Samen sterk in het sociaal domein Duurzaam organiseren van het sociaal domein door intergemeentelijke samenwerking In dit artikel gaan we in op de meerwaarde van samenwerking tussen gemeenten in het sociaal domein en hoe tot deze samenwerking te komen. Deze publicatie is een verdieping op onze trendrapportage Duurzaam organiseren van het Sociaal Domein. Daarnaast publiceerden wij eerder dit het artikel Grip op Jeugdhulp door regionale samenwerking. Begin 2017 publiceren wij een artikel over de doorontwikkeling van sociaal wijkteams en doelrealisatie in het sociaal domein. Duurzaam organiseren sociaal domein Het jaar 2015 heeft in het teken gestaan van het borgen van continuïteit van zorg- en dienstverlening. In 2016 richtten gemeenten zich enerzijds op stabiliseren en anderzijds op het transformeren van werkwijzen in het sociaal domein: laagdrempelige en integrale toegang, stimuleren van eigen kracht, adequaat ondersteuning inschakelen (doorverwijzen), passende ondersteuning en heldere verantwoording. De impact hiervan op de gemeentelijke organisatie is groot. Tot nu toe hebben gemeenten de transformatie vaak vanuit bestaande structuren en op projectmatige basis opgepakt. Maar de transformatie vraagt om het nadenken over en het verder ontwikkelen van de gemeentelijke organisatie, om zodoende het sociaal domein op een duurzame manier vorm te geven. Eén van de mogelijkheden om verder gestalte te geven aan de doorontwikkeling van de (uitvoerings)organisatie sociaal domein is door samenwerking met andere gemeenten. Redenen voor intergemeentelijke samenwerking in het sociaal domein Intergemeentelijke samenwerking binnen het sociaal domein kan betrekking hebben op beleidsvoorbereiding en -afstemming, inkoop, toegang, uitvoering, (zorg)administratie of een combinatie hiervan. Samenwerking wordt om verschillende redenen aangegaan. De belangrijkste reden is dat de gemeenten de dienstverlening aan de inwoners en cliënten willen verbeteren, door de kwaliteit en continuïteit van (de toegang tot) voorzieningen te verbeteren tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten. Om dat te bereiken, is een sterke en duurzame organisatie van belang. Samenwerking kan daar aan bijdragen, door: 1. het versterken van de strategische beleidscapaciteit en integraliteit binnen het sociaal domein; 2. het verminderen van de kwetsbaarheid van de organisatie; 3. het vergroten van de uitvoeringskracht en efficiëntie; 4. het vergroten van sturingskracht in regionale verbanden en richting stakeholders.
Onderscheid in het wat en het hoe van samenwerking Bij (verdere) samenwerking in het sociaal domein is het van belang om scherp onderscheid te maken tussen: het wat : de inhoudelijke breedte van taken en functies (binnen het sociaal domein) waarop gemeenten samenwerken; het hoe : de vorm waarin de samenwerking wordt gegoten. In onze visie is het van belang om eerst tot een gedeeld beeld te komen over de meest wenselijke breedte van de samenwerking, op het niveau van taken en functies. Dit moet passen bij de nieuwe werkelijkheid na de decentralisaties en de transformatieambities van de samenwerkende gemeenten. Hierna dient gekeken te worden in welke vorm deze samenwerking plaatsvindt. Kortom: vorm volgt inhoud. Inhoud van de samenwerking Het sociaal domein is een veel omvattend domein, met verschillende processen, taken en rollen. Hierbij speelt aan de ene kant het beleidsproces met de cyclus van beleid, inkoop, uitvoering en verantwoording. Aan de andere kant is er het klantproces van toegang, uitvoering en back office. Deze processen spelen zich af op de verschillende decentralisaties Wmo, Jeugd en Participatie en op de overige taakvelden in het sociaal domein (zoals onderwijs, sport en cultuur). Het beleids- en klantproces zijn in onderstaande figuur schematisch weergegeven. Figuur 1 Beleids- en klantproces sociaal domein In de praktijk zien wij dat samenwerkingen binnen het sociaal domein verschillend van inhoud zijn qua uitvoering van taken. Sommige samenwerkingsverbanden hebben vooral de focus op (onderdelen van) het beleidsproces, zoals inkoop en monitoring. Andere samenwerkingsverbanden leggen meer de nadruk op het klantproces, zoals de toegang en daadwerkelijke uitvoering met behulp van consulenten. Voor elke samenwerkingsvariant geldt dat aandacht nodig is voor de knip in taken en daarmee de (gewenste) integraliteit van het sociaal domein. Het betekenis geven aan het wat waarop de gemeenten willen samenwerken, kan door het samen nadenken over een gemeenschappelijke visie en uitgangspunten ten aanzien van (onderdelen van) het sociaal domein en de verdere transformatie. De hoofdvraag daarbij is welke voordelen en consequenties de beoogde samenwerking voor de dienstverlening aan de burger heeft. Deze vraag is te concretiseren aan de hand van het antwoord op vragen als: op welke taken willen de gemeenten samenwerken, welke taken blijven lokaal belegd en hoe kijken de gemeenten bijvoorbeeld aan tegen de ruimte voor professionals, integraliteit, toegang en de rol van de gemeente binnen het sociaal domein? 2
