Eindexamen maatschappijwetenschappen havo 2010 - I



Vergelijkbare documenten
Examen HAVO. maatschappijwetenschappen maatschappijleer. tijdvak 1 vrijdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Bijlage HAVO. maatschappijwetenschappen maatschappijleer. tijdvak 1. Bronnenboekje. tevens oud programma. HA-1034-a-10-1-b

Introductie. Lesinstructie. Lesinstructie. Leerdoelen. Introductie. Opzet. Bronnen

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo I

Bij deze opgave horen de teksten 6 en 7 en de figuren 1 tot en met 3 uit het bronnenboekje.

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen. tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage

Mediaprotocol: Internet Mobiele telefoon Overige mobiele gadgets Sociale media . Protocol mediagebruik Odaschool Weert november

uw kind op internet handboek voor ouders voorpublicatie Evert Bergervoet & Justine Pardoen

1. Ik zorg voor een inspirerende leeromgeving waarin de leerlingen zelfstandig leren

Introductie. Onzichtbaar op internet. GEMAAKT DOOR: Redactie i-respect. ONDERWERP: Communiceren. DOEL: Spelen met identiteit

Mediabeleid in Nederland

Welke meningen over reclame staan tegenover elkaar? Teken een verbindingslijn tussen de 2 zinnen die bij elkaar horen:

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Erno Mijland. De beste leraar is hij, die het meest van zijn leerlingen opsteekt. #smiho 100 direct toepasbare tips JEAN DE BOISSON

Meten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid

Mediaprotocol voor leerlingen

Project Alcohol 2014

VMBO praktische leerweg VMBO theoretische leerweg HAVO VWO

B&O Info Tel.: Internet: Facebook:

Opdracht 2 Checklist. Website 1 NTR Het Klokhuis -

Rapportage. Onderzoek: mediawijsheid onder ouders en kinderen

Examen HAVO. Maatschappijleer (nieuwe stijl en oude stijl)

Opdracht 1: Cursus. Opdracht 2: Beoordeel 3 websites

Mediawijsheid: digitaal aan de slag in het onderwijs!

Mediaopvoeding: in gesprek over media. Justine Pardoen

Deze vragenlijst bestaat uit vijf delen, A t/m E.

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Dia 1 Introductie max. 2 minuten!

Les Hoe in alle veiligheid surfen. Deze iconen tonen aan voor wie het document is. Leerkrachten

1 - Achtergrond, uitgangspunten en aanpak van Bramediawijs

Opdracht 2: Checklist

3. In de inleiding worden verschillende woorden gebruikt om de mate van aandacht van de media weer te geven. Welke woorden zijn dit?

Welkom. Dit is een onderzoek over online identiteiten en onderwijs.

Producten mediawijsheid de Bibliotheek Midden-Brabant

Beleidsplan mediawijsheid en Internet Protocol

INTERNETPROTOCOL van bs de Hovenier

Lesbrief bij Ik weet je te vinden van Netty van Kaathoven voor groep 6, 7 en 8

Mediawijsheid en Internet Protocol

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen. tijdvak 1 donderdag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een bronnenboekje.

Activiteitenblad 8.1: Weet wat je ziet. Maak een commerciële vlog!

Slotwoord Jongerenmediadag

Beleidsplan mediawijsheid en Internet Protocol

Mediaprotocol De Haagse Beek. Mediaprotocol voor leerlingen

Internetprotocol. Internet op school

MEDIAWIJSHEID SOCIAL MEDIA WAT MOETEN WE ERMEE? Susanne van Rootselaar Mediacoach & Antipestcoördinator

Kids, internet en social media

DE VELE FACETTEN VAN MEDIAWIJSHEID INLEIDING

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 2 dinsdag 16 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Mediaopvoeding. workshop Mediaopvoeding

Maatschappelijke vorming

Veiligheid van kinderen preventie seksueel misbruik

Protocol. Internet. . Mobile telefoon

Bloed Geven en Krijgen vmbo-kgt okt 2013

Website maken Mediawijsheid lessen Juli 2013

Onderzoek Stemmen vanaf je 16e?

