Kennisstromen in het MKB. Inzicht op basis van een MKB-kennisinput/outputtabel. dr. Y.M. Prince en T. Span MSc

Vergelijkbare documenten
Stemming onder ondernemers in het MKB

Financieringsproblemen in de binnenvaart

ISBN :

Bijdrage van buitenlandse werknemers aan innovatie in het MKB. drs. A. Bruins T. Span MSc drs. P. Gibcus

MKB Rating: smaakt naar meer Onderzoek naar bekendheid en gebruik van ratings door MKB-bedrijven

Vertrouwen in eigen bedrijf keldert Ondernemersvertrouwen door de jaren heen

MKB-index april 2017

Een innovatieve blik op de toekomst. Verwachtingen van het innovatieve mkb

Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Fryslân

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zeeland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Gelderland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Drenthe

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Zuid-Holland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Limburg

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Flevoland

Personeelsmonitor Provincies. Benchmarkrapport Provincie Noord-Holland

BNA Conjunctuurmeting

Topsectoren in beeld Ontwikkelingen van de innovativiteit van de topsectoren

Benchmark klanten Qredits

Omvang en prestaties van het MKB in de topsectoren

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Universiteit van Amsterdam, INTT

Innovatie in het MKB Ontwikkelingen in de periode

De stand van Mediation in Nederland

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Kunnen MKB-ondernemers de weg nog vinden? Veranderingen in de sociale zekerheid

Wat drijft MKB-ondernemers?

Ergernissen van ondernemers in het MKB Minirapportage

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen

De Watersector Exportindex (WEX)

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Accessio Inburgering

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2014 en 2015

Kengetallen ondernemerschap

Conjunctuurpeiling BNA Voorjaar 2015

Tevredenheidsonderzoek Fox AOB

Topsectoren in beeld Ontwikkeling van de innovativiteit van de topsectoren in najaar 2012-voorjaar 2013

Belasting over de winst verdeeld naar sector en grootteklasse

Aanscherpingen glijdende schaal. Geschatte resultaten van recente en voorgenomen aanscherpingen. Samenvatting

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Regionaal Autisme Centrum onderdeel Autismewerk.nl

De Watersector Exportindex (WEX)

Tevredenheidsonderzoek Heliomare

Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach organisatie Trace Daelzicht

Bouwers en hun gemeente

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Hogeschool van Amsterdam

Tevredenheidsonderzoek De Opstap, Leerwerktraject van De Kapstok

Zoetermeer, 28 februari 2018

Innovatie in het MKB in Noord-Nederland

Uitgevoerd in opdracht van. Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2013 Provincies

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek 2014 / De Nieuwe Werkgever

Conjunctuurpeiling BNA. Voorjaar René Vogels

Tevredenheidsonderzoek 2012 / A&P Partners

Kostenontwikkeling binnenvaart 2015 en raming 2016

Innovatie in het MKB. Ontwikkelingen in de periode A. Ruis

Tevredenheidsonderzoek ROC De Leijgraaf

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek. ROC Drenthe College meetperiode: 1 januari 2018 tot en met 31 december 2018 Definitief rapport

Cliëntenaudit Bureau ABC

Tevredenheidsonderzoek AM Werk Reïntegratie BV

Tevredenheidsonderzoek Jobcoach Company

Tevredenheidsonderzoek Nieuwland Opleidingen B.V.

De innovativiteit van het MKB in 2013

Tevredenheidsonderzoek 2015 ROC A12

Tevredenheidsonderzoek Twintaal Trainingen

Tevredenheidsonderzoek 2015 / 2016 BABEL

Tevredenheidsonderzoek totaal inburgering bv

Tevredenheidsonderzoek 2014 / Stichting VluchtelingenWerk Zuidwest Nederland

Tevredenheidsonderzoek 2010 / Olympia uitzendbureau

Tevredenheidsonderzoek 2015 / TAMA TalentCentrum

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Fontys Hogescholen - Talencentrum

Tevredenheidsonderzoek ROC Kop van Noord-Holland bedrijfsopleidingen

De oudere starter in Nederland Quick Service

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Piblw-Reïntegratie BV.

Tevredenheidsonderzoek Stap.nu Reïntegratie & Counseling

Tevredenheidsonderzoek ROC Alfa-college, unit Educatie

Exportontwikkeling van het industriële MKB

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Pappenheim Re-integratie en Outplacement

Tevredenheidsonderzoek Friesland College, FC-Extra,School voor Volwasseneneducatie

Tevredenheidsonderzoek Rijn IJssel, Educatie & Integratie

Van goede naar betere dienstverlening. Tevredenheids- en behoefteonderzoek voor het Vervangingsfonds en Participatiefonds

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren Landstede

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurpeiling voorjaar Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten

Brancheonderzoek BNA. Conjunctuurmeting oktober Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Bouwkunst Bond van Nederlandse Architecten

Tevredenheidsonderzoek STE Languages

MKB en ontslagrecht. Verwachtingen over effecten van aanstaande wijzigingen

Gebruik van datasets programmaonderzoek in 2012

Tevredenheidsonderzoek Wajong Talenten B.V.

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Mondriaan

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Profunda Loopbaancoaching

Tevredenheidsonderzoek. Succes2gether.B.V meetperiode: 1 april 2018 tot en met 31 maart 2019 Definitief rapport

Tevredenheidsonderzoek Dienst inburgeren ROC Midden Nederland Participatieopleidingen

Tevredenheidsonderzoek

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Plan B Loopbaanbegeleiding en re-integratie

Tevredenheidsonderzoek 2015 / Bijstand naar Werk

Transcriptie:

Kennisstromen in het MKB Inzicht op basis van een MKB-kennisinput/outputtabel dr. Y.M. Prince en T. Span MSc Zoetermeer, september 2014

ISBN : 978-90-371-1129-3 Rapportnummer : A201423 Dit onderzoek is gefinancierd door het programmaonderzoek MKB en Ondernemerschap (www.ondernemerschap.nl) De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Panteia. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldigen en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Panteia. Panteia aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. The responsibility for the contents of this report lies with Panteia. Quoting numbers or text in papers, essays and books is permitted only when the source is clearly mentioned. No part of this publication may be copied and/or published in any form or by any means, or stored in a retrieval system, without the prior written permission of Panteia. Panteia does not accept responsibility for printing errors and/or other imperfections.

Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Ontwikkelingsactiviteiten 7 2.1 Percentage bedrijven met ontwikkelingsactiviteiten 7 2.2 Aantal personen betrokken bij ontwikkelingsactiviteiten 7 2.3 Percentage van de tijd besteed aan ontwikkelingsactiviteiten 9 2.4 Aantal mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten 9 3 Gebruik van externe kennis bij vernieuwing 13 3.1 Mate van gebruik van kennis van andere bedrijven 13 3.2 Sectoren waarvan kennis gebruikt wordt 14 3.3 Andere kennispartijen waarvan kennis gebruikt wordt 14 3.4 Geografische locatie waar kennis gehaald wordt 15 4 Kennisstromen 17 4.1 MKB-kennis-input/outputtabel 17 4.2 Per saldo kennisdoorgever of kennisovernemer 20 5 Samenvatting en conclusies 23 Bijlagen 25 Bijlage 1 Sectorafbakening 25 Bijlage 2 Berekening van de MKB-kennis-input/outputtabel 27 3

1 Inleiding Kennis moet stromen Een ontwikkelde economie zoals de Nederlandse moet het in zijn concurrentiekracht in grote mate hebben van kennis en creativiteit. Niet alleen van de kennis die door kennisinstellingen en universiteiten wordt gecreëerd, maar ook die door bedrijven wordt ontwikkeld in het kader van hun product-, proces- en dienstontwikkeling. Het Nederlandse onderwijs- en innovatiebeleid zetten dan ook sterk in op valorisatie van kennis, het tot stand brengen van de circulatie van kennis en het stimuleren van R&Den vernieuwingsactiviteiten van bedrijven. Diverse empirische studies laten immers zien dat de totale kennistoename van R&D-activiteiten groter is dan de private kennistoename bij de partij die de R&D heeft verricht; dit worden kennisspillovers genoemd. De schatting van de omvang kent echter enige variatie al naar gelang de sectoren en toegepaste berekeningsmethode. 1 Kennisstromen in het MKB Over de mate waarin Nederlandse MKB-bedrijven kennis genereren en in welke mate deze kennis naar andere MKB-bedrijven stroomt, is echter nog weinig bekend. In dit rapport wordt hier nader op ingegaan. We stellen op basis van individuele bedrijfsgegevens een zogenoemde MKB-kennis-input/outputtabel op sectorniveau op. Een dergelijke tabel laat zien in welke mate en hoe de kennisstromen in het MKB hun weg vinden, ofwel hoe kennis in het MKB met elkaar verbonden is. Op die manier blijkt het belang van kennisopbouw in de ene sector voor de andere sector. De inzichten uit dit rapport kunnen van nut zijn voor diverse beleidsmakers die zich bezighouden met de stimulering van R&D, innovatie, kenniscirculatie en valorisatie van kennis, zoals het ministerie van EZ, het ministerie van OCW, RVO.nl, de Kamer van Koophandel (voorheen ook Syntens), en diverse koepel- en brancheorganisaties. Er kan immers geconcludeerd worden dat de stimulering van vernieuwingen in de ene sector kan leiden tot meer vernieuwingen in de andere sector. Dit inzicht zou kunnen leiden tot vernieuwende beleidsinzichten op het gebied van innovatiestimulering. Gebruikte gegevens In de zomer van 2013 is met behulp van het MKB-Beleidspanel informatie verzameld over de ontwikkelingsactiviteiten van bedrijven, en de mate waarin door de bedrijven bij vernieuwingsactiviteiten kennis van andere partijen wordt gebruikt. In totaal hebben 1.901 bedrijven (waarvoor de sector bekend was) met 1-249 werkzame personen meegedaan aan de telefonische enquête. In de analyse en rapportage worden vijftien sectoren onderscheiden: zie Bijlage 1 voor de sectorafbakening. Aannames Om de kennisstromen in kaart te brengen wordt gebruikgemaakt van een zogenoemde kennis-input-outputtabel in mensjaren. 2 Om een dergelijke tabel op te kunnen stellen zijn drie veronderstellingen gemaakt. Ten eerste wordt verondersteld dat product- en dienstgerichte ontwikkelingsactiviteiten gedaan in sector Y voor een deel ten goede komen aan de bedrijven in sector X indien bedrijven uit sector X bij het verrichten van 1 Zie voor enkele overzichtsstudies: Zvi Griliches (1998), The search for R&D spillovers, in: R&D productivity: the econometric evidence, University of Chicago Press, 251-268; Ishaq Nadiri (1993), Innovations and technological spillovers, NBER Working Paper No. 4423; Adam B. Jaffe (1996), Economic analysis of research spillovers. Implications for the Advanced Technology Program (ATP), ATP. 2 Een dergelijke analyse is eerder uitgevoerd voor de sectoren in de maritieme cluster, zie hoofdstuk 5 in: Y.M. Prince et al. (2000), De innovativiteit van de Nederlandse maritieme cluster, Nederland Maritiem Land, Delft University Press, Delft. 5

hun vernieuwingsactiviteiten kennis gebruiken uit sector Y. En dat dat niet geldt voor procesgerichte vernieuwingsinspanningen, ofwel dat deze volledig ten goede komen aan het eigen productieproces en derhalve aan het eigen bedrijf. Ten tweede wordt verondersteld dat ieder bedrijf in dezelfde mate kennis gebruikt van andere bedrijven. De mate van kennisgebruik wordt namelijk gemeten aan de hand van het percentage (en niet de intensiteit waarmee) bedrijven uit sector X dat kennis van bedrijven uit sector Y gebruikt. Ten derde wordt een soort gesloten economie van het MKB verondersteld: de opgebouwde kennis stroomt naar het MKB, en het MKB maakt gebruik van kennis van andere MKB-bedrijven. In praktijk zal ook kennis naar het grootbedrijf toestromen, en zal bij vernieuwingsactiviteiten ook kennis van het grootbedrijf gebruikt worden. Het aantal grote bedrijven is echter vele malen kleiner dan het aantal MKB-bedrijven (meer dan 99% van de bedrijven in Nederland behoort tot het MKB). De gepresenteerde gegevens moeten daarom gezien worden als goede indicaties van de werkelijkheid. Leeswijzer Hoofdstuk 2 geeft inzicht in de mate waarin door MKB-bedrijven kennis wordt opgebouwd bij de ontwikkeling van nieuwe of verbeterde producten of diensten ofwel bij ontwikkelingsactiviteiten. Vervolgens laat hoofdstuk 3 zien in welke mate er bij vernieuwingsactiviteiten door MKB-bedrijven gebruikgemaakt wordt van kennis van andere partijen. Vervolgens presenteert en beschrijft hoofdstuk 4 de MKB-kennisinput/outputtabel en de kennisstromen tussen de diverse sectoren. Tot slot bevat hoofdstuk 5 de samenvatting en conclusies. 6

