Resultaten internetpanel Dienst Regelingen



Vergelijkbare documenten
De Grote (kleine) voic -poll

Internetpanel Dienst Regelingen

Smartphone Onderzoek OTYS Recruiting Technology

Resultaten internetpanel Dienst Regelingen

4 Rol sociale en nieuwe media in het onderwijs

Social Media & Apps in Enschede

Zit de online burger wel online op u te wachten? Door: David Kok

Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 30: Communicatie nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Social Media. De definitie

18 december Social Media Onderzoek. MKB Nederland

Internetpanel Dienst Regelingen

Internetpanel Dienst Regelingen

Wageningen University (2012)

Internetpanel Dienst Regelingen

Nog even en de agrariër is 24/7 online

NEXT WEB Een onderzoek onder het algemeen Nederlands publiek, Leeftijd: 18 en ouder respondenten, April 2010

Bewonerspanel Utrecht peiling september 2010

3. Resultaten. Pagina 1 van 5

Grootste longitudinale studie

Digipanel Regel het op internet

WHAT S HAPPENING 2013

Dienstverlening Amsterdam-Noord

Gemiddeld gebruik van internet via verschillende media, in procenten (meer antwoorden mogelijk) 52% 37% 0% 20% 40% 60% 80% 100%

Social Media Onderzoek 2014

Onderzoek website 2015

Inleiding. RESULTATEN ENQUÊTE ONLINE COMMUNICATIE Gemeente Staphorst. Juli 2015

Internetpanel Dienst Regelingen Resultaten peiling 23: Informatiebehoefte over CITES-regelgeving 9 september 2013

HET LEIDERDORPPANEL OVER...


Nieuwsbrief burgerpanel Overschie

Rapportage onderzoek communicatie en informatie. communicatiemiddelen en informatievoorziening van bibliotheken. de Bibliotheek Deventer

BEWONERSVISIE: DUURZAAM COMMUNICEREN

Sociale media. Over het EenVandaag Opiniepanel. 15 augustus Over dit onderzoek

Resultaten enquête U en het internet, uitgevoerd via Zorgbelang Nederland

Resultaten Gezondheidszorg

Rapportage onderzoek digitale bibliotheek een onderzoek onder klanten naar de digitale dienstverlening van de bibliotheek. Regiobibliotheek Z-O-U-T

Hoe denkt de vrijgevestigde Friese psycholoog en orthopedagoog hierover?

SOCIAL MEDIA IN DE WOONBRANCHE. Nieuwegein, juli 2011 Jeroen Kleingeld

Nationale Social Media Onderzoek 2015

Arbeidsmarkt Noord. Onderzoek onder de ondernemers van het Digitaal Panel Noord. Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658

Onderzoek Hoe scoren je docenten?

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING COMMUNICATIE

Wat is het en wat kun je ermee. Gerard Drent Drasco Webdiensten

Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 29: Topsector Energie December 2014

Social media onderzoek 2014 onder ondernemers

Response 879 entries, vanwege te veel missende waarden uiteindelijk 563 bruikbare responses

Duurzame ontwikkeling

Afvalinzameling Maart 2013

Communicatiemiddelen. Inhoud. 1 Conclusies ONDERZOEK ONDER HET BEWONERSPANEL HENDRIK-IDO-AMBACHT

Vragenlijst voor bloglezers

Internetpanel Dienst Regelingen

Sociale media in Nederland Door: Newcom Research & Consultancy

VMBO praktische leerweg VMBO theoretische leerweg HAVO VWO

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Gebruik sociale media in noodsituaties: feiten, beelden en verwachtingen.

Bewonerspanel Maartpeiling 2018 Reclamefolders. Utrecht.nl/onderzoek

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie

Deze vragenlijst bestaat uit zes onderdelen, A t/m F.

