingen en overgangsbepalingen 398 Koninklijk Besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen (B.S. 06.02.2004, ed. 1, err. B.S. 27.02.2001, ed. 2).................... 403 Boek I. Oprichting en formaliteiten inzake openbaarmaking....................................... 403 Boek II. Jaarrekening, geconsolideerde jaarrekening en formaliteiten inzake de openbaarmaking........... 406 Titel I. Jaarrekening............................... 406 Hoofdstuk I. Algemene principes........................ 406 Hoofdstuk II. Waarderingsregels........................ 407 Afdeling I. Algemene beginselen................ 407 Afdeling II. Aanschaffingswaarde - Beginselen en uitzonderingen............................... 408 Afdeling III. Afschrijvingen en waardeverminderingen 409 Afdeling IV. Voorzieningen.................... 409 Afdeling V. Herwaarderingsmeerwaarden......... 410 Afdeling VI. Bijzondere regels.................. 410 Hoofdstuk III. Structuur van de jaarrekening............... 414 Afdeling I. Algemene beginselen................ 414 Afdeling II. Volledige jaarrekening: schema van de balans, schema van de resultatenrekening en inhoud van de toelichting.............................. 415 Afdeling III. Jaarrekening in verkorte vorm: schema van de balans, schema van de resultatenrekening en inhoud van de toelichting...................... 422 Afdeling IV. Inhoud van bepaalde rubrieken....... 427 Hoofdstuk IV. Diverse bepalingen en overgangsbepalingen..... 433 Titel II. Geconsolideerde jaarrekening.................. 434 Hoofdstuk I. Consolidatiekring......................... 434 Hoofdstuk II. Algemene beginselen...................... 435 Hoofdstuk III. Waarderingsregels....................... 436 Hoofdstuk IV. Consolidatiemethoden.................... 437 Afdeling 1. Algemene beginselen................ 437 Afdeling II. Integrale consolidatie................ 438 Afdeling III. Evenredige consolidatie.............. 439 Hoofdstuk V. De vermogensmutatie...................... 439 Hoofdstuk VI. Structuur van de geconsolideerde jaarrekening... 440 Afdeling I. Algemene beginselen................. 440 Afdeling II. Geconsolideerde jaarrekening: schema van de balans, schema's van de resultatenrekening en inhoud van de toelichting....................... 441 Afdeling III. Inhoud van sommige posten van de geconsolideerde jaarrekening..................... 445 Hoofdstuk VII. Overgangsbepalingen..................... 445 Titel III. Openbaarmaking van de jaarrekening en van de geconsolideerde jaarrekening............................ 445 Hoofdstuk I. Voorstelling van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening waarvan de openbaarmaking door het Wetboek van vennootschappen is voorgeschreven.................... 445 Afdeling I. Opmaak van de jaarrekening waarvan de openbaarmaking door het Wetboek van vennootschappen is voorgeschreven.................... 445 Afdeling II. Opmaak van de geconsolideerde jaarrekening waarvan de openbaarmaking door het Wetboek van vennootschappen is voorgeschreven.......... 445 Afdeling III. Overgangsbepalingen............... 445 Hoofdstuk II. Openbaarmaking van de jaarrekening en van de geconsolideerde jaarrekening............................. 445 Boek III. Onafhankelijkheid van de commissaris en voordracht aan de ondernemingsraden van kandidaten voor de opdracht van commissaris of van bedrijfsrevisor... 449 Titel I. Onafhankelijkheid van de commissaris............ 449 Titel II. Voordracht aan de ondernemingsraden van kandidaten voor de opdracht van commissaris of van bedrijfsrevisor..... 450 Boek IV. Consignatieprocedure en bestemming van de activa in geval van gerechtelijke ontbinding......... 451 Boek V. De naamloze vennootschap en de commanditaire vennootschap op aandelen.................... 451 Titel I. Inschrijving op, schrapping en weglating uit de lijst van vennootschappen die een openbaar beroep op het spaarwezen doen of gedaan hebben............................ 451 Titel II. Openbaar karakter van de verrichtingen bedoeld in de artikelen 438, 513, 1, derde lid, en 549 van het Wetboek van vennootschappen................................. 451 Titel III. Verkrijging van eigen effecten door genoteerde vennootschappen en vennootschappen waarvan de effecten zijn toegelaten tot de verhandeling op een MTF................... 452 Titel IV. Uitkoopbod.............................. 453 Boek VI. Diverse bepalingen.................... 455 Titel I. Opheffingsbepalingen........................ 455 Titel II. Wijzigingsbepalingen........................ 455 Titel III. Inwerkingtreding.......................... 455 Code Buysse II van 23 juni 2009.......... 462 Corporate Governance Code voor beursgenoteerde ondernemingen van 12 maart 2009................................ 469 xii

DEEL III. FISCAAL RECHT Wetboek van inkomstenbelastingen - aanslagjaar 2010 (Inkomsten 2009)......... 487 Titel I. De verschillende inkomstenbelastingen - definities.... 487 Titel II. Personenbelasting.......................... 489 Hoofdstuk I. Aan de belasting onderworpen personen......... 489 Hoofdstuk II. Grondslag van de belasting.................. 489 Afdeling I. Algemene bepaling van het belastbare inkomen...................................... 489 Afdeling II. Inkomen van onroerende goederen..... 489 Afdeling III. Inkomen van roerende goederen en kapitalen...................................... 491 Afdeling IV. Beroepsinkomen................... 495 Afdeling V. Diverse inkomsten.................. 517 Afdeling VI. Aftrekbare bestedingen.............. 522 Afdeling VII. Gemeenschappelijke aanslag voor echtgenoten en wettelijke samenwonenden........... 526 Hoofdstuk III. Berekening van de belasting................. 527 Afdeling I. Gewoon stelsel van aanslag............ 527 Afdeling II. Bijzondere stelsels van aanslag......... 545 Afdeling III. Bonificatie voor voorafbetaling van de belasting.................................... 549 Afdeling IV. Jaarlijkse indexatie.................. 549 Titel III. Vennootschapsbelasting...................... 550 Hoofdstuk I. Aan de belasting onderworpen vennootschappen... 550 Hoofdstuk II. Grondslag van de belasting.................. 551 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 551 Afdeling II. Belastinggrondslag.................. 553 Afdeling III. Vrijgestelde inkomsten............... 555 Afdeling IV. Vaststelling van het netto-inkomen..... 559 Afdeling V. Ontbinding en vereffening............ 568 Hoofdstuk III. Berekening van de belasting................. 571 Afdeling I. Gewoon stelsel van aanslag............ 571 Afdeling II. Afzonderlijke aanslagen.............. 572 Titel IV. Rechtspersonenbelasting..................... 572 Hoofdstuk I. Aan de belasting onderworpen rechtspersonen..... 572 Hoofdstuk II. Grondslag van de belasting.................. 572 Hoofdstuk III. Berekening van de belasting................. 574 Titel V. Belasting van niet-inwoners................... 574 Hoofdstuk I. Aan de belasting onderworpen personen......... 574 Hoofdstuk II. Grondslag van de belasting.................. 574 Afdeling I. Belastbare inkomsten................ 574 Afdeling II. Vrijgestelde inkomsten............... 577 Hoofdstuk III. Samenvoeging van sommige inkomsten......... 579 Afdeling I. Maatstaf van belastingheffing.......... 579 Afdeling II. Vaststelling van het nettobedrag van de samen te voegen inkomsten...................... 580 Afdeling III. Aftrekbare bestedingen.............. 581 Hoofdstuk IV. Berekening van de belasting................. 