OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Vergelijkbare documenten
OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Yara Sluiskil B.V. Postbus AA Sluiskil W-MWP170002/ Datum: 13 juni 2017

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, lid 1 onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor Yara Sluiskil B.V.

BESCHIKKING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN VLISSINGEN

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN REIMERSWAAL

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan INVISTA Polyester B.V.

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Archiefexemplaar BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Archiefexemplaar. T i 1 1 r BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

1 1 r BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN. Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan Dow Benelux B.V.

Deze wijziging is vereist voor het opslaan van waterstof en koolzuur in gasflessen.

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Pagina 1 van 8 Registratienummer Z.62657/D

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

Archiefexemplaar Provincie Zeeland

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

FUIV[b. Grou, 5 maart 2015 VERZONDEN -6 MRT Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving

Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo.

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan ICUP Terneuzen B.V.

ÀrchiefexMhpteat ~T. Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan Dow Benelux B.V.

AMBTSHALVE BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Pagina 1 van 7 Registratienummer: Z / D

BESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING VERLENEN

Wij hebben op 14 juli 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van AVI Den

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Besluit. Wabo, Milieuneutraal veranderen. Eerste Lelystadse Schroothandel BV, Staalstraat 19, Lelystad

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor de activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V.

BESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING VERLENEN

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Pagina 1 van 14 Registratienummer: Z / D

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Besluit Milieuneutraal veranderen. Hoogweg Luttelgeest B.V., Nieuwlandseweg 9 Luttelgeest

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Besluit Milieuneutraal veranderen. Farm Dairy, Kaapstanderweg 50 Lelystad

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Besluit. Wabo, Milieuneutraal veranderen. Eerste Lelystadse Schroothandel BV, Staalstraat 19, Lelystad

ik\ ii H(0 lyr?oi' F/7/ iilllllllllllllllllllluj * 6 AUG. im #tf opm. verzending Verzending geschiedt door afdeling

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Pagina 1 van 10 Registratienummer: Z / D

Archiefexemplaar. Omgevingsvergunning op grond van artikel 3.10, derde lid Wabo verlenen aan Dow Benelux B.V.

OMGEVINGSVERGUNNING. : het wijzigen van de grens van een inrichting bedoeld voor de zuivering van rioolwater

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Besluit omgevingsvergunning milieuneutrale wijziging. Aanvraagnummer: OLO Zaaknummer:

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. te Roermond

BESCHIKKING. Milieuneutrale omgevingsvergunning

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

OIVIGEVINGSVERGUNNING. Gasunie Transport Services (GTS)

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING. Omgevingsvergunning (milieu) datum: 1 maart 2018 Gemeente Bronckhorst nr

tömgevingsdí enst ļfi Midden- co West-Br»b«nt

in in miii ii inn ii i ii

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Datum: 4 februari 2019 Cumapol Emmen B.V. Opnemen proefnemingsvoorschrift in de vigerende vergunning

Omgevingsdienst Regio Nijmegen OMGEVINGSVERGUNNING. Aanvrager Datum besluit Onderwerp

OMGEVINGSVERGUNNING. BioMCN

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

OMGEVINGSDIENST ZUIDOOST-BRABANT

OMGEVINGSVERGUNNING (REGULIER)

BESCHIKKING. Omgevingsvergunning (milieuneutraal veranderen inrichting) Datum: 25 april 2016 Gemeente Bronckhorst Zaaknummer:

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

Wij besluiten, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht:

OMGEVINGSVERGUNNING. aanleg waterstofleiding. milieuneutraal veranderen van een inrichting. Oosterhorn 4 te Farmsum. vth-nummer: Z

Transcriptie:

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Yara Sluiskil B.V. Postbus 2 4540 AA Sluiskil Kenmerk: Afdeling: Vergunningverlening Datum: 27 januari 2017 Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, lid 1 onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor Yara Sluiskil B.V. Samenvatting besluit Wij hebben besloten om op 27 januari 2017 op verzoek van Yara Sluiskil B.V., gevestigd aan de Industrieweg 10 te Sluiskil de gevraagde vergunning voor het uitvoeren van een proef voor het testen van zuiveringstechnieken op afvalwaterdeelstromen om het waterhergebruik te optimaliseren, te verlenen.

