Belastbaar inkomen Maar niet Tarief premie Heffing over totaal meer dan meer dan Belastingtarief volksverzekering Totaal tarief van de schijven

Transcriptie

1 Kerncijfers 2008 voor de adviespraktijk Algemeen Schijventarief box 1 Belastbaar inkomen Maar niet Tarief premie Heffing over totaal meer dan meer dan Belastingtarief volksverzekering Totaal tarief van de schijven - e ,00 2,45% 31,15% 33,60% e 5.906,00 e ,00 e ,00 10,70% 31,15% 41,85% e ,00 e ,00 e ,00 42,00% 42,00% e ,00 e ,00-52,00% 52,00% 65-plussers Belastbaar inkomen Maar niet Tarief premie Heffing over totaal meer dan meer dan Belastingtarief volksverzekering Totaal tarief van de schijven - e ,00 2,45% 13,25% 15,70% e 2.759,00 e ,00 e ,00 10,70% 13,25% 23,95% e 6.114,00 e ,00 e ,00 42,00% 42,00% e ,00 e ,00-52,00% 52,00% Fictief salaris De werknemer die in een vennootschap een aanmerkelijk belang heeft en arbeid verricht, krijgt in beginsel een bepaald minimum salaris toegerekend. Voor 2008 bedraagt dat minimum salaris e ,00. Heffingvrij vermogen box 3 Heffingvrij vermogen per belastingplichtige e ,00. Kindertoeslag op heffingvrij vermogen per minderjarig kind e 2.715, d

2 Vrijstellingen box 3 Vrijstelling van geblokkeerde tegoeden via werknemersspaarregelingen ten hoogste tot een gezamenlijk bedrag van e ,00. Vrijstelling maatschappelijke beleggingen, per belastingplichtige en overdraagbaar (groene beleggingen en sociaal-ethische beleggingen) e ,00. Vrijstelling (in)directe beleggingen durfkapitaal en culturele beleggingen, per belastingplichtige en overdraagbaar e ,00. Vrijstelling (natura-)uitvaartkostenpolis en zuivere overlijdensrisicoverzekeringen tot een gezamenlijke waarde per belastingplichtige van e 6.590,00. Indien hogere waarde, dan geheel belastbaar. Voor maatschappelijke beleggingen, voor (in)directe beleggingen in durfkapitaal en voor culturele beleggingen kent box 3 een extra heffingskorting van 1,3%. Heffingskortingen Jonger dan 65 jaar 65 jaar en ouder Heffingskorting Algemene heffingskorting e 2.043,00 e 2.074,00 e 957,00 e 970,00 Arbeidskorting (maximaal) tot 57 jaar e 1.392,00 e 1.443,00 57, 58 of 59 jaar e 1.642,00 e 1.697,00 60 of 61 jaar e 1.890,00 e 1.949,00 62 jaar of ouder e 2.138,00 e 2.201,00 e 1.001,00 e 1029,00 Combinatiekorting e 149,00 e 112,00 e 71,00 e 54,00 Aanvullende combinatiekorting e 700,00 e 764,00 e 329,00 e 350,00 Alleenstaande-ouderkorting e 1.437,00 e 1.459,00 e 673,00 e 683,00 Aanvullende alleenstaande ouderkorting (maximaal) e 1.437,00 e 1.459,00 e 673,00 e 683,00 Jonggehandicaptenkorting e 656,00 e 666,00 Ouderenkorting e 380,00 e 486,00 Alleenstaande ouderenkorting e 571,00 e 555,00 Levensloopverlofkorting (per jaar van deelname) e 188,00 e 191,00 Ouderschapsverlofkorting (per verlofuur) e 3,76 e 3,86 Korting maatschappelijke beleggingen 1,3% 1 1,3% 1 1,3% 1 1,3% 1 Korting directe beleggingen in durfkapitaal en culturele beleggingen 1,3% 1 1,3% 1 1,3% 1 1,3% 1 1 Van de vrijstelling in box 3. Per 1 januari 2008 is de kinderkorting vervallen. In plaats daarvan is de kindertoeslag ingevoerd.

3 Vennootschapsbelasting Tarieven vennootschapsbelasting in 2007 bij een winst Meer dan maar niet meer dan bedraagt het percentage - e ,00 20% e ,00 e ,00 23,0% e ,00-25,5% Eigen woning Kapitaalverzekering Eigen Woning/Spaarrekening Eigen Woning/Beleggingsrekening Eigen Woning Voor de de uitkering uit een KEW/SEW/BEW kunnen vrijstellingen van toepassing zijn: - bij 15 tot 20 jaar premiebetaling: maximaal e ,00 - bij 20 jaar of meer premiebetaling: maximaal e ,00 Eigenwoningforfait Het forfaitpercentage van de WOZ-waarde van de eigen woning bedraagt: Als de WOZ-waarde meer is dan maar niet meer dan bedraagt het forfaitpercentage - e ,00 Nihil e ,00 e ,00 0,20% e ,00 e ,00 0,30% e ,00 e ,00 0,40% e ,00 en hoger 0,55% Het berekende eigenwoningforfait kan niet hoger zijn dan e 9.300,00. Aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld Deze aftrek wordt verleend als het saldo van eigenwoningforfait minus de aftrekbare kosten zoals hypotheekrente positief is. De aftrek is gelijk aan het verschil tussen het eigenwoningforfait en de aftrekbare kosten. Door deze aftrek kan de bijtelling van het eigenwoningforfait nooit leiden tot een positief inkomensbestanddeel in box 1. De regeling beoogt een positieve prikkel te geven aan de financiering van de eigen woning uit eigen middelen. Pensioen Fiscaal minimale franchise Geheel verzekerde pensioenen (Deels) eigen beheer Onafgeronde franchise 10/7 AOW e ,97 e ,54