Checklist website bouwen

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

De dienstverlening van Westerpark

Zorg investeert in social media, maar durf ontbreekt. #gezondcommuniceren onderzoek social media bij zorg- en welzijnsorganisaties in Nederland

Parlementaire enquête: Meer rechten voor de huurder

FACTSHEET ENOVATIEF #1

Rapportage. Onderzoek: mediawijsheid onder ouders en kinderen

ALPHENPANEL OVER ZONDAGSOPENSTELLING

E-Health en de huisarts. Digitaal Stadspanel Rotterdam. Achtergrond. Methode. Contact met de huisarts

Het EnschedePanel over duurzaamheid

Bewonerspanel. Windenergie. Oktoberpeiling eiling 2011

Onderzoek Burgerpanel maart 2013

Gebruik Web 2.0 eerstejaars studenten UU

Boodschappenservice Binnenstad Amsterdam

Kübra Ozisik. Marjolein Kolstein. Mei

RESULTATEN Hieronder volgt de samenvatting van de resultaten.

Vragenlijst Delft Internet Panel Delftse Participatie Aanpak 2016

Op zoek naar de rol van de raadsgriffie

Tracking & Tracing. Resultaten peiling 7 Internetpanel Dienst Regelingen. 4 december 2009

Verkeerslichten en fietsen Oktober 2014

42 reacties. Overzicht. Aan welke sociale netwerken neemt u deel? Welke social media kent u? Dit formulier bewerken. Alle reacties weergeven

Allen Vrouw Man N= % % % % % % % % % 97,1 97,5 96,8 98,2 100,0 97,2 95,5 97,0 95,7

Resultaten Grote Nieuws voor diëtisten enquête 2016

De Nederlandse ipad gebruiker. Oktober 2010

A1) Kennismakingsgesprek over sociale media en internetgebruik

Rapportage BMKO Panelonderzoek Internetgebruik op de BSO. april Drs. M. Jongsma R. H. Rijnks BSc. Paterswolde, april 2009

YouTube handleiding voor de Groenteman

Jongerenparticipatie in Amersfoort

Sssstttt!! Een geheim

10% 23% 40% 20% 7% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Figuur 2 Bent u bekend met het werk van de gemeenteraad van Zeewolde? (n=547) in grote lijnen.

Het Jongerenpanel B A S I S V O O R B E L E I D. Evert van der Molen. Kübra Ozisik. Oktober

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015)

TuinHulp.com, Nieuwe Webservice voor Hoveniersbedrijven 2014

Inhoud. Inhoud 3 VoorwoorD 5 Methodologie 6. Colofon 54. Inhoud

Onderzoek mediagebruik Maastricht mei 2017

Onderzoek Digipanel: Contacten met vrienden, familie en buren

De overgrote meerderheid van de panelleden kent de website van de gemeente Hof van Twente. 88% 12%

[ENQUETE COMMUNICATIE]

Lang leve ! Onderzoek naar het gebruik van onder Nederlandse consumenten. september 2010

Rapportage resultaten enquête project derdengelden

Sociale netwerksites. 1 van :26. Kennis en gebruik van sociale media (Web2.0) Beste collega,

Doelstelling van deze enquete

Transcriptie:

Resultaten internetpanel Dienst Regelingen Resultaten peiling 15: gebruik social media juli 2012 1. Inleiding Tussen 1 juni en 10 juni konden panelleden van het internetpanel Dienst Regelingen een peiling invullen over (gebruik van) social media en apps voor smartphones en tablets. In de peiling komt eerst het algemene gebruik van apps en social media door de panelleden aan de orde. Vervolgens wordt de link met Dienst Regelingen (DR) gelegd: ziet het panel social media als geschikte manieren van DR om met hen te communiceren? De enquête is niet alleen aangeboden aan het internetpanel van Dienst Regelingen, maar ook uitgezet onder twee specifieke klantgroepen van DR: Flora- en faunawet en Visserij. Ook is de enquête twee weken opengesteld via www.drloket.nl. Hierdoor viel de respons aanzienlijk hoger dan normaal uit. In totaal hebben 954 respondenten de vragenlijst ingevuld. Tabel 1 laat de verdeling per groep zien. De relaties betroffen vooral flora- en faunawet (292). Het responspercentage onder leden van het internetpanel bedraagt 46 procent. Tabel 1 Verdeling respons. internetpanel 312 relatie 345 open enquête 307 totaal 964 2.. Smartphone, tablet en apps Ruim eenderde van de respondenten heeft een smartphone of tablet. In de meeste gevallen alleen een smartphone. Nog eens 7 procent is van plan één van deze twee te kopen (figuur 1). Figuur 1 Bezit smartphone/tablet. smartphone 20% tablet beide van plan te kopen 6% 7% 9% nee, (nog) niet nodig 52% weet niet wat het is 7% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 1