Inhoud 1. Besluit...3 1.1 Onderwerp...3 1.2 Besluit...3 1.3 Procedure...3 1.4 Ondertekening en verzending...3 1.5 Rechtsmiddelen...4 1.6 Afschriften...4 2. Voorschriften...5 2.1 Proefneming...5 2.2 PGS 15 opslag...5 3. Procedurele overwegingen...6 3.1 Gegevens aanvrager...6 3.2 Projectbeschrijving...6 3.3 Bevoegd gezag...6 3.4 Volledigheid aanvraag en opschorting procedure...6 3.5 Procedure regulier...6 3.6 Adviezen...6 3.7 Activiteitenbesluit milieubeheer...7 3.8 Coördinatie met de Waterwet...7 4. Inhoudelijke overwegingen milieu...9 4.1 Toetsing voorwaarden Wabo...9 4.2 Toetsing gevolgen milieu...9 4.3 Toetsing geen andere inrichting...10 4.4 Toetsing milieueffectrapportage...10 4.5 Conclusie...10 Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 2 van 10

1. Besluit 1.1 Onderwerp Wij hebben op 6 december 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting ontvangen van Yara Sluiskil B.V.. Het betreft het uitvoeren van een proef voor het testen van zuiveringstechnieken op afvalwaterdeelstromen om het waterhergebruik te optimaliseren. De aanvraag gaat over de inrichting gelegen aan de Industrieweg 10 te Sluiskil. De aanvraag is geregistreerd onder nummer W-AOV160530. Concreet wordt verzocht om een vergunning ex artikel 2.1, lid 1, onder e (milieu) waarbij artikel 3.10, lid 3 (milieuneutraal veranderen) van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing verklaart. 1.2 Besluit Wij besluiten, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 en artikel 2.14, lid 4 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: I II de omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, lid 1 onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht te verlenen voor: - het uitvoeren van een proef voor het testen van zuiveringstechnieken op afvalwaterdeelstromen om het waterhergebruik te optimaliseren; dat de aanvraag onderdeel uitmaakt van deze vergunning; III aan deze vergunning voorschriften te verbinden die zijn opgenomen in hoofdstuk 2 van deze vergunning; IV de gevraagde omgevingsvergunning tijdelijk te verlenen tot 1 februari 2018. 1.3 Procedure Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. 1.4 Ondertekening en verzending Gedeputeerde staten van Zeeland, namens dezen, hoofd afdeling Vergunningen mevr. mr. ing. I. Jansen Verzonden op: 1 februari 2017 Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 3 van 10

1.5 Rechtsmiddelen De beschikking treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking. In dit geval is dat de dag na de datum van verzending. Belanghebbenden kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen dit besluit bij: Gedeputeerde Staten van Zeeland, t.a.v. de secretaris van de commissie voor bezwaarschriften, Postbus 6001, 4330 LA Middelburg. In het bezwaarschrift neemt u ten minste op uw naam en adres, de dagtekening van het bezwaarschrift, tegen welk besluit u bezwaar maakt en waarom. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend. U moet het bezwaarschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt. Doorgaans is dat de dag na de datum van verzending. Overschrijding van de inzendtermijn kan ertoe leiden dat met uw bezwaren geen rekening wordt gehouden. Wij wijzen u erop dat het bezwaar niet de werking van het besluit schorst. U kunt een verzoek doen tot het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht). U richt het verzoek aan de voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland- West Brabant, locatie Breda, team bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda. Voor de behandeling van het verzoek is griffierecht verschuldigd. 1.6 Afschriften De volgende instanties hebben een kopie van deze beschikking gekregen: Het college van burgemeester en wethouders van Terneuzen; Veiligheidsregio Zeeland; Waterschap Scheldestromen; Rijkswaterstaat Zee en Delta; Inspectie Leefomgeving en Transport; Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 4 van 10

