Inkomstenbelasting Module 7 hoofdstuk 2
Verschillende vormen inkomen, verschillende vormen belasting Verschillende boxen Box 1 Bruto inkomen uit arbeid (denk aan brutoloon) Inkomen uit koophuis Aftrekposten Hier moet meer over verteld worden Box 2 Inkomen uit aanmerkelijk belang 5% of meer van aandelen van een vennootschap Winst hierover 25% belasting over betalen. Dit is alles wat je van box 2 moet weten. Box 3: inkomen uit vermogen. Vermogen: bezittingen schulden (op 1 januari van een kalenderjaar) Denk hier vooral aan spaargeld Deel vermogen geen belasting over betalen: heffingvrij vermogen ) 21.139 per persoon) Hier moet meer over verteld worden
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen Aftrekposten Bijtelposten + Belastbaar inkomen Schijf 1 Schijf 2 Schijf 3 Schijf 4 Aftrekposten: Betaalde hypotheekrente VB: Koophuis gekocht geld geleend (=hypothecaire lening afgesloten) 300.000 Hypotheek rente: 5% Betaalde hypotheekrente 0,05* 300.000 = 15.000 Andere aftrekposten: Alimentatie Giften, studiekosten, ziektekosten
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen Aftrekposten Bijtelposten + Belastbaar inkomen Schijf 1 Bijtelpost: Gemeente bepaald waarde van het koophuis (= taxeert het huis). Dit is de woz-waarde van een huis. Hiervan moet een bepaald percentage bij het bruto-inkomen geteld worden. Schijf 2 Schijf 3 Schijf 4 VB: woz-waarde 315.000 Forfaitpercentage: 0,60% Bijtelpost: 0,006*315.000 = 1890
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Marginale tarieven Hoogste deel vh inkomen Bruto inkomen Aftrekposten Schijf 4 Alles boven 56.491 52% Bijtelposten + Belastbaar inkomen Schijf 3 56.491 33.863 = 22.628 42% Schijf 1 Schijf 2 33.863 18.945 = 14,918 41,95% Schijf 2 Schijf 3 Schijf 1 Laagste deel vh inkomen 18.945 33,1% Schijf 4
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Hoogste deel vh inkomen Bruto inkomen Aftrekposten Schijf 4 Alles boven 56.491 52% Bijtelposten + Belastbaar inkomen Schijf 3 56.491 33.863 = 22.628 42% Schijf 1 Schijf 2 33.863 18.945 = 14,918 41,95% Schijf 2 Schijf 3 Schijf 1 Laagste deel vh inkomen 18.945 33,1% Schijf 4 Stel 60.000 bruto jaar inkomen
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen 60.000 Aftrekposten 15.000 Schijf 4 Alles boven 56.491 52% Bijtelposten + 1.890 Belastbaar inkomen 46.890 Schijf 3 56.491 33.863 = 22.628 42% Schijf 1 18.945-27.945 Schijf 2 33.863 18.945 = 14.918 41,95% Schijf 2 14.918 Schijf 3 13.027 Schijf 1 18.945 33,1% Schijf 4 niet nodig
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen 60.000 Aftrekposten 15.000 Bijtelposten + 1.890 Belastbaar inkomen 46.890 Hoogste deel vh inkomen Schijf 4 Schijf 3 Alles boven 56.491 56.491 33.863 = 22.628 52% 42% Schijf 1 18.945-27.945 Schijf 2 33.863 18.945 = 14.918 41,95% Schijf 2 14.918 Schijf 3 13.027 Schijf 1 18.945 33,1% Schijf 4 niet nodig Belasting 0,331 * 18.945 = 6.270,80 0,4195 *14.918 = 6.285,10 0,42* 13.027 = 5.471,34 + 18.027,24
Heffingskorting Jonger dan 65 jaar 65 jaar en ouder Algemene heffingskorting per kalenderjaar 2.033 934 Maximum uitbetaling algemene heffingskorting als u geboren bent na 31 december 1971 Arbeidskorting lage inkomens (maximaal) Als u geboren bent in 1947 of later Als u geboren bent in 1946 of eerder Arbeidskorting hoge inkomens (maximaal) Als u geboren bent in 1947 of later Als u geboren bent in 1946 of eerder 1.491 1.611 1.533 740 705 Doorwerkbonus Als u geboren bent in 1950 (1,5%) Als u geboren bent in 1949 (6%) Als u geboren bent in 1948 (8,5%) Als u geboren bent in 1946 of 1947 (2%) Als u geboren bent in 1945 of eerder (2%) 719 2.873 4.070 958 479 Inkomensafhankelijke combinatiekorting 2.133 980 (maximaal) Alleenstaandeouderkorting (maximaal) 2.266 1.042 Jonggehandicaptenkorting 708 Ouderenkorting 762 Alleenstaandeouderenkorting 429 Levensloopverlofkorting 205 Ouderschapsverlofkorting (per verlofuur) 4,18 Korting maatschappelijke beleggingen 0,7% van de vrijstelling in box 3 0,7% van de vrijstelling in box 3 Korting directe beleggingen in durfkapitaal en culturele beleggingen 0,7% van de vrijstelling in box 3 0,7% van de vrijstelling in box 3
