MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten

Vergelijkbare documenten
MJA-Sectorrapport 2014 Meelfabrikanten

MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten

MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Meelfabrikanten

MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs

MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs

MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie

MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven

MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra

MJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra

MJA3-Sectorrapport 2014 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

MEE-Sectorrapport Overige industrie

MJA-Sectorrapport 2011 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs. Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven

MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie

MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE. Datum: 24 augustus 2012

MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen

MEE-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie

MEE-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs

MJA-Sectorrapport 2015 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA-Sectorrapport 2013 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Railsector

MJA-Sectorrapport 2013 Gieterijen

MJA-Sectorrapport 2011 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie

MJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MEE-Sectorrapport 2014 Nederlandse Glasindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Textielindustrie

MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs. Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency

MEE-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Textielindustrie

MEE-Sectorrapport 2014 Raffinaderijen

MJA-Sectorrapport 2012 Hoger beroepsonderwijs

MJA-Sectorrapport 2013 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2015 Hoger beroepsonderwijs

MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs

MJA-Sectorrapport 2013 Aardappelverwerkende industrie

MJA3-Bedrijfsrapport 2012 Railsector

MJA-Sectorrapport 2011 Railsector

MJA-Sectorrapport 2014 Koffiebranderijen

MJA-Sectorrapport 2014 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA-Sectorrapport 2012 Frisdranken, Waters en Sappen

MJA-Sectorrapport 2014 Asfaltindustrie

MJA-Sectorrapport 2015 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 Aardappelverwerkende industrie

MJA3-Bedrijfsrapport 2014 Railsector

MJA-Sectorrapport 2012 ICT

MJA-Sectorrapport 2014 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2014 Financiële dienstverleners

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen

MJA-Sectorrapport 2013 Financiële dienstverleners

MJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

MJA-Sectorrapport 2013 Railsector

MJA-Sectorrapport 2014 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Grofkeramische industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Financiële dienstverleners

MJA-Sectorrapport 2015 ICT

MJA-Sectorrapport 2014 Textielservicebedrijven

MEE-Sectorrapport Papier- en kartonindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Groenten- en fruitverwerkende industrie

MJA- Sectorrapport 2013 ICT

MJA-Sectorrapport 2014 Grofkeramische industrie

MJA-Sectorrapport 2013 Groenten- en Fruitverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2014 Gieterijen

MJA-Sectorrapport 2014 Aardappelverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2012 Railsector

MJA-Sectorrapport 2015 Asfaltindustrie

MJA-Sectorrapport 2014 Tankopslag en -overslagbedrijven

MJA-Sectorrapport 2016 ICT

MJA-Sectorrapport 2015 Metallurgische industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Groenten- en fruitverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2017 ICT

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MJA-Sectorrapport 2014 Oppervlakte Behandelende Industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Vleesverwerkende industrie

Sectorrapport Metallurgische industrie 2011 (MJA-3)

MJA-Sectorrapport 2014 Vleesverwerkende industrie

MJA-Sectorrapport 2015 Zuivelindustrie

MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen

MEE-Sectorrapport Overige industrie

MJA-Sectorrapport 2012 Margarine-, vetten- en oliënindustrie

MJA-Sectorrapport 2015 Vleesverwerkende industrie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. MEE-Sectorrapport 2015 Nederlandse Glasindustrie

MEE-Sectorrapport 2014 Bierbrouwerijen

Transcriptie:

MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten

Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Meelfabrikanten Datum: 6-9-2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/JRI/158008 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Jorieke Rienstra Ondersteunend adviesbureau: IEE / Arcadis Nederland

Inhoud Hoofdstuk 1. Inleiding... 1 Hoofdstuk 2. Overzicht ontwikkeling energieverbruik... 1 Hoofdstuk 3. Verklaring verandering energieverbruik... 2 Hoofdstuk 4. Spiegeling aan het MJP... 3 Hoofdstuk 5. Resultaten per pijler... 4 Hoofdstuk 6. Tabellen... 6 Databaseversie d.d.: 06-09-2016 12:13