2. Voorschriften 2.1 Proefneming 2.1.1 Twee weken voorafgaand aan het uitvoeren van de eerste proefneming moet vergunninghouder een gedetailleerde planning overleggen aan het bevoegd gezag. In de planning moeten minimaal de aanvangsdatum, de einddatum en de locatie van de proefneming zijn opgenomen. 2.1.2 Uiterlijk vier maanden na de start van de proefneming (het project IMPROVED) dient ter informatie een tussenrapportage over het verloop van de proef aan het bevoegd gezag te worden overlegd. Dit rapport bevat ten minste: - opgave van opgetreden storingen cq. problemen (met de oorzaak en het gevolg van deze storing); - de aanpak cq. oplossing voor deze storingen, dan wel problemen; - het tijdstip en de tijdsduur van de proef per locatie; - een opgave van de behaalde resultaten (uitgesplitst naar afvalwaterdeelstroom, locatie en zuiveringstechniek) en een evaluatie van de analyseresultaten (uitgesplitst naar afvalwaterdeelstroom, locatie en zuiveringstechniek); - een opgave van de hoeveelheid gebruikte chemicaliën en de hoeveelheid behandeld afvalwater per locatie en per zuiveringstechniek. 2.1.3 Van de proefneming (het project IMPROVED) moet een evaluatierapport worden opgesteld. Dit rapport bevat ten minste: - opgave van opgetreden storingen cq. problemen ( met de oorzaak en het gevolg van deze storing); - de aanpak cq. oplossing voor deze storingen, dan wel problemen; - het tijdstip en de tijdsduur van de proef per locatie; - een opgave van de behaalde resultaten (uitgesplitst naar afvalwaterdeelstroom, locatie en zuiveringstechniek) en een evaluatie van de analyseresultaten (uitgesplitst naar afvalwaterdeelstroom, locatie en zuiveringstechniek); - een opgave van de hoeveelheid gebruikte chemicaliën en de hoeveelheid behandeld afvalwater per locatie en per zuiveringstechniek. De vergunninghouder legt het evaluatierapport binnen 6 weken na het beëindigen van de proef ter informatie voor aan het bevoegd gezag. 2.2 PGS 15 opslag 2.2.1 De opslag van aangevraagde verpakte gevaarlijke hulpstoffen die vallen onder de ADRcategorieën zoals genoemd in de richtlijn PGS 15 Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen (versie1.0, september 2016), voldoen aan voorschrift 3.1.3 van de voorgenoemde richtlijn. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 5 van 10

3. Procedurele overwegingen 3.1 Gegevens aanvrager Op 6 december 2016 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen. Het betreft een verzoek van: Yara Sluiskil B.V., Industrieweg 10, 4541 HJ te Sluiskil. 3.2 Projectbeschrijving Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: het testen van zuiveringstechnieken op afvalwaterdeelstromen om het waterhergebruik te optimaliseren. Een uitgebreide projectomschrijving is opgenomen in de aanvraag om vergunning. De vergunning heeft betrekking op een inrichting die valt onder categorie 4.3 onder a van onderdeel C van bijlage I bij het Besluit omgevingsrecht. De inrichting is daarom vergunningplichtig. 3.3 Bevoegd gezag Wij zijn het bevoegd gezag dat de omgevingsvergunning verleent of (gedeeltelijk) weigert. Dat is op basis van artikel 2.4 van de Wabo. Gedeputeerde Staten zijn bevoegd gezag voor de inrichting. Dit volgt uit artikel 2.4 van de Wabo juncto artikel. 3.3 lid 1 van het Bor. De activiteiten van de inrichting zijn genoemd in Bijlage I onderdeel C categorie 4.3 onder a van het Bor en daarnaast betreft het een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort en waarop het Besluit risico's zware ongevallen 2015 van toepassing is. 3.4 Volledigheid aanvraag en opschorting procedure Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook in behandeling genomen. 3.5 Procedure regulier Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 14 december 2016 conform artikel 3.8 Wabo van de aanvraag kennis gegeven in het provinciaal blad (www.officielebekendmakingen.nl). 3.6 Adviezen In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.5 van het Bor, hebben wij de vergunningaanvraag ter advies aan de volgende instanties/bestuursorganen gezonden: - het college van burgemeester en wethouders van Terneuzen; - Veiligheidsregio Zeeland; - Rijkswaterstaat Zee en Delta; - Waterschap Scheldestromen; - Inspectie Leefomgeving en Transport; - Inspectie SZW. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 6 van 10

