Inhoud. 1. Introductie Loopbaan & Burgerschap Overzicht kennismaterialen... 4

Vergelijkbare documenten
Inhoud. 1. Introductie Nederlands... 3

Examendocument Behorend bij de BEWIJSMAP. Loopbaan en Burgerschap. Cohort Opleiding AG. Crebonummer 91300/

Scholen voor Zorg. Examendocument Behorend bij de BEWIJSMAP. Loopbaan en Burgerschap. Cohort Opleiding Verzorgende- IG MBO.

Loopbaan & Burgerschap VERANTWOORDINGSDOCUMENT

Werken aan persoonlijke ontwikkeling en sturen van eigen loopbaan

BBL niveau 2 en 3 WERKBOEK LEERJAAR 1

Leren, Loopbaan en Burgerschap MBO Handel MBO Zakelijke Dienstverlening

Kaderstellend document Loopbaan & Burgerschap Wellantcollege mbo

Portfolio Loopbaan en burgerschap

5. Waarin onderscheid deze organisatie zich van vergelijkbare organisaties? 9. Wat vinden die zorgvragers/klanten/cliënten belangrijk denk je?

Project Dimensie Kerndoelen Competenties

Verantwoordingsdocument L&B - Opleidingen Bakkerij en Patisserie -

TWIXX: De Start KLASSIKAAL

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Examendocument Behorend bij de BEWIJSMAP. Loopbaan en Burgerschap. Cohort Opleiding Verpleegkunde. Crebonummer

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

Kies 2. Leerwerkboek burgerschap SANDER HEEBELS PETRI BENSCHOP MENNO BEEKHUIZEN MARK OOMEN HANNEKE SCHOTTERT

Wat is burgerschap? Een inleiding

Schokland Werkboek burgerschap voor niveau 3-4

Verantwoordingsdocument LOB&BS - Opleidingen Bakkerij en Patisserie -

De rechtsstaat en het rechtssysteem. Bepaal jij wat goed voor me is? In de problemen Stelen en helen Geschiedeniscanon Mijn buurt Op de vlucht

Het maken van een casus is een onderdeel van beroepsprestatie 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties

Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP)

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

Leren, loopbaan en burgerschap

Economie, Wet- en Regelgeving

Loopbaan- en burgerschap op Campus Winschoten. Richtlijn voor MBO-leerlingen

BURGERSCHAP. Juridische dienstverlening. Cursusjaar Semester 1-3. M. Alma, S. den Braber, I. van der Veen, H. van Zijderveld. Naam.

LOOPBAAN & BURGERSCHAP

Prestatie-indicator. aanwezigheid bij bijeenkomsten, arbeidstijden Schriftelijke en mondelinge taalvaardigheid Ethisch en integer handelen

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Praktijkinstructie Bedrijfsoriëntatie 1 (CAL01.1/CREBO:50240)

PTA maatschappijkunde KBL Bohemen cohort

Hoe goed stuur jij je eigen loopbaan aan? Met deze checklist ga je voor je zelf na hoe het gesteld is met de manier waarop jij jouw loopbaan stuurt.

PTA maatschappijleer 2 KBL Bohemen cohort

Curriculumplanner burgerschap

Criteria. De beroepencarrousel

PTA maatschappijleer 1&2 KBL Bohemen cohort

Personal ARROW. Van: Next Arrow Coachdiensten. De positieve benadering richting gewenst resultaat!!

Verzamelarrangement burgerschap mbo

Organisatie van werkzaamheden

Lesbrief: Bewust sociaal Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

Handboek Examinering Praktijkschool Grotius College Delft*

Je toekomst? Die bepaal je zelf!

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Verantwoordingsdocument L&B - Opleidingen Bakkerij en Patisserie - Uitvoerend Bakker 2 BBL / BOL

Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Psychologie

Portfolio vrijstellingsverzoek op grond van praktijkervaring

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

Visiedocument. Actief Burgerschap. Januari 2010

Persoonlijk Ontwikkel Plan

Diverser personeel. Mooi, en dan? Dr. Mtinkheni Gondwe

HOE GEEF IK DE WEEK VORM? Handvatten voor de invulling van een werkplek tijdens de Week van de Mobiliteit

De loopbaanchecklist

Lesbrief: Safe! Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk

Burgerschap. Richtlijn voor MBO-leerlingen met ingang van cohort 2017

STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE

Gespreksformulieren LA personeel Dommelgroep

OPDRACHTEN BIJ THEMA 9 FEEDBACK

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

1. Doel: de themagesprekken kunnen inzichten verschaffen over de werkmotieven (wie ben ik en wat wil ik) en zijn kwaliteiten (wat kan ik).

