Benchmark Wmo 2008 Rapport Mantelzorg Gemeente Gouda 17 november 2008

Vergelijkbare documenten
Benchmark Wmo 2008 Rapport Vrijwilligers Gemeente Gouda 17 november 2008

MANAGEMENTSAMENVATTING MANTELZORG & VRIJWILLIGERS GEMEENTE HOUTEN

Benchmark Wmo Rapport Hulp bij het Huishouden 2008 Gemeente Gouda 1 december SGBO Postbus HE Den Haag

Benchmark Wmo Rapport Basisbenchmark Gemeente Brummen 17 November SGBO Postbus HE Den Haag

Benchmark Wmo Rapport Prestatieveld 1 Gemeente Gouda SGBO Postbus HE Den Haag

Benchmark Wmo Rapport Basisbenchmark Gemeente Maassluis 17 November SGBO Postbus HE Den Haag

Rapportage Wmo-benchmark 2008

Maatwerksamenvatting Resultaten Benchmark Wmo Gemeente Almere

MANAGEMENTSAMENVATTING HULP BIJ HET HUISHOUDEN GEMEENTE DOETINCHEM

Samenvatting Benchmark Wmo 2012

ons kenmerk Wmo

Wij wensen u de komende tijd veel succes met het invullen van prestatieveld 4 van de Wmo, zodat ook uw gemeente in 2012 kan zeggen:

Benchmark Wmo Rapport Module Algemene en Individuele Voorzieningen Gemeente Drechtsteden 17 november 2008

Rapportage Wmo-benchmark 2011

Rapportage Wmo-benchmark 2010 en Klanttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen

Rapport Onderzoek Mantelzorgbeleid

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Wet maatschappelijke ondersteuning

Brief op maat benchmark Wmo 2010: Individuele Voorzieningen ROGplus

Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss

Horizontale verantwoording Wet maatschappelijke ondersteuning. Hoe doen we het? Hoe doen we het landelijk? uitgave juli 2009

ons kenmerk Wmo

9 DEC. DIV TE f. Gemeente Dordrecht T.a.v. mevrouw J. Storm Hoofd afdeling Zorg Sociale dienst Postbus AA Dordrecht. Datum: 14 december 2005

Samenvatting basisbenchmark en cliënttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen Wmo

Klantonderzoek Wmo over 2014: Ervaringen van mantelzorgers

GESCAND OP 2 7 APR, Page 1 of 3. Zant, Tim j. Van: Ellen Bartels j Gemeente Oostzaan

Hll lllllllllllllllllllllllllllllllilllllll /10/2012

Rapportage cliëntervaringsonderzoek WMO Gemeente Aalburg

Vraag 1: In 2017 wordt een pilot gestart voor gezinsondersteuning vanuit het sociaal team. Graag willen wij uitleg hoe de pilot eruit ziet?

MANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE ISD DRECHTSTEDEN

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 oktober 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Advies 109. Advies van de Goudse Adviesraad voor mensen met een beperking over het Wmo-product: tevredenheidsonderzoek en horizontale verantwoording

Wet Maatschappelijke Ondersteuning

Bijlageboekje Horizontale verantwoording Wet maatschappelijke ondersteuning

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Onderzoek naar de ondersteuningsbehoefte van Mantelzorgers in Kapelle

In de Gemeente Marum

Rapportage Wmo

Informatiekaart 2. Mantelzorg in de Wmo Gemeenten aan zet. Kennisdossier Mantelzorg en de Wmo

Respijtzorg in de regio

Werkvloer mantelzorg en vrijwilligers

De slimste route? Vormgeven toegang

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2014;

Zelftest clie ntondersteuning voor gemeenten

Wet maatschappelijke ondersteuning. Voorlichtingsbijeenkomsten voor inwoners van Bernheze in oktober/november 2006

Steunpunten vrijwilligers en mantelzorg

Wmo prestatieveld 4? Goed voor Elkaar!

Gemeente Sittard-Geleen. Uitvoeringsplan Informele Zorg Inzet van mantelzorgers en (zorg-)vrijwilligers

Deze tijd vraagt om creativiteit

Doen in 2019 en Actuele en correcte registratie van vrijwilligers (jaarlijkse controle).