2 Ontwikkelingsactiviteiten Dit hoofdstuk gaat in op de ontwikkelingsactiviteiten van het Nederlandse MKB, en van het MKB in de onderscheiden vijftien sectoren. Het betreft de tijd die in het Nederlandse MKB besteed wordt aan ontwikkelingsactiviteiten. Deze tijd wordt bepaald aan de hand van de volgende drie aspecten: 1. Het percentage bedrijven dat nieuwe of verbeterde producten of diensten heeft ontwikkeld. 2. Het aantal personen dat in die bedrijven bij dergelijke ontwikkelingsactiviteiten betrokken was. 3. Het percentage van de tijd dat deze personen aan deze ontwikkelingsactiviteiten besteed hebben. Deze drie aspecten komen achtereenvolgens aan bod in de volgende paragrafen, waarna ingegaan wordt op het gemiddelde aantal mensjaren dat door het MKB, en in de onderscheiden sectoren, besteed wordt aan ontwikkelingsactiviteiten. Dit aantal mensjaren kan gezien worden als de mate waarin in het MKB in de diverse sectoren kennis wordt opgebouwd. 2.1 Percentage bedrijven met ontwikkelingsactiviteiten MKB: 27% ontwikkelde nieuwe of verbeterde producten of diensten In het Nederlandse MKB met 1-249 werkzame personen heeft in een jaar tijd iets meer dan een kwart (27%) van de bedrijven nieuwe of verbeterde producten of diensten ontwikkeld. 3 Zie figuur 2.1 waarin ook de verschillende sectoren worden onderscheiden. Zoals gebruikelijk scoort de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie hoog als het gaat om de ontwikkeling van nieuwe of verbeterde producten of diensten. De bouw en de autosector laten relatief lage percentages zien. 2.2 Aantal personen betrokken bij ontwikkelingsactiviteiten Gemiddeld zijn drie personen betrokken bij de ontwikkelingsactiviteiten De bedrijven die aangaven nieuwe of verbeterde producten of diensten te hebben ontwikkeld, is vervolgens gevraagd hoeveel personen binnen het bedrijf daar bij betrokken waren. Gemiddeld zijn dat drie personen per MKB-bedrijf. Figuur 2.2 presenteert de resultaten voor de onderscheiden sectoren: het aantal personen dat betrokken is bij de ontwikkelingsactiviteiten varieert van gemiddeld 2 personen in de verhuur en exploitatie onroerend goed tot 5 personen per MKB-bedrijf in de autosector. 3 In het voorjaar 2013 gaf 38% van de bedrijven in het MKB-Beleidspanel aan in de afgelopen drie jaar nieuwe producten of diensten te hebben geïntroduceerd. Zie: S.T. Doove en Y.M. Prince (2013), De innovativiteit van het MKB in 2013, Panteia, Zoetermeer. Omdat het hier één jaar betreft ligt het percentage naar verwachting lager. Overigens is er ook nog een verschil tussen ontwikkelen en introduceren, en tussen verbeterde en nieuwe producten of diensten, hetgeen qua hoogte van het percentage juist weer de andere kant op werkt. De indicatoren zijn dus niet goed vergelijkbaar. 7

figuur 2.1 Percentage MKB-bedrijven dat nieuwe of verbeterde producten of diensten heeft ontwikkeld, naar sector en voor totaal 0% 20% 40% 60% 80% voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 53% 30% 23% 10% 13% 44% 23% 20% 17% 37% 26% 26% 36% 25% 68% totaal 27% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 figuur 2.2 Gemiddeld aantal personen betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe of verbeterde producten of diensten per MKB-bedrijf, naar sector en voor totaal 0 1 2 3 4 5 6 voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 2,2 3,7 3,4 3,0 2,7 2,4 2,9 4,4 4,1 3,1 2,5 2,0 2,9 3,7 5,0 totaal 3,0 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 8

2.3 Percentage van de tijd besteed aan ontwikkelingsactiviteiten Betrokkenen besteden gemiddeld bijna een kwart van hun tijd aan ontwikkelingsactiviteiten De personen die betrokken zijn bij ontwikkelingsactiviteiten besteden daar lang niet altijd hun volledige werktijd aan. Gemiddeld stoppen de betrokkenen in het MKB bijna een kwart (23%) van hun tijd in ontwikkelingsactiviteiten. Figuur 2.3 laat de tijdsbesteding in de diverse sectoren zien. In de metaalindustrie (31%), autosector (34%) en communicatie (35%) wordt relatief veel tijd door de betrokken personen in ontwikkelingsactiviteiten gestopt. Daarentegen betreft het in de sectoren horeca, voedings- en genotmiddelenindustrie, en verhuur en exploitatie van onroerend goed een relatief klein deel van hun tijd (12-13%). figuur 2.3 Percentage van de tijd die de betreffende personen aan ontwikkelingsactiviteiten besteden, naar sector en voor totaal 0% 10% 20% 30% 40% voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 12% 17% 19% 23% 19% 13% 22% 12% 23% 17% 31% 29% 34% 35% 29% totaal 23% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 2.4 Aantal mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten Ongewogen: bijna één vijfde mensjaar per MKB -bedrijf besteed Combinatie van de drie voorgaande gegevens levert zicht op het ongewogen gemiddelde aantal mensjaren dat per MKB-bedrijf aan ontwikkelingsactiviteiten wordt besteed. In totaal betreft het in het MKB gemiddeld 0,19 mensjaar per bedrijf. Figuur 2.4 laat de resultaten voor de onderscheiden sectoren zien. Gewogen: er wordt 0,08 mensjaar per MKB-bedrijf besteed Aangezien zowel het percentage bedrijven met ontwikkelingsactiviteiten, als het aantal personen dat daarbij betrokken is, als het percentage van de tijd dat door hen daaraan wordt besteed toeneemt met de grootteklasse, is het beter om een gewogen 9

gemiddelde 4 te hanteren: zie figuur 2.5. Het gewogen gemiddelde aantal mensjaren per MKB-bedrijf dat aan ontwikkelingsactiviteiten wordt besteed is 0,08. Stel dat een mensjaar uit 220 werkzame dagen bestaat, dan komt dat neer op circa 18 dagen per jaar. Omdat er veel meer kleinere MKB-bedrijven dan grotere zijn, ligt het gewogen gemiddelde ruim lager dan het ongewogen gemiddelde. Per sector doen zich grote verschillen voor. Niet alleen als we het ongewogen en gewogen gemiddelde per MKB-bedrijf bekijken, maar ook tussen de sectoren an sich. Enerzijds is er een sector met relatief veel grotere MKB-bedrijven, waardoor het gewogen gemiddelde groter is dan het ongewogen gemiddelde; het betreft de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie. Anderzijds bestaan de meeste sectoren uit relatief veel kleinere MKB-bedrijven, waardoor het gewogen gemiddelde kleiner is dan het ongewogen gemiddelde (zie bijvoorbeeld de autosector of de communicatiesector waar dit goed zichtbaar is). figuur 2.4 Gemiddeld aantal mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten per MKB-bedrijf, naar sector en voor totaal, ongewogen 0,0 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 0,14 0,20 0,05 0,22 0,24 0,13 0,11 0,15 0,19 0,06 0,24 0,16 0,34 0,39 0,40 totaal 0,19 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 4 Er is gewogen naar drie grootteklassen: 1 t/m 9 werkzame personen, 10 t/m 49 werkzame personen en 50 t/m 249 werkzame personen. In hoofdstuk 4 is bij de berekening van de MKB-kennis-input/outputtabel rekening gehouden met de grootteklasseverschillen en wordt een gewogen totaal aantal mensjaren gepresenteerd. 10

figuur 2.5 Gemiddeld aantal mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten per MKB-bedrijf, naar sector en voor totaal, gewogen naar grootteklasse 0,0 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 0,12 0,13 0,01 0,03 0,09 0,07 0,05 0,15 0,10 0,12 0,05 0,08 0,10 0,25 0,48 totaal 0,08 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 Chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie en metaalindustrie besteden per MKB -bedrijf veel tijd aan ontwikkelingsactiviteiten Figuur 2.5 laat zien dat het aantal mensjaren dat gemiddeld per MKB-bedrijf (gewogen naar grootteklasse) besteed wordt aan ontwikkelingsactiviteiten enorm verschilt tussen de sectoren: van 0,01 tot 0,48 mensjaar. Uitgaande van een mensjaar van 220 werkzame dagen, varieert de inzet voor ontwikkelingsactiviteiten maar liefst van circa 2 tot 106 dagen per jaar per MKB-bedrijf. Zo worden er in de bouw- en autosector gemiddeld per bedrijf relatief weinig ontwikkelingsactiviteiten verricht. In de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie juist relatief veel, gevolgd door de metaalindustrie. In de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie wordt gemiddeld per MKB-bedrijf bijna een half mensjaar aan ontwikkelingsactiviteiten besteed. 11