Naar aanleiding hiervan hebben wij het volgende advies ontvangen: Veiligheidsregio Zeeland Op 8 december 2016 hebben wij van de Veiligheidsregio Zeeland een bericht ontvangen dat zij de aanvraag beoordeeld hebben vanuit het oogpunt veiligheid en zij geen aanleiding zien om hierover nader te adviseren. Waterschap Scheldestromen Op 5 januari 2017 hebben wij van het Waterschap Scheldestromen een bericht ontvangen dat akkoord zijn met de aangevraagde proefneming. Het Waterschap Scheldestromen geeft aan dat er geen effecten en/of veranderingen zijn te verwachten voor de afvalwaterlozing van Yara op de industrieleiding van het waterschap. Rijkswaterstaat Zee en Delta Op 18 januari 2017 hebben wij van Rijkswaterstaat Zee en Delta een bericht ontvangen dat zij akkoord zijn met de aangevraagde proefneming en dat Yara voor deze verandering bij Rijkwaterstaat Zee en Delta een vergunning heeft aangevraagd op grond van de Waterwet. Over het tot stand komen van de aanvraag heeft afstemming plaatsgevonden met het Wabo bevoegd gezag. Gemeente Terneuzen Op 12 januari 2017 heeft de gemeente Terneuzen ons laten weten dat er voor de aangevraagde activiteiten geen bouwdeel voor de omgevingsvergunning nodig is. 3.7 Activiteitenbesluit milieubeheer In het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit) zijn voor bepaalde activiteiten die binnen inrichtingen plaats kunnen vinden, algemene regels opgenomen. Deze regels zijn direct werkend en mogen niet in de omgevingsvergunning worden opgenomen. In bijlage I, onderdelen B en C van het Bor wordt aangegeven of voor een inrichting een vergunningplicht geldt. Op 1 januari 2013 is het Activiteitenbesluit gewijzigd en kan sindsdien ook op inrichtingen met een IPPC-installatie van toepassing zijn. Op type C inrichtingen, die vergunningplichtig zijn, kunnen bepaalde artikelen uit het Activiteitenbesluit van toepassing zijn. Dit betekent dat bepaalde voorschriften uit het Activiteitenbesluit en de bijbehorende Activiteitenregeling een rechtstreekse werking hebben en niet in de vergunning mogen worden opgenomen. De inrichting waarvoor vergunning is aangevraagd, wordt aangemerkt als een type C inrichting. Binnen Yara vinden activiteiten plaats die vallen onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit. Op basis van artikel 1.10 van het Activiteitenbesluit moet de verandering van de inrichting worden gemeld. De aanvraag wordt ten aanzien van de activiteiten die onder het Activiteitenbesluit vallen aangemerkt als melding. Voor de aangevraagde activiteiten houdt dit in dat - voor zover deze betrekking hebben op de genoemde (deel)activiteiten - moet worden voldaan aan de volgende artikelen uit het Activiteitenbesluit en de bijbehorende Activiteitenregeling: afdeling 2.4 bodem. 3.8 Coördinatie met de Waterwet Voor de aangevraagde activiteit is een vergunning nodig in het kader van de Waterwet. Hiervoor is Rijkswaterstaat Zee en Delta bevoegd gezag. Het gaat om een vergunningaanvraag waarop de reguliere voorbereidingsprocedure (artikel 6.26, tweede lid van de Waterwet) van toepassing is. De coördinatieregeling (artikel 3.16 van de Wabo) is Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 7 van 10

alleen van toepassing als zowel voor de vergunning op grond van de Wabo als de vergunning op grond van de Waterwet de uitgebreide voorbereidingsprocedure doorlopen moet worden. Dit betekent in dit geval dat de procedure op grond van de Waterwet en de procedure in het kader van de Wabo niet gecoördineerd doorlopen hoeven te worden. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 8 van 10