INTRODUCTIE PERSOONLIJKE GEGEVENS. Naam: Leeftijd: Geslacht: m / v. Begindatum:

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon:

Beroepsprestatie 1.5 Zorg voor veiligheid in onverwachte situaties.

kwaliteiten en motieven

Voordat je solliciteert moet je weten wat je kwaliteiten zijn. In deze opdracht ga je je eigen kwaliteiten beschrijven.

beeldende vakken CPE GL en TL tekenen, handenarbeid, textiele werkvormen, audiovisuele vormgeving

BBL niveau 2 en 3 WERKBOEK LEERJAAR 2

Handleiding Voor de Personeelscyclus!

OEFENBOEK In verbinding feedback geven en ontvangen

Verantwoordelijkheid ontwikkelen. Informatiekit om uw medewerkers te helpen bij het voorkomen van werkstress

Persoonlijk Ontwikkelplan Fase 2 - het praktijktraject Opleiding tot hooggevoeligheidsdeskundige

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

Werkboek. Online 3 maanden Traject. transformeer het samenleven met je hond

Autonomie ervaren betekent dat je je werk graag doet en zinvol vindt. De volgende vragen peilen naar jouw ervaringen.

Inhoudsopgave. Stages. Het zoeken van een stageplaats Stappenplan

Formulier A. Inventarisatie takenpakket

Voorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal.

Visiedocument: Burgerschap in het vmbo van Wellantcollege

Criteria. Ervaren op school

Reglement Diploma Praktijkonderwijs, Regio Haaglanden. Inhoudsopgave reglement

Vrijstelling op grond van praktijkervaring binnen de bacheloropleiding Milieunatuurwetenschappen

OPLEIDEN. Formulier Persoonlijk Ontwikkelingsplan. Persoonlijke gegevens

& Sociale Integratie. Beleidsstuk ACTIEF BURGERSCHAP. Actief burgerschap & Sociale integratie. Het Palet MeerderWeert 1

Leren, Loopbaan & Burgerschap. Geel Rood & Blauw Kunst&cultuuractiviteiten

Breng je. Talent kaart

P: Positief. Maak je doel PRISMA! P = Positief formuleren: omschrijving doel

Voorbeeld Praktijkopdracht. Bibliotheekmedewerker niveau 4

Competentiekaartjes. Een onderdeel van Learn2Work

Lesbrief: Lekker ontspannen? Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

APQ-vragenlijst 30 januari Daan Demo

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

MANAGEMENTVAARDIGHEDEN / 3

APQ-vragenlijst 28 maart Bea Voorbeeld

project: Religies in de wijk

toolkit persoons gerichte zorg Bouwen aan eerstelijns zorg op maat voor mensen met een chronische ziekte

Reglement certificering en diplomering

Praktijkopdrachten Oriëntatie op de organisatie (niveau 3 en 4)

PWS-opdrachtenboekje 5H/6V

Transcriptie:

Functieopdracht Inhoud 1. Introductie Loopbaan & Burgerschap... 3 2. Overzicht kennismaterialen... 4 3. Opdrachten... 5 Opdracht 1. Loopbaanwensen... 5 Opdracht 2. Sterke en zwakke punten... 6 Opdracht 3. Loopbaanplan... 7 Opdracht 4. Kennis van politiek... 9 Opdracht 5. Politieke keuze... 11 Opdracht 6. Functioneren als werknemer en collega... 12 Opdracht 7. Kritische consument... 13 Opdracht 8. Leefbare maatschappij... 14 Opdracht 9. Culturele diversiteit... 15 Opdracht 10. Gezondheid... 16 4. Zelfbeoordeling: Loopbaan & Burgerschap... 17 5. Evaluatie... 19 versie 1.0 augustus 2014 Uitgave van: Technicom BV Koddeweg 43 3194 DH Hoogvliet E info@technicom.nl W Technicom.nl Functieopdracht - Loopbaan & Burgerschap Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Technicom B.V. 2