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

MANAGEMENTSAMENVATTING ALGEMENE & INDIVIDUELE

Plan van Aanpak Vrijwilligerswerk 2007 tot Aanpakken Maar!

Uitkomsten cliëntervaringsonderzoek Wmo 2015

Herijking subsidierelatie ONIS: opdracht aan ONIS

Rapportage Onderzoek Mantelzorg

Putten, 22 december Aan het College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Putten.

Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Onderzoek naar de belasting en ondersteuningsbehoefte van mantelzorgers in de gemeente Leeuwarden; factsheet

Wet maatschappelijke ondersteuning. Gemeente Oostzaan

Klantonderzoek Wmo over 2012 Ervaringen van Mantelzorgers. Meppel

Raadsvoorstel. orstel. Maatschappelijke participatie informatieronde Terugkoppeling koerswijzer Wmo en visie nieuw beleidsplan Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo & Jeugd 2016

Voorstel voor de gemeenteraad Voorstelnummer RAAD/ Behandelend ambtenaar N.H. Emck Postreg.nr. Tel.nr Datum: 22 juni 2010

Gelet op het collegevoorstel van 22 juni 2010 waar de volgende uitgangspunten zijn ODoenomen:

Tevredenheidsonderzoek Wmo over 2011

Rapportage. Extra Middelen Mantelzorg Enschede, 27 oktober 2008 KB/08/2742/emm. mw. drs. K.H. Brummelhuis drs. N.J. Dam

Rapportage cliënttevredenheidsonderzoek

DEMENTIEPROOFMETER 2015 Gemeente Helmond Ja Nee

Notitie basisfuncties vrijwilligerswerk en mantelzorg. Gemeente Voorst, vakgroep Zorg, februari 2011 ( )

Bijlage 1 Vragenlijst websurvey

Adviesnota Bestuur Datum: 16 september 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015

WMO-raadpleging Gemeente Heemstede

Herstel en rehabilitatie in het licht van herziening zorgstelsel

Mezzo memo. Waardering mantelzorg. Uitgangspunten. : Waardering mantelzorg door gemeenten

Tegenprestatie naar Vermogen

Offerte voor. Gemeente AA en Hunze

Maandelijkse nieuwsbrief Belangenbehartiging ANBO. Hoofdredacteur Margo Brands. Afmelden? Klik hier.

Mantelzorgbeleid. Mantelzorgbeleid De Gouden Leeuw Groep - mei

Tevredenheidsonderzoek Wmo over 2011

Leren en Leven. Wat omvat het programma?

Manifest. van de mantelzorger

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Mantelzorg waardering en ondersteuning

18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% jaar jaar jaar 65+ Man Vrouw Ja Nee. Deventer gemiddelde

Oude en nieuwe Wmo. ondersteuning. 2 Deze resultaatgebieden zijn: a. een huishouden te voeren; b. zich te verplaatsen in en om de woning;

Wet maatschappelijke ondersteuning en overige wetten

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Heuvelrug Wonen

Verordening tegenprestatie Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015

Kanteling Wmo Iedereen doet mee

Nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Benchmarkrapportage Wmo Jaar 2013

Uitvoeringsplan Wmo beleid Samen sterk in de Wmo Gemeente Slochteren

ROCPj" 5. de gemeenteraden van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam. Gemeenteraad van Schiedam Postbus EA Schiedam

ALGEMENE TOELICHTING VERORDENING TEGENPRESTATIE

DE GGZ IN DE 9 PRESTATIEVELDEN

Foar en mei elkoar! Lokale agenda sociaal domein gemeente Menameradiel

Ervaringen van Mantelzorgers

IMPRESSIE BMT Inzicht door benchmarking van kosten en kwaliteit van medische technologie

Transcriptie:

Benchmark Wmo 2008 Rapport Mantelzorg Gemeente Gouda 17 november 2008 SGBO Postbus 10242 2501 HE Den Haag 070 310 3800