3 Gebruik van externe kennis bij vernieuwing In totaal heeft meer dan de helft (55%) van de bedrijven in het MKB nieuwe of verbeterde producten ontwikkeld en/of vernieuwingen of verbeteringen in het productieproces doorgevoerd: het eerste is gedaan door 27%, het tweede door 33% van de MKB-bedrijven. Bij deze twee vernieuwingsactiviteiten kan naast eigen kennis ook gebruikgemaakt worden van externe kennis. In dit hoofdstuk geven wij aan in welke mate MKB-bedrijven bij deze twee vernieuwingsactiviteiten kennis gebruiken van andere bedrijven, uit welke sectoren zij die kennis betrekken, van welk soort andere kennispartijen zij gebruikmaken, en waar die kennis geografisch voornamelijk gevonden wordt. 3.1 Mate van gebruik van kennis van andere bedrijven In verhuur en exploitatie onroeren d goed maakt MKB veel gebruik van kennis aanwezig bij andere bedrijven Twee derde van de MKB-bedrijven maakt gebruik van de kennis die aanwezig is bij andere bedrijven om te komen tot vernieuwingen of verbeteringen in hun producten of diensten en/of hun productie- of bedrijfsproces. Zie figuur 3.1. De overige industrie benut deze kennis van andere bedrijven relatief het minst (45%). Daarentegen maakt vrijwel ieder bedrijf (98%) dat actief is in verhuur en exploitatie onroerend goed gebruik van de aanwezige kennis bij andere bedrijven. figuur 3.1 Mate van gebruik van kennis aanwezig bij andere bedrijven, door MKB-bedrijven bij hun vernieuwingsactiviteiten, naar sector en voor totaal, in percentages 0% 20% 40% 60% 80% 100% voeding- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 58% 61% 51% 45% 56% 57% 64% 74% 62% 81% 69% 71% 62% 72% 98% totaal 66% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 13

3.2 Sectoren waarvan kennis gebruikt wordt Kennis uit de diverse sectoren wordt in behoorlijk verschillende mate benut De MKB-bedrijven die bij hun vernieuwingsactiviteiten kennis gebruiken van andere bedrijven, hebben vervolgens aangegeven in welke sectoren 5 deze andere bedrijven actief zijn. Op deze manier kan bepaald worden in welke mate MKB-bedrijven uit welke sectoren kennis benutten: zie figuur 3.2. 6 De diverse sectoren laten als kennisbron voor het MKB een grote variëteit zien. Meer dan de helft van het MKB maakt bij hun vernieuwingsactiviteiten gebruik van kennis van bedrijven die actief zijn in de communicatiesector en zakelijke dienstverlening. Circa een derde van de MKB-bedrijven benut de kennis die aanwezig is bij bedrijven in de groothandel, detailhandel en financiële dienstverlening. Ongeveer een op de vijf bedrijven ontleent kennis aan bedrijven die actief zijn in de metaalindustrie, overige industrie, bouw, en overige dienstverlening. En circa een op de tien bedrijven maakt gebruik van kennis van bedrijven uit de voedings- en genotmiddelenindustrie, chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie, de autosector, horeca, transport, en verhuur en exploitatie onroerende goed. figuur 3.2 Percentage van het MKB dat bij hun vernieuwingsactiviteiten kennis gebruikt van andere bedrijven die actief zijn in de onderstaande sectoren 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. overige industrie bouw autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening 12% 19% 10% 23% 17% 8% 31% 30% 13% 10% 33% 10% 24% 54% 59% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 3.3 Andere kennispartijen waarvan kennis gebruikt wordt Kennis van branche - en koepelorganisaties en gespecialiseerde adviseurs veel benut door het MKB Het Nederlandse MKB maakte niet alleen gebruik van kennis die aanwezig is bij andere bedrijven om tot vernieuwingen of verbeteringen te komen, maar ook van kennis van andere organisaties. Figuur 3.3 laat zien in welke mate dat het geval is. Het meest 5 Daarbij is niet alleen gekeken naar de vijftien onderscheiden sectoren, maar ook naar enkele andere sectoren die niet in de analyse meegenomen zijn. 6 Hierin is ook bevat dat MKB-bedrijven kennis kunnen gebruiken van andere bedrijven uit dezelfde sector. 14

onderwijs- en onderzoeksinstellingen branche- en koepelorganisaties Syntens gespecialiseerde adviseurs overige instanties wordt in het MKB bij het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten en/of vernieuwingen of verbeteringen in het productieproces kennis gebruikt die aanwezig is bij branche- en koepelorganisaties en gespecialiseerde adviseurs. Iets meer dan de helft doet dat, respectievelijk 59% en 56%. Ook een relatief hoog percentage (43%) benut de kennis die aanwezig is bij onderwijs- en onderzoeksinstellingen. Naast overige instanties (28%) wordt de kennis van Syntens door 12% van het MKB benut. figuur 3.3 Mate van gebruik van kennis van andere partijen, door MKB-bedrijven bij hun vernieuwingsactiviteiten, in percentages 70% 60% 59% 56% 50% 40% 30% 43% 28% 20% 10% 12% 0% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 3.4 Geografische locatie waar kennis gehaald wordt MKB haalt k ennis vooral nationaal MKB-bedrijven blijken hun kennis voor vernieuwingen en verbeteringen met name nationaal (44%) te halen, gevolgd door het lokale (23%) en internationale niveau (23%). Het grotere MKB haalt zijn kennis volgens verwachting iets vaker internationaal en iets minder lokaal dan het kleinere MKB; en het kleinere MKB iets minder vaak nationaal. 15

figuur 3.4 Waar halen MKB-bedrijven met name hun kennis voor vernieuwingsactiviteiten vandaan?, in percentages 50% 45% 44% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 23% 23% 10% 8% 5% 2% 0% met name lokaal met name provinciaal met name nationaal met name internationaal weet niet Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 16