Loopbaan & Burgerschap 1. Introductie Loopbaan & Burgerschap De Nederlandse opleiding tot Operator B is een MBO opleiding (niveau 3). Om een Operator B diploma te kunnen halen moet je aan de eisen voldoen die de Nederlandse overheid aan die opleiding stelt. De belangrijkste eisen hebben te maken met het beroep van een Operator B. Zo is bijvoorbeeld vastgelegd dat je je werkzaamheden moet kunnen voorbereiden, dat je het proces moet kunnen bewaken, etc. Maar er zijn ook eisen die niet specifiek met het beroep te maken hebben en die voor alle MBO opleidingen gelden. Dat zijn de eisen op het gebied van Loopbaan & Burgerschap en Nederlands, Engels en Rekenen. Deze FunctieOpdracht (FO) is voor het onderdeel Loopbaan & Burgerschap (). Als je een MBO opleiding volgt is het de bedoeling dat je niet alleen wordt opgeleid voor een beroep, maar ook voor een vervolgopleiding en tot volwaardig deelnemer aan de maatschappij. Die laatste twee onderwerpen komen terug in het onderdeel Loopbaan & Burgerschap. De Nederlandse overheid heeft landelijke eisen vastgelegd voor het gehele MBO. Als je alle opdrachten uit deze FO hebt gemaakt en met een voldoende beoordeeld hebt gekregen, heb je aangetoond dat je voldoet aan de eisen voor. Omdat de eisen voor gelden voor Nederlandse (MBO) opleidingen, gaan sommige onderwerpen van specifiek over Nederland. Ook als je vanuit het buitenland een Nederlandse opleiding doet zul je aan deze eisen moeten voldoen om een diploma te kunnen halen. Daar waar mogelijk zijn de opdrachten in deze FO algemeen van aard, maar in sommige gevallen zullen de opdrachten over de Nederlandse situatie gaan. Kennismaterialen Bij deze FO is een aparte Reader Loopbaan & Burgerschap beschikbaar, met daarin ondersteunende theorie. Vanuit de functieopdrachten wordt doorverwezen naar deze theorie en relevante bedrijfsdocumenten. Dit is zichtbaar gemaakt in het Overzicht kennismaterialen. De theorie uit de reader is ondersteunend bij het maken van de opdrachten, maar wordt niet apart afgetoetst. Ook in de reader zullen sommige onderwerpen specifiek over Nederland gaan. Werkwijze Het is de bedoeling dat je alle opdrachten uit deze FO maakt. Bij een opdracht staat steeds aangegeven wat het resultaat van de opdracht moet zijn. Het resultaat van opdracht 1 is bijvoorbeeld een kort verslag met je eigen loopbaanwensen. Opdracht 5 heeft bijvoorbeeld twee resultaten, voor die opdracht moet je een tabel maken en een onderbouwde eigen keuze (die werk je dan ook uit op papier). Als je alle opdrachten gemaakt hebt, dus als je alle genoemde resultaten hebt, dan vul je de tabel in hoofdstuk 4 van deze FO in. Je uitwerking van de opdrachten en de ingevulde tabel lever je in. De FO wordt beoordeeld door een praktijkbegeleider vanuit Technicom. De praktijkbegeleider vult de gegevens in hoofdstuk 5 van deze FO in. Als alle opdrachten voldoende zijn, heb je voor de FO als geheel een voldoende. Als één of meer opdrachten nog onvoldoende zijn, ontvang je daar feedback op. Die opdrachten mag je aanpassen en opnieuw inleveren. 3

Functieopdracht 2. Overzicht kennismaterialen Bij de opdrachten kun je de volgende informatie gebruiken: Te gebruiken bij opdracht Reader Loopbaan & Burgerschap: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Hfst.1 Loopbaanontwikkeling Hfst.2 Politiek Hfst.3 Arbeid Hfst.4 Consument Hfst.5 Samenleving Hfst.6 Gezondheid Bedrijfsinformatie: Internet Bedrijfsinformatie Foldermateriaal 4