Samenvatting Kerngegevens Sectorgegevens Meelfabrikanten Aantal MJA-deelnemers in 2015 5 Aantal beschouwde bedrijven voor 2015 in dit rapport 5 Aantal toetreders in 2015 0 Aantal uittreders in 2015 0 Werkelijk energieverbruik 2015 (TJ) 1.062 Effecten van maatregelen 2015 t.o.v. 2014 2015 t.o.v. 2005 Procesefficiencyverbetering 0,4% 8,8% Besparing in de keten [TJ] 3,8 33,2 Duurzame energie [TJ] -0,4 188,7 Resultaten Energieverbruik Het totale werkelijke energieverbruik van de sector bedroeg 1.062 TJ in 2015. Dit is ongeveer 0,5% lager dan in 2014. Hieronder wordt ingegaan op het energieverbruik van 2015 in relatie tot dat van 2014. Over de hele periode 2005-2015 nam het energieverbruik af met 326 TJ (27%), het productievolume nam in dezelfde periode af met 11,4 %. Uitvoering van het meerjarenplan van de sector In het meerjarenplan (MJP) heeft de sector toegezegd maatregelen te treffen die in 2016 tot een jaarlijkse besparing van 318 TJ leiden. Na drie jaar bedraagt het jaarlijkse effect van maatregelen 225 TJ. Hiermee is 71% van de MJP-doelstelling gerealiseerd. Het behalen van 71% van de MJP-doelstelling komt uit alle drie de pijlers. De energiebesparing door procesefficiency en duurzame energiebesparing liggen iets achter op koers met respectievelijk 70% en 61% van de MJP doelstelling. Op gebied van ketenefficiency heeft er een sterke intensivering plaatsgevonden gelijk aan ruim 32 TJ tegenover een MJP-doestelling van 11 TJ. Energiebesparing in het proces Procesmaatregelen in 2015 hebben een besparing van 4,4 TJ opgeleverd. De belangrijkste procesmaatregelen zijn: Restwarmte van compressor en vacuümpomp gebruiken; Aanpassing extruderconfiguratie Verlichting molen. Energiebesparing in de keten Ketenmaatregelen hebben in 2015 een totale besparing van 33,2 TJ opgeleverd. De belangrijkste ketenmaatregelen zijn: Groter volume verladen per container. Betrekken van graan uit de eigen regio. Vergroening van het wagenpark. Inzet duurzame energie I

De totale inzet van duurzame energie in de sector bedraagt 189 TJ in 2015. De belangrijkste duurzame-energiemaatregelen zijn: Inkoop groene stroom. Energieopwekking door vergisting afval. Vooruitblik Algemene ontwikkelingen De maalderijen nemen een belangrijke plaats in de bakkerijketen in. Meel en bloem zijn de belangrijkste ingrediënten voor brood, maar het zijn geen homogene producten. De granen - de grondstoffen voor meel en bloem - worden uit een groot aantal landen betrokken. Het is de taak van de maalderijen om een veilig product te leveren dat de juiste eigenschappen heeft voor het te maken consumentenproduct. Granen moeten worden geschoond, er lopen monitoringsprogramma s voor contaminanten zoals mycotoxinen en residuen, en de kwaliteit van de granen wordt onderzocht met het oog op de bakkwaliteiten die afnemers wensen. Het meel voor het volkorenbrood is anders dan de bloem voor het banketproduct, maar het wordt wel gemaakt van dezelfde granen. In het maalproces worden verschillende kwaliteiten meel en bloem gemaakt. De European Flour Millers, de Europese vereniging van maalderijen, heeft berekend dat de Europese maalderijen jaarlijks 45.000.000 ton tarwe en rijst verwerken. In Europa zijn 3.800 bedrijven actief en zij bieden werk aan meer dan 45.000 werknemers. De maalderijen produceren jaarlijks zo n 35.000.000 ton meel en bloem. Er zijn zo n 600 verschillende typen meel en bloem. De belangrijkste afnemers zijn zoals gezegd de bakkers. Ambachtelijke en industriële bakkerijen nemen in Europa zo n 71% van de productie van meel en bloem af. De banketindustrie is goed voor 13%, huishoudens 11% en 5% gaat naar andere afnemers (bron: Manual on the European Flour Milling Industry 2016). Door overcapaciteit is het aantal maalderijen in de loop der jaren in Europa sterk gedaald. In Nederland is dit proces min of meer voltooid: het aantal maalderijen is nog maar beperkt. De afgelopen jaren heeft een aantal overnames plaatsgevonden. De internationale concurrentie op de markten voor meel en bloem is en blijft scherp. Het is te verwachten dat in de toekomst meer energie door de maalderijen wordt verbruikt door de hoge kwaliteitseisen die de exportproducten eisen. Daarnaast dragen scherpere eisen, op het gebied van wet- en regelgeving voor beheersing van fijnstof en geluidsoverlast, bij aan een hogere energie basislast. De consumptie van brood is altijd relatief stabiel geweest en bedraagt rond de 60 kg brood per persoon per jaar. Nieuwe diëten hebben de consumptie van brood de laatste jaren onder druk gezet. Maar met de publicatie van de nieuwe Schijf van Vijf lijkt er een keerpunt te zijn bereikt: het voedingscentrum beveelt expliciet de consumptie van (volkoren)brood aan waardoor de bakkerijsector een handvat gekregen heeft voor de promotie van gezond brood. En er is draagvlak voor een nieuwe campagne voor de promotie van brood in Nederland en België. Onder leiding van het NBC (Nederlands Bakkerij Centrum) wordt in 2017 een nieuwe vierjarige promotiecampagne gestart waarin feitelijke informatie over de gezondheid van brood (wetenschappelijk onderbouwd) de basis vormt. De campagne wordt gefinancierd met II