4 Kennisstromen In de voorgaande hoofdstukken is achtereenvolgens ingegaan op de mate waarin kennis in het MKB wordt gegenereerd door middel van het verrichten van ontwikkelingsactiviteiten (hoofdstuk 2), en de mate waarin MKB-bedrijven bij hun vernieuwingsactiviteiten kennis gebruiken van andere bedrijven (hoofdstuk 3). In dit hoofdstuk worden deze gegevens aan elkaar gekoppeld. De kennisstromen in het MKB worden in kaart gebracht met behulp van een zogenoemde MKB-kennisinput/outputtabel op sectorniveau. Vervolgens zal vastgesteld worden welk deel van de opgebouwde kennis naar andere sectoren toestroomt, en welke sectoren per saldo meer kennis overnemen van, of juist meer doorgeven aan andere sectoren. 4.1 MKB-kennis-input/outputtabel Tabel 4.1 presenteert hoe de kennis in het Nederlandse MKB van de ene naar de andere sector stroomt. Deze MKB-kennis-input/outputtabel geeft aan in welke mate kennis die in de ene sector bij ontwikkelingsactiviteiten gegenereerd wordt in de andere sector wordt gebruikt bij vernieuwingsactiviteiten. Bijlage 2 beschrijft aan de hand van een voorbeeld hoe deze MKB-kennis-input/outputtabel berekend is. tabel 4.1 MKB-kennis-input/outputtabel in mensjaren 7 ivg ime ich iov bou aut grh det hor trp com fin onr zak ovd totaal ivg 34 39 10 3 20 0 64 74 153 14 4 18 1 90 45 570 ime 5 722 80 220 1.084 461 882 316 72 122 0 226 13 1.140 413 5.756 ich 0 107 34 52 99 42 78 123 3 29 0 118 7 207 201 1.100 iov 23 60 0 156 237 0 308 295 113 64 318 241 107 647 503 3.072 bou 14 49 18 39 379 19 149 61 36 33 0 176 128 227 111 1.437 aut 14 12 21 5 42 184 103 43 2 60 222 2 4 12 93 820 grh 89 100 39 84 589 142 886 1.204 606 157 462 156 13 659 1.450 6.637 det 105 40 0 137 271 130 524 1.652 502 170 244 727 14 589 1.835 6.939 hor 84 0 35 15 83 0 122 268 573 34 203 137 11 353 456 2.374 trp 15 135 7 205 598 306 840 527 18 755 44 186 28 670 452 4.785 com 23 115 26 71 257 61 534 541 247 165 265 892 182 2.234 1.074 6.686 fin 17 182 0 55 662 152 621 880 350 148 310 1.901 406 2.158 1.001 8.841 onr 3 4 0 35 101 20 16 70 131 45 0 356 122 615 157 1.674 zak 73 336 0 98 1.588 149 1.726 1.906 522 501 1.618 3.735 744 9.710 2.851 25.555 ovd 102 177 121 425 1.546 529 1.674 1.534 763 405 136 949 40 3.280 4.228 15.908 totaal 601 2.075 391 1.599 7.557 2.196 8.527 9.493 4.090 2.700 3.827 9.818 1.818 22.591 14.870 92.153 De vette schuine getallen geven aan welke kennis binnen de eigen sector blijft. De rode getallen geven per regel aan welke sectoren er van die sector relatief veel mensjaren aan kennis overnemen. Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 7 Een overzicht van de afkortingen gebruikt in de tabel, de corresponderende sectoren en de gebruikte SBI afbakening is te vinden in Bijlage 1 van deze rapportage. 17

Leeswijzer MKB-kennis-input/outputtabel De tabel dient per rij ofwel horizontaal gelezen te worden. Per sector laat de tabel zien in welke mate de mensjaren die in een sector besteed worden aan ontwikkelingsactiviteiten aan andere sectoren worden doorgegeven. Het rijtotaal betreft het totaal aantal mensjaren dat door een sector aan ontwikkelingsactiviteiten besteed wordt. Het kolomtotaal betreft het totaal aan mensjaren kennis dat een sector gebruikt uit het totale MKB. De kennis die binnen de eigen sector blijft, is in de tabel in een schuine vette letter weergegeven. Neem als voorbeeld de communicatiesector (in tabel 4.1 afgekort met com ). De sector besteedt in totaal 6.686 mensjaren aan vernieuwingsactiviteiten. Hiervan worden er 265, ofwel 4%, doorgegeven in de eigen sector. De rest wordt doorgegeven aan andere sectoren in de economie. Zelf gebruikt de sector 3.827 mensjaren aan kennis van andere bedrijven, waarvan 3.562 mensjaren van sectoren buiten de communicatiesector. Omvang kennisstromen uiteraard gelinkt aan aantal MKB-bedrijven per sector Bij het interpreteren van de omvang van de diverse kennisstromen per sector dient de lezer wel te beseffen dat deze omvang gelieerd is aan het aantal MKB-bedrijven dat zich in die sector bevindt. Zo is de ontwikkelde kennis door de MKB-bedrijven in de zakelijke dienstverlening vele malen groter dan die in de voedings- en genotmiddelenindustrie (25.555 versus 570 mensjaren; hier zit een factor 45 tussen), maar dat komt grotendeels doordat het aantal MKB-bedrijven in de zakelijke dienstverlening veel groter is dan in de voedings- en genotmiddelenindustrie (daar zit een factor 58 tussen). De totale kennisstroom vanuit de zakelijke dienstverlening is dus veel groter dan in de voedings- en genotmiddelenindustrie, maar gecorrigeerd voor het aantal MKB-bedrijven is de voedings- en genotmiddelenindustrie juist kennisintensiever. Dit komt overeen met de bevinding in paragraaf 2.4, waaruit blijkt dat de MKB-bedrijven in de zakelijke dienstverlening per MKB-bedrijf gemiddeld (gewogen naar grootteklasse) minder mensjaren aan ontwikkelingsactiviteiten besteden dan in de voedings- en genotmiddelenindustrie (0,08 versus 0,12 mensjaar). MKB bouwt meer dan 20 miljoen dagen kennis in een jaar op In totaliteit is in het MKB in een jaar tijd 92.153 mensjaren kennis opgebouwd door het verrichten van ontwikkelingsactiviteiten. Omgerekend naar dagen uitgaande van een mensjaar van 220 werkzame dagen komt dat neer op meer dan 20 miljoen dagen kennis die in het MKB is opgebouwd in het kader van ontwikkelingsactiviteiten. Grootste deel van opgebouwde kennis wordt gebruikt door andere sectoren De MKB-kennis-input/outputtabel (tabel 4.1) laat per sector zien in welke mate de door MKB-bedrijven opgebouwde kennis door andere MKB-bedrijven gebruikt wordt bij hun vernieuwingsactiviteiten. Een deel van de kennis die in een sector gegenereerd wordt, wordt gebruikt door andere bedrijven in diezelfde sector. Figuur 4.1 laat zien in welke mate dat het geval is (dat varieert van 3 tot 38%). Het grootste deel van de kennis stroomt echter door naar MKB-bedrijven in andere sectoren. In enkele sectoren stroomt zelfs meer dan 90% van de opgebouwde kennis door naar andere sectoren: de voedings- en genotmiddelenindustrie, de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie, de overige industrie, de communicatiesector, en verhuur en exploitatie van onroerend goed. 18

figuur 4.1 Percentage van de gegenereerde kennis die binnen de sector blijft, naar sector 0% 10% 20% 30% 40% voedings- en genotmiddelenindustrie 6% metaalindustrie 13% chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie 3% 5% bouw autosector 22% 26% groothandel 13% detailhandel horeca 24% 24% transport 16% communicatie 4% financiële dienstverlening 22% verhuur en exploitatie onroerend goed 7% zakelijke dienstverlening 38% overige dienstverlening 27% Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 Relatief omvangrijke kennisstromen in het MKB De MKB-kennis-input/outputtabel (tabel 4.1) geeft zicht op de intersectorale kennisstromen binnen het MKB. De kennis die is opgebouwd door de MKB-bedrijven in een bepaalde sector wordt in verschillende mate gebruikt door de MKB-bedrijven uit de andere sectoren. De rode getallen in de MKB-kennis-input/outputtabel geven per regel aan welke sectoren er van die sector relatief veel mensjaren aan kennis overnemen: Meer dan een kwart van de kennis van de voedings- en genotmiddelenindustrie wordt overgenomen door de horeca. De metaalindustrie geeft veel kennis door aan de bouw, groothandel en zakelijke dienstverlening. Kennis opgebouwd door MKB-bedrijven in de chemische-, rubber- en kunststofverwerkende industrie wordt in relatief grote mate doorgegeven aan de zakelijke dienstverlening en de detailhandel. De overige industrie geeft veel mensjaren kennis door aan de zakelijke dienstverlening, de communicatiesector, de groothandel en de detailhandel. Kennis uit de bouw wordt relatief vaak gebruikt in de zakelijke dienstverlening, financiële dienstverlening en groothandel. De communicatiesector is een relatief grote gebruiker van de kennis die de autosector opbouwt. Een groot deel van de opgebouwde kennis in de groothandel vindt zijn weg in de detailhandel. Er zijn vier sectoren die relatief veel kennis gebruiken van MKB-bedrijven actief in de detailhandel: de financiële dienstverlening, zakelijke dienstverlening, groothandel en horeca. 19