Loopbaan & Burgerschap 3. Opdrachten Opdracht 1 Loopbaanwensen je eigen loopbaanwensen beschrijven Reader hfst.1 Loopbaanontwikkeling Opdracht 1: dimensie 1 Loopbaan Maak een kort verslag over je loopbaanwensen. Noteer eerst op welk punt van je loopbaan je op dit moment staat. Wat heb je gedaan aan school en werk? Waar stond je vijf jaar geleden en waar sta je nu? Hoeveel ben je gegroeid? Noteer daarna wat je verder nog wilt bereiken. Dat kan binnenkort zijn, maar ook over vijf of tien jaar. Hierbij kun je denken aan het doorgroeien naar een andere positie, het uitbreiden van kennis en vaardigheden of zelfs het veranderen van beroep. Noteer ook de redenen waarom je dit wilt bereiken. Zet niet alleen een kreet neer, zoals geld, leiding geven of expert zijn, maar ook wat jij denkt dat dat jou gaat brengen. Dus waarom wil je dat? Wat is je motivatie? Een kort verslag met je eigen loopbaanwensen 5

Functieopdracht Opdracht 2 Sterke en zwakke punten je eigen sterke punten en zwakke punten benoemen Reader hfst.1 Loopbaanontwikkeling Opdracht 2: dimensie 1 Loopbaan Ieder mens is ergens goed in en heeft ook zo zijn mindere kanten. Het is handig om je eigen sterke en zwakke punten te kennen, zodat je werk kiest dat past bij je karakter en bij je kwaliteiten. Kennis van je zwakke punten helpt je juist bij het bepalen van verbeterpunten of het vermijden van werk waar je niet goed in bent. Schrijf voor jezelf minimaal 5 sterke punten op. De volgende vragen kunnen je helpen je sterke punten te ontdekken. Wat kan ik goed? Wat vind ik leuk om te doen? Waarover krijg ik wel eens complimenten? Wat geeft me energie? Schrijf voor jezelf minimaal 3 zwakke punten op. De volgende vragen kunnen je helpen je zwakke punten te ontdekken. Wat kan ik niet goed? Wat vind ik niet leuk om te doen? Waarover krijg ik wel eens klachten? Wat kost me energie? Een opsomming van je sterke en zwakke punten 6

Loopbaan & Burgerschap Opdracht 3 Loopbaanplan een persoonlijk loopbaanplan opstellen en evalueren Reader hfst.1 Loopbaanontwikkeling Opdracht 3: dimensie 1 Loopbaan Bij opdracht 1 heb je opgeschreven welke wensen je hebt voor je eigen loopbaan en ontwikkeling. Bij opdracht 2 heb je gekeken naar je eigen sterke en zwakke punten. Bij deze opdracht ga je bekijken of je wensen haalbaar zijn en een plan maken om je wensen te realiseren. Kijk eens terug naar wat je hebt opgeschreven bij opdracht 1 en 2. Passen je loopbaanwensen bij je sterke punten? Wat moet je nog leren om je wensen te kunnen realiseren? Met andere woorden: in hoeverre is het haalbaar wat je wilt bereiken? Schrijf dit op in een kort verslag. Schrijf ook op welke mogelijkheden je binnen je huidige bedrijf hebt en wat er voor mogelijkheden buiten het bedrijf zijn. Noteer wat je ervoor moet doen om je doel te bereiken. Denk bijvoorbeeld aan het volgen van een opleiding of cursus, gesprekken voeren met je leidinggevende of deelnemen aan activiteiten om jezelf te ontwikkelen en/of zichtbaar te maken. Schrijf dat zo kort mogelijk op. Bijvoorbeeld in een opsomming, stappenplan of een schema. Zet dan achter ieder punt/stap wie je daarbij kunnen helpen. Je hebt altijd mensen nodig, zoals je partner, leidinggevende en collega s. Maar misschien moet je ook contact gaan zoeken met mensen die je nu nog niet (goed) kent. Je hebt nu inzicht in je wensen, kwaliteiten, mogelijkheden en benodigdheden. Je kunt dus een plan gaan maken hoe je de loopbaanwensen uit opdracht 1 gaat realiseren. Misschien moet je die wensen iets aanpassen naar wat haalbaar is. Schrijf nu jouw plan voor je loopbaanontwikkeling. Begin met je doel op te schrijven. Bijvoorbeeld: Over vijf jaar wil ik leidinggevende van de afdeling zijn. Omschrijf daarna zowel je eigen acties als de mensen en/of middelen die je erbij nodig hebt om dat doel te bereiken. Omschrijf ook de mogelijke problemen die je tegen kan komen en wat je dan kunt doen om die te overwinnen. 7

