Ma classe got talent!

Vergelijkbare documenten
Hoe ben jij KNAP??? >> Doe nu de test! Ga naar de 'Vragenlijst' Howard Gardner

Handleiding. Hoe ben jij knap? Voor groep 3/4

Met Talenten aan de slag. Van theoretische basis tot concrete lespraktijk

Meervoudige intelligentie test

in een rekenles & in een taalles Art de Co

en een buitenkring. Voor de leerkracht Van groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 Stappen: Coöperatief leren

Overzicht van de coöperatieve werkvormen per leerjaar Tweede leerjaar

Zeg niet hoe knap ben je? maar hoe ben je knap?

Structuren. Coöperatief leren

Duur: 30 min. Grootte: < 12 Doel Het doel van deze werkvormen is om te leren vanuit een ander perspectief naar het onderwerp te kijken.

Coöperatief leren (CLS) Volgens Dr. Spencer Kagan Verwerkt door Peter Steurs en Natascha Vansteelant

De golf spoelt op het strand. 1. golf 2. strand

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Coöperatief leren Verschillende werkvormen:

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

Stap 1 Voorafgaand aan het bestuderen van een nieuw onderwerp vatten leerlingen in kleine groepjes samen wat ze al van het onderwerp weten.

Didactische structuren

Inhoud. Deel 1: De intelligenties en hun toepassing in het onderwijs. Deel 3: Schoolontwikkeling, MI meting, evaluatie van MI theorie

CODE VAN DE KUYPER. De zeven raadselen van Veghel

Welke coöperatieve werkvormen gaan we aanleren?

MI-test voor kinderen vanaf ongeveer groep 5

Dalton (samenwerking/ samenwerkend leren) en Coöperatief leren

Natuur in de klas product PLUS-handleiding Uit de bol gaan Groep 1 en 2

Algemene handleiding voor leerkrachten. Het koppelen van meervoudige intelligentie aan het vak Engels in de klas

Het geluidenvierkant. De menselijke xylofoon

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering. Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze.

Wat is Kraak kracht? Kraak kracht

Vijf minuten actief met kleuters. Joyce van den Boogaard 3 februari 2016

Spreek Nederlands tijdens de koffiepauze. Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens een vergadering.

kijk doe samen taal natuur

Breng uw lessen nog meer tot leven 2.0. Nationaal Congres Frans 22 maart 2019

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.

Leskist PLUS-handleiding Zijzoentje Groep 1 en 2

Leskist PLUS-handleiding Anders is leuk! Groep 3 & 4

WERKEN MET VERHALEN VAN DE HODJA

Leeswijzer 7. Hoofdstuk 1. Meervoudige Intelligentie: een brede basis voor Passend onderwijs 9

Leskist PLUS-handleiding Oud papier nieuw papier Groep 5 en 6

Coöperatief leren Wat is coöperatief leren? Waarom is coöperatief leren belangrijk? Coöperatieve werkvormen

Reflectiegesprekken met kinderen

DENKEN DELEN UITWISSELEN (5 min.)

Een overtuigende tekst schrijven

Leskist PLUS-handleiding Titel Koos Konijn Groep 3 en 4

De ontwikkelde materialen per unit.

Buitenles PLUS-handleiding Kabouter IJssel Groep 1 en 2

WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang

Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis (dubbele les) Groep 8 Verdiepingsles: Lagerhuis voorbereiding. Leerkrachtinformatie

Gebruik 3 zinnen in het Nederlands tijdens je volgende vergadering. Utilisez 3 phrases en français pendant votre prochaine réunion d équipe.

Workshop Coöperatief leren voor beginners

Leskist PLUS-handleiding De verdwaalde boom Groep 3 en 4

Nederlands in Uitvoering

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Leerlingen leren hoe ze zelf (zonder hulp van de leerkracht) conflicten constructief kunnen oplossen.

Blauwe stenen leer je zo

Muziek Singer Songwriter 1. Workshop Handleiding. Singer Songwriter 1. wat is jouw talent? 1. Singer Songwriter 1

BIJLAGE 5 ACTIVERENDE WERKVORMEN

Les 17 Zo zeg je dat (niet)

Meervoudige Intelligentie en talenonderwijs: kies meerdere ingangen!

Koen Mattheeuws. Partner van Bazalt sedert 2009: M.I. + SCL.

Heeft u naar aanleiding van de informatie in dit bulletin vragen of opmerkingen? We horen ze graag. Ik wens u veel leesplezier!