581 Titel VI. Aan de vier belastingen gemene bepalingen........ 583 Hoofdstuk I. Storting van de belasting door voorheffing........ 583 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 583 Afdeling II. Onroerende voorheffing............. 583 Afdeling III. Roerende voorheffing............... 590 Afdeling IV. Bedrijfsvoorheffing................. 596 Hoofdstuk II. Verrekening van de voorheffingen............. 601 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 601 Afdeling II. Onroerende voorheffing............. 601 Afdeling III. Roerende voorheffing............... 602 Afdeling IV. Forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting...................................... 603 Afdeling IVbis. Belastingkrediet................. 603 Afdeling V. Mate van verrekening van de onroerende voorheffing, de roerende voorheffing en het forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting en het belastingkrediet.................................... 605 Afdeling VI. Bedrijfsvoorheffing................. 606 Titel VII. Vestiging en invordering van de belastingen....... 607 Hoofdstuk I. Algemene Bepalingen...................... 607 Hoofdstuk II. Aangifte............................... 608 Afdeling I. Aangifte inzake personenbelasting, vennootschapsbelasting, rechtspersonenbelasting en belasting van niet-inwoners...................... 608 Afdeling II. Aangifte inzake roerende voorheffing en bedrijfsvoorheffing........................... 610 Afdeling III. Vrijstelling van de verplichting om bepaalde inkomsten uit kapitalen en bepaalde diverse inkomsten aan te geven............................ 610 Afdeling IV. Identificatie van de belastingplichtige... 611 Afdeling V: Bewijskracht van aangiften........... 612 Hoofdstuk III. Onderzoek en controle.................... 612 Afdeling I. Plichten van de belastingplichtige....... 612 Afdeling Ibis. Bijzondere plicht van collectieve beleggingsinstellingen............................ 614 Afdeling II. Plichten van derden................. 615 Afdeling III. Plichten van openbare diensten, instellingen en inrichtingen.......................... 615 Afdeling IV. Gemene bepalingen inzake recht van onderzoek ten aanzien van de belastingplichtige en van derden.................................... 617 Afdeling V. Aan alle belastingen gemene bepalingen. 617 Afdeling VI. Beroepsgeheim.................... 617 Afdeling VII. Wederzijdse bijstand............... 618 Hoofdstuk IV. Bewijsmiddelen van de administratie.......... 620 Hoofdstuk V. Aanslagprocedure........................ 621 Afdeling I. Wijziging van de aangifte............. 621 Afdeling II. Aanslag van ambtswege.............. 622 Hoofdstuk VI. Aanslag............................... 623 Afdeling I. Aanslagtermijnen................... 623 Afdeling II. Aanslagjaar en belastbaar tijdperk...... 625 Afdeling III. Aanslag in hoofde van de overnemende of verkrijgende vennootschap.................... 626 Hoofdstuk VII. Rechtsmiddelen......................... 626 Afdeling I. Administratief beroep................ 626 Hoofdstuk VIII. Invordering van de belasting............... 630 Afdeling I. Belastingschuldigen................. 630 Afdeling II. Werkzaamheden waarvoor een beroep moet worden gedaan op een geregistreerde aannemer 632 Afdeling III. Betwiste belastingen................ 634 xiii

Afdeling IV. Betaaltermijn van voorheffingen en belastingen.................................... 635 Afdeling IVbis. Onbeperkt uitstel van de invordering van directe belastingen....................... 635 Afdeling V. Interesten........................ 636 Hoofdstuk IX. Rechten en voorrechten van de Schatkist inzake invordering......................................... 638 Afdeling I. Door sommige belastingschuldigen te stellen waarborg............................... 638 Afdeling II. Voorrecht van de Schatkist........... 639 Afdeling III. Wettelijke hypotheek............... 639 Afdeling IV. Aansprakelijkheid en plichten van sommige ministeriële officieren, openbare ambtenaren en andere personen............................ 640 Afdeling V. Verplichtingen van kredietinstellingen of - inrichtingen................................ 645 Hoofdstuk IXbis. Verjaring van de rechten van de schatkist..... 646 Hoofdstuk X. Strafbepalingen.......................... 646 Afdeling I. Administratieve sancties.............. 646 Afdeling II. Strafrechtelijke sancties.............. 647 Titel VIIbis. Aanvullende Crisisbijdrage................. 649 Titel VIII. Toekenningen aan de provincies, de agglomeraties en de gemeenten.................................... 649 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen...................... 649 Hoofdstuk II. Aanvullende belastingen.................... 650 Titel IX. Het kadastraal inkomen van onroerende goederen... 651 Hoofdstuk I. Bepaling van het kadastraal inkomen........... 651 Hoofdstuk II. Vaststelling van het kadastraal inkomen........ 651 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 651 Afdeling II. Aangifte van de belastingplichtigen en recht van onderzoek van de administratie......... 651 Afdeling III. Gebouwde onroerende goederen...... 651 Afdeling IV. Ongebouwde onroerende goederen.... 652 Afdeling V. Materieel en outillage............... 652 Afdeling VI. Referentietijdstip.................. 653 Hoofdstuk III. Tijdstip van vaststelling en invoegetreding van de kadastrale inkomens................................... 653 Afdeling I.Algemene perekwatie van de kadastrale inkomens................................... 653 Afdeling II. Herzieningen van de kadastrale inkomens 653 Afdeling III. Schatting en herschatting van de kadastrale inkomens........................... 653 Hoofdstuk IV. Betekening van de kadastrale inkomens........ 654 Hoofdstuk V. Bezwaar tegen het kadastraal inkomen......... 654 Afdeling I. Recht van bezwaar.................. 654 Afdeling II. Voorwaarden van geldigheid van het bezwaar.................................... 654 Afdeling III. Procedure bij het onderzoek van de bezwaren................................... 655 Afdeling IV. Uitwerking van de bezwaren.......... 655 Hoofdstuk VI. Bewaring en bijhouding van de kadastrale bescheiden............................................. 655 Titel X. Overgangsbepalingen........................ 655 Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen... 665 Hoofdstuk I. Werkingssfeer van de overeenkomst............ 665 Hoofdstuk II. Begripsbepalingen......................... 665 Hoofdstuk III. Belastingheffing naar het inkomen............ 666 Hoofdstuk IV. Belastingheffing naar het vermogen........... 670 Hoofdstuk V. Wijze waarop dubbele belasting wordt vermeden.. 670 Hoofdstuk VI. Bijzondere bepalingen..................... 671 DEEL IV. SOCIAAL RECHT Collectieve grondrechten International Labour Organization: Declaration on Fundamental Principles and Rights at Work - 86th Session, Geneva, June 1998................................ 677 Het herziene Europees Sociaal Handvest van 3 mei 1996 (B.S. 10.05.2004), inw. 1.05.2004 (Uittreksel........................... 678 Deel II. De Overeenkomstsluitende Partijen verbinden zich, overeenkomstig het bepaalde in Deel III, zich gebonden te achten door de verplichtingen, vervat in de hiernavolgende artikelen en leden............... 678 Verdrag Europese Unie (Uittreksel)....... 684 Titel XI. Sociale politiek, onderwijs, beroepsopleiding en jeugd 684 Hoofdstuk 1. Sociale bepalingen......................... 684 Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (PB 2007/C 303/01)........... 686 Titel I. Waardigheid.............................. 686 Titel II. Vrijheden................................ 686 Titel III. Gelijkheid............................... 687 Titel IV. Solidariteit.............................. 687 Titel V. Burgerschap.............................. 688 Titel VI. Rechtspleging............................. 689 Titel VII.Algemene bepalingen betreffende de uitlegging en de toepassing van het handvest......................... 689 Arbeidsovereenkomst Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (B.S. 22.08.1978)....... 690 Titel I. De arbeidsovereenkomst in het algemeen.......... 690 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 690 Hoofdstuk II. Verplichtingen der partijen.................. 693 Hoofdstuk III. Schorsing van de uitvoering van de overeenkomst.. 695 Hoofdstuk IV. Einde van de overeenkomst................. 698 xiv