Functieopdracht Bespreek je loopbaanplan met iemand die je kan helpen om te kijken of het echt haalbaar is en echt is wat jij wilt. Dit kan bijvoorbeeld een vriend(in), collega of coach zijn. Stel eventueel je plan bij. Een besproken plan voor je eigen loopbaanontwikkeling 8

Loopbaan & Burgerschap Opdracht 4 Kennis van politiek informatie over Nederland, Suriname en de politiek in je eigen woorden weergeven Reader hfst.2 Politiek Internet Opdracht 4: dimensie 2.1 Politiek juridische dimensie Politiek is voor veel mensen een vaag begrip en hoe de besluiten in Nederland of Suriname genomen worden lijkt vaak ver van het dagelijkse leven af te staan. Toch is het belangrijk om te weten hoe politieke zaken geregeld zijn. Daarom staan hieronder een aantal kennisopdrachten over de politiek. Je kunt de reader en het internet gebruiken voor het zoeken naar antwoorden. Nederland is een constitutionele monarchie en Suriname is een presidentiële republiek. Daarnaast zijn beide landen een rechtsstaat en een parlementaire democratie. a. Beschrijf in je eigen woorden de betekenis van constitutionele monarchie, presidentiële republiek, rechtsstaat en parlementaire democratie. In Nederland en Suriname zijn er verschillende functies en organen b. Schrijf op uit welk soort leden de regering, het kabinet en het parlement in Nederland en Suriname bestaan en wat hun functie is. c. Schrijf op uit hoeveel leden de Eerste en de Tweede Kamer en de Nationale Assemblee bestaat. Ministers zijn politiek verantwoordelijk voor een bepaald beleidsterrein. Zij geven politieke leiding aan een departement (met uitzondering van ministers zonder portefeuille). d. Schrijf op welke soorten ministeries er zijn in Nederland en Suriname. Er bestaan in Nederland verschillende politieke stromingen, zoals het socialisme, liberalisme en confessionalisme. e. Leg in je eigen woorden uit wat de denkbeelden zijn die behoren bij elke stroming. f. Noteer bij elke stroming een politieke partij die hierbij aansluit. g. Geef aan of en zo ja welke politieke partijen in Suriname je bij deze stromingen kunt indelen. Het beleid van de overheid wordt door verschillende organisaties beïnvloed. h. Beschrijf in je eigen woorden de invloed van de Europese Unie op het Nederlandse overheidsbeleid en de invloed van Caricom op het Surinaamse overheidsbeleid. i. Beschrijf in je eigen woorden de invloed van belangengroepen en maatschappelijke organisaties op het overheidsbeleid. 9

Functieopdracht Zeven basiswaarden die terug je kunt destilleren uit de Nederlandse en Surinaamse grondwet en de Universele verklaring van de rechten van de mens zijn: 1. vrijheid van meningsuiting 2. gelijkwaardigheid 3. begrip voor anderen 4. verdraagzaamheid (tolerantie) 5. autonomie 6. het afwijzen van onverdraagzaamheid (intolerantie) 7. het afwijzen van discriminatie j. Kies hieruit drie basiswaarden die jij het allerbelangrijkst vindt voor de Nederlandse of Surinaamse samenleving en beschrijf waarom je dat vindt. Bundel je antwoorden. Een bundel met informatie over de Nederlandse en Surinaamse politiek en samenleving 10

