Fiche voor voorbereiden van activiteiten Omschrijving van de activiteit: Schilderen met schoenveters (4 peuters). Ervaringssituatie: O zelfstandig spelen O ontmoeten X explorerend beleven O ontwikkelingondersteunend leren Organisatie: O klassikale activiteit X groepsactiviteit DOELEN Deellp Beeldopvoeding 11. Het beeldaspect lijn ervaren en toepassen. ->11.4: Dat houdt in dat de peuters verschillende vormen van lijnen toepassen in hun schilderwerk. Deellp Beeldopvoeding 13. Het beeldaspect kleur ervaren en toepassen. ->13.2: Dat houdt in dat de peuters de kleuren die ze willen gebruiken aanwijzen en (eventueel) benoemen (keuze tussen: geel, blauw, rood, groen). INHOUD, VERLOOP en BEGELEIDING ORGANISATIE / MATERIAAL Aanzet (De KL legt enkele schoenen van mama met daaraan schoenveters in de kring. Ze wijst deze aan.) O, wat zijn dit allemaal? Schoenen! 1 KL KL = uitleggen + meedoen met begeleide activiteit KL = veranderen van positie tijdens Daphne Hellebuyck 6/6/16 17:26 Opmerking [1]: Visueel ondersteunen van de conceptwoorden en gebaren aan de hand van symbolen, pictogrammen en concrete materialen. (Zorg ervoor dat de symbolen, pictogrammen of concrete materialen het kernwoord (bij voorkeur thematisch) benadrukken zodat de betekenis van dit kernwoord verwijst naar het symbool, pictogram of gebaar.) Daphne Hellebuyck 6/6/16 17:27 Opmerking [2]: Conceptwoorden gebruiken (voorbeeld: koek staat voor alle verschillende soorten koeken die er bestaan en hond staat voor alle verschillende soorten honden die er bestaan) en betekenisdragende woorden ondersteunen. (Bepaal eerst welke woordenschat je met SMOG wil ondersteunen. Zorg dat alleen de betekenisdragende woorden ondersteund worden met gebaren en gebruik liever conceptwoorden.)
(Gebaar: schoen ) Zijn het grote of kleine schoenen? Grote schoenen. 2 begeleide activiteit Schoenen van mama met veters, schaaltjes met verf (geel, groen, rood, blauw) met in elk schaaltje een schoenveter met daaraan een wasknijper bevestigd (om beter te kunnen vasthouden), een blad papier. (Gebaar: groot ) (Gebaar: klein ) Van wie zouden deze schoenen kunnen zijn? Van mama! 1 Daphne Hellebuyck 6/6/16 17:28 Opmerking [3]: Het ondersteunen van conceptwoorden consequent volhouden in functie van de automatisering. (Zorg dat de thematische woorden (deze zullen vaak rood gekleurd zijn), vaak herhaald worden gedurende deze activiteit en andere activiteiten.)
2 3 (Gebaar: mama ) Hé, wat gek! En kijk eens naar de schoenen, wat hangt daar aan? Schoenveters! (De KL neemt de veters van de schoen vast.) Hé, die schoenveters, waarom hangt dat aan die schoen? Om de schoen dicht te doen. Aha! Maar wij kunnen ook nog iets anders doen met schoenveters! Kijk maar eens goed! (De KL zet de schaaltjes met de verf, de schoenveters en een blad papier in de kring.) Ooo kijk, ik neem een schoenveter vast. Ik leg de schoenveter in de verf en ik neem die er terug uit. Kijk, vol met verf! Leuk, hé! Nu leg ik de schoenveter op mijn blad. Kijk, ik schilder met een schoenveter! Weet je wanneer het nog leuker wordt? Als ik nog kleuren gebruik. Straks mogen er een paar vriendjes samen met mij schilderen met een schoenveter. Maar we zullen eerst eens kijken wat wij vandaag allemaal kunnen doen in de klas. (De KL legt klassikaal de zelfstandige activiteiten kort uit. Nadien kiest de KL 4 peuters om de begeleide activiteit mee te doen.) Welke vriendjes willen graag samen met mij schilderen met een schoenveter? (De KL duidt 4 peuters aan. Deze peuters gaan naar de werktafel.) Jullie gaan naar de werktafel. Ik kom zo meteen. (De KL begeleidt de andere peuters naar de zelfstandige activiteiten en gaat nadien naar het groepje voor de begeleide activiteit.)