De bezitters van een smartphone maken vooral gebruik van een besturingssysteem van Android, op enige afstand gevolgd door ios van Apple en Windows. Voor een tablet gebruikt de meerderheid het Apple-systeem, gevolgd door Android. Figuur 2 Besturingssysteem voor smartphone of tablet. Android ios (Apple) Windows BlackBerry OS 26% 3% 12% 6% 51% 68% tablet (n=148) smartphone (n=278) Symbian 3% geen idee anders 1% 3% 1% 1% De bezitters van een smartphone of tablet gebruiken in de meeste gevallen (84 procent) apps. Ruim eenderde van hen doet dit dagelijks (figuur 3). Figuur 3 Gebruikt u wel eens apps? (n=337) dagelijks 37% wekelijks maandelijks 11% 9% onregelmatig 27% nooit 16% 0% 10% 20% 30% 40% 50% De gebruikers van apps maken nauwelijks gebruik van speciale apps voor overheidsinformatie (16 procent). De redenen om dit niet te doen zijn vooral omdat deze apps er nauwelijks zijn (44 procent) en omdat men hier geen behoefte aan heeft (door 40 procent genoemd). Gebruikers van overheidsapps noemen: Bouwbesluit, Wetten, Buiten Beter, Kadaster, Natura 2000 en Binnenlands Bestuur. 2

Figuur 4 Gebruikt u wel eens apps voor overheidsinformatie? (n=283) dagelijks wekelijks maandelijks 1% 1% 2% onregelmatig 13% nee, zijn nauwelijks beschikbaar geen behoefte aan 40% 44% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 3. Algemeen gebruik social media In deze paragraaf wordt de algemene bekendheid en het gebruik van social media door de respondenten geïnventariseerd. Om te beginnen is gevraagd naar de bekendheid van diverse (vormen van) social media. Facebook en YouTube zijn onder de respondenten het meest bekend, gevolgd door Hyves en Wikipedia. De minst bekende zijn fotodeelsites als Flickr en Picasa (44 procent) en blogs (zoals Wordpress). Tabel 2 Bekendheid sociale media. (n=954) bekend niet bekend Facebook (sociaal netwerken) 89% 11% YouTube, Vimeo etc. (video's delen) 89% 11% Hyves (sociaal netwerken) 85% 15% Wikipedia (kennis delen) 84% 16% Twitter (micro-bloggen) 79% 21% MSN (chatten) 78% 22% Skype (online bellen) 77% LinkedIn (sociaal netwerken) 64% 36% Forum (bekijken, mening delen) 63% 37% Google+ (sociaal netwerken) 63% 37% Blog (bloggen) 53% 47% Flickr, Picasa etc. (foto's delen) 44% 56% Wikipedia en YouTube meest gebruikte social media Onder respondenten die social media kennen is vervolgens doorgevraagd naar het gebruik. Wikipedia en YouTube worden het vaakst gebruikt door de respondenten. Hyves, MSN en Flickr/Picasa worden het vaakst niet meer gebruikt, maar vroeger wel. Google+ (40 procent dagelijks/wekelijks) en Facebook (37 procent) worden van alle social media het meest intensief gebruikt (tabel 3). 3