Loopbaan & Burgerschap Opdracht 5 Politieke keuze informatie verzamelen over programma s van politieke partijen partijprogramma s vergelijken op 3 voor jou belangrijke punten beschrijven in hoeverre de vergelijking invloed heeft op jouw keuze voor een bepaalde politieke partij Reader hfst.2 Politiek Internet Opdracht 5: dimensie 2.1 Politiek juridische dimensie Politieke partijen hebben een programma waarin staat wat zij belangrijk vinden voor de samenleving. Deze programma s hebben altijd een aantal vaste onderwerpen, zoals onderwijs, milieu, economie, zorg en ontwikkelingssamenwerking. Schrijf drie onderwerpen op die jij belangrijk vindt met betrekking tot de samenleving. Zoek vervolgens op de websites van minimaal drie verschillende politieke partijen naar wat die partijen zeggen over jouw belangrijke onderwerpen. Noteer dit in een tabel zodat je de verschillende visies kunt vergelijken. Je mag hier zelf beslissen of je informatie zoekt van drie Nederlandse politieke partijen of van drie Surinaamse politieke partijen. Beschrijf onder de tabel kort wat je opvalt. Noteer ook of, en hoe, dit je keuze zou hebben beïnvloed als er nu verkiezingen zouden worden gehouden. Een tabel met de vergelijking van minimaal drie politieke partijen op drie belangrijke punten Een onderbouwde persoonlijke keuze op basis van de vergelijking 11

Functieopdracht Opdracht 6 Functioneren als werknemer en collega beschrijven welke regels er gelden binnen jouw organisatie en hoe die gecommuniceerd worden kenmerken van collegiaal gedrag opsommen en je eigen gedrag hieraan relateren Reader hfst.3 Arbeid Bedrijfsinformatie Opdracht 6: dimensie 2.2 economische dimensie Als werknemer maak je deel uit van een organisatie. Je hebt te maken met je werkgever, leidinggevende en collega s. Elke organisatie heeft regels en afspraken: regels met betrekking tot veiligheid, werkplekinstructies, procedures, enzovoorts. Zoek uit welke regels er binnen het bedrijf waar je werkt gelden en waar die regels te vinden zijn, bijvoorbeeld in de cao, op intranet of in handboeken. Deel de regels dan in groepen (categorieën), zoals algemene regels, afdelingsregels, veiligheidsregels, werkprocedures, enzovoorts. Schrijf de categorieën in de eerste kolom van een tabel en schrijf in de tweede kolom hoe die regels worden gecommuniceerd, bijvoorbeeld via een handboek, intranet, mondeling in een werkoverleg, enzovoorts. Noteer ook hoe je op de hoogte wordt gebracht als er nieuwe regels worden ingesteld. Naast de bedrijfsregels zijn er vaak ook ongeschreven regels over collegiaal gedrag binnen het bedrijf. Maak een lijst met kenmerken waarvan jij denkt dat ze belangrijk zijn in de omgang met collega s. Beschrijf vervolgens kort in hoeverre jij daaraan zelf voldoet. Bundel de resultaten van bovenstaande opdrachten tot een kort verslag. Een kort verslag met betrekking tot het functioneren als werknemer en collega 12

Loopbaan & Burgerschap Opdracht 7 Kritische consument op een gedegen manier de keuze voor een bepaald product maken Reader Hfst.4 Consument Foldermateriaal Internet Opdracht 7: dimensie 2.2 economische dimensie Je gaat een duur product aanschaffen (bijvoorbeeld een wasmachine, TV of auto). Bepaal eerst welk soort product je (fictief) wilt kopen. a. Maak een lijstje van eisen waar het product volgens jou aan moet voldoen, zoals functies, kenmerken, eigenschappen. b. Zoek informatie over het product bij minimaal drie verschillende bronnen (bijvoorbeeld vergelijkingsites zoals www.kieskeurig.nl en/of winkels). c. Noteer welk merk en type je wilt kopen, waarom jij dit merk/ type beter vindt dan andere merken/ typen en op welke bron deze informatie is gebaseerd. Je kunt het product natuurlijk in verschillende (internet)winkels kopen. Bij de ene winkel is het product duurder dan bij de andere winkel. Maar er kan ook een verschil zijn in betrouwbaarheid en service van winkels. d. Vergelijk de prijzen bij minimaal drie verschillende winkels en beoordeel de betrouwbaarheid en service van die winkels. Schrijf op bij welke winkel jij het product gaat kopen en waarom. Als je het geld voor de aankoop niet direct hebt, zijn er verschillende manieren om het product toch te kopen: sparen, lenen of kopen op afbetaling. e. Zoek uit wat de voordelen en nadelen zijn van deze drie manieren. Noteer welke manier jij kiest en waarom. Bij de aanschaf van producten spelen je persoonlijke ideeën een belangrijke rol. De een koopt het liefst alleen biologische producten, de ander kiest altijd het goedkoopste product en weer een ander wil altijd bekende merken. Je persoonlijke ideeën worden op verschillende manieren beïnvloed, bijvoorbeeld door mensen in je omgeving en door reclame. f. Noteer op welke manier jij rekening houdt met de duurzaamheid en de invloed van producten op de gezondheid en het milieu. Bundel al je informatie tot een verslag over consumeren. Een verslag over consumeren 13