Kennis die wordt opgebouwd in de horeca wordt relatief veel benut door de overige dienstverlening, zakelijke dienstverlening en detailhandel. Meer dan de helft van de kennis die in de transportsector wordt gegenereerd, wordt aangewend door de MKB-bedrijven die actief zijn in vier sectoren: de groothandel, zakelijke dienstverlening, bouw en detailhandel. De zakelijke, overige en financiële dienstverlening zijn relatief grote gebruikers van de kennis opgebouwd in de communicatiesector. MKB-bedrijven in de detailhandel, zakelijke en overige dienstverlening benutten relatief veel kennis die is opgebouwd door de MKB-bedrijven in de financiële dienstverlening. De sector van verhuur en exploitatie onroerend goed geeft relatief veel kennis door aan de zakelijke en financiële dienstverlening. Met name de financiële en overige dienstverlening ontlenen veel kennis van de MKBbedrijven in de zakelijke dienstverlening. Kennis van de overige dienstverlening wordt relatief vaak benut door de zakelijke dienstverlening, groothandel, detailhandel en bouw. MKB-kennisclusters Op basis van de kennisstromen in de MKB-kennis-input/outputtabel kunnen binnen het MKB diverse kennisclusters geïdentificeerd worden. Zo zijn bijvoorbeeld (1) de voedings- en genotmiddelenindustrie en de horeca (2) de horeca, groothandel en detailhandel (3) de diverse dienstverlenende sectoren (4) de communicatiesector en de dienstverlenende sectoren (5) de industriële sectoren, de bouw en groothandel zoals verwacht qua kennisstromen aan elkaar verbonden. Stimulering van ontwikkelingsactiviteiten van het MKB in de ene sector kan leiden tot meer gebruik van kennis door het MKB in de andere sector. Bijvoorbeeld, meer ontwikkelingsactiviteiten van het MKB in de groothandel leidt tot behoorlijk meer gebruik van kennis bij vernieuwingsactiviteiten in het MKB in de detailhandel, en in de metaalindustrie tot meer kennisgebruik in de bouw, groothandel en zakelijke dienstverlening, etc. 4.2 Per saldo kennisdoorgever of kennisovernemer De MKB-kennis-input/outputtabel geeft ook informatie over de mate waarin een sector kennis opbouwt en die doorgeeft aan andere sectoren, en de mate waarin een sector kennis gebruikt van andere sectoren. Beide aspecten zijn in tabel 4.1 in mensjaren uitgedrukt (zie de laatste kolom en de onderste rij). Figuur 4.2 geeft zicht op het saldo mensjaren van kennis doorgeven en kennis overnemen. 20

figuur 4.2 Saldo van het doorgeven en overnemen van kennis in het MKB, naar sector, in mensjaren (positief saldo: sector geeft meer kennis door, negatief saldo: sector neemt meer kennis over) -8000-6000 -4000-2000 0 2000 4000 6000 voedings- en genotmiddelenindustrie metaalindustrie chemische, rubber- en kunststofverw. ind. overige industrie bouw -6120 autosector groothandel detailhandel horeca transport communicatie financiële dienstverlening verhuur en exploitatie onroerend goed zakelijke dienstverlening overige dienstverlening -31-1376 -1890-2554 -1716-977 -144 3681 709 1473 2085 2859 2964 1038 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 De metaalindustrie, communicatiesector, zakelijke dienstverlening en transportsector geven veel meer mensjaren kennis door dan zij overnemen Er zijn zeven sectoren waarin in het MKB meer mensjaren kennis doorgegeven wordt aan andere sectoren dan dat zij overnemen van andere sectoren (het saldo is dus positief): zie figuur 4.2. Dit gebeurt vooral in de metaalindustrie, communicatiesector, zakelijke dienstverlening en transportsector. Deze sectoren kunnen als kennisverspreiders getypeerd worden: zij genereren veel kennis die door andere sectoren overgenomen wordt. Bouwsector neemt veel meer mensjaren kennis over dan dat zij doorgeeft Figuur 4.2 laat ook zien dat er zes sectoren zijn waarvan het MKB duidelijk meer kennis overneemt dan doorgeeft. Per saldo kunnen deze sectoren als kennisnemers getypeerd worden. Met name het MKB in de bouwsector neemt veel meer kennis over van andere sectoren dan dat het zelf overdraagt. Er zijn twee sectoren waarin het saldo van kennis doorgeven en overnemen door het MKB rond de nul ligt: de voeding- en genotmiddelenindustrie, en de verhuur en exploitatie van onroerend goed. Deze sectoren nemen iets meer kennis over dan dat ze doorgeven. 21

5 Samenvatting en conclusies Kennisontwikkeling Circa een kwart van de MKB-bedrijven verrichte in een jaar tijd inspanningen gericht op het ontwikkelen van nieuwe of verbeterde producten of diensten, ofwel verrichte ontwikkelingsactiviteiten. Gemiddeld waren daar per MKB-bedrijf drie personen bij betrokken. 8 Gemiddeld besteedden de betrokkenen bijna een kwart van hun tijd aan deze ontwikkelingsactiviteiten. Omgerekend naar mensjaren betreft het 0,08 mensjaar dat per MKB-bedrijf aan ontwikkelingsactiviteiten is besteed. Uitgaande van een mensjaar van 220 werkzame dagen komt dat neer op circa 18 dagen per jaar per MKB-bedrijf. Kennisgebruik Twee derde van de MKB-bedrijven gebruikt bij hun vernieuwingsactiviteiten kennis van andere bedrijven. Meer dan de helft van het MKB maakt bij hun vernieuwingsactiviteiten gebruik van kennis van bedrijven die actief zijn in de communicatiesector en zakelijke dienstverlening. 9 Eveneens meer dan de helft van de bedrijven gebruikt ten behoeve van hun vernieuwingsactiviteiten kennis die aanwezig is bij branche- en koepelorganisaties en gespecialiseerde adviseurs. Kennis voor vernieuwingsactiviteiten wordt door het MKB vooral nationaal gehaald. Kennisstromen Het grootste deel van de door het MKB bij ontwikkelingsactiviteiten opgebouwde kennis wordt gebruikt door MKB-bedrijven uit andere sectoren. De MKB-kennis-input/outputtabel laat zien dat er aanzienlijke kennisstromen in het MKB van de ene sector naar de andere sectoren lopen. Binnen het MKB zijn op basis van de kennisstromen diverse kennisclusters te onderscheiden. Enkele voorbeelden zijn (1) de voedings- en genotmiddelenindustrie en de horeca (2) de horeca, groothandel en detailhandel (3) de diverse dienstverlenende sectoren (4) de communicatiesector en de dienstverlenende sectoren (5) de industriële sectoren, de bouw en groothandel. Het MKB in zeven sectoren laat zich typeren als kennisverspreider, en in zes sectoren als kennisnemer. Met name het MKB in de metaalindustrie geeft veel meer kennis door aan andere sectoren dan dat het overneemt van andere sectoren, en met name het MKB in de bouw neemt veel meer kennis over dan dat het doorgeeft. Tot slot De gegevens in deze rapportage laten zien dat er in het Nederlandse MKB veel mensjaren kennis wordt opgebouwd door ontwikkelingsactiviteiten. Omgerekend in dagen komt dat ongeveer neer op ruim 20 miljoen dagen die in een jaar aan kennisopbouw worden besteed. De kennisstromen laten zien hoe deze kennis zijn weg vindt naar andere MKB-bedrijven die deze kennis benutten bij hun vernieuwingsactiviteiten. Op basis van de kennisstromen kan nagegaan worden hoe de stimulering van ontwikkelingsactiviteiten in het MKB in de ene sector kan leiden tot meer kennisgebruik bij vernieuwingsactiviteiten door het MKB in een andere sector. 8 Gemiddelde van de bedrijven met ontwikkelingsactiviteiten. 9 Van de bedrijven die bij hun vernieuwingsactiviteiten kennis gebruiken van andere bedrijven. 23