Omdat het aantal gebruikers van Google+ in werkelijkheid veel kleiner is dan Facebook, vermoeden we dat bij het invullen gedacht is aan de zoekmachine Google. Dit vermoeden wordt gestaafd door het type gebruikers van Google+ (zie tabel 4) en het gebruik (zie tabel 5). Tabel 3 Gebruik sociale media. dagelijks wekelijks maandelijks ooit gebruikt, nu niet meer nooit gebruikt Wikipedia 6% 28% 38% 10% 19% 806 YouTube, Vimeo etc. 6% 29% 34% 10% 22% 860 Forum 9% 17% 28% 15% 31% 610 Flickr, Picasa etc. 1% 8% 30% 24% 37% 421 Google+ 25% 15% 11% 8% 41% 607 Skype 2% 8% 17% 21% 51% 745 LinkedIn 7% 19% 13% 10% 52% 618 Facebook 16% 11% 6% 7% 60% 854 MSN 2% 3% 5% 27% 63% 755 Hyves 1% 4% 6% 22% 68% 823 Twitter 8% 6% 5% 5% 75% 769 Blog 1% 3% 8% 9% 79% 511 n Het daadwerkelijke gebruik van social media kan op verschillende manieren ingevuld worden. Enkele rollen die een gebruiker kan hebben zijn: toeschouwer: ik plaats zelf weinig tot niets, ik bekijk voornamelijk informatie (zoals berichtjes, status updates, krabbels, foto's, video s et cetera) van anderen; deelnemer: ik plaats zelf soms informatie en bekijk informatie van anderen; creator: ik plaats zelf vaak eigen informatie en bekijk informatie van anderen. Tabel 4 geeft weer welke rol de respondenten die social media gebruiken zichzelf toedichten. Toeschouwer en deelnemer worden in de regel het vaakst genoemd. Creators komen vooral voor op blogs (28 procent) en Twitter (24 procent). Tabel 4 Rol van de gebruikers op de diverse social media. toeschouwer deelnemer creator n Facebook 36% 49% 14% 284 Hyves 47% 47% 7% 86 LinkedIn 37% 55% 8% 239 YouTube, Vimeo etc. 90% 9% 1% 588 Flickr, Picasa etc. 62% 33% 6% 164 Wikipedia 91% 8% 1% 575 Twitter 36% 41% 24% 149 MSN 29% 67% 4% 79 Skype 14% 76% 10% 209 Blog 41% 31% 28% 58 Forum 55% 37% 8% 334 Google+ 69% 30% 1% 310 4

Wikipedia en fora worden het vaakst gebruikt als informatiebron. De fotodeelsites en filmsites (Flickr en YouTube) gebruikt men het vaakst ter vermaak. Bloggen en twitteren zijn de voornaamste manieren voor panelleden om zichzelf te uiten. Skypen, MSN en Facebook zijn vooral voor de (sociale) contacten. Google+ wordt het meest gebruikt als informatiebron. We gaan ervan uit dat hierbij de zoekmachine wordt bedoeld. Tabel 5 Waarvoor gebruikt u deze social media? informatiebron plezier zelf uiten contacten n Facebook 14% 41% 3% 42% 284 Hyves 13% 52% 6% 29% 86 LinkedIn 46% 4% 4% 46% 239 YouTube, Vimeo etc. 36% 62% 1% 1% 588 Flickr, Picasa etc. 26% 62% 4% 8% 164 Wikipedia 96% 4% 1% 0% 575 Twitter 42% 17% 27% 15% 149 MSN 14% 35% 3% 48% 79 Skype 6% 20% 2% 72% 209 Blog 38% 19% 24% 19% 58 Forum 71% 8% 17% 4% 334 Google+ 81% 8% 3% 8% 310 4. Bedrijfsmatig gebruik van social media Tweevijfde van de respondenten die bekend is met social media gebruikt deze specifiek voor bedrijfsmatige activiteiten. Dit zijn dan vooral Wikipedia (53 procent), Google+ (42 procent; waarschijnlijk de zoekmachine), videosites als YouTube (40 procent) en Linkedin (33 procent). Figuur 5 Gebruikt u social media specifiek voor uw bedrijfsmatige activiteiten, bijvoorbeeld om antwoord te vinden op uw bedrijfsvragen? (n=822) 41% 59% ja nee Gebruik internetfora Panelleden die aangeven internetfora te gebruiken (347 in totaal) is gevraagd welke dit zijn. Internetfora die het vaakst worden genoemd en gericht zijn op agrariërs zijn: melkquota.startpagina.nl, boerderij connect, prikkebord, nieuwsgrazer en het veeteeltforum. 5