subsidies uit het Europese programma voor de promotie van brood en met bijdragen van de brancheorganisaties in de broodketen. Convenantactiviteiten De basis van de MJA voor de maalderijen is constant. Nu de bedrijven de noodzakelijke reorganisaties achter de rug hebben, worden de inspanningen om efficiënter met energie om te gaan opnieuw zichtbaar. Het gebruik van duurzame energie is iets gedaald. De stappen waarmee energiebesparing wordt gerealiseerd worden kleiner, het is lastig om met lage energieprijzen investeringen voor langlopende energieprojecten uit te voeren. Het Energierapport van het Ministerie van Economische Zaken wijst op energiebesparing door regionale en lokale warmte-uitwisseling. Inderdaad zijn met dergelijke projecten grote slagen te maken maar tegelijkertijd vragen dit soort projecten veel tijd omdat zij ingebed moeten worden in ruimtelijk ordeningsplannen. Op iets kortere termijn zal bij een maalderij een efficiëntieslag worden gerealiseerd door het optimaliseren van de reiniging van de tarwe. III

Energieverbruik [TJ primair] Hoofdstuk 1. Inleiding Dit rapport bevat de resultaten van uw sector in het kader van het MJA3-convenant. De grafieken in hoofdstuk 2 tot en met 5 geven u overzichten van: De ontwikkeling van het energieverbruik van uw sector vanaf 2009. De verklaring van de verandering in energieverbruik ten opzichte van vorig jaar. De spiegeling ten opzichte van het meerjarenplan (MJP) 2013-2016 van uw sector. De ontwikkeling van het effect van de PE-, KE- en DE-maatregelen vanaf 2009, waarbij alle relevante gegevens vanaf 2005 zijn meegenomen. Hoofdstuk 6 geeft de achterliggende informatie weer in tabellen. Dit sectorrapport is opgesteld op basis van de door bedrijven aangeleverde gegevens in het kader van de jaarlijkse MJA-monitoring. De berekeningen in dit rapport zijn gebaseerd op de methodiek energie-efficiency zoals die is afgesproken in het MJA3-convenant. Details over de methodiek kunt u vinden in de Handreiking Monitoring op de website van RVO.nl. Hoofdstuk 2. Overzicht ontwikkeling energieverbruik Onderstaande grafiek laat het jaarlijkse energieverbruik van uw sector vanaf 2009 zien. 1.400 Jaarlijks primaire-energieverbruik Elektriciteitsverbruik Aardgasverbruik Verbruik overige brandstoffen Warmteverbruik 1.200 1.000 800 600 400 200 0 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 1 van 7

