INSTRUCTIEKAART GROEPJES TECHNIEK IN HET BASISONDERWIJS DE FIETSBEL Opdracht 1: Beantwoord mondeling deze strategische vragen in je groepje. 1. Wat is het? Hoe heet het? 2. Waarvoor wordt het gebruikt? 3. Hoe gebruik je het? 4. Wat weet je er nog meer over? 5. Hoe ziet het eruit? 6. Waarom ziet het er zo uit? 7. Welke delen vind je aan de buitenkant? 8. Uit welke materialen is het gemaakt? 9. Hoe kun je het demonteren? 10. Hoe kan je er voor zorgen dat je het terug kan monteren? 11. Demonteer het voorwerp maar zorg dat je het terug kan monteren! 12. Welke delen vind je aan de binnenkant? 13. Uit welke materialen zijn deze gemaakt? 14. Waarom zitten die delen daar binnen in? 15. Waarom is het er gekomen? 16. Ken je andere systemen? 17. Op welke manier heeft dat voorwerp het leven van mensen veranderd? 18. Wat doe je als het stuk is?
Opdracht 2: Vul samen de kerncomponenten van het kader van technische geletterdheid in. Wat is techniek? 1. Welke technische systemen 2. Welke stappen van het technisch proces 3. Welke hulpmiddelen 4. Welke keuzen.herken je in deze technische realisatie Als je een technische realisatie vanuit deze vier invalshoeken beschrijft en de relatie ertussen weet samen te vatten, ben je in staat techniek te doorgronden. We maken dit duidelijk aan de hand van de fietsbel. Definities: 1. Een technisch systeem is een geheel van elkaar wederzijds beïnvloedende elementen en onderdelen die gericht zijn op het bereiken van (een) bepaald(e) doel(en). 2. Een technische realisatie komt tot stand na het doorlopen van het technisch proces, dat vertrekt vanuit een behoefte en verloopt volgens 5 stappen: 1. probleemstelling, 2. ontwerpen, 3. realiseren, 4. in gebruik nemen en 5. evalueren 3. De kerncomponent hulpmiddelen omvat alles wat nodig is om technische realisaties efficiënter te laten functioneren, te verwezenlijken en hun werking te doorgronden. Daarmee wordt onder ander bedoeld: materialen en grondstoffen, energie, machines en gereedschappen, meetinstrumenten, mensen, kapitaal, tijd, Beschouwt men een technische realisatie vanuit hulpmiddelen dan kijkt men naar de materiële of menselijke middelen die nodig zijn om ze te maken, te laten werken of te onderzoeken. Men houdt geen rekening met de eventuele systeemkenmerken ervan. 4. De criteria waaraan technische realisaties moeten voldoen, zijn afhankelijk van keuzes. Die keuzes kunnen door de maatschappij of vanuit de technische realisatie zelf worden bepaald. Beschouwt men een technische realisatie vanuit keuzes dan kijkt men naar beslissingen die zijn genomen en afwegingen die zijn gebeurd om deze realisatie op deze wijze vorm te geven.
Je kan de fietsbel als een technisch systeem beschouwen. Je kan de fietsbel beschouwen als het resultaat van een technisch proces. Je kan de fietsbel beschouwen als een verzameling van hulpmiddelen die nodig zijn om een fietsbel te maken of te gebruiken. Je kan ook de keuzes beschouwen die nodig zijn om een fietsbel te maken of te gebruiken. Buitenkant: De beugel, het huis (huls) en de uitstekende schuifknop als hefboom. Binnenkant: De hefboom is verbonden met een tandheugel. De tandwielen doen een vleugel ronddraaien tegen de schel. Dit veroorzaakt het rinkelen. Nood aan: De fietsbel is ontstaan vanuit de behoefte om zich in het verkeer te laten opmerken. Het proces: De fietsbel is het resultaat van het kiezen van geschikte materialen en het maken en afstellen van onderdelen. maken van een fietsbel: metaallegering, een mal, tangen, handschoenen en koelvloeistof. (de)monteren van een fietsbel: schroevendraaier Het doen rinkelen van een fietsbel: fysieke kracht kunststofknop: warm en weersbestendig tandwielmechanisme: Dit mechanisme is veelvuldig en meermaals snel na elkaar te gebruiken. spierkracht: houdt de bel op elk moment functioneel. Het veertje plaatst de hefboom terug op zijn plaats.
Opdracht 3: Vul samen de dimensies van het kader van technische geletterdheid in. Technische geletterdheid betekent dat je op een competente en verantwoordelijke manier en met enige vlotheid techniek kan gebruiken. Technische geletterdheid omvat drie componenten: begrijpen, duiden, hanteren. Die drie componenten zijn evenwaardig. In het TOS 21 rapport worden die componenten dimensies van het leren van techniek genoemd. Aan de hand van het voorbeeld van de fietsbel wordt duidelijk wat competent en verantwoordelijk techniek gebruiken inhoudt en hoe je daar als technisch geletterde mee omgaat. Definities: 1. Techniek begrijpen: Inzicht verwerven in het gebruik, de werking en de ontwikkeling van technische realisaties. - De werking van een technische realisatie kunnen uitleggen. - Kunnen uitleggen hoe een technische realisatie tot stand komt. - Weten waarvoor een technische realisatie wordt gebruikt. 2. Techniek hanteren: De techniek gebruiken of maken. - Een technische realisatie gebruiksklaar maken. - Een technische realisatie herstellen. - Een technische realisatie maken. 3. Techniek duiden: Techniek duiden: de werking, de ontwikkeling en het gebruik van techniek verbinden met een context buiten de techniek zelf. - Kennis hebben van de historische ontwikkelingen in het wetenschappelijke en technische vlak door de eeuwen heen - Technische ontwikkelingen kunnen plaatsen in de maatschappelijke context waarin mensen leven. - Technische ontwikkelingen objectief kunnen bekijken en evalueren.
Je begrijpt de fietsbel als je weet. Uit welke onderdelen ze bestaat en wat hun functie is. Hoe de onderdelen op elkaar zijn afgestemd. Wat er fout kan lopen bij de werking ervan. Je kan de fietsbel duiden als je weet Welke maatschappelijke impact ze heeft. Wanneer je ze mag gebruiken. Hoe ze is geëvolueerd. Hoe ze een toepassing is van wetenschappelijke principes en inzichten. Wat de economische waarde ervan is. Hoe de vormgeving een bijdrage levert tot functioneel gebruik. Je kan een fietsbel hanteren als je weet. Hoe je ze kan onderhouden, een disfunctie ervan kan voorkomen of herstellen. Hoe je de technische informatie moet inspecteren om ze te kunnen monteren. Hoe je een geschikt model kan kiezen of aankopen.