Hoofdstuk V. Bijzondere bepalingen betreffende de minderjarige werknemers........................................ 700 Titel II. De arbeidsovereenkomst voor werklieden.......... 700 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 700 Hoofdstuk II. Loonregeling bij schorsing van de uitvoering van de overeenkomst...................................... 701 Hoofdstuk III. Einde van de overeenkomst.................. 705 Titel III. De arbeidsovereenkomst voor bedienden.......... 707 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 707 Hoofdstuk II. Loonregeling bij schorsing van de uitvoering van de overeenkomst...................................... 707 Hoofdstuk III. Einde van de overeenkomst.................. 708 Titel IV. De arbeidsovereenkomst voor handelsvertegenwoordigers.......................................... 711 Titel V. De arbeidsovereenkomst voor dienstboden......... 713 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 713 Hoofdstuk II. Verplichtingen der partijen.................. 713 Hoofdstuk III. Schorsing van de uitvoering van de overeenkomst.. 713 Hoofdstuk IV. Einde van de overeenkomst................. 713 Titel VI. De overeenkomst voor tewerkstelling van huisarbeiders 713 Titel VII. De overeenkomst voor tewerkstelling van studenten. 715 Titel VIII. Slotbepalingen........................... 716 Antidiscriminatie - Gelijke behandeling Wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie (B.S. 30.05.2007).......................... 717 Titel I. Hoofdstuk I. Inleidende bepalingen............... 717 Hoofdstuk II. Definities............................... 717 Hoofdstuk III. Toepassingsgebied........................ 718 Titel II. Rechtvaardiging van onderscheid................ 718 Hoofdstuk I. Rechtvaardiging van direct onderscheid.......... 718 Hoofdstuk II. Rechtvaardiging van indirect onderscheid........ 719 Hoofdstuk III. Algemene rechtvaardigingsgronden............ 719 Hoofdstuk IV. Specifieke rechtvaardingsgronden............. 719 Titel III. Hoofdstuk I. Discriminatieverbod............... 720 Hoofdstuk II. Rechtsbescherming........................ 720 Titel IV. Strafrechtelijke bepalingen................... 722 Titel V. Bewijslast................................ 722 Titel VI. Bevoegde instanties......................... 723 Titel VII. Varia.................................. 723 Titel VIII. Wijzigingsbepalingen....................... 723 Hoofdstuk I. Wijzigingen van het Strafwetboek.............. 723 Hoofdstuk II. Wijzigingen van de wet van 15 februari 1993, tot oprichting van een Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding..................................... 724 Hoofdstuk III. Wijziging van de wet van 5 maart 2002 betreffende het beginsel van non-discriminatie ten gunste van deeltijdwerkers. 725 Hoofdstuk IV. Wijziging van de wet van 5 juni 2002 betreffende het non-discriminatiebeginsel ten voordele van werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd................ 725 Hoofdstuk V. Wijzigingen van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige voordelen inzake sociale zekerheid..... 725 Titel IX. Opheffingsbepalingen....................... 726 Titel X. Slotbepaling.............................. 726 Decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt (B.S. 26.07.2002).......................... 726 Hoofdstuk I. Inleidende bepalingen...................... 726 Hoofdstuk II. Algemene beginselen...................... 727 Hoofdstuk III. Rapportering en ondersteuning.............. 728 Hoofdstuk IV. Toezicht en sancties...................... 728 Hoofdstuk V. Slotbepalingen........................... 730 Arbeidsrelatiewet Programmawet (I) van 27 december 2006 (B.S. 28.12.2006) (Uittreksel)............ 730 Titel XIII. Aard van de arbeidsrelaties................. 730 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 730 Hoofdstuk II. Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie..... 730 Hoofdstuk III. Principes............................... 731 Hoofdstuk IV. De algemene criteria...................... 731 Hoofdstuk V. De specifieke criteria...................... 731 Afdeling 1. Criteria.......................... 731 Afdeling 2. Aanhangigmaking bij de normatieve kamer van de Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie. 731 Afdeling 3. Adviesprocedure................... 732 Afdeling 4. De lijst met specifieke criteria......... 732 Hoofdstuk VI. De beslissingen betreffende de kwalificatie van een arbeidsrelatie door de administratieve Kamers van de Commissie 732 Hoofdstuk VII. Slotbepalingen.......................... 733 Hoofdstuk VIII. Inwerkingtreding........................ 734 Aanvullend pensioen Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (B.S. 15.5.2003)....................... 734 Titel I. Algemene bepaling.......................... 734 Titel II. Aanvullende pensioenen..................... 734 Hoofdstuk I. Doel, toepassingsgebied en definities........... 734 Hoofdstuk II. Invoering, wijziging en opheffing van een pensioentoezegging......................................... 735 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 735 Afdeling II. Bijzondere bepalingen inzake de sociale pensioenstelsels............................. 736 Hoofdstuk III. Toetredingsvoorwaarden................... 737 Hoofdstuk IV. Verworven reserves, verworven prestaties en waarborgen........................................... 738 Hoofdstuk V. Uittreding.............................. 740 Hoofdstuk VI. Verandering van pensioeninstelling en overdrachten 741 xv