Functieopdracht Opdracht 8 Leefbare maatschappij overheidscampagnes opzoeken en betrekken op je eigen handelen Internet Opdracht 8: dimensie 2.3 sociaal - maatschappelijke dimensie Iedereen in Nederland maakt deel uit van de maatschappij. Om die maatschappij prettig leefbaar te houden, moeten de mensen op een bepaalde manier met elkaar omgaan. De overheid vindt dat er in de maatschappij bepaalde omgangsvormen moeten gelden en neemt zelf ook actie om die omgangsvormen kenbaar te maken. Dit onderdeel van je opleiding, Loopbaan en burgerschap, is bijvoorbeeld door de overheid ingevoerd om iedereen in het MBO bekend te maken met de verschillende onderdelen van burgerschap. In Suriname is dat niet anders dan in Nederland. Ook in Suriname moeten mensen op een bepaalde manier met elkaar omgaan om de maatschappij prettig en leefbaar te houden. In veel landen gebruikt de overheid campagnes om de gewenste omgangsvormen wil over te brengen (In Nederland waren dat voorheen de Postbus 51 campagnes). Kies of je onderstaande opdrachten uit voert voor Nederland en/of voor Suriname: a. Zoek (op internet) drie voorbeelden van overheidscampagnes. b. Schrijf kort op waar de campagne over gaat en wat de boodschap van de campagne is. c. Noteer ook of jij het eens bent met die boodschap en waarom wel/niet. d. Noteer tot slot wat jij doet of zou doen als je in een situatie komt waarop de boodschap is gericht. Een inventarisatie en motivatie over gewenste omgangsvormen in de maatschappij 14

Loopbaan & Burgerschap Opdracht 9 Culturele diversiteit de begrippen waarden, normen, respect, fatsoen, tolerantie en integratie in eigen woorden omschrijven een persoonlijke situatie beschrijven waarin cultuurverschillen hebben geleid tot onbegrip een reflectie op de situatie Reader hfst.5 Samenleving Opdracht 9: dimensie 2.3 sociaal - maatschappelijke dimensie In multiculturele samenlevingen is respect voor elkaar van groot belang. Dit geldt zowel voor de omgang met mensen van dezelfde cultuur als jij, als voor mensen met een andere achtergrond. Voor een prettige omgang met elkaar en vooral met mensen met een andere culturele achtergrond zijn de begrippen waarden, normen, respect, fatsoen, tolerantie en integratie belangrijk. a. Schrijf in je eigen woorden de betekenis op van deze zes begrippen. Je hebt ongetwijfeld ervaringen waarbij jouw persoonlijke waarden en normen anders waren dan die van een ander. Vaak komt dat voort uit een cultuurverschil. b. Beschrijf een situatie uit jouw dagelijks leven waarin een verschil in cultuur heeft geleid tot onbegrip. Dit mag een situatie zijn waarvan je je pas achteraf bewust bent dat het onbegrip veroorzaakt werd door een verschil in cultuur. c. Schrijf nu op wat je gaat doen als een soortgelijke situatie nog een keer gebeurt. Schrijf ook op waarom je hetzelfde of juist anders wilt handelen. Een beschrijving van de begrippen waarden, normen, respect, fatsoen, tolerantie en integratie Een beschrijving van en reflectie op een persoonlijke situatie waarbij culturele verschillen leiden tot onbegrip 15