4 Afwijkende franchisebedragen Maximaal opbouwpercentage Minimale franchise 1,9% eindloon/2,15% middelloon e 1,8% eindloon/2,05% middelloon e AOW/bedragen Samenwonenden Per partner beiden 65+ Alleenstaanden individueel Werkelijke AOW e ,16 e ,32 e 8.086,08 Vakantietoeslag e 920,40 e 644,16 e 460,20 Totaal e ,56 e ,48 e 8.546,28 Afkoop kleine bedragen Afkoopbedrag kleine pensioenen e 406,44 Lijfrente Jaarruimte De jaarruimt kan met de volgende formule worden bepaald: (17% x PG) - 7,5 * A - F - BS De franchise bedraagt e ,00 De maximale premiegrondslag bedraagt e ,00. De jaarruimte bedraagt maximaal e ,00. Inhaalruimte/reserveringsruimte De verzekeringnemer kan de laagste van de volgende drie bedragen als inhaalruimte benutten: 1 Het niet gebruikte deel van de jaarruimte van de afgelopen zeven jaar; 2 e 6.590,00 (bij 55 jaar en ouder e ) en 3 17% van de premiegrondslag. Oudedagsreserve (OR) 12% van de fiscale winst, doch maximaal e ,00. De toevoeging wordt verminderd met de ten laste van de winst gekomen pensioenpremie. Reserve mag door de dotatie niet boven het ondernemingsvermogen uitkomen. Stakingslijfrente De extra ruimte aan lijfrentepremieaftrek bij ondernemers die (een gedeelte van) hun onderneming staken bedraagt maximaal: bij overdrachten van ondernemers van 60 jaar of ouder e ,00 bij overdrachten door invalide ondernemers e ,00 bij het staken van de onderneming door overlijden e ,00 bij overdrachten door ondernemers van 50 tot 60 jaar e ,00 bij overdrachten door ondernemers indien de lijfrente-uitkeringen direct ingaan e ,00 In overige gevallen e ,00 Levensloop Maximaal spaarbedrag per jaar: 12% van het brutojaarsalaris. Dit maximum geldt niet voor werknemers die op 31 december 2004 de leeftijd van 50 maar nog niet de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt. Inleg is mogelijk als per 1 januari van het jaar het tegoed minder bedraagt dan 210% van het salaris over het voorafgaande kalenderjaar. Levensloopverlofkorting: e 191,00 per jaar waarin in levensloopregeling is ingelegd. Ouderschapsverlofkorting: maximaal e 2002,65 op jaarbasis (bij voltijds ouderschapsverlof).

5 Successie en schenking Vrijstellingen successierecht Vrijstelling Echtgenoten e ,00. Jonge kinderen e 4.479,00 per jaar beneden 23 jaar met een minimum van e ,00. Oudere kinderen e ,00 voor kinderen ouder dan 23 jaar, mits de verkrijging niet meer bedraagt dan e ,00. Invalide kinderen e 4.479,00 per jaar beneden 23 jaar met een minimum van e ,00. e ,00 voor kinderen ouder dan 23 jaar. Ouders e ,00. Andere bloedverwanten in de rechte lijn Drempel 1 e ,00. Kerkelijke, levensbeschouwelijke, Volledig vrijgesteld indien en voor zover aan de verkrijging niet een charitatieve, culturele, wetenschappelijke opdracht is verbonden die aan de verkrijging het karakter ontneemt van of het algemeen nut beogende te zijn geschied in het algemeen belang. instellingen Alle andere gevallen e 1.942,00. Vrijstellingen schenkingsrecht Vrijstelling Schenkingen door ouders aan kinderen Per kalenderjaar e 4.479,00. Eenmalig e ,00 voor kinderen tussen 18 en 35 jaar mits in de aangifte op de vrijstelling een beroep wordt gedaan. Kerkelijke, levensbeschouwelijke, Volledig vrijgesteld indien en voor zover aan de verkrijging niet een charitatieve, culturele, wetenschappelijke opdracht is verbonden die aan de verkrijging het karakter ontneemt van of het algemeen nut beogende te zijn geschied in het algemeen belang. instellingen Alle andere gevallen Drempel 1 per kalenderjaar e 2.688,00. 1 Onder drempel wordt hier verstaan een vrijstelling die in beginsel vervalt als de verkrijging het maximum van de vrijstelling te boven gaat.

6 Tarief successie en schenking Verkrijging tussen en I II III 1 2 a b a b a b e 0,00 e ,00 e 0,00 5% e 0,00 26% e 0,00 41% e ,00 e ,00 e 1.119,00 8% e 5.819,00 30% e 9.176,00 45% e ,00 e ,00 e 2.909,00 12% e ,00 35% e ,00 50% e ,00 e ,00 e 8.278,00 15% e ,00 39% e ,00 54% e ,00 e ,00 e ,00 19% e ,00 44% e ,00 59% e ,00 e ,00 e ,00 23% e ,00 48% e ,00 63% e ,00 en hoger e ,00 27% e ,00 53% e ,00 68% Tariefgroep I omvat echtgenoot, (pleeg)kinderen en samenwonenden die onder meer gedurende de afgelopen vijf jaar als fiscaal partner hebben gekwalificeerd voor de inkomstenbelasting. Voor kleinkinderen en verdere nazaten wordt het tarief met 60% verhoogd. Tariefgroep II omvat (groot)ouders, broers en zusters. Tariefgroep III omvat alle overige verkrijgers. a b Belasting over het in kolom (1) genoemde bedrag. Heffingspercentage over het gedeelte van de (belaste) verkrijging, dat ligt tussen de bedragen van kolom 1 en kolom 2.