Bijlagen Bijlage 1 Sectorafbakening In deze rapportage en de MKB-kennis-input/outputtabel worden vijftien sectoren onderscheiden. Deze bijlage geeft een overzicht van deze sectoren, de gebruikte afkortingen en de SBI-2008-afbakening 10 die gehanteerd is. tabel b1.1 Overzicht van de beschouwde sectoren: sector, afkorting, SBI-2008-code sector afkorting SBI-2008 voeding- en genotmiddelenindustrie ivg 10-12 metaalindustrie ime 24-30, 33 chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie ich 19-22 overige industrie iov 13-18, 23, 31-32 bouw bou 41-43 autosector aut 45 groothandel grh 46 detailhandel det 47 horeca hor 55-56 transport trp 49-53 communicatie com 58-63 financiële dienstverlening fin 64-66 verhuur en exploitatie onroerend goed onr 68 zakelijke dienstverlening zak 69-82 overige dienstverlening ovd 37-39, 90-98 Bron: Panteia, 2014 10 SBI = Standaard Bedrijfsindeling 25

Bijlage 2 Berekening van de MKB-kennis-input/outputtabel Hoofdstuk 4 presenteert een MKB-kennis-input/outputtabel. Deze bijlage geeft een beschrijving van de manier waarop deze tabel tot stand is gekomen aan de hand van een voorbeeld waarin een beperkte variant met vier sectoren stap voor stap wordt opgebouwd. Om tot uitspraken over de sectoren te komen die in de tabel worden onderscheiden, zijn ophoogfactoren berekend over populatiecijfers afkomstig van het CBS 11. Stap 1. Uit welke sectoren gebruiken bedrijven kennis? Aan respondenten is gevraagd of zij bij hun vernieuwingsactiviteiten gebruikmaken van kennis van bedrijven uit andere sectoren en ook uit welke sectoren zij deze kennis dan halen. Er zijn 15 sectoren onderscheiden. In dit voorbeeld beperken we ons tot d e vier industriële sectoren. Respondenten kunnen meerdere sectoren opnoemen. Het resultaat is de onderstaande tabel die als volgt leest: de rijen geven aan hoeveel bedrijven uit de corresponderende sector kennis halen uit een sector in één van de kolommen. Als voorbeeld halen 1.188 bedrijven uit de metaalindustrie kennis uit de overige industrie. tabel b2.1 Uit welke sectoren B halen bedrijven uit sectoren A hun kennis?, in aantallen bedrijven A / B ivg ime ich iov ivg 1.984 44 0 459 ime 2.251 6.442 2.627 1.188 ich 586 718 824 0 iov 199 1.967 1.278 3.098 totaal 5.020 9.171 4.729 4.744 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 ivg=voedings- en genotmiddelenindustrie; ime=metaalindustrie; ich=chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie; iov=overige industrie De rij onderaan geeft het totaal aantal bedrijven dat gebruikmaakt van kennis uit die sector. Dit betekent dus dat er 4.729 bedrijven zijn die kennis halen uit de chemische industrie. De tabel brengt het gebruik van kennis uit andere sectoren in beeld. Stap 2. Mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten In een tweede stap wordt een berekening gemaakt van het aantal mensjaren dat de bedrijven besteden aan het ontwikkelen van nieuwe of verbeterde producten of diensten. Dit wordt verkregen door de antwoorden op drie vragen met elkaar te vermenigvuldigen, waarbij de eerste vraag een variabele is met de waarde 1 wanneer een bedrijf bevestigend antwoordt en de waarde 0 wanneer niet: Heeft uw bedrijf in het afgelopen jaar nieuwe of verbeterde producten of diensten ontwikkeld? Zo ja, hoeveel personen waren daar binnen uw bedrijf bij betrokken? Hoeveel procent van hun tijd hebben deze personen gemiddeld aan deze ontwikkelingsactiviteiten besteed? 11 CBS Statline, tabel Bedrijven; grootte, rechtsvorm, bedrijfstak/branche (SBI 2008), 1 januari 2013. 27

Tabel b2.2 brengt per sector het totaal aantal mensjaren dat wordt besteed aan ontwikkelingsactiviteiten in beeld. Ofwel de voedings- en genotmiddelenindustrie besteedt 570 mensjaren aan ontwikkelingsactiviteiten. tabel b2.2 Totaal aantal mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten per sector Sector aantal mensjaren Ivg 570 Ime 5.756 Ich 1.100 Iov 3.072 Totaal 10.498 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 ivg=voedings- en genotmiddelenindustrie; ime=metaalindustrie; ich=chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie; iov=overige industrie Stap 3. Aan welke sectoren geven bedrijven hun kennis door? Een benadering van het aantal mensjaren aan kennis dat sectoren doorgeven aan andere sectoren wordt bereikt door het totaal aantal mensjaren dat sectoren zelf besteden aan ontwikkelingsactiviteiten te verdelen over de sectoren die kennis van bedrijven uit die sector gebruiken. Dit gebeurt aan de hand van de volgende formule: mensjaren besteed aan ontwikkelingsactiviteiten in sector B * (aantal bedrijven uit sector A dat kennis gebruikt uit sector B / totaal aantal bedrijven dat kennis gebruikt uit sector B) Een voorbeeld maakt dit duidelijker. Uit tabel b2.1 blijkt dat er 2.627 bedrijven in de metaalindustrie zijn die kennis gebruiken van bedrijven uit de chemische industrie. In totaal gebruiken 4.729 bedrijven kennis uit de chemie. Uit tabel b2.2 blijkt dat de chemische industrie in totaal 1.100 mensjaren aan ontwikkelingsactiviteiten besteedt. Als bovenstaande formule wordt ingevuld, resulteert dit in het aantal mensjaren kennis dat sectoren doorgeven aan andere sectoren. Voor de kennis die de chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie doorgeeft aan de metaalindustrie is dit: 1.100 * (2.627 / 4.729) = 611 mensjaren Dit resulteert in de kennis-input/outputtabel gepresenteerd in tabel b2.3. Dit is een fictief voorbeeld, omdat hier ter illustratie uitgegaan is van slechts vier sectoren. Deze kan als volgt gelezen worden. De kennis van sector A wordt over vier sectoren B verdeeld en weergegeven in mensjaren. De voedings- en genotmiddelenindustrie besteedt 570 mensjaren aan ontwikkelingsactiviteiten (zie meest rechtse kolom). Hiervan blijven er 225 binnen de sector, gaan er 256 naar de metaalindustrie, 67 naar de chemische industrie en 23 naar de overige industrie. Het totaalcijfer in de onderste rij laat zien hoeveel mensjaren de sectoren in totaal ontvangen van andere sectoren. 28

