Het verhaal van de held Gebruik de kracht van verhalen in coaching, advies en intervisie Vincent van Reusel en Sheila van de Sande Thema, uitgeverij van Schouten & Nelissen
1 luisteren naar verhalen Mensen vertellen graag verhalen aan elkaar over dingen die ze hebben meegemaakt. Iets in het verhaal waarin zij zelf de hoofdrol vervullen, raakt de vertellers en vraagt erom verteld te worden aan anderen. Soms is het verhaal af, nadat het eenmaal is verteld. De verteller heeft het verhaal gedeeld, hij is gehoord en de ervaring heeft betekenis gekregen. In het beste geval is het een kant-en-klare levensles. Denk aan de verhalen die eindigen met een spreekwoord: En zo zie je maar, oost west, thuis best. Of:Een ezel stoot zich in het gemeen, geen tweemaal aan dezelfde steen. Dergelijke verhalen zijn, voorzien van een moraal, meteen bruikbaar om meerdere keren te worden verteld. Er zit een boodschap in voor de luisteraar; het vertelde zou immers ook hem kunnen overkomen. Mooi dat die dan nu alvast weet wat hij ervan kan leren! 9 Maar dan die keren dat je een verhaal verteld wordt dat nog niet af is! De verteller deelt een situatie waarin hij onlangs verzeild is geraakt en hij weet als hoofdrolspeler nog niet hoe hij verder zal gaan in de situatie, laat staan welke les hij hieruit moet leren. De verteller heeft je als luisteraar meegenomen naar een punt in zijn verhaal waar hij nu nog staat. Hij is aangekomen op een kruising en vanaf nu kan het nog alle kanten uit.
10 het verhaal van de held Als kind van zeven jaar maakte ik kennis met het luisteren naar dit soort onvoltooide verhalen: op zondagmiddag gingen we op visite bij opa en oma in hun grote statige herenhuis. Meestal zat het huis dan vol met familie. Mijn vader kwam uit een gezin van negen kinderen en daarvan was altijd wel de helft aanwezig. De ooms vertelden met luide stem en veel emotie verhalen aan elkaar over hun werk, hun collega s en hun klanten. Hun werkkringen waren nogal divers. Mijn vader werkte als zetter in een handelsdrukkerij. Hij had het vak geleerd bij opa, die een eigen zaak had. Er was een oom die als vertegenwoordiger in chocolade werkte, en een die leiding gaf op het lab van een grote textielvezelfabrikant. Een oom werkte als ambtenaar, een ander was directeur van een papierfabriek, en een tante had een winkel in babykleding. Ook waren er ooms die werkten in een broodfabriek en in een conservenfabriek waar frisdrank en soep werd gemaakt. In de verhalen die hier op zondagmiddag werden uitgewisseld, schilderden mijn vader en zijn broers hun belevenissen van de afgelopen week in geuren en kleuren. In mijn herinnering was de verteller meestal erg opgewonden over wat hij had meegemaakt. Of er geluisterd werd, weet ik niet zeker, maar als het verhaal klaar was, barstte een luidruchtige discussie los over wat de verteller het beste kon doen als vervolg op zijn verhaal. Eigenlijk luister ik nu nog steeds naar verhalen over het werk, want als coach of consultant ben je luisteraar naar verhalen van je cliënten over hun werk of de betekenis van hun werk. (Vincent van Reusel)
Het luisteren naar (levens)verhalen van anderen hield mij als kind al bezig. Mijn oma had twee oude sigarendoosjes met foto s. Daarop stonden niet alleen mijn opa en oma toen en mijn vader en oom als kind, maar ook heel veel andere kinderen en volwassenen. Vooral de meisjes op die foto s spraken mij erg aan. Het waren meisjes met grote strikken in hun haren en mooie witte jurken. Het waren de kinderen van de gezinnen waar mijn oma vroeger schoonmaakte. Ik vond niets leuker dan bij oma te luisteren naar de verhalen bij die foto s. Ze vertelde dan hoe de personen op de foto s heetten. En telkens als ik met mijn oma weer de foto s ging bekijken, kwamen er nieuwe stukjes verhaal bij: omdat ik meer wilde weten over de personen op die foto s en ik haar vragen stelde over hen, vertelde oma mij telkens nieuwe eigenschappen van die personen. Ze vertelde verhalen over wat zij had meegemaakt in die huishoudens, ze vertelde wie ze graag mocht ( un goei meens ) en wie ze niet mocht ( kwoai meens ). Als klein meisje kon ik echt opgaan in die verhalen. Door die verhalen gingen niet alleen de onbekende personen op die foto s voor mij leven. Naarmate ik ouder werd, besefte ik dat ik vooral steeds meer over mijn oma te weten kwam: hoe ze dacht over zaken, wat ze belangrijk vond in het leven, wat ze belangrijk vond als mens, wat ze graag in plaats van schoonmaken had willen doen, wie en hoe ze was en wat ze in de loop der jaren had losgelaten. Ik kon de verschillende stukjes verhaal met elkaar verbinden en er een rode draad uit destilleren. (Sheila van de Sande) 11 luisteren naar verhalen
2 verhalen maken de mens 12 De mens als verhaal is het centrale thema in de narratieve psychologie. Het woord narratief is afkomstig uit het Latijn: narrare staat voor vertellen, verhalen. De achterliggende idee is dat een mens in de vorm van een zelfverhaal verwoordt wie hij is en wat hij belangrijk vindt. In dit verhaal is hij zowel auteur als acteur. Dit gebeurt door reconstructie van wat achter hem ligt (de zingeving van het gebeurde) en door constructie van het voorliggende (verbeelding van de toekomst). Door het ordenen van gebeurtenissen tot een samenhangend verhaal, wordt op den duur de persoonlijke identiteit met een zelfverhaal gevormd. Dit is een proces waar de eigenaar bij betrokken is vanuit verschillende rollen. Je kunt je dit als volgt voorstellen: 1. De eigenaar van het zelfverhaal is bij aanvang vooral een verteller van de situatie en de feiten. Hij schetst zijn ervaringen, waardoor personen, namen, woorden, handelingen, gedachten en meningen worden geordend in de reconstructie. 2. Hij tracht de ervaring te duiden als een zingever. Hij wil komen tot een bevredigende betekenis van zijn ervaring. 3. In de constructiefase bedenkt hij als auteur een nieuwe stap vanuit zijn ambities en inspiraties (die kunnen hoog of laag zijn). Wat hij bedenkt moet voortvloeien uit de boodschap die hij haalt uit het voorgaande. 4. In de laatste fase speelt hij als acteur de hoofdrol in zijn eigen verhaal. Hij construeert een nieuwe wending die tot daden leidt.
13 verhalen maken de mens Hub Zwart (hoogleraar filosofie, Radboud Universiteit) zegt over narrativiteit: In de narratieve psychologie verschijnt het individu ten tonele als zingever, actief betrokken bij de constructie van de sociale werkelijkheid. Het individu is een personage in een script dat voortdurend wordt herschreven. Hij is als het ware een romanfiguur die zijn identiteit ontleent aan zijn biografie. Hij is niet alleen de hoofdpersoon maar ook de auteur van zijn levensverhaal, dat daarom blootstaat aan permanente revisie. 1 1. Zwart, 1991.