Functieopdracht Opdracht 10 Gezondheid beschrijven wat een gezonde leefstijl is je eigen leefstijl beoordelen een plan maken om je eigen gezondheid te verbeteren Reader hfst. 6 Gezondheid Internet Opdracht 10: dimensie 2.4 vitaal burgerschap Gezondheid is niet alleen de afwezigheid van ziekte of zwakheid, maar een staat van compleet fysiek, mentaal en sociaal welzijn. Je gezondheid kun je tot een bepaalde mate beïnvloeden en ook je werkgever heeft daarin een rol. a. Schrijf voor jezelf op gedurende één week: wat je aan beweging hebt gedaan wat je gegeten hebt met welke schadelijke stoffen je in aanraking bent gekomen (zowel werk als privé) welk percentage van je tijd je hebt besteedt aan werken, zorgen voor jezelf (en anderen), leren en ontspannen b. Beschrijf wat volgens jou een gezonde leefstijl is. Onderbouw je mening met theorie die je gevonden hebt, bijvoorbeeld op internet of in de reader. Beschrijf minimaal de volgende onderwerpen: beweging voeding gevaarlijke stoffen (roken, alcohol, e.d.) stress c. Schrijf op waarom jij vindt dat je wel of geen gezonde leefstijl hebt (zowel in je werk als privé). Gebruik hiervoor de onderwerpen uit opdracht b (beweging, voeding, gevaarlijke stoffen en stress). d. Maak een lijstje van punten waarvan jij denkt dat die voor jou een gezondheidsrisico vormen of waarop je je gezondheid kunt verbeteren. Denk zowel aan werk als privé. e. Schrijf voor ieder punt uit opdracht d een kort actieplan hoe je wilt gaan zorgen dat het gezondheidsrisico minder wordt of hoe je je gezondheid kunt verbeteren. Een beschrijving van een gezonde leefstijl en de eigen leefstijl Een lijst met gezondheidsrisico s en bijpassend actieplan 16

Loopbaan & Burgerschap 4. Zelfbeoordeling: Loopbaan & Burgerschap Deze FO moet alle wettelijke eisen afdekken die gelden voor. Het onderdeel bestaat uit een aantal dimensies. Die staan genoemd in de eerste kolom in onderstaand schema. De dimensies zijn meetbaar gemaakt door per dimensie een aantal criteria te formuleren waar je aan moet voldoen. In het schema zie je in de derde kolom de criteria. Het is de bedoeling dat je voldoet aan de criteria na het maken van de opdrachten in deze FO. In het schema zie je welk criterium aan de orde komt in welke opdracht. Beoordeel voor jezelf in welke mate je vindt dat je het criterium beheerst na het maken van de opdracht. Dit doe je, per criterium, door een kruisje te zetten bij onvoldoende (O), voldoende (V) of goed (G). Werkproces Opdracht Criterium Beoordeling O V G dim.1 dim.1 dim.1 dim.1 dim.1 dim.2.1 dim.2.1 dim.2.2 1 2 3 3 3 4 5 6 beschouwt de wensen en waarden die van belang zijn voor de loopbaan beschouwt de capaciteiten die van belang zijn voor de loopbaan onderzoekt werk en mobiliteit in de loopbaan plant loopbaangericht en beïnvloedt het leer- en werkproces overeenkomstig bouwt en onderhoudt contacten op de arbeidsmarkt, gericht op loopbaanontwikkeling vormt een eigen mening op grond van de basiswaarden van de samenleving oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden handelt naar algemeen aanvaarde regels en standaard (bedrijfs)procedures dim.2.2 6 stelt zich collegiaal op dim.2.2 dim.2.2 7 7 verzamelt informatie over producten en diensten om een weloverwogen keuze te maken maakt bij de aanschaf van producten en diensten afwegingen met betrekking tot maatschappelijke belangen en gezondheidsaspecten 17

Functieopdracht Werkproces Opdracht Criterium Beoordeling O V G dim.2.3 8 draagt bij aan de leefbaarheid van de eigen woon- en werkomgeving dim.2.3 9 toont respect voor culturele diversiteit dim.2.4 dim.2.4 dim.2.4 10 10 10 zoekt naar de juiste afstemming tussen werken, zorgen, leren en ontspannen schat gezondheidsrisico s van leefstijl en werk in onderneemt activiteiten om de eigen gezondheid te bevorderen 18

Loopbaan & Burgerschap 5. Evaluatie Terugkoppeling door praktijkbegeleider Verbeterpunten Datum: Ingevoerd in volgsysteem? Paraaf: Datum: Akkoord praktijkbegeleider: Datum: 19