Hoofdstuk 3. Verklaring verandering energieverbruik Onderstaande grafiek geeft aan in welke mate verschillende factoren de verandering in het energieverbruik tussen het verslagjaar en het jaar daarvóór verklaren. Maatregelen in het proces (PE-maatregelen) hebben een besparend effect tot doel (het relatieve energieverbruik wordt minder). Het Volume-effect (effect door verschil in productiehoeveelheid) is verhogend (meer energieverbruik) bij hogere productie of verlagend bij lagere productie. Het deel Overige invloedsfactoren is de optelsom van alle invloedsfactoren die de sector heeft gerapporteerd, zoals hogere/lagere capaciteitsbezetting ten opzichte van vorig jaar of gunstige/ongunstige weersomstandigheden ten opzichte van vorig jaar. Deze optelsom kan uiteindelijk besparend of ontsparend zijn. De post Onverklaard is de restpost. Deze restpost is besparend wanneer het berekende energieverbruik in het monitoringjaar (de optelsom van de eerste vier posten in de grafiek) hoger is dan het werkelijke energieverbruik. De restpost is ontsparend wanneer het berekende energieverbruik lager is dan het werkelijke energieverbruik. Hoe kleiner de restpost, des te beter het werkelijke energieverbruik in de sector is verklaard. De restpost van onverklaard meerverbruik (besparend effect) in 2015 bedraagt 2,1 TJ ten opzichte van 2014 en bedraagt hiermee 0,2 % van het totaalverbruik. Met andere woorden, ruim 99% van het totale energieverbruik van de sector in 2014 is onderbouwd met de gerapporteerde factoren van alle bedrijven samen. Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 2 van 7

Aandeel van energieverbruik Aandeel van energieverbruik Hoofdstuk 4. Spiegeling aan het MJP Onderstaande grafiek geeft de jaarlijkse ontwikkeling aan van het effect van de getroffen EEPmaatregelen binnen de sector ten opzichte van 2012, het jaar voorafgaand aan de beschouwde EEP-periode. De horizontale lijn is de MJP-doelstelling voor 2016 op basis van zekere en voorwaardelijke maatregelen. Voortschrijdend resultaat versus MJP-doelstelling 40,0% Doelstelling Resultaat 35,0% 30,0% 25,0% 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0% 2013 2014 2015 2016 De MJA3 kent drie pijlers: procesefficiency, ketenefficiency en duurzame energie. Ketenefficiency kan nog worden onderverdeeld in twee categorieën: deelketen productie en deelketen product. Voor duurzame energie is eveneens een splitsing mogelijk: inkoop en (eigen) opwekking. Uitsplitsing van de resultaten naar de verschillende pijlers levert onderstaande grafiek op. Ook hier worden de jaarlijkse cijfers gepresenteerd ten opzichte van 2012. Voortschrijdend resultaat per pijler 18,0% Procesefficiency Ketenefficiency Duurzame energie 16,0% 14,0% 12,0% 10,0% 8,0% 6,0% 4,0% 2,0% 0,0% 2013 2014 2015 2016 Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 3 van 7

KE-besparing PE-besparing Hoofdstuk 5. Resultaten per pijler Onderstaande grafieken geven de jaarlijkse effecten per pijler vanaf 2009 weer, met de kanttekening dat alle relevante gegevens vanaf 2005 in berekeningen van de resultaten zijn verwerkt. Deze resultaten zijn aangegeven als percentage van het energieverbruik van de sector. PE-maatregelen (cumulatief berekend vanaf 2006) 10,0% 9,0% 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% 3,0% 2,0% 1,0% 0,0% 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 De grafiek over ketenmaatregelen hieronder vertoont een minderinspanning in de jaren 2012 en 2013 ten opzichte van voorgaande jaren. De oorzaak hiervan is dat de uitvoering van de grootste ketenmaatregel van de jaren 2009 2011 gestopt is. Deze maatregel leverde in 2012 al veel minder besparing op dan in de jaren daarvoor. Sinds 2014 is een ketenmaatregel op gebied van transport actief geworden die een aanzienlijke besparing oplevert. De besparing door KE-maatregelen bedraagt 3,1% t.o.v. 2005. KE-maatregelen (jaarlijks effect ten opzichte van 2005) 3,5% 3,0% Productieketen Productketen 2,5% 2,0% 1,5% 1,0% 0,5% 0,0% 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 4 van 7