Hoofdstuk VII. Inspraak van de werknemers............... 742 Afdeling I. Verplichte raadpleging en kennisgeving.. 742 Afdeling II. Paritair beheer - Toezichtscomité...... 742 Hoofdstuk VIII. Transparantie......................... 742 Hoofdstuk IX. Solidariteit............................. 743 Hoofdstuk X. Toezicht............................... 743 Hoofdstuk XI. Strafbepalingen.......................... 745 Hoofdstuk XII. Verjaring.............................. 745 Hoofdstuk XIII. Overgangsbepalingen.................... 745 Titel III. Wijzigingsbepalingen........................ 746 Titel IV. Wijzigingen aan de fiscale wetgeving............. 746 Titel V. Diverse en slotbepalingen..................... 746 Koninklijk besluit van 14 november 2003 tot uitvoering van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid B.S. 14.11.2003)......... 747 Hoofdstuk I. Definities............................... 747 Hoofdstuk II. Overdrachtsmodaliteiten................... 747 Afdeling 1. Overdracht van de reserves in toepassing van artikel 32, 3, eerste lid van de wet.......... 747 Afdeling 2. Overdracht van de reserves in toepassing van artikel 32, 3, derde lid van de wet.......... 748 Hoofdstuk III. Beperking van de kosten................... 748 Hoofdstuk IIIbis. De pensioentoezegging.................. 748 Afdeling 1. Bepalingen die op alle pensioentoezeggingen van toepassing zijn...................... 748 Afdeling 2. Pensioentoezeggingen van het type vaste bijdragen................................. 749 Afdeling 3. Pensioentoezeggingen van het type vaste prestaties................................. 750 Hoofdstuk IIIter. Informatie en transparantie............... 750 Hoofdstuk IV. (Berekening van de minimale verworven reserves) 750............................................. Afdeling 1. Bepalingen die op alle pensiontoezeggingen van toepassing zijn...................... 750 Afdeling 2. Pensioentoezeggingen van het type vaste bijdragen................................. 751 Afdeling 3. Pensioentoezeggingen van het type vaste prestaties................................. 751 Hoofdstuk IVbis. Bestemming van de activa............... 752 Hoofdstuk V. Wijziging van de pensioentoezegging........... 753 Afdeling 1. Berekening van de minimale verworven reserves.................................... 753 Afdeling 2. Berekening van de minimale verworven prestaties................................. 753 Hoofdstuk VI. Omzetting van het kapitaal in rente........... 753 Hoofdstuk VII. Overgangsbepalingen..................... 754 Hoofdstuk VIII. Slotbepalingen......................... 754 Overgang van ondernemingen Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 32bis gesloten op 7 juni 1985 in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij wijziging van werkgever ingevolge de overgang van ondernemingen krachtens overeenkomst en tot regeling van de rechten van de werknemers die overgenomen worden bij overname van activa na faillissement (...).......... 755 Hoofdstuk I. Voorwerp en definities...................... 755 Afdeling 1. Toepassingsgebied.................. 757 Afdeling 2. Behoud van de rechten van de werknemers 757 Hoofdstuk III. De rechten van de werknemers, die overgenomen worden in geval van overname van activa na faillissement (...)... 758 Afdeling 1. Toepassingsgebied.................. 758 Hoofdstuk IV. Informatie van de werknemers............... 759 Hoofdstuk V. Opheffingsbepaling....................... 759 Hoofdstuk VI. Duur, inwerkingtreding, herziening en opzegging.. 759 Collectief ontslag Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 10 van 8 mei 1973 betreffende het collectief ontslag (B.S. 17.08.1973)...................... 760 Hoofdstuk I. Draagwijdte van de overeenkomst.............. 760 Hoofdstuk II. Begrip "collectief ontslag"................... 760 Hoofdstuk III. Toepassingsgebied........................ 760 Hoofdstuk IV. Vergoeding verschuldigd bij collectief ontslag..... 760 Hoofdstuk V. Voorlichting en advies...................... 761 Hoofdstuk VI. Datum van inwerkingtreding, duur, herziening en opzegging.......................................... 761 Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 24 van 2 oktober 1975 betreffende de procedure van inlichting en raadpleging van de werknemersvertegenwoordigers met betrekking tot het collectief ontslag (B.S. 17.02.1976). 762 Hoofdstuk I Draagwijdte van de overeenkomst.............. 762 Hoofdstuk II. Begrip "collectief ontslag"................... 762 Hoofdstuk III Toepassingsgebied......................... 762 Hoofdstuk IV. Procedure van raadpleging van de werknemersvertegenwoordigers..................................... 762 Hoofdstuk V Datum van inwerkingtreding, duur, herziening en opzegging........................................... 763 Koninklijk besluit van 24 mei 1976 betreffende het collectief ontslag (B.S. 17.09.1976).......................... 763 Hoofdstuk I. Toepassingsgebied......................... 763 Hoofdstuk II. Kennisgeving van het collectief ontslag.......... 764 Hoofdstuk III. Wijzigings- en opheffingsbepalingen........... 764 Hoofdstuk IV. Slotbepalingen........................... 764 xvi

Wet van 13 februari 1998 houdende bepalingen tot bevordering van de tewerkstelling 765 Hoofdstuk VII. Collectief ontslag........................ 765 Hoofdstuk XI. Inwerkingtreding van de artikelen 12, 34, 40, 41, 54 en 61 van de hoofdstukken V en VII................... 766 Koninklijk besluit van 30 maart 1998 tot uitvoering van de artikelen 63 en 66, 2, van hoofdstuk VII, Collectief ontslag, van de wet van 13 februari 1998 houdende bepalingen tot bevordering van de tewerkstelling (B.S. 25.04.1998).......................... 766 Wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact (B.S. 30.12.2005)......... 767 Titel I. Algemene bepaling.......................... 767 Titel II. Middenstand.............................. 767 Titel III. Pensioenen............................... 767 Titel IV. Werk................................... 767 Hoofdstuk I. Wijziging van de programmawet van 8 april 2003.. 767 Hoofdstuk II. De experimenten tot invoering van specifieke loonbarema's voor nieuwe intreders in ondernemingen............. 767 Afdeling 1. Begripsomschrijving................. 767 Afdeling 2. Experimenten tot invoering van specifieke loonbarema's voor nieuwe intreders in ondernemingen....................................... 767 Afdeling 3. Procedure......................... 767 Hoofdstuk III. Vereenvoudiging van de sociale balans.......... 768 Hoofdstuk IV. Verhoging van opleidingsinspanningen.......... 768 Hoofdstuk V. Activerend beleid bij herstructureringen......... 768 Afdeling 1. Toepassingsgebied.................. 768 Afdeling 2. Oprichting van een tewerkstellingscel bij herstructurering............................. 769 Afdeling 3. Inschakelingvergoeding voor de werknemers...................................... 769 Afdeling 3/1. Toezicht........................ 770 Afdeling 4. Slotbepalingen..................... 770 Hoofdstuk VI. Wijzigingen aan de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen...................... 770 Hoofdstuk VII. Administratieve geldboete voor de werkgevers die de verplichtingen inzake outplacement-begeleiding niet naleven.. 771 Hoofdstuk VIII. Bijdragen en inhoudingen op pseudo-brugpensioenen.............................................. 771 Hoofdstuk IX. Seniorvakantie........................... 773 Hoofdstuk X. Uitzendarbeid............................ 773 Hoofdstuk XI. Wijziging van artikel 13 van de wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers........................................ 774 Hoofdstuk XII. RVA - Start- en stagebonus................. 774 Hoofdstuk XIII. Startbanenstelsel........................ 774 Hoofdstuk XIV. De werkhervattingstoeslag................. 774 Hoofdstuk XV. Participatiefonds........................ 774 Hoofdstuk XVI. Fonds ter bevordering van de toegang tot arbeid voor personen met een handicap......................... 775 Hoofdstuk XVII. Terbeschikkingstelling................... 775 Hoofdstuk XVIII. Uitzonderingen op het toepassingsgebied van Titel IV............................................ 775 Hoofdstuk XIX. Inwerkingtreding........................ 775 Titel V. Sociale Zaken............................. 776 Titel VI. Financiën............................... 776 Koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen (B.S. 31.03.2006)................ 776 Hoofdstuk I. Definities............................... 776 Hoofdstuk II. De werkgever in herstructurering............. 