Speelleersituatie Afspraken maken. (1) (Wanneer alle peuters voor een ZA gekozen hebben, gaat de KL naar de werktafel waar de begeleide activiteit doorgaat.) Goed vriendjes, eerst doen wij ons schort aan. (De KL en de peuters doen hun schort aan. De KL helpt de peuters om hun schortje aan te doen en hun mouwen omhoog te doen.) Wij gaan niet neerzitten. Wij blijven rechtstaan. Wij komen nog nergens aan. (De KL schrijft de namen van de peuters eerst op de namenlijst.) Waarnemen van schoenveters en kleuren. (2) (De KL bespreekt de verschillende schoenveters met de peuters.) Zijn de schoenveters allemaal even groot? Neen, er zijn grote en kleine schoenveters. Zijn de schoenveters allemaal even lang? Neen, er zijn korte en lange schoenveters. (Gebaar: kort ) In de wastafel: - Een bassin gevuld met water en zeep. Naast de wastafel: - Schort van de KL; - Schortjes van de peuters. Op de werktafel ligt klaar: - Voor elke peuter een blad papier met de naam er op geschreven; - 4 schaaltjes met verf rood geel groen blauw); - 8 veters met daaraan een wasknijper (in elk schaaltje 2 veters); - Balpen voor de KL + namenlijst voor de KL. (Gebaar: lang ) (De KL laat de peuters de kleuren verf benoemen. Indien dit te moeilijk is, benoemt ze zelf de kleuren. De KL wijst het potje met gele verf aan.) Welk kleur is dit? Geel. Goed zo, dit is gele verf.
Fiche nummer: (Gebaar: geel ) (De KL wijst het potje met blauwe verf aan.) Welke kleur is dit? Blauw. Goed zo, dit is blauwe verf. (Gebaar: blauw ) (De KL wijst het potje met rode verf aan.) Welke kleur is dit? Rood. Goed zo, dit is rode verf. (Gebaar: rood ) (De KL wijst het potje met groene verf aan.) Welke kleur is dit? Groen. Goed zo, dit is groene verf.
(Gebaar: groen ) (De KL kan de aangeboden kleuren kan je in verschillende thema s laten terug komen en herhalen met de SMOG-gebaren in functie van een goede automatisering.) (De KL toont een korte en lange schoenveter.) Kijk eens goed. Kijk eens goed naar deze schoenveter en naar deze schoenveter. Wat zie je? Korte schoenveter en een lange schoenveter. We gaan dus korte schoenveters, maar ook lange schoenveters gebruiken. We maken wel een afspraak. Elke schoenveter krijgt zijn eigen kleurtje verf. Dus elke schoenveter blijft in zijn eigen schaaltje liggen. Je legt de schoenveter met de gele verf dus terug in het schaaltje met de gele verf. Schilderen met een schoenveter. (3) Goed vriendjes, wij gaan nu schilderen met de schoenveters. Je kiest allemaal een kleurtje verf en je neemt de schoenveter vast, maar aan de wasknijper. Nu mag je schilderen. Let er op dat er genoeg verf aan de schoenveter hangt. We gaan ook niet altijd met hetzelfde kleur schilderen, je mag verschillende kleuren verf kiezen. Neem niet altijd een korte schoenveter, maar probeer ook eens een lange schoenveter. (De KL begeleidt de peuters tijdens het schilderen en stelt begeleidende vragen.) - Vind je het moeilijk om te schilderen met een schoenveter? Waarom? - Wat merk je? Meer/minder verf nemen. - Welke kleuren heb je nog niet gebruikt? - Je kan ook eens een lange/korte schoenveter gebruiken. - Je mag overal schilderen op het blad papier. Verbreding en verdieping: De KL laat de peuters verwoorden welke kleuren ze gebruikt hebben taalontwikkeling en denkontwikkeling. De KL laat de peuters verwoorden of ze een korte of een lange veter gebruiken denkontwikkeling.
Afsluiten Terugblikken. (4) Wanneer een peuter klaar is, bespreekt de KL het werkje met de peuter: - Wat vind je er van? - Welke kleuren verf heb je gebruikt? - Was het moeilijk? Waarom? - Kon je de schoenveter makkelijk vasthouden? (De KL laat de werkjes van de peuters drogen op het droogrek. Wanneer de werkjes van de peuters later droog zijn, worden deze opgehangen in de klas.) Werkjes van de peuters. Opruimen. (5) De kleuters leggen de schoenveters terug in het juiste schaaltje verf. Nadien doen de peuters hun schortje uit. De KL doet hun mouwen omhoog en helpt de peuters bij het wassen van de handen in de bassin aan de wasbak. De KL helpt de peuters bij het afdrogen van de handen aan de handdoek en nadien gaan de peuters in de hoeken spelen. De KL ruimt de werktafel verder op terwijl de peuters in de hoeken spelen. BRONNEN geraadpleegd voor deze activiteit Odet \ Ontwikkelingsplan \ Leerplannen: Deelleerplan beeldopvoeding Cursus: \ (pag. - tot - ) Voorbeeldvoorbereiding: JA/NEE Andere informatiebronnen: \ Samengewerkt met: \ BIJLAGEN:
Fiche nummer: