Voor het gebruik van deze verordening worden volgende definities gehanteerd:

Vergelijkbare documenten
Stedenbouwkundige verordening. inzake parkeren en stallen van auto s en fietsen

aanleggen van parkeerplaatsen en

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening parkeerplaatsen buiten openbare weg (versie 2)

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ter bevordering van het kwaliteitsvol wonen

(Versie 12/12/2013) Provincie Vlaams-Brabant Gemeente Opwijk

Gemeente Mol. Stedenbouwkundige verordening inzake autoparkeerplaatsen en fietsstalplaatsen bij bouwwerken

STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING INZAKE PARKEERPLAATSEN EN FIETSSTALPLAATSEN BIJ HET CREËREN VAN MEERDERE WOONGELEGENHEDEN

Stedenbouwkundige verordening

Stedenbouwkundige verordening inzake parkeren, stallen van auto s en fietsen en realisatie van bergruimten bij woningen

dienst ruimtelijke ordening R E G L E M E N T

DE RAAD: Gelet op de bouwverordening betreffende de parkeerplaatsen, goedgekeurd in de vergadering van de gemeenteraad dd 16 maart 1993;

VERKAVELINGEN, INDUSTRIE EN WERKPLAATSEN

STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING OP HET AANLEGGEN VAN PARKEERPLAATSEN EN FIETSENSTALLINGEN BUITEN DE OPENBARE WEG

Stedenbouwkundige verordening. inzake oppervlaktenormen voor meergezinswoningen. Vrijheid 29 B-2370 Arendonk

Gemeentelijke Stedenbouwkundige verordening Inzake het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen Aanpassing

Stedenbouwkundige verordening. inzake parkeren en stallen van auto s en fietsen en realisatie van bergruimten bij woningen en andere functies

Stedenbouwkundige verordening met het oog op het versterken van de woonkwaliteit in de gemeente.

STAD IZEGEM STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING WONINGKWALITEIT

Stedenbouwkundige verordening

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD. OPENBARE ZITTING VAN DINSDAG 28 FEBRUARI 2012

Stedenbouwkundige verordening op het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen buiten de openbare weg.

GEMEENTE JABBEKE STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING INZAKE PARKEERPLAATSEN BIJ BOUWWERKEN

De verduidelijking in de rechterkolom behoort niet tot de vastgestelde verordening en heeft als dusdanig geen rechtskracht

Hoofdstuk 1: Definities

Stedenbouwkundige verordening. Gemeente Knesselare

Provinciaal RUP Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Rotselaar

ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING

ZONEVREEMDE CONSTRUCTIES. (meer info vindt u op

RUP nr. 2ter Zeedijk-Mouchotteplein Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan juni 2018

Gelet op de artikelen 14 en 15 van de Wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen;

college van burgemeester en schepenen Zitting van 4 oktober 2013

Stedenbouwkundige voorschriften

college van burgemeester en schepenen Zitting van 6 februari 2015

AFDELING 2. Basisrechten voor zonevreemde constructies. Onderafdeling 1. Toepassingsgebied, draagwijdte en algemene bepalingen

VOORSCHRIFTEN RUP 13/a WOONKORRELS OLSENE GROT & GROENEWEG/BAUTERSTRAAT. Verordenende voorschriften toelichting

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

stedenbouwkundige voorschriften

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

RUP KLAARSTRAAT (HERZIENING EN UITBREIDING VAN HET RUP ZONEVREEMDE TERREINEN EN GEBOUWEN VOOR SPORT-, RECREATIE- EN JEUGDACTIVITEITEN-

DEEL II: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Projectzones Leemhoek. Zone P2

Provinciale stedenbouwkundige verordening 'Weekendverblijven en openluchtrecreatieve terreinen'

Gemeente Wijnegem Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Weilandshof

Gemeente Stabroek Verkaveling voor woningbouw RUP Schoem. Stedenbouwkundige voorschriften Dossier STA205

Stedenbouwkundige verordening i.v.m. de landschappelijke inkleding van bedrijfsgebouwen bij het afleveren van een stedenbouwkundige vergunning

Gemeentelijke verordening inzake parkeren op privaat domein

Gemeente Ruiselede Stedenbouwkundige verordening met oog op het versterken van de woonkwaliteit bij meergezinswoningen

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

RUP nr. 2quater Zeedijk-Tennis Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan februari 2016

bladnummer 3 Advies van de gecoro

college van burgemeester en schepenen Zitting van 17 april 2015

1.1. TERMINOLOGIE 1.2. INTERPRETATIE VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.3. AFWIJKING VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

DEEL II: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

RUP. Roderveldlaan. VooRSCHRIfTEn. Stadsontwikkeling. Mei

Verslag van de omgevingsambtenaar

college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 januari 2015

Bestaand regionaal bedrijf

Gemeentelijk RUP Den Huilaert Gemeente Kortemark. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan Maart 2011

HERZIENING STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING OP HET AANLEGGEN VAN PARKEERPLAATSEN EN FIETSENSTALLINGEN BUITEN DE OPENBARE WEG

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL

RUP RUP ALM. VooRSCHRIfTEn

GOEDGEKEURDE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Volgens vergunning nr. V/LE38/1 dd. 09/11/2016 Inclusief opmerkingen technische dienst

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.VOORSCHRIFTEN EN BESTEMMING HOOFDGEBOUW. 1.1 Bestemming hoofdgebouw

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

Verslag van de omgevingsambtenaar

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

VERORDENING 'GEZINSWONINGEN'

Art De belasting wordt gevestigd in hoofde van de houder van de bouwvergunning:

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening

3. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Historisch gegroeid bedrijf t Kriekske te Halle Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften

BESTEMMING HOOFDGEBOUW, BIJGEBOUW, NIET-BEBOUWD GEDEELTE. eengezinswoningen, met inbegrip van zorgwoningen worden toegelaten.

Uittreksel uit het plannenregister

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

U vindt hierbij een uittreksel uit het plannenregister en uit het vergunningenregister (vanaf 1986).

Artikel 3 - PLAATSEN BESTEMD VOOR GEKOPPELDE EN VRIJSTAANDE BEBOUWING

Gemeente Niel. Verkaveling voor woningbouw. van gronden gelegen te Niel. Verkaveling omgeving Keizerstraat. Dossier NIE210

Stedenbouwkundige verordening. inzake afbakening kernwinkelgebied en detailhandel. Vrijheid 29 B-2370 Arendonk

college van burgemeester en schepenen Zitting van 9 september 2016

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor inplanting van gebouwen (Vastgesteld door de gemeenteraad dd. 20/02/2017)

RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN "Agfa-Gevaert deel Roderveldlaan-Lode Vissenaekenstraat"

GEMEENTELIJKE VERORDENING INZAKE HEMELWATERPUTTEN, INFILTRATIEVOORZIENINGEN, BUFFERVOORZIENINGEN, GESCHEIDEN LOZING VAN AFVALWATER EN HEMELWATER

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

Addendum B28b Specifieke verkavelingsvoorschriften

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

college van burgemeester en schepenen Zitting van 26 februari 2016

Directie Uw kenmerk Dossiernummer Datum Integraal stedelijk beleid Leermarkt

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Verordening Wonen herziening gr 9 februari 2015

U vindt hierbij een uittreksel uit het plannenregister en uit het vergunningenregister (vanaf 1986).

college van burgemeester en schepenen Zitting van 8 februari 2013

RUP GRAVENHOF STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING INZAKE HET VERSTERKEN VAN DE WOONKWALITEIT

ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE RICHTLIJNEN VOOR WONINGEN BUITEN VERKAVELING 01/02/2018

Uittreksel uit het plannenregister

Provinciaal RUP Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Rotselaar

Gemeente Meulebeke Stedenbouwkundige verordening met oog op het versterken van de woonkwaliteit bij meergezinswoningen Gecoördineerde versie

Transcriptie:

Gemeentelijke verordening inzake parkeervoorzieningen en/of fietsenstallingen bij meergezinswoningen en assistentiewoningen - wijziging terminologie n.a.v. omgevingsvergunning. (GR 23/05/2017) Artikel 1. Toepassingsgebied Bij het optrekken van een nieuwe meergezinswoning of assistentiewoningen, of het uitvoeren van uitbreidings- of verbouwingswerken aan of tot meergezinswoningen en assistentiewoningen zodat bijkomende woonentiteiten ontstaan, voor zover deze wijzigingen vergunningsplichtig zijn, moet de vergunninghouder het nodige aantal parkeerplaatsen en fietsenstallingen aanleggen, zoals bepaald in deze verordening. Wanneer voor een gebied een bijzonder plan van aanleg (BPA) of een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) werd opgemaakt en deze andere normen opleggen, hebben deze voorrang op de algemene norm zoals opgelegd in deze stedenbouwkundige verordening. Artikel 2. Definities Voor het gebruik van deze verordening worden volgende definities gehanteerd: Aanleggen van parkeerplaatsen Onder aanleg van een parkeerplaats wordt verstaan: - Het bouwen van een nieuwe parkeerplaats; - Het bezitten of verwerven van een bestaande parkeerplaats of fietsenstalling, die enerzijds voldoet aan de voorwaarden van deze verordening en anderzijds nog niet gebruikt werd voor het bekomen van een stedenbouwkundige of omgevingsvergunning. Parkeerplaatsen welke in overtreding aangelegd werden komen niet in aanmerking als bestaande parkeerplaats. Assistentiewoningen Een groep van assistentiewoningen is een voorziening die bestaat uit een of meerdere gebouwen die functioneel een geheel vormen en waar, onder welke benaming ook, aan gebruikers van 65 jaar of ouder die er zelfstandig verblijven in individuele aangepaste wooneenheden, huisvesting wordt gegeven en ouderenzorg waarop zij facultatief een beroep kunnen doen. Constructie Een gebouw, een bouwwerk, een vaste inrichting, een verharding, een publiciteitsinrichting of uithangbord, al dan niet bestaande uit duurzame materialen, in de grond ingebouwd, aan de grond bevestigd of op de grond steunend omwille van de stabiliteit, en bestemd om ter plaatse te blijven staan of liggen, ook al kan het goed uit elkaar genomen worden, verplaatst worden, of is het goed volledig ondergronds. Compensatoire vergoeding Een vergoeding aan de gemeente indien niet kan voldaan worden aan de minimumnormen inzake parkeren volgens voorliggende stedenbouwkundige verordening. Fietsenstalling Afgebakende ruimte die bestemd is voor het plaatsen van fietsen. Fietsstalplaats Plaats waar één fiets kan gestald worden. Herbouwen Een constructie volledig afbreken, of méér dan 40 % van de buitenmuren van een constructie afbreken, en binnen het bestaande bouwvolume van de geheel of gedeeltelijk afgebroken constructie een nieuwe constructie bouwen. Intensief groendak Groendaken zijn daken waarvan de dakbedekking hoofdzakelijk bestaat uit levende planten. Het zijn meestal plantensoorten die goed bestand zijn tegen wind, hitte, vorst en uitdroging. Een intensief groendak (daktuin) heeft een begroeiing die vooral bestaat uit grassen, kruiden, struiken en zelfs bomen. Langsparkeren Parkeren evenwijdig aan de rijrichting, waarbij elk parkeervak afzonderlijk wordt afgebakend.

Meergezinswoning Gebouw bestaande uit minimaal 2 woonentiteiten. Parkeerplaats Een ruimte waar één autovoertuig kan worden geparkeerd: gesloten autobergplaats, autostaanplaats in een gesloten ruimte of in open lucht welke hiertoe speciaal is ingericht. Rooilijn De huidige of de toekomstige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen. De rooilijn wordt vastgesteld in een rooilijnplan. Bij ontstentenis van een rooilijnplan, vastgesteld volgens dit decreet, is de rooilijn de huidige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen. Uitbreiding Het bestaand vergund of vergund geacht volume van een gebouw vergroten waarbij de uitbreiding fysisch één geheel vormt met het oorspronkelijk gebouw. Verbouwing Aanpassingswerken doorvoeren binnen het bestaande bouwvolume van een constructie waarvan de buitenmuren voor ten minste 60 % behouden worden. Waterdoorlatende verharding Verhardingen die voor 100 % waterdoorlatend zijn, zoals onder meer grind, sintels, houtsnippers, kunststof- of betongrasdallen, geperforeerde betonstraatstenen, Woonentiteit Lokaal of geheel van aansluitende lokalen, hoofdzakelijk bestemd voor de huisvesting van een persoon of een groep van samenlevende personen. Artikel 3. Verplichtingen De verplichtingen voortkomend uit deze verordening maken blijvend deel uit van de stedenbouwkundige of omgevingsvergunning d.w.z.: - De parkeerplaatsen en fietsenstalling nodig om te voldoen aan deze verordening moeten als parkeerplaatsen en fietsenstalling aanwezig blijven. - Ze mogen geen andere hoofdbestemming krijgen noch in hoofdzaak voor iets anders gebruikt worden. - Ze moeten blijven bestaan zolang de stedenbouwkundige of omgevingsvergunning waarvoor ze gelden blijft bestaan. Artikel 4. Norm en uitvoering 4.1 Algemene norm aantal parkeerplaatsen De norm is 2 parkeerplaatsen per woonentiteit bij een meergezinswoning of assistentiewoningen vanaf 3 woonentiteiten. Indien door de uitbreidings- of verbouwingswerken bijkomende woonentiteiten ontstaan, dan gelden dezelfde regels als voor nieuwbouw voor elke nieuwe woonentiteit die meer dan twee woonentiteiten doet ontstaan. Een parkeerplaats die reeds vroeger werd toegewezen bij een stedenbouwkundige of omgevingsvergunning kan niet opnieuw worden aangewend voor het verkrijgen van een nieuwe stedenbouwkundige of omgevingsvergunning. In uitzonderlijke gevallen kan het worden toegestaan dat er twee parkeerplaatsen van één woonentiteit achter elkaar worden ontworpen. Dat de verst geplaatste wagen slechts kan uitrijden als eerst de andere verplaatst wordt, geeft doorgaans geen aanleiding tot moeilijkheden. 4.2 Uitvoering parkeerplaatsen Een parkeerplaats dient als volgt uitgevoerd worden: - Ofwel een garage of carport met de volgende minimale afmetingen (binnenmaten): 5,25 m lang, 2,75 m breed en een minimale vrije hoogte van 2,00 m langs de toegangszone voor de wagen.

- Ofwel een standplaats in een overdekte ruimte met de volgende minimale afmetingen: 5,00 m lang of 6,00 m lang bij langsparkeren op 2,50 m breed en een vrije hoogte van 2,00 m. - Ofwel een standplaats in open lucht met de volgende minimale afmetingen: 5,00 m lang of 6,00 m lang bij langsparkeren op 2,50 m breed. De staanplaats dient verhard te worden op een wijze dat de verharde oppervlakte waterdoorlatend is, zodat ze niet verzakt onder het verkeer en begaanbaar is voor voetgangers. De afbakening van de standplaatsen dient te geschieden in duurzame materialen. 4.3 Schikking en toegangswegen De schikking en toegangswegen moeten voldoen aan de maatvoering die in volgende figuren aangegeven wordt. (fig. 1 t.e.m. fig. 5). Bij fig. 2 t.e.m. 5 worden maximaal 2 in elkaars verlengde liggende en aansluitende parkeerplaatsen toegestaan voor zover het geen parkeerplaatsen betreft die nodig zijn voor een publieke bestemming. 4.3.1. Parkeerplaats per inrijhoek Min. 3,00 m Min. 3,50 m Min. 4,00 m Min. 6,00 m Min. 7,00 m 4.3.2 Parkeerplaatsen voor personen met een beperking: voorbehouden parkeerplaats

De aanvraag moet voldoen aan de bepalingen uit het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. 4.4 Aanleggen van parkeerplaatsen 4.4.1 Waar aanleggen? De parkeerplaatsen moeten aangelegd worden of voorzien zijn op het bouwperceel zelf waarop het gebouw zal komen. Hiervan kan slechts mits grondige motivatie worden afgeweken. De ligging van de parkeerplaatsen moet op het bouwplan, gevoegd bij de aanvraag om stedenbouwkundige of omgevingsvergunning, aangegeven worden en als dusdanig aangelegd worden. Verdere toelichting kan gebeuren via een beschrijvende nota. Slechts mits grondige motivatie kunnen ook parkeerplaatsen aangelegd worden op een ander perceel in eigendom van de aanvrager mits deze voorzien zijn binnen een straal van maximaal 75 m van het bouwperceel waar de woonentiteiten voorzien worden. 4.4.2 Hoe aanleggen? Alle parkeerplaatsen moeten zo veel mogelijk langs een gemeenschappelijke toegang op de openbare weg uitmonden. Het aanleggen van parkeerplaatsen in de voortuinstrook kan slechts zeer uitzonderlijk toegestaan worden, na gunstig advies van de wegbeheerder. Tevens dient het ontwerp van de parkeerplaatsen steeds een ordening te zijn waarbij een minimum aan verharding voorzien is. De parkeerplaatsen moeten worden aangelegd op dat gedeelte van het bouwperceel, dat ingevolge de stedenbouwkundige voorschriften voor de inrichting van parkeerplaatsen kan bestemd worden. Er dient vooral over gewaakt te worden dat de waterdoorlatende verharding het niet haalt op het groen, m.a.w. dat het deel van de percelen, dat voor tuinen en groene stroken bestemd is, niet wordt opgeofferd aan parkeerplaatsen. De oppervlakte aan parkeerplaatsen aangelegd in de zone voor binnenplaatsen en tuinen dient beperkt te worden. In veel gevallen zal het noodzakelijk zijn te eisen dat de parkeerplaatsen ofwel in het gebouw zelf, ofwel ondergronds onder de niet-bebouwde zone worden aangelegd. De aanleg van parkeerplaatsen onder de niet-bebouwde zone kan worden toegestaan wanneer aan de volgende vier voorwaarden is voldaan: - Het dak van de garage moet plat zijn; - Het mag niet meer dan één meter boven het maaiveld uitsteken; - Het dak moet voorzien worden van een intensief groendak; - De buitenmuurtjes die boven de grond uitsteken moeten verborgen worden door plantengroei of enige andere in de stedenbouwkundige of omgevingsvergunning goedgekeurde versiering. De breedte van de toegangsweg naar de ondergrondse parkeergarage is minimaal 3,00 m. Inzake de op- en afritten van ondergronds gelegen garages in gebouwen die met de voorgevel op de rooilijn komen te staan zullen enkel die op- en afritten worden toegestaan die, binnen het gebouw, volgende maximale hellingsgraad en lengte van de hellende in-en uitritten hebben: - Hellingen in de eerste 5,00 m vanaf de rooilijn: max. 4 %; - Hellingsgraad maximaal 14 % indien de lengte van de hellingsbaan maximaal 10 m bedraagt; - Hellingsgraad maximaal 12 % indien de lengte van de hellingsbaan 10 tot 20 m bedraagt; - Hellingsgraad maximaal 10 % indien de lengte van de hellingsbaan 20 tot 30 m bedraagt; - Hellingsgraad maximaal 8 % indien de lengte van de hellingsbaan minimaal 30 m bedraagt. Indien gebruik gemaakt wordt van bochten bij de op- en afritten van ondergronds gelegen garages, heeft de standaard draaicirkel een diameter van 12,00 m. De minimale binnenstraal is gesteld op 5,00 m en heeft bij tweerichtingsverkeer een buitenstraal van 14,00 m. Het is belangrijk bochten overzichtelijk te maken, dus zonder zichtobstakels.

4.5 Beschikbaarheid van de parkeerplaatsen Parkeerplaatsen die niet aan een woonentiteit worden toegekend, moeten te allen tijde beschikbaar blijven voor het parkeren van bewoners en bezoekers van de woonentiteiten. Artikel 5. Fietsenstalling Per slaapkamer in een woonentiteit moet minimaal 1 fietsstalplaats voorzien worden. De aanvrager kan in een beschrijvende nota toevoegen hoe de noodzakelijke fietsenstalling wordt voorzien (uitbreiding garage, fietsenstalling buiten, berging, ). De benodigde ruimte voor het stallen van een fiets bedraagt minimaal 1,75 m lengte en 0,70 m breedte. Wanneer een fietsenstalling buiten wordt aangelegd, moet een overkapping voorzien worden. De ligging van de fietsenstalling moet op het bouwplan, gevoegd bij de aanvraag om stedenbouwkundige of omgevingsvergunning, aangegeven worden en als dusdanig aangelegd worden. Artikel 6. Uitzonderingsbepalingen De vergunningverlenende overheid kan bij een door de aanvrager gemotiveerde aanvraag uitzonderingen toestaan. Per ontbrekende parkeerplaats en/of fietsenstalling dient een compensatoire vergoeding betaald te worden. Het te betalen bedrag zal in een belastingsreglement door de gemeenteraad vastgesteld worden. Minimaal 80 % van de opgelegde parkeerplaatsen en fietsstalplaatsen moet effectief gerealiseerd worden. Artikel 7. Controle De bepalingen uit deze parkeerverordening moeten uitgevoerd zijn voor de 1 e ingebruikname van minimaal 1 woonentiteit van de betreffende stedenbouwkundige of omgevingsvergunning. Artikel 8. Strafbepalingen De overtredingen op deze verordening worden behandeld overeenkomstig de handhavingsmaatregelen bepaald in de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening in werking getreden op 1 september 2009. Artikel 9. Inwerkingtreding en overgangsbepalingen Op datum van inwerkingtreding van deze verordening, wordt de gemeentelijke verordening inzake parkeervoorzieningen en/of fietsenstallingen bij meergezinswoningen en assistentiewoningen d.d. 22/03/2016 opgeheven. Deze verordening treedt in werking na goedkeuring door de gemeenteraad. Aanvragen tot stedenbouwkundige vergunningen waarvoor reeds een volledigheidsbewijs werd afgeleverd vóór inwerkingtreding van deze verordening, zullen nog behandeld worden volgens de gemeentelijke verordening d.d. 22/03/2016. Alle andere recentere aanvragen dienen te voldoen aan deze gemeentelijke verordening. Artikel 10. Een afschrift van deze verordening zal, samen met het volledige advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening en het advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar, ter goedkeuring gezonden worden naar de deputatie van de provincie Antwerpen.