776 Hoofdstuk III. De werknemer ontslagen in het kader van de herstructurering....................................... 777 Hoofdstuk IV. De tewerkstellingscel...................... 777 Hoofdstuk V. De procedure............................ 778 Hoofdstuk VI. Wijzigingsbepalingen...................... 783 Hoofdstuk VII. Slotbepalingen.......................... 783 Outplacement Wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers (B.S. 15.09.2001)........... 783 Hoofdstuk I. Algemene bepaling........................ 783 Hoofdstuk II. Bepalingen betreffende de risicogroepen en de jongeren op wie een inschakelingsparcours van toepassing is......... 783 Afdeling 1. Inspanning ten voordele van de personen die behoren tot de risicogroepen of op wie een inschakelingsparcours van toepassing is................ 783 Afdeling 2. Begeleiding van de jongeren op wie een inschakelingsparcours van toepassing is............ 784 Hoofdstuk III. (Opgeheven)........................... 784 Hoofdstuk IV. Oudere werknemers...................... 785 Hoofdstuk V. Outplacement........................... 785 Hoofdstuk VI. Tijdelijke arbeid......................... 785 Hoofdstuk VII. Ervaringsfonds......................... 786 Afdeling 1. Toepassingsgebied.................. 786 Afdeling 2. Het Fonds........................ 786 Afdeling 3. De toelage........................ 786 Afdeling 4. Wijziging van de wet van 24 december 1993 tot oprichting van begrotingsfondsen en tot wijziging van de organieke wet van 27 december 1990. 786 Hoofdstuk VIII. Activiteiten van vorming, begeleiding of mentorschap, uitgevoerd door de oudere werknemers, ten voordele van de nieuwe werknemers.................................. 787 Hoofdstuk IX. Betaald educatief verlof.................... 787 Hoofdstuk X. Inwerkingtreding......................... 787 Koninklijk besluit van 23 januari 2003 tot uitvoering van de artikelen 15 en 17 van de wet van 5 september 2001 tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers (B.S. 11.02.2003)........... 787 xvii

CAO nr. 82 van 10 juli 2002 betreffende het recht op outplacement voor werknemers van 45 jaar en ouder die worden ontslagen (B.S. 5.10.2002)...................... 788 DEEL V. VERBINTENISSEN- EN CONTRACTENRECHT Burgerlijk wetboek (Uittreksel).......... 797 Boek III. Wijze van eigendomsverkrijging........... 797 Titel III. Contracten of verbintenissen uit overeenkomst in het algemeen....................................... 797 Hoofdstuk I. Voorafgaande bepalingen................... 797 Hoofdstuk II. Voorwaarden die tot de geldigheid van de overeenkomsten vereist zijn.................................. 797 Afdeling I. Toestemming...................... 797 Afdeling II. Bekwaamheid van de contracterende partijen..................................... 798 Afdeling III. Voorwerp en inhoud van de contracten. 798 Afdeling IV. Oorzaak......................... 798 Hoofdstuk III. Gevolgen van de verbintenissen.............. 798 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 798 Afdeling II. Verbintenis om iets te geven.......... 798 Afdeling III. Verbintenis om iets te doen of niet te doen 798 Afdeling IV. Schadevergoeding wegens niet-nakoming van de verbintenis........................... 799 Afdeling V. Uitlegging van de overeenkomsten..... 799 Afdeling VI. Gevolgen van de overeenkomsten ten aanzien van derden............................. 799 Hoofdstuk IV. Verschillende soorten van verbintenissen....... 800 Afdeling I. Voorwaardelijke verbintenissen........ 800 Afdeling II. Verbintenissen met tijdsbepaling....... 800 Afdeling III. Alternatieve verbintenissen........... 801 Afdeling IV. Hoofdelijke verbintenissen........... 801 Afdeling V. Deelbare en ondeelbare verbintenissen.. 802 Afdeling VI. Verbintenissen onder strafbeding...... 802 Hoofdstuk V. Tenietgaan van de verbintenissen............. 803 Afdeling I. Betaling.......................... 803 Afdeling II. Schuldvernieuwing................. 806 Afdeling III. Kwijtschelding van schuld........... 806 Afdeling IV. Schuldvergelijking................. 806 Afdeling V. Schuldvermenging.................. 807 Afdeling VI. Verlies van de verschuldigde zaak...... 807 Afdeling VII. Vordering tot nietigverklaring of tot vernietiging van de overeenkomsten............... 807 Hoofdstuk VI. Bewijs van de verbintenissen en bewijs van de betaling............................................. 808 Afdeling I. Schriftelijk bewijs................... 808 Afdeling II. Bewijs door getuigen................ 809 Afdeling III. Vermoedens...................... 810 Afdeling IV. Bekentenis van partijen............. 810 Afdeling V. De eed.......................... 810 Titel IV: Verbintenissen buiten overeenkomst............. 811 Hoofdstuk I. Oneigenlijke contracten..................... 811 Hoofdstuk II. Misdrijven en oneigenlijke misdrijven.......... 812 Titel IVbis. - Vergoeding van de schade door abnormalen veroorzaakt....................................... 812 Titel V: Huwelijksvermogensstelsels................... 812 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 812 Titel Vbis: Wettelijke samenwoning................... 812 Titel VI: Koop................................... 812 Hoofdstuk I. Aard en vorm van de koop................... 812 Hoofdstuk II. Wie kopen of verkopen kan.................. 813 Hoofdstuk III. Zaken die verkocht kunnen worden............ 813 Hoofdstuk IV. Verplichtingen van de verkoper............... 813 Afdeling I: Algemene bepalingen................ 813 Afdeling II: Levering.......................... 813 Afdeling III: Vrijwaring........................ 814 Afdeling IV. Bepalingen met betrekking tot de verkopen aan consumenten........................ 815 Hoofdstuk V. Verplichtingen van de koper................. 818 Hoofdstuk VI. Nietigheid en ontbinding van de koop.......... 818 Afdeling I: Recht van wederinkoop............... 818 Afdeling II: Vernietiging van de koop uit hoofde van benadeling................................. 819 Hoofdstuk VII. Veiling van onverdeelde goederen............ 820 Hoofdstuk VIII. Overdracht van schuldvorderingen en andere onlichamelijke rechten................................... 820 Titel VII: Ruil................................... 820 Titel VIII. Huur.................................. 821 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 821 Hoofdstuk II. Huur van goederen........................ 821 Hoofdstuk III. Huur van werk en van diensten............... 821 Afdeling I. Huur van dienstboden en werklieden.... 821 Afdeling II. Ondernemers van vervoer te land en te water....................................... 821 Afdeling III. Bestekken en aannemingen........... 821 Hoofdstuk IV. Veepacht............................... 822 Titel IX: Vennootschappen.......................... 822 Titel X: Lening.................................. 822 Titel XI: Bewaargeving en sekwester................... 822 Titel XII: Kanscontracten........................... 822 Titel XIII: Lastgeving.............................. 822 Titel XIV. Borgtocht.............................. 822 Hoofdstuk I. Aard en omvang van de borgtocht.............. 822 Hoofdstuk II. Gevolgen van borgtocht..................... 822 Afdeling I. Gevolgen van borgtocht tussen de schuldeiser en de borg............................. 822 Afdeling II. Gevolgen van borgtocht tussen de schuldenaar en de borg............................. 823 Afdeling III. Gevolgen van borgtocht tussen de borgen onderling.................................. 823 Hoofdstuk III. Tenietgaan van borgtocht................... 823 Hoofdstuk IV. Wettelijke borgtocht en gerechtelijke borgtocht... 823 Hoofdstuk V. Kosteloze borgtocht....................... 824 Titel XV. Dading................................. 824 Titel XVI: Lijfsdwang in burgerlijke zaken............... 825 Titel XVII. Inpandgeving........................... 825 xviii