Leskist PLUS-handleiding Opgeruimd houdt het netjes Groep 3 en 4

6. Meningsvorming. doel Kritisch denken voorbereiding op een gesprek over verschillende oplossingen/meningen/enzovoort.

De boom staat op de berg Door Kim Wagemans

Leskist PLUS-handleiding De wereld op je bord Groep 7 en 8

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven?

Meer doen met de rijtjesboeken

augustus 2012 Kwaliteitskaart Coöperatief leren

Leskist PLUS-handleiding Kriebelpoten Groep 1 en 2

4 SOCIAAL TECHNISCHE WETENSCHAPPEN

Hiervoor zet ik me in! in klas

Opdracht A1/A2 EERSTE RONDE TOP 50 FRANCOPHONE

Meervoudige Intelligenties en Onderhandelen. Teamdag

Een oplossingsgerichte aanpak. Inge Eusman & Annegien Simis Auticafé Castricum 29 / 01 / 2014

17609_Manual_zet in en win.indd :03

5. Klassen-of groepsgesprek

Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox. Handleiding Leerkrachten. De materialen in de BloomBox -

LATER WORD IK. OPDRACHT ONZE ROL? 17/02/2014 TALENTEN? AANGEBOREN OF AANGELEERD? TALENT. Focus op TALENT!

12. Leerstof samenvatten

Lesbrief Dans en Taal

ERVAAR JE EIGEN KOERS OP DE KLEINE KAPITEIN!

Analytisch denken Het oplossen van problemen door vragen te ontleden in kleinere delen, verbanden leggen en logische conclusies trekken.

Ben jij Vindingrijk? Kolom

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Hoe kunnen we WAT ACTIE zodat IETS VERANDERT

De kinderen zitten in een hoefijzeropstelling, omdat er iets gaan gebeuren vooraan in de klas. Iedereen moet dat goed kunnen zien.

t Vuil Reclametruukske

Natuur in de klas product PLUS-handleiding Spriet de slak Groep 3 en 4

Elke groep van 3 leerlingen heeft een 9 setje speelkaarten nodig: 2 t/m 10, bijvoorbeeld alle schoppen, of alle harten kaarten.

Natuur in de klas product PLUS-handleiding Pieren en pissebedden Groep 5 en 6

Natuur in de klas product PLUS-handleiding Vlijtig Liesje Groep 5-6

Speels oefenen. Relaties tussen vermenigvuldigsommen. Vermenigvuldigen

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

10. Spelletjes. voorbereiding: woordzoeker of kruiswoordraadsel maken (eventueel met software)

Natuur in de klas product PLUS-handleiding De oppassers van de koolwitjes Groep 1 en 2

Beleidsplan Leerlingenraad o.b.s. de Schuthoek

Buitenles PLUS-handleiding Koning Poes Groep 1en 2

Handleiding Werkvormen Overtuigend presenteren

Benodigdheden: Filmpje brein uitleg: overtuigingen en het effect op leren Kaartjes helpende en remmende gedachten, zie bijlage 1

lesmateriaal Taalkrant

Nieuwe woorden correct kunnen schrijven, kunnen vertalen van N-F en van F-N en kunnen gebruiken in mondelinge en schriftelijke zinnen.

Transcriptie:

Ma classe got talent! Bianca Merken bibeloen@hotmail.com http://users.telenet.be/biancamerken

Wat is meervoudige intelligentie? Bij het woord intelligentie denken we aan het verstandelijk functioneren van de mens. Woorden als slim, dom, snel, traag, knap, lomp, worden er vaak aan gekoppeld. Toch is intelligentie meer dan iets kennen of kunnen. Intelligentie is een woord waar geen eenvormige definitie voor bestaat. Het is gekoppeld aan het menselijk vermogen dat zich in verschillende types kan uiten. Volgens Howard Gardner betekent intelligente de bekwaamheid om te leren, om problemen op te lossen. Dit kan volgens hem op verschillende (dus meervoudige) manieren en betekent dat je op sommige manieren meer intelligent bent dan op andere. Hij onderscheidt in totaal acht intelligenties of ook wel talenten genoemd. In het algemeen is ons onderwijs ingesteld op talige activiteiten. Hiermee doen we de verbaal linguïstische deelnemer plezier, maar alle anderen doen we tekort. Daarom is het belangrijk om de lessen soms anders aan te pakken, zonder alles overhoop te gooien. Het gaat om activeren en stimuleren. Verschillende intelligenties doen een beroep op verschillende hersendelen. Bij het gebruiken van Meervoudige Intelligenties streef je ernaar steeds wisselende hersendelen te activeren. Tien minuten verteld? Geef leerlingen dan gelegenheid even iets anders te doen, bijvoorbeeld over het zojuist gehoorde samen praten, het tekenen of even te bewegen: de afwisseling prikkelt en activeert. De bedoeling is dat leerlingen weten waar hun sterke maar ook hun zwakke punten liggen. Door middel van MI-onderwijs worden die dan gestretcht, gematcht of gevierd. Stretchen = de sterke vermogens van een leerling gebruiken om de zwakkere te ondersteunen. Matchen = aandacht schenken aan elk van de intelligenties apart door ze uit te dagen en in harmonie met de andere intelligenties te laten samenwerken. Vieren = leerlingen hun eigen unieke intelligentiepatroon leren kennen. Zo leren ze omgaan met de eigen sterke en zwakke punten en die van de leerlingen en mensen in hun omgeving. Hier geldt het gezegde dat geen twee geesten gelijk zijn en dat twee mensen altijd meer kennen, kunnen of weten dan één. Bianca Merken 1