4. Inhoudelijke overwegingen milieu 4.1 Toetsing voorwaarden Wabo De Wabo bepaalt in artikel 2.14, lid 5 dat een omgevingsvergunning voor een milieuneutrale verandering kan worden verleend als voldaan wordt aan de voorwaarden uit artikel 3.10, lid 3 van de Wabo. Hieruit volgt dat de gevraagde vergunning kan worden verleend indien de realisering van de met deze aanvraag beoogde verandering van de inrichting of verandering van de werkwijze binnen de inrichting: - niet zal leiden tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning is toegestaan; - niet zal leiden tot een andere inrichting dan waarvoor eerder een omgevingsvergunning is verleend; en - niet zal leiden tot een verplichting tot het maken van een milieueffectrapport als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer; Naar aanleiding van de ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens concluderen wij dat de aangevraagde verandering hieraan in samenhang met het verbinden van voorschriften aan de vergunning, voldoet. Wij overwegen daarbij het volgende: 4.2 Toetsing gevolgen milieu Naar aanleiding van de ingediende aanvraag en de daarbij overlegde gegevens concluderen wij dat de aangevraagde verandering voldoet aan de toetsingsvoorwaarden uit de Wabo omdat hetgeen is aangevraagd niet leidt tot een verhoging van de productiecapaciteit of negatieve milieueffecten. Bodem De chemicaliën die nodig zijn voor de zuiveringstechnieken worden in de container van de betreffende zuiveringstechniek in een lekbak geplaatst. Hiermee wordt voldaan aan een verwaarloosbaar bodemrisico, zoals beschreven in afdeling 2.4 van het Activiteitenbesluit milieubeheer. Afvalwater Tijdens de proefneming worden verschillende zuiveringstechnieken getest op de volgende drie afvalwaterdeelstromen: SR800 (verwijdering van ammoniumnitraat), CO 2 -condensaat (verwijdering van ammoniak en mogelijk methanol/ethanol) en TPC (verwijdering van TOC en mogelijk ureum). De lozing van het de afvalwaterdeelstroom SR800 betreft een directe lozing op het Kanaal van Gent naar Terneuzen. Voor de proefneming met betrekking tot deze deelstroom is bij Rijkswaterstaat Zee en Delta een vergunning aangevraagd in het kader van de Waterwet. De andere twee deelstromen (CO 2 -condensaat en TOC) worden indirect geloosd op de AWL (Afvalwaterleiding). De hoeveelheid indirect te lozen afvalwater verandert niet ten opzichte van de vergunde situatie, met uitzondering van een beperkte stroom afkomstig van het TPC en de te gebruiken hulpstoffen. Op dit moment wordt het TPC gebruikt binnen andere plants. Door het TPC te zuiveren kan het TPC mogelijk als voeding op de demiwaterleiding worden gezet, waardoor het gebruik van leidingwater gereduceerd kan worden. Tijdens de proefneming zal de gezuiverde TPC deelstroom mogelijk niet in andere plants gebruikt worden en tijdelijk worden geloosd op de AWL. De te gebruiken hulpstoffen worden verdund voor toepassing en geneutraliseerd voordat de afvalwaterdeelstroom wordt geloosd. De vrijkomende concentraties aan hulpstoffen in het Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 9 van 10

afvalwater worden voor de proefperiode dermate laag ingeschat dat er geen negatieve effecten voor het milieuaspect afvalwater te verwachten zijn. Grond- en hulpstoffen De te gebruiken hulpstoffen zijn als werkvoorraad aanwezig in de containers (waarin de zuiveringstechnieken zijn geplaatst) en worden opgeslagen in vaten en voorzien op lekbakken. In een container zal van een hulpstof maximaal één aangesloten verpakkingseenheid en één reserve verpakkingseenheid aanwezig zijn, overeenkomstig voorschrift 3.1.3 uit de PGS 15 (versie1.0, september 2016). De nu aangevraagde werkvoorraad dient te voldoen aan de meest recente versie van de genoemde richtlijn. Wij hebben dan ook een voorschrift opgenomen waarin is voorgeschreven dat de opslag dient te voldoen aan de PGS 15 (versie 1.0, september 2016). Energie De verandering heeft geen nadelig effect op het milieuaspect energie. De hoeveelheid energie die wordt gebruikt voor de zuiveringstechnieken is verwaarloosbaar ten opzichte van het totale energieverbruik van de inrichting. Voor de overige milieuaspecten zijn geen relevante gevolgen te verwachten. Derhalve zijn wij van mening dat deze wijziging geen extra milieu hygiënische gevolgen heeft. Wel hebben wij voorschriften opgenomen in deze vergunning waarin onder andere is opgenomen dat voorafgaand aan de eerste proefneming een gedetailleerde planning moet worden overlegd en dat binnen zes weken na het beëindigen van de proef een evaluatierapport moet worden voorgelegd aan het bevoegd gezag. 4.3 Toetsing geen andere inrichting Op basis van de in de aanvraag opgenomen beschrijving van de verandering is het aannemelijk dat de verandering niet leidt tot een andere inrichting dan waarvoor eerder een vergunning is verleend. 4.4 Toetsing milieueffectrapportage Er hoeft bij deze aanvraag geen milieueffectrapport (MER) te worden ingediend. De reden hiervoor is dat de in de aanvraag beschreven voorgenomen activiteiten niet zijn vermeld in de eerste kolom van onderdeel C en/of onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage (besluit m.e.r.). 4.5 Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het milieuneutraal veranderen van de inrichting zijn er geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren. In deze vergunning zijn de voor deze activiteit relevante voorschriften opgenomen. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 10 van 10