Hoofdstuk I. Pand................................... 825 Hoofdstuk II. Genotspand............................. 826 Titel XVIII. Voorrechten en hypotheken................. 826 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 827 Hoofdstuk II. Voorrechten............................. 827 Afdeling I. Voorrechten op roerende en onroerende goederen.................................. 827 Afdeling II. Voorrechten op roerende goederen..... 827 Afdeling III. Voorrechten op onroerende goederen... 830 Afdeling IV. Hoe voorrechten bewaard worden..... 831 Hoofdstuk III. Hypotheken............................. 831 Afdeling I. Wettelijke hypotheken................ 832 Afdeling II. Bedongen hypotheken............... 833 Afdeling III. Rang van de hypotheken onderling..... 833 Hoofdstuk IV. Wijze van inschrijving van de voorrechten en hypotheken............................................ 833 Hoofdstuk V. Doorhaling en vermindering van de inschrijvingen.. 835 Hoofdstuk VI. Gevolgen van de voorrechten en hypotheken tegen derden-bezitters..................................... 836 Hoofdstuk VII. Tenietgaan van de voorrechten en hypotheken... 836 Hoofdstuk VIII. Wijze waarop eigendommen van de voorrechten en hypotheken worden gezuiverd......................... 836 Hoofdstuk IX. Openbaarheid van de registers en verantwoordelijkheid van de bewaarders............................... 838 Hoofdstuk X. Wijze van houden en bewaren van de hypothecaire bescheiden......................................... 839 Hoofdstuk XI. Vermelding van de partijen en van de onroerende goederen.......................................... 839 Hoofdstuk XII. Materiële vormen van de formaliteiten van openbaarmaking en van de aanvragen........................ 840 Titel XIX: Gerechtelijke uitwinning en rangregeling onder de schuldeisers..................................... 840 Titel XX. Verjaring................................ 840 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 840 Hoofdstuk II. Bezit.................................. 840 Hoofdstuk III. Oorzaken die de verjaring verhinderen......... 840 Hoofdstuk IV. Oorzaken die de verjaring stuiten of schorsen.... 841 Afdeling I. Oorzaken die de verjaring stuiten....... 841 Afdeling II. Oorzaken die de loop van de verjaring schorsen................................... 841 Hoofdstuk V. Tijd die voor de verjaring vereist is............. 842 Afdeling I. Algemene bepalingen................ 842 Afdeling II. Algemene termijnen van verjaring...... 842 Afdeling III. Tienjarige en twintigjarige verjaring..... 842 Afdeling IV. Enige bijzondere verjaringen.......... 842 Titel XXI: Kennisgeving............................ 843 Wet van 9 juli 2001 houdende vaststelling van bepaalde regels in verband met het juridisch kader voor elektronische handtekeningen en certificatiediensten........... 844 Hoofdstuk I. Algemene bepaling......................... 844 Hoofdstuk II. Definities en toepassingsgebied van de wet....... 844 Afdeling 1. Definities......................... 844 Afdeling 2. Toepassingsgebied.................. 844 Hoofdstuk III. Algemene principes....................... 844 Hoofdstuk IV. Producten voor elektronische handtekeningen... 845 Hoofdstuk V. Certificatiedienstverleners die gekwalificeerde certificaten afgeven..................................... 845 Afdeling 1. Gekwalificeerde certificaten........... 845 Afdeling 2. Geaccrediteerde certificatiedienstverleners 846 Hoofdstuk VI. Certificaathouders....................... 847 Hoofdstuk VII. Controle en sancties...................... 847 Wet van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij (Wet elektronische handel) (B.S. 17.03.2007, ed. 2, 12962) 849 Hoofdstuk I. Voorafgaande bepalingen................... 849 Hoofdstuk II. Grondbeginselen......................... 849 Afdeling 1. Het beginsel van vrijheid van vestiging... 849 Afdeling 2. Het beginsel van vrij verrichten van diensten...................................... 849 Afdeling 3. Afwijkingen van het beginsel van het vrij verrichten van diensten....................... 849 Hoofdstuk III. Informatie en doorzichtigheid............... 850 Hoofdstuk IV. Reclame............................... 850 Hoofdstuk V. Langs elektronische weg gesloten contracten..... 851 Hoofdstuk VI. Aansprakelijkheid van dienstverleners die als tussenpersoon optreden................................. 851 Afdeling 1. Mere conduit (doorgeefluik)........ 851 Afdeling 2. Opslag in de vorm van tijdelijke kopiëring van gegevens............................... 851 Afdeling 3. Hosting (host-diensten).............. 852 Afdeling 4. Toezichtverplichtingen............... 852 Hoofdstuk VII. Controlemaatregelen en sancties............. 852 Afdeling 1. Waarschuwingsprocedure............ 852 Afdeling 2. Opsporing en vaststelling van de bij deze wet verboden daden......................... 852 Afdeling 3. Minnelijke schikking................ 852 Afdeling 4. Strafsancties...................... 853 Hoofdstuk VIII. Slotbepalingen......................... 853 Wet 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet (Wet elektronische handel / Vordering tot staking) (B.S. 17.03.2007, ed. 2, 12960)............... 854 Wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijke-zekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten (B.S. 1 februari 2005)........................ 855 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 855 Hoofdstuk II. Definities............................... 855 Hoofdstuk III. Toepassingsgebied en algemene bepalingen...... 856 Hoofdstuk IV. Bewijs................................ 856 Hoofdstuk V. Pand.................................. 856 xix

Afdeling I. Voorwaarden voor de geldigheid en de tegenstelbaarheid van het pand.................. 856 Afdeling II. Realisatie........................ 856 Afdeling III. Recht om de in pand gegeven financiële instrumenten te gebruiken.................... 857 Hoofdstuk VI. Eigendomsoverdracht ten titel van zekerheid.... 857 Hoofdstuk VII. Cessie-retrocessieverrichtingen ("repo's")..... 857 Hoofdstuk VIII. Nettingovereenkomsten................... 858 Hoofdstuk IX. Insolventie............................. 858 Hoofdstuk X. Internationaal privaatrecht.................. 858 Hoofdstuk XI. Wijzigingsbepalingen...................... 858 Hoofdstuk XII. Fiscale bepalingen....................... 859 Afdeling I. Wet van 10 maart 1999 tot wijziging van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs, tot fiscale regeling van de verrichtingen van lening van aandelen en houdende diverse andere bepalingen.. 859 Afdeling II. Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992..................................... 859 Afdeling III. Wet van 4 december 1990 op de financiële transacties en de financiële markten......... 859 Afdeling IV. - Wet van 6 augustus 1993 betreffende de transacties met bepaalde effecten............... 859 Afdeling V. Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen.................................... 859 Hoofdstuk XIII. Opheffingsbepalingen en diverse bepalingen.... 859 Hoofdstuk XIV. Inwerkingtreding....................... 859 Internationaal Privaatrecht Bevoegdheid................................ 