Vormgeving van de samenwerking Een volgende stap is het op hoofdlijnen uitdenken van de vormgeving van de samenwerking in het sociaal domein. Hierbij zien we dat gemeenten tegen een aantal vraagstukken aanlopen. Dit zijn zowel organisatorische als procesmatige vragen. Ieder vraagstuk vraagt om maatwerk binnen de lokale context. We noemen een paar belangrijke organisatorische vraagstukken: 1. Hoe dienstverlening dichtbij de burger te organiseren en tegelijkertijd op grotere schaal uitvoeringskracht te realiseren? 2. Hoe is balans te vinden tussen lokaal sturen en bovenlokaal organiseren? 3. Hoe om te gaan met de bestuurlijk-juridische inrichting en organisatie van de samenwerking en met werkgeverschap? 4. Welke gevolgen heeft samenwerking voor de latende gemeenten? Ook spelen er procesmatige vragen: 1. Welke partijen betrekken we op welk moment in het proces? 2. Op welke manier maken we inhoudelijke keuzes, zoals over een visie en bestuurlijkjuridische inrichting? 3. Hoe richten we de fase van implementatie en start van de gekozen inhoud en vorm van samenwerking in? Een antwoord op de organisatorische vragen kan landen in een organisatie-, business- of bedrijfsplan. Dit plan dient als basis voor definitieve besluitvorming door colleges en toestemming van gemeenteraden over het al dan niet aangaan van de samenwerking. Idealiter bevat het plan tevens een aanzet voor een implementatieplan, waarin aspecten zijn uitgewerkt als: resultaten, planning, projectkosten, taak- en rolverdeling en communicatie. Na bestuurlijke-en politieke besluitvorming volgt de implementatiefase, waarin de samenwerking nader wordt uitgewerkt en opgestart. Evaluatie en doorontwikkeling van samenwerking sociaal domein Als de samenwerking een aantal jaar onderweg is, is het van belang om de werking te toetsen. Niet om de samenwerking te heroverwegen, maar vooral om te komen tot herijking en versterking op onderdelen. Sommige samenwerkingsverbanden hebben een evaluatiemoment expliciet in hun gemeenschappelijke regeling opgenomen. De fase van evaluatie is nu actueel bij de regionale inkooporganisaties voor de (jeugd)zorg. Na de eerste jaren praktijkervaring wordt gekeken of de bedachte inrichting (nog steeds) het meest optimaal is en waar mogelijkheden voor doorontwikkeling zitten. Samenwerking in het sociaal domein in de praktijk Hier behandelen we enkele praktijkvoorbeelden van samenwerking binnen het sociaal domein. Scenariostudie samenwerkingsmogelijkheden Voor de gemeenten Beverwijk, Heemskerk en Velsen hebben we in 2016 een scenariostudie uitgevoerd naar de mogelijkheden van samenwerking binnen het sociaal domein. In 4 scenario s zijn mogelijkheden geschetst ten aanzien van: 1. de samenwerkingstaken; 2. opbrengsten voor de burger; 3. de bestuurlijke juridische inrichting; 4. grip van gemeenten en gemeentelijk kleur. Op basis hiervan is bestuurlijk gekozen voor de best passende samenwerking. Businesscase samenwerking Wmo, jeugd & SWT Voor Baarn, Bunschoten en Soest hebben we een businesscase opgesteld voor samenwerking op de uitvoering van Wmo, Jeugd en sociaal wijkteams. Naast het begeleiden van de samenwerking is in deze businesscase antwoord gegeven op welke taken samengewerkt kan worden, hoe de organisatorische inrichting van deze samenwerking er uit ziet, welke incidentele kosten en structurele besparingen dit met zich mee brengt en hoe de implementatie goed vorm gegeven kan worden. 3
Doorontwikkeling en evaluatie verschillende regionale inkoopbureaus en regionale uitvoering Dit betreft de evaluatie en doorontwikkeling van o.a. Serviceorganisatie ZHZ, Stichting Jeugdteams en Inkoopbureau H10. Een belangrijke vraag hierbij is hoe lokaal gestuurd kan worden terwijl inkoop en contractbeheer regionaal zijn belegd. Evaluatie samenwerking sociaal domein Evaluatie van samenwerking Zandvoort en Haarlem op de gedecentraliseerde taken in een centrumgemeentemodel en beoordeling van de duurzaamheid van afspraken en processen. Hierbij is de bestuurlijk-juridische inrichting bezien in relatie tot de sturing op de uitvoering van deze taken. Meer informatie SeinstravandeLaar begeleidt gemeenten bij de vraag of intergemeentelijke samenwerking een oplossing biedt voor het duurzaam organiseren van het sociaal domein én ondersteunt bij het realiseren van samenwerking. Voor meer achtergronden en nadere verdieping kunt u vrijblijvend contact opnemen met Joost Janssen, Mirjam van der Bent, Melanie Huurneman of Emma Smeets. Culemborg, december 2016, SeinstravandeLaar bv 4
Meer informatie over onze dienstverlening? SeinstravandeLaar B.V. Organisatieadviseurs voor de publieke sector Postbus 450, 4100 AL Culemborg Joost Janssen MSc mr. Mirjam van der Bent-Crezee Melanie Huurneman MSc Emma Smeets MSc www.seinstravandelaar.nl @Seinstra_vdLaar j.janssen@seinstravandelaar.nl m.vanderbent@seinstravandelaar.nl m.huurneman@seinstravandelaar.nl e.smeets@seinstravandelaar.nl