tabel b2.3 Fictief voorbeeld van een MKB-kennis-input/outputtabel voor vier sectoren, in mensjaren A / B ivg ime ich iov totaal ivg 225 256 67 23 570 ime 28 4.043 450 1.234 5.756 ich 0 611 192 297 1.100 iov 297 769 0 2.006 3.072 totaal 550 5.679 709 3.560 10.498 Bron: Panteia 2014, o.b.v. MKB-Beleidspanel meting zomer 2013 ivg=voedings- en genotmiddelenindustrie; ime=metaalindustrie; ich=chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie; iov=overige industrie 29

De resultaten van het Programma MKB en Ondernemerschap worden in twee reeksen gepubliceerd, te weten: Research Reports en Publieksrapportages. De meest recente rapporten staan (downloadable) op: www.ondernemerschap.nl. Recente Publieksrapportages A201422 26-08-2014 Bedrijfsfinanciering, zo kan het ook - Update 2014 A201421 12-08-2014 MKB: Een belangrijke speler in internationale waardeketens A201420 27-05-2014 Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2014 en 2015 A201419 21-05-2014 De financiële positie van het MKB in 2014 en 2015 A201418 29-07-2014 Beelden van bedrijfscriminaliteit. Empirisch onderzoek op basis van 37 cases A201417 25-04-2014 Entrepreneurship in the Netherlands, The top sectors A201416 01-05-2013 Omvang en prestaties van het MKB in de topsectoren A201415 16-04-2014 Monitor Inkomens Ondernemers Editie 2013 A201414 01-04-2014 Financieringsproblemen in de binnenvaart A201413 03-04-2014 Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen van zzp'ers, Resultaten zzp-panel meting II 2013 A201412 07-04-2014 Innovatie in de agrarische sector. De verschillende innovatievormen in beeld A201411 13-03-2014 Bedrijfsoverdrachten in een periode van recessie en vergrijzing A201410 06-03-2014 Ondernemendheid in de culturele sector A201409 27-02-2014 Topsectoren in beeld Beleving van het ondernemingsklimaat - meting voorjaar 2013 - A201408 18-02-2014 Monitor vrouwelijk en etnisch ondernemerschap 2013 A201407 25-02-2014 Inkomens Zelfstandigen 2013 A201406 11-03-2014 Samenwerken bij vernieuwing in de topsectoren A201405 13-02-2014 Lokale lasten voor bedrijven A201404 08-02-2014 De effecten van de topsectoren op de bredere economie A201403 04-02-2014 Wat drijft MKB ondernemers A201402 20-02-2014 Gebruikersinnovatie in het MKB A201401 27-02-2014 Topsectoren in beeld. Ontwikkeling van de innovativiteit van de topsectoren in najaar 2012-voorjaar 2013 A201374 14-01-2014 MKB Rating: Smaakt naar meer, onderzoek naar bekendheid en gebruik van ratings door MKB-bedrijven A201373 07-01-2014 Vertrouwen in eigen bedrijf keldert: ondernemersvertrouwen door de jaren heen A201372 10-04-2014 Aankomende en opkomende challengers in de topsectoren A201371 17-3-2014 Samenwerkingskenmerken van challengers in de topsectoren A201370 19-12-2013 Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2013 en 2014 A201369 23-12-2013 Ondernemen in de horecasector 2013 A201368 23-12-2013 Ondernemen in de groothandelsector 2013 A201367 23-12-2013 Ondernemen in de overige dienstverlening 2013 A201366 23-12-2013 Ondernemen in de bouwsector 2013 A201365 23-12-2013 Ondernemen in de transportsector 2013 A201364 23-12-2013 Ondernemen in de autosector 2013 31

A201363 19-12-2013 Bijdrage van buitenlandse werknemers aan innovatie in het MKB A201362 23-12-2013 Ondernemen in de zakelijke dienstverlening 2013 A201361 23-12-2013 Ondernemen in de metaalelektro 2013 A201360 23-12-2013 Ondernemen in de voedings- en genotmiddelenindustrie 2013 A201359 23-12-2013 Ondernemen in de detailhandel 2013 A201358 17-12-2013 De grijze ondernemer. Internationale vergelijking van de grijze ondernemer A201357 11-02-2014 Nulmeting studentbedrijven A201356 18-03-2014 Toekomst van de maakindustrie. Knowledge based capital! A201355 10-12-2013 Opleiding en scholing van zzp ers Resultaten zzp-panel meting I van 2013 A201354 26-11-2013 Internationale benchmark ondernemerschap 2013. Tabellenboek A201353 19-11-2013 Topsectoren: beeld en ontwikkeling. Update oktober 2013 A201352 28-01-2014 Technologische en sociale innovatie in een concurrerende markt A201351 21-11-2013 Innovatie en internationalisering in het MKB A201350 12-11-2013 Innovatie in het MKB, ontwikkelingen in de periode 2002-2013 A201349 31-10-2013 Fulfilment van online verkoop A201348 15-10-2013 De overheid als klant van het MKB A201347 26-09-2013 Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2013 en 2014 A201346 08-10-2013 De innovativiteit van het MKB in 2013 A201345 19-09-2013 Monitor buitenlandse investeringen MKB A201344 14-11-2013 Sectorale veranderingen in de Nederlandse economie A201343 03-04-2013 Geen vertrouwen ondernemers in het economische beleid - Najaar 2013 A201342 12-09-2013 Verschillen tussen uitzendondernemingen A201341 17-10-2013 Economische effecten verlaging van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven A201340 19-08-2013 Exportindex MKB. Ontwikkelingen 2008-2011 A201339 22-08-2013 Topsectoren: beeld en ontwikkeling. Update augustus 2013 A201338 12-09-2013 Bedrijfsfinanciering: zó kan het ook! A201337 03-09-2013 Bedrijvendynamiek en werkgelegenheid 1998-2012 A201336 27-11-2013 Inkomens Zelfstandigen 2012 A201335 01-07-2013 Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2013 en 2014 Update juni A201334 15-07-2013 De rol van sociale media bij innovatie door zzp ers A201333 02-07-2013 Topsectoren in beeld. Internationale oriëntatie topsectoren A201332 02-07-2013 Topsectorenpanel. Methodologische verantwoording A201331 04-07-2013 Calimero creativiteit: De innovatieve netwerken van zzp ers A201330 25-06-2013 Hoe goed ligt de gemeente bij MKB? A201329 18-06-2013 Monitor Inkomens Ondernemers A201328 27-06-2013 Het wenkend perspectief van consumenteninnovatie A201327 16-07-2013 Innoveren achter de schermen A201326 19-07-2013 De financiële positie van het MKB in 2013 en 2014 A201325 9-07-2013 Minirapportage biomaterialen A201324 5-06-2013 Ontwerp krapte-indicator belangrijke beroepen topsectoren 32