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen 60.000 Aftrekposten 15.000 Schijf 4 Alles boven 56.491 52% Bijtelposten + 1.890 Belastbaar inkomen 46.890 Schijf 3 56.491 33.863 = 22.628 42% Schijf 1 18.945-27.945 Schijf 2 33.863 18.945 = 14.918 41,95% Schijf 2 14.918 Schijf 3 13.027 Schijf 1 18.945 33,1% Schijf 4 niet nodig Belasting 0,331 * 18.945 = 6.270,80 0,4195 *14.918 = 6.285,10 0,42* 13.027 = 5.471,34 + 18.027,24 Belasting 18.027,24 Algemene heffingskorting 2.033 Arbeidskorting 1.611 - Te betalen 14.383,24
Box 1: bruto inkomen uit werk en koophuis werkwijze Bruto inkomen 60.000 Aftrekposten 15.000 Bijtelposten + 1.890 Belastbaar inkomen 46.890 Schijf 1 18.945-27.945 Schijf 2 14.918 Schijf 3 13.027 Bruto inkomen 60.000 Te betalen belasting 14.383,24 - Netto inkomen 45.616,76 Gemiddelde belastingdruk Betaalde belasting/bruto inkomen * 100% 14.383,24/ 60.000 * 100% = 23,97% Schijf 4 niet nodig Belasting 0,331 * 18.945 = 6.270,80 0,4195 *14.918 = 6.285,10 0,42* 13.027 = 5.471,34 + 18.027,24 Belasting 18.027,24 Algemene heffingskorting 2.033 Arbeidskorting 1.611 - Te betalen 14.383,24
Soort stelsel Progressief stelsel Bij stijging van het inkomen moet je procentueel meer betalen Stijging marginale tarieven Heffingskortingen Degressief Bij een stijging van het inkomen moet je procentueel minder betalen Bij sociale premies volksverzekeringen belasting belasting Proportioneel inkomen Iedereen betaalt hetzelfde percentage Vlaktax, btw inkomen belasting inkomen
Bruto = netto: er wordt geen belasting betaald Dus 900 belasting 0,30 * 3000 = 900 Als vlaktaks een hoger percentage is (in deze grafiek) loopt de lijn van het nettoinkomen vlakker Bruto = netto: er wordt geen belasting betaald Dus 900 belasting Eerste gedeelte inkomen geen belasting. Vlaktaks moet hoger percentage zijn voor zelfde totale belasting opbrengst. Lage inkomens voordeel
Marginaal tarief: over jouw hoogste gedeelte. Gemiddeld tarief: Betaalde belasting/bruto inkomen * 100% VB Iedereen 30% (vlaktaks = 30%) 2000*0,30 = 600 Gemiddeld tarief 600/ 2000 * 100 = 30% 4000*0,30 = 1200 Gemiddeld tarief 1200/ 4000 * 100 = 30% Vlaktaks 45% met belastingvrije voet van 1000 VB (2000-1000)*0,45 = 450 Gemiddeld tarief 450/ 2000 * 100 = 22,5% (4000-1000)*0,45 = 1350 Gemiddeld tarief 1350/ 4000 * 100 = 33,75% Bij een stijging van het inkomen wordt er procentueel meer belasting betaald.
Box 3 Vermogen op 1-1 -2011 32.000 heffingvrij vermogen ) 21.139 - Belastbaar vermogen 10.861 Rendement 4% 0,04* 10.861 = 434,44 30% belasting 0,30* 434,44 = 130,33 Werkwijze te betalen belasting met box 1 en 3 box 1 18.027,24 Box 3 130,33+ Algemene heffingskorting 2.033 - Arbeidskorting 1.611 - Te betalen 14.513,57 Bruto inkomen 60.000 Te betalen belasting 14.513,57 - Netto inkomen 45486,43
Box 1 schijf 1 en 2 Schijf 1 en 2 van box 1 Belasting betaald en sociale premies volksverzekeringen betaald. Komt het inkomen boven schijf 2 uit, dan betaal je het maximale bedrag aan sociale premies volksverzekeringen. Dit wordt als percentage van het bruto inkomen steeds kleiner. Bij een stijging van het inkomen betaal je procentueel minder: degressief stelsel. Bruto inkomen = Belastbaar inkomen 18.000 Sociale premies: 0,3115* 18.000 = 5607 Sociale premiedruk 5607/18000*100% = 31,15 Bruto inkomen = Belastbaar inkomen 40.000 Sociale premies: 0,3115* 33.863= 10.548,32 Sociale premiedruk 10.548,32 /40000*100% = 26,4%