De meningen van de respondenten die internetfora gebruiken over de geschiktheid van fora om vragen te beantwoorden zijn niet onverdeeld positief. Een kwart vindt dit een goede zaak en denkt dat dit handig is. Meer dan de helft vindt dit echter niet nodig (40 procent) of zelfs vervelend (15 procent). Eén op de zes is neutraal. Figuur 6 Hoe zou u het vinden als DR via deze fora uw vragen beantwoordt? (n=349) goede zaak, handig 26% niet nodig 40% vervelend 15% neutraal 18% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 5. DR op Twitter Dienst Regelingen heeft een twitteraccount (@DRLoket). Slechts een minderheid (4 procent) van de respondenten kent dit adres. In totaal hebben 21 respondenten (2 procent van de totale respons) de informatie die DR heeft gedeeld over de Gecombineerde opgave, gevolgd. Vier van hen hebben via Twitter contact gehad met DR over de Gecombineerde opgave. Figuur 7 Bent u bekend met het twitteradres van DR? (n=964) 4% 96% ja nee 6

6. Filmpjes van DR op YouTube Er staan meerdere filmpjes van Dienst Regelingen op YouTube die te maken hebben met (het invullen van) de Gecombineerde opgave. Bijna eenvijfde van de respondenten weet dit (figuur 7). Figuur 8 Bekendheid filmpjes DR op YouTube. (n=964) 19% 81% ja nee Van de groep respondenten die deze filmpjes kent, heeft de meerderheid (57 procent) er ook wel eens naar gekeken als iets rondom de Gecombineerde opgave niet duidelijk was. Gepercenteerd over de totale respons is dit 11 procent. Figuur 9 Gebruik filmpjes DR op YouTube door degenen die er bekend mee zijn. (n=187) 57% 43% ja nee De respondenten hebben in meerderheid de voorkeur voor de gebruikelijke kanalen om informatie van DR te ontvangen (54 procent). Bijna drie op de tien vindt het positief dat hiervoor ook nieuwe media worden gebruikt (figuur 9). 7

Figuur 10 Oordeel over gebruik social media door DR. (n=964) voorkeur voor bekende kanalen 54% een goede zaak dat DR ook deze nieuwe kanalen inzet 29% weet niet/geen mening 17% 7. Oordeel over het gebruik van apps en social media In de komende twee paragrafen worden de respondenten stellingen over apps, social media en innovatie voorgelegd. Om te beginnen enkele stellingen over apps (figuur 11). Panelleden laten het gebruik van apps vooral afhangen van het (verwachte) nut ervan. De meningen over het nut van apps om zaken te doen met DR zijn verdeeld. Hetzelfde geldt voor de handigheid van het afnemen van zaken van DR via apps. Ongeveer een kwart staat open voor apps van DR. Figuur 11 Stellingen over het gebruik van apps. (n=964) Of ik een app gebruik, hangt af van het nut van die app 50% 16% 11% Apps zijn voor fun, niet voor serieuze dingen 21% 37% 20% Als ik diensten van Dienst Regelingen af zou kunnen nemen via apps, zou ik dit wel handig vinden 22% 34% 21% De ontwikkeling van apps voor zaken met Dienst Regelingen is nuttig voor mij 19% 25% 35% 20% (helemaal) eens neutraal (helemaal) oneens weet niet 8

Vervolgens zijn enkele stellingen over het gebruik van social media aan de respondenten voorgelegd. De meerderheid vindt dat het open karakter van social media niet past bij het zakelijke contact dat men met DR heeft. Men is verdeeld over de stellingen dat social media de communicatie met DR (voor ondernemers) makkelijker maakt en de afstand tussen DR en hen verkleind. Net als bij de apps geldt dat ongeveer een kwart ronduit positief staat tegenover gebruik van social media door DR. Figuur 12 1 Stellingen over het gebruik van social media (n=964) Het open karakter van social media past niet bij het zakelijk contact dat ik met Dienst Regelingen heb 46% 21% 11% Social media maken de communicatie tussen Dienst Regelingen en ondernemers makkelijker 26% 31% 28% 15% Door social media wordt de afstand tussen Dienst Regelingen en ondernemers kleiner 25% 29% 33% 14% (helemaal) eens neutraal (helemaal) oneens weet niet 8. Oordeel over innovatie Figuur 13 laat enkele stellingen over het innovatieve gehalte van DR zien. De respondenten oordelen doorgaans positief of neutraal over deze stellingen. Rond de 10 procent is het oneens met de stellingen dat DR vernieuwt, innovatief is en met de tijd meegaat. Met de negatief geformuleerde stelling dat DR achterblijft bij ontwikkelingen is 8 procent van de respondenten het eens. 9