VOORWOORD De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is per 1 januari 2007 ingegaan. De Wmo is een participatiewet, maatschappelijke ondersteuning omvat activiteiten die het mensen mogelijk maken om mee te doen in de samenleving. Dat kan bijvoorbeeld met vrijwilligerswerk en mantelzorg, maar ook met goede informatie en advies, opvoedingsondersteuning en huishoudelijke hulp. Het begrip maatschappelijke ondersteuning is in de Wmo verwoord in negen prestatievelden. Het ministerie van VWS geeft de kaders aan waarbinnen elke gemeente haar eigen beleid kan maken. Een beleid dat afgestemd is op de wensen en samenstelling van de inwoners. De invoering van een nieuwe wet gaat gepaard met een veelheid aan veranderingen. Veranderingen in organisatie, processen en informatiehuishouding. De benchmark Wmo kan daarbij een hulpmiddel zijn. Een van de ideeën achter de Wmo is dat de gemeente bij uitstek in staat is om lokaal maatwerk te leveren, en de burgers die dat nodig hebben de juiste ondersteuning te bieden. Dit lijkt op gespannen voet te staan met benchmarken, de lokale situaties verschillen immers. Daarom zal het bij deze benchmark Wmo niet altijd mogelijk zijn een waardeoordeel aan een bepaalde prestatie te hangen; de waarde van de prestatie is immers afhankelijk van de lokale keuzes. Het neemt niet weg dat de gemeente er belang bij heeft de eigen prestaties in beeld te hebben en zich af te vragen of verschillen inderdaad het gevolg zijn van verschillen in lokale situaties. De benchmark Wmo draagt bij aan het verkrijgen van inzicht in de prestaties van de eigen gemeente en biedt de mogelijkheid om te leren van andere gemeenten. In deze rapportage toont de benchmarkorganisatie u de resultaten van de gegevens die u samen met de andere deelnemers hebt aangeleverd. De rapportage is het vertrekpunt om het verhaal achter de cijfers in uw gemeente boven tafel te krijgen. Natuurlijk is het interessant om de prestaties van uw gemeente te kunnen vergelijken met die van andere gemeenten. Belangrijker echter is om naar aanleiding van de verschillen op zoek te gaan naar verbetermogelijkheden in uw eigen organisatie en goede voorbeelden bij andere. Gemeenten kunnen van elkaar leren door zogenaamde good practices te identificeren en als voorbeeld te gebruiken. Naast leren door vergelijken stelt de benchmark u in staat om te voldoen aan de verplichting tot horizontale verantwoording, zoals neergelegd in artikel 9 lid 1. De basisbenchmark Wmo biedt op hoofdlijnen een Wmo-breed beeld van uw gemeente over alle prestatievelden heen. Voor verdieping van bepaalde onderdelen biedt SGBO verdiepingsmodules aan. Op dit moment zijn dat de modules Algemene en individuele Voorzieningen, Hulp bij het huishouden, Mantelzorg- en vrijwilligersbeleid, Sturen met subsidies, Sociale samenhang en leefbaarheid en Prestatievelden 7, 8 en 9 Elk model is een vereenvoudiging van de werkelijkheid. Dat geldt ook voor de benchmark Wmo. De resultaten zijn een indicatie voor de keuzen en prestaties van de gemeente op het Wmo-terrein en dienen als zodanig te worden beschouwd.