860 Verordening (EG) Nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken............... 860 Hoofdstuk I. Toepassingsgebied......................... 861 Hoofdstuk II. Bevoegdheid............................ 862 Afdeling 1. Algemene bepalingen............... 862 Afdeling 2. Bijzondere bevoegdheid............. 862 Afdeling 3. Bevoegdheid in verzekeringszaken...... 862 Afdeling 4. Bevoegdheid voor door consumenten gesloten overeenkomsten....................... 863 Afdeling 5. Bevoegdheid voor individuele verbintenissen uit arbeidsovereenkomst................... 864 Afdeling 6. Exclusieve bevoegdheid.............. 864 Afdeling 7. Door partijen aangewezen bevoegd gerecht..................................... 864 Afdeling 8. Toetsing van de bevoegdheid en de ontvankelijkheid.................................. 865 Afdeling 9. Aanhangigheid en samenhang........ 865 Afdeling 10. Voorlopige maatregelen en maatregelen tot bewaring van recht....................... 865 Hoofdstuk III. Erkenning en tenuitvoerlegging.............. 865 Afdeling 1. Erkenning........................ 865 Afdeling 2. Tenuitvoerlegging.................. 866 Afdeling 3. Gemeenschappelijke bepalingen....... 867 Hoofdstuk IV. Authentieke akten en gerechtelijke schikkingen... 867 Hoofdstuk V. Algemene bepalingen...................... 867 Hoofdstuk VI. Overgangsbepalingen...................... 868 Hoofdstuk VII. Verhouding tot andere besluiten............. 868 Hoofdstuk VIII. Slotbepalingen.......................... 871 Toepasselijk recht Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst ondertekend te Rome, op 19 juni 1980, goedgekeurd bij Wet 14 juli 1987, B.S. 9 oktober 1987, err. B.S. 18 april 1989............. 872 Titel I. Toepassingsgebied.......................... 872 Titel II. Eenvormige regels.......................... 872 Titel III. Slotbepalingen............................ 875 Verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I-Verordening)........................ 876 Hoofdstuk I. Werkingssfeer............................ 879 Hoofdstuk II. Eenvormige regels......................... 879 Hoofdstuk III. Overige bepalingen........................ 883 Hoofdstuk IV. Slotbepalingen........................... 884 Internationale koop Verdrag der Verenigde Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken, gedaan te Wenen op 11 april 1980, goedgekeurd bij Wet 4 september 1996, B.S. 1.07.1997................ 884 Deel I. Toepassingsgebied en algemene bepalingen.. 884 Hoofdstuk I. Toepassingsgebied......................... 884 Hoofdstuk II. Algemene bepalingen...................... 884 Deel II. Totstandkoming van de overeenkomst..... 885 Deel III. Koop van roerende zaken............... 886 Hoofdstuk I. Algemene bepalingen....................... 886 Hoofdstuk II. Verplichtingen van de verkoper............... 886 Afdeling I. Aflevering van de roerende zaken en afgifte van documenten............................ 886 Afdeling II. Het beantwoorden van de zaken aan de overeenkomst en rechten van derden............. 887 Afdeling III. Gevolgen van niet-nakoming van de verplichtingen van de verkoper.................... 888 Hoofdstuk III. Verplichtingen van de koper................. 888 Afdeling I. Betaling van de koopprijs............. 889 Afdeling II. Inontvangstneming van de zaken....... 889 Afdeling III. Gevolgen van niet-nakoming van de verplichtingen van de koper...................... 889 Hoofdstuk IV. Overgang van het risico.................... 889 xx

Hoofdstuk V. Bepalingen die zowel de verplichtingen van de verkoper als die van de koper betreffen........................ 890 Afdeling I. Toekomstige tekortkoming en overeenkomsten strekkende tot opeenvolgende afleveringen..... 890 Afdeling II. Schadevergoeding................... 890 Afdeling III. Rente............................ 891 Afdeling IV. Bevrijdende omstandigheden......... 891 Afdeling V. Gevolgen van de ontbinding........... 891 Afdeling VI. Zorg voor behoud van de zaken........ 891 Deel IV. Slotbepalingen....................... 892 DEEL VI. MILIEURECHT & RUIMTELIJKE ORDENING Afvalstoffen Vlaams afvalstoffendecreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen...................... 897 Bodembescherming en sanering Decreet Vlaame Raad van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (Bodemdecreet)..... 897................................ Titel I. Inleidende bepaling.......................... 897 Titel II. Definities, doelstellingen en algemene bepalingen.... 897 Hoofdstuk I. Definities................................ 897 Hoofdstuk II. Doelstellingen............................ 898 Hoofdstuk III. Algemene bepalingen...................... 898 Titel III. Bodemsanering............................ 899 Hoofdstuk I. Identificatie en inventarisatie van gronden........ 899 Afdeling I. Grondeninformatieregister............ 899 Afdeling II. Lijst van risico-inrichtingen............ 899 Afdeling III. Gemeentelijke inventaris............. 899 Hoofdstuk II. Erkenning als bodemsaneringsdeskundige........ 899 Hoofdstuk III. Verplichting om het beschrijvend bodemonderzoek en de bodemsanering uit te voeren en te (pre)financieren....... 899 Afdeling I. Nieuwe bodemverontreiniging.......... 899 Afdeling II. Historische bodemverontreiniging...... 901 Afdeling III. Gemengde bodemverontreiniging...... 902 Hoofdstuk IV. Oriënterend bodemonderzoek en beschrijvend bodemonderzoek.................................... 902 Afdeling I. Oriënterend bodemonderzoek.......... 902 Afdeling II. Beschrijvend bodemonderzoek......... 903 Afdeling III. Oriënterend en beschrijvend bodemonderzoek.................................. 904 Hoofdstuk V. Bodemsanering........................... 904 Afdeling I. Bodemsaneringsproject............... 904 Afdeling II. Beperkt bodemsaneringsproject........ 905 Afdeling III. Bodemsaneringswerken.............. 905 Afdeling IV. Eindevaluatieonderzoek en eindverklaring 906 Hoofdstuk VI. Andere maatregelen...................... 906 Afdeling I. Veiligheidsmaatregelen............... 906 Afdeling II. Voorzorgsmaatregelen............... 906 Afdeling III. Nazorg.......................... 907 Afdeling IV. Gebruiksbeperkingen............... 907 Afdeling V. Bestemmingsbeperkingen............ 907 Afdeling VI. Behandeling van bodemverontreiniging bij schadegevallen........................... 907 Afdeling VII. Risicobeheer..................... 908 Afdeling VIII. Bodempreventie- en bodembeheersplicht.................................... 908 Hoofdstuk VII. Vrijwillige uitvoering van beschrijvend bodemonderzoek, bodemsanering of andere maatregelen........... 909 Afdeling I. Algemeen......................... 909 Afdeling II. Bodemsaneringsorganisaties.......... 909 Hoofdstuk VIII. Overdrachten.......................... 910 Afdeling I. Overeenkomst betreffende de overdracht van gronden............................... 910 Afdeling II. Overdracht van risicogronden......... 910 Afdeling III. Nietigheid en niet-tegenstelbaarheid... 912 Afdeling IV. Afstand van eigendomsrecht......... 912 Hoofdstuk IX. Onteigening van gronden................... 912 Afdeling I. Bepalingen van toepassing op alle onteigeningen.................................... 912 Afdeling II. Bepalingen van toepassing op de onteigening van risicogronden....................... 912 Hoofdstuk X. Sluiting van een risico-inrichting.............. 913 Hoofdstuk XI. Faillissement en vereffening................. 913 Hoofdstuk XII. Waterbodems.......................... 913 Afdeling I. Waterbodemonderzoek.............. 