Figuur 13 Stellingen over het innovatieve gehalte van Dienst Regelingen. (n=964) Dienst Regelingen vernieuwt 34% 38% 9% 19% Dienst Regelingen gaat met de tijd mee 34% 38% 9% 19% Dienst Regelingen is innovatief 25% 44% 13% 19% Dienst Regelingen blijft achter bij ontwikkelingen op internetgebied 8% 40% 26% (helemaal) eens neutraal (helemaal) oneens weet niet De respondenten staan in meerderheid positief tegenover de mate waarin zij zelf innoveren en vernieuwen. Zo vindt 24 procent dat zij altijd de laatste zijn die nieuwe toepassingen ontdekt, en is 43 procent het hiermee oneens. Figuur 14 Stellingen over innovatie in het algemeen. (n=964) Ik probeer graag nieuwe dingen uit 40% 36% 20% 5% Vergeleken met anderen ben ik altijd een van de laatsten die nieuwe toepassingen ontdekt 24% 28% 43% 5% Over het algemeen ben ik minder geïnteresseerd in innovatie dan anderen 19% 34% 42% 5% Als er iets nieuws op de markt is, sta ik met mijn neus vooraan 10% 30% 55% 4% (helemaal) eens neutraal (helemaal) oneens weet niet 10

9. Toekomstig gebruik social media door DR In deze laatste paragraaf is gevraagd of de respondenten gebruik zouden maken van mogelijkheden die DR via social media biedt. Het meest kansrijk is het nieuws over regelingen of uitleg hierover door middel van filmpjes. Meer dan de helft (53 procent) zou hier waarschijnlijk wel gebruik van maken. De mogelijkheid van een online forum voor het ontwikkelen van voorstellen voor het uitvoeren voor een praktijkgerichte uitvoering van de regelgeving zou door 36 procent waarschijnlijk wel gebruikt worden. Het gebruik van fora voor het delen van informatie, een facebook-account of een twitter-account (dat er overigens al is) zou door het overgrote deel van de respondenten waarschijnlijk niet gebruikt gaan worden. Tabel 6 Zou u gebruik maken van bepaalde social media als DR deze zou inzetten? Als DR (zeer) waarschijnlijk (zeer) onwaarschijnlijk neutraal weet niet nieuws over regelingen of uitleg zou aanbieden in de vorm van filmpjes, zou ik deze bekijken. 53% 20% 25% 2% de mogelijkheid biedt samen om met DR en andere ondernemers via een online platform voorstellen te ontwikkelen voor een praktijkgerichte uitvoering van de regelgeving, maak ik hier gebruik van. 36% 21% 38% 4% informatie gaat delen via een forum, word ik lid van dit forum 21% 20% 55% 3% actief wordt op Facebook, word ik lid/volger. 12% 8% 75% 5% informatie gaat delen via Twitter, ga ik het twitteraccount van DR volgen. 12% 10% 74% 3% de mogelijkheid geeft om mijn mening te geven op Facebook, maak ik hier gebruik van. 11% 9% 76% 3% In een open vraag kon men suggesties doen voor apps die DR zou kunnen ontwikkelen. De meeste reacties die worden gegeven zijn geen suggesties, maar meer in de trant van: ga geen apps ontwikkelen, of niet doen. Concrete suggesties die wel worden genoemd zijn een Mijn Dossier-app. Flora- en faunawet en subsidies. Tot slot konden er nog algemene suggesties worden gedaan. 10. Welk vervolg geeft DR aan deze uitkomsten? De resultaten uit het onderzoek naar de mediavoorkeuren geven DR inzicht in het gebruik van verschillende media en de voorkeuren daarin gelieerd aan DR. Ook geeft het onderzoek inzicht in de meningen over toekomstig gebruik van nieuwe media door DR. DR gebruikt deze inzichten bij het maken van keuzes over de mediakanalen die we wel of niet gaan gebruiken en wel of niet gaan ontwikkelen. De komende maanden wordt er bij DR gewerkt aan een social mediabeleid en keuzes over apps. De uitkomsten uit het onderzoek zijn basis voor de richting die DR daarin kiest. 11