School en computers. Paulusse BedrijfsOpleidingen

Diploma veilig internet

NIMA B EXAMEN INTERNE EN CONCERNCOMMUNICATIE ONDERDEEL B JUNI 2015

Examen HAVO maatschappijwetenschappen. tijdvak 1 woensdag mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Sportief Hwagveld. Dinsdag 25 nov 2014

Nog even en de agrariër is 24/7 online

Massamedia. Leertekst. Maatschappijkunde.nl

Sociale Media & Onderwijs The future is now invissible

Internetprotocol. Ods t Gijmink. Lindelaan 70b KD Goor. op ods t Gijmink. Internetprotocol ods t Gijmink

Examen HAVO. Maatschappijleer (nieuwe stijl en oude stijl)

5,7. Samenvatting door D. 959 woorden 31 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

november 2014 NOTA Protocol Sociale Media

Reflectiegesprekken met kinderen

Vier aanvullende notities aangeboden m.b.t. beeldgeletterdheid

Protocol internet en Mobiele telefonie

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 1 t/m 3

MEDIA WIJSHEID G E BRUIK COMMUNI CATI E. kri t i s c h Be g rip W I JSHEID

Doetertoe Media. Projectenbrochure. Januari 2013

Spoor je leerlingen dus aan om een verzorgde taal te hanteren tijdens en buiten de lessen. Je maakt hen enkel sterker!

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen. tijdvak 1 woensdag 22 mei Bij dit examen hoort een bijlage.

Kop. Romp. Lesbrief Zoekgedrag Leerjaar 1-Profiel 1,2,3

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

Seksuele vorming: gave (op-)gave

Online leefwereld. Ontdekken wie je bent. Wat doet havo 4 leerling online? De sociale online leefwereld van de havo 4 leerling

maatschappijwetenschappen vwo 2017-II

KINDEREN LEKKER IN HUN VEL

Online Titel Competentie Groepsfase Lesdoel Kwink van de Week

Introductie. 1. Uw persoonlijke situatie. Voorbeeldvragenlijst COB-kwartaalenquête 2011

De mediawijze adolescent

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 donderdag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Examen HAVO. Maatschappijleer (oude stijl en nieuwe stijl)

Doorlopende leerlijn naar thema Nationaal Media Paspoort. Nationale Academie voor Media en Maatschappij

12671/17 van/asd/sp 1 DG D 2C

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus Datum 14 september 2009 Betreft Stand van zaken rond gedragscode media

Voorafgaand aan de film

Mijn ouders zijn zo ouderwets! Kim, 8 jaar

Films kijken op internet: verboden of niet?

maatschappijwetenschappen pilot havo 2018-I

10 onderdelen die niet mogen ontbreken in een online briefing

Weergave van digitaal assessment project Go or no go

Transcriptie:

Opgave 1 Massamedia: Hoe maken we jongeren meer mediawijs? Bij deze opgave horen de teksten 1 tot en met 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Door de komst van nieuwe media zoals internet en mobiele telefonie is de omgang met de media voor jongeren ingrijpend veranderd. In het dagelijkse leven van jongeren spelen media directer en op jongere leeftijd een belangrijke rol. Het kabinet vindt het belangrijk dat jongeren kritisch naar media leren kijken en goed met media leren om te gaan. Zo kunnen zij zich ook beschermen tegen mogelijke bedreigingen en gevaren die van de media uit kunnen gaan. De kennis, vaardigheden en mentaliteit die hiervoor nodig zijn, worden mediawijsheid genoemd. Het kabinet wil jongeren meer mediawijs maken door een veilig en verantwoord mediagebruik te bevorderen, bijvoorbeeld door het stimuleren van educatieve initiatieven zoals medialessen.nl (tekst 1 en 2). Ook wil het kabinet jongeren meer mediawijs maken door het bevorderen van een veilig media-aanbod door regelgeving en door het stimuleren van zelfregulering door de media (tekst 3). Lees de regels 1 tot en met 62 van tekst 1. 2p 1 Leg met behulp van de tekst uit, dat bij het bevorderen van mediawijsheid door school en ouders sprake is van socialisatie. Geef eerst een omschrijving van het begrip socialisatie. Lees de regels 39 tot en met 74 van tekst 1. Veranderingen in het medialandschap door de komst van de nieuwe media hebben belangrijke gevolgen voor de relatie tussen aanbieders en gebruikers van media. In dit communicatieproces spreken we ook wel van zenders en ontvangers. 2p 2 Leg uit wat er veranderd is met betrekking tot de rollen van zender en ontvanger door de komst van de nieuwe media. Licht je antwoord toe met behulp van een citaat uit tekst 1. Lees de regels 75 tot en met 85 van tekst 1. Hans Laroes wil kinderen bewust maken van de achterkant van het nieuws : niet alles komt in het nieuws; het dagelijks nieuws is het resultaat van een selectieproces, waarbij informatie verschillende filters passeert. Ook het voorbeeld van Hans Laroes is op te vatten als één van de filters in dit selectieproces. 3p 3 Geef twee andere filters in het selectieproces van het nieuws en leg uit waarom het begrijpen van dit selectieproces bij kan dragen tot mediawijsheid. www. - 1 -

Lees de regels 1 tot en met 13 van tekst 2. De berichtgeving over Marokkanen is vaak negatief, bijvoorbeeld als het over criminaliteit gaat. In de medialessen Ken jij ook leuke Marokkanen? wordt de beeldvorming die in de media over allochtonen ontstaat, bespreekbaar gemaakt. 2p 4 Leg aan de hand van tekst 2 uit hoe dergelijke berichtgeving over allochtonen kan leiden tot stereotypering van allochtonen. Geef allereerst twee kenmerken van stereotypering. Lees de regels 14 tot en met 46 van tekst 2. In de medialessen Webdetective wordt kinderen met een checklist geleerd, waar je op moet letten als je de betrouwbaarheid van informatie op internet wilt beoordelen. Met de eerste twee vragen wordt bijvoorbeeld duidelijk of de maker deskundig was en of de maker soms zelf belang had bij de gegeven informatie. De derde vraag gaat over een journalistieke kwaliteitsnorm. 2p 5 Met welke twee andere journalistieke kwaliteitsnormen kun je de betrouwbaarheid van informatiebronnen verder bevragen? Licht je antwoord toe. Naast gevaren en bedreigingen die van de media uitgaan, biedt het gebruik van media voor jongeren ook veel mogelijkheden en kansen. Zo stelt het kabinet in zijn visie over mediawijsheid dat de nieuwe media de sociale cohesie en de culturele identiteit binnen groepen kunnen versterken. 2p 6 Leg uit hoe een nieuw medium zoals internet, de sociale cohesie binnen jongerengroepen kan versterken. Lees de regels 47 tot en met 65 van tekst 2. De makers van de mediales Hoe maak ik van mijn eigen leven reality-tv? willen leerlingen bewuster maken van het verschil tussen de getoonde werkelijkheid in reality-tv programma s en de alledaagse werkelijkheid. Hiermee willen zij de kinderen weerbaar(der) maken tegen een mogelijke negatieve invloed van de televisie. Er bestaan verschillende theorieën over de invloed van massamedia. 2p 7 Welke theorie over de invloed van de media wijst op het gevaar dat tv-realiteit verward gaat worden met de alledaagse realiteit en welke groep kijkers zou volgens deze theorie vooral blootstaan aan dit gevaar? Lees tekst 3. Naast een veilig en verantwoord mediagebruik probeert de overheid een veilig en verantwoord media-aanbod te bevorderen. In haar mediabeleid gaat zij daarbij uit van een aantal belangrijke uitgangspunten. 2p 8 Welke twee uitgangspunten van het mediabeleid zijn in tekst 3 te herkennen? Geef bij beide uitgangspunten een citaat uit de tekst. De overheid probeert kwetsbare groepen (zoals minderjarigen) te beschermen door het media-aanbod te (helpen) reguleren. Er is een Reclame Code en er zijn sponsorvoorschriften. 1p 9 Welk bestuursorgaan ziet toe op de naleving van deze regels? www. - 2 -

Een ander aspect van het beschermen van de kwaliteit van het media-aanbod gaat over het vervullen van belangrijke maatschappelijke en politieke functies door de media. Volgens sommigen zouden deze functies door de toenemende commercialisering onder druk komen te staan. 4p 10 Geef een argument voor en een argument tegen de stelling dat door commercialisering maatschappelijke en politieke functies van de media onder druk komen te staan. Noem bij beide argumenten om welke functie het gaat. Zie de regels 30 tot en met 32 van tekst 3. In Nederland wordt de vrijheid van meningsuiting gegarandeerd. Toch kan de overheid achteraf strafrechtelijk optreden wanneer een programma daartoe aanleiding geeft. Dit optreden begrenst de vrijheid van meningsuiting. 2p 11 Geef twee wettelijke regels waarmee het grondrecht van de vrijheid van meningsuiting wordt ingeperkt. Communicatiewetenschappers Liesbet van Zoonen en Linda Duits gaven in 2008 in het blad Socialisme en Democratie kritiek op de projecten die mediawijsheid dienen te bevorderen. Wetenschappers zijn het erover eens dat niet zomaar alle jongeren direct negatief beïnvloed worden door de media. 2p 12 Leg uit dat de media niet alle jongeren direct negatief beïnvloeden. Gebruik in je uitleg de begrippen selectie en referentiekader. www. - 3 -

Opgave 1 Massamedia: Hoe maken we jongeren meer mediawijs? tekst 1 Nieuwe onderwijscampagne over mediawijsheid 5 10 15 20 25 30 35 Mediawijzer met Medialessen.nl Scholen krijgen de opdracht kinderen mediawijzer te maken. Maar hoe doe je dat? Hoe leer je leerlingen beter met media om te gaan? Een nieuwe campagne moedigt leraren in het basis- en voortgezet onderwijs aan hun leerlingen mediawijs te maken. Met behulp van een nieuwe site: Medialessen.nl ( ) Van digitaal pesten, reclame en zelf nieuws maken tot seks in videoclips en zoeken op internet. Allemaal onderwerpen die aan bod kunnen komen als het gaat om lessen in mediawijsheid. ( ) Kinderen en jongeren zijn technisch vaak heel handig, en in dat opzicht vaardige mediagebruikers. Maar onderzoek laat zien dat ze toch nog veel essentiële kennis missen. Echt mediawijs zijn ze nog niet voldoende. Ze hebben de hulp van leraren en ouders nodig om zich te ontwikkelen tot kritische mediagebruikers, die kunnen reflecteren op hun eigen mediagedrag en op wat ze in de media zien. ( ) Uit onderzoek van Mijn Kind Online en usability-bureau 2C in juni 2008 kwam naar voren dat kinderen op internet heel veel fouten maken en vaak op verkeerde sites terechtkomen. Ook blijkt dat ze slecht kunnen zoeken en moeilijk onderscheid kunnen maken tussen verschillende soorten 40 45 50 55 60 65 70 informatie. Wat is reclame en wat niet? Zo eenvoudig is dat nog niet. ( ) De toenemende aandacht voor mediawijsheid komt onder meer voort uit het veranderende medialandschap. Dankzij nieuwe en gratis toepassingen kan iedereen die het wil mediaproducent zijn: op weblogs en fora, via Hyves en YouTube maar ook in virtuele werelden als Habbo Hotel. Juist kinderen zien internet als één grote speelruimte waar ze van alles kunnen uitproberen. Soms met uiterst vervelende gevolgen, bijvoorbeeld als webcamfilmpjes per ongeluk door een groot publiek worden gezien. Wil je kinderen verstandig met media leren omgaan, dan is het ook nodig dat scholen en ouders met hen in gesprek gaan over wat de gevolgen zijn van hun mediagedrag, en hoe ze media op een goede manier kunnen inzetten om hun doelen te bereiken. Daarbij hoort ook een gesprek over de ethische grenzen daarvan. Anders gezegd: mediawijs word je niet zonder mediales. Mediamakers aan het woord In het kader van de lancering van Medialessen.nl zijn mediaproducenten en journalisten gevraagd naar hun idee over wat kinderen en jongeren zouden moeten leren over media. Wijs kinderen op de gevaren van de webcam, zegt directeur Dominique Weesie van Geen Stijl. Mensen, dus ook kinderen, gooien alles online en www. - 4 -

hebben niet door dat iedereen dat kan 80 allerlei belangen achter zitten. Politici, zien. bedrijven en organisaties willen er zo 75 Hans Laroes, hoofdredacteur van het gunstig mogelijk van afkomen. Een NOS Journaal: Leer kinderen over de minister zal op een persconferentie achterkant van het nieuws. Wat je bij niet alles willen zeggen als hem dat het bekijken van het nieuws altijd in 85 niet uitkomt. het achterhoofd moet houden, is dat er naar: Justine Pardoen Mijn kind online, gepubliceerd op: http://www.weetwatjeziet.nl tekst 2 Medialessen: enkele voorbeelden 5 10 Ken jij ook leuke Marokkanen? Met deze vraag start de leerkracht de les Allochtonen in de media. Dit maakt natuurlijk een hoop los bij de leerlingen, zeker als er ook Marokkaanse leerlingen in de klas zitten. ( ) In hoeverre klopt het beeld van allochtonen dat we krijgen voorgeschoteld door de media? Is er dan geen goed nieuws te melden? Of knuffelen wij alleen maar een allochtoon als hij een topvoetballer is, of als zij in de finale staat van een talentenwedstrijd? (naar: http://www.weetwatjeziet.nl) 35 40 De Webdetective leert je stap-voorstap waar je op moet letten. ( ) (naar: http://www.webdetective.nl) CHECKLIST voor het beoordelen van websites 1. Is het duidelijk wie de maker, afzender of uitgever van de site is? ja nee 2. Is het duidelijk wat het doel van de site is? 15 20 25 30 Webdetective Stel je hebt de opdracht gekregen om een werkstuk te schrijven over mobiele telefonie. Je besluit om op internet naar informatie te zoeken, want internet is immers direct bereikbaar gemakkelijk bereikbaar snel bereikbaar Maar internet is ook een wildernis van informatie, waarin je hopeloos kunt verdwalen en een heleboel flauwekul tegen kunt komen. Vooral wanneer je gebruikmaakt van een zoekmachine, zoals Google. ( ) Kun je zomaar vertrouwen op dat wat je op je scherm ziet? 45 50 ja nee 3. Is de informatie gecontroleerd? ja nee Hoe maak ik van mijn eigen leven reality-tv? Deze les laat zien dat en hoe reality-tv zich onderscheidt van de alledaagse werkelijkheid. Hierdoor stelt de leerling zich in de toekomst kritischer op tegenover de getoonde werkelijkheid van reality-programma s. ( ) www. - 5 -

55 60 Deze les kent de volgende doelstellingen: De leerling weet dat reality-tv meer een spel is dan de alledaagse werkelijkheid. De leerling is in staat punten te benoemen waarin reality-tv verschilt van de alledaagse werkelijkheid. 65 De leerling vormt een standpunt over wel of niet deelnemen aan een realityprogramma. (naar: http://www.medialessen.nl) tekst 3 Veilig media-aanbod 5 10 15 20 ( ) Media bepalen grotendeels zelf wat ze aanbieden. Wel hebben media een bepaalde maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het is belangrijk dat ze rekening houden met de impact van wat ze uitzenden. Individuele media-aanbieders maken zelf afwegingen over de mogelijke schadelijke invloed van media op de jeugd. Ze hanteren eigen spelregels, bijvoorbeeld op het gebied van het aanbod aan seks en geweld. Zo zijn in de Kijkwijzer leeftijdsgrenzen voor programma s vastgelegd. Ook hebben adverteerders en media in een Reclamecode regels opgesteld waaraan reclame moet voldoen. In deze code zijn bijvoorbeeld bepalingen opgenomen over misleiding en goede zeden. Ook zijn er regels die moeten voorkomen dat reclame misbruik 25 30 35 40 maakt van de goedgelovigheid van kinderen. Rol van de overheid Media zijn zelf verantwoordelijk voor wat ze uitzenden. Er is nauwelijks sprake van overheidsregulering. Wel kan de overheid het media-aanbod op een aantal manieren beïnvloeden: * De overheid treedt op wanneer media zich schuldig maken aan strafrechtelijke feiten. * De overheid legt regels op aan de media om kwetsbare groepen te beschermen. * De overheid moedigt zelfregulering door de media aan. * De landelijke publieke omroep is wettelijk verplicht om de verschillende leeftijdsgroepen binnen de bevolking te bedienen via diverse media (ook internet). naar: http://www.minocw.nl/mediawijsheid/1180/veilig-mediagebruik.html www. - 6 -