Aandeel DE De besparing door DE-maatregelen bedraagt 17,7% t.o.v. 2005. 25,0% DE-maatregelen (jaarlijks effect ten opzichte van 2005) Inkoop Opwekking 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0% 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 5 van 7

Hoofdstuk 6. Tabellen De eerste tabel hieronder bevat de gerapporteerde gegevens over het jaarlijkse energieverbruik en de uitgevoerde maatregelen vanaf 2009. De tweede tabel geeft een overzicht van het effect van geplande en gerealiseerde maatregelen op jaarbasis ten opzichte van 2012. Er is daarbij niet gecorrigeerd voor gewijzigde omstandigheden (bijvoorbeeld het productieniveau). Alle waarden in tabel 1 en 2 zijn in TJ primair per jaar. De derde tabel geeft een overzicht van alle bedrijven die vanaf 2005 hebben gerapporteerd. Van deze bedrijven zijn alle beschikbare cijfers vanaf 2005 tot en met 2015 in het sectorrapport verwerkt. In de derde kolom is per bedrijf aangegeven of de gegevens over 2015 in dit rapport zijn meegenomen. Alle waarden in tabel 1 en 2 zijn in TJ primair per jaar. Tabel 1 Energie- en besparingscijfers. Resultaten per jaar [TJ] 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 Productievolume t.o.v. 2005 95,9 89,4 85,1 87,5 89,6 88,5 88,6 Werkelijk energieverbruik 1.262 1.199 1.078 1.017 1.041 1.068 1.062 Referentie energieverbruik* 1.331 1.241 1.182 1.215 1.243 1.229 1.230 Besparing door PE-maatregelen 16 7 2 3 25 5 4 KE-besparing in de productieketen 6 6 6 0 1 29 33 KE-besparing in de productketen 0 0 0 0 0 0 0 Inkoop van duurzame energie 30 30 30 32 203 188 188 Opwekking van duurzame energie 0 0 0 0 0 1 0 *Het referentie-energieverbruik wordt berekend uit de productiegegevens van alle bedrijven samen. Tabel 2 Effecten van uitgevoerde maatregelen in 2015. Categorie Subcategorie Effect [TJ] ten opzichte van 2012 Verwacht eindresultaat in 2016 (MJP) Gerealiseerd jaarlijks effect t/m verslagjaar Procesmaatregelen 23,0 17,2 Installaties en gebouwen 11,0 16,5 Procesefficiency Energiezorg en gedragsmaatregelen 3,0 1,0 Strategische projecten 13,0 0,0 Subtotaal procesefficiency 50,0 34,8 Maatregelen in de productieketen 11,0 33,1 Ketenefficiency Maatregelen in de productketen 0,0-0,5 Subtotaal ketenefficiency 11,0 32,6 Inkoop van duurzame energie 255,0 156,9 Duurzame energie Opwekking van duurzame energie 2,0 0,4 Subtotaal duurzame energie 257,0 157,2 Totaal 318,0 224,6 Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 6 van 7

Tabel 3 Deelnemende bedrijven binnen de sector inclusief (historische) uittreders. Bedrijfsnaam Status in 2015 Meegenomen in 2015? Dossche Mills Nederland NV Deelnemer Ja Vh, Krijger Molenaars Koopmans Meel BV Deelnemer Ja Meneba BV Rotterdam Deelnemer Ja Meneba Meel Wormerveer BV Uitgetreden Nee Ranks Meel BV (Ameide) Uitgetreden Nee Unicorn Grain Specialties Deelnemer Ja Toelichting Waddenmolen 't Hoogeland Deelnemer Ja Vh. Ranks Meel BV (Uithuizermeeden) *** Definitief MJA-Sectorrapport 2015 Meelfabrikanten Pagina 7 van 7