BENCHMARK WMO RAPPORT MANTELZORG GEMEENTE GOUDA Gemeente Gouda heeft in 2008 samen met 68 andere gemeenten deelgenomen aan de module mantelzorg van de benchmark Wmo. In deze module is informatie verzameld over mantelzorgbeleid. Dit rapport geeft een beknopt overzicht van de uitkomsten van de module mantelzorg voor uw gemeente. De gegevens van uw gemeente worden in dit rapport afgezet tegen het benchmarkgemiddelde 1. De vragen over beleid hebben betrekking op de situatie in 2008, uitgaven en aantallen gaan over 2007. BENCHMARKING Benchmarking is het vergelijken van organisaties. Voor deze vergelijking hebben alle benchmarkdeelnemers een vragenlijst beantwoord. De vragenlijst bevat zowel vragen naar kwantitatieve gegevens (aantallen en uitgaven) als naar kwalitatieve gegevens (beleidskeuzes, organisatie- en uitvoeringsaspecten). De kernindicatoren dienen als indicatoren voor een complexe en snel veranderende werkelijkheid. Ook de uitkomsten zelf moet u met de nodige voorzichtigheid benaderen. Het is bijvoorbeeld vaak niet mogelijk om een waardeoordeel te geven, zonder hierin het verhaal achter de cijfers te betrekken. Op het gebied van mantelzorgbeleid was het dit jaar voor veel gemeenten moeilijk om eenduidige cijfers te leveren. Niettemin kunt u op hoofdlijnen conclusies trekken. RAPPORTAGE Het rapport is ingedeeld volgens het Oog op verbetering, het benchmarkmodel van SGBO. Dit model maakt duidelijk op welke onderdelen van de beleidscyclus u wellicht moet bijsturen. Achtereenvolgens gaat het om indicatoren die iets zeggen over het gemeentelijk Beleid, indicatoren die de wijze van Organisatie weergeven en indicatoren over de Uitvoering. WEERGAVE De resultaten zijn weergegeven in staafdiagrammen en radarplots. In de staafdiagrammen kunt u per indicator de score van uw eigen gemeente zien (de rode staaf rechts) en het benchmarkgemiddelde. De radarplots ogen als een soort spinnenweb. Met deze figuur wordt voor verschillende aspecten inzichtelijk gemaakt of uw gemeente onder of boven het benchmarkgemiddelde scoort. De 100 lijn in het midden is het gemiddelde niveau van de benchmarkgemeenten. De dikke lijn geeft de resultaten van uw gemeente weer. Wanneer de dikke lijn dichter bij de binnenkant van het spinnenweb (binnen de 100 lijn) ligt dan scoort uw gemeente onder het gemiddelde. Wanneer de dikke lijn zich meer aan de buitenkant bevindt (buiten de 100 lijn) dan scoort uw gemeente boven het gemiddelde. De cijfers in de figuur geven aan op welk niveau van het gemiddelde uw gemeente zit. 1 Het benchmarkgemiddelde is het gemiddelde van alle gemeenten die in 2008 hebben deelgenomen en gegevens hebben aangeleverd. Dit zijn 68 gemeenten. 1

MANTELZORG BELEID MANTELZORG De ondersteuning aan mantelzorgers verschilt van gemeente tot gemeente. Sommige gemeenten hebben een breed pakket aan ondersteuningsmogelijkheden en ontwikkelen nieuw beleid gericht op de ondersteuning aan moeilijk te bereiken groepen, zoals jonge mantelzorgers. Andere gemeenten hebben nog nauwelijks ondersteuning en richten zich daarom op het uitbreiden van het ondersteuningsaanbod. Ook de manier waarop beleid wordt ontwikkeld kan verschillen: Hoeveel organisaties betrekt de gemeente en wat is hun rol? In figuur 1 is weergegeven op welk doel het gemeentelijk beleid is gericht: op ondersteuning van mantelzorgers, bevordering van mantelzorg en/of het zorgen voor samenhang met betaalde zorg. Hoe verder naar buiten uw gemeente scoort hoe meer het beleid op dat aspect gericht is. Indien de dikke lijn boven de 100 lijn ligt, richt uw gemeente het beleid meer op dit aspect dan de andere benchmarkgemeenten. FIGUUR 1: DOEL VAN BELEID (VRAAG 1) 2

Bij het maken van beleid is het belangrijk zicht te hebben op het beleidsterrein. Om hoeveel mensen gaat het? Welke ondersteuning hebben ze nodig? Hoeveel gebruik wordt er gemaakt van de ondersteuning? Sommige gemeenten kunnen deze vragen nauwkeurig beantwoorden. In andere gemeenten is men nog bezig de informatie over mantelzorgers op orde te krijgen. Figuur 2 laat zien in hoeverre gemeenten zicht hebben op het thema mantelzorg. Een score van 1 betekent weinig zicht en een score 10 staat voor goed zicht. FIGUUR 2: ZICHT OP THEMA MANTELZORG (VRAAG 5) Bij het opstellen van het mantelzorgbeleid is één van de keuzes of het beleid wel of niet gericht dient te zijn op specifieke doelgroepen. Binnen de Benchmark richt 60% zich wel op specifieke doelgroepen. In uw gemeente is dit wel het geval. 3