Bianca Merken 2

Verbaal-linguïstisch Woordknap Logisch-mathematisch Rekenknap De 8 intelligenties Visueel-ruimtelijk Beeldknap Lichamelijkkinisthetisch Beweegknap communiceert effectief, speelt met woorden, is gevoelig voor taalnuances, integreert makkelijk nieuwe woorden, houdt van taal en woordspelletjes, houdt van lezen en schrijven, luistert graag naar verhalen, maakt graag aantekeningen, heeft een rijke woordenschat, houdt van discussiëren werkt planmatig, overweegt bij het oplossen van problemen, denkt kritisch, is goed in abstracte symbolen, houdt ervan problemen op te lossen, past logica makkelijk toe, werkt graag met getallen, schema s en symbolen, kan goed patronen herkennen, kan goed ordenen en redeneren heeft oog voor verhoudingen, maakt fantasiekrabbels, kleedt zich op eigen manier, let op het uiterlijk van anderen, kan goed beelden in z n hoofd creëren, onthoudt goed wat hij gezien heeft, kan goed kaartlezen, heeft een levendige fantasie, kijkt graag naar een voorbeeld, is gevoelig voor strips, computer en kleurencombinaties wil graag dingen aanraken, heeft duidelijke gezichtsuitdrukkingen, heeft goede oog-handcoördinatie, gebruikt gebaren en bewegingen om te communiceren, is meestal sportief of actief, wil graag dingen doen en uitproberen, verbetert z n concentratie door bewegen Muzikaal ritmisch Muziekknap Naturalistisch Natuurknap Interpersoonlijk Mensknap Intrapersoonlijk Zelfknap heeft muzikale associaties, vertelt boeiend met goed stemgebruik, schrikt van harde geluiden, kan goed zingen of een instrument bespelen, beweegt graag op ritmes, hoort de structuur en het ritme in de muziek, houdt van rijmende of muzikale ezelsbruggetjes is snel in herkennen, verzamelt graag, bezit aanpassingsvermogen, voelt zich thuis in de natuur, is milieubewust, kan goed observeren en rubriceren, vindt daglicht in de werkomgeving belangrijk, is een echte verzamelaar, heeft oog voor details is uit op consensus, is assertief, organiseert graag, neemt initiatief in de groep, hoort graag verhalen van anderen, is gevoelig voor stemmingen van anderen, is goed in het leggen van contacten, vindt het leuk om met anderen opdrachten uit te voeren, bemiddelt bij conflicten, leeft sterk met anderen mee, let goed op non-verbale signalen kan eigen doelen stellen, combineert eigen ervaring met theorie, heeft een sterke mening, weten goed wat ze willen, kan goed luisteren, is geïnteresseerd in z n eigen ontwikkeling, werkt graag zelfstandig, is erg zelfbewust, betrekt graag zaken op zichzelf, houdt van stilte en alleen zijn, is (zelf)kritisch Bianca Merken 3

Intelligenties testen Er bestaan kant-en-klare testen om te onderzoeken waarin iemand knap is. Of deze testen altijd even betrouwbaar zijn, daar is vaak nog discussie over. Vandaar is het belangrijk dat er regelmatig activiteiten in de klas worden georganiseerd waarbij één of meerdere intelligenties aan bod komen en waarbij de leerlingen zelf ervaren welke soort opdrachten het best bij hen passen. Kant-en-klare testen: www.migent.be http://www.intelligentietest.nl/meervoudige-intelligentie-volgens-howardgartner.html boek: Meervoudige Intelligentie Het complete MI boek Dr. Spencer Kagan & Miguel Kagan werkbundel: De KR8/ONAUTEN Talentencentrum Provincie Antwerpen worddocument (zie link eerste pagina): Meervoudige intelligentietest xlsdocument (zie link eerste pagina): Meervoudige intelligentie vragenlijst Bianca Merken 4

Vous devez travailler ensemble. Jeu: 1 contre tous Vous avez 30 minutes pour faire réussir les 16 activités ci-dessous. Faites le puzzle dans 2 minutes. Ecrivez une chanson de 10 lignes! Le sujet doit être «notre classe». Faites un tableauvivant des formations données par le prof. Chaque élève doit lancer les dés et retenir le nombre. A la fin, vous faites la somme de tout le monde. Notez 10 professions. Rébus : cherchez les mots/les phrases cachées. Cherchez quelqu un qui Mettez les produits suivants dans le bon rang du supermarché. Il est quelle heure? (devinettes) La météo: quel temps fait-il? ABC: cherchez un mot pour chaque lettre de l alphabet. Le thème, c est «l école». Pliez un bateau d une feuille, écrivez votre nom et deux choses que vous aimez. Ecrivez un poème de 5 lignes sur votre classe. Mettez-vous avec votre groupe sur une ligne du plus jeune jusqu au plus âgé. Ecoutez et chantez une chanson et continuez quand la musique s arrête Regardez les photos. Vous reconnaissez quoi? Bianca Merken 5

Werkvormen per intelligentie Verbaal-linguïstisch Woordknap Logisch-mathematisch Rekenknap Visueel-ruimtelijk Beeldknap Lichamelijkkinisthetisch Beweegknap Taalspelletjes Knappe koppen Rondpraat A-Z breinstorm 4S brainstorm Teken/zoek wat ik schrijf Tafelrondje Vraag Matrix Zoek de valse Wie ben ik? Deel bij deel Waar hoor ik thuis? Doe mij na Vakkunst/ruiten Vind de weg 4 op een rij Pictionary Stop! Zoek iemand die Teamhints Tableau-vivant Binnenbuitenkring/cirkel In de rij Muzikaal ritmisch Muziekknap Naturalistisch Natuurknap Interpersoonlijk Mensknap Intrapersoonlijk Zelfknap 1, 2 et 3 Zingend lezen Lied voor twee stemmen Leerliedjes Rubriceren Zien denken schrijven Zoek de verschillen (wel/niet, gelijk/ongelijk) Genummerde koppen +Spion Klas in de war Verbeteragent / Tweetalcoach 4-2-1 Geef door Ik, ik en ik Emoticons Collage Enquête Hieronder volgt de uitleg van iedere werkvorm per intelligentie. De uitgewerkte voorbeelden van deze activiteiten voor het vak Frans staan op de volgende link: http://users.telenet.be/biancamerken in de map Ma classe got talent! < activités MI FLE.docx Bianca Merken 6

VERBAAL-LINGUÏSTISCHE INTELLIGENTIE / WOORDKNAP Taalspelletjes Voorbeelden: tongtwisters, taalraadsels, taalverhaal (waarbij iedere leerling telkens één zin van het verhaal toevoegt), codetaal, woordzoekers, zin doorzeggen, zinnenbouwpakket (zinnen maken met aantal opgegeven substantieven, adjectieven en werkwoorden), Knappe koppen Leerlingen die het antwoord weten op de vraag van de leraar worden knappe koppen. Zij staan op en de andere leerlingen gaan om hen heen staan om te luisteren naar de uitleg of het antwoord. Als er met vaste teams wordt gewerkt, gaat ieder teamlid bij een andere knappe kop staan. Daarna gaan ze terug naar hun team om de antwoorden te vergelijken. Rondpraat Dit is een eenvoudige didactische werkvorm waarbij de leerlingen om de beurt praten. In een groepje vertellen de leerlingen om de beurt hoe ze over iets denken. Dit kan plaatsvinden als voorbereiding op uitgebreide gespreksonderwerpen of tijdens meerdere rondes om een lijst samen te stellen van korte antwoorden. Enkel de persoon die de praatstok (of eender welk voorwerp) vasthoudt, mag het woord nemen, de anderen worden verplicht te luisteren en de informatie te onthouden. Om ervoor te zorgen dat dit gebeurt kan de leerkracht de leerlingen een nummer geven van 1 tot 4 (afhankelijk van het aantal leerlingen in een groepje) en daarna bijvoorbeeld vragen aan de nummers 1 te vertellen wat ze te weten zijn gekomen over de nummers 3. (= werkvorm genummerde koppen ) Bijvoorbeeld: vertellen wat je in het weekend hebt gedaan, wat je vakantieplannen zijn, een korte resumé van een verhaaltje of artikel, een afbeelding, A-Z BreinStorm De leerlingen schrijven de letters A tot Z verticaal op de linkerkant van een papier of krijgen dit van de leerkracht. In elk groepje verzint de eerste leerling een woord of idee dat begint met de A over het thema of onderwerp. De volgende leerling doet dit voor de letter B enzovoort. Moeilijke letters zoals q, x, y kunnen eventueel weggelaten worden of al gegeven worden door de leerkracht. Bianca Merken 7

4S BreinStorm In een groepje van vier heeft iedere leerling een andere rol: 1= speels: moedigt gekke ideeën aan 2= samen: vraagt teamleden op ideeën door te gaan of combinaties te maken. 3 = steun: ondersteunt alle ideeën en zorgt ervoor dat beoordeling wordt uitgesteld tot na de breinstorm. 4 = snel: moedigt het tempo aan. Elk idee wordt opgeschreven op papier. De teamleden proberen binnen een bepaalde tijd de tafel te bedekken met ideeën. Teken wat ik schrijf Leerlingen krijgen een stadsplannetje waarop ze de weg van A naar B tekenen. Daarna schrijven ze zo duidelijk mogelijk de wegbeschrijving voor een andere leerling, zodat deze op een identiek stadsplan dezelfde weg kan tekenen a.d.h.v. de beschrijving. De leerlingen wisselen hun beschrijvingen met hun partners. Het is belangrijk dat de leerlingen elkaars plannetje niet zien. Ze proberen daarna aan de hand van de beschrijving de originele weg na te tekenen. Als dit is gedaan vergelijken ze de tekeningen en bespreken ze hoe de schrijver zijn uitleg kan aanpassen om de weg nog beter te beschrijven. Na verbetering kan deze oefening nog eens uitgevoerd worden met een andere partner. Zoek wat ik schrijf Hier wordt er door de leerlingen een voorwerp verstopt in het lokaal. Ze schrijven de beschrijving om het voorwerp te vinden op en ruilen deze met de beschrijving van een andere leerling. Ze proberen op deze manier het voorwerp te vinden. Daarna worden de beschrijvingen besproken, aangepast en de oefening eventueel opnieuw gedaan met een andere partner. Tafelrondje Dit is een eenvoudige werkvorm met vele toepassingen. In groepjes geven leerlingen een stuk papier en schrijfgerei aan elkaar door, terwijl ze allemaal om de beurt iets opschrijven. Bijvoorbeeld een lijstje maken, een verhaal schrijven, Variatie: 4 papieren en deze telkens laten doorschuiven Bianca Merken 8

LOGISCH-MATHEMATISCHE INTELLIGENTIE / REKENKNAP VraagMatrix Er staan zes vragen verticaal op de matrix: wie, wat, waar/wanneer, welke, waarom, hoe? Er staan zes vervolgwoorden horizontaal: bijvoorbeeld is, deed, kan, zou, zal, zou kunnen. De combinatie van de horizontale en de verticale woorden vormen 36 vraaghulpjes, die het gebied van vragen en denken omvaten: Wie is? Wat deed? Wanneer zal? Wat kan? Hoe zou? De vraaghulpjes zijn een goed hulpmiddel om de natuurlijke nieuwsgierigheid van leerlingen te sturen naar hoger-niveau-denken over de leerstof. Leerlingen kunnen over elke leerstof hun eigen vragen samenstellen en beantwoorden. Deze vraaghulpjes kunnen ook door leerkrachten worden gebruikt om een afwisselend geheel aan vragen te krijgen. Zoek de valse Leerlingen schrijven drie stellingen op: twee die waar zijn, één valse die onjuist is. In groepjes lezen leerlingen om de beurt de stellingen voor. Nadat een groepslid dit heeft gedaan, bespreken de groepsleden hun stellingen en proberen er achter te komen welke van de drie vals is. In de groepsversie leest de leraar of een leerling de drie stellingen. Nadat de groepjes hebben overlegd, houden ze een kaart met een nummer of een aantal vingers op om aan te geven welke de valse stelling is. Wie ben ik? Leerlingen proberen achter een genoteerde identiteit te komen (die op hun rug geplakt is) door rond te lopen en ja/nee-vragen aan groepsgenoten te stellen. Ze mogen drie vragen per groepsgenoot stellen, of een onbeperkt aantal vragen totdat er een neeantwoord wordt gegeven. Ze zoeken dan een nieuwe groepsgenoot om vragen aan te stellen. Als de leerling zijn identiteit heeft geraden, wordt hij tipgever die aanwijzingen geeft aan de leerlingen die hun identiteit nog niet hebben geraden. Deze werkvorm ontwikkelt het inductief redeneren, verhoogt probleemoplossende vaardigheden en stimuleert een effectieve vraagstelling. Deel bij deel Elk groepslid ontvangt een aanwijzing die nodig is om een groepsprobleem op te lossen. De groepsleden moeten alle informatie bij elkaar leggen om het probleem op te lossen. Iedere leerling in het groepje leest zijn kaart en beslist zelfstandig wat er uit die aanwijzing geconcludeerd kan worden. De groepsleden beslissen of ze het hier allemaal mee eens zijn voordat de volgende zijn aanwijzing voorleest. Deel-bij-deel zorgt ervoor dat alle leerlingen betrokken worden bij het oplossen van het probleem. Waar hoor ik thuis? De leerkracht tekent of projecteert twee kaders op het bord. Hij voegt één voor één elementen toe in beide kaders volgens een regel, een systeem, Bijvoorbeeld: in kader Bianca Merken 9

1 komen alle vrouwelijke woorden, in kader 2 alle mannelijke woorden, of regelmatige en onregelmatige werkwoorden, De leerlingen proberen het systeem te vinden. Als een leerling of een groep denkt het systeem gevonden te hebben, mag die leerling naar het bord komen om een element dat in het systeem past aan elke kader toe te voegen. Bij een fout antwoord gaat het spel gewoon door. VISUEEL-RUIMTELIJKE INTELLIGENTE / BEELDKNAP Doe mij na Leerlingen zitten in tweetallen gescheiden door een scherm (vb een kaft). Beide leerlingen krijgen hetzelfde blad met dezelfde opdracht. Bijvoorbeeld het aankleden van een etalagepop. Terwijl leerling A zijn etalagepop aankleedt, moet hij een nauwkeurige beschrijving geven van hetgeen hij doet. Leerling B volgt deze instructie op en probeert zijn etalagepop op dezelfde manier aan te kleden. De visuele aanwijzingen zijn hierbij heel belangrijk. Na afloop, controleren de leerlingen hun resultaat en wisselen daarna van rol. Deze werkvorm is goed voor het ontwikkelen van richtinggevoel en ruimtelijke verhoudingen met visuele informatie en communicatie. De inhoud kan aangepast worden aan de leerstof. Vensterruiten Leerlingen tekenen in één of meerdere stripvakjes, om een gebeurtenis, de stappen van een verhaal of volgorde in tijd weer te geven. Ze tekenen de plaatjes of gebruiken foto s om het verhaal te vertellen. Het stimuleert ook de logisch-mathematische intelligentie door het afbeelden van een logische volgorde. Vind de weg Een leerling van elk groepje wordt geblinddoekt en dient een parcours te volgen aan de hand van de aanwijzingen van de andere groepsleden. Één voor één geven de leerlingen een instructie aan de robot die deze moet uitvoeren en zo tot het einde van het parcours moet geraken. De robot die als eerste aankomt, wint. Daarna kan iemand anders van de groep de rol van robot overnemen. 4 op een rij De leerlingen werken per twee en krijgen een spelbord zoals vier-op-een-rij. Maar alvorens ze een jeton of bolletje mogen aanduiden, moeten ze eerst het gevraagde op die plaats oplossen. Bijvoorbeeld het werkwoord juist vervoegen. Bianca Merken 10

LICHAAMLIJK-KINESTHETISCHE INTELLIGENTIE / BEWEEGKNAP Stop! Alle leerlingen wandelen door elkaar. Plots roept de leerkracht Stop! waarna alle leerlingen blijven staan. Vervolgens stelt de leerkracht een vraag en naar aanleiding van die vraag vormen de leerlingen groepjes. Bijvoorbeeld: Hoeveel letters telt het woord chercher? = 8 De leerlingen die het antwoord weten, vormen groepjes van het juist aantal personen en houden elkaars handen vast. De leerlingen die overblijven, worden de verloren voorwerpen en gaan vooraan in het lokaal staan. Bij de volgende vraag doen ze gewoon terug mee. Zoek iemand die De leerlingen krijgen een werkblad met vragen. Ze wandelen door de klas en stellen een vraag die op het werkblad staat aan een ander leerling. Als deze persoon het antwoord weet op de vraag, noteren ze bij elkaar het antwoord en hun naam als bewijs. Vervolgens gaan ze op zoek naar iemand anders om het antwoord te krijgen op een volgende vraag. Wanneer iemand klaar is, wordt hij helper en helpt de anderen bij het zoeken naar antwoorden. Variant: namenbingo: van zodra iemand vijf verschillende namen (eventueel horizontaal of verticaal) heeft verzameld, roept hij Bingo en wordt er gecontroleerd of de antwoorden en personen juist zijn. Teamhints Dit kan gespeeld worden in kleine groepjes. Iedere leerling krijgt een woord, bijvoorbeeld een bepaald begrip. In kleine groepen beeldt iedere leerling zijn woord uit. De teamleden moeten dan het woord raden. De leerlingen beelden om de beurt een woord uit. Tableau-vivant De leerlingen moeten met hun groepje een beeld of foto zo realistisch mogelijk na bootsen. De leerkracht maakt hier een foto van zodat ze daarna klassikaal kunnen vergelijken. Variant: formaties: de leerkracht geeft de hele groep of groepjes de opdracht om bijvoorbeeld de hoofdletter A te vormen. Samen beslissen ze dan hoe ze dit gaan doen en voeren de opdracht ook samen uit. Binnen-buiten-kring Er worden twee groepen gevormd die in een binnen- en buitenkring gaan staan met het gezicht naar elkaar toe. De leerlingen voeren een opdracht uit door aan elkaar vragen te stellen en/of antwoorden te geven. Daarna draait de binnenkring een plaats verder met de klok mee zodat iedereen een nieuwe partner heeft en de opdracht herhaald kan worden of eventueel een nieuwe opdracht gegeven kan worden. Bianca Merken 11

In de rij De leerkracht geeft de leerlingen een opdracht waarbij ze in een bepaalde volgorde in de rij moeten gaan staan: op leeftijd, op lengte, op het aantal kledingstukken, MUZIKAAL-RITMISCHE INTELLIGENTIE / MUZIEKKNAP 1, 2 en 3 Één leerling neemt de leiding en bepaalt het ritme waarop bijvoorbeeld de even getallen gezegd moeten worden. Hij klopt telkens hetzelfde ritme op de bank. Bij de 1 ste slag denken de leerlingen in stilte un, bij de 2 de slag zeggen ze deux, bij de 3 de slag denken de leerlingen weer in stilte trois, bij de 4 de slag zeggen ze quatre enzovoort. Variant: woordenschat, werkwoorden,, eventueel verschillende ritmisch of muziek gebruiken Zingend lezen Elke leerling van een groepje krijgt een kaartje met daarop een leesteken. De leerlingen mogen van elkaar niet zien welk leesteken ze gekregen hebben. Elke leerling bedenkt een zin en een ritme om deze voor te lezen of te zingen. Hierbij moet duidelijk worden welk leesteken op het kaartje staat. De groepsleden proberen dit te raden. Lied voor twee stemmen De leerlingen vormen duo s om samen een liedje te zingen. Sommige regels zijn aangegeven met A, andere met B en andere met AB. Één leerling zingt alle A-regels, de andere alle B-regels en samen de AB-regels. Variant: dezelfde opdracht doen met een gedicht Bianca Merken 12

NATURALISTISCHE INTELLIGENTIE / NATUURKNAP Rubriceren Dit is een goede werkvorm om te classificeren en te categoriseren, één van de primaire vaardigheden binnen deze intelligentievorm. Dit kan individueel of in groep. Zien-denken-schrijven Geef in elk groepje een voorwerp of een afbeelding. De leerlingen krijgen 2 tot 3 minuten de tijd om het voorwerp of de afbeelding tot in detail te bestuderen. Daarna neemt de leerkracht het voorwerp of de afbeelding weg. De leerlingen schrijven op wat ze over het voorwerp/afbeelding onthouden hebben. Daarna gebruiken ze hun notities om in groep de details van het voorwerp of de afbeelding te bespreken. Leg na het groepsgesprek het voorwerp of de afbeelding terug op de tafel en laat de leerlingen reflecteren over de zaken die ze over het hoofd hebben gezien. Zoek de verschillen Elk duo krijgt twee voorwerpen/afbeeldingen die op sommige punten gelijk zijn, maar ook duidelijke verschillen vertonen. Ze mogen elkaars afbeelding niet zien. Beide leerlingen beschrijven hun voorwerp/afbeelding zonder te zeggen wat het precies is. Ze hebben ook een overzichtblad waarop ze kunnen noteren wat gelijk en ongelijk is. Wanneer ze alle gelijkenissen en verschillen hebben weergegeven, bespreken ze samen hun overzichtblad en controleren ze a.d.h.v. het voorwerp of afbeelding of alles correct is. INTERPERSOONLIJKE INTELLIGENTIE / MENSKNAP Genummerde koppen De leerlingen werken samen in een groepje van vier. Iedere leerling heeft een nummer van 1 tot 4. De leerkracht stelt een vraag of geeft een opdracht. De groep voert deze samen uit en iedereen moet de oplossing of het antwoord kennen. Dan beslist de leerkracht welke leerling van elk groepje moet rechtstaan om het antwoord te geven (leerling 1, 2, 3 of 4). Op deze manier moeten ze samenwerken en leren van elkaar. Variant: Verhuizende koppen: waarbij bijvoorbeeld de nummers 1 verhuizen naar een andere groep om het antwoord mee te delen en verder te werken. Spion: de nummers 2 worden ineens spion en mogen in een andere groep gaan spieken en antwoorden stelen. Bianca Merken 13

Klas in de war (~verhuizende koppen maar dan in een kring) De leerlingen werken per 4 samen en hebben allemaal een nummer van 1 tot 4. De groepjes staan in een kring opgesteld rond het middelpunt van het lokaal. De leraar stelt een vraag. De leerlingen kruipen als groepje bij elkaar om de vraag te bespreken. Als ze een antwoord hebben of klaar zijn, gaan ze schouder aan schouder staan. De leraar noemt dan een nummer. De leerling met dat nummer draait zich naar de volgende groep om de antwoorden uit te wisselen. Deze leerlingen blijven dan in hun nieuwe groep en het spel gaat verder. Variant: Van zodra een groep het antwoord kent, gaan ze met de rug naar het midden toe staan. Enkel de leerlingen met het nummer dat de leerkracht zegt, mogen zich omdraaien om het antwoord te geven. Verbeteragent/Tweetal Coach De leerlingen zijn verdeeld in groepjes van twee. Terwijl leerling A een opdracht uitvoert, kijkt leerling B toe, controleert en stuurt bij waar nodig is. Als leerling A de opdracht volledig af heeft, controleert leerling B de antwoorden en geeft positieve feedback. Daarna wisselen ze van rol. Vier-twee-solo De leerlingen werken eerst per vier aan een opdracht. Wanneer ze deze samen kunnen oplossen, gaan ze per twee verder met een gelijkaardige opdracht. Na controle gaan ze individueel een laatste gelijkaardige opdracht uitvoeren om zo te controleren of ze zelfstandig kunnen werken en de leerstof hebben begrepen. Geef door Één leerling van ieder groepje wordt uitgekozen om het lokaal even te verlaten. De leraar legt iets uit of geeft informatie aan de overgebleven leerlingen. De afwezige leerlingen keren terug naar hun groep. De groepsleden leren hen wat ze hebben gemist toen ze weg waren. Omdat daarna de afwezige leerling van de leraar quizvragen te beantwoorden krijgt, zijn de teamleden gemotiveerd de leerstof goed over te brengen en wordt het mogelijk om na te gaan hoe de leerlingen elkaar de informatie overbrengen. De quizvragen dienen louter als motivatie en waardering van het resultaat. Bianca Merken 14

INTRAPERSOONLIJKE INTERLLIGENTIE / ZELFKNAP Ik, ik en ik De leerlingen gaan per twee zitten. Ze krijgen een aantal kaartjes met daarop vragen. Ze leggen deze omgekeerd op de bank. Één voor één draaien ze een kaartje om. Ze geven eerst een persoonlijk antwoord en vragen dan naar het antwoord van de andere leerling. Daarna draait de andere leerling een kaartje om en herhaalt het spel zich. Emoticons Elke leerling zoekt drie emoticons die het best bij hem passen en schrijven achter elke emoticon welk gevoel deze uitdrukt en waarom dit gevoel bij hem past. Alle werkvormen en opdrachten waarbij de individuele leerling werkt en persoonlijke inbreng nodig is, kunnen onder deze vorm van intelligentie geplaatst worden. Tot slot Kijk met een MI-bril naar uw lessen. Stel uzelf de vraag: hoe zouden een intrapersoon, een beweegpersoon etc. dit vinden? Streef naar afwisseling in werkvormen. Natuurlijk is het doel van de les allesbepalend. Veel bepalend is ook de doelgroep en de cultuur en sfeer in de groep. Is de doelgroep al gewend om iets anders te doen dan de gangbare, veelal talige activiteiten? Sommige leerkrachten zijn zo overtuigend en meeslepend dat zij alles voor elkaar krijgen, maar dat talent is niet iedereen gegeven. Forceren heeft geen zin. Bedenk liever kleine stappen, die niet afschrikken en toch hun uitwerking hebben. Succes! Bronnen http://www.friendsmeetingschool.org/pages.php?page=logical-mathematical http://www.migent.be/ Meervoudige Intelligentie Het complete MI boek Dr. Spencer Kagan & Miguel Kagan Soorten Intelligentie Howard Gardner De KR8/ONAUTEN Talentencentrum Provincie Antwerpen Bianca Merken 15

THEMA/LESONDERWERP