913 Afdeling II. Saneringsplicht.................... 914 Afdeling III. Bodemsanering.................... 914 Hoofdstuk XIII. Het gebruik van uitgegraven bodem.......... 914 Afdeling I Toepassingsgebied................... 914 Afdeling II. Algemene bepalingen................ 914 Afdeling III. Erkenning als bodembeheerorganisatie, tussentijdse opslagplaats of grondreinigingscentrum 915 Hoofdstuk XIV. Sites................................. 915 Afdeling I. Vaststelling van een site.............. 915 Afdeling II. Verplichting om een site-onderzoek uit te voeren.................................... 915 Afdeling III. Verplichting om een beschrijvend bodemonderzoek en bodemsanering uit te voeren op een site 915 Afdeling IV. Site versus grond.................. 915 Afdeling V. Algemene bepaling................. 915 Hoofdstuk XV. Administratief beroep.................... 915 Afdeling I. Beroep tegen beslissingen in verband met het bodemsaneringsproject, het beperkt bodemsaneringsproject en het risicobeheersplan............. 915 Afdeling II. Andere beroepen................... 916 Hoofdstuk XVI. Ambtshalve tussenkomst van de OVAM...... 916 Hoofdstuk XVII. Retributies........................... 917 Hoofdstuk XVIII. Bevoegdheden van de Vlaamse Regering..... 917 Afdeling I. Schikkingen, dadingen, overdracht van schuldvorderingen en zekerheden, subrogatie, afzien van verhaal en overeenkomsten................. 917 Afdeling II. Onteigening....................... 917 Titel IV. Bodembescherming........................ 918 xxi

Hoofdstuk I. Maatregelen ter bescherming van de bodem...... 918 Hoofdstuk II. Instrumenten ter bescherming van de bodem..... 918 Afdeling I. Subsidieregeling.................... 918 Afdeling II. Steunregeling..................... 918 Afdeling III. Onteigening ten algemene nutte...... 918 Titel V. Dwangmaatregelen, toezicht, strafbepalingen en verslag aan het Vlaams Parlement.......................... 918 Hoofdstuk I. Dwangmaatregelen........................ 918 Hoofdstuk II. Toezicht................................ 918 Hoofdstuk III. Strafbepalingen.......................... 918 Hoofdstuk IV. Verslag aan het Vlaams Parlement........... 918 Titel VI. Overgangs-, opheffings- en inwerkingtredingsbepalingen 918 Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (Vlarebo)................................ 919 Titel I. Definities................................. 919 Titel II. Doelstellingen en algemene bepalingen............ 919 Hoofdstuk I. Doelstellingen............................ 919 Afdeling I. Richtwaarden voor de bodemkwaliteit... 919 Afdeling II. Streefwaarden voor de bodemkwaliteit.. 919 Hoofdstuk II. Algemene bepalingen...................... 919 Afdeling I. Opstallen die geen grond zijn.......... 919 Afdeling II. Monsternemingen en analyses........ 919 Afdeling III. Standaardprocedures............... 920 Afdeling IV. Financiële zekerheden.............. 920 Titel III. Bodemsanering............................ 920 Hoofdstuk I. Identificatie en inventarisatie van gronden....... 920 Afdeling I. Grondeninformatieregister............ 920 Afdeling II. Lijst van risico-inrichtingen........... 921 Afdeling III. Gemeentelijke inventaris van risicogronden...................................... 921 Hoofdstuk II. Erkenning als bodemsaneringsdeskundige....... 922 Afdeling I. Taken van de bodemsaneringsdeskundige 922 Afdeling II. Voorwaarden tot erkenning als bodemsaneringsdeskundige.......................... 922 Afdeling III. Procedure tot erkenning als bodemsaneringsdeskundige............................ 923 Afdeling IV. Voorwaarden voor het gebruik van de erkenning als bodemsaneringsdeskundige.......... 924 Afdeling V. Schorsing en opheffing van de handtekeningsbevoegdheid en van de erkenning als bodemsaneringsdeskundige.......................... 925 Afdeling VI. Duur en overdraagbaarheid van de erkenning als bodemsaneringsdeskundige............. 926 Afdeling VII. Onverenigbaarheden............... 926 Hoofdstuk III. Verplichting om het beschrijvend bodemonderzoek en de bodemsanering uit te voeren en te (pre)financieren...... 926 Afdeling I. Saneringscriterium bij nieuwe bodemverontreiniging............................... 926 Afdeling II. Saneringsdoel..................... 926 Afdeling III. Vrijstelling van de verplichting om het beschrijvend bodemonderzoek................... 927 Hoofdstuk IV. Oriënterend bodemonderzoek en beschrijvend bodemonderzoek................................... 927 Afdeling I. Oriënterend bodemonderzoek......... 927 Afdeling II. Beschrijvend bodemonderzoek......... 929 Afdeling III. Oriënterend en beschrijvend bodemonderzoek................................. 929 Hoofdstuk V. Bodemsanering........................... 929 Afdeling I. Bodemsaneringsproject............... 929 Afdeling II. Beperkt bodemsaneringsproject........ 931 Afdeling III. Bodemsaneringswerken.............. 933 Hoofdstuk VI. Andere maatregelen...................... 934 Afdeling I. Risicobeheer....................... 934 Afdeling II. Bodempreventie- en bodembeheersplicht 935 Hoofdstuk VII. Vrijwillige uitvoering van beschrijvend bodemonderzoek, bodemsanering of andere maatregelen............ 937 Afdeling I. Bodemsaneringsorganisaties........... 937 Hoofdstuk VIII. Overdrachten.......................... 940 Afdeling I. Melding van overdracht van een risicogrond 940 Afdeling II. Procedure tot vrijstelling van de saneringsplicht..................................... 941 Afdeling III. Overdracht van de vrijstelling van saneringsplicht................................. 941 Afdeling IV. Overname van de uitvoering van de verplichtingen................................. 941 Hoofdstuk IX. Onteigening van gronden................... 941 Hoofdstuk X. Sluiting van een risico-inrichting............... 942 Hoofdstuk XII. Waterbodems........................... 942 Afdeling I. Kennisgeving van het waterbodemonderzoek...................................... 942 Afdeling II. Conformverklaring van het waterbodemonderzoek................................. 942 Hoofdstuk XIII. Het gebruik van uitgegraven bodem.......... 942 Afdeling I. Definities.......................... 942 Afdeling II. Toepassingsgebied.................. 943 Afdeling III. Voorwaarden voor het gebruik van uitgegraven bodem.............................. 943 Afdeling IV. Traceerbaarheidsprocedure........... 944 Afdeling V. Bodembeheerorganisatie, tussentijdse opslagplaats en grondreinigingscentrum: erkenning in het kader van de regeling over het gebruik van uitgegraven bodem.............................. 947 Hoofdstuk XV. Administratief beroep..................... 950 Afdeling I. Ontvankelijkheid van het beroep........ 950 Afdeling II. Nota met opmerkingen en stavingsstukken 950 Hoofdstuk XVIII. Retributies........................... 951 Afdeling I. Toegang tot het Grondeninformatieregister 951 Afdeling II. Ambtshalve optreden van de OVAM ten laste van een in gebreke blijvende plichtige........ 951 Afdeling III. De in gebreke blijvende moet de verschuldigde retributie storten op het rekeningnummer van de OVAM.................................. 951 Hoofdstuk XVIII. Bevoegdheden van de Vlaamse Regering...... 951 Titel V. Toezicht................................. 952 Titel VI. Slotbepalingen............................ 952 Hoofdstuk I. Opheffingsbepalingen....................... 952 Hoofdstuk II. Overgangsbepalingen...................... 952 Hoofdstuk III. Inwerkingstredingsbepalingen................ 952 Hoofdstuk III. Uitvoeringsbepaling....................... 952 xxii