ORGANISATIE MANTELZORG Ondersteuning aan mantelzorg is heel divers. In grote lijnen kan onderscheid worden gemaakt tussen: Informatie en advies. Dan gaat het om inhoudelijke en emotionele ondersteuning (bijvoorbeeld themabijeenkomsten, informatie of een speciale website). Praktische ondersteuning (bijvoorbeeld respijtzorg en maaltijdvoorzieningen). Arbeid en zorg (bijvoorbeeld afstemming met reïntegratie, stimuleren maatregelen door werkgevers) Financiële en materiële steun (bijvoorbeeld woningaanpassing ten behoeve van mantelzorgverlening, parkeerkaart mantelzorger). Overig: hieronder vallen aspecten als erkenning en inspraak. Aan gemeenten is over een groot aantal voorzieningen gevraagd of de betreffende ondersteuning wordt geleverd. Figuur 3 laat zien in hoeverre de verschillende typen van ondersteuning worden geboden. Een score ver naar buiten betekent dat relatief veel voorzieningen geboden worden met betrokkenheid van de gemeente. FIGUUR 3: ONDERSTEUNING MANTELZORG (VRAAG 7) 4

UITVOERING MANTELZORG Op dit moment richten veel gemeenten zich onder meer op het bereiken van de mantelzorgers: hoe zorgen we dat die mantelzorgers die ondersteuning nodig hebben ons weten te vinden? Om hiervan een indicatie te krijgen is gevraagd hoeveel mantelzorgers informatie of advies hebben ingewonnen bij het steunpunt mantelzorg. Figuur 4 laat het aantal vragen per 1.000 inwoners in 2007 zien. FIGUUR 4: AANTAL INFORMATIE/ADVIES VRAGEN BIJ HET STEUNPUNT PER 1.000 INWONERS (2007) (VRAAG 9) UITGAVEN MANTELZORG De uitgaven aan mantelzorg verschillen per gemeente. In de ene gemeente krijgt mantelzorg meer aandacht dan in de andere. Soms zijn uitgaven aan mantelzorg niet geëxpliciteerd. In de benchmark is gevraagd naar de uitgaven aan mantelzorg in 2007. Het gaat daarbij om gelden die direct aan ondersteuning aan mantelzorg worden uitgegeven. Dus niet subsidies voor vrijwilligerswerk die verweven zijn in projectsubsidies. Ook de gemeentelijke formatie is buiten beschouwing gelaten. Het gaat bijvoorbeeld om uitgaven voor het steunpunt mantelzorg, projecten in het kader van de voormalige CVTM-regeling, dag van de mantelzorg en dergelijke. FIGUUR 5: UITGAVEN MANTELZORG PER 1000 INWONERS (2007) (VRAAG 11) 5

BIJLAGE 1: RESULTATENOVERZICHT Kolom 1 geeft de vragen weer die gesteld zijn in de vragenlijst. Kolom 2 geeft aan in welke figuur deze vraag terug te vinden is. Kolom 3 geeft de antwoorden van uw gemeente weer en kolom 4 geeft de gemiddelden van de benchmark weer. De gegevens in de bijlage zijn niet rechtstreeks terug te vinden in de figuren in het rapport; hierin staan combinaties van verschillende vragen. Vraag Figuur Uw gemeente Benchmarkgemiddelde 1. Welke doelen heeft de gemeente geformuleerd in haar huidige mantelzorgbeleid? 1 Ondersteuning mantelzorgers Voorkomen van overbelasting Ja 97 % ja Maatschappelijke participatie vergroten Nee 63 % ja Bevorderen mantelzorg Bekendheid geven aan belang Ja 82 % ja Mantelzorgers stimuleren door ondersteuning Ja 87 % ja Goede randvoorwaarden creëren Ja 87 % ja Samenhang met betaalde zorg Beroep op individuele Wmovoorzieningen verminderen Nee 23 % ja Afstemming met AWBZ verbeteren Nee 25 % ja 2. Hoe wordt in de Wmo het begrip gebruikelijke zorg gehanteerd? Conform protocol gebruikelijk zorg Ja 82 % ja Minder strikt dan protocol Nee 16 % ja Strikter dan protocol Nee 0 % ja Anders Nee 2 % ja 6

Vraag FIGUUR Uw gemeente Benchmarkgemiddelde 3. wordt bij hulpvragen die bij de gemeente binnenkomen gekeken naar eventuele ondersteuning van mantelzorgers? Bij (bijna) alle loketten Nee 21 % ja Bij Wmo-loket Nee 70 % ja Bij individuele voorzieningen Ja 5 % ja Nee Nee 5 % ja 4(a). Zijn er in het beleid doelgroepen die specifieke aandacht krijgen? Ja 60 % ja Aantal doelgroepen 3 4 5. Heeft u zicht op het thema mantelzorg in uw gemeente? Aantal mantelzorgers met ondersteuningsbehoefte 2 Deels 24 % ja Aard ondersteuningsbehoefte Deels 32 % ja Gebruik ondersteuning door mantelzorgers Deels 43 % ja 6. Op welke wijze is beleid op het terrein van mantelzorg vastgelegd? In specifieke nota Ja 53 % met optie 2 en/of 3 Als aandachtspunt in andere nota Niet bekend 32 % met optie 4 en/of 5 In Wmo beleidsplan Niet bekend 98 % ja als optie 6 7

Vraag Figuur Uw gemeente Benchmarkgemiddelde 7. Welke ondersteuning en/of faciliteiten biedt de gemeente voor mantelzorgers? Informatie, advies, emotionele en educatieve steun (informatie, gemeentelijk loket, themabijeenkomsten, mantelzorgmakelaar) Respijtzorg, praktische hulp (klussendiensten, maaltijdvoorziening, boodschappendienst, vrijwillige thuishulp, logeervoorziening, oppas, toeleiding respijtzorg via loket) Arbeid en zorg (werkgevers stimuleren, afstemming met reïntegratie WWB) Materiele en financiele steun (afstemming hulpmiddelen, woningaanpassing, mantelzorgwoning, vervoerskostenvergoeding, beperken eigen bijdrage, tegemoetkoming kosten) (h)erkenning, samenhang, samenwerking (afstemming hulpverleners en mantelzorgers, relatie met zorgvrijwilligers, wegwerken wachtlijsten) Inspraak (platform mantelzorg, mantelzorgpanel) Overig (activeren hulpbehoevende, respijtzorg thuis, buitenshuis, kinderopvang, cursussen, faciliteiten als kortingspassen, vrijstelling sollicitatieplicht, lotgenotencontact, nazorg, begeleiding, ontspanningsactiviteiten) 3 50 % ja 76 % ja 43 % ja 56 % ja 0 % ja 28 % ja 0 % ja 30 % ja 0 % ja 49 % ja 0 % ja 74 % ja 55 % ja 51 % ja 8. Wie zijn uw samenwerkingspartners? (steunpunt mantelzorg, vrijwillige thuishulp, buddy/vriendendienstenorganisatie, belangenbehartigende organisaties, Wmo-loket, welzijns- en zorginstellingen, Wmo-raad, andere gemeenten, provincie, ouderenorganisaties, anders) Structureel 27 % gemeente 56 % gemeente Incidenteel 27 % gemeente 26 % gemeente Geen 27 % gemeente 21 % gemeente 9. Hoeveel mensen zijn in 2007 bereikt via het steunpunt mantelzorg? Aantal vragen per informatie en advies bij steunpunt Aantal deelnemers aan groepsbijeenkomsten Aantal informatievragen rondom mantelzorg via het Wmo-loket 4 Onbekend Onbekend Onbekend 8 per 1000 inwoners 5 per 1000 inwoners 2 per 1000 inwoners 10. Hoe oordelen mantelzorgers over de ondersteuning? Onbekend 51 %goed,voldoende 11. Wat waren de uitgaven voor de ondersteuning van mantelzorg in 2007? 5 Onbekend 1751 euro per 1000 inwoners 8

BIJLAGE 2: ONDERBOUWING FIGUREN FIGUUR 1 De scores zijn gebaseerd op de antwoorden op de vraag Welke doelen heeft de gemeente geformuleerd in haar huidige mantelzorgbeleid? (vraag 1). De vraag is opgesplitst in drie categorieën: ondersteuning mantelzorgers, bevorderen mantelzorg en samenhang met betaalde zorg. Per categorie wordt op basis van de onderliggende vragen de gemiddelde categoriescore berekend. Een hoofddoel levert 1 punt op, een nevendoel 0,5 en geen doel 0 punten. FIGUUR 2 De score is gebaseerd op de antwoorden op de vraag Heeft u zicht op het thema mantelzorg in uw gemeente? (vraag 5). De vraag is opgesplitst in drie deelvragen. Wanneer het antwoord op een deelvraag ja is, worden 2 punten toegekend, bij deels 1 punt en bij nee geen punten. De scores per vraag worden vervolgens bij elkaar opgeteld en vermenigvuldigd met 10/6, het resultaat is de eindscore (maximaal 10). FIGUUR 3 De scores zijn gebaseerd op de vraag Welke ondersteuning en/of faciliteiten biedt de gemeente voor mantelzorgers? (vraag 7). De vraag is opgesplitst in categorieën: - informatie, advies, emotionele en educatieve steun - arbeid en zorg - (h)erkenning, samenhang, samenwerking - inspraak - respijtzorg, praktische hulp - materiële en financiële steun - overig Per categorie wordt op basis van de onderliggende vragen de gemiddelde categoriescore berekend. Een hoofddoel levert 1 punt op, een nevendoel 0,5 en geen doel 0 punten. FIGUUR 4 De score vertegenwoordigt het aantal informatie en adviesvragen bij het steunpunt mantelzorg (vraag 9, eerste categorie), per 1000 inwoners. FIGUUR 5 De score vertegenwoordigt de uitgaven voor ondersteuning van mantelzorg in 2007 (vraag 11), per 1000 inwoners. 9

OVER SGBO Begonnen in 1964 als een onderzoeksbureau van de VNG, zijn wij na onze verzelfstandiging in 2001 uitgegroeid tot een veelzijdige one-stop-shop, waar u voor alle aspecten van uw bestuurs- en organisatievraagstukken terechtkunt. Met ruim vijfenveertig zeer professionele adviseurs en onderzoekers kunnen wij die veelzijdigheid ook waarmaken. Per 1 januari 2008 maakt SGBO onderdeel uit van de BMC groep. Vertrouwen van de burger vormt het fundament van de publieke zaak. Vanuit deze visie biedt SGBO daarom aan gemeenten, provincies, waterschappen, ministeries en non-profitinstellingen al vele jaren actuele hulpmiddelen voor goed en betrouwbaar bestuur: gedegen onderzoeken, scherpe analyses, geïnspireerde beleidsadviezen en efficiënte implementatie van uw beleid. Hiermee kunt u zich steeds weer optimaal tegenover de burger verantwoorden. Wij kunnen u van dienst zijn op alle beleidsterreinen waar het openbaar bestuur mee te maken heeft: werk en inkomen, organisatie en kwaliteit, bestuur, gebiedsontwikkeling, Wmo, wonen en zorg, veiligheid, maatschappelijke ontwikkeling en jeugd & onderwijs. Onze organisatie kent specialisten op elk van deze terreinen. Per opdracht wordt een team van de geschiktste personen samengesteld. Onze mensen hebben een grote kennis van processen binnen overheidsorganisaties en een goed gevoel voor politieke verhoudingen. Het helpen creëren van draagvlak voor uw plannen zien wij dan ook als een onderdeel van ons vak. Toch zijn wij genoeg buitenstaander om u een frisse blik te kunnen leveren. We werken altijd vanuit een visie op het grote geheel, maar landen graag zo snel mogelijk weer op vaste grond met concrete oplossingen en resultaten. Wij vinden het werk van het openbaar bestuur van grote waarde. Daaraan te mogen meewerken zien wij als een voorrecht voor alle betrokkenen. Die overtuiging ziet u terug in onze hele bedrijfsvoering, waarin integriteit, transparantie, duurzaamheid en onafhankelijkheid zijn gewaarborgd. Die overtuiging ziet u overigens ook terug in onze tarieven. Natuurlijk, wij zijn een commercieel bedrijf, maar wij houden daarbij de verhouding tussen beloning en resultaat altijd scherp in de gaten. Het inschakelen van externen voor de publieke zaak wordt nu eenmaal heel kritisch bekeken. En terecht!